Leven in dienst
van de
kunsthistorie
BLAD ZIJ
jKBESB)8
Yvonne de Gaulle laat
240 mensen werken
Sociale voorzieningen
voor de huisvrouw
Bruidsboeket van
prinses Beatrix
dialoog dialoog dialo
ZATERDAG 19 MAART 196#
De kleine, smaakvol ge
klede aristocratische oude
dame loopt kwiek door haar
ruime flat („maar buiten
loop ik met een stokje,
hoor!"). Het nog volle,
grijsblonde haar is hoogopge-
kapt met een klein speels
voorhoofdlokje, de smalle
lippen even aangezet. Heel
blauwe onderzoekende ogen
die wegstaren over de cro-
cusjes aan de Bezuidenhout-
seweg, waarop het grote
raam van haar flat aan de
Smaragdhorst 260 in Den
Haag uitzicht biedt. Weg
staren naar het verleden.
Wij stellen u voor aan jonk-
vrouwe dr. Caroline Hen-
riëtte de Jonge, oud-direc
trice van het Centraal Mu-
seUïn te Utrecht die een res
pectabel aantal boeken, ge
schriften en artikelen op
haar naam heeft staan.
„Respectabel? U moet be
denken dat het in een tijds
bestek van vijftig jaren
werd geschreven." Met die
zin verkleint ze, zoals tel
kens in het gesprek, haar
verdiensten. Jonkvrouwe
De Jonge hoopt op 23 maart
a.s. tachtig jaar te worden
•- en nog altijd schrijft ze.
JONKVROUWE DR. C. H. DE JONGE:
eikenhout vervaardigd
Kostbaar beeldje
1470 en eigendom
Haar kamer te «tn geraffineer- Museum, een afdeling
de mengeling van modern com- in de oorlog verdwen
fort en antieke stijl, efficiency het slot Loevestein en onder de Domtoi
en speelse toepassing van kleu- Utrecht waar ze onbeschadigd in 1945 te
ren. Een chaise longue en bij- voorschijn kwamen,
passende stoeltjes met hetzelfde
gobelin bekleed. Een Kaapse
precies dezelfde tint
rose voorkomt. In
het midden van de
kamer een grote
werktafel met uit
getrokken bladen;
daarop de schrijf
machine zonder kap,
mét brieven en pa
perassen, Dit is de
kamer van een
kunstzinnig werkza
me vrouw die orde
in haar leven wist
te scheppen.
„Ik werd in Dor
drecht geboren. Va
der was er b(j de
rechtbank. Ik be
zocht de lagere
school in Zierikzee."
Aan Zierikzee heeft
zij haar hart verlo
ren. Het geslacht
De Jonge is afkom
stig van Schouwen.
De eerste burge
meester in 1813 was
jonkheer De Jonge
van Campers Nieuw-
land. Dat feit werd
in 1863 herdacht.
Daaruit is voortge
komen dat er iedere
vijf jaar een familie
reünie in Zierikzee
plaats vindt. Al de
WKKKKM PJH kleuren
telefoon. Een kastje met keurig met de vloerbedekking waarin
Konden we ons de vorige zocht in een meer compact en ct
keer alleen nog maar verdie- bij de bruidsjapon beter c
pen in gissingen omtrent de gepast, ietwat ouderwets c
bruidstooi van onze kroon- doend arrangement. Maar het 1
prinses, nu weten we dat het ging om- een goede aan- 1
bruidstoilet van vorstelijke al- passing van de bloemen bij
lure was, dat de bruid noch het princessmodel van de ja- f
bloemen in het haar, noch pon en deze had men vol-
een corsage droeg. Daardoor maakt getroffen.
viel meer de aandacht op de
zeer ongemene bruidsboe- Het publiek vroeg zich af i
kgf, waar deze bloemen vandaan ko- J
men en daarom leek het
Oorspronkelijk had de firma nu sprookje voorbij is, v<
Frankenhuysen, de vervaar- aj v00r onze vrouwelijke lezers c
digster van deze koninklijke aardig om er iets meer van te
boeket, de keuze laten vallen yertellen.
