JAN MORITOEN
Aanwas van
jongeren
onvoldoende
Bekroonde
Franse
boeken
PROBLEMEN IN
CULTUREEL
VENSTER
op het tweede
eeuwfeest van
de Leidse
Maatschappij
ZATERDAG 21 MEI 1966
Er is wat aan de hand in de koorwereld. Aan de ene kant wordt ronduit ver
klaard, dat de koren, zoals ze nu reilen en zeilen, geen toekomst meer heb
ben (volgens een artikel in het Nederlands Cultureel Contact)Ze hebben
geen functie meer, uitgezonderd de oratoriumverenigingen, en ze kunnen
maar beter veranderen in gezelligheidsverenigingen, waarin naar grammo
foonplaten geluisterd kan worden en wat eenstemmig gezongen kan worden.
Ze voeren immers toch maar een moeizaam leven en het publiek interesseert
het niet in het minst of ze wél of niet bestaan.
Dat is wel krasse taal en de resultaten kan gevenhebben
een steviee overdriivine zit muziekpedagogen als Ad Heer
een stevige overarijymg zu ken aan wij uggl ontlenen
er ook in. Een feit is even- wei bewezen.
wel, dat de grote koorbon-
den zich op het ogenblik .choolmuziektoaar speelt
ernstig bezinnen op de situa- dus een Ieer belangrijke rol in
tie, waarin de koren zich be- de2e muzikale ontwikkeling en
vinden, de moeilijkheden als hi' 2i'n taak 80ed uitvoert,
scherp onderkennen en naar dap J*
verbetering streven.
zijn school ook op zijn les graag
aan muziek doen, in het school-
Laten wij daarom de situatie koor meezingen, in het sohoolor-
eens bekijken. Voorop moet kest meespelen. Zo brengt hij de
De Maatschappij der Nederlandse Letterkunde viert
vandaag haar 200-jarig bestaan. Ter gelegenheid van dit
tweede eeuwgetijde is bij de uitgeverij E. J. Brill te Lei
den, in de Grote Reeks van de Leidse Drukken en Her
drukken, het eerste deel verschenen van een tweedelig
werk over het Gruuthuse-handschrift. De titel van dit 592
bladzijden tellend boek luidt „Liederen en Gedichten uit
het Gruuthuse-handschrift, uitgegeven door K. Heeroma
met medewerking van C. W. H. Lindenburg"; de prijs
van dit deel zal precies of ongeveer 50,bedragen. De
ze publicatie geschiedt met steun van de Nederlandse
Organisatie voor Zuiver-Wetenschappelijk Onderzoek
(Z.W.O.).
„Tekstuitgaven van middelne- weglatingen en vrijwel onleesbaar
derlandse poëzie volgens ie we- 8^» ifJrfXuuml^cKSS
tenschappelijke etsen van de ei- Carton (iso2—1863) van 1849 heeft,
gen tijd en dus gericht op die aldus dr> Heeroma, meer kritiek
eigen tijd (aldus prof. Heero- uitgelokt dan dat ze algemeen is
ma, voorzitter van de Leidse bestudeerd. De muziekhistorici,
Maatschappij) zijn een voor- door geen vooroordeel gehinderd.
werp van aanhoudende zorg der zijn met hun onderzoekingen ver-
Maatschappij geweest Zo IW
het dan ook wel zeer gepast dat dje jn de ongeiofelijk korte tijd
de leden der Maatschappij in van ongeveer een half jaar
1966, ter gelegenheid van het geschreven heeft. Voor hem had-
200-jarig bestaan, als feestgave den zich, min of meer intensief,
een boek ontvangen dat hun het reeds verscheidene taalgeleerden
werk van een van de belangrijk- "iet de materie beziggehouden,
sfe middelnederlandse dichters ak rn,1w
aanbiedt..."
