„Iemand moet jeugd toch helpen" Het zinloze dansen Happenings, denken en zwart-wit-denken „Bij ons is niets-doen populair" ZATERDAG 21 MEI li LERAAR SIPKE VAN DER LAND BEGON TE SCHRIJVEN, WANT:. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinnniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii;iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiH Sipke Tan der Land (29) nlt Wasse naar is leraar Nederlands en geeft godsdienstonderwijs aan het christelijk lyceum in Leiden. Hij is Fries van ge boorte, was twee jaar jeugdleider in dienst van de Gereformeerde Kerken, kreeg veel te maken met „moeilijke jon gens". k nog actief in het jeugdwerk en is prijswinnaar van de prijsvraag Latent Talent van de uitgeverij Callenbach in Nljkerk met zijn boek voor de jeugd: „Ik heb een mes". nef iem "TVE JEUGD is erg op mij gesteld. De jongens komen naar mij loe met hun moeilijkheden. Er zijn er die onvoorstelbaar in de puree zitten. Dan vraag ik me wel eens af, is er dan niemand anders met wie ze echt als kameraad tot kameraad kunnen spre ken, geen ouders, geen predikant, geen boezemvriend? Er zijn jongens b'j die naar een psychiater zouden moeten. Ze gaan niet. Ik probeer ze te helpen, het kost me avonden, maar dat geeft niet. Een enkele keer is er resultaat. Dat geeft me moed om de vele teleurstellingen ook te nemen. Want ik wil er voor blijven vechten. De jeugd heeft hulp nodig. Ze vragen er om, maar ze krijgen zo weinig." Uit de mond van Sipke van der Land klinkt het niet arrogant. Het "woord jeugd werkt op hem (in posi tieve zin) als een rode lap op een stier. Niet voor niets heeft hij twee Jaar als jeugdleider gewerkt, onder meer in een tehuis voor moeilijk op voedbare jongens. Niet voor niets "besteedt hij een groot deel van zijn tijd aan de jeugd, preekt hij in evan gelisatie- en jeugddiensten (hij is ge reformeerd), geeft hij kadercursussen Voor jeugdleiders, leidt hij instructie- cursussen voor kampleiders. IN PRAKTIJK wijs en Nederlands zijn z'n vakken op het christelijk Cyceum in Leiden. ..Juist als leraar ben je in zo'n unieke positie om de jeugd te leren begrijpen en hen te helpen. Ouders blijven vaak in gebre ke en de kerken ook. Je moet als leraar niet alleen instructie geven, er speelt ook een opvoedkundig element mee. t vrij gemakkelijk om een discussie t te lokken. Je leert er zelf van en de jongens hebben er ook meer aan. Maar ook het Nederlands, al is het program ma overladen, leent zich er voor. De moderne literatuur bijvoorbeeld. Je laat ze er over praten, je voert de discussie in goede banen, je moedigt aan. Op die manier komt er meer uit dan bij een uur „lesgeven" ln de gevestigde beteke nis van het woord". „Dan blijkt hoe weinig kritisch de Jeugd leest. Een groot gevaar want ontïporlngen kunnen er het gevolg van zijn. Ik zeg ze dikwijls: „JonRens. een verhaal schrijven als dat van James Bond kunnen jullie zelf ook. Er is aan. Maar probeer nu eens iets positief te benaderen. Dat is veel moeilijker Later Kijkt dat je er werkelijk wel in •laagt om stukje bij beetje meer kri tische zin te kweken. De leiding van de school heeft wel waardering voor deze manier van onderwijs." DAN LIEVER HAPPENING ka een kamp geleid voor diplomatenkin- deren. Nu weet ik wel dat die niet bepalend zijn. maar Ik ben toch geschrokken. Als je dacht werkehjk iets leuks georganiseerd te hebben, was de reactie er een van schouderophalen en ..bah, wat flauw". Een vliegreisje. dat „We hebben het hier eigenlijk al. zij het ln een andere vorm. Bij ons is het niets-doen populair. Kom je om negen iror in een Aimterdamse phonobar. dan vitten er een stuk of tien ln een hoek en doen nleta. Ze dansen, te kaarten niet. Om elf uur Is dat nog zo. om twee uur ook. Ze hebben geen idealen. Ze men net zo g< resaeert ie geen L ,Je wordt er misselijk van. Met zulke verworden mensen is niets le beginnen. Dan liever de jongens die bij een happe ning rond een beeldje springen en sa- KADER 2 x (2v?) de doodgewaande dichter is de morgen ingegaan verborgen in de avond