Dr. Einaar: „Ik heb geen lans
voor de Koningin gebroken"
Wie is dr. Jo
zondagsblad
Nieuwe 'Lei dse Co uramt
ZATERDAG 20 NOVEMBER 1965
(Van onze speciale verslaggever)
DE NONNEN hebben hem een Groninger
koek gestuurd. Ontelbare mannen en
vrouwen hebben hem gebeld om te zeggen hoe
■hjn ze zijn speech in de Tweede Kamer vonden.
Een taxichauffeur, die hem door Amsterdam
reed, vertelde hem dat het eindelijk maar eens
gezegd moest worden. Uit Suriname kreeg hij
het ene lovende telegram na het andere. Kranten
in alle Rijksdelen hebben over hem geschreven
in unanieme en daarom
opmerkelijke bewonde
ring. Een volksvertegen
woordiger merkte op dat
de 420 seconden, die hij
aan het woord was, Suri
name meer goodwill heb
ben gegeven dan jaren
van propaganda ooit kun
nen doen.
lijk, ongecompliceerd en
de tong op de lippen, troont
als een grootvader in een ma
jesteitelijke stoel in zijn werk
kamer. Achter hem staat een
portret van zijn vrouw en
kinderen met daarboven de
witte vlag van Suriname: vijf
sterren, gevangen in een Eve
naar, symbool van de lots
verbondenheid der verschil
lende bevolkingsgroepen. Een
gigantische tekening van een
breedheupige Creoolse vrouw
hangt aan de muur. Zijn bu
reau is afgeladen vol met dos
siers die voor bestudering en
ondertekening klaar liggen.
„Ik heb de publiciteit niet ge
zocht", zegt hij verontschuldi
gend. „Maar nu ze er eenmaal
is. heb ik er geen spijt van. Wat
ik in de Kamer slechts heb ge
daan, is mijn gevoel laten spre
ken, hetzelfde gevoel, dat in
elke problematiek de menselijk
heid bepaalt. Ik was het hele
maal niet van plan, maar de
loop van het debat over prinses
Beatrix en Claus von Amsberg
dwong me ertoe. De redevoe
ring, die ik had klaargemaakt
strak en formeel, zo ongeveer
beginnend met de woorden:
„Ingevolge artikel 17 van het
Statuut heb ik de eer u medé te
delen" ,- heb ik opzij gescho
ven. En uit m'n hart en het blo-,
te hoofd heb ik enkele gedach
ten ontwikkeld, die mij en alle
Surinamers reeds maandenlang
dwars zitten."
Een bode komt binnen. „De
post, Excellentie", kondigt hij
aan. Hij overhandigt z'n hoogste
chef een flinke stapel brieven en
telegrammen, die de laatste met
een twinkeling in de ogen be
kijkt.
Fanmail
„M'n fanmail", verklaart de
waarnemend gevolmachtigd mi
nister. „Voor 't eerst in m'n le
ven dat ik fanmail krijg. Ik heb
al meer dan honderd brieven
van mensen liggen, die allen op
die bewuste speech inhaken.
Kijk eens naar die Groninger
koek, die daar op de boekenkast
ligt. Van nonnen in het noorden
van het land toegestuurd gekre
gen. Het begeleidend schrijven
is haast aandoenlijk."
„Wij zijn trots op onze Rijks
genoten". schrijven de nonnen
o.m., „die in uw persoon onze
kleingeestigheid op zo'n tactvol
le wijze aan de kaak hebben ge
steld."
hetwelk de Britten zo treffend hem graag vergeten en verge- nen, die buiten de grenzen hun voorbeeld worden gesteld. Het is
in de zin hebben geformuleerd: ven. Maar niet zodra zijn er uitzicht hebben verruimd, zijn er gekomen zonder bloedvergie-
„The King can do no wrong", immateriële zaken in het spel, of over 't algemeen groot. Hij ten, wat in deze neokoloniale
Omdat er geen mogelijkheid van de oude onlust wordt weer prijst de moed van zijn Rijksge- tijd wel een uitzondering is."
verdediging is, moet de Koning „kunstmatig opgeschroefd",
of de Koningin geheel buiten de
politiek worden gehouden. Alle Diplomaat
lelijke dingen, die van Beatrix
en Claus in de Kamer zijn ge
zegd, vindt hij unfair, omdat ei
geen gelegenheid was voor eer
wederwoord.
