De bereisde Roeien schrijven OPINIE Kanttekening WA TER EN VUUR Achtergrondmuziek op de voorgrond hKameR' Smuz+EK1 ZATERDAG 30 DECEMBER 190T Ha een bewogen jaar ^EER is een jaar voorbijgegaan en opnieuw zijn we dichter toegeschoven naar dat magische jaar 2000, dat nu reeds op velen een biologerende uitwerkingskracht heeft. Dit laatste wijst erop, hoezeer het mensdom bezig is met de toekomst. Er is een tijd geweest dat de mens leek te leven uit het verleden. Ook waren er tijden dat de mens genoeg leek te hebben aan het staan in het heden. Nü vorst hij naar de toekomst; deze is zelfs al gemaakt tot een voorwerp van uiteraard vaak nogal gissende wetenschap. (Het is overigens duidelijk dat het hier gaat om accentueringen.) Wie op weg is naar de toekomst, is in beweging. En wie zich bewust is op weg te zijn naar de toekomst, zal zich bewust willen bewegen. Maar dan is het ook geen wonder dat het jaar 1967 een jaar van beweging is geweest, waarin de beweging ook voor een belangrijk deel is gezocht én beoefend. In het voorbijgegane jaar heeft het dynamische het metterdaad wel gewonnen van het statische. ^IET dat alles zo heel anders is geweest dan vroeger. Ook in het verleden zijn er perioden geweest met visioenen over een dan niet zelden geïdealiseerde toe komst. We weten trouwens dat de hang naar het nieuwe de mens als het ware is ingeboren. Maar zelden is deze behoefte zozeer geuit én bevredigd als in onze tijd. De massamedia dragen daartoe uiteraard wezenlijk bij. Zij garen het nieuws en het manna van het nieuws ligt dagelijks op de tafel van de moderne mens. Dat nieuws Is nooit op. afrekent. Iemand heeft eens gezegd. Onze samenleving heeft behoefte aan nieuws zoals zij behoefte heeft aan voedsel en aan kleding, en waarom?, omdat we willen weten waar we naar toe gaan. Hierin ligt stellig een waarheid. We willen weten waar we naar toe gaan. Er is natuurlijk een portie oppervlak kige nieuwsgierigheid bij het lezen van de krant bijvoor beeld. Maar de nieuwsgierigheid is vaak ook het kleed van ons besef, erbij betrokken te zijn en medeverant woordelijk te wezen. T£EN jaar van verandering. Juist daarbij blijft intussen enige bedachtzaamheid geboden. Want niet élke ver andering is een verbetering. Dat is een goed-Nederlandse zegswijze. Er is er nóg een, namelijk dat men geen oude schoenen moet weggooien alvorens nieuwe te hebben. Ook wie zich op de weg naar de toekomst begeeft zal het zonder schoenen niet kunnen stellen, schoenen die toch uit het verleden, of op zijn minst uit het heden, dateren. Waarmee gezegd wil zijn dat niet elke verandering als vanzelf een vooruitgang is in de goede zin des woords. Een tijd die door veranderingen is gekenmerkt bergt al tijd het gevaar In zich, dat het verschijnsel-op-zichzelf van de verandering als een goed wordt gewaardeerd, met andere woorden: iets normatiefs in zich krijgt. Maar dat is natuurlijk fout. Een verandering die waarlijk zal be klijven zal toch ergens onder meer óók continuïteit moeten vertonen met verleden en heden voorzover ook zij niet zonder waarde zijn. TJET is niet overbodig, ook dit te beklemtonen na een jaar dat in zo sterke mate een verschuiving van waarden te zien heeft gegeven. Nog nooit, zo lijkt het me toe, heeft men in een mate als nu is geschied schoonschip willen maken met hetgeen men als taboes wilde veroordelen. Dat geschiedde dan tegelijk met een ijver die geen tijd gunde om al deze zaken nog even in de hand te nemen en zich even af te vragen, of er toch niet ook wat goeds in stak. Duidelijkheid werd bij dit alles wel als eis gesteld. Maar weer mag men vragen: duidelijkheid, inderdaad een nuttige zaak, maar waar ligt haar diepere waarde? Met de duidelijkheid zijn we dit jaar wel weer wat opge schoten. We weten véél van onze omgeving en van heel de wereld. De globe van de aarde