Alles goed en u/el
Dr. Mulder gaat nieuwe
leerstoel bezetten
Nieuwe naam nodig voor
Gereformeerde Kerken?
GEZANGENBUNDEL
MIST STOERHEID
Suggestie
Evangelische
Binnenkort noodtoestand
bij medische faculteiten
Een woord voor vandaag
Geen echte eenheid
zonder gemeenschap
2
DONDERDAG 25 MAART 1965
Tot juni nog in Indonesië
(Van onze kerkredactie)
AMSTERDAM Mr. dr. D. C.
Mulder is per 1 juli benoemd tot
gewoon hoogleraar in de theolo
gische faculteit aan de Vrije Uni
versiteit, zoals wij reeds gisteren
in een deel van onze bladen be
kendmaakten. Dr. Mulder zal ge
deeltelijk de vacature, die is ont
staan door het overlijden van prof.
dr. J. H. Bavinck vervullen. Deze
doceerde onder meer de elenctiek.
In plaats van dit vak zal in de toe
komst de geschiedenis en de feno
menologie der niet-christelijke
godsdiensten worden gedoceerd.
Dr. Mulder, die zich op het ogen
blik in Indonesië bevindt, is daar de
opvolger van prof. dr. J. Verkuyl als
hoogleraar aan de theologische hoge
school in Djakarta.
Wijsbegeerte
Hij werd in 1919 in Leiden geboren.
Aan de Vrije Universiteit studeerde
hij rechten, theologie en wijsbegeerte.
In 1941 deed hij docoraal examen
rechten, in 1943 kandidaats examen
theologie en in 1949 doctoraal examen
wijsbegeerte. In 1949 promoveerde hij
tot doctor in de wijsbegeerte op het
proefschrift: Openbaring en rede in
de islamitische filosofie van Al-Farabi
tot ibn Rusd. Hij was de eerste
promovendus van prof. dr. S. U.
Zuidema.
In 1945 werd dr. Mulder bevestigd
als predikant van de Gereformeerde
Kerk te Amsterdam voor de missio
naire dienst om in 1950 naar Indonesië
te vertrekken Daarvoor heeft dr.
Mulder zich gespecialiseerd in de
kennis van de islam. Hij vertrok
hiertoe naar Brits-Indië om de lessen
te volgen aan de Henri Martynschool
of islamic studies.
Van 1??0 tot 1962 was dr. Mulder
als docent verbonden aan de theologi
sche school (sinds 1956 theologische
academie) te Djokjakarta. In 1953
aanvaarde hij een buitengewoon do
centschap aan de Staatsuniversiteit te
Djokjakarta voor het onderwijs in de
westerse cultuurgeschiedenis en de
filosofie der geschiedenis. Van 1956
tot 1961 was hij voorts als hoogleraar
verbonden aan de christelijke univer
siteit van Salatiga.
Zijn benoeming tot hoogleraar aan
de theologische hogeschool te Djakar
ta, waar hij filosofie en apologetiek
doceert ontving hij in 1962. Hij do
ceert hier tevens filosofie aan de
christelijke universiteit te Djakarta.
Elenctiek
De benoeming van dr. Mulder is van
principiële betekenis. Naar wij vernemen
zijn de directeuren van de vereniging
voor hoger onderwijs op gereformeerde,
grondslag er eerst na lange aarzeling toe
overgegaan, om binnen de theologische
faculteit een afzonderlijke leerstoel in te
stellen voor de niet-christelijke godsdien
sten. Hiermee is het vak „elenctiek", dat
prof. Bavinck onder meer doceerde,
komen te vervallen en is men afgestapt
van het standpunt, dat de Vrije Universi
teit altijd in het voetspoor van Abraham
Kuyper had ingenomen.