Samenwerking
Het- bestaan van talloze bandjes en muziekgroepjes bewijst dat de jeugd
wel degelijk belangstelling voor muziek heeft; het probleem is alleen hoe
deze jonge mensen voor da koren te winnen als ze uitgekeken zijn op al te
eigentijdse muziekvormen.
mejuffrouw N. Geerts en
L. Scharpé. Willem de Vreese
kreeg het beroemde handschrift an
derhalf jaar voor zijn dood ter
bestudering in handen; op 18
maart 1936 zei hij: „...ik acht mij
gelukkig dat ik niet sterven zal,
Het boek is tot stand gekomen zonder ook dèt boek onderzocht en
door de samenwerking van de file- 'heeft'hSn'dit
loog dr. K. Heeroma en de musico- nje^ meer toegelaten Ook De Vree-
loog dr. C. W. H. Lindenburg, die ses jongste zoon, A. L. de Vreese,
het zesde hoofdstuk, handelende is door minder goede gezondheid
verhinderd geweest te voldoen aan
over Prosodie en Melodie, heeft de wenSj door zjjn vader op diens
verzorgd. De inleiding van Heero- sterfbed geuit,
ma omvat vijf hoofdstukken: De
tekst en zijn lezers, Het Hartstocht
handschrift, De dichters, Het lied
boek en Klacht om Egidius. De Men zlet hoc ook de filologie
tekst van de liederen en de filolo- haar eigen hartstocht kent! De ei-
gische commentaar daarbij is van genaar
PROF. DR. K. HEEROMA
de Vreese te Voorschoten en
reisde nog diezelfde dag terug
naar Groningen met het van De
Vreese overgenomen materiaal in
zijn tas.
„Ik ging zo maar eens wat
zitten lezen in die tekst van
Cartonniet in de liederen
want die meende iik al wel te
kennen maar in de allego
rische gedichten, die ik nooit
eerder had gelezen. En toen op
eens het was meen ik in de
nacht van 7 op 8 juli toen
had ik het. En de volgende dag
zei ik tegen mijn vrouw en kin
deren: 'Nu weet ik alles van
Egidius', of woorden van gelijke
strekking."
waardering voor Heepoma als
mens, als christen, als dichter en
psalmberijmer, als taalfilosoof, ge
tuige o.a. de Schets van een taal
theologie, in de vorm van ethercol
leges gegeven voor de NCRV in d®
zomer van 1964 en bij deze omroep
vereniging voor een voor ieder t®
betalen, zacht prijsje in druk ver
krijgbaar. Gelukkig dat Heeroma
nogal eens in de publiciteit komt,
want eigenlijk neemt hij in de
algemene waardering niet d®
plaats in die hem reohtens toe-
Aan hem ligt het niet, wanneer
het tweede eeuwfeest van do
Leidse Maatschappij niet de ge
beurtenis zou worden, die het, me®
door dit indrukwekkende stuk
werk, voor alle Nederlandse letter-
lievenden behoort te zijn. Ook het
werk van dr. Lindenburg verdient
aller waardering.
DR. C. RIJNSDORP -
Eigen kijk
onze muziek. En wat deze jeugd
gesteld worden, dat de amateu- natuurlijke creativiteit van de taak zijn gaan wijzen, terwijl-zij inziet, maar ook omdat zij elke Heeroma, de transcriptie der melo- gekeven voor ^e^maken^v^een
ristische muziekbeoefening jpnffd la_-_aamna_ a_jprp va tevens de karige bezoldiging ver- creatieve vrijetijdsbesteding dieën en de musicologische com- fotocopie voor de Koninklijke Bi-
(waartoe dus ook de koorzang jeugn langzaamaan in anaere Da- beterd hebben tracht bevorderen Het p,0. mmtaar daarbij weer van Linden- bliotheek te Brussel en thans be-
behoort) m haar geheel van nen, zo maakt hij de jeugd kri- a~ rust er ook een °P de Umversiteits-
onschatbare waarde voor onze le- tisch en zo komt de jeugd tot Financiën g" bibliotheek te Nijmagen. Een nieu-
1 J rinancien mers wordt steeds ernstiger in Omstreeks 1461 was het hand- we uitgave van het manuscript
J onze samenleving. schrift in kwestie eigendom van was onvermijdelijk geworden.