op de witte phalaenopsis amabi-
lis, de zuiver witte bruidsorchi- u/. U-sc
dee. Maar juist omdat deze or- YVdlTTie Ivab
chidee zo intens wit is en het Het bolgewas Eucharis gran-
toilet meer roomkleurig getint difl0ra. ook bekend als Eucha-
was. wond men het contrast te ris amazonica, ajkomstig uit
groot. Toen meende men ineu- Zuid-Amerika, behoort tot de
charts de luiste tint te hebben famjije der Amaryllidaceae en 1
gevonden, een bloem die de vormt groenblijvende vaste
meesten van ons niet kennen. pianten met zéér welriekende
ï"aaL als bruidsbloem zeer bloemen op lange stelen. Er
",nvarT£ kunnen zich 3-6 bloemen
cUiHrnf de stengels ontwikkelen en
ter en bijzonder stijlvol. kunnen zowel vroeg in
Voor de bruidsboeket van voorjaar> februari - maart,
prinses Beatrix waren m totaal bloeien, als nogmaals in
twintig bloemen en knoppen De Eucharis wordt bij o:
van dit bijzondere bolgewas ge- de warme kas gekWeekt t..
n^nuÉ!® toets beeft een temperatuur nodig
22-25 gr. C. Als kamerplant
Opgeborgen
len. afgewerkt met enkele strak- moeten
ke blaadjes van de lelietjes zelf
en het in de tint van het toilet
gestreepte pandanusblad. Slechts
een smalle strik van lint vorm
de de afwerking van het hand
vat, dat licht gebogen was.
Licht
De boeket was uiterst licht
niet aan beginnen. Bij
keur staat ze in de volle grond
van de kas en bloeit dan
meestal rijker dan wanneer z
in pot wordt gekweekt. Het
wel mogelijk om een plant i
knop op te potten en in d
kamer te laten bloeien, mas
daarna brengen we haar toch
elke bloei een korte rustperi- 1
te dragen en over de wijze ode moet doormaken.
waarop onze kroonprinses Misschien is het wel goed dat
haar bloemen droeg, was de deze exclusieve bruidsbloem
bloemist uiterst tevreden. Er- vanwege haar hoge eisen nooit
varen in het dragen van hand- een populaire kamerplant zal
boeketten, droeg prinses Bea- worden, want daardoor blijft sa
trix de bloemen dicht tegen »»-»««»=
haar toilet aan. Men had zichfjijj~
door het klassieke model ne[ u s
het bruidstoilet niet laten lei- kroonprinses!
de meesten
onbereikbaar, maar
desondanks een associatie mei
het sprookjeshuwelijk van onze
A- C MULLER-IDZERDA
den, kostuumkunde, schilder
kunst, Delfts aardewerk en majo
lica.
