Voeding kan vaak
goedkoper zijn
We staan er
gekleurd op
Vaccin tegen mazelen
Lathyrus tiert ook
in 't stadstuintje
BLAD ZIJ
dialoog
ZATERDAG 24 JUNI 1967
f 2.69 PER DAG TE VERDIENEN
L ciën van het gezin op rolletjes lopen. Niet een
voudig. Het aanbod van vele zaken is groot en be
geerlijk. We kunnen ons steeds afvragen: wat is
noodzakelijk of wat is wenselijk? Noodzaak gaat
voor wensen. Dikwijls kunnen we op de post voe
ding nog heel wat bezuinigen zonder aan de doel
matigheid tekort te doen. Met een kleine beurs is
het gezin goed te voeden.
tc ka
ig v*
:hriftet
;den
t uitga
ten vai
rhrifter
ome
interna
ens nu
stud)
buiten
it naai
Van d
ei
buitel
yAN belang is de samenstelling van ons gezin. Hebt
u zo'n stel hongerlappen tussen de 12 en 20 jaar,
dan is de inkoop van grote hoeveelheden noodzake
lijk. Het is ook denkbaar dat de werkkring van va
der of vader én moeder de keuze van voedingsmidde
len beïnvloedt omdat bijvoorbeeld de maaltijden lu
xueuzer moeten zijn. De factor „tijd" speelt mee.
De ene huisvrouw zal voor dezelfde maaltijd meer
betalen dan de andere, omdat ze een drukker huis
houden heeft en er niet op uit gaan gaan om koopjes
te bemachtigen. Of ze woont in een „duurdere" wijk
en komt er niet toe haar inkopen op de markt te doen.
I Ook kookervaring en waren- biedingen in winkels en op de
permis spelen een rol. Wie gere- markt.
[geld gasten ontvangt en maar
weinig kookervaring heeft, zal V*nri't'#3n\A/£>rk
leerder afhankelijk zijn van luxe llcl IVVCMS
nis niet toereikend, dan zal een
huisvrouw het niet altijd durven
om in te gaan op voordelige aan-
We kunnen de voeding duur
der, maar ook goedkoper maken.
Het is dan wel kunst om te zor
gen dat het goedkopere dag
rantsoen zoveel mogelijk de-
T ATHYRUS is
■Lj eigenlijk een
typisch vrouwe
lijke bloem, sier
lijk en luchtig,
vlinderachtig en
zoet geurend,
maar ergens ook
nukkig als ze het
niet naar haar zin
heeft.
Toch kan het
ook in een stads
tuintje, mits niet
geheel in de
schaduw en in
goed bemeste
grond, heus wel
gelukken behoor
lijke lathyrus te
kweken. Binnen
kort kunnen we
ons verlustigen in
de 30ste Nationa
le Lathyrusten
toonstelling, die
op 6, 7 en 8 juli
in het Canton-
park te Baarn
wordt gehouden.
Daar zien we natuurlijk het
neusje van de zalm en de re
sultaten van de beste lathy
ruskwekers in ons land.
Tot die prim inenten behoort
ook de chef-bloemist van pa
leis Soestdijk, de heer C. van
den Brink, die in de loop der
jaren al heel wat eremetaal
heeft gewonnen. Hij vertelde
ons dat lathyrus en zonnebloe
men tot de meest geliefde bloe
men behoren van de Konink
lijke familie.
Voor de jaarlijkse lathyrus
tentoonstelling moet de heer
Van den Brink natuurlijk over
een uitgebreid kleurensorti-
ment kunnen beschikken, maar
koningin Juliana geeft persoon
lijk de voorkeur aan pasteltin
ten. Het is geen uitzondering
dat zij tijdens de bloeitijd zelf
lathyrus komt snijden om haar
gasten mee te geven. De va
riëteiten The Pearl rose en Re
connaissance, lichtrose met don
kerder vlag, genieten haar bij
zondere belangstelling.
Wanneer iemand zoals de
heer Van den Brink konink
lijke lathyrus kweekt en op
tentoonstellingen eerste en ere
prijzen weet te veroveren, dan
zal hij er ook wel wat van
kunnen vertellen. De vraag
was alleen of hij zijn gehei
men prijs wou geven. Maar ge
lukkig was deze kweker ons
meteen ter wille en ten gerie
ve van alle liefhebbers die iets
voor lathyrus voelen en ze
graag zo goed mogelijk willen
kweken, laten we hier volgen
hoe dit op paleis Soestdijk ge-
beurt.
