Een ongezellige man (W. F. Hermans) OPINIE DUISTERNIS EN (JOK ZON Goudsmit-novelle kameR ZATERDAG IS DECEMBER 1! HET boek in kwestie be staat uit vier afzonder lijke prozastukken: De elek triseermachine van Winds- hurst; Een wonderkind of een total loss (zelfde titel als het hele werk)Hundert- wasser, honderdvijf en P' Gewortelde partiien TN de Nederlandse partijpolitiek, waar in deze tijd waarlijk iets te beleven valt, hoort men met name tweeërlei roep: die om meer duidelijkheid en die om nog verder voortgeschreden democratisering. De roep is begrijpelijk, maar men zij er niettemin voorzich tig mee. Want democratie kan men dermate perfectioneren dat ze onhanteerbaar wordt; D'66 heeft het op haar partij vergadering te Helmond moeten ervaren. En wat de duide lijkheid betreft, ook in de politiek is volstrekte duidelijk heid nu eenmaal onbereikbaar, ja kan zelfs onduidelijkheid een eigen functie hebben. Is de roep naar duidelijkheid en verdere democratisering dus niet helemaal te beantwoorden, de roep zelf houdt soms een mate van kritiek in, die op zichzelf gevaarlijke kanten hebben kan. Want kritiek die niet of onvoldoende tot resul taten leidt werkt op den duur ontmoedigend. TT ET ia met die kritiek als met de bekende vraag wat er het eerst is: de kip of het el. Neem de radicalen. Voor hun bewogenheid zal men respekt hebben. Ouderen herkennen er iets in van de dadendrang die zij als jongeren bij zichzelf bespeurden. Later wordt men gematigder, maar wee een politieke partij die niet tel kens weer de aansporing krijgt van de jongere generatie. Wat is er dan eerst, de kip of het ei? De radicalen schrik ken van het afkalven der partijen die hun, bij alle kritiek, dierbaar zijn. Maar de vraag laat zich stellen, of het niet méé hun kritiek is, die datzelfde afkalven bevordert. De kip of het ei. Of mogelijk ook beide, en dus op elkaar in werkend. T^EN woord van deze tijd is: vernieuwing. Daar zijn tegenwoordig van die woorden die Iets wets- matigs in zich schijnen te hebben, en het woord „vernieu wing" is er een van. Ook en zeker niet het minst in de po litiek doet het opgeld. De mening is dan, dat er hoog nodig moet worden vernieuwd. In zulk een situatie doet men verstandig, argeloos de vraag op te werpen of die vernieuwingsbezigheid dan op zichzelf een waarde is. Deze vraag is temeer gewettigd, omdat in tussen over die behoefte aan vernieuwing óók al onduide lijkheid bestaat. Wat wil men namelijk: partijvernieuwing of vernieuwing van partijprogramma's? Elke politieke partij zal bereid moeten zijn om haar pro gramma telkens weer aan studie te onderwerpen. Want de tijden gaan voort en de situaties veranderen. Ook wie vast houdt aan beginselen, zal de noodzaak willen inzien van de toepasbaarheid der beginselen op de veranderde situaties. JS dit dus te verdedigen, wat vlot wordt in deze t(jd naar mijn indruk gesproken over de noodzaak van partij vernieuwing. Als men daarbij iets voorbij dreigt te zien, dan is het de samenhang van ons partijwezen met ons volkskarakter. Ons volk moge soms de indruk geven van traag te zijn, en bovendien van een gematigdheid die vooruitstrevenden kan irriteren, het is zeker in deze zin radicaal hierin zit het woord „wortel" dat het ook de bestaande politieke par tijorganisaties in zich geworteld weet. Denkt men nu in gemoede, dat die partijen in ons volk zo zeer als thans het geval is gestalte hadden gekregen wan neer ze niet, op het terrein van de politiek, uitdrukking gaven aan even diep liggende levensbeschouwingen? z^AN dit laatste wordt, voor mijn besef, tegenwoordig in bepaalde voorstellingen die men zich maakt, en daar om ook in voorstellen die men