EENZAAM
MAAR
m
NIET ALLEEN
Bewondering
Een „christinnereis naar de eeuwigheid
'El
9?
Twee frontale botsingen:
vijf mensen omgekomen
razen
belangrijk
titel
openbaring
EIGEN PARTIJ
VAN CDU IN
BEIEREN?
Kano slaat om:
schipper (Belg)
verdronken
Texel heeft grote
recreatieplannen
Jordanië gaat meer
voor pelgrims doen
MAANDAG 6 DECEMBER l"(.i
Toen Wilhelmina terugtrad, had zij veel
Pannen, concrete en vage: geestelijk werk
kükJ doen, reizen, schilderen. maar zij had
J
niet het minste plan memoires te schrijven.
0 Had men haar toen gevraagd: „En mogen we
Httn een boek met herinneringen tegemoet zien?",
dan zou zij zonder twijfel hebben geantwoord:
J „Zeker niet". En ivellicht had zij er aan toe-
York gevoegd: „Wat denkt u wel?" Zij piekerde
va er niet over het verhaal van haar leven te
>ten vertellen.
-ior« In zijn boek „De levensavond van koningin
SmS Wilhelminabetoogt Thijs Booy: Een Wil
helmina was alleen tot memoires gekomen, als
Hitier de oorlog gewonnen had. Dan had zij
het naar mijn gevoel wenselijk geacht om
tegenover het nazifront van geschiedvervalsers
en historische bewijzenliquidators vast te leg
gen hoe zij haar regering zag, hoe de Neder
landen zich in haar tijd ontwikkelden en wat
zij wel dacht van die bruine bende.
Het is niet gewaagd te veronderstellen, dat
dit boek geen gewag had gemaakt van een
zegepraal van Hitier. Zij had tot haar dood
Nederland gezien als een tijdelijk bezet ge
bied, de nazïbeweging als een vaan die zeker
eens iveer neergehaald zou worden. Zij had
net zolang over de planeet gezworven tot zij
een land gevonden had, waar het haar toe
gestaan was actie tegen Hitler te voeren en bij
gebreke daarvan had zij stellig tegen 's vader
lands vijand in stilte geopereerd. Figuren als
Wilhelmina had een Hitler alleen kunnen uit
schakelen door ze dood te schieten. En dan
had hij in haar geval nog wel goed moeten
laten controleren of zij werkelijk dood was.
Neen, alleen als onttroonde had Wilhelmina
memoires geschreven. In geen andere situatie".
Reeks ongelukken tijdens weekeinde
boorvraag rijst of „Eenzaam maar niet alleen" dan geen autobiografie
is. En hoe is prinses Wilhelmina dan tot het schrijven van dit boek
ekomen?
„Zij schreef aldus Thijs Booy na haar abdicatie enkele korte
\ifschriften over de actuele betekenis van het christelijk geloof. Medi-
ber ities, met een appellerende strekking, zou men kunnen zeggen.
'ff-vj De recensies waren heel vriendelijk, maar daar was het ook mee
1 i*«ze9d- C0Tnmentari-eert een geschrift van een bejaarde geliefde
oo. Norstin anders dan het geschrift van A, B of C. Opgang maakten de
^"Jpschriftjes ook niet. Het publiek kioam er even op af wegens de
aam van de schrijfster, maar had al gauw door, dat dit soort over-
ijeinzingen bij meters, bij kilometers in de vaderlandse kerkboden te
jf'gmderi was.
otêrfoen werd de Prinses zeer voorzichtig,
ing 9;Zeer beleidvol, meer aanduidend dan
is "duidelijk gezegd dat zij op deze weg
vniet voort moest gaan. Wilde zij
4oo haar boodschap in geschrift met een
ïserieuze kans op een machtige
brengen, dan moest zij
^het over een andere boeg gooien;
idenjdan moest zij die invlechten in een
862iverhaal over haar leven. Gezien dat
unieke leven dat zij achter zich had,
f^jzou naar dat boek gegrepen worden.
