I0NDAGS BLAD P/CCADILL Y-C/RCUS DUBBELDEKKER ZATERDAG 5 SEPTEMBER 1966 Londenaren sceptisch tegenover het plein een belangrijke verande ring ondergaan. Er komen nieuwe winkels, hotels, restaurants, galerij en en kantoren, alle ondergebracht in het „London Pavilion". Dit wordt in wezen een gebouw ten algemene nutte. Men zal er niet alleen kunnen wandelen, ook bloe men kunnen kopen, conferenties beleggen, de film bekijken en een cabaret bijwonen. Troef Voor de exploitanten brengt dit allemaal geld op, |ien dit is de grootste troef van Lord Hólford. Het „Londen Pavilion" betaalt zich op den duur zelf. Er wordt geld verdiend met verpachtingen, met het geven van toestemming voor het bouwen, enz. Alles moet wor den betaald, alleen de voetganger zal zonder betalen tóegang tot de wandelpaden hebben. Parkeergarages-in-het-groot zijn in het plan niet opgenomen. Lord Holford heeft een garage gesitu eerd voor slechts 700 auto's. En parkeerruimten zijn er helemaal niet. Wel is er gelegenheid voor taxi's en particuliere auto's om pas sagiers vlak bij het „London Pavi lion" af te zetten, maar daarna zullen zij moeten doorrijden. Raam Het „London Pavilion" heeft Lord Holford gezegd, moet een winkel raam worden van waaruit de toe rist vooral, een blik kan werper op het huidige Londen. Het moet het visitekaartje van Londen zelf zijn. Maar weinig steden hebben do gelegenheid zo'n paviljoen te bouwen als wij kunnen. Laten we kansen grijpen nu ze er zijn. Er is maar weinig fantasie voor nodig om tc ontdekken, dat het „London Pavilion" inderdaad een bouwwerk van allure zal worden, uniek in de wereld. Nog in geen stad kan men boven de grond langs brede promenades en dan niet gehinderd door moto risch verkeer zich van de ene stadswijk naar de andere bege ven. En misschien zou iedere Lon- denaar er enthousiast voor zijn als het sentiment hier maar geen rol speelde. Doch dat sentiment „Als Piccadilly Circus veran- En nu verder, wat gaat er gebeu ren? Zal Lord Holford het bele ven, dat ook dit plan in de ijskast gaat zoals het vorige? Het lijkt van niet. De autoriteiten zijn ge porteerd voor het voorstel omdat het een oplossing betekent voor het verkeersvraagstuk, ook omdat het een plein wordt Londen, dat grote Londen, Waardig. Op het ogenblik hebben zij het plan in studie. Het wordt van alle kanten bekeken, niet het minst in de nadelen, die het misschien in zich bergt. Verwacht wordt, dat nog deze herfst de uiteindelijke beslissing valt. Dan zullen we we ten of het Piccadilly Circus van nu herinnering gaat worden... HOLLANDERS KREGEN DE SCHULD Opdat het nageslacht nooit zou vergeten door een welk een ramp Londen eens werd getroffen, werd een monument opgericht, naar een ontwerp van Chr. Wren, een van de architecten aan wie ook de herbouw van de stad werd opgedragen. Het monu ment is 202 voet hoog. Die hoogte is niet willekeurig gekozen. De afstand van het gedenkteken tot de plaats waar de brand uitbrak is nl eveneens 202 voet. plan van Lord Holford: Van een onzer verslaggevers ZAL HET AANZIEN van Piccadilly Circus toch gaan veranderen De Lon denaren staan wat sceptisch tegenover het plan van Lord Holford, die Piccadilly Circus een nieuw gezicht wil geven. In de eerste plaats omdat het een projekt is, waarvan de verwezenlijking een investering van ette lijke miljoenen ponden sterling vraagt, daarnaast omdat het Engelse volk zo verknocht is aan „zijn plein", dat er heel wat water door de Theems moet vloeien alvorens het in zijn geheel achter Lord Holford gaat staan. (Van een onzer verslaggevers) VANNACHT, om 3 uur door Jane gewekt voor een grote brand in de City. Mijn chamberloak