Predikanten
hcrhalin
'f
r *ii%
Evangelie moet nieuw onder
woorden worden gebracht
,op
Spanje krijgt geen Lourdes
El
ERASMUS EN TILLICH
"l«|
Door
Ds. F. D. Emous
GEESTELIJK LEVER
Dynamiek van
het voorlopige
ZATERDAG 10 FEBRUARI 1968
R WAS EENS
Zo
beginnen veel sprook-
5. Wanneer ik u iets
rtel over de „herha-
igsoefeningen" voor
edikanten in het theo-
gisch Seminarium „Hy-
ipark", dan is dat geen
irookje, maar
srkel i jkheid. r
)ch begin ik
dezelde ma-
er.
Cr was eens een
i, dat je tijdens
kerkeraadsver-
dering nog al
kon horen
omenie zal 't wel
•ten - domenie
erveur 'estu-
erd" En dan was
dominee ook de
n, die „het wist".
jn studie gaf hem
ecies zoveel mee,
hij voor zijn he-
ambtsperiode
dig had. Die tijd
lang voorbij. Er
zoveel veranderd
de Kerk en in de
treld, dat de stu-
aan de TJniver-
eit alleen maar
vormt om
rder te „leren",
er wijzigt zich
elk tiental ja-
n zóveel, dat je bij moet blij-
om niet op een bepaald mo-
ent de aansluiting te missen.
mensen, die met het boekje in Het centrum Hydepark, waar de pre-
een hoekje zitten! Ze lezen tooh
wel eens wat, ze horen
dikanten „op herhaling' gaan.
tijd is voorbij, dat de preek huisbezoek en op gemeenteavon-
n ellenlang dogmatisch vertoog
as. soms ook gericht tegen be-
iaide personen of groepen; dat
dominee een zandloper op de
reekstoel had staan, die hem
oest ipaarschuwen als de tijd
lorbij was, want anders beliep
j de kans om beboet te worden.
tijd is ook voorbij, dat er
•edikanten in Nederland waren,
maar acht preken tot hun
'.schikking hadden, die ze tel-
ens herhaalden. En de tijd is
>k voorbij, dat er dominees wa-
die geen studeerkamer of
oeken hadden.
Maar als er dan zoveel ten goe-
k is veranderd in de Kerk,
mrom dan nog herhalingsoefe-
5,1 V'ugen voor predikanten? Zijn
'at mensen, die zo gauw hun
esje vergeten? Of zou je het een
aort bijtanken kunnen noemen.
itudiedagen
den toch wel eens wat. En we
nemen toch aan, -dat ze zo nu en
dan nog wel een uurtje stude- tie begon, had ieder al een op
ren?" Accoord! Maar: om nu dracht te pakken. Het maken van
eens twaalf dagen lang tijdens een preekschets, die in groepen
lezing en discussie met de neus zou worden becritiseerd en het
op de vraagstukken gedrukt te bestuderen van twee boekwer-
worden onder leiding van ken. Niet ieder was ermee klaar
„deskundigen" om eens bepaald gekomen, maar er waren ruim
te worden bij boeken, die je niet voldoende preekschetsen en wat
ongelezen mag laten, om met el- aan het huiswerk verder ontbrak,
kaar systematisch een paar cita- werd tijdens de twaalf dagen
ten van geleerde schrijvers door aangevuld. Soms kon het gebeu-
te nemen, dat is een andere zaak! ren, dat de rector van het semi-
En het is ook een andere zaak narium van de middagpauze nog
om eens een gedegen lezing te wat afknabbelde door ieder naar
horen over de jongste we- zijn kamertje een paar stellingen
tenschap, die van de Cybernetica mee te geven, die diezelfde mid-
(de „stuurkunde" populair ge- dag nog in discussie zouden ko-
zegd: de computerwetenschap) men.
waarbij een totaal andere wereld
opengaat en waarbij je op een
heel lange weg wordt gezet,
waarvan je eventjes het begin
mag zien en waar een bord staat
met de aanduiding: Zeer gevaar
lijk terrein! Men volge nauwkeu
rig de aanwijzingen!
