GIBRALTAR
de
Britse
doorn
in het
Spaanse
vlees
I0KDAGS
BLAD
ZATERDAG 9 SEPTEMBER 19«T
Zolang er aapjes zijn le er hoop.
Spaans
dokken-industrie en het nu in
het nauw gebrachte toerisme.
Toch blijven er nog toeristen ko
men. Ze wringen zich langs de
Spaanse douaniers, leggen te voet
of met een koetsje de vijfhon
derd meter lange betonweg, die
als een soort pier de Rots met
het Spaanse vasteland verbindt,
af, en stuiten op het eind daar
van op een klein Spaans militair
detachement, dat het stukje nie
mandsland van een halve kilome
ter lange betonstrook tegen even
tuele Britse aanvallen moet ver
dedigen en zich voor de rest onle
dig houdt met het laten invullen
van moeilijke formuliertjes door
de bezoekers van Gibraltar.
x Vijf meter verderop de Britse
post, waar enkele over-beleefde
oer-Engelse bobby's het paspoort
van de bezoeker verrijken met
een nieuw stempel. Wanneer men
dan, nog altijd te voet, de start
baan van het vliegveld is over
gestoken, (men moest die start
baan daar wel dwars op de rijbaan
aanleggen omdat er op de hele
rots geen andere plek gevonden
wordt die vlak genoeg is om er
een straaljager te kunnen laten
uitrollen), na dus die gewone
oversteek, waant men zich in een
vriendelijk provincie-stadje in
zuid-Engeland: In de Main Street
rijen winkels zich aaneen, de
goederen zijn geprijsd in shil
lings en ponden en op de winkel
ruiten staan de zeer Engelse na
men van de eigenaars of de con
cerns.
GIBRALTAR, de Britse doorn in het
Spaanse vlees, mag zich over zijn
eigen toekomst uitspreken. Morgen
zullen de vijfentwintigduizend be
woners van de kleinste Britse kolonie ónder het
wakend oog van de Verenigde Naties middels
een referendum hun wens kenbaar maken: of
wel men bewaart de band met Engeland, of
men verkiest de status van Spaans staatsbur
ger. Maar de mogelijkheid dat men voor dat
laatste zal kiezen is maar zeer, zeer klein en
ook dat is nog eufemistisch uitgedrukt.
Een verrassing zal de uitslag voor de volks
stemming op Gibraltar niet worden, niet voor
Engeland en evenmin voor Spanje, dat al gerui
me tijd bezig is om het referendum internatio
naal in een verdacht daglicht te stellen, omdat
de uitslag van de stemming alleen maar een
nieuwe slag in het trotse Spaanse gezicht kan
zijn.
Het is nu al zeker dat de Gi- kaanse kust, na tweehonderdvijf-
braltarians openlijk zullen verkla- tig jaar Brits regime weer onder
ren helemaal niet gesteld te zijn Spaanse vlag te brengen,
op een overgang van het Britse Sinds 1954, toen de Engelse
naar het Spaanse staatsbur- vorstin Gibraltar bezocht zonder
gerschap. En dat ondanks de drei- daarvoor eerst toestemming te
ging van Spaanse zijde, een drei- vragen aan de Spaanse regering,
ging, die door de premier van het sinds dat jaar zijn de Spaanse
ministaatje tijdens ons onder- speldeprikken in het vlees van
houd met hem aldus geformu- Gibraltar telkens gevoeliger ge
leerd werd: „Het grote Spanje worden,
buigt zich voorover naar het klei
ne Gibraltar, en zegt op vriende- Van speldeprikken ls nu allang
lijke toon en zo dat de hele we- geen sprake meer: De Spaanse
reld het kan verstaan: „kom laars trapt nu met kracht tegen
maar hier ventje", en dan zach- de schenen van de rotsbewo-
ter, onverstaanbaar voor de ners. De Spanjaarden hebben