oppert, voorbijgezien. Ik heb nu ook het oog op een kwestie als het stembus akkoord, in deze tijd inderdaad nogal in gesprek. De idee, zo is mijn indruk, is met name opgekomen over teleurstel ling hier en daar rondom de jongste kabinetsformatie, die een richting heeft genomen welke door de critici wordt be treurd. Een stembusakkoord zal iets dergelijks in het ver volg zo mogelijk behoren te voorkomen. Nu is deze motivering, uit teleurstelling ingegeven, op zich zelf al niet sterk. Dit is overigens niet het enige bezwaar dat tegen een stembusakkoord valt in te brengen. Een be- denking moet zeker óók zijn, dat het stembusakkoord de onduidelijkheid die het wil opheffen in feite verplaatst. yERPLAATSEN doet het deze bovendien naar een extra onvoordelige plaats, namelijk naar dicht in de buurt van de eigen partij. Het behoort immers tot het wezen van de partijvorming, dat men de eigen partij zo duidelijk mogelijk in al haar eigenheid aan het straks stemmende volk presenteert. Welnu, de duidelijkheid wint er niet bij, wanneer de eigen partij nadrukkelijk in de buurt van andere partijen wordt geplaatst. Van de christelijke partijen in ons land is nog altijd een wezenlijk kenmerk, dat ze die eigenheid bezitten. Ze leu nen niet tegen socialisme of liberalisme, ze willen daarmee ook niet worden vereenzelvigd, maar ze staan op eigen benen. Naar ik meen is dit laatste dermate sterk het geval, dat ik ook nog niet dadelijk een soort van hechtere aaneensluiting van de drie grotere „confessionele" partijen tot iets als een CDU zie ontstaan. Zelfs ARP en CHU hebben al moeite om bij elkaar te komen. f de partijvergadcringen zoals die de laatste weken zijn gehouden zie ik van het vasthouden aan het eigene een bevestiging. meer; Het grote medelijden. Het zijn beschouwelijke ver halen of verhaalachtige be schouwingen, maar wat de lezer het sterkst bijblijft is de persoonlijke toon die in elk stuk eender is. Het komt alles neer op een uiteenzet ting hoe de mensen zijn, hoe zij zijn tegenover de auteur respectievelijk de toevallige ik-figuur die zijn vertegen woordiger is, hoe de auteur staat tegenover de mensen en tenslotte hoe de schrij ver zich verhoudt tegenover zichzelf. Een aan voorvallen geïllustreerde bespiegeling dus, in vier punten. Wat zijn de mensen? Schijn gestalten, die het komplot van do samenleving in stand houden (bl. 180). „Nergens ter wereld willen de mensen in het algemeen iets leren" (214). Iedereen is ongeluk kig en dit is normaal (34). Ze zitten 's zondags in hun kerken te geloven zonder maar een se conde van plan te zijn iets in hun levenswandel te veranderen (136) „Ik kan in andermans bin nenste niet kijken, maar als het kon, zou ik me waarschijnlijk verbazen hoeveel andere mannen precies zo zijn als ik" (145). W. F. HERMANS zorg Is dat ik zoet met andere kinderen speel" (12). „Ik kan al leen Indruk op ze maken door ze te verbazen" (19). „Ik ben on uitsprekelijk moe, maar zelfs dat kan niemand wat schelen" (143). „Als ik hooghartig was, zagen ze mij over het hoofd: als ik toeschietelijk was, liepen ze over mij heen" (93). „Wie ter wereld heeft zich ooit voor mijn karak ter geïnteresseerd?" (112). „Nie mand heeft je nodig die niet toe vallig jou nodig heeft" (161). De mensen mochten me van jongsaf aan ook niet lijden als ik goedge humeurd was (223). Koning Konstantijn kwam zag en verloor... J^ET dramatische nieuws uit Griekenland heeft deze week wel het meest de aandacht ge trokken. De mislukte tegenzet van koning Konstantijn deed de hoop op een sneller herstel van democratische vrijheden ver dwijnen. Sinds de staatsgreep van 21 april verwachtten vele Grieken, dat de koning er in zou