TOO VERGEET HET MAAR: ALLEMAAL BLUF Ti Tien voor Marianne prikt in ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte - ruimte ruimte ruimte ruimte - ruimte - ruimte~-TuTmuFf ruimte'<rïïïmte - rvfmj 99 «loor BRAM OOSTERWIJk Je kent ze, de jongens, die als de militaire dienst ter sprake komt, schouderophalend zeggen: „Daar heb ik me uit gekletst" (er klinkt meestal een wat min der parlementair woord). Je kent ze, de jongens, die na enige tijd in dienst te zijn geweest, plotseling weer burger zijn en dan geheimzinnig glimlachen en slechts hun allergrootste vrienden (en vriendinnen) fluisterend toever trouwen hoe het ze is gelukt uit die dienst ontslagen te worden. Je kent ze, de jongens, die nog voordat ze zijn gekeurd als hun mening ten beste geven: „Ha, ha. niks voor mij, als ik dit of dat doe zien. Mij pakken ze niet. Want 'en dan volgt een lange rij namen) is het ook gelukt. Vergeet het r allemaal bluf. AAKT is dje Japanse en haar lichaam omstrengeld door een rood- I groene, stekelige draak. Loskomen kan ze onmogelijk en elke avond kr kijkt ze vanuit haar lijstje aan de muur neer op de zeelui die armen of borst ontbloten. Heel zelden kiezen ze haar. Ze is te omvang rijk, wellicht te afschrikwekkend, voor velen stellig te kostbaar. Zo'n „bonk vlees" in een huid prikken is een langdurig karwei. De klanten doen het meestal met minder: kleinere ontklede vrouwen, zeilschepen, bloemen, harten en namen van geliefden. Figuren in levend menselijk vlees. „Tattoo Dick" (34) prikt z'n produkten erin, avond aan avond. „Sailor's Grave" op de ruige borst van een stoker die aan z'n twintig ste tatoeëring toe is, „Finland" op de dunne, schone arm van een vijftienjarige dekjongen, maar ook wel een naam of een niet thuis te brengen teken op het bovenbeen van een bankdirekteur. Als de havenkranen niet meer draaien en de avond valt over Rotterdams rosse buurt Katen- drecht komen de mannen de „Tat too Shop" van Dick van Oost binnen. Hij gaaien oude bekenden die er wéér de stad („vooral één komen halen of stellen het end"), ketelbinkie, dat kauwgum malend langs de wanden gaat om zijn keus Vijf lllll* te maken, gerust Ook is hij nu eenmaal zeeman en dan behoor je getatoeëerd te zijn. doet er niet aan mee en weigert eeuwen ingeburgerd zijn. Als zijn naald te zetten op li- eerste schijnt ontdekkingsreizi- i i.j„ ger Cook de „tattoo" te hebben chaamsdele,, dm met door kle- "afgekeken M»„ de Maori ding bedekt kunnen worden. fJieuw-Zeeland, die inkervingen Tenminste, hij tracht zijn „pa- op hun lichaam iets heel nor- tiënten" daarvan te overtuigen, tnaals vonden. Ze werden er t met hamer en vlijmscherpe b-ei- Moor er zijn r bij die met eon ingeslagen en opgelmr,d met de wijs te brengen zijn. „Om ze verj_ yaak ontstonden op die kwijt te raken, doe ik het dan manier de vreselijkste verwon- maar, maar niet graag". dingen en misvormingen. Dui zenden Maori's moeten dan ook (soms een enkele onder het tatoeëermes het leven 0 van allerlei slag krijgt hij hebben gelaten. Eind oorige zich. Meestal buitenlanders, botter »eU"*""e. Dp bewerking is verfijnd, de bleven. Onvoorstel- het aantal mensen _.0__*n tatoeëring heeft het week- zitten. Vooral in Engeland, daar bestaat zelfs een club van getatoe- eerde mensen. Maarschalk Montgo mery is een getatoeëerde en ook koning Edward VII had op zijn arm enkele tatoeëringen. Mannen l vrouw begroe- ken op die jongens"), oojj versiering gebleven. ..Tattoo Shop" is het steeds vprrewez Als hii wil kan hii elK* kunnen ze terecht: San