aangetrok ken en uit het venster gekeken. De brand leek echter ver af, zodat ik weer naar bed ben gegaan. Maar na het ont bijt van Jane gehoord dat er al 300 huizen zijn verwoest en dat het vuur intussen de London-bridge heeft be reikt. Met deze mededeling begint Samuel Pcpys, de man die zowel op politiek als op maritiem gebied in het Engeland van de 17de eeuw zo'n belangrijke rol heeft gespeeld, in zijn beroemd geworden dagboek zijn verslag over de gebeur tenissen te Londen op die zondag 2 september 1666, nu 300 jaar geleden. Toen een verschrikte Jane hem wakker maakte, kon hij niet vermoeden dat een ramp bezig was zich te voltrekken. Hij keek uit het raam en ging weer slapen. Maar het vuur, dat op dat ogenblik nog zo ver af leek, zou vier dagen de stad teisteren. Bijna 3/5 deel van Londen zou wor den verwoest, 13.200 houten huizen zouden in vlammen opgaan met daarnaast een honderdtal grote gebouwen, waaronder 51 kerken. Meer dan 200.000 mensen zouden dakloos worden en de schade zou worden geschat op 11 miljoen Engelse ponden. len. Het moet het symbool blij ven van Londens gastvrijheia. Zijn plan berust op het princi pe van, wat de Engelsman noemt, de „dubbeldekker" de voetgangers kunnen zich bewe gen boven en onder de straten. De lichtreclames zullen behou den blijven, maar zij zullen nog opvallender worden aange bracht. De kern van Lord Hol- fords voorstel komt neer op de bouw van een „London Pavili on", helemaal vrijstaand en dra gend een stelsel van boven grondse promenades van een to taal oppervlak van ruim 4.000 m2, waar het publiek kan slente ren. drinken, eten, en zich ver maken. Liften Roltrappen en liften zullen het publiek brengen waar het wil zijn en er ook voor zorgen dat het op een gemakkelijke wijze van hoog boven de grond de ondergrondse kan bereiken om zijn weg te ver volgen. Het verkeer zal van de wande laars dus geen last meer hebben Lord Holford heeft al berekend, dat het makkelijk met een capaci teit van 60 procent boven dat van 1960 kan toenemen. En dit laatste is misschien het aantrekkelijkste van het gehele plan voor hen, die enerzijds het oude Piccadilly Cir cus een goed hart toedragen, maar anderzijds een snelle doorstroming van auto's toch prefereren, vooral als zij zelf auto rijden. Driehoek Onder de grond wordt een aan tal wegen aangelegd waarlangs de treinen van de ondergrondse zijn te bereiken. Op de straat heeft Lord Holford zich een grote „ver- keerskamer" gedacht, van waaruit het verkeer kan worden geregeld. Op het eerste „dek" kan men wandelen naar Regent Street, So- ho en door Shaftesbury-avenue naar Leicester Square. Uiteraard zal de bebouwing rond Op Ludgate Hill bleven slechts halen om zo te proberen het vuur tegen te gaan. De Lord Mayor van Londen kreeg daartoe ook bevel, maar was er huiverig van de opdracht uit te voeren. In de eerste plaats omdat hij bang was zich de woede van de huiseige naren op de hals te halen, daarnaast omdat de brand naar zijn mening niet viel te stuiten. Hij was ook helemaal van de kook. Toen Samuel Pe- pys met hem maatregelen besprak ter bestrijding van het vuur, antwoordde hij: „Ik ben de hele nacht al in touw geweest, ik ga nu eerst eens ontbijten". In de loop van de dag wer den steeds meer huizen door het vuur aangetast. Het sprong over van het ene ge bouw op het andere, van de ene straat naar de volgende. De eerste kerk die in vlam men opging was de St. Mag- nus-kerk. Paniek De stad verkeerde in pa niek. Paarden, mensen, zwaar beladen karren versperden de straten. Op dc rivier krioelde het van lichters en bootjes, die gebruikt werden voor het vervoeren van goederen en