gaat hij voort dwalend door de zee de vissen vis de mensen zonder leven zwevende kracht een visselijf gegeven ook zonder lichaam is de dichter blijven leven verdoken paradijs dat zonder hemel ademt A. SONNEVELD C. van der „Op school ook. Niet de vrolijke bra- vourjongens zijn getapt bij de meisjes. Ook niet de lui met hoge cijfers. Nee. juist de weke knapen die zich meer bezighouden met het kammen van hun haar en lieflijk glimlachen naar de an dere sekse dan met flinkere zaken, zijn favoriet. Hele kluiten meisjes klitten om hen heen Hun slome gang, hun slappe houding bekoort". EINDELOOS TV-KIJKEN „De welvaart heeft hen verlamd, maar ook hun ouders hebben schuld. Hoeveel degelijke gezinnen blijken met al hun degelijkheid niet in staat te zijn een werkelijk thuis te zijn. Eindeloos televisie-kijken. „Ga maar netjes zitten, jongens, hier heb je je koffieen verder mond dicht, we wil len niets missen". Om wild van te worden". „En dan nog de jongens die zoveel ouderliefde moeten ervaren, dat ze er kapot aan gaan. Ze zouden liever een goed pak slaag gehad hebben dan al die toegeeflijkheid, dat zachte. Langzaam maar zeker worden ze daardoor verpest. De jeugd wil behandeld worden als mensen en niet als kleine kinderen. Veefl middelbare scholieren klagen er over dat ze gekleineerd worden. Vaak in Nederland zo moeilijk is literai ngd waardering te krijgen voor het jeug boek als genre. Kijk naar Oostenrijk Zweden. Daar zien ze het echt niet een minderwaadige uiting van kui Dat moet bij ons toch ook mogelijigs het om de cijfers gaat. Maar het is veel moeilijker als je tot een goede verstand houding en een waardevolle samenwer king wilt komen. Dat vraagt een totale inzet en een radicale toewijding. Veel fantasie en nog meer vriendschap. Maar dan brengt een leraar ook iets onvergetelijks tot stand". ..Een prachtige taak. maar ook een plicht. Een christenmens, die zich niet drukmaakt om zijn medemensen, is geen christen. Voor christenen moet de oplossing van het jeugdprobleem geen hopeloze taak zijn. Jongeren die een overtuiging hebben, ontsporen niet: wel echter de jongen die urenlang aan de bar hangt en nog te beroerd is om zelfs VIETNAM iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiii Evenredig aan de stijgen de verontrusting over de oorlog in Vietnam, is het toenemen van het aantal stemmen dat een simpel zwart-wit-denken toont over de achtergronden van dit conflict. Bij happenings roe pen de tegenstanders van de Amerikaanse politiek „Johnson, moordenaar", en in gesprekken met de voor standers kan men horen dat de Amerikanen ,,op de bres staan voor de christelijke beschaving in Zuid-Oost- Azië". Bewustzijnsvernau wing is meer dan een keer brandstof voor conflicten geweest. Het is daarom waardevol, de van een poging tot objectiviteit blijk gevende, tekst aan te halen in een advertentie die 23 januari ver scheen in de New York Times. Het initiatief tot het plaatsen van dit stuk ging uit van het „Internatio nal Committee of Conscience on Vietnam'' (Internationaal Comité van het Geweten inzake Vietnam). Het comité bestaat hoofdzakelijk uit Amerikaanse geestelijken. Ondertekenaars kunstenaars ondertekend: in Ne derland betuigden, onder andere, adhesie: prof. dr. J. van den Berg "hoogleraar VU. Amsterdam), Ad den Besten «letterkundige), prof. dr. B. Delfgaauw (hoogleraar RU. Groningen), ds. F. H. Landsman (predikant). Fedde Schurer (let terkundige). prof. dr. J. Verkuyl (zendingsraad Amsterdam), pater J. van Kilsdonk. Er bestaan plan nen voor verdere acties en het zenden van teams naar Vietnam. Enkele citaten uit de verklaring: „Wij weten waar beide partijen in het Vietnamese conflict zich op beroepen. Ieder betuigt zijn eigen morele gelijk. De Verenigde Staten en hun bondgenoten verze keren oïjs van hun vastbesloten heid, een halt toe te roepen aan wat zij noemen „meedogenloze communistische agressie", en de vrijheid te verdedigen zowel voor Vietnam als voor de wereld. Noord- Vietnam, het Nationale Bevrij dingsfront van Zuld-Vletnam, en de