Kuyper stelde zich namelijk op het
standpunt, dat de godsdienstwetenschap
'die zich bezig houdt met de religie in
haar meest algemene zin) niet tot de
theologie kan worden gerekend, ook al is
de bestudering ervan voor de theoloog
van grote betekenis. De theologie neemt
haar uitgangspunt namelijk in Gods
geopenbaarde Woord en kan daarom de
niet-christelijke religies niet „onbevoor
oordeeld" onderzoeken, maar moet steeds
de vraag centraal stellen: hoe moeten wij
Gods Woord over deze religie
De situatie aan de Vrije Universiteit
was dan ook zo, dat prof. dr. Joh. Blauw
in de literaire faculteit niet-christelijke
godsdiensten doceerde, terwijl prof. Ba
vinck elenctiek gaf als theologisch vak,
dat als doel had „het ter verantwoording
roepen van de niet-christelijke religies in
het licht van Gods openbaring".
Vele gereformeerden (onder andere
prof. Bergema, die in Kampen elenctiek
doceert) neigden echter er toch toe,
hoewel zij de bezwaren van Kuyper en
Bavinck onderkenden om de godsdienst
wetenschap binnen de theologie te trek
ken met het oog op de betekenis, die zij
wijziging komen Hij onderricht ,w.-
namelijk studenten die niet-westerse so
ciologie studeren, met het oog op het
acculturatieproces.
Andermans boter op ons hoofd
meerde Kerken een nieuwe
naam kiezen? Deze vraag is de
laatste weken aan de orde geko
men in de kerkelijke pers binnen jr -■
deze kerk. Het concrete voorstel IV PI' Ir
is gedaan om de naam te veran-
deren in Evangelische Kerk (en).
Dit om verwarring met andere
gereformeerden te voorkomen en
ook omdat sommigen principiële
bezwaren aanvoeren tegen de be
naming „gereformeerd".
het in de kerk om gaat: het evangelie, de
blijde boodschap van vergeving en gena
de. alleen door het zoenoffer van Chris-
Gewichtig
De knuppel werd in het hoenderhok
geworpen door de Paaskerkbode, or
gaan van de gereformeerde kerk van
Delden. Het blad schreef onder ande-
Alsof wij zelf nog niet genoeg boter op
ons hoofd hebben, is „men" zo vrien
delijk en tegelijk gemakzuchtig (ik laat
even in 't midden wat hier de over
hand heeft) om ook andermans boter
op ons hoofd te deponeren.
Toen onlangs door de Staatkundig Gere
formeerde partij in Rijssen bezwaar
gemaakt werd tegen de intocht
Minister Bot geeft het toe:
DEN HAAG „Wanneer de
verhoogde belangstelling van eer
stejaarsstudenten voor de medi
sche studie zich in de komende ja
ren in de zelfde mate zal voortzet
ten en er is geen aanleiding het
tegendeel te verwachten dan
kan inderdaad van een noodtoe
stand worden gesproken."
Dit zegt minister Bot (O., K. en
W) in zijn antwoord op schriftelij
ke vragen van de Tweede-Kamer
leden Lamberts en Vermooten. bei
den lid van de PVDA-fractie. Mi
nister Bot voegt hier aan toe, dat
geëigende maatregelen" tegen deze
situatie worden overwogen. Tot de
ze maatregelen behoort een verrui
ming van de studiemogelijkheden.
Of dit zal inhouden een verdubbe
ling van enige bestaande medische
faculteit dan wel een uitbouw van
de stichting klinisch hoger onder
wijs te Rotterdam met een prekli
nische afdeling tot een volledige
medische faculteit, kan de minister
nog niet mededelen en evenmin of
de laatst genoemde mogelijkheid de
oprichting van een universiteit met
zich zal brengen.
De heren Vermooten en Lamberts
stelden hun vragen naar aanleiding
van de uitspraken die de voorzitter
en de secretaris van de medische fa
culteit van de rijksuniversiteit te
Feike Asma:
(Van onze kerkredactie)
Sinterklaas aldaar, werd mij prompt
van niet-gereformeerde zijde de vraag
voorgelegd: „denkt u er ook zo over?!"
