Ons Oranjekind Topaz: eenvoudig recept geraffineerd toebereid Voor De glorie van het schip Leon Urisactuele spion Nachtmerrie van de toekomst Wie zou president Lc Croix toch zijn? Herinnering aan Lenin Verhalen en romans Theologie NIEUWE LEIDSE COURANT VRIJDAG 27 OKTOBER 1967 TOPAZ. De naam intrigeert al. Wie het nieuwste boek van successchrijver Leon Uris (Gezworen kameraden. Exodus, Mila 18) leest, wordt niet teleurgesteld. Uris bedient zich van een eenvou dig recept, maar hij heeft het wel bijzonder geraffineerd toebereid. ER is nog niet genoeg ge schreven over het schip en de scheepvaart. Voor ons liggen weer twee nieuwe pu blikaties. Het ene, zoals ge bruikelijk bij dergelijke on derwerpen', een kostbaar mo nument van documentatie, het andere een boeiend kijk boek van getekende scheeps modellen. De glorie van het schip is een rake titel voor het omvangrijke boekwerk, dat de kunst en kunst nijverheid van scheepsbouwers en zeelieden uit vele eeuwen laat zien. Een uitgave van Elsevier, Amsterdam. 272 blz. groot for maat, 542 afbeeldingen, 69. De scheepsbouw en de scheep vaart hebben nu eenmaal vele glorieuze hoogtepunten gekend. De schepen van de Vikingen, de zeilschepen van de 17e eeuw, de barken die later kwamen: het zijn stuk voor stuk juwelen van scheepsbouw en kunstnijverheid. Die glorieuze tijden zijn dan ook het onderwerp van het boek, dat in tien hoofdstukken een com pleet beeld geeft van wat de zeeën aan schoons heeft beva- Alle facetten komen aan bod: de geschiedenis en de esthetiek van de scheepsbouw, modelbouw, houtsnijkunst in de scheepsbouw, diverse zeemansgebruiken, de kunstnijverheid van de zeeman zelf en de maritieme kunst in de kunsthandel. Rijke tijden drukten stempel op weelderige scheepsversierin- gen, minder goede jaren leverden doelmatiger schepen op. A AN DE VOORAVOND van het 50-jarig bestaan der Russische revolutie heeft De Ar beiderspers een vertaling uitgege ven van Herinneringen aan Lenin, door Maksim Gorky en Lev Trotsky, de „linker"- en de „rechter"hand van deze grootste revolutionair aller tijden. Over Lenin is in de loop der jaren uiteraard heel wat bekend geworden. Minder bekend, al thans in het Nederlandse taalge bied, is hoe zijn tijdgenoten hem Trotsky en Gorki werpen daar op een boeiend licht. Omdat deza mannen 'nogal verschillend van aard waren en eikaars visie op Lenin zelfs hebben bestreden mag worden aangenomen dat het totaalbeeld betrouwbaar en volle dig is. De vertalingen zijn van C. J. Pouw jr. en Jaap Walvis (172 blz., 4,90). De vrouw met het vosje, door Violette Lcduc. Uitgave A. W. Bruna en Zoon, Utrecht. De Franse schrijfster Violette Leduc, beroemd geworden door haar autobiografische roman De Bastaard, leidde twintig jaar lang een monotoon en uitzichtloos bestaan in Parijs. Van haar suc ces heeft zij zelf gezegd dat net eigenlijk te laat kwam. Inmiddels heeft zij de nodige afstand tot de jaren van armoede kunnen nemen om te komen tot een klein meesterwerk: De vrouw met het vosje. Hierin beschrijft zij acht dagen van het leven van een straatarme vrouw, die met suikerklontjes en een paar aardappels in leven pro beert te blijven. Haar enige bezit is een goed koop en kaalgeworden vosje, dat ze uit een vuilnisbak heeft opge diept. Door de nood gedwongen is ze bereid het te verkopen, maar niemand wil het hebben. Zodoende vervalt ze tot de zo door haar gevreesde bedelstaf, die echter geheel nieuwe perspec tieven opent waarin zij een onge kend geluk met haar vosje er vaart. (94 blz., 3,50.) De Mexicaanse schrijver Carlos Fuentes heeft met Aura (uitgege ven in de Witte Beertjes-serie) zich op het vlak van het bovenna tuurlijke begeven: Aan de andere kant is het taalgebruik duidelijk en eenvoudig. Deze novelle leest vlot. Het verhaal laat de lezer vrij in zijn eigen oordeel. Aura kan men een diepere betekenis geven, het hoeft niet. 0S blz., 3,50. Tekeningen en foto's (totaal 542, waarvan 90 in fraaie kleu ren) uit vele musea en verzame lingen geven een juist beeld van wat er zoal heeft gevaren en hoe dat er heeft uitgezien. Er zijn afbeeldingen van opgegraven schepen, steven-, hek- en mast- versieringen, kajuitornamenten, varende schepen. De glorie van het schip neemt tussen de vele boekwerken die er de laatste jaren over scheepvaart en scheepsbouw zijn vers-henen een bijzondere plaats in. Inhoud en uitvoering staan op een hoog Modellen Niet minder boeiend is het bij de Europese Bibliotheek ii Zalt- bommel heruitgegeven Verschei dene soorten van Hollandse vaar tuigen, getekend en gesneden door Gerrit Groenewegen met tekstbijdragen van P. Dekker. (41 blz. tekst, vele tientallen tekenin gen, 24,50). Aan het einde van de 18e eeuw tekende Gerrit Groenewegen de modellen van vele schepen uit die tijd, bracht ze over op koper en gaf ze uit. In de heruitgave is ook een beschrijving van de ge maakte tekeningen. Een stuk geheime dienst-werk vormt de hoofdmoot van het ver haal, dat van begin tot eind in haakt op de actualiteit. De actua liteit is de rol van Frankrijk in het westelijk verbond en de Cu ba-crisis. Uris gebruikt andere namen voor overbekende toestan den en personen. Generaal La Croix is de arrogante, eigengerei de en despotische president van Frankrijk. Het verhaal Is voor Uris hoofd zaak, maar hij kan niet nalaten ook een stuk wrok van zich af te schrijven. Hij doet dat op een grappige wijze. Zo laat hij de hoofdpersoon in een gesprek met president La Croix, zo die nog niet herkenbaar mocht zijn, een uitspraak van generaal De Gaulle aanhalen om La Croix het foute van zijn handelen te doen inzien. Het begint allemaal met de desertie van een hoge Russische spion. Deze man onthult het bestaan van twee groepen van de Russische geheime dienst, die een geweldig succes hebben geboekt. De ene groep stelt zich ten doel Frankrijk de .zwakke schakel uit de NAVO los te weken en heeft in de onmiddellijke nabij heid van de Franse president me dewerkers; de andere groep houdt zich onledig met misleidin gen die de rol van Amerika in de ogen van bondgenoten in een kwaad daglicht moeten stellen. Parallel daarmee loopt de ande re crisis: die van Cuba. Door een toeval ontdekt de chef van de Franse inlichtingendienst in Ame- S~iP 27 april werd voor het eerst na 116 jaar in Nederland een erfprins geboren. De vreugde daar over in het land was over weldigend. Immers, met prins Willem-Alexander werd weer het uitzicht ge opend op een koning schap en vele Nederlan ders hopen de dag tè be leven, waarop hij de troon zal bestijgen. Voor David Wijnbeek was de geboorte van dit prinsenkind aanleiding te gaan mijmeren over verle den en heden, en hij heeft deze mijmeringen neerge legd in Ons Oranjekind (uitgave La Rivière Voorhoeve, Zwolle, 170 blz., f8,90). Wijnbeek is een Oranje kenner bij", uitstek en daar naast is hij als het ware kind aan huis in het Ko ninklijk Huisarchief. Voor al dit laatste heeft hem in staat gesteld de beschik king te krijgen over vrij wel onbekende verhalen en nog nooit gepubliceerde foto's. Onder die foto's, meer dan zestig, zijn er waarnaar vele moeders met vertedering zullen kij- Ons Oranjekind is geen gewoon boek. Het is het boeiende