vertoont nauwelijks nog witte plekken. "FR is dit jaar dus zo wat opgeruimd. We hebben ook, zoals het heet, veel zaken op de helling gezet. Denk aan de vernieuwingsbewegingen in de politiek. Er is heel wat op drift geraakt. Er is daarbij een streven naar inten sivering en radicalisering. Ons partijwezen lijkt doo, elkaar geschud. Met als doel: verandering en vernieuwing. Een interessante tijd, kan men met reden stellen. Maar ook een, waarin toch weer een evenwicht zal moeten worden bereikt. Want de intensiteit is tegelijk nog nauwelijks ver hulde onzekerheid. Onzekerheid in het heden en onzeker heid voor de toekomst. Wie zal ons kunnen gidsen naar die toekomst waarheen we ook als mensheid op weg zijn? Wie neemt ons, zoekende mensen, bij de hand, vooral nu zoveel dat uit het verleden werd overgeleverd velen onvoldaan en onbevredigd laat? Over het antwoord op deze vraag behoeft wie ook bij het eind van het jaar zijn bijbel opslaat nu eens niet in het onzekere te zyn. De bijbel betoont zich van wat nieuw is niet afkerig, al roept hij tot onderschelden op. Hij weet van verlangen en van verwachting, ook van dit laatste. Hij spreekt van nieuwe mensen met nieuwe, zij het dan niet van medemensen getransplanteerde, harten op een nieuwe aarde, van mensen die een nieuw lied zingen. Maar het nieuwe heeft hier wel een rijke zin. Is goed om dat te bedenken aan het eind van een jaar waarin zoveel op drift is geraakt. Elke dag heeft de krant van de beweging mededeling gedaan; ze is er elke dag op ingezien soms is ze er zelfs op aangezien, wat dan weer te veel eer was. Ze heeft moeten schrijven over de globe van de wereld, maar ze heeft het onvermijdelijk globaal moeten doen. Ze heeft het oppervlak van de aarde afgetast, maar ze is oppervlakkig moeten blijvn. pï ET I ka T~\E verschillen tussen deze beide boeken zijn groter dan hun overeenkomst.' Koss- manns causerieën over Ro me en Griekenland kunnen eerder reisbrieven heten dan de serieuze, op maat gesne den kranteartikelen van Inez van Dullemen. De schrijfster geeft informatie over Ameri ka en de Amerikanen; haar mannelijke collega informeert hoofdzakelijk over zichzelf en neemt daarbij noch zich zelf, noch de Griekse achter gronden al te serieus. „Ik heb geen levensbeschou wing en weet niet. of ik het be treur", zegt hij op blz. 12. Hij vraagt zich af hoe men het zon der doet en spreekt van „mijn schrale, redelijke humanisme" (43). Hij voelt zich voor alleS een (levensjioerist maar dan niet een van het vlijtige, studieuze soort. Het is de toeschouwershouding; alles wal hij doet gebeurt vrij blijvend. Toch houden de vragen: wat is leven, wat is liefde, hem voort durend bezig, meer dan bij de zelfspot past, die van een „clownsreis" spreekt. In Reislust schreef hij: „Reizen is een ander Naar aanleiding van Inez van Dullemen, Op zoek naar de Olifant, Reis brieven uit Amerika. Uitgave Querido, Amsterdam, 176 blz., 7.90 en Alfred Kossmann, Clownsreis, zelfde uitgeverij, 101 blz., 6.90. worden d3r. men gewend is te zijn, bewegelijker, begeriger, weerlozer, onbezwaard door de rechten tn plichten van alledag. Onbezwaard, maar ook on gesteund." Oppervlakte Het is een heel ander soort reisbrieven dan destijds de causerieën van Couperus, waar mee men dit werk onwillekeurig vergelijkt. De flaneur Couperus ontspande zich na moeizame inktkoelie-arbeid. De negentien- de-eeuwse schrijvers waren enorm harde werkers en Coupe rus is daarvan een laat voorbeeld geweest Kossmann zoekt het, evenals Remco Campert, in een soort oppervlakte-kunst. De waarheid ligt ergens op straat en misschien komt men haar toeval lig tegen. „God geeft het zijn be minden als in de slaap" zou zijn devies kunnen zijn als God iets voor hem betekende. Om al deze redenen kan men van het boek van Kossmann wei nig navertellen. Een vrijblijvend schrijver