Sfeer
Natuurlijk ga ik niet een
opsomming geven van alle lezin
gen en referaten; ook geen „korte
inhoud", maar ik zou u toch nog
Wat het niet is, is gauw ver-
eld. Het is niet een opfrissing
an wat aan „kennis" op de Uni-
ersiteit is opgedaan. Het is ook
iet een conferentie, waarbij eens
ezellig van gedachten wordt ge
wisseld over vraagstukken, waar
op een bepaald ogenblik be-
mgstelling voor hebt en die half
n half wordt gezien als een aan-
ename en nuttige onderbreking
het gemeentewerk zonder
ieer. Het is en nu probeer ik
et maar enigszins aan te duiden
- een twaalftal studiedagen, ge-
rganiseerd door de Hervormde
,erk in haar theologisch Semi-
arium te Driebergen, om telkens
en groep predikanten in de ge-
igenheid te stellen op de hoogte
komen, van wat er op tech-
isch, cultureel, internationaal en
heologisch gebied aan „proble-
nen" aan de orde is en voor wei
vraagstukken de moderne
nens in onze tijd wordt gesteld,
latuurlijk: het Evangelie blijft
e eeuwen door hetzelfde, maar
e vertolking van dat evangelie
lag de aansluiting niet missen,
lenvoudig gezegd: het moet in
erstaanbare taal gebracht wor-
len aan de mens van vandaag,
iet moet een appel zijn, waarop
lie mens als het ware gedwon-
en wordt om te antwoorden, of
it antwoord nu positief of nega-
ief uitvalt Vooral in de laatste
aren zijn er totaal nieuwe
Taagstukken bijgekomen en an-
lere zijn veranderd: Hoever gaat
Ie macht van de techniek over de
nens en hoever gaat de macht
>an de mens over de techniek?
loe brengen we de boodschap
'an de Bijbel zo onder woorden.
it de mens van vandaag in elk
geval begrijpt, waar het om
aat? Is het waar, dat het eigen-
ik niet gaat om de wereld, waar
de mens leeft maar om de
iemel" en dat het aardse be-
ian eigenlijk maar een heel be-
":kelijke waarde heeft? Of
iaat het in eerste instantie juist
>m de vraag, hoe we deze aarde
ifbaar kunnen maken voor
iedereen? En: welke „rol" moet
ie Kerk daarbij spelen?
^•Studeren.
Wanneer je zulke vragen op je
tafel krijgt gedeponeerd, dan kun
je die niet even in een handom
draai afdoen onder het genot van
een kopje koffie. Dan is er voor
lichting nodig van mensen, die op
het terrein van de moderne tech
niek hun weetje weten idan
moet je eerst luisteren naar
mensen, die op het terrein van
apostolaat en zending geen
vreemde in Jeruzalem zijn
dan zul je toch een klein beetje
moeten begrijpen, wat de kunste
naars, wat de jeugd van vandaag
beweegt om te zijn, wat ze zijn
*n zich te gedragen, zoals ze zich
ledragen.
Wie van ons wist dertig jaar graag iets willen vertellen over
geleden iets over deze materie? de entourage van het geheel.
Wie van ons kon dertig jaar ge- Je komt al na een paar dagen
leden vermoeden, dat er een ge- echt in de conferentiesfeer: le-
neratie zou komen, die vreemd vendige debatten in de pauzes,
aankijkt tegen allerlei normen, nakaarten na de dagsluiting,
die als vaststaand werden gesprekken tijdens de korte wan-
beschouwd? Wie van ons kon delingen. Er is ook de sfeer, die
voorspellen, dat de ontkerkelij- ik zou willen noemen die van de
king en ontkerstening van Euro- „vreemde woorden". Theologen
pa eigenlijk van de hele we- staan erom bekend, dat ze die,
reld in zo'n kort tijdsbestek vooral „onder ons" graag gebrui-
hand over hand zou toenemen? ken. De sprekers strooiden ze
En wie van de theologen van kwistig over ons uit. En toen
dertig jaar geleden kon vermoe- kwam het: tijdens een van de
den, dat wat wij noemen de bijbelstudies 's morgens was een
Christelijke toekomstverwachting collega aan het woord. Midden in
voor velen eenvoudig is gewor- de zin aarzelde hij even. We
den een hoofdstuk van een al wachtten geduldig... na een halve
twaalf dagen. Maar wat wilt u?