Onder glas
Vroeger zaaide de heer Van
den Brink, om vroeg lathyrus
te kunnen snijden, al in sep
tember, maar ondervond daar
bij dikwijls moeilijkheden met
de overwintering. Toen ls hij
overgeschakeld op het zaaien
Een liefhebster bezig met een
levend schilderij van lathyrus op
een tentoonstelling.
in januari in kistjes onder glas
in een verwarmde kas bij 60
gr. F. Het gaat erom het zaad
snel te laten ontkiemen, daarna
is geen hoge temperatuur meer
nodig. Zodra de plantjes han
teerbaar zijn worden ze in pot
jes gezet en naar een koude
bak overgebracht.
Intussen wordt de grond bui
ten gereed gemaakt door in
maart 80 cm diep te spitten en
oude stalmest in lagen tussen
de grond aan te brengen. Van
het weer is het afhankelijk of
de heer Van den Brink eind
maart of begin april zijn plant
jes buiten uitplant. Als steun-
sel gebruikt hij twee hori
zontaal gespannen lijnen van
prikkeldraad, tussen pralen van
2.10 of 2.20 meter hoog. De
prikkels worden dan verticaal
met touw aan elkaar verbon
den. Zij hebben juist de goede
onderlinge afstand, nl. 10 cm.
die de lathyrusranken nodig 1
hebben.
De rijen worden noord-zuid
aangelegd, de plantjes op 20 1
cm uit elkaar geplant en op
twee^scheuten gekweekt en op-
Ras
Als ras geeft de heer Van
den Brink de voorkeur aan
Spencer-variëteiten en de eer
ste keer wordt gesneden in
de eerste of tweede week van
Vier weken voor de Lathy
rustentoonstelling worden de
planten opgejaagd door ze om
de tien dagen opgeloste meng-
meststoffen te geven- En het
bijzondere resultaat krijgen we
binnenkort zeker weer te zien.
A. C. MULLER-IDZERDA.
In het algemeen kunnen de uit
gaven voor de voeding worden
verlaagd zonder dat dit de kwali
teit uit een oogpunt van voe
dingswaarde benadeelt, en wel
het gebruik van ongesneden
goedkopere broodsoorten
het gebruik van seizoenaan
biedingen in de groentewinkel
het gebruik van goedkopere
vleeswaren en vleessoorten
een gedeeltelijke vervanging
van melk door karnemelk, van
flessemelk door losse melk
(voor vla's en pap die we toch
koken)
een beperking van het ge
bruik van kant-en-klaarpro-
dukten. Op het eerste gezicht
lijken deze bezuinigingen „cen
tenwerk". Op het totaal van
de dagelijkse voeding is een
duidelijk prijsverschil waar te
nemen.
FYIT is geen
echte aap,
noch een trom-
pettiste maar
een grapje van
een producent
in lipsticks. Een
foto-grapje met
fietszadels.
Eerst werden
de ogen gefoto
grafeerd, en de
mond van
een mannequin,
daarna de rest.
Het is allemaal
geïnspireerd op
Mexico, waar
kleurige volkskunst hoog ge
noteerd staat.
Sombrero's, haardracht, grote
papier-maché oorringen. In
diaanse en Mexicaanse stijl zijn
helemaal in. Zelfs de water
sport- en strandkleding tonen
kleuren die in de traditionele
Mexicaanse volksdracht voorko
men: rood, oranje en rose, voor
de heren der schepping dan wel
te verstaan. Zondoorstoofde
kleuren in kleding en lipstick
dus, de bleke beige kleuren van
de ,.nude-look" behoren alweer
tot het verleden.
Ook de oog-make up past zich
bij de shocking colours van de
ze zomer aan. Oogschaduw in
lila, appelgroen, zachtblauw en
zilverblauw doet het. want aan
het oog wordt nog steeds grote
aandacht besteed.
Verplaatsbare gordijnroe
Soms worden er van die kleine
uitvindingen gedaan, die de we
reld niet op de kop zetten, maar
iemand niet eerder op het
idee gekomen is. Zoals die Duitse
huisvrouw, die op de uitvinders-
Zelf snijden die groente
Zelf wassen
Het Voorlichtingsbureau voor
de voeding rekent uit dat een
huisvrouw die zich laat verlei
den tot vla in flesjes, bieflappen,
achterham, panklaar gemaakte
gesneden groente, gesneden melk
witbrood, roomboter, honing en
extra jam, 2.69 per dag meer
uitgeeft dan haar zuinige buur
vrouw die yoghurt nam. magere
runderlappen, schouderham,
goedkopere sinaasappelen en
haar groente zelf waste en
sneed, waterbrood en margarine
kocht, huishoud jam en ap
pelstroop nam. Beiden hebben
een gezin van vier personen.