slagen, de macht van de junta over te nemen. Men ging er van uit, dat de strijdkrachten op het beslis sende ogenblik de zijde van Konstantijn zouden kiezen. Ook de koning zelf was daarvan tot woensdagochtend overtuigd. De junta heeft de strijdkrach ten echter geen gelegenheid ge geven, hun loyaliteit ten opzichte van de vorst te bewijzen. De te genzet van de koning was nau welijks voorbereid, werd door kruist, voordat zij op gang was gekomen en drong pas tot mili tairen en burgers door, toen zij al op een mislukking was uitge lopen. Sterk Gebleken is. dat de greep van de junta op het land sterk is. dat een militaire revolte voorlopig niet voor de hand ligt en dat een volksopstand, zoals die al vaak is voorspeld door tegenstanders van het bewind te Athene, binnen af zienbare tijd niet tot de moge lijkheden kan worden gerekend Gevolg is, dat in Griekenland alles bij het oude zal blijven, met dit verschil echter, dat de junta nu volledig is geïsoleerd en dat terugkeer naar democratischer verhoudingen wel bijzonder Nóch bij de PvdA nóch bij de KVP is het tot brokken gekomen. Men heeft op de vergaderingen elkaar in de ogen gezien, en naast de nodige woorden tot onderling vermaan bleek dat al genoeg om elkaar vast te houden. Alleen maar voor de eerstkomende tijd? Ik vermoed van niet. Want daarvoor zijn bij ons de partijen, af kalvingen ten spijt, in feite nog te (radicaal) geworteld. En voorlopig acht ik het wat veel gevergd om hierover te foeten gaan treuren. DIEMER Naar aanleiding van Willem Frederik Hermans, Een wonderkind of een fotal loss. Uitgave van De Bezige Bij, Amsterdam, 224 blz., 8.50. Zeven dagen verder ])E TEMPERATUUR steeg en *-* de winter week. Maar in deze donkere tijd brak er geen zonnestraaltje door de wolken. De temperatuur liep ook op tij dens het KVP-congres. Toch slaagde men erin de schijn te bewaren en het grote lijm-pro- bleem op te lossen. Vandaag moet de CHU „door de bocht gaan". Het zit er in, want de radicalen, die deze par tij ook kent. beloofden al de leiding trouw te zijn. Het jaar is nog maar kort. Daarom maakte Den Haag haast met het parlementaire werk. In de Eerste Kamer kwamen over de eindstreep de belastingvoor stellen en de wet op de zware geneeskundige risico's. Voor de langdurig zieken dus wel een zonnestraal, na lang wachten. Veel financiële zorgen worden nu afgewenteld. In de Tweede Kamer meldde minister Schut record: in 12 maanden 128.763 huizen in aanbouw. Collega Polak (justi tie) beloofde de Kamer spoedig de wet op de herziening van het ondernemingsrecht en van alle kanten vroegen de Kamerleden in deze wet ook de verplichting op te nemen van een openbare v erslaggeving van gesloten NV's. Begrijpelijk deze wens, want een dag eerder was in Den Haag de verificatievergadering gehouden van de failliete Van Heijst: de crediteuren zaten voor 60 tot 70 pet van hun vorderingen in het schip. In de Europese politieke ver houdingen liggen Den Haag en Brussel naast elkaar. In de Bel gische hoofdstad vergaderden de NAVO-ministers (zij streven naar internationale ontspanning) en op een morgen zaten vijf EEG-ministers wat slaperig aan het ontbijt om te bespreken hoe dat nu moet met het weigerach tige Frankrijk en het Engelse lidmaatschap. De ministers blij ven nog even in Brussel en we horen er volgende week wel meer van. In datzelfde Brussel behaalde staatssecretaris Keyzer zijn succes: gemiddeld mogen 1950 Nederlandse vrachtwagens elke dag over de Duitse Auto bahnen razen. Leber gaf toe. Die NAVO-ministers waren bijeen tegen de mistige achter grond van de Griekse staatsgreep en de vlucht van koning Kon stantijn en zjjn koningin Anne- Marie. Mistig was ook