LIEFDE, TROUW EN HULP IN VOOR- EN TEGENSPOED Christus zet je Militair eerbetoon bij Huis Ten Bosch gewoon op vrije voeten Presidentiële gelukwensen De ringen 10 DINSDAG 10 JANUARI 1967 js Gods zegen afgesmeekt over huwelijk Een gemeenschap voor het gehele leven De tiende december 1966: voorspel van de blijde dag van heden. Prin ses Margriet tekent ten stadhuize van Baarn de akte van ondertrouw, mr. Van Vollenhoven ziet toe. Meerdere staatshoofden van de we reld hebben koningin Juliana en prins Bernhard een gelukstelegram gezonden in verband met het huwelijk van prin ses Margriet en mr. Pieter van Vollen- Een van de eerste boodsehappen, die op Paleis Sotstdijk binnenkwam, was afkomstig van president Sockarno. „Mede namens het volk en de rege ring van de republiek Indonesië", zo luidde het telegram, „doe ik uwe ma jesteit mijn hartelijkste gelukwensen en de wens voor een lang en gelukkig leven toekomen". Adam Malik, de Indonesische minister /an buitenlandse zaken, heeft zijn Ne derlandse ambtgenoot een soortgelijke boodschap doen toekomen. De president van India, dr. S. Radhaj- rishnan, zond zijn „meest hartelijke fe licitaties voor deze gelukkige gebeurte nis", zomede zijn beste wensen voor het geluk en de voorspoed van het jonge paar. De tekst van de boodschap van de Westduitse president Liibke luidt: „Ter gelegenheid van het huwelijke van Hare Koninklijke Hoogheid prin ses Margriet met de heer Pieter van Vollenhoven zend ik uwe majesteit en de koninklijke familie mijn hartelijke gelukwensen. Mogen geluk en zegen het jonge paar op zijn gemeenschappelijke levensweg begeleiden". Erewachten bij de kerk DEN HAAG Bij de toreningang van de Grote kerk stond opgesteld een ere wacht, gevormd door een squadron van de Koninklijke Luchtmacht met vaandel en vaandelwacht ter sterkte van honderd man, waarbij ingedeeld de kapel der Ko ninklijke Luchtmacht onder leiding van majoor H. F. W. van Diepenbeek. Het 'eheel in ceremonieel tenue. Tegenover de toreningang stond een :rehaag, gevormd door leerlingen van »eevaartschol en. Daar was ook een ere- eloton ter sterkte van dertig man van ie Delftse Studentenweerbaarheid met vaandel en vaandelwacht in ceremonieel 'enue en een erehaag gevormd door de putaties van de studentenweerbaarheden uit Utrecht, Amsterdam, Groningen en Wageningen. (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG „Alles is van u", zo begon de Leidse hoogleraar prof. dr. H. Berk hof zijn predikatie, en hij voegde eraan toe: „Een mooie tekst als een prinses trouwt, vindt u niet?" „Doch", zo liet hij er op volgen, „Paulus schreef die tekst helemaal niet voor prinses sen, maar voor gewone mensen, die hij zelfs „niet vele invloedrijken, niet vele aanzienlij ken" noemt- En toch: Alles is van u! Wat be doelt hij daarmee?" In de gemeente van Corinthe heersen onenigheden. De een zei: Ik ben van Paulus, de ander: En ik van Appollos, en een derde: Ik van Petrus. Allemaal mensen, die roepen: Ik ben van.. Ik ben nu eens van dit en dan weer van dat. Ik ben van heel veel. En daarom wordt het leven vluchtig en oppervlakkig en verveelt het zich. Ik ben van alles. En kijk nu eens naar het bruidspaar. Mag de bruidegom niet zeggen: Ik ben van Margriet, en de bruid: Ik ben van Pieter? Is het soms beter om te zeggen: Margriet is van mij? Pieter is van mij? Zijn er niet veel huwelijken juist aan deze houding kapot gegaan? Ja, maar zo bedoelt Paulus het niet. We moeten doorlezen. U bent niet van dit of dat „alles is van u, maar: Gij zijt van Christus. ER staat eigenlijk gewoon: Alles is van gij zijt van Christus, Christus is van God. Paulus wil zeggen: Om je de luxe te kunnen permitteren dat je zegt „alles is van mij", moet je ook en eerst kunnen zeggen: „Ik ben van Christus" woordje „Christus" tot een partij leus en 'creet Maai die naam is heel anders bedoeld. Daar aan herinnert Paulus met de laatste woorden: „En Christus is van God". Pas nu de naam „God" valt, zijn we helemaal waar we wezen moeten. Christus zegt: „Ik ben de deur". Waarom kan Hij dat zeggen? Christus is van God. Hij heeft op een unieke en radikale manier gezegd: „Ik ben van.." Ik ben van God. Hij heeft heel Zijn bestaan op het spel gezet om dat waar te ma ken. Hij was geheel van God en daarom geheel