Voeding kan vaak goedkoper zijn We staan er gekleurd op Vaccin tegen mazelen Lathyrus tiert ook in 't stadstuintje BLAD ZIJ dialoog ZATERDAG 24 JUNI 1967 f 2.69 PER DAG TE VERDIENEN L ciën van het gezin op rolletjes lopen. Niet een voudig. Het aanbod van vele zaken is groot en be geerlijk. We kunnen ons steeds afvragen: wat is noodzakelijk of wat is wenselijk? Noodzaak gaat voor wensen. Dikwijls kunnen we op de post voe ding nog heel wat bezuinigen zonder aan de doel matigheid tekort te doen. Met een kleine beurs is het gezin goed te voeden. tc ka ig v* :hriftet ;den t uitga ten vai rhrifter ome interna ens nu stud) buiten it naai Van d ei buitel yAN belang is de samenstelling van ons gezin. Hebt u zo'n stel hongerlappen tussen de 12 en 20 jaar, dan is de inkoop van grote hoeveelheden noodzake lijk. Het is ook denkbaar dat de werkkring van va der of vader én moeder de keuze van voedingsmidde len beïnvloedt omdat bijvoorbeeld de maaltijden lu xueuzer moeten zijn. De factor „tijd" speelt mee. De ene huisvrouw zal voor dezelfde maaltijd meer betalen dan de andere, omdat ze een drukker huis houden heeft en er niet op uit gaan gaan om koopjes te bemachtigen. Of ze woont in een „duurdere" wijk en komt er niet toe haar inkopen op de markt te doen. I Ook kookervaring en waren- biedingen in winkels en op de permis spelen een rol. Wie gere- markt. [geld gasten ontvangt en maar weinig kookervaring heeft, zal V*nri't'#3n\A/£>rk leerder afhankelijk zijn van luxe llcl IVVCMS nis niet toereikend, dan zal een huisvrouw het niet altijd durven om in te gaan op voordelige aan- We kunnen de voeding duur der, maar ook goedkoper maken. Het is dan wel kunst om te zor gen dat het goedkopere dag rantsoen zoveel mogelijk de- T ATHYRUS is ■Lj eigenlijk een typisch vrouwe lijke bloem, sier lijk en luchtig, vlinderachtig en zoet geurend, maar ergens ook nukkig als ze het niet naar haar zin heeft. Toch kan het ook in een stads tuintje, mits niet geheel in de schaduw en in goed bemeste grond, heus wel gelukken behoor lijke lathyrus te kweken. Binnen kort kunnen we ons verlustigen in de 30ste Nationa le Lathyrusten toonstelling, die op 6, 7 en 8 juli in het Canton- park te Baarn wordt gehouden. Daar zien we natuurlijk het neusje van de zalm en de re sultaten van de beste lathy ruskwekers in ons land. Tot die prim inenten behoort ook de chef-bloemist van pa leis Soestdijk, de heer C. van den Brink, die in de loop der jaren al heel wat eremetaal heeft gewonnen. Hij vertelde ons dat lathyrus en zonnebloe men tot de meest geliefde bloe men behoren van de Konink lijke familie. Voor de jaarlijkse lathyrus tentoonstelling moet de heer Van den Brink natuurlijk over een uitgebreid kleurensorti- ment kunnen beschikken, maar koningin Juliana geeft persoon lijk de voorkeur aan pasteltin ten. Het is geen uitzondering dat zij tijdens de bloeitijd zelf lathyrus komt snijden om haar gasten mee te geven. De va riëteiten The Pearl rose en Re connaissance, lichtrose met don kerder vlag, genieten haar bij zondere belangstelling. Wanneer iemand zoals de heer Van den Brink konink lijke lathyrus kweekt en op tentoonstellingen eerste en ere prijzen weet te veroveren, dan zal hij er ook wel wat van kunnen vertellen. De vraag was alleen of hij zijn gehei men prijs wou geven. Maar ge lukkig was deze kweker ons meteen ter wille en ten gerie ve van alle liefhebbers die iets voor lathyrus voelen en ze graag zo goed mogelijk willen kweken, laten we hier volgen hoe dit op paleis Soestdijk ge- beurt. Onder glas Vroeger zaaide de heer Van den Brink, om vroeg lathyrus te kunnen snijden, al in sep tember, maar ondervond