Dubbelzinnig
noten, als het om een probleem Of er iets aan te doen is het
als de rassendiscriminatie gaat. Koninkrijk-nieuwe-stijl meer le-
u!4 u,te blazen?
.Misschien wel. Door middel
Zelf is hij hier nauw bij betrok
ken geweest, toen hij in diploma-
„Ik houd me aan het aloude tieke dienst werd benoemd,
van betere acties op de scholen
bijvoorbeeld. En ook het parle
ment zou zich er in de geest
meer mee bezig kunnen houden.
Het werkt weliswaar mee aan
tingTacht, heeft Nederland" en hii- ••h;en' "w l="<i het eerste en aan het tweede
leert dat de tijd doet slijten.
Aan de Napoleontische tijd, die
de Lage Landen ook een bezet-
is in Suriname van veel grotere ders overgehouden. Ik ken Claus T*w u-ZJJn' hfbben V°°r dC ^a V5* SU"
betekenis dan in Nederland", von Amsberg; ik heb de laatste alt^d ™et standsver- rmame, maar de banden die ons
brengt hij naar voren. „Heel maanden meer dan eens met tan i-Ünmake"- h?t Jle*ïied meer an alleen ma_
merkwaardig, want eerbied voor hem gesproken. Hij is het tegen- "j g e" stand®n 1S Neder- terieel.
het vorstenhuis, en, bij uitbrei- deel van verwaand, bovendien ;en. merkwaardig land. Su- De waarnemend gevolmach-
juist van jullie geleerd. Het een diplomaat, die door zijn tt-,,* jT-c l20
stond vroeger in de litanie van opleiding een ruime horizon gen.^n^ns land
meegekre- werkelijk revolutionaire of repu-
je op 't blikeinse stromingen kan wor-
al onze gezangenboekjes. Het is heeft gekregen. Moet men hem n. °.ns 4lana z}e J.e„op 1 mixeinse stromingen Kan wor-
heel moeilijk deze diepgewortel- verwijten dat hij zich als zeven- S*™"* d.e ,erm Yer: den Besproken. U.t Paramaribo
de opvatting kwijt te raken, ook tienjarige jongen niet tegen de «Sg-j J**—*» 5?
al hebben we tegenwoordig een tirannie .van Hitier heeft verzet,
Koninkrijk-nieuwe-stijl." wat een zekere dood zou hebben
T betekend? De tienduizenden Ne-
Dr. Jo Einaar verwijt de Ne- derlanders, die hun bijna even
derlanders dubbelzinnigheid, oude kinderen
Aan de ene kant zijn zij (en ook lieten vertrekken
de Surinamers) blij dat de Ko- de oorlogsindustrie te werken, ge,lljke "Ieval op een mtellectu-
nmgin haar dochters als gewone hebben het toch evenmin ge-
schepsels opvoedt. Maar als het daan, terwijl ze er ook niet voor
om een normale zaak als de keu- zijn gestraft."
ze van een huwelijkspartner
gaat, beroepen velen zich op de Wat de waarnemend gevol-
gebezigd werd. De oorzaak hier- een lege kas. Het kleine groepje
van is dat de Creolen niet lan- van opstandigen zou dit inmid-
ger uitsluitend bevoordeeld wor- dels zijn gaan inzien en zijn
den op Jiet gebied van het onder- eisen hebben gematigd.
Glimlach
Dat was dan dr. Jo Einaar.
Duitsland wi^s' De verschillende bevol-
uunsiana i,
eel niveau, dat niet veel met dat
van anderen verschilt." Misschien ziet televisie kii
De grote grief van dr. Jo j 'f l®levisie klJ
Einaar tegen Nederland ligt op kend Nederland hem weer,
het vlak van het beleven van als de Eerste Kamer op 7 de-
sfeer en het gedragspatroon, machtigd minister van Suriname het Statuut. Volgens hem is men cember a.s. de goedkeurings-
waarin en waarnaar een prinses wel eens in de Nederlanders er zich hier veel te weinig van Wet inzake het huwelijk van
r hun mening moet leven.