Er moet uit de beschikbare tijd
gehaald worden, wat er in zit.
Gelukkig, dat niet alles op de
stoelen van de collegezaal zittend
aijn beslag moet krijgen. Voor de
volgende vier jaren (want we
kunnen maar eens in de vier ja
ren aan bod komen) wordt er
voldoende huiswerk opgegeven.
Een respectabele lijst boeken, die
ter bestudering worden aanbevo
len en dan natuurlijk de
zelfstandige uitwerking van al
die dictaten in het hoe langer
hoe voller wordende multocahier
en niet in de allerlaatste plaats
de samenvatting van de lezingen,
die ons gestencild werden uitge
reikt en die de map, die aan het
begin van de conferentie toch al
een en ander bevatte, bijna uit
de band doet barsten.
Wie denkt, dat de gezichten
van de deelnemers al die dagen
in een strakke plooi werden ge
houden, heeft het mis. Er waren
vrolijke momenten genoeg. Vijf
dominees, die met bezorgde ge
zichten bij de weigerende auto
van een collega staan, al hun
technische kennis systematisch
proberen te rangschikken, om na
een half uur sleutelen tot de ont
dekking te komen, dat er alleen
maar een bougie vuil is
De man, die na de dagsluiting
ln de Kapel bij een gezellig on
deronsje in het keldertje bij het
buffet een sterk verhaal uit het
land van Vlaanderen vertelt, zo
dat de toehoorders schudden van
het lachen
De custos in het oud-Hol
lands „porder" genoemd die om
kwart over zeven op de twee en
veertig deuren klopt en dan een
slaapliedje gaat zingen
De collega, die bang is. dat een
geliefd plaatsje in de eetzaal bij
het ontbijt door een ander zal
worden ingenomen, daar een pa
piertje neerlegt met de aandui
ding „gereserveerd" om tot de
ontdekking te komen, dat de an
deren hem verwijzen naar een
apart tafeltje, waar hij alléén kan
gaan zitten in gezelschap van een
bordje zonder bestekEn dan
de corvée, waarbij geroutineerde
en minder geroutineerde vaat
wassers zonder colbert, met op
gestroopte hemdsmouwen elkaar
proberen te overtroeven in snel
heid én accuratesse....
Maar vooral de humoristen, die
in de pauzes hun vroegere hoog
leraren en oudere of jongere col
lega's imiteren en vooral de ty
pische mimiek en onbewuste be
wegingen overdrijven
lang achterhaalde dogmatiek?
Variatie
De opstellers van het program
minuut van stilte zei hij: „Jullie
moeten me het maar niet kwalijk
nemen, maar ik kan het vreemde
woord niet zo gauw vinden." De
begrijpelijke reactie bleef niet
uit: „zeg het dan maar in gewoon
ma hadden gelukkig voor varia- Nederlands.'
tie gezorgd, kunst en theologie, Achteraf heb ik me een beetje
literatuur en techniek.... het een geschaamd. In een van de lezin-
maakte op tijd plaats voor het gen kwam het woord „escamote-
andere. „Gedenken en Verwach- ren" voor. We keken elkaar aan;
ten in het Oude Testament: Dat niemand wist, wat het betekende,
was weer eigen terrein. En dat Dan maar aan de inleider vra-
was even een opfrissertje. Maar gen: „Och, mijne heren, ik had er
het was toch ook de moeite nu eens plezier in, om het wóórd
waard om naar Pierre Janssen te wegmoffelen te vervangen door
luisteren, die ons iets vertelde escamoteren." Na afloop van de
over de dichter Achterberg en conferentie ben ik weer terug in
over het Dadaïsme. En de socio- het alledaagse leven en vraag
loog, die ons de moderne jeugd aan een van mijn vrienden (in de
uittekende in een boeiend betoog, hoop, dat ik mijn nieuwe vondst
wat
Ant-
gaf zelfs ongewild allerlei prak- kan uitstallen) „weet jij,
tische wenken voor het jeugd- escamoteren betekent?"
werk in de eigen gemeente. De woord: natuurlijk: wegmoffelen...
jeugd is in de experimentele fase. Jullie moesten je Frans eens een
eera
iertic
Kh
welnu, laat de kerk binnen zeke
re grenzen mee-experimenteren
en niet per se willen vasthouden,
wat aan vormgeving zijn tijd ge-
hai! hefft- knappen. (Nu moet u dat maar
En dan wordt de middag heel w-
beetje ophalen."