„In 1923 publiceerde ik
Hollandische Möbel- und Raum-
kunst, in 1924 Sieraden toege
paste kunst in Nederland, in 1936
Het kostuum onzer voorou
ders, dat tot stand kwam na de
tentoonstelling in de Ridderzaal
in samenwerking met mevrouw
Meihuizen-Ter Braak, („dat is
erp leuk geweest Een énige E„UwmkUnde
vrouw, zij woont boven me in
de flat. De tentoonstelling ging
naar Den Haag, Arnhem en Rot
terdam. Voor het Centraal Majolica. Nog steeds schrijf ik vrouwe De Jonge is sinds de op- vrouwe. „In die functie hebben
Museum kreeg ik ook een mooie vele artikelen in binnen- en bui- richting in 1948 vice-presidente we haar onlangs een zilve-
collectie bij elkaar. In die tijd tenlandse vaktijdschriften". van het Landelijk Comité eollee- ren beugeltas aangeboden en
tie Nederlandse Klederdrachten, een pijp voor prins Claus. Ande-
Tot een jaar of twee terug dat tot stand kwam bij het gou- re aktmteiten van dr. De Jonge
:',J De Jonge zelfs nog le- den jubileum van koningin Wil- zijn kunstreizen met steun van
zingen. „Sinds mijn pensione- helmina. De collectie is in bruik- stichting Zuiver Wetenschappe-
ring doe ik niets anders dan leen gegeven aan het Open- lijk Onderzoek. Ze bezocht Hol-
kostuumkunde en Delfts aarde- lucht Museum. Nu is de collectie landse tegelkamers in Duitse en
werk. Zo'n onderwerp heeft me eigendom van koningin Juliana Franse kastelen (Brühi, Ama-
dan helemaal te pakken." Jonk- en prinses Beatrix is bescherm- liënburg, Rembouillet) en
schreef daar ook over met praeh-
r^wowwlilv,^^ tige illustraties. Natuurlijk heeft
Zeeland haar speciale interesse.
„Publiceren: ik hoop dat ik dat
nog een tijdje voort mag zetten.
(Laaht om zichzelf:) Soms heb
ik wel eens een gaatje in mijn
hoofd, dan schieten me namen
en jaartallen niet direct te bin
nen. En nu heb ik u wel genoeg
over mezelf verteld".
van Scorel in de serie Palet.
In 1941 Een eeuw Nederlandse kostuumkunde
mode, in 1947 Nederlandse Beeld
houwkunst en Oud-Nederlandse
deze kostbaarheden op over de hotels en
pensions, met een
groots diner in ho
tel Mondragon. In
1924 schreef W. Wij-
kast en een moderne ladenicast; gestapelde telefoonboeken. Ande-
in opdracht van de familie een
op de schoorsteenmantel een ]'et stijl-stoelen waarvan de be- geschiedenis en genealogie van
prachtig gaaf albasten klok- kleding met de hand geborduurd het geslacht De Jonge.
kenstel „nog van grootma ge- werd (in petit point). De zacht-
weest" daarnaast een witte rose kleuren corresponderen q: rQctr\c&
'-'•htin -iiinn rirt 1 1 'V-G
Na dit „terzijde" pakt ze de
draad van haar levensloop weer
op: gymnasium in Den Haag,
studeerde aan de Universiteit
van Leiden Nederlandse lette
ren. Ik had graag kunstgeschie
denis gedaan, maar dat was nog
niet aan de orde in die dagen.
Caroline promoveerde in 1916 op
een kunsthistorische dissertatie:
Bijdrage tot de Noord-Neder
landse kostuumgeschiedenis.
Van Leiden ging ik naar de uni
versiteit van Utrecht om
kunstgeschiedenis te studeren
bij prof. dr. W. Vogelsang. Door
dat ik alle examens had gedaan,
was ik van 1913 tot 1917 assisten
te aan het Kunsthistorisch Insti
tuut der Utrechtse Universiteit,
van 1917 tot 1941 conservator
aan het Centraal Museum aldaar
en van 1941 tot 1951 directrice.
In 1941 werd het museum
gescheiden van het archief, waar
aan het tot dan toe verbonden
was. Het Centraal Museum heeft
drie collecties: één van het
aartsbisschoppelijk museum, een
van het Provinciaal Utrechts Ge
nootschap met Romeinse Oudhe
den uit Nederland en dan het
Gemeente Museum. Als directri
ce was ik hoofd van het hele
gebouw, organiseerde tentoon
stellingen en schreef in die
tijd over Utrechtse kunst. Mijn
grootste voorrecht was mee te
werken aan de opbouw en tot
standkoming van aanwinsten
van meer importantie.