Vast van wil
prinses Beatrix behandelt, zo-
VERENIGDE STATEN VAN BRAZILIË
Mijmeren
„Stel je voor", zegt hij, „dat
de Koningin zich achter het mas
ker van bijvoorbeeld een konin-
gin van Engeland zou moeten k.oppen.
verschuilen. Zou dal niet ver- Dc Nederlanders,
schrikkelijk zijn? Prinses Bea
trix wordt verweten dat ze
eigengereid is. Maar is dat meis
je nee, ik bedoel het niet
oneerbiedig niet een kind van
deze tijd? De hele moderne
jeugd is vast van wil, en wenst
een eigen weg te gaan. Waarom
Beatrix dan niet? Trouwens
en dit vergt alleen maar logisch
en nuchter denken hoe kan
iemand, die niet weet wat ze
wil, later als koningin over een
Hoewel dr. Jo Einaar begrip
kan opbrengen voor de
anti-Duitse gevoelens in Neder
land „toen het moederland
door de Duitsers overvallen
werd, beschouwden wij hen als
ergert, is de cultus van het ver- bewust dat het Koninkrijk uit
zet. Hoe verder de oorlogsjaren d"e Rijksdelen bestaat. Surina-
verglijden, hoe meer mensen en ook de Antillen sluimeren de °P de naturali-
slaan zich voor heldendaden in °f meer in het onderbewust- satie van Claus von Amsberg.
de ondergrondse op de borst. Als z'in- De jaardag van het Statuut De milde van alle Nederland
hun beweringen nagetrokken betekent aan de overkant van Se markten thuis zijnde Suri-
worden, blijkt er zelden iets van de Oceaan een steeds weer terug- namer 7ai Pr 7ittP„ Tn nlla
kerend feest, aan deze kant gaat au a»VV'
hij ongemerkt voorbij. oplettendheid glimlacht hij,
„De Nederlanders behoeven »om> als het moet, m'n stem
zich voor niets te schamen", sti- te verheffen."
Over het Koninkrijk-nieu-
we-stijl kan dr. Jo Einaar lang
en een beetje droefgeestig mij-
streerd. Goed gedaan. dr. hij het telegram weer opbergt, een onwaardige zaak. En dat ter-
Einaar, heel goed gedaan", aldus „Het gaat om een rel, een dood- wijl het Huis van Oranje op grotere vijanden dan jullie"
De Ware Tijd. gewone rel, die wij in Suriname zulk een waardige wijze bij- kan hij zich niet aan de indruk
niet begrijpen. Ik heb niet gepro- draagt de verbondenheid der onttrekken dat er met verschil-
»Zo denken wij erover", aldus beerd een lans voor de Koningin drie Rijksdelen te bestendi- lende maten wordt gemeten. Als
meren. Hij beklaagt zich erover de hoopte vertegenwoordiger te breken. De wijze van behande- gen." het om de pegulanten gaat, met
dat de Kamer met geen woord van Suriname in Nederland, als ling in de Kamer was voor mij Volgens dr. Jo Einaar is aan andere woorden: om de verdien-
over de andere Rijksdelen heeft
gerept. Alsof de Goedkeurings
wet alleen het Nederlandse volk
betreft. Alsof de Staten van Suri
name en de Antillen er al niet
hun fiat aan hadden gegeven.
Alsof het Statuut de bevoegdhe
den van elk Rijksdeel niet apart
regelt.
„Dr. Jo Einaar", leest een
hoofdartikel in het te Paramari
bo verschijnende blad De Ware
Tijd een hoofdartikel, dat
door de voorlichtingsdienst van
Suriname naar Den Haag werd
overgeseind „Surinames
waarnemend gevolmachtigd mi
nister in Nederland, heeft in de
Tweede Kamer het woord ge
voerd bij de behandeling van de
wet, welke prinses Beatrix toe
stemming moet geven met de
heer Claus von Amsberg te hu
wen."
Les
„De goedmoedige dr. Einaar
heeft de stoute schoenen aange
trokken, en die Nederlanders,
die menen tegen het huwelijk te
moeten ageren, een gevoelige les
gelezen."
„Hij vergeleek de Duitse bezet
ting van vijf jaar in Nederland
met de eeuwenlange slavernij in
Suriname. De gevoelens van
haat, die men in Nederland te
gen de Duitsers blijkt te koeste
ren, bestaan niet in Suriname
tegen de Hollanders."
„Met deze vergelijking heeft
dr. Einaar do rel in Ned«>r!«nd
heel scherp getekend, en de bela
chelijkheid ervan gedemon-
was hij er. Opeens werd tele
visie-kijkend Nederland verrast door
een bebrilde, met zuidelijk temperament
orerende spreker in de Tweede Kamer.