de muiterij (die geen muiterij bleek te zijn) op de African Moharch. Ondanks al deze neveligheid (ligt het aan het seizoen?) ten slotte nog wat zon in het nieuws: de provincie onderkent het gevaar van de bi- samrat, Rotterdam maakt van de Metro-opening een blij feest en de Nederlandse auto-industrie zet haar opmars voort: de Daf kwam met een nieuw, sneller model. moeilijk is geworden, ook al zou Konstantijn naar Griekenland te rugkeren. Navo Andere belangrijke gebeurte nissen werden als gevolg van het drama in Griekenland wat naar de achtergrond geschoven. Een daarvan is de bijeenkomst van de Navo-ministers te Brussel. Daar werd besloten, af te stap pen van de massale vergel- dingsaanval in geval van een ge wapend conflict en het systeem van „Flexibele verdediging" te aanvaarden. Dit systeem sluit het gebruik van kernwapens niet uit. Het houdt echter rekening met meer mógelijkheden, o.a. die- van een aanval met zogenaamde conven tionele middelen. In feite is het een aanpassing aan wat in Ame rika al wordt doorgevoerd. Vol gens de jongste gegevens leggen ook de Russen meer nadruk op de conventionele bewapening. Vloot Van belang is ook het besluit, een Navo-smaldeel op te richten, dat op de Atlantische oceaan een oogje in het zeil zal houden. Het is al geruime tijd een publiek geheim dat Russische vlooteenhe- den in het bijzonder atoomon derzeeërs daar zeer actief zijn. In het Middellandse zeegebied is de Amerikaanse Zesde vloot nog een machtige tegenspeler van de zich daar bevindende Russische oorlogsbodems. Aan het nemen van deze besluiten werkte Frankrijk niet mee omdat het zoals bekend militaire samenwerking bin nen Navo-verband heeft beëin digd. Wel nam het deel aan het politieke overleg, dat resulteerde in een vorm van overeenstem ming over de toekomstige taken van het bondgenootschap. Er zal meer en beter overleg worden gepleegd en de wederzijdse in formatie zal worden uitgebreid. Uittreden Bedoeling van het overleg is. het Frankrijk mogelijk te maken, lid van de Navo te blijven. Als de organisatie in 1969 20 jaar bestaat, is uittreding mogelijk, mits een opzegtermijn van een jaar in acht wordt genomen. Vol gens de Nederlandse opvatting zou opzegging al in augustus van het volgend jaar geoorloofd zijn. Te oordelen naar het resultaat van de besprekingen te Brussel houdt Frankrijk de deur nog open. Van de Navo-bijeenkomst maakten de ministers van West-Duitsland, Italië en de drie Beneluxlanden gebi'uik om een gemeenschappelijk standpunt te bepalen ten aanzien van het Franse verzet tegen toelating van Engeland. Ierland. Noorwegen en Denemarken als lid van de ge meenschap van de Zes. Volgende week dinsdag zullen de Vijf Frankrijk vragen, ja of nee te zeggen. Verder uitstel achten zij niet verantwoord. Tweede keer Aangenomen wordt, dat Frank rijk er niet voor zal terugschrik ken. voor de tweede keer Enge land de toegang tot de Europese gemeenschap te beletten. Is dat volgende week vastgesteld, dan kunnen de Vijf zich onderling beraden over wat hun te doen staat. De meningen hierover lo pen uiteen lang mijn gedachten denken, ik wil in hun hersens doordringen als een tumor" (19). „Geen gezel lige man ben ik feitelijk" (38). „In de bioscoop kijk ik alleen met belangstelling naar het jour naal of naar oorlogsdocumentai res, waar het blinde toeval woedt, waar de chaos alles re geert" (111). Ik ben te veel geoe fend in het voor me houden van persoonlijke dingen (142). „De vriendschap zou onherroe pelijk van één kant moeten ko men: de overkant" (142). „Iemand te ontmoeten kost mij een verschrikkelijke inspanning" (174). „Eigenlijk veracht ik ieder een met wie ik het niet van ganser harte