De sfeer wordt ook nog duide
lijk aan een ander woord, een
heel gewoon Hollands woord: af-
mensen maar bereid zijn om el
kaar het licht in de ogen te gun-
jes in orde gemaakt, de lezingen
van de dag zijn met ingespannen
,.Kom, kom", zult U zeggen:
..die dominees van vandaag zijn
toch geen wereldvreemde
studeren mét elkaar. Vogels van
diverse pluimage, uit de rechter-
midden- en
kerk.
We kregen huiswerk op. En dat
was niet mals. Vóór de conferen-
Naar huis
Dankbaar, maar eigenlijk niet
voldaan.... Inderdaad. Niet omdat
de inwendige mens tekort
geschoten zou zijn integen
deel! niet omdat de collegiale
ontmoeting ons niet een rug
gesteun zou hebben gegeven...
Maar we voelen ons kleine man
netjes op dat brede terrein van
het menselijk kunnen en weten.
We moesten nog veel meer gele
genheid hebben om te studeren,
t Gaat niet. Het werk in de ge
meente wacht weer en het heeft
ons toch al moeite gekost om
„vooruit te werken" en als we
thuis komen, wacht een stapel
post.
We rijden de oprijlaan van
„Hydepark" af. Aan het eind
worden we gewaarschuwd door
een verweerd bord, dat beslist
betere dagen gekend heeft:
Gevaarlijke Uitrit.
Let op Wielrijders.
Dat bord is nodig. Onmiddel
lijk daarna komt het fietspad,
dat door peddelaars van links én
rechts bereden mag worden en
dan direct de drukbereden
hoofdweg van Driebergen naar
Doom't Is dus uitkijken ge
blazen naar alle kanten. En 't
vergt ook enig aanpassingsver
mogen. Hydepark ligt in de stilte
van de bossen, tien minuten
gaans van de hoofdweg, en deze
weg kan vooral op de spitsuren
daveren van het geronk van de
automotoren.
Uit de stilte van het conferen
tieoord weer naar het drukke
werk in een jachtige en gehaaste
wereld.
Als ik naar rechts kijk, zie ik
een ander bordje:
„Koffie 40 cent
niet nemen in de sombere zin
gemoedelijk aU S mon Vinkenoog d goms wordt
zun praatje houdt en ons vertelt een de dcelnemers le madh_
^rdeS, waSr de "i".huiswerk „et-
r belangstelling gevolgd, de discus-
oen en - wa-t méér is - elkaar j|e me( J,t|nse \andach, ge.
géven. Niemand behoeft het met ^'"^SdhSd 'bereikt?^™
ddLS ^td? wetMi 'dam T ZS
n ieder ze^ zijn zegje en we in de wind' "a<"
n. ïeaer zegi zijn zegje en we _1at _MC, v>tvrf
kwartier plat op zijn rug in bed,
of liever gezegd op bed. De vol-
ïiXrïièuaV'vlT£ <*nde m°reen hi> 20 fris
linkervleugel van oe a)j een hoentje zijn plaats wear
ln.
Ja, ze zijn vermoeiend, die
In rode letters, dus wèl duide
lijk leesbaar. De goede waar
wordt aangeprezen. Moeten wij
straks weer onze „goede waar"
aanprijzen? Ik denk er niet aan.
Wij bieden onze goede waar niet
aan. Wij brengen de boodschap:
„God is liefde" en proberen dat
te doen in voor ieder verstaanba
re taal.
Is de uitrit naar de toekomst
gevaarlijk? Niet voor wie op de
juiste wijze kan gedenken en
vertvachten". De toekomst, ónze
toekomst ligt in de hand van
Hem. die de tijd geschapen heeft.