omstanders, „en als je niet komt hun grens nu bijna volledig geslo-
snijd ik je de strot af". ten voor het verkeer van en naar
Gibraltar. Toeristen en Gibralta-
rians, die komend vanuit Spanje
Ffncf 'iet kleine stukje Groot-Britan-
nië willen binnengaan, dienen
hup voertuigen aan de Spaanse
Sir Yoshua kijkt beslist be- liJdc v,„ de gesi„,en grenshek-
Eorgd, wanneer hij er aan toe- ke„ te ,a„n .taan. en kunnen
voegt, dat Spanje dat dreigement „og voet de Rols be.ei-
inderdaad waar kan maken ook. ken_ Voor Splnjaarden ls het a]
Het recente verleden heeft de Gi- helemaal verboden Gibraltar te
braltarians geleerd dat het Span- bezoeken; dit met uitzondering
je ditmaal bitter ernst is om dat van de ongeveer zesduizend
kleine stukje rots, in het uiterste Spaanse haven- en bouwvakarbei-
zuiden van Europa en gelegen op ders, die de Spaanse regering
«en steenworp van de Noordafri- graag toestemming geeft om op
Zou men dat ook nog verbie
den, dan had Spanje er nog eens
zesduizend werklozen bij... De
laatste aanslag op de economie
van Gibraltar vond plaats in de
maand mei van dit jaar, toen de
Spanjaarden alle vliegtuigen die
de Rots aan wilden doen verbo
den voortaan nog over Spaans
grondgebied te vliegen. Het bete
kende een zware klap voor de
toeristen-industrie van het kleine
schiereilandje, want veel toe
risten annuleerden hun bezoek,
omdat de vliegtuigen nu gedwon
gen waren een niet van risico's
ontblote scherpe bocht te ma
ken in de allerlaatste ogenblik
ken voor de landing. En mis
schien wil men nog wel eerst Gi
braltar zien en dan sterven, maar
een omgekeerde volgorde van de
ze twee zaken trekt weinig
mensen aan, zodat veel hotelka
mers leeg bleven deze zomer.
Historie
tal is vrij vredig, met uitzonde
ring van de laatste twee wereld
oorlogen, toen de Rots een be
langrijk steunpunt voor de geal
lieerden vormde en diverse aan
vallen kreeg te verduren. Maar
sinds 1945 heerst er vrede in Gi
braltar, ogenschijnlijk althans,
want iedere bewoner weet dat in
1954 Spanje een koude oorlog is
begonnen met als inzet de natio
naliteit van de rotsbewoners.
Direktc aanleiding vormde het
niet inwilligen door de Engelse
koningin van de Spaanse eis, dat
zij voor een bezoek aan Gibraltar
overleg diende te plegen met de
regering van generaal Franco,
hetgeen uiteraard een zekere er
kenning van Spaanse rechten op
Gibraltar had ingehouden.
De vorstin liet de Spaanse dic
tator dus weten dat Gibraltar
Brits was en bleef, en zij bezocht
de kolonie zonder ook maar een
Spanjaard om advies te vragen.
Dat was het sein voor de
Spaanse regering om de econo-
Het rotsblok waarom verbitterd
gevochten wordt.
Grote borden langs de weg
paar de grens met Gibraltar ver
tellen de toeristen al „Do your
shopping in Gibraltar", doe uw
inkopen In Gibraltar, iets wat in
derdaad interessant is omdat
men daar allerlei duurzame arti
kelen als camera's, radio's, auto's
etc. belastingvrij kan kopen, het
geen bijvoorbeeld bij een Engelse
auto precies de helft in prijs kan
schelen. Een fles whisky kost er
tien gulden in plaats van twintig,
en bij de sigaretten treft men
hetzelfde beeld. Inkopen doende
toeristen zijn voor Gibraltar dus
zeer belangrijk, en de plaatse
lijke middenstand baseert haar
oinzetprognoses voor een groot
deel op juist deze groep afne-
om de middenstand te wurgen.