Een ander knelpunt betreft de Loys Gruuthuse, en door over- maar een in 1950 aan de Nij-
veelal slechte financiën van elk Zo komen dus de moeilijkhe- erving is het nog steeds in particu- meegse hoogleraar L. C. Michels
koor. Een uitvoering is immers den in de koorwereld neer op lier bezit. De tegenwoordige bezit- gegeven ministeriële opdracht hier-
slechts te bekostigen, als de over- drjs punten het aantrekken ter is baron Ernest van Caloen, toe moest worden teruggegeven.
van" de^fntus' dê^oMstell"ën 7" ''"f' ie.°"leidin? v.an bij'Brugge" B "fiuSeSb^rfn- Dr. Heeroma vertelt don hoe hij
van de zaal plus de solisten en de dirigent en de voorziening d zich Qa hgt Kerelslied" het ertoe gekomen is. Ook hij had van
orkest zulke hoge kosten met van de kas. Punten, waaraan al- herdenkingsl'ied ".Egidius, waer het beruchte boek niet anders dan
zich meebrengen. De overheid aandacht besteed wordt. Het bestu bleven", en „Aloeette, voghel oppervlakkig kennis genomen, in
nu heeft deze steun aan de ko- staat er dus niet zo slecht voor clein", waarvan men de tekst in afwachting van een degelijke her
ren op zich genomen, niet alleen ais beweerd wordt. alle bloemlezingen van middelne- uitgave van het handschrift. Op
omdat zij het belang van elke derlandse dichtkunst vinden kan. 28 juni 1965 bezocht Heeroma^ zijn
amateuristische kunstbeoefening Drs. H. E. KOKEE-v.d. BERGE Het handschrift vertoont fouten, oud-studiegenoot
vende muziekcultuur is. Wan
neer de „professionele kunst"
niet rusten kan op een zo breed bijzonder graag speelt of be-
mogelijke basis van amateu- luistert, dat is barokmuziek of
ristische kunstbeoefening, zowel moderne muziek, Bach of Stra-
actief als passief (d.w.z. het be- winsky, bijvoorbeeld!
luisteren van concerten, toneel
voorstellingen, bezoeken van ex-
posities e.d.), dan komt zij in de Unaerwijs
Zucht te hangen, dan verdroogt
ze. Door een intense wisselwer- Daarom is het dringend nodig
king krijgt de „beroepskunst" dat er goede muziekleraren aan
haar levenssappen. de school verbonden zijn. Maar
jammer genoeg heeft het muziek-
Ettv als wij nu om ons heen onderwijs een ernstig tekort,
kijkëri, dan zien wij overal ama- aan leerkrachten en w'drdt op vé-
teur-toneelgezelschappen, -schil- le scholen helemaal geen muziek
ïders, -muziekverenigingen. Dan gegeven of hangt de muzigk er
is de zelfwerkzaamheid in de maar losjes bij.
kunst warempel niet dood. Inte
gendeel. Misschien heeft nog Waarom deze nadruk op de tt_„ pnup-t Pinopf sohrii-
nooit te voren de jeugd zo jeugd? Omdat de koren alge- Van Kot,ert ^in0e„ scnrij
(enorm veel aan muziek gedaan, meen klagen over onvoldoende ver uit de groep van de
'ook al zal deze soort muziekje aanwas. De jeugd wil niet ko- nouveau roman, verscheen
een nieuw boek, getiteld
re steden zal dit aantal heus niet koppen" in elk koor. En toch Quel^u un- -^et is geschre
lager zijn. Laten wij vooral toch zingt en speelt de jeugd. Er is ven in dezelfde trant als
niet neerkijken op deze beat-mu- dus een gaping tussen school- T MQ63T inder-
ziek. Als men het lawaai ter zij- koor en het grote koor. Menig L inquisitoire tiaooj muei
de schuift, dan blijft in de koorbestuur tracht deze gaping tijd op deze pagina bespro-
meeste gevallen over een „close te overbruggen niet door af te „,,j0 v«„ic
■-singing op een muur- wachten of de jeugd komen wil, ken. Daar een oude huis-
iek. maar door zelf naar de jeugd toe
te gaan. Jeugdkoren, die de over-
Simpel SanS naar het grote koor verge
makkelijken, worden zorgzaam gerechtelijke ondervraging
teSritone1ledearma°^ekiS be huïVpriUie-avo^r'tewlim betreffende een moordzaak,
weegt zich nooit in grote inter- fn Yan sch°lan uitnodigen om zjch laat gaan in eindeloze
eestrektheid^De fefetuToman" AcHvSteUen, uitweidingen, waaruit ten
tisch, soms iarmoyant senümen- helemaal op de jeugd gericht slotte het beeld oprijst van
ieel, maar ook vaak geestig-pro- 2"p fe\tbbenn succes een geheel milieu; hiér, de
testerend. De jeugd van 12 tot Ken te neDDen-
vriend A. L.