huisraad. In weerwil van alle ellende werden er door een bepaald soort handelaren goe de zaken gedaan. De vraag om schccpsruimtc was nl. gro ter dan het aanbod. Het ge volg was, dat er hoge prijzen voor de huur van bootjes on lichters werden gevraagd. Evenzo voor wagens en kar- Zij, die geen voertuig of boot konden bemachtigen be gonnen hun goederen en hun geld te begraven. Het werd een grote uittocht uit Londen zonder einde. Alleen het nood zakelijke werd meegenomen, ook aan kleding. Zelfs Samuel Pepys maakt er melding van, dat hij in zijn nachthemd op de bok van een wagen zat. Hij bracht zijn goederen in veiligheid, nadat hij zijn kan toorbescheiden, zijn wijn en parmesaanse kaas in een put in de tuin had opgeborgen. De brand had ook zijn woonwijk bereikt. Toch had hij in zijn zorgen ^og aan het kantoorgebouw in de marine gedacht. Om et voor verwoesting te be hoeden, gaf hij opdracht de belendende panden neer te ha len. „Zelfs de vrouwen van de arbeiders hielpen daarbij mee" schreef hij later. „Jammer dat zij zich daarna als beesten be dronken." Een paar nachten achtereen was de lucht boven Londen rood gekleurd door „één helse, bloedige vlam, één vuri ge boog, een mijl lang". Drie dagen en nachten vocht de stad wanhopig tegen het vuur, dat met een niet te stui ten vaart voortraasde. Het zag de Beurs verbranden, Cheapsi- de en Newgate. Het zag de St. Paul's verwoest, Ludgate en Fleetstraat. De vierde dag draalde de wind. De brand begon lang zaam te minderen. Maar nog was de beproeving niet ten einde. Waar de tien- en tien duizenden daklozen onder te brengen? Er was een enorm tekort aan ruimte. Dit tekort deed de huren oplopen. Wie zich ergens onderdak wilde verschaffen moest daarvoor betalen, en dik. „De huren stij gen", schrijft Samuel Pepys. „Een van mijn kennissen maakt al 150 pond tegen vroe ger 40 pond huur". Natuurlijk werd naarstiR gespeurd naar de oorzaak van de brand, Doch voor het offi ciële onderzoek was afgelopen had het gerucht zijn werk al gedaan. „Het schijnt toch", al dus Samuel Pepys, „dat Hol landers, Fransen, katholieken of fanatieken de brand heb ben aangestoken...". Manifestatie De „Brand van Londen" heeft altijd sterk tot het na geslacht gesproken. Talloze pu blicaties zijn er in de loop der eeuwen aan gewijd. Geen wonder dus, dat de Londena ren de ramp gaan herdenken. Op 9 september zal dit geschieden met een grootse manifestatie op de Theems. Twee belangrijke gebeurte nissen staan dan in het mid delpunt: De brand van septem ber 1666 en de oprichting van de London Fire Brigade in september 1866 „twee eeu wen te laat", zoals de Londe naren altijd hebben gezegd. Tweehonderd versierde vaar tuigen zullen een tocht over de rivier maken langs de City naar Chelsea en terug, 's Avonds zal de Theems met schijnwerpers zijn verlicht. Er wordt voorts een indrukwek kend vuurwerk afgestoken. Tenslotte is aan „1666 and other fires" een tentoonstelling gewijd, die dezer dagen werd geopend. Er «IJn meer plannen geweest. Nn de tweede wereldoorlog is er dikwijls gedacht aan een veran dering van Pieeadilly Circus. Zelfs Lord Holford heeft al eer der een schets ontworpen voor een nieuw plein. Deze schets kon in de ogen van de autoriteiten geen genade vinden omdat het geen verlichting bracht in de moeilijk gewórden verkeerssitua tie. Lord Holford is niet de eerste de beste. Hij wordt gerekend tot de groten onder Engelands stedebouw kundigen. Maar Pieeadilly Circus is ook niet het eerste het beste plein. Het is het beroemdste plein van alle pleinen ter wereld. Miljoe nen en miljoenen buitenlanders hebben er 's avonds hun ogen uit gekeken naar de felle