DE MEESTERES van het Elysée houdt van
eenvoud, maar de ironie van het lot wil
dat ze luisterrijke ontvansten moet geven in
het paleis dat al bewoond werd door madame
de Pompadour, Pauline Bonaparte en zestien
presidenten. Charles de Gaulle is zijn tweede
ambtstermijn begonnen. Dat betekent dat
mevrouw De Gaulle zich moet houden aan
zijn stijl en de etikette moet eerbiedigen, al
verafschuwt ze dat alles. De generaal houdt
van stiptheid en luister en respect voor het
protocol. Gelukkig staan mevrouw De Gaulle
tweehonderd veertig vrouwen en mannen ten
dienste
Marie-Claire doet een boekje over dat legertje
hulpkrachten open. Het huishouden op het Elysée
loopt op rolletjes, dank zij de hulp van o.m. 25
rechercheurs die meestal onzichtbaar zijn. Er zijn
achttien telefonistes en telegrafisten, twee póstboden
en twee brandweerlieden. Elf chauffeurs, vijf tuin
lieden, zevenentwintig schoonmakers- en -s-ters, twee
poetsers, twee stoffeerders, vier zitverbéwaarders, een
schrijnwerker, vijf linnenmeisjes, drieëntwintig leden
van de secretarie met twee privé secretarissen, vier
maltres dTiotel, een opzichter over de inventaris, vijf
koks, een opzichter over de wijnkelder. De intendant
kiest de menu's uit, er zijn tien tafel-bedienden, twee
huisknechten en een „aboyeur-huissier" die de gasten
aaakondigt. Dat zijn ze nog lang niet alle 240! Bij
grote ontvangsten wordt extra personeel aangetrokken.
De generaal zou dol zijn oo gekook
te eieren, asperges en kaas. De
meester-bloemist op het Elysée
werkt daar al sinds 1946. Hij dassen voor haar echtgenoot en Mevrouw De GauUe uoont veel
heeft zijn werkplaats op de derde laat zijn costuums vervaardigen op ontvangsten bij. Hier staat ze op het
verdieping. De bloemen_ die liet een eerbiedwaardig oud atelier bordei m„ Kr,,,,
president Lopez Mateos.
dat Napoléon nog onder zijn klan
ten kon tel lenOn het Elysée
vindt ongeveer eens per week
een ontvangst plaats. Drie maal tei-vleugel van het paleis) kerke-
Mevrouw de GauUe doet graag zélf per week nodigen de de Gaulles in lijke hoogwaardigheidsbekleders,
haar boodschappen, ze kiest de hun privévertrekken (in de rech- kennissen, medewerkers en familie
meest gezien worden? Tulpen
rozen. De bureaus worden opge
fleurd met azalia's of chi-ysanten.
uit. Wordt een ontvangst afgezegd,
geen nood. Mevrouw de Gaulle
zendt de lekkernijen naar kinder
huizen en ziekenhuizen. Voor een
groot diner met tweehonderd cou
verts, gevolgd door een receptie
voor tweeduizend personen, wox-dt
de tafel afgenomen in zeventien
minuten! Misschien vindt u het
aardig om te weten dat het ser
vies een bord bevat met een re-
produktie van een Ruysdael; dat de
klokkenmaker iedere maandag de
137 pendules opwindt en dat voor
het schoonmaken van de kristal
len kronen die 600 kg. wegen twee
schoonmakers acht dagen nodig
hebben
Breien
Anne Rouanet heeft het alle
maal onderzoóht en zij zegt dat
het de eerste keer is dat de
geheimen van het EVysée-hwis-
houden worden gepubliceerd.
Waarschijnlijk is dit te danken
aan de bescheidenheid van
Yvonne Charlotte Ann-Marie de
Gaulle-Vendroux, die pas op
leeft als ze in haar buitenhuis
haar zoon Philippe en dochter
Elisabeth met de kleinkinderen
ontmoet. Het zorgenkindje Anne
overleed, in 1946. Naar haar
werd de ,Arvne de Gaulle-stich-
ting" genoemd. Mevrouw de
Gaulle heeft een grote belang
stelling voor de opvoeding van
debiele meisjes, waarover de
stichting zich ontfermt. Ze zou
ook ontspanning zoeken door
het breien van kinderkleren
voor arme gezinnen.