Volksrepubliek China maken met kracht hun voornemen bekend om de „meedogenloos agressieve Amerikaanse imperialisten" terug te slaan ter verdediging van het recht van de Vietnamczen zichzelf te regeren, en in naam van al die volkeren die „nationale bevrij ding" nastreven. Beide zijden ver werpen met verachting de san- spraken van de ander, en maken Oprechtheid „Wij twijfelen niet aan de op rechtheid van één van beide par tijen. Integendeel, de hartstochte lijke overtuiging die ieder heeft van zijn eigen absolute gelijk, verontrust ons diep. Hun vastbe slotenheid schijnt geen grens te hebben. Om het goed recht van zijn zaak aan te tonen, schijnt ieder bereid te zijn uiteindelijk de atoom-oorlog te riskeren en de toekomst van het menselijk ge slacht in gevaar te brengen. Hulpe loze dorpelingen in Vietnam, niet in staat te ontsnappen of zich te verdedigen, deinzen terug voor de bombardementen van de ene kant en de terreur van de andere." maar na te denken over de wezenlijke dingen in het leven". EEUWIG NEGATIEVE „Ik zou ze zo graag willen leren posi tief in het leven te staan. Ik heb de grootste bewondering voor de talenten van een Wolkers en een Mulisch. Maar dat eeuwig negatieve staat me zo tegen. Kijk naar een Van het Reve. Mijn boek is positief. Ik heb een sociale en een religieuze boodschap willen brengen, maar zonder te moraliseren. Ik geloof ook wel dat me dat gelukt is." Sipke van der Lands boek Ik heb een mes, voor jongens en meisjes v?n onge veer 14 jaar. is een „hevig boek". Hel begint met joyriding van twee broers Sipke van der Land met Sici- liaanse kinderen. Zijn volgende boek voor de jeugd speelt in dat armoedige stukje Italië. Indische Nederlanders, die tenslotte in een gesticht terecht komen. Het geheel beweegt zich op het randje van de criminaliteit en daar tussendoor speelt nog een soort afweer tegen jongens met een andere huidskleur. De jongste komt onder de invloed van gestichtsleider Meermans, die door zijn levensopvatting, het vertrouwen van de jongens wint. Sipke van der Land maakt er in zijn boek geen ge heim van. dat het Evangelie juist voor dit soort jongens is. de prijsvraag Latent Talent, ingen. Hij had er echter zelfs niet van gedroomd kinderboeken te gaan schrijven. Het hoeft hem gegre pen en uitgever Callenbach gaf hem het nodige steuntje. „Juist in de sector boe ken voor de jeugd van 12 tot 16 jaar is nog zoveel te doen. Er ligt een terrein braak. Vroeger waren W. G. van der Hulst en Anne de Vries de mannen die het positieve kinderboek verzorgden. Cor Bruijn is te oud. Verder is er nie mand." OPDRACHT „Ik geloof dat hier een kans ligt en voor mij persoonlijk is het een op dracht. Biggles-ver'nalen verschijnen er genoeg. Een positef jeugdboek helaas maar al te weinig. Natuurlijk, ik zou ook wel eens voor de „grote mensen" zijn". [bij Prijsvragen als Latent Talent kunnlyerzi daaraan veel goed doen. Het is ge» de wonder dat de zes prijswinnaars all^ wel uit het onderwijs komen, daarmee e«ni t goede Nederlandse traditie voortzettenmen Ook het jeugdfonds van Callenbach, d( een verfrissende vernieuwing heeft oo dergaan, is er mee gebaat. DRUK Gri Sipke van der Land heeft het druk 's Morgens van zes tot acht zit hij ach ter zijn bureau te schrijven. „Dan is ndTHE 't rustigst. Geen telefoon, geen post. Et Gr ik bevind me in goed gezelschap, voojvisie veel schrijvers is dit het meest creatitfdsts ve ogenblik van de dag". Daarna let geven op het christelijk lyceum, eet kleine dertig uur per week. Dan komfw het jeugdwerk, in de avonduren en ir het weekeinde. Zondags leidt hij vaaïuits de interkerkelijke campingdiensten '11~' DuinreCl. De tentamens die hij verschillende universiteiten bij hooglerafci ren theologie gedaan heeft c Schil Bovendien, en dat kan Sipke van detj di Land het meest In opwinding brengenJe^ komt de jeugd met zijn moeilijkheden^ g bij hem. „Was er maar overal een nor-ikig maai gezinsleven waarin deze jongcni en meisjes opgevangen kunnen wor-.j den", verzucht hij, „dan hadden ze niet nodig". Sipke