En Wij zijn alleen maar
boodschappenjongens rnn
in wien hef Godsrijk gekoi.i-.it is
èn komt.
(Van onze kerkredactie)
Er wordt in onze tijd door velen geroepen om een eigen-
tijdse verkondiging. Sommigen willen met Bultmann de
bijbel ontdoen van mythen en legenden om de moderne
mens weer aan te spreken. Anderen zien de bijbelse bood
schap in gevaar. Vooral in West-Europa roept dit probleem
spanningen op. In Duitsland werd „Kein Anderes Evangc-
lium" opgericht om de moderne theologie van Bultmann te
weerstaan. En achter de „Brief van de 24" aan de hervormde
synode staat in zekere zin ook de angst voor het wegvertalen
van het evangelie.
Dr. Okke Jager hield hierover
acht lezingen. Hij spreekt zich
uit voor een eigentijdse predi
king, maar die mag de bijbelse
boodschap niet vervalsen. Hij wil
niet kiezen tussen „niet-vertalen"
en „ontmythologiseren". Die keus
behoeft niet gemaakt te worden
want „dan vergeten zij de derde
mogelijkheid, door Kuitert ge
formuleerd met het woord „her
formuleren".
Dat deed ook Paulus, meent
hij: „De stijl van Paulus is in de
loop der jaren zó veranderd
vanwege zijn contact met ver
schillende volken dat nota
bene een elektronisch brein, dat
door Engelse hoogleraren was ge
voed met een kwart miljoen
woorden van Paulus, tot de z.g.
wetenschappelijke conclusie
kwam dat deze apostel uitslui
tend de eerste vier brieven van
het Nieuwe Testament kan heb-
De dynamiek van het voorlo
pige. door Roger Schutz. Uitgave
vV. ten Have, Amsterdam (116
blz., 5.90).
Inspirerende gedachten, zonder
omhaal aan het papier toever
trouwd door de prior van de
Taizé-gemeenschap. Het derde
deel van Schutz, na Deze dag is
van God, en Levensmoed en Ge
meenschap.
Opnieuw een fijnzinnige bij
drage van deze christen, wie
weinig ontgaat en die alles in een
:ontemplatief, tevens rusteloos
ïls een deemoedig, gelovig en
werkzaam wachtend kind van zijn
leer „verwerkt".
Bladzijden in een kernachtige
taal, gelijk die van de bijbel.
Bladzijden van een mens. die als
instrument gebruikt wil zijn
Rijkdom zonder ophef in een een
voudig boekje verenigd. Voor hem
of haar „die oren heeft".
ben geschreven. Computers be
seffen niet dat Paulus later an
dere woorden gebruikte dan in
het begin, omdat hij eerst te ma
ken had met mensen voor wie
het heil nog haaks op hun be
staan stond, en daarna met de
tweede generatie. Dat had in
vloed op zijn taal." en
Terugvertalen
„Als wij spreken over „verta
ling" van het evangelie," schrijft
vertalen van wat wij van de bij
beltaal gemaakt hebben in, wat
de bijbel oorspronkelijk heeft be
doeldWij hebben allerlei bij
belwoorden gevuld met onze ei
gen, d.w.z. met een vreemde in
houd."
Zijn conclusie is: „Wie het
evangelie wil verkondigen in
nieuwe tongen, mag geen gladde
tong hebben. Hij zal zich de
grenzen van het „vertalen" be
wust moeten zijn."
Dr. Okke Jager laat zien dat
we geen keuze behoeven te doen
in de tegenstelling „niet-verta
len - ontmythologiseren". Er is
een derde wég, maar dat is geen
gemakkelijke weg.
hij elders, „moeten wij dus niét
allereerst aan onze moderne ta
len denken, maar aan een terug-
Eigentüdse verkondiging
door dr. Okke Jager. Uitgege
ven in de serie Gemeentetoe
rusting door Kok te Kampen.
(144 pagina's))
Erasmus, door dr. C. Au
gustijn; Paul Tillich, door drs.
R. Hensen. Uitgave Het We
reldvenster, Baarn.