'3i k(En haar getuigenis zou, in dit kader
vele malen overtuigender
fchzijn, dan wanneer zij het gaf in de
van parafrasen van het bijbels
s ïoirelaas der heilsfeiten.
egenen met wie zij het plan besprak,
met ontzaglijke nadruk te
bijhoren, dat zij geen memoires, geen
v 30autobiografie ging schrijven en dat
w uzij heel beslist haar werk niet als
j zodanig aangeduid wenste te zien,
look niet voor het gemak. „Ik ga
j razen en tieren als iemand over me
er v moires spreekt. Ik ben geen type
is Ivoor dit soort zaken. En al zou ik
het willen, maar ik wil het niet, dan
Mal zou ik niet eens memoires kunnen
sphrijven. Zo iets verdraagt zich
ndeiuïet met de constitutionele monar-
k oh ie. Ik ga anderen helpen door
iuws0ver mi^n geloof te schrijven, aan
andède hand van mijn levensgang. Heel
grawat voor mij, want ik spreek moei-
6o-«lijk over mijzelf."
Er is wel gemompeld vervolgt
Thijs Booy dat ik do feitelijke
auteur van het boek ben geweest, en
gei ook, dat grote gedeelten van mijn
hand zijn. Ik moge hier met die
vdpraat'es afrekenen. Ik ben niet de
Prljl feitelijke auteur van het boek en ik
so. iheb ook niet grote delen ervan ge-
irkaschreven. Wat hebben de mensen
I50x'die dit gezegd hebben intussen een
11(verkeerde kijk op Wilhelmina ge-
jivohad. Als bij een figuur een
ghost-writer totaal niet paste, dan
lot wel b'j haar- ZÜ was er eerder een
mens voor om een boek op tafel te
leggen van haar eigen hand, waar
van de compositie rammelde als een
oude Ford, en met op elke pagina
i «een dolkstoot in het lichaam van
lg\ onze taal, een boek, dat de Oranje-
0 klanten graag uit de handel zouden
sen kopen, dan een ghost-writers-pro-
op haar naam van onverganke-
lijke allure, klassiek al bij de eerste
druk. En zij was waarlijk gevoelig
voor de reputatie. Zij had liever
ven grauwe eigen veren dan een stille-
Na tjes geleende veelkleurige pracht. Zij
het wilde wat op haar naam kwam zelf
bl schrijven. Ik vermoed zelfs, dat het
voor haar de eerste tijd op de derde
in dinsdag van september even slikken
n was voor zij haar troonrede aanpak-
ein;te."
Rotjoge bewondering heb ik voor de pres-
id t» tatïe die prinses Wilhelmina met het
waschrijven van haar boek verrichtte,
Als iets haar moeilijk afging, dan
was het wel schrijven. Zij had een
pen, die bijna niet wilde. „Kon ik
nhet maar schilderen", zei zij soms.
Zij moest de woorden vaak uit zich
persen, de gedachten konden vaak
-I-/I maar geen vertolkers vinden. Haar
'•A- taalgevoel grensde aan de gevoelloos
heid. En haar woordenvoorraad
kwam in de buurt van een honger-
rantsoen.
dan was er nog de complicatie, dat
dhaar stijl door het decennium na
decennium ambtelijke stukken bestu-
a deren zwaar geïnfecteerd was. Haar
tra] kwamen almaar ambtelijke uitdruk-
>9 kingen in de zin, als zij een mense-
ig y lijk feit moest beschrijven. Wat
haar, in ieder geval in haar late
jaren, echt hinderde. Zij hield niet of j
"iet meer van de wettentaal en de
ee stadhuistaal en vond die. terecht, to-
tori teal niet geëigend voor het weerge- I
m ven van persoonlijke gevoelens, erva-
lge< ringen en denkbeelden.
tenVellioht had zij er wijs aan gedaan,
een toen zij eenmaal wist dat stellen
i haar slecht afging en haar zeeën j
van tijd kostte, om haar redes te
laten schrijven aan de hand van een
door haar gedicteerde leidraad. Haar j
was ^an bee* wat bespaard. Maar zij
was er de figuur niet naar om zo te
handelen. Zij voelde er een zeker
bedrog in. En deze hulp zou haar
:esj afhankelijk maken, wat voor een
ivaj vorst iets verschrikkelijks is. En
altJ voor de mens Wilhelmina niet min-
der.
stiemand uit het Nederlandse dorp uit j
Londen heeft na de dood van Wilhel-
mina verklaard, dat Hare Majesteit
j i erbarmelijk Nederlands schreef. In
het midden gelaten, of hij zich nietl
te sterk uitdrukte welk een ge
beuren dat deze vrouw, voor wie
schrijven water uit de steenrots
slaan was, die zich soms uren afpij
nigde voor zij wist hoe zij iets zeg
gen moest, voor Radio Oranje rede
voeringen heeft uitgesproken van
een klassieke hoogte.