ENKELE morgens in de week
brengt een stukje werk mij
voorbij eindeloze blokken nieuw
bouw. Als ik ga zijn de meeste
gordijnen nog dicht, hier en daar
zit een kamerjas achter een ont
bijt. Maar als ik terugkom wappe
ren dekens en rissen japonnetjes
van diverse balkonnetjes en moet
ik weer tussen miezerbuitjes en
blank voorjaarslicht door constate
ren dat het lente wordt. En, zeg ik
dan tegen mezelf, dat zul je mer
ken in de Open Brief. Maar als ik
thuiskom is er weer een pakje
post, tegen de verwachting ir.. En
men blijft aan de onderwerpen kle
ven: nozems, hemel, verkiezingen.
En dieper zaken daarachter: ziek
te, dood, opheffing van leed. De
begin maar en zal proberen
tastend en zoekend mee te pra
ten.
Hoor eens. zegt iemand, je wilt
toch niet beweren dat er geen
geestelijk leven is later, waarvoor
is Christus dan gestorven. Je liet
nog meer volgen, maar ik beant
woord dit eerst. Ik heb willen zeg
gen dat ik geen „aards" beeld van
de hemel heb. Ik kan me niets
voorstellen, ben gewoon blanco. Ze
ker stel ik me geen engel voor, ik
zou niet weten hoe dat zou moe
ten. niet alleen is de bazuin me te
veel maar een serene menselijke
gestalte met eventuele vleugels
ook al. Wat weerzien is weet ik
ook niet. Natuurlijk begreep ik
wel dat de bazuin bij wijze van
spreken was van jou maar erach
ter zat toch een beeld ik wou je
zeggen dat ik dat beeld niet heb.
Ik vind het echter boeiend mensen
te ontmoeten die wel een beeld
hadden of hebben. Denk aan het
mooie voorbeeld van ds. Buskes
aan wie door een stervende
Texelse boer werd gevraagd: zijn
er ook schapen in de hemel, domi
nee? en die antwoordde: ja. Het
zou ook mijn antwoord zijn. Het
beeld doet er niet toe. Het is wat
jij ie voorstelt aan opperste heer
lijkheid, aan harmonie. Jij, dat is:
ieder persoonlijk. De schilderkunst
is er vol van, en wie ooit het
landschap rond Florence proefde,
weet dat er „hemel" kan zijn in de
lieflijke lijnen van dc heuvels, de
verten, de geui\ het licht.
Er zijn kinderen gestorven die
wisten dat zij straks een lang wit
kleed zouden dragen en altijd blij
zouden zijn dat is goed, dat is
r als
lijkerwijs iets waar kan zijn. Er
zijn mensen die zeker weten dat
zij elkaar na korte tijd van schei
den weerzien, op welke leeftijd en
hoe. dat blijft vaag, maar het zal
gebeuren. Eenvoudig omdat, als
het niet zou gebeuren, alles ineen
zou storten. Waar is anders de
dood voor verslonden. Waar is an
ders geloof voor dat dit leven
maar een voorspel is tot een an
der, heerlijker, volmaakt bestaan?
Nietwaar, briefschrijfster, zo be
doel je het?
In de Tweede Wereldoorlog
werden de allergrootste kost
baarheden opgeborgen: de Jeru-
zalemvaarders van Jan van Sco
rel, het Utrechts Psalterium gin
gen in de gewelven onder de
Domtoren. De mindere kostbaar
heden werden, tegelijk met een
heleboel rij'ksdingen, opgebor
gen op kasteel Loevestein, behal
ve de stukken die naar de schuil
kelders in de duinen gingen. De
derde categorie verdween tijde
lijk in de scherf vrije kelders
van het museum. In 1945 heb ik
alles weer mogen terughalen! Er
waren twee jaren voor nodig om
alles weer in orde te krijgen.