Spanjaarden die de Rots wilden
bezoeken werden door de
Spaanse douaniers teruggestuurd
en de buitenlanders zagen zich al
spoedig een bordje voorgehouden
door een douanier, waarop in vijf
talen vermeld staat dat letterlijk
niets van de in Gibraltar gedane
inkopen naar Spanje mee terug
genomen mag worden.
En om het bezoek aan de Rots
nog minder aantrekkelijk te ma
ken werden de hekken aan de
Spaanse zijde van de grens voor
alle voertuigen gesloten, zodat
zelfs koning en ridder te voet
moeten wanneer zij Gibraltar
over land willen aandoen. Een
andere uitwerking van deze maat
regel was, dat de grote auto-veer
diensten van Gibraltar naar Tan-
ger vice versa leeg bleven met
uitzondering van de Gibralta-
rians die zich met hun auto naar
Noordafrika lieten vervoeren.
gekomen een boot te nemen die
hen naar het Spaanse haven-
Dlaatsje Algeciras brengt, hetgeen
nog eens dezelfde tijd neemt en
ongeveer honderdvijftig gulden
in totaal kost. Het ridicule is, dat
de Gibraltarian in de tijd voor
het sluiten van de grenshekken
met zijn auto precies een kwar
tier werk had om in Algeciras te
komen
Over zee
Ridicuul
Door de sluiting van de
grenshekken werd nóg een bizar
re situatie geschapen, en wel
voor de rotsbewoners zelf. Wan
neer die namelijk met hun eigen
auto Spanje willen bezoeken, dan
dienen zij eerst over te steken
naar Tanger, een zeereis van
tweeëneenhalf uur, en daar aan-
Voorlopig maakt men zich op
de Rots nog geen zorgen over de
proviandering van de vijfentwin
tigduizend bewoners. Tot nu toe
hebben de Spaanse autoriteiten
het goed gevonden dat goederen
per schip van Algeciras naar Gi
braltar vervoerd worden, en
mocht ook dat stop gezet worden
dan kunnen alle levensmiddelen
en andere zaken vanuit Marokko,
Frankrijk of Italië via de vrije
zee aangevoerd worden. Hetgeen
wel beslist noodzakelijk is, want
Gibraltar heeft geen eigen land
bouw of industriële produktie.
De economie steunt er dan ook
volledig op de zeer belangrijke
bunkerhaven voor zeeschepen, de
„British for ever", een duide
lijke leus.
Voor een goed begrip van het
probleem" Gibraltar is een kort
historisch overzicht noodzakelijk.
Voor het eerst duikt de naam
Gibraltar in het jaar 711 in de
wereldgeschiedenis op.
In dat jaar staken de Arabie
ren, die eerst Noordafrika bezet
hadden, de zeeëngte tussen Afri
ka en Europa over en bezetten
het zuiden van Spanje, inclusief
de Rots, waar -aen kleine troepen-I
eenheid gelegerd werd vanwege
de ook al door de Arabieren on
derkende grote strategische waar
de van dit vierhonderd meter
hoog uit zee oprijzende rotsblok,
dat, vijf kilometer lang en één
kilometer breed, de toegang be
heerst tot de Middellandse Zee.
Niet Engels zijn het klimaat,
de enkele gesluierde vrouwen die
uit Tanger zijn overgekomen om
enkele grote artikelen te kopen,
de vele Zuideuropese types op
straat en de taal: Spaans, met
vrij veel Italiaanse invloeden.
Spaans, omdat men altijd veel
contact gehad heeft met het ach
terland Spanje, en niet omdat er
veel Spanjaarden in Gibraltar
zouden wonen.
Sir Yoshua Hassan verklaart
dat aldus: „Toen Engeland in
1704 de Rots veroverde, vluchtte
de originele Spaanse bevolking
landinwaarts en vestigde zich en
kele kilometers verderop in San
Roque, waar men ook later bleef.