15 jaar vreet deze beat met huid De jeugd wil dus best
leider, met zijn vriend, van
e" haar: het js hun muziek, hun doen maar zij heeft een scherp een familiepension, die een
h"t eigen wereld, in tegenstelling gevoel voor wat goed en wat
die laten varen en Verdienen hun
brood met het uitvoeren van en-
met de wereld van de verstandi- niet'goed'ïs. En ^dan^komën wij PaPÏer me^ aantekeningen quêtes, met markt- en opinie-on-
ge, nuchtere ouderen. Wij willen 0D bet probleem van de dirigent, betreffende zijn botanische derzoek dus, maar voornamelijk
deze beat-muziek echt niet ver- Elk koor valt of staat met de vprlnr'pn pti nu het eerste. Voor dat werk is nodig,
dedigen maar wij willen haar dirigent, die naast muzikale be- studie heeft verloren en nu, volgens perec wat sociologiet wat
ook niet met de banvloek trach- kwaamheden eveneens pedago- al pratende voor zichzelf uit, psvchologie en een grote portie
ten te verdelgen. De puber leeft gische capaciteiten dient te bezit- f pn tllin in a11p S g G en een g P
er zich in uit en - menig ouder fen. En er zijn nog te veel diri- het huis en de tum m alie flair'
1 zal ons hierin gelijk geven genten, die in een waas van zielf- hoeken en gaten doorzoekt. nu gebeurt dit: deze mensen
met het voorbij gaan van de pu- genoegzaamheid leven, die to- groeien vast in de dingen: voe-
ïok ineen, voorhïr v""' Seen ze!?kn.tlak k"nne,n 0.PT Maar in de lange monoloog ding. kiedine, huis en huisinrich-
ook ineens voorbij. brengen en die zieh zelf ook met vergeet hij zijn eipenlijk doel en K dat aUcs vult hlm dagen. Ze
I .1 kunnen vernieuwen. Het gevolg npp-ft allerlei bijzonderheden om- u.
Leiden is, dat inderdaad de koren van X'sifèn de maamjdSi. d™men 2,ck ,een mdd"n' smaok"
deze dirigenten aan een langza- de klehle verwikkelingen tussen vo1 mgencht. geriefelijk huis.
Maar de beat-muziek is er nu me afsterving te gronde gaan. a( die ,nense„ op leeftijd. Dat maar voorlopig bivakkeren ze in
eenmaal en de pedagoog moet De Federatie van Nederlandse ajjes rte brokkelige zinneneen paar bekrompen kamertjes on-
haar aanvaarden, er mee Zangersbonden heeft daarom di- zoais iemands gedachten van de der de dakpannen. Ze speuren
werken, wil hij toegang krijgen rigentencursussen ingesteld, bak op de tak kunnen springen naar antiek, jagen achter koopjes
tot deze vorm van muziekbeoefe- die... slecht worden bezocht. als immers geerl toehoorder hem aan en bezoeken ijverig we zijn
ning. Zijn taak is immers de Hier ligt dus een groot terrein dwingt tot logisch verband en in Pariis le marohé aux pu-
jeugd uit deze muziek te leiden braak en het is een gelukkige gen ze^ere stilering. -
naar andere muziek, onze mu- omstandigheid, dat alle koorbon- ces
ziek, zo men wil, en dat dit goe- den de dirigenten ernstig op hun pin,get leidt de lezer in geen \/|U(-htig
boeiend milieu; vale eentonigheid 6
ligt er over gespreid. Allen verve- Oofc hun beroepsmilieu be
ien zich, het meest misschien nog trekt Perec in zijn beschrijving
de verteller. Geen belangwekkend leefwijze, smaak, politieke e
heeft zijn moeder en zijn groot
moeder, die hem heeft opgevoed,
beiden verloren. Hij weet wie zijn
vader is, maar kent het milieu to
taal niet. Wat brengt hem ertoe te
trachten de gesloten deur te ope
nen? Geen genegenheid voor deze
mensen van hogere stand en ande
re levensopvatting, evenmin een
diepgaande wrok en lust tot
wraak, al schrijft hij spottend en
smalend over zijn vader, van wie
hij de Bourbonse neus en de git
zwarte haren heeft geërfd. Mis
schien is een onuitgesproken be
hoefte aan geborgenheid, aan een
„home" in het spel. Het duide
lijkste motief voor zijn naspeurin
gen is simpele nieuwsgierigheid.
