Hobbyist helpt vliegtuigwrakken
uit oorlog zoeken
ZONDAGSBLAD
zaterdag is mei 1965
Nieuwe Leidse Comrarat
16000 TOESTELLEN STORTTEN
I BOVEN ONS LAND NEER 1
dan heel vaak het treffen met
de vijand. De Duitsers hadden
ren groot aan'al nachtjagers in
Nederland gestationeerd. Mes-
serschmits 110 en Junckers 88,
die steeds startklaar werden ge
houden. Overal stonden ze: op
Leeuwarden, Deelen, Twente,
Venlo, Schiphol, Soesterberg eu
Gilze Rijen. Zodra de squadrons
door de kustwacht waren gesig
naleerd stegen ze op. Bij de
luchtgevechten, die dan in het
nachtelijk duister volgden, zijn
vele vliegers gesneuveld en is
een groot aantal bommenwer
iteeds opmen vult luchtvaar tenlhousiust Zwanenburg z,,n lijsten aan.
Elk oorlogsdrama in de lucht stunt nu genoteerd.
(Van een onzer
verslaggevers)
Boven nederland
zijn tijdens de laat
ste wereldoorlog een
slordige 6000 vliegtuigen
neergestort. Britse (het
meest: 2500), Ameri
kaanse, Duitse en Neder
landse. Een groot deel
van de wrakken is ge
ruimd, maar nog vele
honderden moeten er
liggen. In het water of
in de grond.
In zijn woning aan de
Baarnse Schaepmanlaan,
legt de heer G. J. Zwanen
berg (37) burgerambte
naar bij marine lange
lijsten op tafel. Lijsten met
vliegtuigtypes, registratie
nummers en namen. Vele
namen. Van vliegers, die het
slachtoffer werden van Duit
se nachtjagers of moordend
afweergeschut. Een deel van
hen is gevonden en in ons
land begraven, een deel ook
is vermist. Hoe groot hun
aantal is kan de heer Zwa
nenburg niet schatten, maar
het zijn er velen.
De luchtoorlog. Het is- de
grote hobby van de Baarnse
marineman. En in de jaren na
de oorlog heeft hij er zich zó in
gespecialiseerd, dat hij deskun
dige is geworden, een specialist,
aan wie zelfs door de Konink
lijke Luchtmacht graag en nooit
tevergeefs om advies wordt ge
vraagd. Als gegevens moeten
Nvorden verzameld over een in
~"dcNO-polder gevonden vlieg
tuigwrak, bijVoör<bëbld of kis
ergens in het land resten van
een gemitrailleerd toestel wor
den gevonden. Dan gaat hij zijn
archieven na. Datum van neer
storten bekend? Squadronnum
mer? Nummer van het vlieg
tuig?
Welhaast feilloos geeft hij
dan verdere bijzonderheden.
Over de bemanning. Namen van
de crew, namen van hen, die al
gevonden en begraven zijn en
namen van de nog vermisten.
Archief
Luchtvaartenthousiast was de
heer Zwanenburg al vroeg. Al
op 12-jarige leeftijd kende hij
alle toen bestaande vliegtuigty
pes uit het hoofd en bezat hij
een archiefje. Dat archief js in
de loop der jaren enorm uitge
breid. In de oorlog begon dat.
Elk vliegtuig, dat bij zijn woon
plaats Harlingen neerstortte, re
gistreerde hij. En in het Wad
dengebied zijn er in de oorlog
vele verloren gegaan.... Bij elke
raid naar Duitsland vielen er
nieuwe slachtoffers. De heer
Zwanenburg: het Waddengebied
en het IJsselmeer lagen juist in
de aanvliegroute van de geal
lieerde bommenwerpers. Over
de kop van Noordholland vlo
gen zij naar hun Duitse doelen.
En juist boven het water volgde
park de resten aan van een in
de oorlog neergestorte Britse
Lancaster-bommenwerper. De
luchtmacht nam direct contact
op met de heer Zwanenburg,
die aan de hand van zijn ar
chief wist, dat bij deze ramp
drie lijken waren geïdentifi
ceerd en begraven. Omdat de
crew van de Lancaster steeds
uit zeven man bestond, moesten
er in het Amsterdamse park dus
nog vier stoffelijke overschotten
liggen. Toen men verder groef,
bleek dit inderdaad juist te
De voorspellingen van de
heer Zwanenburg kwamen ook
uit toen vorig jaar bij Opheus-
den in de Betuwe het wrak van
een Hallifax-bommenwerper
werd gevonden. Daar kan nie
mand meer inzitten, zei hij. alle
bemanningsleden zijn al begra
ven. Men vond inderdaad alleen
rnaar staalresten.