van de mensen. ben van Christus dat betekent: Ik geloof, dat ik bij hem het mens-zijn vind, dat ik nodig heb, ik leef van het nieuwe mens-zijn, dat Hij door Zijn sterven en overwinning bevochten heeft, om Hem, de ware Zoon van God ben ik bij God tot zoon en dochter aangenomen. Maar wat doe je daar nu mee? Wat doen bruid en bruidegom ermee in het huwelijk? Je kunt nu op een nieuwe manier over deze aarde wandelen. Als je van Christus bent, dan „Moet" je in een bepaalde zin niets meer. Christus zet je gewoon op je voeten, op vrije voeten. Je bent met heel je krampachtig leven in Zijn sterven en opstaan meege nomen. Je leeft voor Zijn rekening. Je hoeft niet op je tenen te staan om iets te zijn. Je hoeft niet met je ellebogen te werken om iets te bereiken. Je hoeft niet almaar jezelf te rechtvaardigen, want je bent Het gaat door je eigen ooortdurend sterven heen maar zo kom je los van jezelf en daarmee los van de machten. Je kunt je „aan goden en mensen ont hechten". Gij zijt van Christus, en daarom: Alles is van u. Tj^N nu kun je je de luxe permitteren om aan anderen te denken. Nu ik weet hoe God over mij denkt, hoef ik niet almaar aan mezelf te denken en ook „niet aan de dingen teloorgaan". Ik kan in de kracht van de Geest in de navolging van Christus mezelf met veel humor bekijken en daarom als het moet ook verloochenen. En nu zit hier een bruid en een bruidegom die hun komende levensweg in het teken van Christus willen zetten. Ze willen een christelijk huwelijk opbouwen, zoals we dat wel zeggen. Maar dat gaat heel niet vanzelf. Met de nieuwe vrijheid, waarin Christus ons opneemt, wandelen we als op de scherpe kant van een mes. Voor je het weet, val je er naar links of naar rechts af UIER voor mij liggen uw beide trouwringen. U wist niet wat de tekst zou zijn, maar u hebt dringend gevraagd om na te gaan of de trouwtekst niet aan de binnenkant kon worden gegraveerd. Nu, dat is gelukt, dank zij de graveur en dank zij Paulus natuurlijk. Deze tekst hebt u nooit voorgoed achter u, maar altijd weer voor u. Als u voelt dat het ergens mis gaat met uw huwelijk of met uw beider leven in de wereld, doet dan beiden tegelijk de trouwringen even af en leest samen wat u als een belofte en een gebod, als een uitnodiging tot het geluk met u mee draagt: Alles is van u. gij zijt van Christus. Valt dan samen op de knieen. Bidt God om Zijn Geest. En staat dan samen weer op en gaat uzelf en het leven te lijf (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG Voor God zjjt gjj nu man en vrouw. Zo dan wat God heeft samengevoegd, scheide de mens niet. Tot in alle hoeken van de machtige kathedraal duidelijk verstaan baar klonk de stem van de Leidse hoogleraar prof. dr. H. Berkhof, toen hij, nadat zij de trouwringen aan eikaars rechter ringvinger hadden geschoven, met deze woorden het huwe lijk van Margriet Francisca van Oranje-Nassau, von Lippe- Biesterfeld en mr. Pieter van Vollenhoven bevestigde. Het was het hoogtepunt van de kerkelijke plechtigheid. Aller ogen richtten zich op de twee jon ge mensen, die, geknield op de zelfde bank, waarop ook prinses Beatrix en prins Claus in de Am sterdamse Westerkerk hadden geknield, luisterden naar de in zegeningsformule: „De Vader der barmhartigheid, die u door Zijn Genade geroepen heeft tot de hei lige staat van het huwelijk, ver- binde u met rechte liefde en trouw. Indrukwekkend klonk daarop de zang van de gemeente: „U, zeeg'ne God, Hij steil' u tot een zegen! Tweeduizend Een tweeduizend genodigden w er getuige van geweest, dat prinses Margriet en mr. Pieter van Vollenho ven in de sterk naar bloemen geurende St Jacobskerk, waarin de ouders van de bruid eveneens waren bevestigd, voor God en Zijn gemeente beleden, dat zij elkaar tot man en vrouw had den genomen, en hadden beloofd el kaar nimmer te verlaten „in goede (Van onze verslaggevers) DEN HAAG De trouwring, die voortaan de rechterhand van prinses Margriet zal sieren, is smal, van pla tina en niet bewerkt. De ring van de heer Van Vollenhoven is eveneens glad en smal, maar van goud. Beide ringen dragen de inscriptie ..Al les is van u, maar gij zijt van Christus," de tekst, die ook het schutblad van de huiiie1iik*b{jbel sierde. Prof. Berkhof ontleende de tekst nan de tweede