Bejaarden kiezen lang voor zelfstandigheid Kinderen spelen graag bij moeder Laboratorium waakt ook over stadstuin BLAD ZIJ Als 't kindje binnenkomt dialoog ZATERDAG 15 APRIL 1967 Kinderen hebben behoefte aan nest- warmte. Ze spe len het liefst in de nabijheid van moeder, kunnen haar bij hun spel betrekken en voe len zich niet een zaam. Een ver warmde kinder slaapkamer kan ingericht worden voor speelkamer, maar de kleuter zal het liefst in de huiskamer een speelhoek hebben. Zo'n hoekje be hoeft niet meer te bevatten dan een laag werktafeltje, i? een bijpassend f stoeltje of krukje en een of twee op- L_ bergkistjes. In de leeftijd van twee tot vijf jaar moet de kleuter zich plezierig kunnen bezighouden. Een werktafel in de kinderka mer is een nuttig meubel. Een werkblad dat op consoles rust die in strips zijn vastge maakt geven de mogelijkheid om met het ouder worden van uw spruit het werkblad in de hoogte te verstellen. Handige vaders kunnen met behulp van profielijzer een raamwerk maken en daarop een werktafel; losse kistjes en plastic bakken creëren bergruimte. Li- Dit hout krijgbaar. i de creativi eubellje is demon r houten wielen ver i inder dan f 50.- en kind wordt er noleum op de vloer voorkomt door gestimuleerd. Welk kind boze gezichten bij kliederen en knutselen. Wilt u de opgroeiende kleu ter verrassen met een goed speelwerktuig dan wijzen we u op het meubeltje dat beurte lings autootje, schooltje, poppen kast, loket met een gleuf voor brieven kan zijn. Een goede zorg voor bejaarden vereist een scala van hulpverleningsvormen. -Dat onze bevolking ver grijst is geen nieuws. Dat er in ons land overrompe lende initiatieven met betrekking tot de bejaarden zorg zijn, blijkt uit de belangstelling van buiten landers. De Nederlandse Federatie van Bejaardenzorg bezon zich op een studiedag in Rotterdam, in samen werking met de Stichting Bouwcentrum, op de „Zelf standige Huisvesting van bejaarden". D r. R. J. van Zonneveld te Lei- geestelijke functies gunstig door den betoogde dat zeer vele be- de grotere aktiviteit die dit jaarden de voorkeur geven aan zelfstandigzijn meebrengt, zelfstandige huisvesting. Dit be vordert het gevoel van welbevin- Verslechtering van de gezond- den, beïnvloedt lichamelijke en heidstoestand staan zelfstandige huisvesting niet In de weg. Bij een bejaardenonderzoek te Gro ningen gaven meer vrouwen dan mannen, meer hoog-bejaarde dan juist-bejaarde vrouwen, meer kinderloze bejaarde echtpa ren en ongehuwde oudelieden dan bejaarden met kinderen, meer bejaarden die bij anderen introkken, dan nog zelfstandig wonenden, meer kortademige dan niet kortademige aan. wel in een tehuis te willen wonen. Op grond van dit onderzoek, geleid door dr. Zonneveld, kan de behoefte aan verzorging in te huizen (verzorgings-, verpleeg-, ziekenhuis) geschat worden op 1 pet. voor bejaarden van 65 t/m 69 jaar, 10 pet. voor bejaarden van 70 t/m 74 jaar. 25 pet. voor bejaarden van 75 t/m 79 jaar, 50 pet. van bejaatden van 80 t/m 84 jaar en 60 pet. voor bejaarden van 80 jaar en ouder. Tot 75 jaar is dus zelfstandig heid gewenst, mits redelijke hulp kan worden geboden. betrouwbare, parate en nabije hulp. Zo'n rustgevende nabijheid is het dienstencentrum. Mr. H. J. P. J. Goedmakers, hoofd afdeling bejaardenzorg van het ministerie van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk vindt het dienstencentrum een radicale doorbreking van het patroon der bejaardenzorg. Zo'n centrum is op alle uren van de dag open, heeft een con versatiezaal met mogelijkheden tot het nuttigen van consump ties, een biljartkamer, een leeska mer, een wisselbibliotheek, is kortom een rustpunt voor gezel ligheid en ontspanning. Een warme maaltijd tegen schappelijke prijs, genuttigd, meegenomen of thuisbezorgd verschaft het centrum. Men streeft ook naar bemiddeling voor gezinsverzorging, huiselijke handreikingen; hier kan de wijk zuster zitting houden, de kapper komen, de trombosezuster prik ken, vinden vergaderingen en