Over dertig dagen verschilt dat
80,70!
Te grote bres
Een huisvrouw die een zieke
of oudere te verzorgen heeft,
dan wel een baan buitenshuis
heeft, zal eerder grijpen naar
kant-en-klare produkten. Toch
is het zaak ons af te vragen of
de uitgaven aan onze voeding
geen al te grote bres in het
huishoudgeld slaan. Vooral wan
neer versnaperingen de boven
toon voeren in de voeding.
Warm tafelblad
Vóór de Tweede Wereldoorlog
was het Japanse produkt dat in
Europa op de markt kwam, goed
koop maar een slechte imitatie
van wat hier werd vervaardigd.
Na de oorlog had de Japanse in
dustrie een belangrijke aanloop
tijd nodig om zich te herstellen.
Nu blijkt zij niet alleen goed
koper te werken maar ook pro
dukten van goede kwaliteit aan
te bieden.
Allerlei nieuwigheden voor de
huisvrouw waarvan het Wes
ten nog geen weet heeft
komen thans uit Japan. Elek
trische apparatuur die het ge
hele tafelblad verwarmt, zodat
de borden redelijk warm gehou
den worden. Het apparaat heet
Kototsu en meer dan de helft
van de Japanse gezinnen zou er
al over beschikken.
Populair is ook in Japan hei
elektrische apparaatje dat tege
lijkertijd brood roostert, melk
opwarmt eneieren kookt!
Even tippen
Voor de zoutloze en zoutarme
diëten ia er zoutloze socp-in-pakjes
in de handeltomaten en groente
soep. Van de eerste soort maakt u
ook een smakelijke saus als u er
minder water bij gebruikt.
Verwijder de plastic laag of was-
laag op kaas. Ze werd erop gebracht
door onderdompeling om schimmel
vorming tijdens het rypen to voor
komen. Huisdieren en vogels kunnen
er ook nadeel van ondervinden.
In ons land worden baby's, kleuters en schoolkinderen ingeënt
tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio, de zogenaamde dktp-
prik. In Duitsland heeft men nu een vaccin tegen mazelen ontwik
keld.
Zoals men weet is mazelen een kinderziekte die bijna iedere
kleuter doormaakt, waarbij men vooral op de complicaties be
dacht moet zijn. Na het doormaken van de ziekte is men blijvend
immuun, een immuniteit die soms met levensgevaar verkregen
wordt.
Na jarenlang speurwerk heeft een farmaceutische fabriek nu een
vijfvoudig vaccin ontwikkeld tegen mazelen, polio, difteritis, kink
hoest en tetanus tegelijk. Men doopte het „quinto-virelon". Het be
schermende vaccin wordt voorlopig alleen in West-Duitsland toe
gepast.
ding: een verplaatsbare gordijnroe.
Een van de (soms gevaarlijke)
karweitjes waarvoor de huisvrouw
geplaatst kan worden is het op
hangen van gordijnen. Balancerend
op een hoge trap loopt ze de kans
een fikse val te doen. Die Duitse
huisvrouw kwam op de gedachte
een gordijnroe te ontwerpen die
aan beide zijden voorzien is van
een koord, waaraan zij kan wor
den neergelaten. Men kan aldus op
de begane grond de gordijnen be
vestigen om de roede vervolgens op
haar plaats te brengen, 't Komt wel
niet zó veel voor, gordijnen ophan
gen, maar 't idee is niet gek.
De laatste aflevering
van dit onderwerp brengt
ons nog een paar brieven
waarvan wij nu of later
profijt kunnen hebben.
Allereerst nog iets over
het wel of niet zeggen van
een ongeneeslijke ziekte
aan een patiënt.
Mevrouw E V. te H. zegt
hierover: Ik wil u graag een
ervaring meedelen, die in te
genstelling is met wat tot
dusver hoofdzakelijk in Dia
loog naar voren kwam. Toen
mijn schoonvader vermoede
lijk zelf inzag dat hij niet in
orde was, vertelde hij ons:
„Mevrouw Z. is gestorven. Ik
sprak met haar aan het einde
van haar ziekte. Ze vertelde
mg dat ze de dokter had be
zworen haar te zeggen of ze
beter kon worden; ze dacht
dit best tc kunnen dragen.