Het was op woensdag 10 november jl.,
toen de goedkeuringswet inzake het
huwelijk van prinses Beatrix aan de
orde was, zomede de wet op de natura
lisatie van Claus von Amsberg. Zeven
minuten lang hield de Surinaamse Ex
cellentie met de reeds grijze haren kij
kers en luisteraars ademloos in zijn ban
gevangen.
Waarom? Omdat hij als Rijksgenoot
dat nog niet met goud kan worden be
taald.
Dit zei dr. Jo Einaar, waarnemend
gevolmachtigd minister van Suriname,
o.m.:
„Als er reden was een hekel aan
iemand te hebben, dan zouden we het
na driehonderd jaar slavernij aan u
moeten hebben en niet u aan Claus."
„Ik ken de Hollanders door en door,
van Groningen tot Maastricht. U ziet de
zaken niet in grote, maar in heel kleine
lijnen."
„Waarom mogen die twee meisjes
Irene en Beatrix niet de man kiezen,
de Nederlanders, die hij zo goed kent, die zij liefhebben? Ik ben er zeker van
de spiegel voorhield. Omdat niemand
van het grote publiek hem ooit eerder
dat verschillende mensen in de Kamer
hun eigen kinderen niet meer onder
had gezien, en zijn première voor tele- controle hebben, als deze een meisje of
visie en radio tevens zijn première in een jongen hebben."
de Tweede Kamer was. Omdat hij voor
zichzelf en voor het bij het Koninkrijk
Dr. Johan Friedrich Egbert Einaar
„ik voel me nog als een vijftiger"
behorende Suriname voor de meeste hoopt op 1 januari a.s. de leeftijd der
Nederlanders helaas een ver en vaag sterken te bereiken. Zeventig jaar ge-
begrip een imago wist op te bouwen, leden werd hij in Paramaribo geboren
als zoon van een door de Broederge
meente (Hernhutters) opgeleide zende
ling. Zijn grootvaders en grootmoeders
waren slaven; ook enkelen van zijn
ooms en tantes hebben de slaventijd nog
bewust meegemaakt.
Na enige tijd in Suriname onderwij
zer te zijn geweest, vertrok de toen 23-
jarige Jo Einaar naar Nederland. Het
was vlak na de Eerste Wereldoorlog
(1919), en in Amsterdam volgde hij de
eerste openbare handelsschool.
Omdat hij z'n eigen kost moest ver
dienen, was hij jarenlang als inspecteur
van een levensverzekeringmaatschappij
werkzaam. In 1927, na een collegium
doctum, ging hij in Leiden studeren,
ongeveer gelijktijdig met koningin
Juliana. Met veel ontzag spreekt hij
thans nog over zijn leermeesters: Colen
brander, Huizinga, Josselin de Jong en
anderen.
Het geschiedkundig proefschrift,
waarop hij in de jaren dertig promo
veerde, draagt als titel: Het Engelse
tussenbestuur van Suriname (1804
1816). Vlak voor de Tweede Wereld
oorlog keerde hij naar zijn geboorteland
terug.
Na de krijgsjaren vestigde dr. Jo
Einaar zich als leraar in de Verenigde
Staten. Hij werd de eerste Surinamer,
die in Nederlandse diplomatieke dienst
trad, en kreeg ten slotte een opvallende
plaats ten burele van de permanente
missie bij de Verenigde Naties.
In 1960, 65 jaar oud, werd hij gepen
sioneerd. Hij verwisselde New York
echter niet voor Suriname, maar voor
Nederland. In Den Haag werd hij kabi
netchef van de gevolmachtigde minister
van Suriname, een functie, die later
werd omgezet in die van adviseur.
Door de vroegtijdige dood van zijn
opvolger werd dr. Jo Einaar het vorig
jaar opnieuw tot kabinetchef benoemd.
Niet lang daarna werd de man, die de
Nederlandse verhoudingen als geen an
dere Surinamer kent, met de waarne
ming belast van de open post van gevol
machtigd minister van Suriname.
In deze dubbelfunctie zit de in Am
sterdam wonende Excellentie thans in
een grote villa aan de Alexander Gogel-
weg in Den Haag. Hij heeft twee kinde
ren: een zoon, die nog studeert, en een
dochter, die bij het Tropeninstituut
werkt. Als alles volgens de plannen ver
loopt. trekt de bijna 70-jarige zich het
volgend jaar voor goed uit het open
bare leven terug.