daar bij dikwijls moeilijkheden met de overwintering. Toen ls hij overgeschakeld op het zaaien Een liefhebster bezig met een levend schilderij van lathyrus op een tentoonstelling. in januari in kistjes onder glas in een verwarmde kas bij 60 gr. F. Het gaat erom het zaad snel te laten ontkiemen, daarna is geen hoge temperatuur meer nodig. Zodra de plantjes han teerbaar zijn worden ze in pot jes gezet en naar een koude bak overgebracht. Intussen wordt de grond bui ten gereed gemaakt door in maart 80 cm diep te spitten en oude stalmest in lagen tussen de grond aan te brengen. Van het weer is het afhankelijk of de heer Van den Brink eind maart of begin april zijn plant jes buiten uitplant. Als steun- sel gebruikt hij twee hori zontaal gespannen lijnen van prikkeldraad, tussen pralen van 2.10 of 2.20 meter hoog. De prikkels worden dan verticaal met touw aan elkaar verbon den. Zij hebben juist de goede onderlinge afstand, nl. 10 cm. die de lathyrusranken nodig 1 hebben. De rijen worden noord-zuid aangelegd, de plantjes op 20 1 cm uit elkaar geplant en op twee^scheuten gekweekt en op- Ras Als ras geeft de heer Van den Brink de voorkeur aan Spencer-variëteiten en de eer ste keer wordt gesneden in de eerste of tweede week van Vier weken voor de Lathy rustentoonstelling worden de planten opgejaagd door ze om de tien dagen opgeloste meng- meststoffen te geven- En het bijzondere resultaat krijgen we binnenkort zeker weer te zien. A. C. MULLER-IDZERDA. In het algemeen kunnen de uit gaven voor de voeding worden verlaagd zonder dat dit de kwali teit uit een oogpunt van voe dingswaarde benadeelt, en wel het gebruik van ongesneden goedkopere broodsoorten het gebruik van seizoenaan biedingen in de groentewinkel het gebruik van goedkopere vleeswaren en vleessoorten een gedeeltelijke vervanging van melk door karnemelk, van flessemelk door losse melk (voor vla's en pap die we toch koken) een beperking van het ge bruik van kant-en-klaarpro- dukten. Op het eerste gezicht lijken deze bezuinigingen „cen tenwerk". Op het totaal van de dagelijkse voeding is een duidelijk prijsverschil waar te nemen. FYIT is geen echte aap, noch een trom- pettiste maar een grapje van een producent in lipsticks. Een foto-grapje met fietszadels. Eerst werden de ogen gefoto grafeerd, en de mond van een mannequin, daarna de rest. Het is allemaal geïnspireerd op Mexico, waar kleurige volkskunst hoog ge noteerd staat. Sombrero's, haardracht, grote papier-maché oorringen. In diaanse en Mexicaanse stijl zijn helemaal in. Zelfs de water sport- en strandkleding tonen kleuren die in de traditionele Mexicaanse volksdracht voorko men: rood, oranje en rose, voor de heren der schepping dan wel te verstaan. Zondoorstoofde kleuren in kleding en lipstick dus, de bleke beige kleuren van de ,.nude-look" behoren alweer tot het verleden. Ook de oog-make up past zich bij de shocking colours van de ze zomer aan. Oogschaduw in lila, appelgroen, zachtblauw en zilverblauw doet het. want aan het oog wordt nog steeds grote aandacht besteed. Verplaatsbare gordijnroe Soms worden er van die kleine uitvindingen gedaan, die de we reld niet op de kop zetten, maar iemand niet eerder op het idee gekomen is. Zoals die Duitse huisvrouw, die op de uitvinders- Zelf snijden die groente Zelf wassen Het Voorlichtingsbureau voor de voeding rekent uit dat een huisvrouw die zich laat verlei den tot vla in flesjes, bieflappen, achterham, panklaar gemaakte gesneden groente, gesneden melk witbrood, roomboter, honing en extra jam, 2.69 per dag meer uitgeeft dan haar zuinige buur vrouw die yoghurt nam. magere runderlappen, schouderham, goedkopere