Francisco, verreweg. Als hij wil kan hij elke r.q de Janeiro Hongkong of Rot- nacht tot vijf uur doorgaan, t terdam. Nonchalant of hyperner- Gebeurt wel dat er vier, vijf zitten veus: ze blijven komen, al is het te wachten, te kijken naar de vijf uur in de nacht. Ook op j Katendrecht, bij „Tattoo Dick naald die knetterend z n werk c" J Waarom zetten ze deze niet terug te nemen stap? De meesten van hen kunnen dat mét „Tattoo Dick" niet precies zeggen. Ergens begrijpt de tatoeëerder het zelf niet. „De een heeft de smaak van plaatjes te pakken, ei zioh eenzaam zonder buurt, weer een ander wil stoer doen. Ook kan een perverse aanleg elektrische apparaten, handdoeken, de basis van een tatoeëring zijn", waskommen en tekeningen, zegt hij. Op dc ongespannen huid zet hij ANQlHj met overdrukpapier de gewenste tatoeëring, om de proporties niet Bij de aflevering over de gilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll'^ floor I AAI» BEGEMAW ^iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiimiiimmiiiiiiiiiii^ simpele mededeling bij keuring, of later in dienst is „voldoende". De militaire artsen sturen dergelijke gevallen naar specialisten en dan zakken simulanten al gauw door de mand. of... dan blijkt dat de jongens karaktereigenschappen (of fouten) hebben die ze ongeschikt maken voor de dienst. Natuurlijk kan er bij het grote aantal keuringen wel eens iemand doorslippen. Maar zij die het wer kelijk is gelukt door simuleren artsen, doktoren en psychiaters om de tuin te leiden met woorden of door daden zijn niet bekend. Deze mensen bazuinen het niet rond. Men neemt echter aan dat hun aantal is te verwaarlozen. Typisch vinden onze woordvoer ders het dat vaak dc eerste keu ring (officieel: inkeuring) oké is. De geestelijke moeilijkheden blij ken in vele gevallen pas als de jongens enige tijd in dienst zijn. En verder het feit dat de instel- Vooral de aanpassingsmoeilijk- ling van de mannelijke jeugd heden nemen sterk toe. „Je kunt tegenover de militaire dienst in niet iedereen in „Austerlitz" opne- toenemende mate negatief is als men. De dienst is geen verpleegin- gevolg van het hele tijdsbeeld, en dan bedoelen we nog niet eens de principiële bezwaren. Hieruit zou je kunnen afleiden dat er veel adspirant dienstplichti gen „tussen de mazen" door glip pen. Een gesprek met enkele mili taire artsen en psychiaters leert Hoewel je er nooit helemaal achter zal komen, de dienst laat, omdat het medische geheim is. nooit iets los en de betreffende jongens zullen het ware ervan ook nooit vertellen, kun je er van op aan dat zij die dit beweren „ge woon" zijn afgekeurd. Misschien reeds bij de eerste keuring, vaker als ze al enige tijd „onder de wapenen" waren. De grote mond. de bluf, moeten de juiste redenen van afkeuring verbergen. Tientallen Voorop gesteld moet worden dat er jaarlijks 130.000 tot 150.000 keuringen worden uitgevoerd en dat er tientallen redenen zijn waarvoor, je afge keurd kan (en moet) worden. richting, noch sanatorium of her. stellingsoovd". De toenemende aversie tegen de dienst komt. volgens de militairen w aarmee wij sprakon, onder meer door de grote vrijheid die de jeugd van nu geniet en de ruime financiële middelen waarover zij beschikt. En dan komt daar plotse ling die dwang en dat strakke leven... De aanpassingsmoeilijkheden, en bij ernstige gevallen ontslag uit de dienst, liggen dan voor de hand bij geestelijk niet al te sterke knapen. Maar door dit if.chts te simuleren en dan de dienst uit te komen of te blij ven. nee, daar geloven we