familieboek van de Oranjes, waarin het een genot is te bladeren. Bij de foto: De kleine Beatrix heeft alle belang stelling voor haar pas geboren zusje Irene. Een exclusieve opname, door de Prins aan een vriend cadeau gedaan. (Uit Ons Oranjekind) rika een van de weinige Fransen die nog op Amerika gokt het bestaan van raketten op Cuba. Zijn activiteiten leiden de Cuba-crisis in. Het is aan de ontdekking van het komplot in Frankrijk te dan ken, dat La Croix de zijde van Amerika kiest. Dat is de enige verklaring voor zijn ongewone be reidheid, want zijn haat voor Amerika is spreekwoordelijk. Uris schreef een goed boek, dat van begin tot eind spannend, ac tueel en leesbaar is. Zelfs amusant als men zich openbare figuren achter de gefingeerde na men voorstelt. Dat mag je natuur lijk nooit doen bij een werk, dat roman heet te zijn, maar de schrijver nodigt er gewild of on gewild wel toe uit. Topaz is een stuk ontspanning, amusement zo men wil, dat tege lijkertijd de hoge politiek, zij het enigszins te eenvoudig voor gesteld, wat dichterbij brengt. De lezer moet het niet als een stuk geschiedenis beschouwen, zoals bv. Exodus. Daar is Topaz veel te eenzijdig voor. Dat doet echter niets af aan het vakmanschap van Uris. Uitgave Hollandia, Baarn, 336 blz., 16,90. De poes, door Georges Sime- non. Uitgave A. W. Bruna. Utrecht. Hij verdenkt haar, dat zij zijn kat heeft vergiftigd. Zijn blinde wraak is, dat hij haar papegaai de veren uitrukt. Haar tegenzet is, dat ze de papegaai laat opzet ten en als sieraad plaatst' in de echtelijke woning. Zo. is de verhoudihg tussen het bejaarde echtpaar Emile en Mar guerite. Zij spreken niet meer met elkaar. De enige communica tie bestaat uit enkele hatelijke woorden, die op briefjes worden geschreven. Nee, Simenon schreef geen de tectiveverhaal. Maar wat deze verburgerlijkte echtelieden tegen over elkaar doen is puur misda dig. Merkwaardig, dit boek van de knappe schrijver Simenon. Want hij maakt ook duidelijk, dat deze mensen, in de benauwde en enge sfeer, die zij opriepen, el kaar toch niet kunnen missen. (166 blz., 6,90) EEN goede vriend van Jacob Carrossa heeft hem geschreven, dat hij met De naakten en de speyers een schokkende, aangrijpen de en fantastische roman heeft geschreven. Die vriend had gelijk voor wat betreft het schokkende en aan grijpende element. Maar en dat is voor de lezer een gruwe lijke gewaarwording fan tastisch is deze toekomstdroom zeker niet. In de meeste gevallen belicht de schrijver van een toekomst droom slechts een enkel facet van de in later eeuwen te ver wachten samenleving. Carrossa maakt daarop geen uitzondering. Even normaal is het» dat Carros sa met zijn boek de wereld van nu wil waarschuwen. Maar Carrossa gaat niet zo ver in de toekomst: slechts ruim hon derd jaar, dus enkele generaties verder. Hij doet dit niet eens lit terair: het is eerder goede journa listiek door de wat klinische ma nier, waarop hij de te verwach ten situaties beschrijft. Klinisch beschreven of niet, Carrossa ervaart zijn eigen toe- Amerikaanse roman over Rembrandt komstdroom als een nachtmerrie. Hij ziet niet, dat door de tech nische vooruitgang de mens ge lukkiger wordt en over meer vrije tijd gaat beschikken. Hij ziet slechts, dat er voor hoe lan ger hoe minder mensen plaats is in het arbeidsproces. En verder verpauperen miljoenen voor wie slechts het allerprimttiefste bestaan in uiterste armoede reali teit is. Voor wie geen enkel ide aal, geen moraal, geen toekomst, geen cultuur, niets boven het feit van het naakte bestaan in het heden, ook maar enige