van der Land blijft^" meeleven met de jeugd en probeert van binnenuit hun moeilijkheden te begrij. pen. Hij bezoekt de phonobars en d< beattenten. Kortom, hij staat naast hen. willen schrijven, korte verhalen en no vellen bijvoorbeeld. Ik ben er mee be zig. Maar zelfs al heeft dat succes, kin derboeken zal ik altijd trouw blijven. Juist op de leeftijd van 12 jaar en ou der kun je een jongen of meisje een flinke duw in de goede richting geven". „Broodschrijver wil ik niet worden. In mijn werk als leraar, in mijn evange lisatie- en jeugdwerk doe ik een schat aan ervaring op. De ervaring die nodig is om een echt verhaal te schrijven, uit het leven gegrepen. Dan hoef je ook niet te moraliseren. De moraal zit in het verhaal zelf." HARD EN DIRECT „Ik schaam me er niet voor dat ik christen ben en als christen wil ik ook getuigen. Dat houdt beslist niet in dat ik dan maar brave boeken moet gaan schrijven. Neen, juist de boeken die ge boren worden in de vaart van het leven en die echt zijn, hebben voor mij waar de. Dan kan ook het jeugdboek modern zijn. hard en direct. Die stijl ligt me en het getuigenis klinkt er harder en direc ter in door". Ik ben in Sicilië geweest, waar ik ds. Vinay heb leren kennen. Hij moet daar optornen tegen de macht van de Mafia Wat een man is dat. Hij brengt in de praktijk wat ik zo graap in mijn boe- ;n tot uitdrukking wil brengen: de dienende functie van de mens. zeker van de christen. Mijn volgende boek speelt ook in Sicilië. „Abbé Pierre is voor mij ook zo'n lichtend voorbeeld. Verleden week was hij op doorreis in Nederland. Een kennis maakte mij er op attent. Ik ben er gelijk heen gegaan en heb een paar uur met hem zitten raten. Geweldig." Onmiddellijk keert hij weer terug naar zijn erkenning als auteur voor de ieugd. „Wat jammer is het toch dat het gebied bezig zijn Mijn aandacht werd getrokken door: „Wereld verbeteren door mijm liedjes". Is dit niet dezelfde jongeman die ik in het programma van Willem Duys een paar weken geleden zag? Zingt u op uw pagina eens voor aan al deze nietsnutten met hun schreeu wende stemmen: geen woorden maar daden! En vertelt u hen eens van de jonge- I lui van hun leeftijd die in de ontwik kelingslanden aan het werk gaan. Ver- i telt u hen eens dat er een gezegde is: Verbeter de wereld en begin bij je zelf. Vertel hen eens, dat deze schreeuwersgroep maar heel klein is, it er allerlei :iin, die op. een klein beetje geluk en vreugde in het leven van anderen te brengen. Ik denk aan de foto Kerstfeest 1963 toen jongeren op het Schellenpad van het Voorhout Kerstliederen zongen. Er stond bij, dat de gevangenen in het Huis van Bewaring het „Ere zij God" meezongen. Zou u bij elk verslag van dc j schreeuwende nietsdoende jongeren op dezelfde pagina niet evenveel ruim te kunnen inruimen voor de positieve jeugd? Want men krijgt door alle aan dacht die aan deze negatieve jeugd besteed wordt, ook in al die andere vermeldingen over provo-activiteiten langzamerhand een zeer scheef beeld van de juiste verhoudingen. Hoogachtend Mej. M. Woer den De lezer heeft er recht op fei ten te leren kennen; ook het bestaan van extreme groepen. In de komende maanden zullen ook posi tief ingestelde jongeren en groepen worden belicht. RUIMTE REDACTIE Een van de jongeren van onze redactie, Bob Nuys, is tegen dansen. In onderstaand artikel geeft hij zijn visie. tiek. kunnen niet verontschuldigd worden op welke gronden dan Terreur Bespotting „In zulke omstandigheden wor den de aanspraken van beide zij den een bespotting van de edele woorden die ze gebruiken. Vrij heid en gerechtigheid zijn er voor de mensen; ze worden niet bereikt door mensen tc kwellen." Zich richtend tot de Verenigde Staten: „De gruwelen die uw vliegtuigen en enorme vuurkracht het volk van Vietnam aandoen zijn op geen enkele morele of politieke grond te rechtvaardigen. De verwoesting van hele dorpen en het vermoorden van massa's non-combattanten, die de consequenties zijn van uw poli- Tot Noord-Vietnam en het Na tionale Bevrijdingsfront: „De