niet in. En al die grote monden? In de meeste gevallen zijn die „mannen" afgekeurd, ongeschikt verklaard. Die zeggen: „Wij krijgen die verhalen ook wel. meestal in een bepaalde tijd van het jaar. Ze bereiken ons via vrienden en buren die boos zijn dat ze zelf (of hun zoontjes) wél in dienst moe ten. We hebben die gevallen vaak opnieuw onderzocht, zelfs in op dracht van de minister van defen sie. Steeds blijkt: afgekeurd op echte feiten. Helemaal ongeschikt voor de dienst, soms met S 5 'geestelijke labiliteit in de ergste vorm). En daarmee loop je in de burgermaatschappij niet te koop, hoewel een militair S .5 niet in houdt dat de betrokkenen niet zouden slagen in de burgermaat schappij". Het afkeuren op andere dan lichamelijke redenen gebeurt meestal om karaktereigenschap- „Weet u dat het voor ons al vaak een reden tot afkeuren is, als iemand simuleert. Er is vaak al iets mis als men aan simuleren gaat denken en zeker als men zegt te zijn. of er voor zorgt het te De schoolgaande jeugd van Nederland heeft het verhaal Blues van Marianne van Raay als beste bijdrage van de pocket „Een tien voor de tieners" beoordeeld. Vanavond ontvangt Marianne in het Amsterdamse RAI-gebouw tijdens het jeugdboekenbal, dat in het kader van de Nationale Boekenmarkt wordt gehouden, de „10 voor de 10-ers prijs 1963", een boekenbon, die de schrijver Michel van der Plas haar zal uitreiken. i EX-REDAKTRICE VAN RUIMTE KRIJGT PRIJS j doet. „Tattoo Dick" hanteert hem ander voelt a]s een balpen en boort driedui zend gaatjes per minuut. Als een dokter zit hij te midden „Tattoo Dick" kent mensen die van hun voorhoofd tot i het uiteinde turn hun grole teen "it het oor Ie verliezen. Dan trekt dapjpört dag tussenuit ge il april j.l. volzitten („ze lusten er wel hij het vlees glad en razendsnel rubriek deed zich het merk- pap van"), 't Zijn echter geen Vult de naald de minuscuul kleine, waardige feit voor dat ik klanten van hem. Vaak hebben anderhalve millimeter diepe gaat- stukje, dat „mij versloeg' zij zich stomdronken in een jcs. Als dc contouren er staan, eigen visie niet kon terugvinden. Aziatisch tatoeëertentje voor veel geld laten bewerken. Of ze zijn volkomen geestesziek. Hij Persoonlijk xv-LekkerUnd In je gedicht messet scherven, bijlen e brief ik hoop dat je er zachtzinnig uit. De regels zijn wel leuk en i gedachten. Tussen haak je m-daad al gedaan?) A. P.. Rotterdam Graag ontvan gen wij een rijmpje van Je. dat bij een veertienjarig meisje past. B. v. d. B.. SHedrecht Sober gedicht over een sober onderwerp. Een goede compositie. De bijdrage >i nij nog werk waarin hij inder daad een „dokter" is: wijnvlekken weghalen. Het is hem reeds meer malen gelukt mensen van deze verschrikkelijke ontsieringen af te helpen. Wat medici dikwijls niet konden, bereikte hij na maanden uiterst minutieus prikken. In plaats van kleuren, ontkleurt hij In het buitenland ligt di.t anders. Bij het jeugdtoernooi in Zürich deze vorig jaar schaakte ik bijvoorbeeld ïp zondag niet. Mijn kamer deelde ik met de Deen Jakobsen. 