En dan zwijg ik er nu maar over. alf
in de gauwigheid ook „Elburg" (Gere
formeerde Bond in de Nederlandse
Hervormde Kerk), „Staphorst"
(idem) en de troebelen in de Gerefor
meerde Kerken (art. 31) op onze
rekening worden gezet.
Voltooid
Ook vanuit een heel ander gezichtspunt
verdient de naam „Gereformeerde
Kerken" (evenals de naam „Neder
landse Hervormde Kerk"), hoezeer
historisch van adellijke kom-af, kritiek.
Wanneer is de kerk gereformeerd, her
vormd. zó dat zij werkelijk op dit
voltooid deelwoord aanspraak mag ma
ken? Toch pas, als de kprk haar
intrede heeft gedaan op de nieuwe
aarde?!
Vóór deze intrede blijft de kerk altijd te
reformeren' en altijd te hervormen.
Daar kan, zolang zij op deze aarde
vertoeft nooit een punt achter worden
gezet. Ook niet in schijn.
Zou daarom bij voorbeeld de naam
„Evangelische Kerken" of „Reforma
torische Kerken" niet be verkiezen zijn
boven de huidige naam? Niet alleen
vanuit gepaste bescheidenheid, maar
ook voor de duidelijkheid?
Kousen
Het Centraal Weekblad haakte
hierop in op de volgende wijze:
De naam „Evangelische Kerk (en) van
Nederland" verdient dachten wij
verre de voorkeur omdat hierin zo
duidelijk wordt uitgedrukt dat het in de
kerk alléén om het evangelie gaat.
Het praktische bezwaar tegen de naam
.Gereformeerde Kerken" kan met vele
voorbeelden worden aangevuld: verze-
keringsvraagstuk, inentingskwestie zwar
te kousen, veto over televisie, en avond-
maalsmijding, om niet meer te noemen
Utrecht gedaan hebben tijdens een
persconferentie op 16 februari van
dit jaar. Zij deelden mee dat er een
noodsituatie is ontstaan door een gro
te toename van het aantal medische
studenten en een tekort aan midde
len, mankracht, huisvesting en ac
commodatie.
Minister Bot zegt hierop o.m., dat
bij de medische faculteiten van alle
universiteiten inderdaad een moeilij
ke situatie is ontstaan als gevolg van
een procentueel sterk gestegen be
langstelling voor de studie in de ge
neeskunde, welke de normaal ver-
wachtbare stijging van de geboorten- I h'er zo °P de voorgrond wordt geplaatst
golf overtrof. Deze uitzonderlijke ver- de kerk hebben gedaan,
hoging deed" zich het eerst voor in
het studiejaar 1963/64, en is uiteraard
van invloed op het totaal aantal me
dische studenten voor de eerstko
mende acht jaren.
Van een duidelijk relatief tekort
aan artsen is thans nog niet geble
ken, zegt minister Bot verder. E»n
beperking Van het aantal medische
studenten zou uit een oogpunt van
gezondheidszorg niet wenselijk zijn,
daar dit in de toekomst tot zulk een
tekort zou kunnen leiden.
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Huizen (N.-H.) (vac. G.
Boer): J. van 't Ende te Onstwedde.
Bedankt voor Mijnsheerenland (toez.):
P. D. de Bruijn te Opijnen.
GEREF. KERKEN (Vrügem.)
CHRIST. GEREF. KERKEN
LEIDEN Geen goed woord
heeft Feike Asma over voor de
nieuwe gereformeerde gezangen
bundel, waar zijn inziens „onzin
nig", „eigenwijs" en „nodeloos" is
„geprutst" aan oude geliefde melo
dieën.
In een artikel in Het Orgelblad be
toogt de Haagse organist, dat de ge
zangmelodieën door de eeuwen heen
meegegroeid zijn met hun tijd en zo
hun huidige geliefde vorm hebben ge
kregen. „Muziekcommissies en musi
cologen willen dit proces niet erken
nen en begrijpen schijnbaar nog steeds
niet, dat de kerk nu eenmaal geen
conservatorium voor muziek kan zijn."