schept zich vrijblijven de lezers. Natuurlijk is dit litera tuur en heeft Kossmanns boek meer niveau dan dat van me vrouw Van Dullemen, hoezeer ook die over erkende literaire kwaliteiten beschikt. Schimmen Vertelt zij nieuws over Ameri ka? Ja en nee. Uiteraard is er veel over Amerika geschreven, van ontdekkingen is geen sprake meer. Soms hindert het bekende intellectuelen-gepraat, zoals op blz. 26: „Heel plezierig om Lode- wijk de Veertiende eens niet te hoeven tegenkomen en Philips de Tweede en Amalia van Solms, om al die schimmen eens kwijt te zijn van vermoorde of niet vermoorde koningen, staatslieden en filosofen." Helemaal kwijt is de schrijfster deze schimmen toch blijkbaar niet geweest. Maar ik wil niet vitten. De jongste gene ratie, in vliegtuigen geboren of minstens vanuit de wieg de lift- duim opstekend, haalt over reisbrieven de schouders op Veranderingen in het wereldbeeld Daarom is juist ook in de krant de aanmaning niet overbodig, tel kens, elke dag, en zeker aan het eind van een zich bewegend en daarom bewogen jaar, toch te gelijk af te steken naar de diepte. We zijn dan met zijn allen op weg naar de toekomst, maar er is een Weg (met een hoofdletter). De zo gaarne gezochte duidelijk heid kan vooral de waarheid niet missen, maar er is een Waarheid (ook met een hoofdletter). Het mensenleven van vandaag ten slotte is een leven in overgangs tijd, meer dan ooit geweest lijkt maar er is al leven gegeven als een vast gegeven door Eén die behalve Weg en Waarheid ook Leven (inderdaad, ook met een hoofdletter) heet. DIEMER Zeven dagen verder HET SOMBERE-JAAR- met-de-mooie-zomer veegt de laatste kruimels op; hier en Griekse junta, de Koning nog niet terug, een beperkte amnestie weer voor politieke gevangenen, maar drama': niet voor de componist Theodo- J J daar wat buitenlands gerom- rakis, want die is recidivist. mei, een enkel nieuwtje in Den Haag, waar zoveel ambtenaren met vakantie zijn en waar zoveel anderen griep hebben. In Vietnam barst na het kerst bestand de oorlog weer los. De Paus vraagt om een staakt-het-vuren, biedt bemidde ling aan, zou een deputatie naar Hanoi willen sturen, een en an der met Johnsons goedkeuring. Met Nieuwjaar houdt het vuren weer even op. Rood-China dreig' het neutrale Cambodja te hulp tr komen als de Amerikanen er eer invasie zouden plegen om de Vietcong achterna te zitten. Tweede haard van onrust: in terne tegenstellingen binnen de Den Haag houdt zich bezig met de boze heer De Goede, die mi nister De Block verwijt, in het Europese overleg over kernener gie de boot te missen. Maar de minister schijnt zijn uraniumge- heimen niet kwijt te willen. De commissie-Berger wil in meer derheid van de opkomstplicht bij de verkiezingen af. De Eerste Kamer vindt tussentijdse verkie zingen bij de Groningse crenswijziging nodig (minister en venskosten. Tweede Kamer niet). Minister Schut uniformeert de woning- bouwsubsidies. Verder overlast moet Maar voorzichtig dan door de wassende Maas. met de kerstdagen veel ongelukken op de weg. met uitzondering van Engeland en Nederland, waar zelfs niemand werd bekeurd we gens rijden onder invloed. Rond- LIET jaar 1967 heeft belang- staat naar het leven Stond en ook rijke veranderingen te zien Jordaanse, Iraakse en Syrische gegeven in de internationale ver- troepen gereed stonden, de kleine houdingen. Met name in het Mid- staat te vernietigen, dellandse zeegebied is de positie van de Sowjetunie versterkt en Verwarring die van het Westen verzwakt. Het was vooral Frankrijk, dat een gezamenlijk optreden onmo- Van d. garant.es die de vieste- u maakta an er als U]ke mogendheden aan Israel ÓMTnn d da, de hadden gegeven, kwam niets te- Israëliërs om des levem „u to, recht, toen Egypte de J odse de aanva, moesten overgaan. Ook Amerika en Engeland deden ech ter niet wat van hen verwacht