Maar achteraf had ze grote
spijt, want ze had een vrese
lijk leven nadat de dokter
haar verzoek had ingewil
ligd".
Wij voelden zijn bedoeling:
dat ook hij graag ontzien zou
willen worden. Het besef
groeit dan langzaam, het valt
ie niet zo rauw op het lijf
Terwijl je de mededeling dat
je niet meer beter wordt
r.iaar niet zo gauw kan ver
werken.
Voor een ongelovig mens of
eer. onverschillige ligt dit wel
anders (gelooft u dat?), maar
een kind van God spreekt
:net Hem en wordt ook wel
voorbereid.
Wij hebben althans deze er
varing, terwijl er soms ook
uitlatingen waren als: „Wan
neer ik nog eens beter word.
dan wil ik...." Door de intense
zorg begrijpt de zieke zoveel;
maar ais het onherroepelijke
is uitgesproken staat hij
opeens alleen, eigenlijk al af
gesneden van de wereld der
levenden.
Zeker, ieder geval staat op
zichzelf, maar toch altijd
God zei? niet werkt en onze
woorden alleen maar de teer
heid van deze gesprekken
van een Vader met Zijn kind
zouden verstoren, waarin de
ziel opstijgt tot God en dan
toch weer even midden in het
aardse is, waarin hij immers
nog.moet verkeren."
Onverwacht
Je kunt volkomen onver
wacht voor een plotseling
sterfgeval komen te staan.
Hoe reageer je dan?
Mevrouw V. te R. die dit
meemaakte wil hier iets over
vertellen, zodat anderen kun
nen leren hoe men kan hande
len in zo'n situatie.
„Mijn moeder is enkele ja
ren geleden plotseling overle
den. Een week voor haar
dood was ze nog bij me langs
geweest Daarna gingen mijn
ouders logeren bij een zuster
van moeder, maar moeder wil
de ineens terug naar huis. Op
de terugweg is ze in de auto
overleden.
Ik had juist een paar
boodschappen gedaan, toen er
opgebeld werd. Een buur
vrouw van mijn ouders was
aan de telefoon. Zij heeft
toen zo tactvol dit sterven me-
gedeeld: ze begon te zeggen
dat moeder plotseling ziek ge
worden was. Toen ik vroeg
wat ze dan scheelde, ant
woordde buurvrouw: „Ze is
héél erg ziek." Dat herhaalde
ze maar steeds, als ik meei
vroeg Totdat ik zélf vroeg of
ze dan nog wel leefdeNa
derhand heb ik er nog vaak
aan teruggedacht, dat ik door
haar er zo langzaam op voor
bereid werd.
Troosl
Bij de begrafenis merkten
wij. hoeveel troost het geeft
wanneer men blijk geeft van
zijn belangstelling. Toen
merkte ik ook dat ik vaak in
geval van ziekte of sterven
veel te nonchalant geweest
was. De dagen voor de begra
fenis duren vreselijk lang.
vooral als er veel tijd is om
na tc denken. Ik was in die
dagen bij mijn vader en
broertje, terwijl mijn kleine
kinderen bij mijn schoonou
ders waren.
Wat 'is het droevig, wan
neer er vooral in het begin
belangrijke gebeurtenissen
plaats hebben zonder moeder.
Dan zijn wij als mens zo
gauw geneigd te denken:
maakt of wat zou ze blij met
de baby geweest zijn...." Maar
in het licht van de eeuwig
heid is dat toch zo onbelang
rijk. Als we onszelf weieens
kunnen afvragen of een over
ledene bij de Heere is, dan
blijft toch eigenlijk alleen het
bevel van Christus: „Strijdt
gij om in te gaan."
Eenzaam
Mevrouw S. te D. schrijft
over de blijdschap die zo
gauw in droefheid kan over
gaan. Zij werd opgeschrikt
door een telefoontje of ze on
middellijk naar huis kon ko
men want moeder was ster
vende. „Wat was ik vlug op
reis naar huis! Daar er geen
busverbinding meer was, bel
de ik een buurjongen van
mijn moeder om me met de
auto af te halen. Hel eerste
wat ik vroeg was natuurlijk
hoe het met moeder was.