sinaasappelen en haar groente zelf waste en sneed, waterbrood en margarine kocht, huishoud jam en ap pelstroop nam. Beiden hebben een gezin van vier personen. Over dertig dagen verschilt dat 80,70! Te grote bres Een huisvrouw die een zieke of oudere te verzorgen heeft, dan wel een baan buitenshuis heeft, zal eerder grijpen naar kant-en-klare produkten. Toch is het zaak ons af te vragen of de uitgaven aan onze voeding geen al te grote bres in het huishoudgeld slaan. Vooral wan neer versnaperingen de boven toon voeren in de voeding. Warm tafelblad Vóór de Tweede Wereldoorlog was het Japanse produkt dat in Europa op de markt kwam, goed koop maar een slechte imitatie van wat hier werd vervaardigd. Na de oorlog had de Japanse in dustrie een belangrijke aanloop tijd nodig om zich te herstellen. Nu blijkt zij niet alleen goed koper te werken maar ook pro dukten van goede kwaliteit aan te bieden. Allerlei nieuwigheden voor de huisvrouw waarvan het Wes ten nog geen weet heeft komen thans uit Japan. Elek trische apparatuur die het ge hele tafelblad verwarmt, zodat de borden redelijk warm gehou den worden. Het apparaat heet Kototsu en meer dan de helft van de Japanse gezinnen zou er al over beschikken. Populair is ook in Japan hei elektrische apparaatje dat tege lijkertijd brood roostert, melk opwarmt eneieren kookt! Even tippen Voor de zoutloze en zoutarme diëten ia er zoutloze socp-in-pakjes in de handeltomaten en groente soep. Van de eerste soort maakt u ook een smakelijke saus als u er minder water bij gebruikt. Verwijder de plastic laag of was- laag op kaas. Ze werd erop gebracht door onderdompeling om schimmel vorming tijdens het rypen to voor komen. Huisdieren en vogels kunnen er ook nadeel van ondervinden. In ons land worden baby's, kleuters en schoolkinderen ingeënt tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio, de zogenaamde dktp- prik. In Duitsland heeft men nu een vaccin tegen mazelen ontwik keld. Zoals men weet is mazelen een kinderziekte die bijna iedere kleuter doormaakt, waarbij men vooral op de complicaties be dacht moet zijn. Na het doormaken van de ziekte is men blijvend immuun, een immuniteit die soms met levensgevaar verkregen wordt. Na jarenlang speurwerk heeft een farmaceutische fabriek nu een vijfvoudig vaccin ontwikkeld tegen mazelen, polio, difteritis, kink hoest en tetanus tegelijk. Men doopte het „quinto-virelon". Het be schermende vaccin wordt voorlopig alleen in West-Duitsland toe gepast. ding: een verplaatsbare gordijnroe. Een van de (soms gevaarlijke) karweitjes waarvoor de huisvrouw geplaatst kan worden is het op hangen van gordijnen. Balancerend op een hoge trap loopt ze de kans een fikse val te doen. Die Duitse huisvrouw kwam op de gedachte een gordijnroe te ontwerpen die aan beide zijden voorzien is van een koord, waaraan zij kan wor den neergelaten. Men kan aldus op de begane grond de gordijnen be vestigen om de roede vervolgens op haar plaats te brengen, 't Komt wel niet zó veel voor, gordijnen ophan gen, maar 't idee is niet gek. De laatste aflevering van dit onderwerp brengt ons nog een paar brieven waarvan wij nu of later profijt kunnen hebben. Allereerst nog iets over het wel of niet zeggen van een ongeneeslijke ziekte aan een patiënt. Mevrouw E V. te H. zegt hierover: Ik wil u graag een ervaring meedelen, die in te genstelling is met wat tot dusver hoofdzakelijk in Dia loog naar voren kwam. Toen mijn schoonvader vermoede lijk zelf inzag dat hij niet in orde was, vertelde hij ons: „Mevrouw Z. is gestorven. Ik sprak met haar aan het einde van haar ziekte. Ze vertelde mg dat ze de dokter had be zworen haar te zeggen