mocht worden, klaarblijkelijk uit vrees voor de reactie van Moskou. De Russen maakten van de verwarring gebruik. Zij stuurden oorlogsschepen naar het Middel landse zeegebied om de Arabie ren van hun goede wil te over tuigen, nadat ze geen hand had den uitgestoken om een eind te maken aan de zegevierende op mars van de Israëliërs. Sindsdien hebben de Russen zich stevig genesteld in het oostelijk deel van de Middel landse zee. Ook hun pogingen, tot het gebied van de Rode zee door te dringen lijken met succes te worden bekroond. Zij hebben in Jemen een bruggehoofd gevestigd en staan gereed, ook de kort ge leden onafhankelijk geworden volksrepubliek Zuid-Jemen (met hoofdstad Aden) tot hun ar beidsterrein te maken. Wedijver Het afgelopen jaar heeft op nieuw getoond, dat er geen we zenlijke verandering is gekomen in de Russische buitenlandse po litiek en in de plannen van Moskou, zijn invloed over de ge hele wereld uit te breiden. Wat de Russen onder „vreedzame wedijver" verstaan, laten zij in het Nabije Oosten zien. In het Westen dreigt men de fout te maken, het Russische streven naar ontspanning uit te leggen als bereidheid tot het zoe ken naar een oplossing Vriendschap, hartelijkheid, meer openheid voor elkaar Laten we hopen dat het jaar 1968 een begin kan zijn van een nieuwe fase van innerlijke vrede en blij moedigheid. niets te winnen bij een confron tatie met Amerika, dat in Viet nam een bijzonder kostbare oor log voert en rood China in be dwang houdt en dat zowel in het Nabije Oosten als in Europa op zijn retour is. Intussen zou het onjuist zijn, de terreinwinst van de Russen uitsluitend toe te schrijven aan koele rekenmeesters in het Kremlin. Veel factoren werken in hun voordeel, zoals de sociale re volutie, die in Amerika voor de deur lijkt te staan en de breekij- zerpolitiek van de Franse presi dent, die de westelijke alliantie in gevaar heeft gebracht. Ook dient men te bedenken, dat de Sowjetunie alleen te rugschrikt voor een oorlog met kernwapens, zolang zij moet aan nemen dat die ook haar eigen vernietiging betekent. Zodra zij voor dit laatste niet langer be- maar er tijn nog heel wat thuisblijvers van middelbare en oudere leeftijd, aan wie een boek als dit over Amerika goed besteed is. Het Is degelijke jour nalistiek naar traditionele opvat ting. geschreven met de typisch vrouwelijke ernst die Truitje Bosboom-Toussaint kenmerkte en die van Simone de Beauvpir tot Dorothee Sölle het prerogatief van geleerde vrouwen is. Repetitie Inez van Dullemen informeert over woestijnen, een dode goud- delversstad. een Indianenreser vaat; ze schrijft over Kerstmis, San Francisco, over begraven, Disneyland, New York, Kentuc ky, Pittsburgh, de Amerikaanse ruimten en het negervraagstuk. Het is niet adembenemend, het is zelfs niet verrassend, maar hoe kan men bij zoveel geografische oppervlakte diepe dingen zeggen, als reizigster? Voor de ontwik kelde lezer is dit boek een soort repetitie van bekende en minder bekende zaken, een repetitie ge geven door een verstandige, be trouwbare lerares die de dingen waarover zij praat zelf heeft ge zien en gehoord. Het zijn trou wens stukken die in De Volkskrant hebben gestaan en natuurlijk heeft de schrijfster zich min of meer naar de lezers van die krar.t moeten richten. Laat ik eindigen met enkele van haar uitspraken aan te ha len. „En zo vormen de universi teiten, overal verspreid, de oasen, de vitale stimulerende organen, de hersencellen van Amerika" (9). „In geen land zijn zelfkritiek, dadendrang en idealisme, als het er op aankomt, zulke parate en levende krachten" (als in Ameri ka), blz. 119. „Een rimpel van twijfel is ontstaan aan het opper vlak van Amerika's zelfbewust zijn, van het Amerka dat schijn baar alles heeft en alles kan" (120). Verloren Het valt niet mee reisbrieven te schrijven in een