Hij zei dat het nooit erg
kon zijn want twee dagen ge
leden had hij haar nog zien
lopen. Opgelucht en vrolijk
reden we toen huiswaarts. Ik
keek of ik mijn moeder soms
voor hel raam zag zitten,
maar wat schrok ik. De vitra
ges waren naar Zeeuwse
gewoonte van de ramen
verwijderd en dat betekent
een dode. Bij het doodsbed
van mijn moeder drong het
pas tot me door dat ze voor
goed was heengegaan.
Haar laatste lijden was
kort geweest, maar eenzaam,
zonder dat haar kinderen er
bij waren. De indruk van het
grote, kale huis is me jaren
bijgebleven. En nog steeds zie
ik mijn thuis niet zo als het
vroeger was, vrolijk en vrien
delijk. Als ik aan thuis denk
zie ik het zo als het was op
de morgen van haar sterven."
Flink
Tot slot geven wij hel
woord aan mevrouw V. te L.:
..Mijn man is na een ziekbed
van veertien dagen overleden.
In datzelfde jaar stierven
mijn moeder en nog twee fa
milieleden. Over wat zich tij
dens de ziekte en het lijden
voordeed, schrijf ik liever
niet Daarvoor is het nog te
kort geleden.
Ik bleef achter met vijf
kinderen, en ik ben flink ge
bleven. Iets wat de mensen
weieens verkeerd opvatten.
Maar ik voelde dat het nodig
was (ondanks mijn zwakke ge
zondheid). Ik heb zelf de be
grafenis van mijn man en
moeder geregeld en heb daar
in ook ondervonden dat men
van verdriet van een ander
financieel wou profiteren.
Maar ik bleef zakelijk, en dat
scheelde véél geld.
Na de begrafenis van mijn
man ben ik veel thuis geble
ven. want ik wist dal na het
eerste medeleven het allengs
eenzamer voor mij zou wor
den. Daar wilde ik meteen
aan wennen.
Wat betreft papieren van
verzekeringen enz. kan ik ie
dereen aanraden, deze zo
gauw mogelijk op te sturen,
daar uitkeringen lang op zich
laten wachten."
Jaar 2000
Wij danken onze lezeressen
voor hun reacties op dit tere
onderwerp en we zijn blij dat
velen van u zo nuchter en
vaak ook zakelijk schreven,
zodat dit alles toch niet te
emotioneel geworden is. Wij
hebben wel de naam emotio
neel te zijn; uit de brieven
blijkt toch wel dat veel vrou
wen praktisch reageren, juist
in droevige dagen.
Hoe ziet de wereld eruit als
onze kinderen en kleinkinde
ren dertig jaar zijn? Welke
toekomst hebben ze; welk on
derwijs? Minder werken,
in het jaar 2000 21 miljoen
zielen? Het jaar 2000: ons
nieuwe onderwerp.
j
SPRAAKVERWARRING is
het ergste wat een ibrief, trou
wens elke vorm van contact kan
overkomen. Dat oplossen is dus ge
boden, en daarom wil ik even in
gaan op brieven die mij waarschu
wen niet twee woorden door el
kaar te gebruiken: onkerkelijk en
ongelovig.
Onkerkelijk zeggen zij, is nog
lang niet ongelovig, en ja. dat is
zo Integendeel, zeggen sommigen,
het is vaak veel geloviger. Nou,
dat laat ik maar even rusten.
Waar het om gaat is: wat is er
de vorige keer bedoeld? „Ik kom
tot de conclusie", zo schreef de
briefvriendin, „dat volstrekt on
kerkelijke mensen meer le
venskunst beoefenen dan wij".
Zij bedoelt hier dus mensen die
o a. niet in de kerk komen en van
wie je veronderstellen mag dat zij
het zonder God kunnen stellen.
Natuurlijk weet je dat nooit ze
ker. maar ik kan me voorstellen
dat briefschrijfster niet onkerke-
lijk en ongelovig laat samenval
len.
Goed, als dat zo is, dan is mijn
antwoord: mevrouw, dat onker
kelijke mensen zo dikwijls een ge
weldige levenskunst tonen u
bedoelt hiermee o.a. goed doen,
rechtvaardig zijn, oprecht le
ven? komt, omdat ze wel on
kerkelijk maar niet ongelovig
Zij (bidden, zij lezen, kennen de
(bijbel, zij vragen zich af wat God
van hen wil, zij zijn disponibel
alleen houden zij om de een of
andere oorzaak in heden of verle
den niet van de kerk of de kerk
mensen. Of houden van dat is
misschien wat te sterk; zij voelen
zich niet thuis, of gewoon, het
kan hun niet schelen, ze bekijken
de kerk welwillend maar zonder
gehechtheid.