Verontwaardigd merkt hij op, dat men
Mr. Van de Schans
promoveert op
grondkosten
UTRECHT Gistermiddag: is mr. H.
J. M. van de Schans uit Eindhoven ge
promoveerd tot doctor in de rechtsge
leerdheid op een proefschrift, getiteld
„Verhaal van grondkosten door gemeen
ten".
Hierin heeft hij de vraag behandeld,
in hoeverre de gemeentelijke overheid de
kosten, die zij zich moet getroosten voor
het bouwrijp maken van gronden, moet
verhalen op degenen, die geacht moeten
worden van die voorzieningen (in het
bijzonder) profijt te trekken en welke
middelen haar tot dit doel ten dienste
Daarbij komt allereerst de vraag aan
de orde, welke kosten voor verhaal in
aanmerking komen, terwijl vervolgens
aandacht wordt gewijd aan de verschil
lende methoden, die in de praktijk toe
passing hebben gevonden.
zelfs Sweelinck en Bach heeft willen
verbeteren in hun muzieknotatie.
„Massale kerkzang pretendèert geen
geschoolde koorzang, maar wel stoer
heid. Maar juist aan die stoerheid
mankeert het in onze kerken van van
daag. Al dat gevijl van de laatste jaren
aan onze kerkliederen is ten koste ge
gaan van de gemeentezang zelf, ont
daan als hij reeds is van zijn ruige
kracht en vleugellam geworden door
bemoeienissen van in de historie vor
sende ijverige en ijdele commissies."
Jan Zwart
Met instemming citeert Asma dan
ook zijn leermeester wijlen Jan Zwart:
„Toen v/ij op een nieuwjaarsmorgen
Amsterdams Oude hervormde kerk
passeerden, juist op het ogenblik, dat
gemeente en orgel Psalm 138 vers 1
inzetten: ,,'k Zal met mijn ganse hart
Uw eer vermelden, Heer" trof ons het
aangrijpend ontzaglijke in deze com
binatie. Het ging niet „snel", zelfs niet
op hele en halve noten. Maar het was
een hymne, zo breed en zo diep, zo
absoluut immaterieel, dat wij iets ge
voelden van wat Calvijn destijds uit
sprak: „We moeten zangen hebben, die
met de majesteit ervoor opgezongen
worden."
en hoek
GeIov«
hoe doe je dat, door
J. Ozbiga. Uitgave Bigot
en van Rossum N.V.. Blaricum.
In dit boekje zegt deze predikant, die
van 1932 tot 195) in verschillende
functies, resp. in Ned. Indië en Indo
nesië werkzaam was en in 1954 domi
nee werd te Lunteren, enige dingen
over het christelijke geloof. Niet spe
ciaal voor de kerkmensen. Hij poogt
een verbinding te leggen tussen de we
reld van de Kerk en die van de Niet-
kerk. Zijn aanpak en taaihantering
rullen de rand- en niet-kerkelijken ze
ker aanspreken. Dr. Ozinga vergelijkt
ook de christelijke manier van geloven
met andere wijzen. Dan komt vanzelf
ter sprake hoe iemand aan het christe
lijke geloof kan komen, hoe dit be
slag op hem kan leggen. In het laat
ste hoofdstuk gaat het met name over
de zekerheid en de onzekerheid van
het geloof. Dit boekje kan in ruime
mate bijdragen tot beter inzicht in
christelijk geloof en belijden. Niet in
de laatste plaats is het getuigend. Op
menselijke, persoonlijke toon. die ook
respect heeft voor wat anderen gelo
ven en niet geloven (128 blz. 4.95).
In de Groninger Kerkbode meent
ds. G. Schrovenwever, dat het laatste
argument wel gewichtig lijkt,
dat toch niet is. Hij schrijft:
We zeggen dat we christenen zijn,
maar dat betekent toch ook niet, dat er
niet meer te bekeren en te beteren valt.