Laat onze hoofdindruk zijn, niet
de constatering van die Londense
Nederlander. Het is per saldo onbe
langrijk dat zij literair een arme
was. Het is belangrijk, dat zij met
haar beperkte letterkundige gaven,
dank zij een groot hart en een einde
loze inspanning redevoeringen bij
een ploegde, die de tijd zullen verdu
ren.
Dat die Londense toespraken zulke ge
beurtenissen waren, lag intussen be
paald niet alleen aan de inhoud,
maar ook en vooral aan de voor
dracht. Haar stem gaf ze een unieke
dimensie, verhoogde het formaat
met een verdieping. Die bezweren
de, vaste, vurige, van de macht der
overtuiging haast barstende stem.
Boordevol gevoel en net niet door
gevoelens overmeesterd. Boordevol
kracht zonder tot schreeuwen te ko
men. En. zo fier, een vlag in de
wind, een klok in de storm. Geluk
kig, dat wij dank zij de moderne
techniek haar stem nog bezit
ten
Thijs Booy 1 erinnert zich nog een
klein aandoenlijk verhaal in ver
band met de letterkundige gaven
van Wilhelmina.
„Het speelt in 1961. We hadden juist
een schets van haar doorgewerkt.
Die terzijde leggend, zegt zij: „Stel,
dat u het in 1914 aan de Groningse
academie voor het zeggen had ge
had, had u mij het doctoraat honoris
causa in de Nederlandse letteren ver
leend, dat ik toen gekregen heb? Ik
weet dat u mij altijd eerlijk
antwoordt."
„Nee, Koninklijke Hoogheid."
„Ik was het met u eens geweest. Ze
wisten niet wat ze deden. Maar ik
ben met dat doctoraat tot op van
daag gelukkig geweest. Het was het
eerste en het was van de universi
teit van het noorden. Waar we van
daan komen. Weet u waar ik bij de
promotie over gesproken heb? Over
de Nederlandse taal, hoe vindt u
dat? Tja, die ere-doctoraten. Weet u
dat ik ook doctor in de theologie
ben? Ik, die niet alleen van de dog
matiek niets weet, maar er ook niets
van weten wil? En ook daar was ik
blij mee. Want het kwam van de
Franse Hugenoten, die ik altijd in
mijn hart besloten heb gehad. Ik
heb me elk jaar sinds ik volwassen
was over ze laten informeren."
Prinses Wilhelmina begon aan haar
boek te werken in 1951. Vier jaar
later, november 1955, was de
oertekst gereed.
Koningin Wilhelmina tijdens
een toespraak voor de radio
te Londen„doordringend
en overtuigend".
„Nog zie ik haar het jaartal onder het
manuscript schrijven en daarna
glunder opkijken: „Ik heb het eind
gehaald. Wie had dat gedacht?"
Naar het besluit het geschrift bij haar
leven uit te geven is zij heel lang
zaam toegegroeid. Dit besluit is be
paald geen koerswijziging van giste
ren op vandaag geweest. In 1956
was de eerste aarzeling zichtbaar, of
zij het manuscript wel bij de na te
laten papieren zou deponeren. In
1957 neigde zij er steeds sterker toe
van een postume uitgave af te zien.
Begin 1958 was de teerling gewor
pen.
De doorslag gaf de overweging, dat er
wel wat tegen was om een boek dat
naar haar vaste overtuiging zegen
zou verspreiden, als een dood ding
in een kast te bewaren. Maar ik
geloof dat ook wel een rolletje speel
de, dat zij het gewoon leuk vond bij
het Nederlandse volk, dat bepaald
geen verhandeling van haar ver
wachtte, ineens een dik boek op ta
fel te leggen. Alstublieft, uw vroege
re landsmoeder heeft niet stilgeze
ten!