oppositie tegen uw zaak komt niet alleen voort uit wat u noemt het „agressieve imperialis me" van de Verenigde Staten. Oprechte, dappere Vietnamese pa triotten die In de Viet Minh aan uw zijde tegen de Fransen voch ten, bevinden zich onder hén die nu tegen u vechten. ZIJ wantrou wen uw bedoelingen; bepaalde rechten en vrijheden zijn hun lief en zij verdenken u ervan dat u ze wilt vernietigen; sommige van de methoden die u gebruikt, schokken hen en stoten hen af." „Wü doen een beroep op u: op te houden met uw methoden van martelen en moorden en het zonder onderscheid bombarderen van burgers en andere vormen van terreur." De verklaring richt voorts een appèl tot beide partijen op basis van het akkoord van Genève van 1954 te onderhandelen, en verzoekt de VS volgens hetzelfde akkoord de troepen terug te trekken uit Vietnam. Het Nederlandse Comité is te bereiken in de Prins Hendrik laan 9 te Driebergen. HU IB GOUD RI AAN DANSEN. Ja of nee? Dansen, ja. Gezellig. Op een feestje als de eerste drank naar binnen is, worden de stoelen aan de kant geschoven, de platenspeler komt tevoorschijn en eindelijk wordt het gezellig. De dansschool. Hele rijen staan voor de deur om bin nen gelaten te worden. Krijgen we fijn dansles. Heerlijk. Dansen op een halve vierkante meter. Prachtige vrijetijdsbesteding. Wat moeten we anders doen? Juist. Wat moeten we anders doen? Het is ook niet gemakkelijk met zoveel vrije tijd als de jeugd, in het bijsonder de werkende, nu heeft. Altijd TV-kijken gaat ook vervelen. Het ligt voor de hand dat dan compensatie wordt ge zocht in een even „gemakkelijke" ontspanning. Als het kan een meisjp „versieren", avondje uit, volgende. Dansen? Ja. Pretentieloze ontspan ning. Dat is toch niet erg? yELEN IN reageren zo. Het is tegen woordig in protestants-christelijke kring geen uitzondering meer dat ie mand danst. Maar voor ons ligt de zaak anders. Jarenlang hebben onze ouders (en hun ouders) zich tegen het dansen verzet. Jarenlang is het uit onze kring geweerd. Totdat het mode werd met de anderen mee te doen. Op alle gebied. Alle films bekijken (ook de moreel on aanvaardbare), wat geeft het? Dansen, waarom niet? Iedereen aanst toch? Ouders bezwijken vaak onder de aandrang van hun kinderen en geven toe. Fout. Dansen? NEEN!!! VJEEN. niet toegeven aan men. i Neen. niet toegeven aan wat ieder een doet. Ouderen geven toe, De kerke- raad van de Gereformeerde Kerk van Hoogezand-Sappemeer heeft onlangs gunstig gereageerd op een verzoek van de jeugd tot het houden van een dansavond „Mits het stijlvol verloopt" Duidelijk is het dat deze kerkeraad be zweken is onder de aandrang. Jammei is het, bijzonder spijtig, dat deze kerke raad geen duidelijk alternatief heef gesteld. Ontaarding' 'AT IS ER nu tegen dansen? Het dansen is verworden tot een zinloos gehuppel. Op de dansvloer ontmoeten Wl jongeren eikaar. maar hoe en waarom? Het hoe. Sommige dansfeesten ontaar den in „sexueel geschuifel". Het waar om is al evenzeer onduidelijk. Gezellig heid kan het niet zijn. Of denkt de jeugd die te kunnen vinden, otndat die thuis ontbreekt? Dat is een zaak die aandacht verdient. Ouders stellen zich niet krachtig genoeg teweer tegen de ..beatcultuur". Kunnen het niet. begrij pen het niet. DE KERK en de ouders moeten de zaken scherp stellen. Onze jeugd heeft een andere taak. Zij moet zich voorbereiden op de maatschappij, maar ook voor de kerk van morgen, waarin zij leiding moet geven. Akkoord, zegt men dan. Maar de jeugd mag toch wel ontspanning hebben? Vanzelfsprekend. Maar dan verantwoorde. Op instuifavonden «voor de jongere jeugd) en in sociëteiten (voor de oude re) kan zij ontspanning vinden Het dansen zoals dat tegenwoordig geschied is onaanvaardbaar. Een duidelijk neen, maar vergezeld eaand van andere ont spanningsmogelijkheden is geboden Dansen? Neen. Het is te hopen dat ve len zich er teeen teweer zullen stellen, zodat in protestants-christelijke kring dit geen probleem meer betekent.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1966 | | pagina 18