of ze beter kon worden; ze dacht dit best tc kunnen dragen. Maar achteraf had ze grote spijt, want ze had een vrese lijk leven nadat de dokter haar verzoek had ingewil ligd". Wij voelden zijn bedoeling: dat ook hij graag ontzien zou willen worden. Het besef groeit dan langzaam, het valt ie niet zo rauw op het lijf Terwijl je de mededeling dat je niet meer beter wordt r.iaar niet zo gauw kan ver werken. Voor een ongelovig mens of eer. onverschillige ligt dit wel anders (gelooft u dat?), maar een kind van God spreekt :net Hem en wordt ook wel voorbereid. Wij hebben althans deze er varing, terwijl er soms ook uitlatingen waren als: „Wan neer ik nog eens beter word. dan wil ik...." Door de intense zorg begrijpt de zieke zoveel; maar ais het onherroepelijke is uitgesproken staat hij opeens alleen, eigenlijk al af gesneden van de wereld der levenden. Zeker, ieder geval staat op zichzelf, maar toch altijd God zei? niet werkt en onze woorden alleen maar de teer heid van deze gesprekken van een Vader met Zijn kind zouden verstoren, waarin de ziel opstijgt tot God en dan toch weer even midden in het aardse is, waarin hij immers nog.moet verkeren." Onverwacht Je kunt volkomen onver wacht voor een plotseling sterfgeval komen te staan. Hoe reageer je dan? Mevrouw V. te R. die dit meemaakte wil hier iets over vertellen, zodat anderen kun nen leren hoe men kan hande len in zo'n situatie. „Mijn moeder is enkele ja ren geleden plotseling overle den. Een week voor haar dood was ze nog bij me langs geweest Daarna gingen mijn ouders logeren bij een zuster van moeder, maar moeder wil de ineens terug naar huis. Op de terugweg is ze in de auto overleden. Ik had juist een paar boodschappen gedaan, toen er opgebeld werd. Een buur vrouw van mijn ouders was aan de telefoon. Zij heeft toen zo tactvol dit sterven me- gedeeld: ze begon te zeggen dat moeder plotseling ziek ge worden was. Toen ik vroeg wat ze dan scheelde, ant woordde buurvrouw: „Ze is héél erg ziek." Dat herhaalde ze maar steeds, als ik meei vroeg Totdat ik zélf vroeg of ze dan nog wel leefdeNa derhand heb ik er nog vaak aan teruggedacht, dat ik door haar er zo langzaam op voor bereid werd. Troosl Bij de begrafenis merkten wij. hoeveel troost het geeft wanneer men blijk geeft van zijn belangstelling. Toen merkte ik ook dat ik vaak in geval van ziekte of sterven veel te nonchalant geweest was. De dagen voor de begra fenis duren vreselijk lang. vooral als er veel tijd is om na tc denken. Ik was in die dagen bij mijn vader en broertje, terwijl mijn kleine kinderen bij mijn schoonou ders waren. Wat 'is het droevig, wan neer er vooral in het begin belangrijke gebeurtenissen plaats hebben zonder moeder. Dan zijn wij als mens zo gauw geneigd te denken: maakt of wat zou ze blij met de baby geweest zijn...." Maar in het licht van de eeuwig heid is dat toch zo onbelang rijk. Als we onszelf weieens kunnen afvragen of een over ledene bij de Heere is, dan blijft toch eigenlijk alleen het bevel van Christus: „Strijdt gij om in te gaan." Eenzaam Mevrouw S. te D. schrijft over de blijdschap die zo gauw in droefheid kan over gaan. Zij werd opgeschrikt door een telefoontje of ze on middellijk naar huis kon ko men want moeder was ster vende. „Wat was ik vlug op reis naar huis! Daar er geen busverbinding meer was, bel de ik een buurjongen van mijn moeder om me met de auto af te halen. Hel eerste wat ik vroeg was natuurlijk hoe het met moeder was. Hij zei dat het nooit erg kon zijn want twee dagen ge leden had hij haar nog zien lopen. Opgelucht en vrolijk reden we toen huiswaarts. Ik keek of ik mijn moeder soms voor hel raam zag zitten, maar