In september 1958 werd het boek
aangekondigd om eerst medio febru
ari 1959 te verschijnen. Gefluisterd
is, dat deze ruime tijd tussen
aankondiging en verschijning het ge
volg was van een ingrijpen van het
kabinpt. Dit zou inzage van de tekst
en' daarna wijzigingen hebben ver
langd. Het komt mij juist voor het
gerucht niet maar te laten lopen,
maar tegen te spreken. Ik kan ver
klaren dat niet één lid van het kabi
net het boek voor half februari, toen
het in de boekhandel kwam, heeft
gelezen. Het boek is geen kabinecs-
censuur gepasseerd. De vertraging
werd veroorzaakt door de ware
storm van bestellingen
Heeft het haar moeite gekost in dit
boek over haar leven over zoveel te
zwijgen? Ik geloof het niet. Zij had,
dacht ik, niel de geringste verzoe
king of lust um de boeken van de
koninklijke huisapotheek te expose^
Met prins Bernhard aan het
doornemen van stukken.
ren. En zwijgen was voor haar zo
iets van haar zelf als zwemmen tot
het vis-zijn behoort. Als zij één ding
kon, dan haar mond houden. Ik heb
hier verbluffende stalen van meege
maakt."
Met grote nadruk zegt Thijs Booy, dat
de titel: „Eenzaam maar niet
alleen", van de Prinses zelf
„Op een middag deelde zij mee, dat
dit boek zo zou heten. Ik vroeg haar
toen of zij door lezing van Rilke tot
deze titel was gekomen (hetgeen la
ter velen hebben gedacht).
„Neen, van die meneer hoor ik nu
voor het eerst."
Hierna opperde ik, wijzend op nog
paar ongeveer gelijkluidende
uitspraken, dat toch wel na te den
ken viel over de schijn van plagi
aat.
„Luister u goed. Ik heb het echt zelf
bedacht en werkelijk nooit in mijn
leven zo'n uitdrukking gehoord. Ik
heb dus het recht die titel te gebrui
ken."
Een klein feit: De dag na de aankondi
ging van „Eenzaam maar niet
alleen", deed een Nederlandse uitge
ver prinses Wilhelmina een van zijn
publikaties cadeau, geheten:
„Alleen, maar niet eenz
(Eerlijk gezegd was die titel
het boek van de Prinses nog beter
geweest).
De titel die het boek kreeg, was niet
de eerste, die de Prinses bedacht.
Het lijkt me in haar geest, dat ik
een van de titels, die niet doorging,
hier noem. Die was, even simpel als
ontroerend, „Grootmoeder vertelt".
Motivering: „Het boek is voor alle
Nederlanders, maar in het bijzonder
voor het jonge geslacht en heel in
het bijzonder voor mijn vier klein
kinderen". Deze titel werd met na
me geschrapt, omdat hij geestelijk
niets zei. En het boek zou immers
een geestelijke boodschap zijn?
Het werken aan „Eenzaam maar niet
alleen" was voor Wilhelmina een
verkwikking, omdat zij zich nu, niet
gestoord door zelfaanklachten, kon
vermeien in het land van haar herin
neringen. Dit vermeien was
haar levensgang en die route moest
dus nog eens gegaan worden. Zij
zou haar „Crhistinnereis naar de
eeuwigheid" schrijven, maar in de
vorm van een Boek der Handelin
gen van een christin. En die hande
lingen vroegen dus de aandacht."
Uitvoerig gaat Thijs Booy in op de
gesprekken, die hij in die periode
met de Prinses heeft gevoerd.
Het is jammer dat er geen bandrecor
der in de kamer stond, toen konin
gin Wilhelmina met mij aan haar
boek bezig was. Wat zij in die hon
derden, vaak lange, gesprekken ge
zegd heeft, was, als vijftig jaar na
haar dood de zegels van de bandjes
waren gegaan een openbaring ge
weest. Die bandjescollectie zou uitge
roepen zijn tot een der grootste ge
tuigenissen over de eerste helft van
deze eeuw. Zij vertelde zoveel om
de ontworpen tekst heen. Zij lichtte
zoveel uitgebreid toe. Zij motiveer
de zo omstandig waarom dit en dat
niet in het boek aan de orde moest
komen.