kerkdiensten plaats. Een dienstencentrum is buurt werk, waar vele draden van be jaardenzorg bijeenkomen, die overigens niet exclusief voor be jaarden is gedacht. Wij willen géén bejaarden- getto's bevorderen" aldus mr. Goedmakers. Het dienstencen trum is niet levensbeschouwelijk, maar heeft een typische buurt functie. Binnen afzienbare tijd zal een ontwerp subsidieregeling in de Staatscourant verschijnen. Allereerst moet het gemeente bestuur bereid zijn tot subsi diëring van het dienstencentrum. Voor de leiding denkt men aan het niveau van een afgestudeer de van een sociale academie. In het twee jaar functioneren de dienstencentrum „Overvecht" te Utrecht (een complex met 188 bejaardenflats) zijn de volgende diensten: pedicurekamer, heren kapper. trombosezuster, bank- zitting, logeerkamers die in de weekends en op hoogtijdagen veelvuldig worden gebruikt. In twee groepen wordt gymnastiek gegeven, er is leesbibliotheek (125 boeken per week uitge leend) er worden vergaderingen en kerkdiensten gehouden. Er zijn culturele middagen, muziekmiddagen, kaart- en bil jartcompetities die ieder voor- zich andere groepen bejaarden „uit huis" halen. Lezingen, auto bustochten, decemberfeesten wor den georganiseerd. De maatschappelijke werkster houdt zitting. Belastingzaken, zie kenfondskwesties, vragen om uit keringen. incidentele hulp en be roep op bijstandswet worden ge regeld of bemiddeld. Zo kan de bejaarde in flat en wijk zijn zelfstandigheid behouden. Buitenland In het buitenland heeft men ook zijn oplossing. Engeland kent zijn „granny-flat". bejaar denwoning waarvan het portaal via een deur verbonden is met het naastgelegen eengezinshuis. De bejaarde kan zelfstandig wo nen en zonodig hulp krijgen van de bewoners van het aangrenzen de huis. Wanneer de bejaarde de „gran ny-flat" verlaat, moet het gezin bereid zijn te verhuizen. Een Deense oplossing is een combinatie van flats met restau rant, televisieruimte, logeerka mers, hobbyruimten en een ver- pleegafdeling met 19 éénper soonskamers en 1 tweepersoons- kamer. (Hareskovbo te Glad- saxe). De cultuur van elk land komt in zijn bejaardenzorg tot uiting. Zweden geeft een toelage op de pensioenen, vaak gelijk aan de hele huur, waarbij de bejaar de vrijgelaten wordt in de keuze van zijn woning, aldus drs. F. H. .T. Nierstrasz. onderdirecteur Stichting Bouwcentrum. De mo gelijkheden voor beschutte zelfstandige huisvesting zijn heel groot, hier te lande en daarbui ten. De 1.2 miljoen bejaarden in ons land vragen om genuanceer de hulp, variërend naar behoef te. Provinciale en regionale plan ning zijn een vereiste. Veilig Nog is het aspect van het bosrijke 's-Graveland niet veranderd. De plaats waar Amsterdamse patriciërsfami lies in de 17e en 18e eeuw hun buitenplaatsen aanleg den. heeft nog steeds zijn ro mantische karakter behouden, zij het dat deze bezittingen voor het overgrote deel niet meer in particuliere handen zijn. In het statige „Boekesteyn", eertijds eigendom van jhr. J Röell, is nu het agro-biologisch laboratorium van Philips-Du- phar gevestigd. De zakelijkheid heeft van dit prachtige land goed bezit genomen, zonder ge lukkig de oorspronkelijke bouw van het huis en aanleg van het park geweld aan te doen. Onlangs kregen wij de ge legenheid er een kijkje te nemen, omdat wat daar ge schiedt voor elke tuin- en plantenliefhebber van belang is. Men doktert er aan plan tenziekten, kweekt er schim mels en ongedierte en injec teert daar planten mee. En juist omdat er hoe lan ger hoe meer zelf-tuiniers komen en ook de bezitters van het kleinste stadstuintje met tuinproblemen te maken krijgt, heeft men een speciale set voor de amateur ontwor pen van weinig giftige be strijdingsmiddelen en niet- 1 giftige vloeibare mest. Met vloeibare middelen in kleinverpakking kunnen we nu luizen, rupsen en onkruid in het gazon te lijf gaan. Sensatie Maar het is misschien ty pisch vrouwelijk om de vloeiba re mest nog het leukste te vin den. Het is een nieuwe sensatie om