Als een geheimzinnig briefschrij
ver hem bijzonderheden meldt om
trent zijn halfzuster, besluit hij
van die gegevens uit de aanval te
openen. Hij neemt een andere
naam aan, raadpleegt een helder
ziende, weet het vertrouwen van
Beatrix te verwerven, woont onge
zien de begrafenis bij van haar
grootmoeder, die ook de zijne is,
wordt door haar in contact ge
bracht met haar moeder, wier ge
negenheid hij wint en brengt, ter
wijl vader en grootvader te Parijs
blijven, met beide vrouwen een
week-end door in het Norman-
dische landhuis. De lezer verwacht
dat Urbain ook wel de beide man
nen voor zioh zal winnen en het
bloed zal spreken, als plotseling
Pilhes het genoeg vindt en zijn
verhaal onafgerond besluit.
Wending
Wat opvalt, is dat de schrijver
een boertige wending geeft aan
hetgeen een mengeling van onlust
gevoelens en verlangen had kun
nen zijn. Talrijke grapjes zonder
functie in het verhaal trekken het
peil naar omlaag. We krijgen
verslag van ontmoetin. i met
personen die even opduiken en
dan voorgoed verdwijnen. Bekom
mernissen omtrent de geloofwaar
digheid van de vele over elkander
duikelende gebeurtenissen zijn de
schrijver vreemd. Meermalen ver-
die niet verder reiken dan de valt hii Plageden die verwonde-
Deze eigen kijk op het Gruut-
huse-probleem had nog niet tot
een eigen uitgave behoeven te lei
den, indien Heeroma niet vlak
daarop tot voorzitter van de
Maatschappij der Nederlandse Let
terkunde gekozen was, met het
van dat feest moest iets gebeuren
dat daaraan ook een zekere we
tenschappelijke luister kon bijzet
ten. En ten slotte is het onmoge
lijke toch inderdaad mogelijk ge
bleken. Het resultaat '"gt, in de
vorm van het eerste deel. op dit
ogenblik in drukproef voor mij.
„Ik weet op 't ogenblik beter
dan wie ook, hoeveel er nog aan
dit liedboek te onderzoeken valt
en hoezeer deze uitgave, wel ver
re van het laatste woord te spre
ken, niet meer dan een begin
kan zijn. Ik heb geprobeerd een
goed en getrouw filoloog te zijn
'die zijn tekst zo betrouwbaar
mogelijk tot de lezers brengt"
schrijft Heeroma. Het is ondenk
baar, zo vervolgt hij, dat zijn uitga
ve zonder fouten zou zijn. Maar:
„Ik hoop met deze uitgave te
mogen bereiken, dat een belang
rijk dichter.die wel eens de
grootste Nederlandse dichter
van de 14e eeuw zou kunnen
zijn... voorgoed aan de Neder
landse literatuurgeschiedenis
wordt toegevoegd."
Toneelspeler
ROBERT PINGET
gesprek, geen politiek of sociaal ciale denkbeeldenzij worden ge- stoffelijkheid, al verwezenlijkt. Nu ren m een boek opgedragen
probleem, geen blik in de diepere noteerd, zij het vluchtig. 2ai het goede leven beginnen' een grootmoeder. Een ander ele-
lagen des levens. Op het laatst her- Vnm, niot ■7,-1,;— ment zii« de fantasieën die Urbain
opbouwt in slapeloze uren en waar-
^rfeiipr hü dom- Karakteranalyse komt er niet Ziehier een boek zonder enige
haalt de verteller zichzelf, hij dorn^ Qfkomst gn verleden spiritualiteit, oprijdend uit de 1
melt haast in op het eind 1
zondagnamiddag. Als teke-
van het jonge paar blijven
têrie. Het is niél zonder talent uit wel een zekere onbewuste
het duister; hun onderlinge ver- geschreven; alleen, het vleugje iro- wro"k spreekt, die zich uit in spot-
ning van verschrompeld, leegde- houding levert geen stof tot enig ^elt hld g£urt wel "wrt feJS ^t.