Ik weet niet hoe vaak ik getracht heb
een chapiter, dat in deze gesprekken
behandeld was, in het boek te krij
gen en magere, broodmagere uitla
tingen wat vlees en bloed te bezor
gen, maar slechts zelden had ik suc
ces. „Ik doe het niet."
Waarom vooht ik zo voor een zwaarde
re lading van het boekscheepje?
Omdat ik meende dat prinses Wilhel
mina zoveel meer te zeggen had en
zeggen kon dan zij in feite deed en
ik er zeker van was, dat menige
mededeling, die zij niet wenste te
doen van hoge waarde was. Zij
bleef mijns inziens wel heel ver weg
van de rode lijn die zij als vroeger
constitutioneel monarch niet mocht
passeren, en zij was veel en veel te
bescheiden.
Natuurlijk leidden alle scher
mutselingen over de grenzen van
het boek een keer tot een slag. Ik
bepleitte met felle kracht dat de
Prinses haar bemoeiingen met de
Boerenoorlog in het manuscript
MAASTRICHT Tijdens
zwaar stormweer zijn zaterdag
middag een kleine personenauto
met zes inzittenden en een grote
personenauto, waarin drie men
sen zaten, op de Viaductweg met
elkaar in botsing gekomen. Drie
van de zes personen uit de kleine
wagen waren vrijwel op slag
dood. De drie anderen werden
zeer ernstig gewond. Van de in
zittenden van de andere auto liep
er een lichte verwondingen op;
anderen kwamen met de
schrik vrij.
Het ongeluk deed zich voor door
dat de grote personenauto, die werd
bestuurd door de 29-jarige J. W., in
een slip raakte en op de andere weg
helft terechtkwam, waar juist de
kleinere auto reed. Uit deze auto
kwamen om de bestuurder, de 38-ja-
rige C. A. Reiss uit Amby, zijn 41-ja-
rige echtgenote en hun vijfjarig
zoontje Carl. De gewonden zijn naar
een ziekenhuis in Maastricht overge
bracht.
Twee doden
WOUBRUGGE Op de Herenweg
in Woubrugge kwamen zaterdagmid
dag twee mensen het bejaarde
echtpaar Splinter om het leven bij
een frontale botsing tussen twee perso
nenauto's tijdens een inhaalmanoeu
vre. De 77-jarige heer Splinter en zijn
twee jaar jongere echtgenote overleden
ter plaatse. Van de vier inzittenden
van de andere wagen, afkomstig uit
Oude Wetering, werden er drie zwaar
gewond. Een tragische bijkomstigheid
is dat de overledenen juist van een
begrafenis terugkeerden.
HAARLEM Op de Kruisweg in
Haarlemmermeer is zat"
21-jarige dienstplichtige
scher uit Heemstede bij een verkeerson
geluk om het leven gekomen. De auto
waarin de heer Fiseher met twee andere
militairen zat, reed door het slippen te
gen een boom. De verongelukte militair,
die in een ziekenhuis overleed, was in
Assen gelegerd, de beide andere jongelui
in Amersfoort.
DOpRNSPIJK De 74-jarige C. Mie-
nus uit Doornspijk is zaterdagavond toen
hij per fiets de Zuiderzeestraatweg over
stak, aangereden door een personenauto.
De man werd zo ernstig gewond, dat hij
ter plaatse is overleden.
Later overleden
STEENWLJK In het Diaconessenzie-
kenhuis te Meppel is zondagmorgen de
81-jarige J. Smit uit Giethoorn overle
den. De avond tevoren werd de heer
Smit, toen hij op zijn fiets vermoedelijk
zonder achterlicht, over de Beulakerweg
in Giethoorn reed geschept door een hem
achteropkomende personenauto, bestuurd
door de heer H. D. te Wanneperveen, die
Joor een tegenligger verblind werd.