De meest recente zaak, waar
bij de heer Zwanenburg is be
trokken: de oorlogsvliegramp bij'
Zwolle, die 20 jaar na de be
vrijding tot een internationale
rel dreigde te worden. Die rel
gold de twee omgekomen pilo
ten van twee RAF-Spitfires, die
tijdens een bombardement van
het Zwolse stationsemplacement
door de Duitsers werden neerge
schoten. Een van de lijken werd
toen direct geborgen, het andere
niet omdat het. vliegtuig zich
vrijwel geheel onder de spoor
baan Kampen-Zwolle had ge
boord en berging veel geld zou
kosten. Afgelopen week heeft
meri het toestel echter tóch moe-
lèn ojpruimen, omdat stemmen
waren opgegaan dat destijds de
namen van beide vliegers zou
den zijn verwisseld. De inmid
dels hertrouwde weduwe van de
Belgische RAF-piloot Henri Tay-
mans had vorig jaar al beweerd,
dat het in Brussel begraven
stoffelijk overschot niet dat van
haar man was. maar dat van de
Tsjechische RAF-vlieger Otto
Smik. De 36-jarige Zwolse werk
student Zomerdijk had haar dat
bezworen. Htj was erbij geweest
toen het vliegtuig neerstortte en
had toen ontdekt, dat de gebor
gen Spitfire niet die van Tay-
mans was. Hoewel men in lucht
machtkringen aanvankelijk wei
nig waarde hechtte aan deze be
wering, was men wel verplicht
een onderzoek in te stellen. Ook
al omdat aan het geval zelfs bui
ten de grenzen publieke bekend
heid was gegeven.
macht begonnen met het graaf
werk om een antwoord te vin
den op de strijdvraag. Het was
een kostbaar onderzoek, want
omdat het vliegtuig onder de
spoorlijn en vlak naast een sloot
lag, moesten damwanden wor
den geslagen. Maar het raadsel
werd opgelost. Eind deze week
ontdekte men, dat de Zwolle
naar gelijk had gehad: de beide
stoffelijke overschotten waren
inderdaad verwisseld
Hoe het komt, dat nu nog
vele jaren na de oorlog Tu
regelmatig vliegtuigwrakken
worden gevonden? Zegt de heer
Zwanenburg: een groot deel van
die wrakken wordt aangetroffen
bij de drooglegging van het
IJsselmeer. Die heeft men in de
oorlog natuurlijk nooit kunnen
bergen. Met de wrakken op het
land ligt dat anders. De Duit
sers ruimden meestal alleen het
gedeelte van het wrak hoven de
grond op. Alles wat er onder
zat. lieten zij liggen en gooiden
daar zand overheen. Zo is het
ook in het Amsterdamse park
gegaan: toen er eenmaal weer
gras groeide dacht niemand
meer aan het wrak.
Berging
Vermisten
Het staat wel vast dat zich in
Nederlandse bodem nog vele
vermiste geallieerde vliegers
moeten bevinden. Alleen al van
de 10.000 in Nederland begraven
RAF-vliegers zijn er tenminste
1000, die men nooit heeft kun
nen identifidérën. Daarnaast'
zullen er zich ook nog talrijke
bevinden in de niet opgegraven
wrakken. Op de Rode Kruis-
lijsten en op die van de RAF
staan zij als vermist genoteerd.
De familie verkeert nog steeds
in onzekerheid, hoewel zij geen
enkele hoop meer zal hebben.
Maar toch bereiken de lucht
macht zo nu en dan nog brieven
van nabestaanden.
Het opruimingswerk is nog
lang niet ten einde, zegt de heer
Zwanenburg, die langzamerhand
in luchtvaartkringen internatio
nale bekendheid heeft gekregen.
Regelmatig publiceert hij in
binnen- en buitenlandse lucht
vaarttijdschriften. In kranten
ook. Eén van die artikelen
een verhaal in een Harlingse
krant was nog onlangs de
oorzaak van een onverwachts
contact met nabestaanden van
een in de oorlog bij Harlingen
omgekomen Canadese vlieger.
Naar Canada geëmigreerde Har-
iingers hadden het verhaal van
de heer Zwanenburg gelezen en
omdat zij goede vrienden waren
met de familie van de >n het
verhaal genoemde vlieger,
kreeg de heer Zwanenburg al
gauw contact met de nabestaan
den. Er werd gevraagd hoe de
vlieger om het leven was geko
men. Wat er precies was ge
beurd, want dat waren ze nooit
te weten gekomen.