betekenis kan hebben. In zijn wanhoop wordt Carros sa rauw. Die wanhoop grondt in de realiteit van nu: steden in Zuid-Amerika, India, overal waar mensen „te veel" zijn. He benauwende is, dat de le zer als een dreigende realiteit er vaart wat Carrossa droomt Mis schien heeft hij gelijk. Want wie zal straks bereid zijn, om samen met zijn buur man drie uur te werken voor wel vaart voor hem en die buurman, als hij in zes uren werken die welvaart voor zich alléén kan opeisen? Die buurman? Dat is zijn zorg niet! Het zou best kunnen zijn, dat een groot deel en later zelfs het overgrote deel van de mensheid eenvoudig overbodig wordt. Wellicht hebben reizen naar Maan en naar planeten voor do mensheid meer betekenis dan ver meerdering van wetenschappe lijke kennis. Misschien is een noodsprong naar elders straks een bittere noodzaak. Pockets van Meulenhoff TN DE serie Meulenhoff-poc- kets verschenen weer zes nieuwe deeltjes, waarvan we in de eerste plaats willen noemen Erskine Caldwells Angst voor de hel, waarin de schrijver vertelt van de godsdienstige onverdraag zaamheid in het zuiden van de VS van een halve eeuw geleden. Dan De lange mars van Willi am Styron, die met zijn roman Dit huis in vuur in ons land be kendheid kreeg. De lange mars is de dramatische geschiedenis van een gedwongen afmattingsmars en het conflict tussen de comman dant en een rebellerende kapi- Herdrukken zijn in dezelfde se rie: De inbreker, door A. Defrèsne; De kracht van de zwak ken, doro Anna Seghers; De ze- De onvolmaakte echtschei ding, door Krystyna Nepomuc- ka. Uitgave West - Friesland, Willem A. Mayer vertaalde deze nieuwe roman van de Poolse Ne- pomucka, waarin zij een rauw, realistisch beeld geeft van het le ven van een familie in Warschau, arm voor de oorlog en tijdelijk welgesteld gedurende de Duitse bezetting. Beklemmend is de tragiek van een jonge gescheiden vrouw in een demoraliserende omgeving, vechtend voor een nieuwe kans, die haar echter telkens ontglipt. Boeiend en warm geschreven. ven tuinen, door Arthur van Schendel en Petersburgse vertel lingen, door Nikolaj Gogolj. (Alle 2,50). roman van de Amerikaanse schrijfster Gladys Schmitt over de Nederlandse grootmeester van het claire obscure Rembrandt van Rijn. Het doet wel even vreemd aan dat een buitenlander zich aan een dergelijk zij het dan geslaagd experiment heeft ge waagd. Gladys Schmitt heeft er dan ook veel voor over moeten hebben en moest zich zelfs de Nederlandse taal eigen maken om kennis te nemen van de au- tentieke geschriften waarop haar kolossale fantasie, waarvoor men respect mag hebben, voortbouw de. Het ging haar duidelijk om de mens Rembrandt, volgens haar een zeer £Mfbewust kunstenaar, die door dit sterke zelfbewustzijn een niet bepaald gemakkelijk man was. Zijn onmaatschappe lijke instelling heeft hem vele moeilijkheden berokkend. Ten slotte was hij een man met een sterk liefdeleven, die op dit terrein niet rijk bedeeld is ge weest met geluk. De schrijfster verliest zich nog al eens in details en haar werk vraagt geduld door breedvoerig heid, maar in totaal is het een boeiend boek waarvan de sfeer sterk imponeert. Of het in alle delen historisch verantwoord is, lijkt niet zo be langrijk meer. Wat zij bereikt heeft, is, dat de mens Rembrandt in zijn glorie en menselijke zwak heden echt levend voor de lezer wordt en daaraan ontleent dit boek zijn waarde. Uitgave Ad. M. C. Stok, Den Haag. Goed verzorgd, 500 blz., 24,90. Koningin van de onderwe reld, door Zoe Progl. Uitgave De Arbeiderspers, Amsterdam» Dit boek met de ondertitel privé-domein is