wat schrok ik. De vitra ges waren naar Zeeuwse gewoonte van de ramen verwijderd en dat betekent een dode. Bij het doodsbed van mijn moeder drong het pas tot me door dat ze voor goed was heengegaan. Haar laatste lijden was kort geweest, maar eenzaam, zonder dat haar kinderen er bij waren. De indruk van het grote, kale huis is me jaren bijgebleven. En nog steeds zie ik mijn thuis niet zo als het vroeger was, vrolijk en vrien delijk. Als ik aan thuis denk zie ik het zo als het was op de morgen van haar sterven." Flink Tot slot geven wij hel woord aan mevrouw V. te L.: ..Mijn man is na een ziekbed van veertien dagen overleden. In datzelfde jaar stierven mijn moeder en nog twee fa milieleden. Over wat zich tij dens de ziekte en het lijden voordeed, schrijf ik liever niet Daarvoor is het nog te kort geleden. Ik bleef achter met vijf kinderen, en ik ben flink ge bleven. Iets wat de mensen weieens verkeerd opvatten. Maar ik voelde dat het nodig was (ondanks mijn zwakke ge zondheid). Ik heb zelf de be grafenis van mijn man en moeder geregeld en heb daar in ook ondervonden dat men van verdriet van een ander financieel wou profiteren. Maar ik bleef zakelijk, en dat scheelde véél geld. Na de begrafenis van mijn man ben ik veel thuis geble ven. want ik wist dal na het eerste medeleven het allengs eenzamer voor mij zou wor den. Daar wilde ik meteen aan wennen. Wat betreft papieren van verzekeringen enz. kan ik ie dereen aanraden, deze zo gauw mogelijk op te sturen, daar uitkeringen lang op zich laten wachten." Jaar 2000 Wij danken onze lezeressen voor hun reacties op dit tere onderwerp en we zijn blij dat velen van u zo nuchter en vaak ook zakelijk schreven, zodat dit alles toch niet te emotioneel geworden is. Wij hebben wel de naam emotio neel te zijn; uit de brieven blijkt toch wel dat veel vrou wen praktisch reageren, juist in droevige dagen. Hoe ziet de wereld eruit als onze kinderen en kleinkinde ren dertig jaar zijn? Welke toekomst hebben ze; welk on derwijs? Minder werken, in het jaar 2000 21 miljoen zielen? Het jaar 2000: ons nieuwe onderwerp. j SPRAAKVERWARRING is het ergste wat een ibrief, trou wens elke vorm van contact kan overkomen. Dat oplossen is dus ge boden, en daarom wil ik even in gaan op brieven die mij waarschu wen niet twee woorden door el kaar te gebruiken: onkerkelijk en ongelovig. Onkerkelijk zeggen zij, is nog lang niet ongelovig, en ja. dat is zo Integendeel, zeggen sommigen, het is vaak veel geloviger. Nou, dat laat ik maar even rusten. Waar het om gaat is: wat is er de vorige keer bedoeld? „Ik kom tot de conclusie", zo schreef de briefvriendin, „dat volstrekt on kerkelijke mensen meer le venskunst beoefenen dan wij". Zij bedoelt hier dus mensen die o a. niet in de kerk komen en van wie je veronderstellen mag dat zij het zonder God kunnen stellen. Natuurlijk weet je dat nooit ze ker. maar ik kan me voorstellen dat briefschrijfster niet onkerke- lijk en ongelovig laat samenval len. Goed, als dat zo is, dan is mijn antwoord: mevrouw, dat onker kelijke mensen zo dikwijls een ge weldige levenskunst tonen u bedoelt hiermee o.a. goed doen, rechtvaardig zijn, oprecht le ven? komt, omdat ze wel on kerkelijk maar niet ongelovig Zij (bidden, zij lezen, kennen de (bijbel, zij vragen zich af wat God van hen wil, zij zijn disponibel alleen houden zij om de een of andere oorzaak in heden of verle den niet van de kerk of de kerk mensen. Of houden van dat is misschien wat te sterk; zij voelen zich niet thuis, of gewoon, het kan hun niet schelen, ze bekijken de kerk welwillend maar zonder gehechtheid. Zodra je echter contact met hen krijgt en dat