ven, als epos der „kleine zielen is commentaar mogen zijn. Ook hier de vraag:
het boek geslaagd, maar of het de staat dit eerste werk van de jeug- Resumerend kan men stellen dat
eraan toegekende Prix Femina t Als^een zekere^vermoeidheid in- dige schrijver^op het peil van een Pilhes, zelf een „batard", een boek
Hel „voltvassen koor" dot zo gebaat sou zijn mei jongere krachten.
-a ,-o wipt ,-PPht hP- treedt bij het tweetal kamera- priX Renaudot?
waard is, dat mag met recht be den klimmen op en zij blijven ach-
twijfeld worden. ter dingen ze naar een post bij
het onderwijs in Tunesië en wor- Contact
den geplaatst in de havenstad
Materie Sfax. Het verblijf in deze half-Ara
bische, half-Franse stad brengt de De Prix Mêdicis 1965 werd toe-
Het boekje Les Choses van Geor- lezer knappe bladzijden beschrij- gekend aan La Rhubarbe de
p-rPp wf,rdt door de schrijver vingskunst. maar geen enkel con- eerste roman van René-Victor
2 I wïL aefSw *,aot Y1?4 de autocjltonen' "°ch PUhes, een dertigjarige Parijze-
genoemd „une mstoire des annecs de niet-wemige daar verblijvende werkzaam in een -nnhlici-
60". De benaming roman of zelf» landgenoten wordt vermeld. Ook teit£edriu Het grondgegeven is
y,ii klaarbliikeliik hier de heerschappij der dingen in teusoearijj. nei gronagegeven is
recit durfde hij KiaarDiijKeiijx natuur en cultuuf_ 0 interessant; een buitenechtelijk
niet aan. Terecht. Het is eigenlijk geboren zoon tracht, volwassen
een reportage omtrent een deel Dan voelt de schrijver zijn taak gewordenin contact te komen
van de moderne jeugd en dan in als afgedaan. Hij laat de jonge met het milieu van zijn vader,
hun verhouding tot de dingen. Je- mensen, vol heimwee terugkeren dje nooit naar hem heeft omge-
rome e n Sylvie, een jong echtpaar, befrekkingS vinden als directie van Zien'
24 en 22 jaar oud, hebben de stu- een bijkantoor. Ze zien hun dro- Niet onbegrijpelijk, want hij
gaf, vlot geschreven, soms verma
kelijk, soms grof, maar dat niets
heeft van een getuigenis dat uit
een schrijvershart naar boven
V. d. PANNE Waardering
Die dichter is Jan Moritoen, in
het gezelschap van een oudere
dichter: Jan van Hulst. De namen
waren reeds bekend. Van Hulst
hoorde in Brugge thuis en heeft
zich met zijn stad zeer verbonden
gevoeld. Hij was een min of meer
Srofessioneel toneelspel. In het
erkennen van Jan Moritoen is
Nelly Geerts, in haar Ziiricher dis
sertatie van 1909, Heeroma al voor
gegaan. Maar mejuffrouw Geerts
heeft de dichterlijke gestalte van
Jan Moritoen nog maar heel vaag
gezien, zegt Heeroma. Zij kon aan
Moritoen als dichter geen duide
lijk eigen gezicht ontdekken, hoe
wel ook zij de Egidiusliederen aan
Moritoen toeschreef en ze aangrij
pend vindt. Herinnert Jan van
Hulst Heeroma aan Jacob Cats,
Jan Moritoen doet hem veel meer
aan P. C. Hooft denken. Jan Mori
toen, aldus Heeroma, was de dich
ter van een jeugdgestalte. Hij
schreef o.a. een Mc -griete-cyclus
op een vriendin die non is gewor
den. Heeroma stelt Moritoens ge
boortejaar op ongeveer 1355. Mori
toen is een zeldzame familienaam,
vermoedelijk van buitenlandse her
komst. In zijn jeugd een beetje
wild, schijnt hij later een waardig
regent te zijn geworden. De jonge
Moritoen bewoog zich in een kring
van vrienden en medezangers,
broeders in de hoofse kunst. Men
kan in die kring een voorvorm
zien van de latere rederijkerska
mers. Als dichter was Jan Mori
toen zelfbewust. Zijn poëzie was
een tijdverdrijf voor enkele fijne
luiden, maar tegelijk ook le
venskunst. Zichzelf overtroffen
heeft Moritoen zich in zijn Klacht
om Egidius. Men wist van Egidius
niets af dan dat hij een vriend van
de dichter was geweest. Voor Hee
roma is Egidius nu een historische
persoonlijkheid gewordv"
„Hij woonde een eindje buiten
Brugge, aan de zuidkant. Hij
stierf in oktober 1386, of een
jaar vroeger of later. Hij had
een meisje, Mergriete. en hij
had een vriend, Jan Moritoen,
de dichter die dat meisje ook op
hoofse wijze liefhad.Het
(lied) heeft een historische ach
tergrond gekregen, het heeft een
dichter gekregen, het heeft een
bepaalde plaats in het oeuvre
van die dichter, het zit vast aan
een stempel.