gewoon een hard boek. Een zakelijk verslag van een hard leven. Geschreven door een vrouw die via een armoedige jeugd in vuile achterbuurten op klom tot in de bovenste regionen van de Londense misdaad. Top punt van haar roem was de ontsnapping uit de Holloway-ge- vangenis. Zoe Progl heeft het boek geschreven (de taal, de stijl en de hele opzet doet vermoeden dat zij het inderdaad zelf heeft ge daan). nadat zij de misdaad da rug had toegekeerd. Zoe Progl beschuldigt niemand, ze geeft zichzelf de schuld waarbij zij slechts even op haar armoedige jeugd wijst. 235 blz., 9,50. Huldebetoon aan Theun de Vries Treblinka, door Jean-Franpois Steiner. Uitgave A. W. Bruna en Zoon, Utrecht. Het is niet waar, dat de joden zich in de Tweede Wereldoorlog in de Duitse vernietigingskampen willoos hebben laten afslachten. Dat toont Jean-Frangois Steiner overtuigend aan in zijn verslag over het geperfectioneerde moord- systeem van de Duitsers in Tre blinka. en van de heldhaftige opstand van de gevangenen, die vechtend de vrijheid heroveren. Het is verleidelijk om niet even een parallel te trekken tus sen de vechtende joden in Tre blinka en de vechtende Israëli s die onlangs hard van zioh afsloe gen. Maar de laatste moed van de gevangenen, die zagen, dat geheel Treblinka verdween en de sproen van deze hel zelfs werden uitgewist, is moeilijk te vertellen en te vergelijken (388 blz., ƒ12,50). Den Doolaard ontspoort niet TE7E ZOUDEN de eerste ver halenbundel van romancier A. den Doolaard nauwelijks ontsporingen durven noemen, Want het plezier, dat de schrij ver ons verschafte deed niet on der voor dat wat hij met zijn romans wist te bereiken. De sfeer is dezelfde. De ruige ontdekker die, al reizend over on ze aarde, overal zijn materiaal verzamelt. Altijd staat de mens centraal, de mens die op een be paald moment in zijn leven „ontspoort". Kostelijk is het eerste verhaal: De minnaar onder het bed, spe lend in W-anen, waar Den Doo laard voor de oorlog zo vaak ver toefde. Er klinkt wat heimwee door naar de tijd toen er nog zoveel was om zich fel tegen te verzetten. Die felheid komt nog wel naar voren in het verhaal van de vrek die zijn jonge vrouw tot zelf moord dreef. Heel scherp ontleedt Den Doo laard het wezen van het Ameri kaanse klatergoud-succes in het verhaal van de striptekenaar die zichzelf moet verloochenen. Wat ond betreft hoeft Den Doo laard het korte verhaal niet te schuwen. Uitgave Querido, Amsterdam, 209 blz., 8,90. De expeditie naar de maan, P. Leopold, Den Haag. door Ludek Pesek. Uitgave H. De ondertitel „veertien maal 24 uur op onze satelliet" dekt de inhoud beter. Nu eens geen scien cefiction naar de opvatting van hele wilde fantasten, maar ge baseerd op de tot nu toe verkre gen inlichtingen over ruimte vaart en wetenschappelijke ver wachtingen. Pesek laat vooral de mense lijke kant van de reis naar de maan zien, hoe men reageert op mislukkingen, hoe men elkaar verdraagt en hoe men vermoede lijk als mens zal reageren op din gen die op aarde normaal zijn, maar die op de maan grote gevol gen kunnen hebben. Zeven uitklapbare platen en een groot aantal tekeningen il lustreren deze maanreis. 