de spuit op de bladeren te richten, waarvan dan de wor tels vanzelf mee profiteren door het afdruipende vocht. Het is nog niet zo lang geleden dat men meende dat een volle dige bemesting niet door de bladeren opgenomen kon wor- Nu heeft men het tegendeel ervaren en is men de mening toegedaan dat de planten zelfs meer direct profiteren van voedseltoevoer door de blade ren dan de wortels- Bovendien spelen bij bladbemesting het klimaat en de toestand van de bodem geen rol. Door zijn vloeibaarheid zijn alle voedingsstoffen direct op neembaar en heeft een plant op een ogenblik een voedselte kort. dan zullen de gebruiksver- schijnselen eerder verdwijnen door een spuit op de bladeren, dan door bemesting door de Bloei Men zou misschien bevreesd kunnen zijn dat dergelijke planten een enorme groei kracht zullen ontwikkelen, maar hoewel er bij alle noodza kelijke bestanddelen en sporen elementen wel een kleine hoe veelheid groeistoffen aanwezig is, wordt toch in de eerste plaats de bloei van de planten bevorderd. En niet alleen een grotere bloeibaarheid, maar ook een langduriger bloei is het gevolg. De groeistoffen en vitamine B I werken bijzonder gunstig op jonge zaai- en stek- plantjes, die door een langza mer voedselopname via de wor tels soms niet zo snel aan de groei komen- Wist u dat er twee miljoen tuinen in Nederland zijn en dat tuinieren als vrijetijdsbeste ding, waaraan meer dan twee uur per week besteed wordt, met 61 pet. bovenaan staat? En de planten van al die tuin bezit ters worden belaagd door insec tenvraat, schimmels, onkrui den. en voedselgebrek. Geen wonder dus dat we blij zijn dat bestrijding en bemesting ons steeds gemakkelijker wor den gemaakt! A. C. MULLER-IDZERDA Traplopen is voor vele bejaar den een belemmering. Kortade migheid en klachten van de lede maten vormen de grootste proble men. De woning moet veilig zijn, efficiënt, goed verlicht in de keuken moet zit-ruimte zijn, het bed moet een ruime plaats hebben, electriciteit voor koken is veiliger dan gas. Preventie van ongevallen is hoogst noodzakelijk: 80 pet. van de sterfte door ongevallen in huis vindt plaats bij bejaarden! Verbrandingen en vergiftigingen zijp niet zeldzaam. „Iedere archi tect dient zich zo goed mogelijk in te denken hoe hij zelf. oudge- worden, prettig zou willen wo nen. Ook openbare gebouwen moeten door bejaarden en gehan dicapten kunnen worden ge bruikt.". Service-flats In het assortiment van zelfstan dige woongelegenheden nemen de service-flats een belangrijke plaats in, aldus de heer J. W. van Borselen. consulent van de Bejaardenhuisvesting Centrale Directie van de Volkshuisvesting en Bouwnijverheid. Van deze te huizen maken middenstanders ge bruik, die zelfstandigheid een groot goed vinden en gemakke lijk eigen sociale contacten kie zen. De service- flat biedt een niet opgedrongen sociaal contact. Het laatste halfjaar zijn een viertal service- co-flats in Leeu warden. Heerenveen, Tilburg, Bergen op Zoom op huurbasis in particuliere bouw tot stand geko men, met 400 personen per flat. De bewoners zijn bijzonder in genomen met de privacy en de doelmatigheid van het aangebo den dienstenpakket. De bejaarde kan veel en veel langer dan aan vankelijk werd vermoed, zelfstandig blijven mits hij in ge val van nood kan rekenen op "jy" OMT het door de -■-^-schoonmaak dat wij de ze week minder brieven dan anders ontvingen, of moet u nog bijkomen van de Paasvakantie van de kinderen? U hebt vast bij uw dagelijks kopje koffie wel even tijd uw gedach ten over „Als 't kindje bin nenkomt" te laten gaan. Misschien schiet u dan iets door het hoofd dat de moeite waard is om te schrijven, tips, reacties van de kinderen, „iets" over de zuster, of over het zieken huis, enfin te veel om op te noemen! Wat dacht u van het verhaal dat wij eens hoorden: ..Grote spanning in de kraamkamer, het kan ieder ogenblik gebeu ren. Dokter en zuster staan bo ven het bed gebogen en dan ineens... krak, daar zakt het bed door. Dat veroorzaakt