De jonge serie Theologische
monografieën is tot nu toe ge
wijd aan nieuwe wegen in de
theologie. Nu zijn verschenen een
studie van de Groninger predi
kant drs. R. Hensen over Tillich
en een boek van dr. C. Augustijn
over Erasmus.
Erasmus lijkt wat vreemd in
dit klimaat, maar Augustijn
noemt de grote Europeaan in de
ondertitel reeds „vernieuwer van
kerk en theologie" en maakt in
zijn betoog duidelijk dat het ver
nieuwend optreden van Erasmus
ten tijde van de reformatie ook
voor onze tijd nog invloed kan
hebben.
Niet op een „gesloten" kerk,
katholiek of protestants, waar
steTk de nadruk wordt gelegd op
het heil dat door middel van de
kerk tot de mens komt. Au
gustijn ziet voor de Erasmiaanse
gedachtenwereld ook geen kans
waar de mens zich sterk be
dreigd weet door de machten
buiten zich en in zich.
„Erasmus krijgt zijn kans daar,
waar de kerk met haar uitwendi
ge aspecten in haar betekenis
wordt gerelativeerd, waar sterk
de zending van de christen in de
wereld wordt beklemtoond en de
kerk wordt opgeroepen tot fcelf-
ontlediging. Daar komt de
christen in het middelpunt te
staan, in zijn door God gegeven
vrijheid. Daar mag de mens de
Vader dienen in blijdschap en
weten, dat God door hem han
delt."
Aldus het opmerkelijke slot
van een zeer leesbaar boek,
waarin dr. Augustijn (die lector
aan de VU is en op Erasmus pro
moveerde) leven en werk van
Erasmus plaatst tegen de achter
grond van het Europa en de kerk
van zijn dagen, maar dan vooral
met het oog op de vernieuwingen
die Erasmus heeft gepropageerd.
Dat is niet overbodig, want
buiten het wereldje van vakge
leerden blijkt de beroemde Rot
terdammer maar een onbekende
te zijn gebleven, de faam van
zijn Lof der Zotheid ten spijt.
Niettemin heeft Erasmus „een
antwoord gegeven op vragen, die
ook thans nog gesteld worden",
zegt de schrijver. (168 blz.,
10.90).
Moeilijker leesbaar voor leken
is de monografie van Hensen
over Paul Tillich, de in 1965
overleden Duits-Amerikaanse
vrijzinnige theoloog-filosoof. Nu
zijn de denkbeelden van Erasmus
op zichzelf al heel wat klaarder
dan die van Tillich, wiens ontoe
gankelijkheid bekend is, maar de
stijl van Hensen is ook niet vrij
van een zekere stroefheid. Niet
temin draagt Hensen belangrijk
bij tot het benaderen van Tillichs
gedachtenwereld.
Tillich wordt geschetst als een
metafysisch en religieus denker,
vertolker ook van een bepaald
levensgevoel en vroomheidstype,
die te maken hebben met Tillichs
ontmoeting met de Europese en
Amerikaanse cultuur. Hensen
heeft op het gebied van Tillichs
werk zijn sporen verdiend; hij
neemt ook stelling in het geding,
zij het op bescheiden wijze. Til
lichs onduidelijkheid illustreert
hij met de stelling dat
God-is-dood-tlheologen èn hun te
genstanders zich op Tillich kun
nen beroepen.
Een uitnemende inleiding tot
het werk van Tillich, maar alleen
voor theologisch of filosofisch
geschoolden. (233 blz., 12,50).
(Van onze Spaanse correspondent)
San- Sebastian de Garabandal, berg
dorpje in liet noorden van Spanje,
tachtig kilometer van Santander, werd
in 1961 wereldnieuws. Misschien her
innert u het zich nog. Vier kleine
meisjes zeiden, dat z\j de Maagd had-
d engezien en dat de Maagd tot hen
had gesproken. Zij zouden ook engelen
hebben gezien. De eerste verschijning
deed zich voor op 18 juni 1961.
Pelgrims uit heel Spanje stroomden al
gauw toe naar deze plaats, midden tussen
het Franse Lourdes en het Portugese Fati-
ma. Eenvoudige zielen, priesters, nonnen,
zieken en natuurlijk vele nieuwsgierigen.