126 blz., 13,90. De Bedelares, door Thérèse de Saint Phalle. Uitgave A. W. Bruna. Utrecht. De Bedelares is een roman en een detective. Het geheel is niet gemakkelijk leesbaar, omdat de schrijfster de inhoud van het gesprek tussen een vrouw en haar teruggevonden vriend weer geeft in flash-backs, maar daar bij de verschillende episodes op zettelijk door elkaar haalt. Toch groeit de spanning daar door langzaam naar het einde, naar de onthulling van een bij zondere intrige. De kooplieden van dc Levant, door W. Culican en Egypte, door C. Aldred. Uitgave Else vier, Amsterdam. In de serie De vroegste bescha vingen, waarin de beginperiode van de grote beschavingen uil het verleden wordt beschreven aan de hand van een beknopte tekst en vele funktionele illustra ties, zijn nu weer twee delen verschenen. In de herfst van dit jaar zullen nog verschijnen „De jager» van de steentijd" en „De Indusbescha- ving." De kooplieden van de Levant en Egypte geven op zeer sug gestieve wijze een beeld van deze beschavingen. Zeer veel foto's, kaarten en tekeningen (140) veelal in kleur completeren de door deskundigen op populaire wijze geschreven tekst. De goed verzorgde uitgaven zijn de prijs dubbel en dwars waard. De prijs bij intekening op de hele serie bedraagt 10,50, los se delen 2,50. De 11e plaag, door Randolph S. en Winston S. Churchill. Uit gave West-Friesland, Hoorn. Twee nakomelingen van de gro te Britse staatsman sir Winston Churchill, zijn zoon Randolph en diens zoon Winston, hebben sa men een nauwkeurig verslag geschreven van de zesdaagse oor log in het Nabije Oosten. Winston was als journalist op het slagveld, terwijl zijn vader de politieke kant van de oorlog nauwlettend volgde. Samen zorg den zij voor een boeiend relaas, dat nog meer respect voor de Israëlische prestatie afdwingt. (262 blz.. 7,50.) Mijn prinses, door Gunnar Mattson. Uitgave Scheltens Giltay, Amsterdam. Nuchter en zakelijk, zonder pa thos, vertelt de Finse schrijver en journalist Gunnar Mattson hoe hij zijn vrouw leert kennen. Ze was toen 23 jaar, verpleegster, en werd verteerd door kanker. Haar hele leven had ze naar een kind verlangd. Ook nu nog. Bijna tegen zijn wil vat Gunnar liefde op voor dit zieke, niet meer aantrekkelijke meisje. Een liefde, die hij verstandelijk ontleed zelf niet kan begrij- Hij trouwt met haar en ze krij gen een van welstand blakende Als door een wonder verdwij nen ook de kankergezwellen bij de jonge moeder. Een gezond en gelukkig gezin kan een nieuw le ven opbouwen. De gegevens van het boek be rusten op waarheid. Mattson beschrijft zijn eigen huwelijk. De liefde heeft dit wonder der gene zing bewerkstelligd. Toch ont breekt de diepere belevenis. De lezer zal zich wat onbevredigd voelen en de werkelijke ontroe ring missen. Tussen de regels schuilt tevens het gevaar der valse hoop. Het boek werd in vele talen vertaald en ook verfilmd. (194 blz„ 8,90). Gezonde seksualiteit door F. J. Heggen, Uitgave J. J. Romein en Zonen, Roermond en Maaseik. Dit boek is geschreven' door een r.k. moraaltheoloog tnet me dewerking van een huisarts en een lerares opvoedkunde. In hoofdzaak behandelt het de bete kenis van de seksualiteit. Een boek, zoals er reeds zovele zijn verschenen. (238 blz., 9.75.) Niemand heeft Columbus uit gelachen, door Gerhard Prause. Uitgave Ad. Donker. Rotter- Vervalsingen en legenden in de wereldgeschiedenis. Dat is het on derwerp van dit interessante en leesbare boek. Gerhard Prause probeert aan te tonen met meer en minder succes dat Tiberius niet de wrede keizer was waarvoor de mensheid hem houdt; dat niemand Columbus uit lachte toen hij zei dat de aarde een bol was; dat Luther zijn 95 stellingen nooit heeft vastgespij kerd; dat de Bastille nooit bestormd is; dat het met Galileï heel anders is gegaan dan aange nomen wordt; kortom, dat het nu eindelijk eens uit moet zijn met het geloof in leesboekverhalen die de waarheid geweld aan- Prause behandelt ook de moor den op Kennedy en Lincoln. Hij haalt bronnen aan die