uiter aard de nodige opschudding, snel wordt er een matras op de grond gelegd en dokter en zuster knielen op de grond om zo verder hun taak te verrich- Of van die moeder die het zo zwaar had dat ze ineens iest moest doen. ze pakte de hand van dc dokter en zette daar stevig haar tanden in. De arts was heel humaan en zei dat als het haar opluchting gaf zc 't gerust nog eens mocht doen.... Zo'n dokter heeft na afloop van de bevalling wel ec.i slok je verdiend!" „Dochter*' Dan de kraam vaders, die hel ben het ook heus niet makke lijk, en zijn in de kraamtijd vaak de kluts kwijt. Daar weet mevrouw A. te H. van mee te praten. Zij werkte toen in een kantoorboekhandel annex druk kerij: „Daar kwamen vaak echtparen geboortekaartjes uit zoeken: de tekst werd dan op gesteld, alleen zoon of dochter en de naam bleef open. Na enige weken kwam un pa de kaartjes bestellen. Eén zo'n pa herinner ik me nog heel goed. 's Morgens vroeg kwam hij met zijn zoontje van ongeveer drie jaar de zaak in, en vertelde dat ,.het" een doch ter was en hoe zij heette. Het werd genoteerd met de belofte dat de kaartjes 's middags klaar waren De kleine dreumes stond al les ernstig aan te horen. Toen pa aanstalten maakte om weg te gaan, draalde het jochie wat. „Ach", dacht ik, „dat kind voelt zich vandaag echt in de verdrukking". Daarom vroeg ik hem of hij blij was met het nieuwe zusje. Hij keek me ernstig aan en zei: ,,'t Is geen zusje, het is een broertje". Even een stomme verbazing, dan een drukdoene- rige pa die niet snapte hoe hij zo'n vergissing had kun nen maken en zenuwachtig een zoon opgaf die zo-en-zo moest heten. Ik weet niet of bij de man de wens de vader van de ge dachte was, maar het mooiste vond ik nog het jochie, dat doodkalm bleef en niet snapte waarom iedereen zo'n drukte maakte! Adviezen Als je voor het eerst moeder wordt, krijg je nog al eens ad viezen, maar of die altijd juist zijn? Mevrouw B. te K. liep e heerlijk in toen de zuste langs kwam en opgaf wat zij n^dig had in de kraamkamer. ..Mijn zwager schreef alles op, ineens zei hij: „En brandewijn zuster? ..Ja. natuurlijk" zei Dus stond op het lijstje o.a. een li ter brandewijn Ik vond het niet eens zo gek. want vroeger thuis had ik als oudste vaak gezien dat het bol letje van de nieuwe baby mc brandewijn gewasen werd Wel. de fles prijkte op wastafel temidden van alle an dere spullen. Ik vond het wel vreemd dat de zuster er niets van gebruikte, maar ik zei Tot onze dokter op een keer zei: „Wel. wel, wil je de jon gen (want dat was he zo vroeg aan de borrel hebben...?" Onder luid gelach kwam toen de ontknoping maar ik schaamde me wel dat ik er zo ingelopen was!" Lint Bij geboortes horen tradities. De bekendste tratitie is wel de beschuit met muisjes. De moe der van mevrouw N. te V. heeft ook een traditie in gesteld, nl. om bij de geboort. van de eersteling van haar ge trouwde kinderen een lint te kopen en daar tien pakjes aan te hangen, waarvan de kraam vrouw iedere dag na het badje van de baby één pakje af mag halen. „Het lint wordt boven het bed gehangen, o.a. hangen er aan: een bal. tandenborsteltje, truitje, sokjes, een beke-He. zeep, e.a. Wij kregen veel post bij de geboorte van onze eerste ling en tegenwoordig zijn er zulke snoezige feücitatiekaar- ten bij dat wij ze dllemaal aan het lint bevestigd hebben. Het was een fleurig gezicht. Nu zou ik nog iets anders willen opmerken: laat het be zoek toch rekening houden met slaap- en voedingstijden. Bel even op of het gelegen ïmt. de kraamverzorgsters ?bben het toch al zo druk. A'~ alles goed gaat zijn het heerlijke da gen met veel visite, ga daarom de eerste tien dagen, of dan pas na zes weken, op visite zodat de kraamvrouw even de lijd krijgt weer op dreef te ko- We hadden het zojuist over beschuit met muisjes, daar heeft mevrouw B. te W. negen entwintig jaar geleden de no dige zorg over gehad, luistert u maar: „Als jong meisje werkte ik op het archief van eer gr" bedrijf, waar ongeveer :rtig man personeel