Schriftlering tijdens de inzegening in de St. Jacobskerk. en 23 in de vertaling van de Kntho- Men vindt haar in I Corinthiërs 3:22 iieke Bijbelstichting St. Willibrord. noch kwade dagen, in rijkdom noch armoede, in gezondheid noch ziekte tot de dood u zal scheiden..". Een tweeduizend genodigden onder wie naast de leden van de koninklijke familie en de familie Van Vollenhoven, leden van Europese vorstenhuizen, oude Europese adel, de groten uit binnen- buitenland. Maar naast hen ook schappen en instellingen, de peetooms van de Prinses, klasgenoten van de dienstplichtige bruidegom, vertegen woordigers van de Haagse en van de Schiedamse burgerij, 22 schoolkinde ren die op 10 januari jarig zijn, be dienden van de Leidse Studenten So ciëteit en hospita's en personeelsleden van de N.V. Bingham, waarvan de va der van de heer Van Vollenhaven di recteur is. In het koor van de kerk hadden plaats genomen, aan weerszijden van het bruidspaar onder andere de Konin gin en de Prins, de heer en mevrouw Van Vollenhoven, de prinsessen Bea trix en Irene met haar echtgenoten, prinses Christina. Daarachter prinses Kira van Preussen, prins Friedrich van Preussen, Lady Elisabeth Anson, prins Maurits van Hessen, mejuffrouw Christina von Amsberg. Voorts zaten in het koor: prins Charles van Luxem burg, prinses Simone, prins Aschwin, prinses Christina van Zweden, graaf Henri de Laborde en Montpezat, prin ses Margarethe van Denemarken, graaf Caspar en gravin Ramona van Oeyen- hausen. Lady Ariel Keith en Lord j Litchfield. Vollenhoven, een platina van prinses Margriet, beide dragend dezelfde inscriptie: „Alles is van u, gij zijt van Christus", de tekst van de huwelijks- predikatie, ontleend aan 1 Corinthiërs 3 22 (slot) en (begin) 23, naar de St Willebrordvertaling. Na het votum en de groet zong de gemeente de verzen 6 en 7 van Psalm 89 volgens de „Proeve van een nieuwe berijming". Wij loven, Heer, de macht van Uw verheven hand, en: Hoe zalig is het volk dat U de lofzang zingt. De schriftlezingen waren Psalm 100 en en kele gedeelten uit 1 Corinthiërs 1 en 3. Nadat prof. Berkhof zijn predikatie had gehouden, zong het koor onder meer het motet van Johan Sebastiaan Bach, naar een tekst van Maarten Lu ther. Onderwijzing Daarop volgde de huwelijksonder wijzing: „Wij zijn als gemeente bij een om het huwelijk van Pieter van Vollenhoven en Margriet Francisca van Oranje-Nassau, van Lip- pe-Biesterfeld voor Gods aangezicht te bevestigen en er met hen en voc hen Zijn zegen over af te smeken' Over de inzetting van het huwelijk zei prof. Berkhof: een inzetting van God, overeenkomstig Zijn wil een gemeenschap voor het gehele le ven, waarin man en vrouw liefde en trouw, hulp en toewijding van elkan der mogen ontvangen, zowel voorspoed als in tegenspoed". En over de doeleinden: dat man en vrouw door oprechte liefde verbonden, elkaar in vreugde zullen toebehoren en tot eer van God elkan der trouw zullen dienen in alle din gen dat zij de kinderen die hun worden toevertrouwd mogen voor gaan in het leven met de Heerdat zij als man en vrouw in het geheel van de gemeenschap staande, daarin hun opdracht aanvaarden Toen brak het grote ogenblik Een doodse stilte heerste in de kerk op het ogenblik, waarop de Prinses ei heer Van Vollenhoven beiden met krachtig „ja" de trouwbelofte bevestig den. Zij schoven elkander de ringen, qan de vinger en zeiden: „Ik neem u tót mijn vrouw (man) en tot teken daar van geef ik u deze ring". Ouderling Deurman overhandigde het bruidspaar namens de kerkeraad van de Nederlandse Hervormde Ge meente van Den Haag de huwelijksbij bel. door de Rotterdamse kunstenares Karli Frigge met bladgoud belegd. De Rotterdamse calligraaf J. A. Beum schreef erin dat deze bijbel aan het bruidspaar bij hun huwelijk werd uit gereikt, en prof. Berkhof vermeldde op het schutblad de tekst van zijn predika tie. Het slotgebed werd besloten met het door een ieder in zijn eigen taal hard op meegebeden Gebed des Heren: „Onze Vader, Die in de hemelen zijt En slotzang was: „Nu gaan de bloe en nog dood, nu gaat de zon nog onder. En geen mens kan zonder water en zonder brood..., een lied van mi- chel van der Plas op een melodie van Wim ter Burg, uit: Alles wordt nieuw, van Hanna Lam en Wim ter Burg. •De