eens kan zijn" (178). Ik denk niet in groepen (201). Waarom zeggen sommige mensen altijd nee op mijn redelijkste voorstellen, alleen omdat ik er over gepraat heb? (202). „Aan de kinderen heb ik soms zo'n hekel, dat ze nauwelijks voor mij bestaan, al maken ze lawaai ge noeg" (203). Goedhartig Hoe ziet de auteur zichzelf, of juister: hoe zien de ikfiguren zichzelf? Hij is in wezen erg goedhartig (176), hoewel hij het eigenlijk niet goed bedoelt (178) Onder bepaalde omstandigheden wordt de ontroering hem te groot (34). „Ik weet niet wat ik wensen moet" (102). „Ik val ten prooi aan een onverdraaglijk zelfmedelij den als ik aan toneelstukken denk. Hoeveel beter weten die personages hun vrienden te kie zen dan ik" (123). „Ik zou natuurlijk het boek Prediker kunnen schrijven, maar dat is al gebeurd" (135). „Ik kan aan niemand uitleggen hoe alleen ik ben" (160). Soms heb ik het gevoel of er iets in mij bestaat, iets kleins maar, bijna niets, maar toch iets dat nooit eerder bestaan heeft. En ik kan er niets over vertellen (161). „Ik weet dat ik maar eenmaal leef en dat alle tijd die ik ver knoeid heb met niet te hebben wat ik nodig heb, nooit ofte nim mer kan worden goedgemaakt" (201). „Ik ben verlegen, een bar baar, gefrustreerd; ik lijd aan zelfhaat; nihilisme; complexen, ressentimenten; ik ben behept met alles wat de pedagogen ver oordelen. Oud nieuws, sufferds!" (218). „Zo ben ik een angstaanjagen de uitzondering die de regels van de superieure geesten niet be vestigt en daardoor misschien toch de een of ander tot troost" (222). „Ik ben alleen mijn eigen bondgenoot en niet eens door dik en dun" (223). Confidentie Literair is het natuurlijk onge oorloofd om zelfgetuigenissen van ik-figuren uit vier verschil lende stukken op één hoop te werpen en die op een rijtje te zetten. Maar meer nog dan bij Anna Blaman is het resultaat hier dat de uitspraken zich van zelf aaneensluiten tot een confi dentie uit één stuk, waarin niets elkaar tegenspreekt; zelfs niet de overgevoeligheid, de behoefte aan contact, de goedhartigheid die zich nooit op natuurlijke wij ze hebben kunnen realiseren en uitgroeien. En wat het meeste treft: het besef iets te hebben wat niemand anders heeft: in dit opzicht dus een unicum te zijn, onvervangbaar, onherhaalbaar. Dit legitieme besef wordt versterkt door de bijzondere in telligentie van de auteur en zijn vermogen om met enkele diep in gekraste woorden gevoelens, situ aties, omstandigheden, mensen voor u neer te zetten. Voor wat hij te zeggen heeft, beschikt hij over een stijl zoals niemand an ders, zonder dat ik hem daarom een groot stylist zou willen noe men, want die beschikken over meer dan één stijl. En kan men iemand die maar één onderwerp kent: verongelijkt te zijn, een groot schrijver noe men? Vroeger kon dat niet. Van daag wordt zulk een specialisme niet meer als een beperking ge zien, getuige ook Wolkers. Laten we het erop houden dat wat Her mans schrijft in bijzondere mate leesbaar is, en dat mag ook wel, want aantrekkelijk zijn zijn boe ken niet. De auteur zal zeggen: dat is het leven en dat zijn de mensen ook niet. Doelpunt voor Hermans. Dr. C. RIJNSDORP. Het leven in de Noordvietnamese door. Het fietsend verkeer lijkt hoofdstad Hanoi gaat ondanks veel op dat in Nederland, bombardementen gewoon Klein interview W/IJ spraken met mej. mr. A. M. Goud- smit (34), sedert 15 februari lid van de Tweede Kamer voor D'66. Zij nam de ze week het initiatief tot het indienen van een novelle op het wetsontwerp dat de gemeentegrenzen van Groningen regelt. Mej. Goudsmit stelt voor in deze stad nieuwe raadsverkiezingen te houden, na dat de grenzen gewijzigd zijn. Zal het