We zijn volgens de bijbel geheiligd, ja
zelfs heiligen, doch niemand van ons die
dat opvat in de zin van: klaar, zonder
fouten, zonder zonde. En wanneet
ons gereformeerd of hervormd noe
dan zal toch wel niemand daaraan de
gedachte verbinden, in die kerk behoeft
men niet meer te reformeren of
hervormen: dat zal een kerk nooit
beweren. De mensen weten ook wel
beter. Een mens kan hoog van zijn kerk
denken maar zo hoog zal toch wel
niemand haar schatten, dat hij ze voot
volmaakt of bijna volmaakt „gerefor
meerd" houdt.
De naam Evangelischer Kerken is
inderdaad een mooie naam, aldus ds.
Schrovenwever. maar uniek is deze
naam bok niet. Er zijn immers _al
Vrije Evangelische Gemeenten,
pastor van Stadskanaal meent, dat al
zou de gereformeeerde naam telkens
weer belast worden en ook niet de
meest ideale naam zijn, men zich
niet voor behoeft te schamen.
Prof. Nauta
Prof. dr. D. Nauta toont
de nodige reserves in een bijdrage
in het Centraal Weekblad. De zaak
is minder eenvoudig, dan men het
doet voorkomen, zo schrijft hij.
In de eerste plaats hebben wij hier
reden tot eigen beschaamdheid, want die
verdeeldheid in een reeks van kerkfor-
maties met soortgelijke benamingen is
niet zonder onze schuld. In elk geval is
herinnering aan die zondige
deeldheid ontdekkend.
zijn eigen waarde gaat verliezen, omdat
ten aanzien van die naam door anderen
verkeerde gedragingen geschieden. Zoiets
kan onaangenaam zijn, maar het ir
bruik heft in geen enkel opzicht en
enkel gebied het goede gebruik
op. Wanneer de naam zelf goed
kan hij wel een stoot verdragen, wa
mee hij ten onrechte wordt lastig geval
len.
Groningers
Ook de kritiek op het, woord ^gere-
formeerd als voltooid deelwoord deelt
prof. Nauta niet. Hij eindigt zin
artikel aldus:
Gereformeerde kerk is. goed verstaan,
;n heel treffende benaming. Ik wil niet
zeggen dat zij in het geheel niet voor
ervanging of verbetering in aanmerking
ou komen. Maar om de keuze nu te
richten op de naam: Evangelische kerk,
dit is een gedachte, die mij althans niet
onmiddellijk toespreekt, .s het wel waar.
dat daarin zo duidelijk wordt uitgedrukt
dat het in de kerk alléén om het
evangelie gaat? Ik herinner dan aan de
richting van de Groningers in de vorige
eeuw welke naderhand gaarne als de
Evangelischen werden aangeduid.
Eigenlijk moesten wij alleen kortweg
in de Kerk kunnen spreken. De Kerk,
die geheel van Christus is, heeft geen
nadere karakterisering nodig. Men kan
haar lokaliseren in een bepaald land of
i een bepaalde streek.
Voor liet overige is er alleen iets
mogelijk zoals de toevoeging van gere
formeerd (liefst met kleine letter) een
toevoeging die alleen aangeeft dat haar
scheef ontwikkelde gestalte weer naar
Gods Woord werd recht getrokken.
Het ziet er echter niet naar uit, dat
prof. Nauta hiermee het laatste woord
deze kwestie gesproken heeft.
..Maar de hoofdman stelde meer vertrouwen in de stuurman
en de schipper dan in de woorden van Paulus" (Handelingen
27:11).
De reis met het schip verloopt niet zo vlot als gedacht. Ver
scheidene dagen achtereen zit er helemaal geen vaart in, de
wind is niet gunstig en tenslotte moet worden gezocht naar
een veilige haven, waar kan worden overwinterd. Er is wat
geharrewar over de keuze van die haven. Welke zal het zijn
En dan ineens mengt Paulus zich in het gesprek. Mannen, tïc
zie, dat de vaart met ongerief en grote averij gepaard zal
gaan, niet alleen wat lading en schip, maar ook wat ons leven
aangaat.