kleurrijke lichtreclames, die het plein in gloed zetten. In tal van Engelse ro mans spelen Pieeadilly Circus en de wereldbekende straten, die erop uitlopen, een vooraanstaande rol. Tekenaars, grafici en schilders hebben getracht dit centrum van Londen te vereeuwigen. Duizenden en duizenden prentbriefkaarten van Pieeadilly Circus zijn van Lon den uit tot in de verste uithoeken van de aarde gegaan. Tijd De Engelsman en de Londenaren zijn aan Pieeadilly verknocht, even als ze verknocht zijn aan de To wer en aan de Victory, het schip van Nelson, dat in Portsmouth ter be zichtiging ligt. Maar er is een stro ming, die beweert, dat het huidige Pieeadilly Circus uit de tijd is, dat het zijn bestaansrecht alleen maar ontleent aan de historie en dat de omstandigheden dwingen tot maat regelen, die men misschien liever Die omstandigheden vloeien voort uit het steeds drukker wor dende verkeer, dat volgens deskun digen door het huidige Piccadilly Circus niet meer kan worden opge vangen. En evenals in andere ste den krijgt het verkeer het ook in Londen voor het zeggen. Het moet, maar met pijn in het hart, zeggen JlilllM Londen wordt een moderne stad. Als de plannen van Lord Holford doorgaan wordt het oude vertrouwde Piccadilly-Circus een ,,dub- bel-dekker", terwijl de Lon- denaars nu reeds kunnen aankijken tegen een hyper moderne radiomast (hoogte 184 meter) 'IIIIIIIIIIIIIIB de volgelingen van het nieuwe Over één ding zijn alle planne- niakers het roerend eens. Wat er ook in de plaats van Pieeadilly Circus komt, het moet groots zijn. Het moet zo worden, heeft Lord Holford betoogd, dat men er de pols van Londen blijft voe- De brand is de (wereldge schiedenis ingegaan als de „Brand van Londen". Nauwe lijks waren de Londenaren be komen van de schrik veroor zaakt door een pestepidemie, die het leven van duizenden stadgenoten had geëist of op nieuw kregen zij een zware slag te incasseren. Het begin van de brand lag in een bak kerij in Pudding Lane, nabij Fish Street, in het oosten van de stad. Het moet daar een troosteloze buurt zijn geweest, die de naam Pudding ontleen de aan het afval dat vooral de slagers in de Theems plachten te werpen. Alle factoren waren van be gin af aanwezig om het vuur de kans tc geven snel om zich heen te grijpen. Dc pakhuizen in de omgeving waren tot dc nok toe gevuld met brandbaar materiaal olie, teer, touw, hennep, vlas, was, boter, sui ker, wijn, brandy. Het had in lange tijd niet geregend, zodat het hout droog was (ot in de kern. Er woei een felle oosten wind. Op tal van plaatsen in Londen werd vrolijk kermis gevierd en hele buurten wa ren daardoor ontvolkt. Tot overmaat van ramp was er weinig water in de rivier en functioneerde de primitieve watertoren bij de Lon don-bridge zo goed als niet. Trouwens al had die waterto ren gefunctioneerd, wat zou het hebben geholpen, er wa ren nauwelijks blusmidde len.... Ontbijten Het latere bericht over de uitbreiding van de brand maakte Pepys toch wel nieuwsgierig en misschien ook een tikkeltje angstig. Hij be gaf zich terstond naar de To wer om polshoogte te nemen en constateerde, naar hij schrijft, dat de stad aan weerskanten van de brug in brand stond. „Een vreselijke aanblik. Overal halen de mensen hun huizen leeg en werpen de boel in pramen. De sterke wind trekt het vuur steeds verder de City in". De koning, van de ramp op de hoogte gesteld, adviseerde hele blokken huizen neer te Dc brand van Londen inspireerde tal can kunstenaars. Een tijdgenoot maakte deze prent van de ramp. Op de voorgrond de Theems, vol boten en bootjes.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1966 | | pagina 13