indienen van deze no- ken over de KVP-radicalen. Wat veile niet uitgelegd worden als is Uw mening over deze uitlatin- een stunt van D'66, waarbij de gen van een Uwer geestverwan- bedoeling voorop staat voor Uw ten? partij een gunstige verkie- Als iets vrij scherp wordt ge- zingsuitslag te krijgen? zegd, let men vaak minder op de Neen, dat kunt U zo niet stel- inhoud van iemands woorden. De len. D'66 is van oordeel dat ieder heer Gruijters heeft wellicht wal bestuur op democratiséhe wijze minder op de vorm van zijn gekozen dient te worden. Dat woorden gelet, waardoor ze naar staat ook in ons program. Als de algemene maatstaven onvriende- verkiezingen voor ons voordeel lijk of onbeleefd klinken. Met de op zouden leveren is dat meege- inhoud van zijn woorden, zijn nomen, Het is helemaal niet de opvatting dat de KVP-radicalen bedoeling om een stunt uit te ha- na de Partijraad in Arnhem uit len. Het voorbereiden van een de KVP hadden moeten treden, initiatiefwet is een serieuze be- ben ik het echter volledig eens. zigheid. Een stunt bedenken ;- lijker. mijn mening veel makke- ■neer Zijn er in de toekomst van D'66 meer initiatiefvoorstellen te verwachten? Wellicht wel. Wij willen het parlement veel daadkrachtiger Deze week gezegd: „Toen De Quay premier was. hadden we vijftig ka merzetels en ik heb alle vertrouwen dat als De Jong het vier jaar uithoudt, wij de vijftig weer zullen volma ken." Ervaringen U bent na de jongste Kamer verkiezingen in de Tweede Ka mer gekomen. Wat zijn Uw er\ ringen als Kamerlid. Geeft het de praktijk geen moeilijkheden dat D'66 als „pressure groep" haar campagne heeft gevoerd? D'66 wil inderdaad als „breek- maken dan het thans is. Het in- ijzer" in het naar onze mening dienen van een initiatiefvoorstel verouderde partijstelsel funge- is daartoe een mogelijkheid. Er is ren. Vanzelfsprekend is het dan tot nu toe van dit reeds lang moeilijk om in het parlement je bestaande middel weinig ge- plaats te vinden. We moeten het bruik gemaakt door het parle- parlementaire werk voor een ment. Wij meenden dat het deel nog leren. Onze motie bij de instellen van nieuwe gemeente- algemene beschouwingen om als grenzen in Groningen nieuwe Kamer een brief naar het Ameri- raadsverkiezingen gewenst kaanse Congres te sturen, waarin m«ak£ u onze visie °P de kwestie-Vietnam Ik heb daar destiids evenals werd uiteengezet, is door sommi de heer Jongeling van het GPV gen wel als stuntwerk uitgelegd, vragen over gesteld. Minister Wij hebben echter na uitvoerige Beernink was het niet met ons besprekingen gemeend eens. Welnu, dan is het indienen voorstel te mogen en te moeten van een initiatiefvoorstel een for- doen. meel recht, en in dit geval naar Door onze plaat, als parlemen- Van Lohman tot Buddingh' Vraag: „Wat heeft de partij vernieuwing in Ne derland tot dusver opge leverd?". Antwoord: „Zevenhonderddertig ra dio- en tv-uitzendingen, drie pakhuizen met poli tieke pamfletten, zes par tijcongressen, veertien studieconferenties, een verworpen motie-Aarden en een scheurtje in de KVP-radicale Kamer club". - Niet zo gek veel concreets dus. Toch wel iets. De centra le ledenadministratie bij de CHU, waaraan de algemene vergadering van de Unie van daag haar fiat zou geven. Als u dit leest is het vermoedelijk al gebeurd en dan hebben we er in Nederland een politieke partij bij. Van de CH-radicalen zullen de heren Tilanus en Mellema in de Utrechtse Merwedehal niet veel tegenwind krijgen. De heren hebben zich deze week al bij voorbaat overge geven. Uit aller naam hees Buddingh'-zelf in het verre Warnsveld de witte vlag. Hij zei lieve dingen over de bestuursvoorstellen en deelde schouderklopjes