was. Mijn chef fin kwam op het plan bij de geboorte van Prins of Prinses het hele personeel op beschuit met muisjes te trakteren. Dat was een bele organisatie. De telefoniste werd ingescha keld met haar radio, transistors waren toen nog onbekend. We kenlang verruilden we beschui ten en boter om ze vooral goed vérs te hebben. Eindelijk was het dan zover, in allerijl wer den de beschuiten klaarge- -•'3kt en in servetjes keurig rondgebracht. Hoewel het bij ons altijd heel hard werken was, hebben wij het feest van de geboorte van Beatrix echt gevierd." Heraut Mevrouw V. te H. herinnert zich nog goed de geboorteaan kondiging van koningin Julia na, toen Prinses: „De blijde boodschap werd rondgebracht door een in historisch kostuum gestoken heraut, met trompetgeschal. En blij dat de mensen allemaal waren! Vreemde mensen gingen in eens met elkaar praten, men was gewoon uitzinnig van vreugde, er was ook al zo lang vergeefs gewacht... Van de geboorte van prinses Beatrix hoor ik nog de juich kreet van de radioverslaggever die langs de route stond naar de Grote Kerk voor de doop plechtigheid: „De Prinses wiegt haar kindje, o wat is dat mooi..." Ook toen was de vreug de groot, wij hadden in die tijd een Tsjechische familie in huis, zij zeiden: „We wisten niet dat de Hollanders zo kon den zijn" Verdriet Geboorte brengt vreugde in het gezin, maar soms ook ver driet. Zo ook in het gezin van mevrouw G. te B. „We hadden een zoon en een dochter. Toen het meisje drie jaar was, ver wachtte ik weer baby Toen het zeven maanden was voelde ik me niet goed en vroeg of mijn man die middag thuis wilde blijven. Hij haalde de zuster en na een uurtje werd er een meisje geboren dood. Het woog nog geen één pond. De zuster dacht dat het al ongeveer een week dood was, maar ik zei dat ik dat niet kon geloven, de dag tevo ren had ik nog duidelijk leven gevoeld. Ze onderzocht me, en vertelde dat er nog een baby was. Anderhalf uur later wpM er een jongetje geboren, het •fde en woog ruim één pond. Het werd snel in een couveuse gelegd, maar een dag later nam de Heere ook dit kind'" tot zich. Ik heb moeite gchar niet opstandig te worden, dan komen de „waaroms" Maar ik mag toch ook verwachten dat ik ze later bij Jezus teiug mag zien." ZULLEN de briefschrijfsters die zichzelf in de vorige Open Brief meenden te herkennen het waren er zes! het stukje van de vorige week goed bewa ren? Het is frappant hoeveel mensen gedacht hebben dat zij be doeld waren.Zowel werk neemsters als werkgeefsters, om die termen maar even te gebrui ken. De jongedame die oorzaak was van het stukje en me daarover al twee kreunende brieven heeft geschreven, kreunen niet meer; je geval is absoluut niet herkenbaar, dat hebben me zes antwoorden al duidelijk gemaakt. Het is een zo menselijke situatie dat menigeen zichzelf herkent, zowel aan deze als aan gene zijde van de tafel. Wat erger is, is dat jij mij niet hebt begrepen. En daarom wil ik de volgende week nog weer eens heel anders antwoorden. Daarna moet ik op reis en ben een keer weg uit de krant. Bewaar dus het stukje! NU iets anders. Ik wil begin nen met een verhaaltje. De vo rige week reed ik met drie van mijn kinderen op een stuk weg in ons beminde Westen des lands dat ons met het duidelijke cijfer 70 verzocht niet hard te rijden. Ik kan mij voorstellen dat het om half 2 's nachts met geen kip op de weg moeilijk is dit cijfer wel willend toe te knikken, maar in ons geval had ik geen kriebel: rij en familieleden schenen evenals wij van plan andere familieleden op te zoeken en in nette files scho ven we langs het beton. Tot er opeens een joyeuze witte auto kwam, ik had hem in het spiegeltje al even genoteerd: met vrolijke lussen dook hij uit en in de rij, als een soort schoonrijder in het groot. Toen hij ons passeerde en een moment zich „inschaarde" las ik op zijn achterruit: „Jezus zegt: Ik ben de Weg, de Waar heid en het Leven". Ook niet al te christelijk, zei ik tegen de kinderen. Ten eerste leidt de