tijd dat iedere burgerman in zijn hulskamer de rimpels van president Johnson kan tellen, gevechten kan mee maken in Kongo en Vietnam, de baard kan zien ontluiken op het wangenvlees van een Griekse ge neraal, en gaapt achter maanfo to's of opnamen van stukken aardbol vanuit een ruimtevaar tuig. Het begrip reizen heeft zijn zin een beetje verloren, sinds de wereld zelf dagelijks aan onze ogen voorbijreist. Maar de mens blijft voor en na interessant. De „human interest gaat nooit verloren. Da mens blijft het boeiend raadsel, ook al weten we theologisch en psycho logisch wat er met hem aan de hand is. Men kan reisbrieven blijven schrijven en lezen, als ze mensen tekenen in hun milieu en hun landschap, met de verwon dering die open staat voor het verrassende in ieder mens en in elke situatie. Dr. C. RIJNSDORP vreesd hoeft te zijn, kan zij haar houding wijzigen. Vergelijk Niettemin blijft het mogelijk, dat de landen van Oost en West na verloop van tijd en naarmate de macht van communistisch China toenemen zal, tot een ver gelijk komen. Het blijft zinvol, akkoorden te sluiten, waar dat mogelijk en wenselijk is (verbod tot verspreiding van kernwapens enz.). Het zou echter gevaarlijk zijn, op de dingen vooruit te lopen. Een machtswisseling in het Kremlin kan de verhoudingen in de wereld drastisch wijzigen, ten goede of teA kwade. De weste lijke wereld kan zich niet ver oorloven, haar waakzaamheid op te geven. Zij moet haar eenheid bewaren, een tegenstribbelend Frankrijk op de koop toe ne mend. EV DE LANGE GROEF de kerstdagen ook altijd weer ïr ditkeer zelfs driemaal gezinnen, drank, ruzie doodslag. En de Jordaan maar boos zijn op de VARA, die Querido-Bou- bers beroemde stuk zo op het wereldproblemen. In °werkeli jk- scherm bracht dat iedere recht- hgij probeert de Sowjetunie nog geaarde Jordaner zijn ouders st€eds, het Westen van zijn na- beledigd acht. tuurlijke hulpbronnen af te snij- Naar 1968. dat een Algemene (jen en het onderling te verdelen, wet bijzondere ziektekosten brengt, voor velen 4 pet. huur- Hef feit dat Rusland en de /erhoging, hogere omzetbelasting westelijke landen in commu- >p brommers, drank en snoep, nistisch China een gemeenschap- zwaardere fiscale lasten,-vrije lo- pelijke vijand zien werkt in het procent hogere le- voordeel van de Russen, evenals Mhar eerst de oliebollen. En uitbreken het vuurwerk, als het beslist kernwapens. de gezamenlijke vrees voor het met Redenen DEZE WEEK GEZEGD „Geeft men zichzelf hele- Rusland had goede redenen, maal, dan leeft men ook he- zich niet rechtstreeks in te laten lemaal." (H.M. de Konin- met de strijd in Vietnam en die gin) in het Nabije Oosten. Het heeft Onder de titel „The Panassie Sessions", zo genoemd naar de Franse Jazz-criticus Hugues Pa nassie die in 1938/'39 een jazz- groep formeerde, brengt Inelco een langspeler van RCA uit, die authentieke opnamen bevat. Nummers als „Weary Blues". „Everbody loves me baby", „Rosetta". „When you and I were young, Maggie", „Gettin' toge ther". ..The world is waiting for sunrise" en „Royal garden blues" geven de liefhebbers historisch overzicht van de oude jazz-stijlen. De plaat (LPM-542) is boven dien een duidelijk eerbewijs aan pure muzikanten als Sidney Be- chet, Pete Brown, Al Casey. Cozy Cole (slagwerker bij o.a. Callo way en Armstrong). Sidney de Paris, James P. Johnson, John Kirbv. Tommy Ladnier, Mez? Mezzrow (de klarinettist die in het privé-orkest van Al Capone speelde) en Frankie Newton. Artone lanceert een CBS lp (S 52435) van hammondorganist Ken Griffin. Met bijv. „The Cuckoo Waltz", „Side by Side", „Wunder- bar". „Open up your heart" en „You belong te me" is het een plaat vol tintelende klanken. „The eight devils from Detroit" staan onder aanvoering van Jack met de onplezierige achternaam Devil. Met zo'n naam is het niet verwonderlijk