Het gevolg is nu, dat de
dochter van de vlieger deze
zomer komt logeren bij de heer
Zwanenburg, tijdens welk ver
blijf zij natuurlijk ook een be
zoek zal gaan brengen aan het
graf van haar (vader op Ter
schelling.
Stimulans
Dat zijn van die dingen,
die je stimuleren met kracht
door te gaan, zegt de heer
Zwanenburg. Nog lang niet
alle problemen zijn opge
lost. Er zijn- nog tal van
vraagtekens. En zolang niet
alles is opgehelderd, ga ik
door. Omdat het nu eenmaal
een hobby is, maar ook om
dat het een plicht is tegen
over de nabestaanden
Boekbespreking
Mei de rcch tsjin de muorr*
door P- Wybenga, Uitgave T.
Wever, Franeker.
Ie) I
schijnen nu al enkele jaren weke
lijks verhalen uit het Friese ver
zet. die veel lezers vinden. Zij zijn
geschreven door de chef-redacteur,
de heer P. Wybenga, die onder de
staande rol in de ondergrondse
beweging heeft gespeeld. Op aan
drang van de Fryske Akademy
heeft hij twintig artikelen uit de
serie gelicht, deze vertaald of laten
vertalen in het Fries en vervo^ens
ter gelegenheid van het vierde
lustrum van de bevrijding uitgege-
In Oostelijk Flevoland uerd de vermolmde houten vleugel van een Mosquito-jachtvliegtuig gevonden.
De woestijn is niet dor, door
Dieuwke Winsemius. Uitgave La
Rivicre en Voorhoeve, Zwolle.
Israël is een land, dat vooral ook
bij veel jongeren een grote belang
stelling geniet. Het mag dan ook
geen wonder heten dat de schrijf
ster de hoofdpersoon in haar boek
een jaar in dat land laat vertoe
ven. Ellen Rutgers is verloofd met
een theologisch student. Zij ziet er
echter tegenop als domineesvrouw
door het leven te gaan. Zij vraagt
zich dan ook af of zij wel met
haar verloofde zal trouwen. Zij
gaat r.aar Israel om er te werken
en met zichzelf in het retne te
komen Zij leert onder anderen
een jonge Israëlische militair ken
nen Vooral door hem komt Ellen
Jacob is. Een goed meisjesboek,
waaruit men spelenderwijs allerlei
wetenswaardigheden te weten
komt over dit nieuwe land f»
'olz., 4.90J
Vï-V
Bij Lekkerkerk uerd een Canadees toestel uit het trater opgevist.
Dat was voor hem een be
langrijke bron van gegevens.
Gegevens, die hij later aanvulde
met informaties van de histori
sche afdelino ,<in de RAF
Daarmee kwam hij in contact
via een Britse schrijver van
oorlogsluchtvaartboeken, Ralph
Barker. Evenals deze was de
heer Zwanenburg lid van de
Engelse vereniging Air Britain
en toen Barker hoorde van het
archief van de heer Zwanen
burg verzocht hij hem direct om
gegevens voor zijn nieuwe boek
..The Ship Busters". Het was
deze man. die de Baarnse mari
neman introduceerde bij de
RAF. En dat contact is er
sindsdien gebleven. Verscheide
ne malen al heeft de Britst
uchtmacht een beroep gedaan
op de heer Zwanenburg al.-
oorlogsgebeurtenissen moestei
worden gereconstrueerd. D«
tulp werd wederzijds gegeven
De informatie, die hij van d<
RAF kreeg en de ooggetuigen
verslagen noteerde hij in ziji
archief, waarin zich al een schal
aan gegevens bevond zodat zijn
archief vrijwel volledig was.
Wrak in park
pers en jachtvliegtuigen neer
gestort.
Kerkhoven
De hobby ven de heer Zwa
nenburg was met de bevrijding
niet afgelopen. Hij zette zijn
speurtochten voort. Maar nu
anders. Op zijn fiets ging hij de
kerkhoven langs en noteerde
namen van omgekomen vliegers.
Eerst alleen in Friesland, later
overal in het land. Die tochten
werden pas beëindigd toen hij
ie officiële gravenlijst kreeg.
Op die lijst stonden alle in
Nederland begraven vliegers
mèt waar mogelijk hun
squadronnummer.
zen. Want nog steeds worden er
wrakken opgegraven. Zo trof
men bij de voorbereidingen
voor de IJ-tunnelbouw in 1962
in het Amsterdamse Volewijck-