uit aan voor zitter Tilanus en secretaris Schuring. Kom daar in de Bo- gaers-club eens om. Maar Buddingh' ging niet helemaal door de knieën. Het Uniebestuur zal de CH-radica- le bijdrage aan een eventuele programherziening „als een belangrijke moeten beschou wen". Nou. zo'n onmens is Ti lanus nu ook weer niet dat hij dat zou weigeren. Anno 1967 is er in de Nederlandse poli tiek niets onbelangrijk meer. Maar Buddingh' ging verder. De CH-radicalen rekenen erop, dat ze bij het gesprek over een „program-uitdieping" worden ingeschakeld. Ook daar is overheen te komen. Inschakelen verplicht tot niets. Moeilijker ligt het met Buddingh"s wens, dat het hoofdbestuur ook het stem busakkoord met PvdA en D'66 op z'n agenda zal plaatsen. Hier verhief Buddingh' zich eindelijk op Gouden Wieken van de Warnsveldse rivierklei. Erfgoed Men kan hem de lof niet onthouden die hem toekomt. Hij presteerde het om de ge dachte van een samenwer kingsverband met een typisch christelijk-histo- risch erfgoed aan te prijzen. Als we 'm goed hebben begre pen. bljjven de CH-radicalen de oude beginselen van de Unie meer trouw dan nieuw lichters als Tilanus en Melle- mijn mening een plicht vai parlementslid om het op die i nier te proberen. KVP-radicalen taire fractie breekijzer te fungeren, kom je inderdaad in een zekere dubbel rol. Maar dat maakt het werk niet minder boeiend. Want we Budd;ngh"s redenering is deze. De CHU is vanouds een ondogmatische, een open par tij. De Unie is er voor héél het volk. Ze breidt haar armen uit voor de schare die de wet niet kent. Maar wat doen nu Tila nus en Mellema? Ze sluiten zich op in ce Achttien en koersen naar een ex clusief- christelijke federatie. Beter gezegd: naar christe lijke b'okvcrming. Zr herleeft de antithese- gedachte, die Kuyper omhelsde, maar Loh man afwees. Tilanus en Mel lema zijn dus Kuvperianen, Buddingh' en Viersen Loh- mannen. Wie weet, krijgen de CH-ra dicalen met die slimme rede nering vandaag een deel van de oudere generatie op hun hand. Progressieve balletjes kunnen raar rollen. Buddingh' c.s. weten, dat er in vergrijsde CH-kringen nog altijd an- ti-papistische gevoelens slui meren. Dat ze daar nou be wust op spelen, mag niemand beweren, maar in ieder geval kunnen ze die sentimenten voor hun eigen doeleinden ex ploiteren. Vele ouderen zullen misschien zeggen: „Kijk, dat gesprek van de Achttien is wel mooi en als Tilanus het aanbeveelt zit het natuurlijk goed, maar.pas op voor Ro me. Met Schmelzer in één fe deratief schuitje, dat gaat ons net iets te ver. Als we moeten kiezen tussen KVP en PvdA, nou dan weten we 't nog zo net niet. Een monsterverbond van CH-radicalen en CH-tradi- tionelen zou het spiegelbeeld zijn van de stroming-Van der Grinten in de KVP. Prof. Van der Grinten wil geen samen werking met ARP en CHU. Wel een nauwe band met de PvdA. Om dat progressieve doel te bereiken, maakt hij gebruik van anti-protestantse sentimenten in de rooms-conservatieve achter hoede, waar men aan de reli gieuze verschillen met de re formatie zwaarder tilt dan aan de politieke geschilpunten met de socialisten. Burgerschapskunde aanschaf van een nieuwe boe kenkast is komen te staan. Het regent nog steeds politie ke boeken, boekjes, brochures, pamfletten, programma's, con- cept-programma's enz. Begin i volgend jaar komen daar nog j de schriftelijke lessen van de j nieuwe Stichting Bur- j gerschapskunde bij. De stichting gaat belangstel lende Nederlanders voor ƒ25 het beetje staatkundige kennis j bijbrengen dat nodig is om j politieke tv-uitzendingen met vrucht te kunnen volgen. We beleven een hausse in politie- I ke belangstelling, maar wie pO meent dat belangstelling