dat op de Arto- ne-plaat MDS - 3049 een „Satans dream" voorkomt. Andere num mers zijn: „Innovation", „Image", ..Total loss", „All Risk" en „Wa termelon man". Wie niet „weg" is van dergelijke „beat-blues" zal de songs wel wat schreeuwerig vinden. „California dreaming" is een nieuwe Verve-lp van het uitste kende orkest van Wes Montgo mery. Behalve in de titelsong laat het zich horen in o.a. „Sun down", „Winds of Barcelona", „Green pepper" en als toppers ..Sunnv" en „South of the bor der". (V6-8672). A M-Records 212 017 is een langspeler van Herb Alpert en de Tyuana Brass in „The lonely bull". Van de vele met vak manschap uitgevoerde en prettig klinkende nummers nomen wij nog: „Tyuana Sauerkraut", „Let it be me", „A quiet tear" en ..Mexico". „In einer Bar in Hollywood" is een lp van Fritz Schulz-Reichel met het Bristol Bar-Sextett en behelst maar liefst zesentwintig filmmelodieën. Behalve plezierige verstrooiing zal het vaak ook aan gename herinnering zijn aan films als „Highnoon". „Vadertje Langbeen". ..Zorba, de Griek" Glenn Miller Story", „Exodus" „Lime Light", „Mary Poppins", „Sneeuwwitje en de zeven dwer gen" en ,Dr. Zhivago". (Polydor 249 149). Waar is de premier? Oudej aarsoverzichten zijn min of meer uitvoeri ge ontkenningen van het feit, dat de meeste mensen een tamelijk goed geheu gen hebben. Althans voor dingen die hen interesse ren. Daarom is een politiek overzicht van 1967 eigen lijk overbodig, want wie heeft zich de afgelopen twaalf maanden niet voor politiek geïnteresseerd? Toon Hermans misschien, en het handjevol kiezers dat zich door de VU-poli- ticologen heeft laten en quêteren, maar de rest was niet te houden. Van die hausse in politieke belangstelling hebben de uit gevers overigens meer gepro fiteerd dan de politiek zelf. Wie, door manifesten misleid, verwacht mocht hebben dat 1967 het jaar van de ingrij pende beslissingen over onze partijpolitieke toekomst zou worden, mag zich nu genomen voelen. Fundamenteel is er weinig veranderd. Sterker nog: er is weinig uitzicht op verandering gebo den. Interne moeilijkheden werden met resoluties en stu diecommissies bezworen. De christenradicale wolven ble ken schapen, die veel geschreeuw en weinig wol produceerden en zich met een paar progressieve trefwoorden terug in de veilige kooi lieten lokken. Daarin zullen ze zich sterk maken voor nieuwe her ders en vers hooi, maar uit breken is er niet meer bij. Tanen Voor 1968 voorspellen we een langzaam wegebben van de politieke belangstelling. Die is alleen gaande te hou den als er wezenlijke veran deringen op til xijn. Dat is nog lang niet het geval Het grote publiek is niet geïnte resseerd in studiecommissies en nog minder in de veifoale compromissen waarmee al of niet radicale politici hun par tijen voor ineenstorting weten te behoeden. Het consumeert politiek als vrijetijdsbesteding. Dus wil het sterke prikkels, sensatie, rellen. Een dreigende par tijscheuring gaat er altijd wel in, maar wijsneuzig gepraat over de noodzaak van dit en de wenselijkheid van dat, zon der dat iemand daar relevante consequenties aan verbindt, dat houdt de aandacht van tv-kijkend Nederland hooguit een jaar vast en dat is dan al erg lang. Politiek zal er volgend jaar weinig opzienbarends gebeu ren als het kabinet-De Jong geen grove fouten maakt. Door het partijpolitieke ru moer is het kabinet wat op de achtergrond geraakt, hetgeen overigens bij z'n aard lijkt te passen. Maar nu de zaak van de partijvernieuwing op de lijst van uitgekauwde onderwer pen is gekomen, zal de aan dacht zich wat meer op De Jong c.s. gaan richten. De he ren hebben de aanloopperiode achter de rug. In '68 moeten ze gaan tonen dat ze meer zijn dan een stel degelijke ad ministrateurs, die met ambte lijke routine lopende kwesties regelen. Centrum Belangrijkste steunpilaar voor het kabinet