dienst was ten einde. Langzaam verliet de bruidsstoet de. kerk. Met het koor zong de gemeente het machtige A toi la gloire, van Edmond Budry. Op de dag van de ondertrouw, 10 december jl.: werd het bruidspaar in Rotterdam een feestelijk welkom bereid in de Doelen. Heel toepasse lijk voor de havenstad kregen de gasten een toetertje, waarop ze naar hartelust konden blazen. Soldaten in ceremonieel tenue (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG De eerste officiële drukte was vanmorgen rondom paleis Huis Ten Bosch, waar de stoet vertrok.1 Voor het palei's stond een honderd man sterke compagnie van het Korps Mari niers met vaandel en vaandelwacht op gesteld met de Marinierskapel met tam boers en pijpers. Matrozen van de Ko ninklijke Marine zorgden voor de afzet ting langs het gazon en daarachter ston den leerlingen van zeevaartscholen. De beide erahagen op het bordes werden gevormd door twaalf adelborsten, twaalf cadetten van de landmacht en twaalf cadetten van de luchtmacht. Langs de laan naar de Bezuiden- houtseweg stonden honderd man van het elfde pantser-infanteriebataljon van het Garderegiment Grenadiers en honderd man van het dertiende pant- ser-infanterie-bataljon van het Garde, regiment Fuseliers „Prinses Irene". Bei de detachementen waren in ceremoni eel tenue gestoken. Auto's, gala-rijtuigen en ruiters vormden de bruidsstoet De limousines werden gevolgd door in ceremonieel te nue geklede ruiters van de Haagse poli tie, een adjudant en acht ruiters, ge volgd door hoofdcommissaris J. H. A. K. Gualthérie van Weezei en zijn adju dant, hoofdinspecteur P. Schultz. Voor de rijtuigen uit draafde een commando van de rijkspolitie te paard. Ere-escorte De Gala-Berline van het bruidspaar werd voorafgegaan door een ere-escor te van cavalerie-officieren, voorgere den door generaal majoor W. C. H. van Reede. Naast de Berline reden de com mandant van het escorte, brigade-gene raal A. W. F. von Balluseck van de cavalerie en brigade-generaal J. A. C. Bartels. Ook achter de Berline draafde een ere-escorte van cavalerie-officie- Zes paarden trokken de Berline; de overige rijtuigen waren met twee paar den bespannen. Aan het einde van de stoet die onder commando stond van de eerste stalmeester van de Koningin, kolonel W. F. K. Bischoff van Heemskerck, reden nog een commando van de rijkspolitie te paard en ruiters van de Haagse politie. Terwijl de stoet zich in beweging zet te, speelde de Marinierskapel de „mars van de jonge Prins van Friesland", een parademars naar de eigen krijgsmelo- die van Johan Willem Friso. Voor de eerste maal op deze brui loftsdag klonk bij Huis ten Bosch het Wilhelmus, gespeeld door het fanfare korps der Limburgse jagers. Het volkslied was beëindigd, voordat het bruidspaar arriveerde. Saluutschoten op Malieveld Ringen Het bruidspaar werd in het voorpor taal van de kerk begroet door een co mité van ontvangst. En terwijl de ge meente met het Haags Liturgisch Ka merkoor inzette: „The Lord's my Shep herd. I'll not wantbetrad de bruidsstoet schrijdend over een mosgroen tapijt, de kathedraal, vooraf gegaan door de ouderling van de diensi de heer W. A. Deurman, de diaken van dienst de heer G. M. Herlaar, en de predikant prof. dr. H. Berkhof, waarna de bruidskinderen volgden. Het bruidspaar werd gevolgd door de bruidsmeisjes en de bruidsjonkers. De ouderling van dienst droeg de in een fraaie rood leren band gebonden bijbel, de diaken een kussen waarop twee ringen: een gouden van mr. Van DEN HAAG Het geluid van eenen twintig ereschoten daverende vanoch tend om negen uur over het Malieveld. De vuurmonden van de batterij van de elfde afdeling der rijdende artillerie brachten hnn saluut aan het bruids paar van de dag. Uit zes stukken kwam deze begp"> ting van een winterse feestdag. In hun gala-uniform van de Gele Rij ders vormden - de artilleristen het - eerste feestelijk vertoon voor de tiental len, die in de vroege ochtenduren hun auto's op het Malieveld parkeerden. Het leger van 2500 politiemannen en honderden mannen van Land- en Luchtmacht en Marine betrokken hun posten. Er werd een laatste inspectie gehouden. Den Haag was gereed voor het festijn van de tiende januari.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1967 | | pagina 10