iden- km tiek is met een zekere kennis, a schijnt zich te vergissen. Trouwens, de belangstelling |re? beperkt zich tot een heel klei ne groep, zo vertelde dr. A. fin Hoogerwerf (schrijver van de Beo; eerste burgerschapskundige g les. oud-journalist en hoofd- U medewerker voor politicologie r aan de VU) deze week aan lnt' voorlichtingsfunctionaris dat d< Hoogerwerf's verkiezingson- I derzoek 1967 heeft o.m. de Diri volgende feiten aan het licht Jjfti gebracht: 59 pet. van de kie- Ltti zers leest niet regelmatig Ka- P merverslagen in de krant; 52 fze pet. spreekt in het gezin nooit gel over politiek; 6 pet. zegt niet Mq geïnteresseerd te zijn in poli- )on tiek; 9 pet. is het eens met de uitspraak „Mensen zoals ik hebben geen enkele invloed op de regeringspolitiek"; 33 pet. kan de naam van geen enkel Kamerlid noemen; 29 pet. kan de namen van minder dan vijf partijen noemen; 16 pet. zou niét stemmen als er geen opkomstplicht was; 89 pet. is geen lid van een poli tieke partij; 91 pet. heeft be gin dit jaar niet geprobeerd anderen ertoe over te halen een bepaalde partij te stem- Heel bedenkelijk is, dat 96 stg pet. van de kiezers zich nooit ir- schriftelijk of mondeling tot n§ een lid van de Tweede Kamer heeft gewend. Mensen die in moeilijkheden zitten, schrij ven naar de Koningin of prins Bernhard. Meestal krijgen ze antwoord, maar daar staat dan niet in dat ze met hun klachten haar de Kamerleden moeten gaan. Wat dat betrefl is de situatie in Engeland heel wat gezonder. Daar heeft elke kiezer z'n MP (member of parliament), die werk maakt van klachten, voorzover die niet liggen in de sfeer van „De kinderen van de buur vrouw maken zo'n herrie". Als we hier een ombudsman krijgen, wordt het misschien beter. Zo'n ombudsman kan echter alleen aanvullend werk doen. Het parlement zelf moet brievenbus voor kiezers met moeilijkheden worden. Wel licht kan een parlementaire voorlichtings functionaris dat het publiek eens gaan bij brengen. gel D'66 „Iemand gebrek aan moed verwijten is alle haargroei middelen ten spijt even zinloos als iemand persoonlijk verantwoordelijk houden voor zijn kale schedel", schrijft D'66-ideoloog drs. Hans Gruij ters deze week in de „Haagse Post". n Velp heeft Gruijters nie mand „gebrek aan moed" ver weten. Hij noemde de radicale heren Aarden en Boersma ronduit „lafaards" en hij wei gerde die kwalificatie terug te nemen. Wij vinden dat poli tiek van laag allooi. Wat men iemand als Aarden ook kan verwijten, zeker niet dat hij laf is. Hij is menige radicaal te radicaal. Want wie durft het aan om in eigen radicale kring de veelbesproken „scheiding der geesten" aan te brengen? Dat deed Aarden met z'n motie over de ontwik kelingshulp. waar z'n broeders in de radicaliteit Mom- mersteeg en Westerterp te genstemden. Dat is niet laf, maar moedig en zelfs over moedig. De christen-radicalen hebben nu hun linker- en rechtervleugel, 't Wordt tijd dat ze gaan kiezen. Tegen het radicale establishment en voor de politieke duidelijkheid. Gruijters en zijn partij blij ven in dg publiciteit. D'66 diende deze week een initia tiefvoorstel in om in Gronin- gen gemeenteraadsverkie zingen te laten houden. Wat in Helmond mislukte, kan in j Groningen gelukken. Een beetje doorzichtig is het wel, maar D'66 heeft nu eenmaal niets te verbergen. Politiek exhibitionisme is niet straf baar. Maidenspeech Mej. Haars. de soms sigaren rokende tweede vrouw in de c.h. Kamerfractie, sprak deze week voor het eerst in de ver gaderzaal. Minister Polak: „En dan kom ik nu toe aan mej. Haars, die in dubbele zin haar maidenspeech heeft gehou den."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1967 | | pagina 12