krijgen we al meer merk je dat zij geen „an deren" zijn. geen vreemde snui ters, maar je vriendinnen, en nog heel prettige vriendinnen ook. Maar veronderstel nu. dat briefschrijfster met „volstrekt on kerkelijk" eens heeft bedoeld: on gelovig (en dat meen ik te moe ten begrijpen, misschien ook om dat onkerkelijk mij niets zegt). Wat dan? Want ook dan zijn er levenskunstmensen LEVEN, al is het maar nauwe lijks meer dan een ademtocht, is van zo uiteenlopende waarde voor mensen dat alle romans van de wereld op een stapel nog niet de helft van de nuances weerge ven. En leven kan heel goed doel in zichzelf zijn. Je kimt er alles uit willen slaan. Niet in de zin van: pak aan, morgen ben je dood, maar in de hoge verheven zin: gebruik het leven, kneed het naar je wil, (bespeel het, laat nooit at zie hoe de mensheid door de eeuwen heen doelen voorbijstreef de naar volgende doelen, groots, onvergangelijk, schakel in de ke ten. In een dergelijk geval is er wat wij noemen: verantwoordelijk heid, gevoel voor taak en plicht. Dat is er bij de christen ook. On derscheid is er bijna niet. Een ietsje, zei ik de vorige keer: on derscheid in rust. Voor iets staan, disponibel zijn, je geven, alles in het leven bemin nen, ook de zorgen en de pijn en de rampen en het misverstand, om het leven zelf, omdat „leven" bete kent: het ene inclusief het andere, vreugde en pijn, misverstand en openbaring dat alles houdt fa len in zich besloten. lijkt mij dan het verschil tus sen de ongelovige en de gelovige: dat de gelovige staat in de verge ving der zonden. Dat betekent dat zijn falen is inbegrepen, dat zijn tekort is verzoend. Dat betekent, dat hij de wereld niet behoeft te torsen maar dat in principe de last voor eens en voor altijd is gedragen. Die rust is zijn geloof. Dat geloof bevrijdt je van het krampachtige willen werken aan deze wereld. Het bevrijdt hem Je kunt zeggen: dat is maar een beetje en dat is bijna niet te zien. Nee, inderdaad, maar moet dat dan? Zijn het niet de ménsen die steeds onderscheid maken? Als je zegt: wat is het verschü tussen levenskunst met God en le venskunst zonder God, waarom zeg je dat dan? Omdat je als het ware nog graag ergens aan wilt zien dat een christen een christen is? Nu zo langzaamaan opgestoken haar, een bepaalde vorm van zon dagsviering. van politiek gedrag verdwenen zijn? Om er zo maar eens een paar te noemen. IK KAN met briefschrijfster meevoelen in haar vraag, ook al is die vraag niet meer de mij ne. heb ik als het ware dat gevoel al afgegooid; want ook ik ben op gevoed bij duidelijke tekenen van christen zijn. de niet-series, zo als wij later zeiden: niet fietsen op zondag, niet je haar verven, of ook maar krullen, en zo in varia ties van Groningen tot Vlissingen. En nu we van die z.g. prak tische ethiek af zijn, komen de andere series aan de beurt: is er een hemel? Creatie, evolutie schriftgezag. Tucht. Intercommu nie. Vreemde woorden dartelen door onze huiskamers. Oecumene. Vierde mens Engagement. Als al deze woorden en de hon derden andere besproken en be leefd zijn, onderscheidt ons al weer minder van onze medemens, die niet-christen. En dan komt tenslotte de vraag, en terecht: ge loof je eigenlijk nog wel? Waar zie je het aan. christen, dat je enig mogelijke antwoord: AAN God. Zonder dat ik ooit duidelijk kan uitleggen, heb ik te maken met het kruis van Christus. Vrij-van-zorg. zoals een kind Speelt voor de voeten van zijn va der, dat zou ik het kenmerk van christen-zijn willen noemen. Al gaat dat kenmerk op tn ons wezen als zout in eten. als regen in dorstig land.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1967 | | pagina 15