OVERVEEN Zaterdag is in het Mari
nehospitaal in Overveen overleden de
17-jange scholier Robert Hodenpijl. De
jongen liep vrijdagmorgen een schedelba-
sisfractuur op toen hij in de schoolpauze
met zijn bromfiets op een viersprong in
zijn woonplaats geen voorrang verleende
aan een voor hem van rechts komende
AMSTERDAM Het 12-jarige meisje
W. F. M. van den Hoek uit Amsterdam
zaterdag in het Wilhelminagasthuis
overleden aan de verwondingen die zij
de middag daarvoor had opgelopen bij
•erkeersongeval in de Jan van Galen
straat. Het slachtoffertje werd tijdens
het oversteken met haar fiets aan de
hand halverwege de rijweg aangereden
zou opnemen. Maar zij antwoord
de: „Mijnheer, ik kan het niet
doen. U hebt wellicht gelijk. Maar
de Meester leert ons, dat wij klein
moeten denken van onszelf. Als
het wenselijk acht, zegt u na mijn
dood maar, wat ik voor die arme
Boeren in stilte gedaan heb. Ik doe
het niet. Mijn boek 2al Christus
verheerlijkenniet de schrijfster.
Ach, mijnheer, ik schrijf geen me
moires, ik vertel ons volk van
Jezus
(Volgende keer: De film
van haar leven).
ORANJESTAD Zaterdagmiddag is
op Aruba de 21-jarige luitenant G. Dun
om het leven gekomen by een auto-on
geluk. De sportauto waarin het slacht
offer zat werd bestuurd door de even
eens 21-jarige P. J. Namink, die in een
shock-toestand naar het ziekenhuis is
gebracht. Het ongeluk gebeurde toen de
auto. die op weg was naar de kazerne
te Sta Cruz, met grote snelheid uit een
bocht vloog. De wagen kwam met rots
wanden in aanraking en sloeg over de
kop. Luitenant Dun overleed op weg
naar het ziekenhuis.
(Van onze correspondent)
BONN In CDU-kringen wordt
opnieuw overwogen, in Beieren
een eigen partij op te richten. Aan
leiding hiertoe is het eigenzinnig®
optreden van Franz Joseph
Strauss, de voorzitter van de CSU,
de Beierse zusterpartij van de Chr.
Dem. Unie van kanselier Erhard,
Er bestond tot dusver een afspraak,
dat de staat Beieren het domein van
de CSU is. Deze partij regeert met de
absolute meerderheid in de Beierse
Landdag. De vele escapades van
Strauss hebben er echter toe geleid,
dat integere CSU-ers zich niet langer
in de partij thuisvoelen. Zij zijn van
mening, dat „der Franzl" de CSU
meer schade dan goed doet.
In Bonn is men ook riet erg te spre
ken over het gedrag van Strauss. Men
beseft evenwel, dat het stichten van
een Beierse afdeling van de CDU tot
beëindiging van de samenwerking met
de CSU zou leiden. Erg innig is dat
samengaan overigens niet. Maar zon
der de CSU (en de Liberalen) zou de
CDU geen meerderheid in de Bonds
dag hebben.
Strauss heeft zijn pogingen, kanse
lier Erhard en minister van buiten
landse zaken dr. Gerhard Schroeder
het leven zuur te maken, nog altijd
niet opgegeven. Integendeel. Hij spant
de boog hoe langer hoe strakker. Geen
wonder, dat lang niet alle CSU-era
deze manier van „samenwerking" wil
len volgen. Zij overwegen nu opnieuw
een eigen partij in Beieren te stichten
om een eind te maken aan de hegemo
nie van Strauss.
IJMUIDEN De 25-jarlge schipper J.
E. Salet van het Belgische binnenschip
Ampère Is waarschijnlijk verdronken na
dat de kano, waarmee hij met rijn
vriend, de achttienjarige knecht J. M.
Kartncr nlt Maastricht, gistermiddag van
IJmuiden uit de zee was opgevaren, waa
omgeslagen. De knecht, die afkomstig is
van het Nederlandse binnenschip Junon,
kon zwemmend de vaste wal bereiken.