De hoofdman, verantwoordelijk voor de veilige overtocht van
Paulus, zal Pauluswoorden misschien een ogenblik hebben
overdacht en zeker aan de schipper hebben overgebracht. En
de schipper zal de schouders hebben opgehaald en gezegd:
Laat de navigatie nu maar aan mij over; heeft deze gevan
gene er verstand van? En de hoofdman leent het oor aan dt
stuurman en de schipper. In hen stelt hij meer vertrouwen,
zegt de tekst.
Vreemd? Nee! Het is het beeld, dat de wereld van vandaag
nog elke dag te zien geeft. Meer vertrouwen in onszelf dan
in God, want daar komt de beslissing van de hoofdman in
feite op neer. God zegt: stoppen, de mens zegt: doorgaan. De
mens, die altijd maar denkt, dat hij de wijsheid in pacht heeft,
die graag alles zelf wil doen en baas wil blijven over de gang
van zaken in zijn leven. Totdat hij door God wordt terecht
gewezen, zoals ook de schipper en de stuurman worden terecht
gewezen.
Wij lezen vanavond Matthëus 21 vers 18 tot 31.
Nuchter betoog van dr. Visser 't Hooft
(Van onze kerkredactie)
FRANKFORT/MAAGDENBURG
Het oecumenisch gefluit is
schoon, maar de kinderen (de
kerken) zijn niet bereid om te dan
sen. Met deze variant op Lucas 7
vers 32 karakteriseerde dr. W. A.
Visser 't Hooft de tegenwoordige
oecumenische situatie. De secreta
ris-generaal sprak ter gelegenheid
van de synode van de Duitse
Evangelische Kerk in de Paulskerk
te Frankfort.
In een nuchter kritisch betoog
waarschuwde dr. Visser 't Hooft voor
een „charmant oecumenisme" en voor
een oppervlakkig gebruik van het
woord „eenheid", dat veel meer ge
ïnterpreteerd zou moeten worden in de
zin van het Nieuwtestamentische be
grip „gemeenschap". Gemeenschap
behoort tot het wezen van Gods volk,
in de twintigste eeuw evengoed als in
de eerste eeuw, aldus dr. Visser 't
Hooft.
Zijns inziens hebben ten aanzien
van de oecumenisohe beweging zowel
de optimisten als de cynici ongelijk.
Nadrukkelijk pleitte hij voor een
radikaal uitbannen van alle politieke
of ethnologische bindingen, die een
gemeenschap bemoeilijken. Tenslotte
wees hij op de noodzaak, dat de
diepgewortelde dwaalleer moet wor
den uitgeroeid, die spreekt van mijn
kerk of onze kerk in plaats van Gods
kerk.
Telegrafisch
Gelijk bekend vergadert de Duitse
synode noodgedwongen in twee aparte
groepen in Oost en West. Toen er
gestemd moest worden, werden de
stemmen uit Maagdenburg telegra
fisch naar Frankfort overgebracht.
In Maagdenburg werd het openings
woord uitgesproken door bisschop F.
W. Krummacher. Meermalen citeerde
hij daarbij uit de rede, die praeses dr.
Kurt Scharf enkele uren geleden in
Frankfort had gehouden.
Krummacher noemde het een on-
Snuif en wrijf
Uw verkoudheid van neus.
Keel of borst weg: met
\-7AZl Ji-1
voorstelbare verarming van het geej-
telijk en kerkelijk leven in Duitsland,
als de kerk door de politieke ont
wikkelingen uiteengevallen zou zi'
„Wij leven in een verscheurd volk
wij zijn aan dat volk verplicht, alles
te doen om de laatste bruggen, die ons
verbinden in stand te houden", aldus
de Oostduitse bisschop. Mensen zijn
ook belangrijker dan politieke opvat
tingen.