Nieuws van Garabandal was gewilde stuff
voor de kranten. De Spaanse tv maakte een
film. Journalisten uit het buitenland kwa
men. Paris Match wijdde enkele pagina's
aan het wonder. Het dorpsplein was te klein
voor alle auto's, zodat buiten het dorp een
nieuwe parkeerplaats werd aangelegd. De
dorpskruidenier kon niet aan de vraag naar
cola en wijn voldoen en verbouwde zijn
winkel.
GENOOTSCHAP
In Madrid stichtten dames van stand een
„Genootschap tot Begunstiging van de
Verschijningen van Garabandal." Heren van
stand bleven niet achter en wierpen zich op
als de „Vrienden van Garabandal". Onder
hen was een Duitser van zogeheten pro
testantse origine, voor wie de verschijnin
gen aanleiding waren om tot het rooms-ka-
tholicisme over te gaan. Intussen maande de
bisschop van Santander tot voorzichtigheid.
De bekende protestant Juan Antonio Mon-
roy ging ook naar Garabandal. Hij bleef er
een paar dagen, sprak met de dorpelingen
(de meesten wilden niets zeggen), de kinde
ren en met hun moeders. Twee van de drie
moeders bleken niet in de verschijningen te
geloven.
WAAROM?
Het resultaat van zijn onderzoek was een
boek. getiteld „De mythe van de verschij
ningen", voor alle zekerheid via een uitgever
in Tanger (Marokko). Waarom verschijnt
Maria altijd aan kinderen? vroeg Monroy
in zijn boek.
Hij ontving honderden woedende brieven.
Een advokaat uit Saragossa (waar het be
roemde heiligdom van Maria-del-Pilar staat,
waar Maria verschenen zou zijn, om te be
vestigen, dat het beeld van haar, dat daar
aanwezig is, daar in de eerste eeuw door de
apostel Jacobus gebracht is) schreef zelfs
een boek van 250 pagina's. „De verschijnin
gen geen mythe", waarin hij alle protestan
ten en protestantsgezinden, die Garabandal
verwierpen, als ongelovigen brandmerkte.
VERBAND
Natuurlijk legden sommigen ook verband
met het „geheim van Fatima". Maria zou in
het Spaanse bergdorpje verschenen zijn, om
de paus aan te sporen de laatste boodschap,
die Maria in 1917 aan de kinderen in Fatima
zou hebben gegeven (nog steeds een goed
bewaard geheim in de kluizen van het Vati-
caan) te onthullen. „Garabandal is het teken,
dat de Maagd grote dingen gaat doen voor
de redding van de wereld", zeiden sommige
fanatici.
Tot vorig jaar, op 17 maart, de ontnuchte
ring kwam: een verklaring van de bisschop
van Santander na een nauwgezet onderzoek:
„Er is nooit enige verschijning van de
Heilige Maagd geweest, noch van de engel
Michael, noch enige andere verschijningen
van engelen- of hemels karakter. Er is nooit
enige boodschap van de hemel geweest. Al
les. wat in Garabandal is gebeurd, kan op
natuurlijke wijze verklaard worden."
BEDROG
De bisschop verweet verder de „Vrienden
van Garabandal", dat zij een geweldige druk
hebben uitgeoefend, om waar te maken, wat
kennelijk louter bedrog is geweest.
Is daarmee alles uit? Niemand durft het
beweren. Een opvolger van de .bisschop zou
het onderzoek zo weer kunnen heropenen.
De Vrienden van Garabandal en de dames
van het Genootschap tot Begunstiging heb
ben invloed. Tal van simpele zielen geloven
nog steeds vast in de verschijningen.
Nu de kolommen van de officiële kerke
lijke pers voor hen gesloten zijn, publiceren
de Vrienden brochure op brochure met
„sensationele onthullingen". Terwille van de
stokpaardjes van de bisschop zijn de arme
kinderen gedwongen een verklaring te teke
nen in zijn bijzijn, maar let op, zeggen de
Vrienden: helfhaftig weigerden de kinderen
er een eed op te doen, dat het allemaal maar
bedrog was.
De meisjes zelf zwijgen in alle talen.