man de aandacht van de weggebruiker af door die tekst, ten tweede rijdt hij veel te hard. Moeder, zei een dochtertje, dat is om het evangelie te verkondi gen.... En ja, zo is het laatste grap je nog niet gezegd. Ik dacht hierover na toen ik van een briefvriendin een knipsel kreeg (met een begeleidende ver ontwaardigde brief) uit het Cen traal Weekblad, een knipsel waar boven staat: tien geboden anno 1967. Het stukje is overgenomen uit „De bond zonder naam", R.K. Weekblad. De tien geboden heb ben daar een actueel jasje gekre gen zo zijn bijv. os en ezel, dienstknecht en dienstmaagd ver vangen door koelkast r-> televisie- Briefschrijfster is daar flink boos over. Iets wat waar is kun je niet steeds weer veranderen om dat je zogenaamd met de tijd moet meegaan, zegt zij. Ze vindt het „modernisme". Toestanden ver anderen wel, en dat men die aan past is wat anders, maar zodra men datgene wat Christus gezegd heeft gaat veranderen, zodat fun damentele dingen wegvallen, kun nen ze net zo goed alle bijbels op een brandstapel gooien. Zover zij. Ik geloof niet dat dat de bedoeling was van „1967". Er is niets veranderd van „wat Christus heeft gezegd". Liefde staat dwars over alle geboden, ook in deze vorm, geschreven. Als je zegt: „Gij zult niet doden" is vergeten, wat een zalige opluchting voor ai die oorlogsophitsers met hun kern wapens, lekker hele volken uit moorden en toch in de kerk zit ten, dan weet je dat je door draaft. Want wanneer „Gij zult niet doden" alleen maar beteken de: gij zult niet iemand echt ter dood brengen, dan kon dit gebod rustig weggelaten worden laten we zeggen: voor alle Open- Brief- vriendinnen. Wij wurgen niet, wij steken niet met messen, wij openen geen mitrailleurvuur. Zo goed als het ons niets doet geen ezel of os te mogen begeren; veel stadskinderen weten niet eens wat Nee, „Gij zult uw naaste op ge nerleiwij ze het leven onmogelijk maken" is wel degelijk: gij zult niet doden en dat verstaan we er ook onder, in catechese en kerkdienst. Wij mensen doden al met een schampere lach. Doden gaat veel dieper dan het gebruike lijke „om zeep helpen". En zo is het punt voor punt. In de tijd van de wet was deze ook hoogst actu eel. Os, ezel, goden, diensthuis, dat was toen net zoiets kis nu auto en slavernij van het eigen ik. Moder nisme is nog wel iets anders dan dit pogen! R is echter nog een andere kant aan de zaak. Die kwestie duikt steeds weer op nu we zo zitten te tobben met vernieuwing en actualiteit. Deze: de oude woor den hebben een lading. Of zeg om mij: sfeer. Dat achter os en ezel wasmachine en maatschappelijke positie schuilgaan weten we meestal wel, we vinden het echter nare woorden, het is net of er iets ontluisterd wordt. Zo hebben mensen moeite met bijbelvertalingen. met liederen, met methodieken - verkondi ging. Zo had ik moeite met de tekst op de autoruit. Er is iets ontluisterd. Ik kan mij voorstellen dat mensen gelachen hebben om: „Jezus zeide: Ik ben de Weg", als zij met een bats door een kuil gingen. Ik weet dat natuurlijk nooit zeker. Het kan ook wel zijn dat een automobilist na het passe ren van de schoonrijder zijn han den om het stuur heeft geklemd en ervan heeft afgezien de vrouw van zijn naaste te ontmoeten. In de jaren dertig schreef een vriendin van me eens een stukje over een groep van de Ned. Chr. Reis Vereniging die in de restaura tie van het station te Bazel een psalm aanhief. Zij had zich daar aan vreselijk geërgerd. Het ge baar, zo innig beleefd misschien door de groep, werd met een lach je ontvangen. Ridicuul, zei ze, dat waren ze. Verblind door eigin vroomheid die niets uitwerkte. (Dat laatste kon ze natuurlijk niet weten). Nee. dan nog eens in Ba zel, een Heilsoldate, eenvoudig 's avonds de bierkelders afgaand, een lied zingend. Dat was waar, vond ze. Dat droeg het onzegbare baar. Zo kunnen ook de „oude" wet èn anno 1967 het onzegbare zeggen. Al naar de aangesprokene

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1967 | | pagina 15