Zodra je echter contact met hen
krijgt en dat krijgen we al
meer merk je dat zij geen „an
deren" zijn. geen vreemde snui
ters, maar je vriendinnen, en nog
heel prettige vriendinnen ook.
Maar veronderstel nu. dat
briefschrijfster met „volstrekt on
kerkelijk" eens heeft bedoeld: on
gelovig (en dat meen ik te moe
ten begrijpen, misschien ook om
dat onkerkelijk mij niets zegt).
Wat dan? Want ook dan zijn er
levenskunstmensen
LEVEN, al is het maar nauwe
lijks meer dan een ademtocht,
is van zo uiteenlopende waarde
voor mensen dat alle romans van
de wereld op een stapel nog niet
de helft van de nuances weerge
ven. En leven kan heel goed doel
in zichzelf zijn. Je kimt er alles
uit willen slaan. Niet in de zin
van: pak aan, morgen ben je
dood, maar in de hoge verheven
zin: gebruik het leven, kneed het
naar je wil, (bespeel het, laat nooit
at zie hoe de mensheid door de
eeuwen heen doelen voorbijstreef
de naar volgende doelen, groots,
onvergangelijk, schakel in de ke
ten. In een dergelijk geval is er
wat wij noemen: verantwoordelijk
heid, gevoel voor taak en plicht.
Dat is er bij de christen ook. On
derscheid is er bijna niet. Een
ietsje, zei ik de vorige keer: on
derscheid in rust.
Voor iets staan, disponibel zijn,
je geven, alles in het leven bemin
nen, ook de zorgen en de pijn en
de rampen en het misverstand, om
het leven zelf, omdat „leven" bete
kent: het ene inclusief het andere,
vreugde en pijn, misverstand en
openbaring dat alles houdt fa
len in zich besloten.
lijkt mij dan het verschil tus
sen de ongelovige en de gelovige:
dat de gelovige staat in de verge
ving der zonden. Dat betekent dat
zijn falen is inbegrepen, dat zijn
tekort is verzoend. Dat betekent,
dat hij de wereld niet behoeft te
torsen maar dat in principe de
last voor eens en voor altijd is
gedragen. Die rust is zijn geloof.
Dat geloof bevrijdt je van het
krampachtige willen werken aan
deze wereld. Het bevrijdt hem
Je kunt zeggen: dat is maar een
beetje en dat is bijna niet te zien.
Nee, inderdaad, maar moet dat
dan? Zijn het niet de ménsen die
steeds onderscheid maken?
Als je zegt: wat is het verschü
tussen levenskunst met God en le
venskunst zonder God, waarom
zeg je dat dan? Omdat je als het
ware nog graag ergens aan wilt
zien dat een christen een christen
is? Nu zo langzaamaan opgestoken
haar, een bepaalde vorm van zon
dagsviering. van politiek gedrag
verdwenen zijn? Om er zo maar
eens een paar te noemen.
IK KAN met briefschrijfster
meevoelen in haar vraag, ook
al is die vraag niet meer de mij
ne. heb ik als het ware dat gevoel
al afgegooid; want ook ik ben op
gevoed bij duidelijke tekenen van
christen zijn. de niet-series, zo
als wij later zeiden: niet fietsen
op zondag, niet je haar verven, of
ook maar krullen, en zo in varia
ties van Groningen tot Vlissingen.
En nu we van die z.g. prak
tische ethiek af zijn, komen de
andere series aan de beurt: is er
een hemel? Creatie, evolutie
schriftgezag. Tucht. Intercommu
nie. Vreemde woorden dartelen
door onze huiskamers. Oecumene.
Vierde mens Engagement.
Als al deze woorden en de hon
derden andere besproken en be
leefd zijn, onderscheidt ons al
weer minder van onze medemens,
die niet-christen. En dan komt
tenslotte de vraag, en terecht: ge
loof je eigenlijk nog wel? Waar
zie je het aan. christen, dat je
enig mogelijke antwoord: AAN
God. Zonder dat ik ooit duidelijk
kan uitleggen, heb ik te maken
met het kruis van Christus.
Vrij-van-zorg. zoals een kind
Speelt voor de voeten van zijn va
der, dat zou ik het kenmerk van
christen-zijn willen noemen. Al
gaat dat kenmerk op tn ons wezen
als zout in eten. als regen in
dorstig land.