blijft ook in '68 nog de omstandigheid, dat iemand een crisis begeert alvorens in eigen partijhuis orde op zaken te hebben gesteld. En aangezien dat laatste zo'n vaart niet meer loopt, komt er voor 1971 geen crisis, tenzij het kabinet-De Jong daar zelf om smeekt Het heeft z'n lot in eigen hand. Tot dusver heeft het zich gedragen als een typisch kabi- net-van-het-midden, dat een rustige centrum-koers vaart, zonder veel fantasie maar ook zonder blunders. Wat gedaan moet worden, wordt gedaan, omdat de omstandigheden dat vergen of omdat het in het regeringsprogram staat. Het beleid is niet „progressief' ge noeg om de liberalen af te schrikken en niet „conserva tief" genoeg om de ietwat naar „links" getrokken con fessionele regeringspartners ongerust te maken. Toch verwacht de meest kritische partner, de ARP, zelfs van dit parlementaire zakenkabinet iets meer dan het plichtmatig afwerken van een meegegeven boodschap penlijstje. De anti's willen meer inspiratie, meer leven in de regeringsbrouwerij. Mr. Biesheuvel's commentaar op de Miljoenennota 1968 was een waarschuwing. De Trèveszaal hoeft niet uiteen te spatten van energie, maar mag ook geen boek houdkundig centrum worden. De ARP althans wil iets meer zijn dan cijfersvretende ac countant. Ook CH-aanvoerder Mellema is geen politicus van het type Toxopeus-Joekes, dat een kabinet per definitie on feilbaar acht als er geestver wanten in zitten. Zoekplaatje Mocht dus het kabinet in 1968 ongeïnspireerd blijven voortsjokken, dan kan het rekenen op porren in de rug van AR en CH. Schmelzer zal alleen gaan duwen voorzo ver dat nodig is om de KVP-radicalen vredig te stemmen. Veel zal afhangen van de presentatie van het kabinet Een kwiek „imago" in de persoonlijke sfeer kan een ge brek aan dynamiek in het beleid compenseren, maar als de verkooptechniek faalt, krij gen de zwakke plekken van het beleid des temeer accent. Jammer genoeg doet pre mier De Jong verwoede po gingen om zijn voorganger uit de jaren '63-'65, mr. Marijnen, in anonimiteit te evenaren. Het kabinetstableau lijkt een beetje op een zoekplaatje: Waar is de premier? Soms zien we m' op luchtha vens hoge gasten uitgeleide doen, in gezelschap van colle ga Luns, een combinatie die op de lachspieren werkt van mensen met tedere herinne ringen aan Stan Laurel en Oliver Hardy. Daar blijft het bij. Op de televisie wel Jan, Piet en Klaas van Nieuw-Links of christen-radicaal, maar geen minister-president. Eerlijk In „De Tijd" van vorige week zaterdag verdedigt de premier zich: „Ik vind dal je het alleen moet doen (op het scherm komen - red.) als je Premier De Jong werkelijk lets te vertellen hebt en niet als een soort at tractie. Dat zou trouwens toch tegenvallen, want gelegenhe den om met „iets leuks" te ko men zijn er nauwelijks. Ik zei al, dat je keuzemogelijkheden meestal liggen tussen iets be roerds en iets heel beroerds. Dat stelt de mensen maar teleur. Niet dat ik daar tegen opzie, want gebeuren moet het toch. En als u zou willen vra gen of ik op populariteit gesteld ben zeg ik daar geen nee op, maar ik ben van me ning dat de mensen zich toch pas op lange termijn een ge gronde mening over je vor men en dat ligt dan meer aan je daden dan aan je optreden voor de televisie". Dat is een nuchter geluid, ontwapenend door de eerlijk heid. Toch ook wel een tikje bedenkelijk, want de premier erkent impliciet, dat hij zel den of nooit „werkelijk" iets te vertellen heeft. Valse bescheidenheid of een onbe doelde en onbewuste veroor deling van het eigen beleid? Voor de leider van een kabi net dat bezig is de werk loosheid te bestrijden, de eco nomie te saneren, het onder nemingsrecht te democratise ren, de EEG-impasse te hel pen oplossen enz. enz., blijft het een merkwaardige uit spraak.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1967 | | pagina 15