's Zon dagsmorgens ging ik naar de kerk iets wat bijvoorbeeld in Belgra do al niet mogelijk is. Daarna gingen we gezamenlijk eten in het hotel, waar ook werd geschaakt. Ik trok dan met de andere spelers op of ik besprak met Jakobsen welke opening hij zou spelen. Als de wedstrijd begon, trok ik me terug. Na afloop aten we gezamenlijk. Kwam ik te vroeg ik kwam te vroeg dan maakte ik de laatste fase van de strijd zelfs nog mee. Drie keer raden waarover het tafelgesprek ging. Op onze kamer liet Jakobsen mij z'n partij zien. Waarom had ik niet meege speeld? Was het niet een beetje onzin? Ik voelde dat de spelers het ook niet best begrepen, al hoorde ik niemand erover. In het buitenland doe ik nu op zondag weer mee. Je bent geheel in het toernooi be trokken. omdat je in de sfeer blijft. In Nederland kan ik de zondag altijd wel elders doorbren gen. Buiten de vertrouwde vader landse grenzen geldt dus voor mij geen andere moraal. Er zijn wél andere situaties. S. de B.. Vlaardlnjen Ondanks e twee vroegere geesteskinderen, villen wij aan deze poezenietjes roorbij gaan vorden de vlakken geel. groen. Het ging over het feit dat ik rood, bruin of blauw gemaakt. Tot Nederland niet en in het buiten- slot dan het „fijne werk". Voor el- ian(j wèi 0p zondag schaak, schrijft ke kleur een aparte naald. Dan een Coen Zuidema ons. stuk vloeipapier en een reep plak band. De volgende dag er af en de korst kan groeien. Na een week. tien dagen is de wond genezen en is de man of vrouw gebrandmerkt voor altijd. Zeven jaar tatoeëert Dick van Oost, na het vak geleerd te hebben bij iemand uit de buurt. Hij begon ermee toen hij als dameskapper niet vond wat hij dacht te vinden. Min of meer keerde hij daarmee terug tot het vak dat hij had geleerd. ..Tattoo Dick" heeft zes Jaar Rotterdamse Kunstacademie in z'n zak. Hij was dekoratieschil- dcr bij een reclamebureau en later zelfstandig kunstschilder. In de slechte jaren: havencontroleur. „Dokter" „Een ieder moet voor zichzelf uitmaken of hij of zij op zondag sport beoefent", stelt Gerard de Haan (17). ..Ik sta er echter ver steld van hoe Coen Zuidema met zijn geloof omspringt. Aan zijn opmerking „In het buitenland schaak ik wel, in het binnenland schaak ik niet op zondag" zou ik de tekst willen verbinden „Men moet geen twee heren dienen". Zuidema voert weliswaar omstan digheden aan die ik goed begrijp, de mond: „Dit compromis bevalt maar hij is desondanks-niet conse- me voortreffelijk". Hoewel ik ook quent." met diverse andere passages niet De heer L. van Schelven uit Rotterdam wreef zijn ogen uit, ;oen hij het artikel „Doe jij mee op zondag" onder de ogen kreeg, zeker .De pagina „Ruimte" wordt rui mer en ruimer. Deze ontwikkeling wed- 'ie^> met toenemende verbazing iI gevolgd. Nu zijn we dan zo ver gekomen dat de zondagsheiliging op de helling gaat. En niet een de lange tegenwerkte, ook niert omdat de bee.^.e', Maar helemaal en totaal. spelers protesteerden, maar omdat "Wf. Jwa wlJsl}e.'d het veen zin had van dle knapen en dat ene meisje. ?«n zin naa. En; WIrn] onze vadertn toch Tatoeëren: Romantiek of per- pen toernooj jn Nederland oliedom om al die heerlijkheden te versitcit? Zeker is dat bij wes- ben il{ 's zondags thuis of bij willen missen terwille van de zo- terse zeelieden dergelijke li- kennissen in de omgeving en kom genaamde zondagsheiliging. Neen. chaamsversieringen al zo n tiuee ik 's maandags weer terug. Dan dan zullen wij de kerk-van-de- houding op dit pui een vleeskleurige verfsoort, verbazingwekkende resultaten compromis heb bedoeld geeft. Zulke mensen behandelt hij niet als halfslachtig ervaar meestal onder narcose in een zie- Mijn gedragslijn: „Geen kenhuis. Niet ,U«» omda, zoiets. strijden op zondag" btert eerder ook toekomst eens laten zien hoe het kan en moet." „Gerben (21) is van mening dat kerk en zondagssport best sa mengaan. Gerben is „ge-re-for- meerd". Stien (26) is ook al een ware vertegenwoordigster van de kerk. „Het is geen keuze geweest tussen God en sport". Een kleurlo ze