vermelden, dat Lincoln het slachtoffer werd van zijn minister van oorlog Stan ton. Hij suggereert twijfel aan de juistheid van het Warrenrap- De verwarring over het War renrapport en de moord op Ken nedy is een bewijs voor Prausés stelling, dat men de geschiedenis of liever gezegd het geschiede nisverhaal niet te absoluut moet nemen. Dat zelfde geldt ech ter ook voor de kritiek op offi ciële lezingen. Met die reserve moet men Prauses boek lezen. (217 blz., 17,90). Decaloog en zondag, door ds. P. Visser. Uitgave J. H. Kok, Kampen. Grondig, glashelder én boeiend is deze studie, bedoeld als rap port voor de classis 's-Hertogen- bosch van de Gereformeerde Ker ken. Vragen worden erin behan deld die opkwamen na een vorig boekje van ds. Visser: Zon dagsrust en zondagsheiliging. De schrijver bespreekt plaats en betekenis van de decaloog in het algemeen, in het kort de bete kenis van de geboden afzonder lijk voor de Christelijke Kerk en van het vierde gebod in het bij zonder, mede voor de praktijk van het christelijk leven. Een en ander mondt heel praktisch uit in een zestiental overwegingen. Een excursie over de betekenis van Egypte in de heilshistorie en 280 aantekeningen completeren dit beknopte maar evenwichtige en nauwgezette betoog. (87 blz., 4.95) De Bijbel in tegenspraak, door ds. II. J. Spier. Uitgave J. H. Kok, Kampen De Bijbel is vol tegenover gestelde motieven en uitspraken, en het is duidelijk dat de trouwe Bijbellezer het daar nogal eens moeilijk mee heeft. Dit sympa thieke boekje van de Rijswijkse gereformeerde pastor kan hem dan helpen. Niet dat ds. Spier kant-en-kla re „oplossingen" biedt, want zo gemakkelijk laat de Schrift zich niet hanteren, en gelukkig is de schrijver zich daarvan zeer wel bewust. Hier wordt niets glad gestreken of weggeëxegetiseerd. Wel wordt gezocht naar Gods bedoeling. Zo komen o.a. aan de orde Paulus contra Mozes; gena de en loon; redding en oordeel; antithese en synthese; zondaar en zondeloze en de (on)mogelijkheid van het geloof, (130 blz., 6,90) /~\P 26 APRIL werd de Amster- damse auteur Theun de Vries, het „episch unicum onzer letteren" zoals C. J. Kelk hem eens heeft genoemd, zestig jaar en ter gelegenheid daarvan heeft de Arbeiderspers, Amsterdam, een Theun de Vries - 60 - Keur- omnibus (511 blz., ƒ7,90) het licht doen zien. In deze Keur omnibus zijn opge nomen: De vrijheid gaat in het rood gekleed (1946), De merrie (1966), Ziet, een mens (1963) en Wilde lantaarns (1940), boeken, die naar de uitgever zijn keus toelicht het meest markant zijn voor de verschillende facet ten van Theun de Vries' schrij verschap. In de loop der jaren heeft Theun de Vries zich weten te om ringen met een grote schare van lezers, die het verschijnen van deze omnibus, bedoeld als een hulde aan een knap schrijver, ten zeerste zullen toejuichen. Verhalen bundel 9x9x9 TT" ORTE verhalen komen v steeds meer in de belangstel ling. Eigenlijk wel begrijpelijk. Tijd om te lezen ontbreekt. Dat is een negatieve reden om korta verhalen te lezen. Maar daar hoeft het niet bij ta blijven. Korte verhalen kunnen juweeltjes van vertelkunst zijn en ook gecondenseerde romans. De uitgever Polak en Van Gen nep heeft het initiatief genomen om een internationale verhalen bundel gelijktijdig in negen verschillende landen te laten verschijnen. Negen landen, negen schrijvers en de keuze werd ge maakt door negen critici. Bekende auteurs zijn Anton Koolhaas, Goffredo Parise, Pa trick Boyle en Isaac Bashevis Sin ger. (202 blz., 8,90).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1967 | | pagina 17