Robert Pinget. Quelqu'ui
Uitgave Les Editions de M
nuit. Parijs.
Ren^-Victor Pilhes. La Rhu
barb®. Uitgave Les Editions du
Seuil Parijs.
Is dat jammer, vraagt Heeroma.
En dan wijdt hij een afzonderlijke
beschouwing aan dit beroemde
lied.
Mijn bladeren in de schone
proef van dit te verschijnen boek
mag niet te lang duren. Uw re
censent is geen filoloog en hij zou
voor deze tak van taalgeleerdheid
het geduld missen. Tot lezen voelt
hij zich gedrongen, tot oordelen
niet bevoegd. Maar hij heeft grote
JARIGEN
De Nederlandse beeldhou
wer Jan van Luyn, ontwer-
per o.m. van het oorlogsmo
nument te Schiedam, hoopt
de 23e mei zijn 50ste verjaar
dag te vieren.
De 23e mei hoopt de be
roemde Zweedse dichter, ro
man- en toneelschrijver en
Nobelprijswinnaar dr. Par Fa
bian Lagervist te Lidingö zijn
75e verjaardag te bereiken.
De Nederlandse publiciste
dra. Anne H. Rees-Mul
der, die onder de titel
„Geschiedenis van Oranje,
doorluchtig verteld" een boek
schreef over ons vorstenhuis,
hoopt te Amsterdam haar
60ste verjaardag te vieren.
De 31ste mei bereikt de
bekende Nederlandse cineast
en filmregisseur Bert Haan
stra te Laren (N.H.) zijn 50e
verjaardag.
BERT HAANSTRA
TOEN
De 23e mei is het 60 jaar
geleden, dat de bekende Noorse
toneelschrijver Hendrik Ibsen
te Oslo overleed.
Op diezelfde datum is het 150
jaar geleden dat de Neder
landse portret- en landschap
schilder, tekenaar en lithograaf
Jan R. Matthijssen te Leeuwar
den werd geboren.
De 28ste mei is het een eeuw
geleden dat de figuur- en
landschapschilder Pieter Corne
lls de Moor te Rotterdam werd
geboren. Museum Boymans or
ganiseerde in 1955 een herden-
ingstentoonstelling.
De Italiaanse dichter. to
neelschrijver er. politicus Ange-
lo Brofferio, volgeling van Gari
baldi en dichter van de zgn.
Italiaanse „Marseillaise" is een
eeuw geleden te Locarno overle-
STRAKS j
Tot 24 juli wordt in het
beeldenpark van het Kröller-
Müller museum op de „Hoge
Veluwe" te Otterlo een serie
van vijftig sculpturen van de
David Smith geëxposeerd.
De 27e mei wordt in het
park en in het door architect
Aldo van Eyck ontworpen pa
viljoen te Sonsbeek te Arn
hem een internationale ten
toonstelling van moderne
beeldhouwwerken van kunste
naars uit vrijwel alle Westeu-
ropese landen, alsmede uit
Japan en de V.S. door minis
ter mr. M. Vrolijk geopend.
De expositie duurt tot 25 sep
tember.