De binnenvaartuigen van de beide jon
gemannen lagen naast elkaar afgemeerd
bij de kalkzandsteenfabriek in de Haring-
haven van IJmuiden. Zij voeren zater
dagmiddag omstreeks een uur met een
Toeristenstroom blijft groeien
TEXEL „De Texelse veer
boten zullen volgend seizoen naar
schatting 12.000 auto's per week
moeten vervoeren, de 300 ha re
creatieterreinen in de komende
jaren tot 700 ha moeten worden
uitgebreid. Langs de duinstrook
zal de capaciteit van de verblijfs-
accommodaties belangrijk moeten
worden vergroot. Desondanks dient
het specifieke Texelse landschap
onaangetast te blijven", aldus de
burgemeester van Texel, de heer
C. de Koning, tijdens een pers
conferentie, waarin hij een rapport,
uitgebracht door de „Werkgroep
recreatie Texel", introduceerde.
Texel koestert grote plannen ter verde-
ontwikkeling als toeristenoord, maar
realisering ervan hangt grotendeels af
de medewerking, die de overheid er
aan wil verlenen.
„In het verleden hebben wij het met
slechts verspreide subsidies moeten doen
daarom zien wij thans de enorm groei
ende toeristenstroom een stijging met
20 procent per jaar met zekere angst
tegemoet. Dit valt zeer te betreuren
omdat wij juist uit de kippenhokken-
misère gekomen waren. Afgelopen sei
zoen waren we echter al weer genood
zaakt noodkampeerterreinen aan te leg
gen.. We hebben een ontstellend tekort
zieningen op velerlei gebied", aldus de
burgemeester.
Uit de verdere uiteenzetting bleek, dat
de werkgroep een ontwikkeling voor
staat, waardoor enerzijds belanghebben
den de grootste mate van rechtszeker
heid zullen hebben en anderzijds de ge
meente Texel de minste risico's loopt
haar beleid door speculanten doorkruist
te vinden. Zij acht het van groot belang,
dat de gemeente tracht de benodigde
gronden geleidelijk aan te kopen en dat
zij daarbij zo nodig niet zal schromen
om hiervoor het middel van onteigening
te hanteren. Niet alleen voor wat de
voor vcrbiyfsaccommodatle benodigde I
gronden betreft, doch evenzeer wat de
voor bebossing benodigde gronden
aangaat. Zoveel mogelijk zal getracht!
De reddingsboot van IJmuiden, die ter
stond na het bekend worden van het
ongeluk was uitgevaren, heeft met nog
enkele andere schepen de gehele middag
naar de vermiste schipper gezocht,
echter zonder resultaat.
Prinses trouwde
met hertog in
West-Berlijn
WEST-BERLIJN In
West-Berlijn is zaterdag prinses
Marie-Cecile van Pruisen (23)
in het huwelijk getreden met da
29-jarige hertog Friedrich
August van Oldenburg. Meer
dan 20.000 Wcstberlijners heb
ben van hun belangstelling blijk
gegeven. Een 40-tal prinsen en
prinsessen uit families die ver
want zijn aan het huis Hohenzol-
lern hebben de inzegening In de
Keizer-Wilhelmkerk bijgewoond.
Prinse Cecile is de dochter
van het tegenwoordige hoofd
van het huis Hohenzollern, prins
Louis Ferdinand van Pruisen.
Het paar gaat in Ivoorkust wo
nen, waar de hertog landbouw
kundig adviseur is voor het
W e s t d u itse ontwikkelingspro
gram.
JERUZALEM De regering van Jordanië wil een moderne weg aan
leggen van Jeruzalem naar Bethlehem. De kosten van deze weg, die twaalf
kilometer lang zal worden, worden op vijf miljoen gulden geschat.
Per jaar bezoeken thans 360.000 pelgrims de bijbelse plaatsen in Jordanië,
maar men verwacht, dat het er 600.000 zullen zijn. in 1970.
De doorsnee toerist of pelgrim „doet" Jordanië in drie dagen, genoeg voor
een bezoek aan het oude Jeruzalem (de kerk van het Heilige Graf), Bethle
hem (Geboortekerk) en Jericho. Door meer moderne voorzieningen hoopt de
Jordaanse regering het gemiddelde verblijf tot vijf dagen te kunnen verlengen.
Daartoe zullen ook nieuwe hotels verrijzen.
Een deel van de bezoekers overschrijdt de grens naar Israël, vooral om
Nazareth en de Zee van Tiberias te kunnen bezoeken, maar het jaarlijks®
aan accommodaties en aan centrale voor- aantal pelgrims in Israël blijft met 260.000 ver achter bij dat van Jordanië.