Weet u, het museum is veel te
klein. Pogingen tot uitbreiding
zijn nog steeds niet tot stand
gekomen; er is veel tegenslag ge
weest, en nog." Uit dat laatste
blijkt, dat jonkvrouwe De Jonge
nog steeds meeleeft met „haar"
museum! „Van lieverlee moest
ik ook aan het moderne systeem
wennen van veel tentoonstellin
gen houden, om de aandacht op
de collectie te vestigen. In 1928
vervaardigde ik een catalogus
van het Historisch Museum, in
1933 een catalogus van de schil
derijen, in 1952 een schilderijen-,
prenten- en tekeningencatalogus.
Het wordt aan je eigen initiatief
overgelaten hoe je zo'n museum
beheert. Ik kocht bij voorkeur
Utrechts zilver, dat van
kunstwaarde voor Utrecht was
en werk van Utrechtse zil
versmeden. Er was een prettige
samenwerking met suppoosten,
een assistent, een secretaresse;
ook met de museumcommissie
onder voorzitterschap van de
burgemeester. Het houden van
tentoonstellingen neemt steeds
toe". Bezorgd zegt ze: „er blijft
weinig tijd over voor we
tenschappelijk werk."
Wetenschap
Jonkvrouwe De Jong vond
wél tijd voor wetenschappelijk
werk. In het lijstje dat hier
volgt kunt u haar speciale inte
ressen vinden: meubels, siera-
Veel brieven ontvangen
wij in de trant van: „Moet
de Staat nu overal voor
gaan zorgen" en „Zijn we
dan nooit tevreden" of
„Hebben wij Christenmen
sen dan helemaal geen
vertrouwen meer?" Daar
om vonden wij de brief
van mevr. H. W. tc D. zo
fijn. Zij schreef duidelijk.
Wij citeren: „Uw onder
werp heeft me aan het den
ken gebracht en eerlijk
gezegd, ik zou zelf niet op het
idee gekomen zijn, maar het
gaat hier om een belangrijke
zaak. Door een goede voorzie
ning zou veel zorg weggeno
men kunnen worden. Zouden
de kerken niet iets kunnen
organiseren gecombineerd
met b.v. gezinsverzorging?
Het lijkt mij nl. goed dat het
werk in een meer persoonlij
ke sfeer plaats vindt. Zelf
heb ik gezinshulp, ik ben er
dolblij mee. Maar wie beter
dan de leidster daarvan weet
dat je het écht- nodig hebt.
Ook als je door familie, ken
nissen of buren geholpen
wordt kan het geld kosten.
Vooral als het lang duurt.
maand een bedragje uit te trek
ken voor dit fonds en de zieke
huisvrouw kent één zorg min
der. Ik ben veel door kennissen
en buren geholpen, op het
laatst durfde ik het bijna niet
meer te vragen. Je weet nooit
of het wel uitkomt. En dat vind
ik nu zo heerlijk nu ik ge
zinshulp heb; je weet welke tij
den zo'n meisje komt je laat
haar merken dat je dankbaar
bent voor haar hulp en tegelijk
kun je overleggen wat het
beste gedaan kan worden. Het
is voor de huisvrouw zenuwslo
pend om zelf niets te kunnen
doen, zo'n gezinshulp maakt je
weer wat rustiger en neemt
veel zorgen weg. VHen zijn dus
zinshulp. de buren en familie-
dienst. Of is er dan zo'n tekort
aan liefde dat we geen hulp
meer voor de ander op kun
nen brengen?"
Niet te hoog
Ook onze trouwe schrijfster
mevrouw N. D. te H. geeft
over dit onderwerp haar me
ning: „Ik vind dat er wél 'n
premie betaald moet wor
den, maar niet te hoog.
Het lijkt mij nl. de groep die
er het minst misbruik van zal
maken (daar moet toch altijd
rekening mee gehouden wor-
en ik hoop
uit te voeren is."