keuze. Klaas (30'» doet niet mee op zondag. Nee. niks hoor. Maar voor de rest. Nou en of! Zondags echter gaat het afgodje op zolder tot morgen. Want „morgen" is het... eh. maandag". Dinco (22) maakt het niet zo bont. Hij denkt er ernstig over niet meer in de competitie te spelen als de volley bal-competitie naar de zondag wordt verschoven. Welwillend, nietwaar? Wat een goeierd. „Jan (29) legt zich eveneens beperkingen op. In het betaalde voetbal moet je van die lange reizen maken en dan kun je niet naar de kerk. En wie dat anders ziet. met een schema en zo, be grijpt het diepste wezen niet. Wat (Naschrift ruimte-redaktie: De heer Van Schelven heeft de bedoe ling van deze reportage niet hele maal begrepen. Niet in het geding Is de vraag of sportbeoefening al of niet wenselijk is. Centraal stond ditmaal de vraag of bij sportbeoefe ning de 7.ondag in competitie-ver band mag worden gebruikt. Daar over wordt verschillend gedacht, hetgeen in de gesprekken tot uiting kwam. Hoewel het een ieder vrij is in deze een eigen mening te hebben, leek bet de ruimte-redaktie goed met deze zes openhartige gesprekken een bij drage tot bezinning te leveren.) De heer B. Wagter uit Den Haag is het met Dinco van der Stoep eens. „Het al of niet sporten op zondag is geen probleem". Het ..waarom" echter verschilt. Dc heer Wagter is van mening dat de ruimte-redaktie de ruimte moet besteden om de jeugd bij te brengen dat Jezus Christus de zondeloze zonde werd voor alle mensen, dat Hij de zonde-straf droeg aan het kruishout, dat hij op de eerste dag der week uit de dood opstond om ons te verlossen van het loon der zonde, de dood Indien dit ons persoonlijk geloof is. gaan onze gedachten steeds weer uit naar Hem, die ons kocht en verloste. Wij zien uit naar Zijn Wederkomst om de plaats, die Hij thans bereidt voor hen die geloven in Zijn verzoenend lijden en ster ven. in te nemen. De sport op zondag is in dat geval geen pro- „Kerk en Zondagsport moeten elkaar niet aanvallen. Zij moeten elkaar eerbiedigen", is de mening van dc heer P. A. van Wijk. Hij ziet het sluiten van de sport complexen als een ramp. „Want het is niet te verwachten dat alle sportlieden ineens naar de kerk zullen gaan. Integendeel de enige oorzaak van het winnen aan belangrijkheid van de zaterdag- sport ligt in het feit dat de zondag meer en meer als recreatiedag wordt gebruikt." BOKSEN Wim Michielsen uit Rotterdam zou het toejuichen dat de eisen in de bokssport scherper werden ge steld. Maar ook dan kan hij het boksen nog niet als een tak van sport zien. „Slaan is eerder een teken van onmacht dan dat het een sportieve prestatie is", vindt hij. „OOM PIET" De verbitterde woorden van verzetsman „Oom Piet" Doelman uit Naaldwijk hebben tal van reacties losgemaakt, enerzijds ge tuigend van begrip en meeleven, anderzijds sprekend van afkeuring. Oud-OVW-er K. de Munnik uit Hoek van Holland veronderstelt, dat „Oom Piet" zeker dankbaar- lang maakte zij deel uit van de redaktie en schreef zij voor de jongerenpagina in het Zondags blad. De redaktie van De grote klok, de schoolkrant van het Christe lijk Lyceum Zandvliet te 's Gra- venhage, smeekte zoals dat bij schoolkranten gebruikelijk is om kopy. Marianne, die toen zestien was en in de vierde klas van het gym zat, leverde de Blues. De redaktie van De grote klok De goede lezer van ..Ruimte stuurde het verhaal twee jaar voor ons" zal zich Marianne ze ker nog herinneren. Vijf jaar y.., heid zal hebben ondervonden van de mensen, die hij in de oorlog uit handen van de bezetters