Maar behalve een kleine militai
re bezetting was Gibraltar toen
verder leeg, terwijl het toch ze
ker een aantrekkelijke plaats
was om zich er te vestigen. Het
duurde dan ook niet lang of de
plaatsen van de gevluchte Span
jaarden werden ingenomen door
mensen van allerlei nationaliteit,
waaronder veel Italianen, maar
bijna geen enkele Spanjaard.
Daarom vinden de Gibralta-
rians de Spaanse wens dat Gibral
tar weer in de Spaanse republiek
wordt opgenomen begrijpelijk,
maar principieel onjuist: qua af
komst voelen onze mensen geen
enkele verwantschap met de
Spanjaarden. Wel te verstaan,
ook niet met de Engelsen, maar
van hen heeft men de wetten en
gebruiken gekregen, en de Gibral
tarian voelt zich er wel bij.
Tevreden
Aanval
De gang van zaken was de
Spanjaarden kennelijk wel best,
want het duurde ruim zeven eeu
wen voor ze eens serieus begon
nen te proberen de Rots weer in
handen te krijgen. Dat lukte hun
in 1462, en Gibraltar bleef Spaans
tot in 1704, toen de Spaanse Suc
cessie-oorlog woedde en een-ge
combineerde Engels-Nederlandse
zeemacht onder leiding van een
Engelsman het Spaanse bolwerk
aanviel.
Achttienhonderd Nederlandse
en Engelse mariniers plantten
met een stevige zwaai de Union
Jack op het bastion, en vanaf die
dag bleef die daar wapperen, tot
grote woede van de Spanjaarden
en tot glorie van het Britse impe
rium, dat met de Rots een heel
dikke vinger in de Middellandse
Zee-pap gekregen had, en dat die
vinger daar ook niet weg wilde
nemen, ondanks twee Spaanse
aanvallen nog in dezelfde eeuw.
Wij zijn geen Britten, maar
nog veel minder Spanjaarden:
Wij zijn Gibraltarians, en dat wil
len wij blijven. Wij zijn tevreden
met de band met Engeland, wij
zijn gelukkig met onze econo
mische voordelen zoals de zeer
lage belastingen en we voelen
geen enkele behoefte aan het
staatsburgerschap van een land
dat arm is, geen vrijheid van me
ningsuiting kent, en geregeerd
wordt door een dictator. Daarom
zien wij met vertrouwen het re-
referendum, waarom verzocht is
door de Verenigde Naties in het
kader van de internationale deko
lonisatie, tegemoet; het vermoe
den is gewettigd dat men zich
praktisch unaniem uit zal spre
ken voor een voortdurende band
met Engeland", aldus de premier
van Gibraltar. Voor de bewoners
van de Rots dus straks geen stie
rengevechten. Zij prefereren hun
staartloze apen, die in volle vrij
heid de hogere regionen van de
Rots bewonen, een en ander on
der toezicht van een onderoffi
cier, die hun tweemaal per dag
een uitstekende maaltijd voorzet.
Dat moet ook wel, want de legen
de wil dat het met de Britse
heerschappij over de Rots afgelo
pen zal zijn wanneer de laatste
aap verdwenen zal zijn.
Daarom remt de Gibraltarian
in zijn auto met Engelse nummer
borden en een „GBZ" nationali
teitsplaatje wanneer een aap op
zijn dooie gemak de rijweg
oversteekt: Iedere dode aap
brengt Gibraltar een stukje ver
der van Engeland en dichter bij
Spanje...
Goodwill
Sir Yoshua laat ons uit. Als
afscheid zegt hij: „Ik hoop,dat uw
reportage in Nederland de good
will voor Gibraltar zal kweken
die wij heel hard nodig kunnen
hebben. Want met het referen
dum zullen de moeilijkheden niet
geëindigd zijn, waarschijnlijk zul
len ze pas beginnen... De Spaanse
„grande" zal een nieuwe slag in
het gezicht niet onbeantwoord la
ten, vrees ik".