(Hartelijk dank
brief, mevr. W., en
u van harte beterschap.
iets wat meestal van korte
duur is. Zelf heb ik rugklach
ten, het is al de vierde keer dat
ik niet in staat ben mijn gezin
zelf te verzorgen, en artsen heb-
ben mij gezegd dat het zich EenZlidia
steeds kan herhalen. Ik ben nu
tweeënveertig jaar, misschien
begrijpt u dat de vraag weieens
in me opkomt, wat ons nog te
wachten staat. Kan er niet een
soort fonds gesticht worden,
net zoals bij de Kruisverenigin
gen? Iedere huisvrouw, gezond
of ziek, betaalt een bedragje.
Heeft ze hulp nodig, dan kan
dat via het fonds.
Zorg minder
De gezonde huisvrouw kan
dan toch ook haar naastenlief-
betrachten door iedere
„Over het algemeen is er uit
de rubriek „Dialoog" wel wat
te leren: dit onderwerp vind ik
echter bar eenzijdig" schrijft
mevr. J. V. te B. „Mij dunkt, als
we er als Christenvr~—"en bij
leefden dat ons bij ons huwe
lijk de allerbetrouwbaarste
verzekering is meegegeven, wij
ons niet druk behoefden te ma
ken over het probleem dat
thanS aan de orde gesteld is.
Als je daarbij -ft. mag je er
varen dat je. hoe naar en ake
lig alles mag zijn. toch de
kracht krijgt die nodig is. Bij
langdurige ziekte is er de ge-
den). Wie vindt het als
huisvrouw leuk het heft uit
handen te moeten geven?"
Tot slot een brief van dhr. V.
te dll. „Ik zou willen wijzen op
de mogelijkheid om bij een ver
zekeringsmaatschappij een on
gevallen- en een ziekengeldver
zekering te sluiten. Deze verze
keringen waarborgen een uitke
ring ingeval van blijvende inva
liditeit en tijdelijke ongeschikt
heid ten gevolge van een onge
val en/of ziekte. Voor blijven
de invaliditeit kan een kapitaal
en/of rente verzekerd worden.
Bij ongeval wordt de te verze
keren weekuitke-' -g v—r tijde
lijke ongeschiktheid uitgekeerd
over een onbeperkt aantal da
gen. Voor ongeschiktheid tenge
volge van ziekte kan een verze
kering worden gesloten die
over maximaal één, twee of
drie jaar uitkering geeft. Ver
der bestaan er nog de arbeidson-
ongeschiktheidsverzekeringen.
die de te verzekeren jaar
rente uitkeren, tot aan het eind
van het verzekeringsjaar, waar
in de zestigjarige leeft:-»'» is be
reikt.
Deze verzekering, die zowel
uitkering bij ongeval als bij
ziekte geeft, kent een wachttijd
van zes maanden: de uitkering
eindigt als de invaliditeit bene
den de vijftig procent daalt. De
ze condities gelden voor
huisvrouwen. Uiteraard kan de
ze verzekering voor personen
die een beroep uitoefenen op
gunstiger voorwaarden worden
aangegaan. Ik ben er van over
tuigd. dat de bonafide verzeke
ringsmaatschappijen ook voor
de huisvrouwen een passende
verzekering kunnen aanbieden.
De premies kunnen wat hoog
voorkomen, maar in deze tijd
van welvaart waarbij zeer veel
mensen in staat zijn een
tv-toestel aan te schaffen en an
deren er nog een auto op na
kunnen houden, moet het toch
ook mogelijk zijn een bedrag
voor dit soort verzekeringen op
zij te leggen."
Mode
Met deze zakelijke advie
zen sluiten we de sociale voor
zieningen. Onze volgende dia
loog vraagt uw oordeel o -
ver de mode* Daar behoe
ven we weinig aan toe te voe
gen. Wij hopen, dat deze keer
ook de tieners en twens eens
in hun ballpoint klimmen.
blad-Zij geeft je nü de gele
genheid! Doen. Meteen. Ver
geet het keuzeboekje niet te
vermelden in de brief, die op
de enveloppe graag de aante
kening dialoog heeft.