heeft gered. Bemoedigend voegt hij er aan toe: „Als overtuigd christen kent u de volgende woorden: vergader u geen schatten 'eer) op de aarde, het is al ijdelheid". „Dat deze man, die zoveel voor het verzet heeft gedaan, waarvoor alle hulde, verbitterd is. is wel te begrijpen, maar ik vind het echt niet stijlvol van hem om dit via de krant nog eens allemaal te „spui en". Als jongere verwacht je van een oudere meer van de wezenlij ke waarden, waarvoor deze zelfde heer D. immers zijn leven in de waagschaal heeft gesteld. Laat toch alsjeblieft op 5 mei de dankbaar heid allesoverheersend zijn", zo schrijft zuster J. Scholtens uit Loosduinen. Mejuffrouw Fr. C. Boer uit Naaldwijk vindt de teleurstelling van „Oom Piet" n*et op haar plaats: „Is het geen heerlijke ge dachte. dat God, mede door uw toedoen, ons die bevrijding heeft gegeven!" En: „Veel haat, die wij in ons leven ervaren, komt voort uit jaloezie. En als u eens een enkele keer uzelf hebt laten gaan, dan zullen zij, die zichzelf als mens kennen, u dit gaarne vergeven." De brief van P. Marbus uit Den Helder veroordeelt de uitlatingen van de oud-verzetsstrijder: „Wat „Oom Piet" zegt was niet de geest van 4045". K. P. Penning (oud-edt. BS en hoofdbestuurslid van de Stichting V940—1945) en J. G. de Ridder (oud-medewerker LO) uit Honse- lersdijk vergissen zich. als zij veronderstellen, dat het verhaal van „Oom Piet" kenmerkend is voor dc geestesgesteldheid van de Westlandse verzetsstrijders. „Oom Piet" heeft uitsluitend over zijn eigen teleurstelling gesproken. Een functionaris van een over heidsdienst, zelf oud-verzetsman, vond „Oom Piet" ten voeten uit getekend. Hij stelde, dat onheuse opmerkingen aan het adres van de Naaldwijkse tuinder veelal worden ingegeven door jaloezie. Tenslotte: een avond lang heb ben wij in Vlaardingen gesproken met drie oud-verzetsstrijders, die nauw hebben samengewerkt met ..Oom Piet". Zij waren gebelgd over de opmerking, dat hij geen kameraden uit de oorlogsjaren meer heeft. „Wij zijn nog steeds zijn vrienden", verzekerden zij. later naar Nijgh en van Ditmar, uitgever van de pocket, waarin een keuze wordt gemaakt uit wat in een bepaald cursusjaar is verschenen in de Nederlandse schoolpers. In het boekje zit een kaart, die de jonge lezers uitno digt een voorkeur uit te spreken voor auteur en bijdrage. Marian ne kreeg de 10plus voor het verhaal, waarin zij treffend de sfeer tekent van een meisje dat een (eerste?) liefde kapot ziet gaan. Marianne DommerholtVan Raay is vorig jaar getrouwd en studeert thans Nederlands te Leiden. Wat zij met de boeken- bon gaat doen? Ze denkt aan werken van Sartre, de 'autobio grafie van Simon de Bauvoir, teksten van de Franse chanson nier George Brassens, aan Vest dijk en het complete werk van Willem Elsschot. P. A. Prins uit Bleskensgraaf haakt in op de naar zijn smaak „opmerkelijk negatieve mening- van de rooms-katholieke journalist Frans J. van der Heijden over de viering van de bevrijding. „Twee historische perioden stelt hij te genover elkaar: de Tachtigjarige Oorlog en de jaren 40—45. Wan neer wij beide feiten tegen elkaar afwegen, zal de schaal doorslaan naar de geloofsstrijd van onze voorvaderen. Een nieuwe belang stelling onder de jeugd én de oude ren voor objectieve lectuur over de wording van ons Koninkrijk is zeer te wensen, opdat de achter gronden van het verachten van 's lands historie wordt onderkend. Daarom: bevrijding 1568—1648 nooit verleden tijd!"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1965 | | pagina 18