EN onze Heer komt ons hier
bij te hulp en laat ons onze
niet uitgewerkte gedachten, geeft
ons landschap en schoonheid als
aanduiding van volmaakte harmo
nie, geeft ons genegenheid voor
mens en dier, maakt ons zachtjes
duidelijk dat wij alles slechts tea
dele vatten. Dat is niet erg, alles
wordt nieuw.
En Hij stierf voor ons een heel
duidelijke dood, voor de tijd waar-
in het gebeurde zelfs een bijzon
der spectaculaire dood, zodat nie
mand zich achteraf op die dood
kon bedenken en zeggen dat het
een fabeltje was; de dood kon niet
duidelijk door opstanding overwon
nen worden als er geen gruwelijk
lijden en sterven was geweest.
Zou het heden ten dage gebeurd
zijn, dan zou een vreeslijk onge
luk hetzelfde effect kunnen heb
ben. Dit in antwoord op weer een
vraag.
Maar nu nog even terug naar
dal beeld van de hemel. Van wat
zaligheid is. Wat „koninkrijk
Gods" is. Ik kan me niets voorstel
len. zei ik je. ben gewoon blanco.
Dat komt geloof ik omdat ik hier
op aarde al zoveel hemel zie. Er is
hier misverstand, verdriet, er is de
dood. Maar soms zie je mensen in
vurig geloven en volhouden naar
begrip toeleven. Bidden om
naastenliefde. Vechten tegen haat
en verachting. Dat is hemeL Soms
zie je mensen ziekte verlichten,
zie je hoe ze zich inleven met als
enig doel de ander niet eenzaam te
laten zijn; zie je artsen en ver
pleegsters mensen behoeden voor
vertwijfeling, zie je geleerden
rusteloos zoeken, dat alles is he
mel. Verbanning van smart, dat is
hemeL
De dood heeft naar het schijnt
nog het laatste woord maar je ziet
mensen zich over de opvoeding
van hun kinderen buigen, je ziet
ze hun best doen om te komen tot
gesprekken die ze naar de mens
gesproken want we zijn alle
maal liever lui dan moe niet
zouden willen aangaan. Zo nemen
ze angst weg voor hun kinderen
en hun naasten en zichzelf. Dat is
hemel.
Dag in dag uit worden bittere
woorden ingeslikt. Dag in dag uit
belijden mensen elkaar hoe hart
verscheurend zij elkaar kunnen
wonden als zij daarvoor niet
worden bewaard, en elkaar ook
willen bewaren. Dag in dag uit
worden kopjes koffie aangereikt,
boeken geleend, ogenschijnlijke
kletspraatjes gehouden, alles in de
naam des Heren, om te zorgen dat
er vreeslijke dingen niet gebeuren.
Overal wordt hel voorkomen: dat
is hemel- Het ongeziene koninkrijk
weeft zich door de voor handen
zijnde werkelijkheid heen. zoals
licht over een landschap.
T^N dan besef ik terdege dat
er bij ons nog niets van te
recht komt. We zien ten aanzien
van wat het eens zal zijn in eer.
beslagen spiegel. Een spiegel waar
voor we zelf nog het hardst staan
te ademen. Goed, maar zo kan ik
toch wel verder. Zonder beeld, zon
der wat het ook maar bij mogelijk
heid eens zal zijn maar met een
werkelijkheid: die van het werken
van Christus, nier. en nu. Pasen is
niet voor later alleen Voor als er
niemand meer tobt. gilt van pijn.
doodgaat. Pasen begint al bij het
frisse strijkgoed, bij de vreugde
dat anderen kunnen leven door
uw tipedoen. Wat zou hemel ander»
zijn. in beginsel, dan dat begin?