Sprekend over de toestand in Oost-
Duitsland. stelde hij vast, dat de
volkskerk oude stijl verschrompelt.
Wij staan nu voor de keuze, aldus
bisschop Krummacher, om te blijven
omzien naar achterhaalde idealen, of
voorwaarts te gaan met een nieuwe
missionaire verantwoordelijkheid.
Moeilijkheden
Uit de verslagen, die in Maagden
burg zijn uitgebracht, blijken duide
lijk de m'oeilijkheden, waarmee de
Evangelische Kerk in Oost-Duitsland
heeft te worstelen. Het aantal cate
chisanten loopt in de meeste plaatsen
sterk terug. De ouders hebben ten
aanzien van de opvoeding eveneens
nog -slechts een ondergeschikte rol. De
financiële toestand van de Oostduitse
kerken is precair. Met zorg werd ook
besproken, hoe de Oostduitse regering
de ontwikkeling forceert naar een
atheïstische school.
De synodeleden in Frankfort hebben
elk een exemplaar van de herziene
Lutherbijbel gekregen. Deze „nieuwe
vertaling" zal begin april in de boek
handel verkrijgbaar zijn. Synodelid ii
ook de president van de Bondsdag dr.
Eugen Gerstenmaier. Behalve dr. Vis
ser 't Hooft behoren ook de secreta
rissen-generaal van de Lutherse We
reldfederatie en de Hervormde We
reldbond, resp. ds. Kurt Schmidt-
Clausen en ds. Marcel Pradervand tot
de gasten.
(Van een onzer medewerkers)
LENINGRAD Het tijdschrift Swjes-
da (De Ster) in Leningrad is begonnen
met de publikatie van het dagboek van
een 14-jarig meisje Mirjam Rolnik, die
in de oorlog in het getto van Wilna leef
de. Het dagboek komt in grote trekken
overeen met de belevenissen uit Het
Dagboek van Anne Frank. Mirjam Rol
nik beschreef echter niet alleen wat er
omging in het kleine wereldje van haar
familie, maar tevens geeft zij de geschie
denis weer van het Duitse optreden te
gen de joodse gemeente van Wilna.
KERNEN VAN INGEZONDEN STUKKEN
Bijdragen voor deze lngezonden-stnkkenrubrlek kannen door alle lezer»
(en lezeressen!) worden geleverd en worden geplaatst buiten verantwoorde
lijkheid der" hoofdredactie. De redactie behoudt zich het recht voor stukken
te weigeren en in te korten schrijft u dus zéér kort! Er kan alleen
worden gepubliceerd met volledige vermelding van naam en woonplaats.
Anonieme brieven krijgen geen plaatsruimte. Waar nodig kan ta een bti-
«chrift van redactiewego een korte toelichting worden gegeven.
Prins Pieter (3)
Mevrouw Straver uit Rotterdam (in
zendster dezer rubriek van vorige week
- Red.) laten we alstublieft met onze
benen op de grond blijven en van de
heer Van Vollenhoven geen Prins ma
ken. Onze Koningin en Prins hebben
hun dochters vrijgelaten in hun keuze.
Het is een gewone Hollandse jongen
geworden. Zoudt u het nog mooier
wensen? Wat het protocol betreft, niets
aantrekken. Laten we ons toch niet
uitsloven om te zien of er soms nog een
druppel „blauw bloed" in Pieters ade-
vloeit. Hij is en blijft een heel
gewone en, voorzover wij hebben kun-
die alleen
houdt. Voor c
Dordrecht
Mr. Van de Schans bespreekt ook de
bekende en voor vele gemeenten uiterst
belangrijke kwestie van het kostenver
haal Op de gehele agglomeratie en der
halve ook en met name op de al be
bouwde kernen. In dit verband pleit hij
voor de mogelijkheid van een algemene
belasting op grondwaarde tot verhaal van
de kosten der voorzieningen,
net zich uitstrekt over een groot
De nieuwe doctor is 46 jaar oud. In
1950 legde hij te Utrecht zijn doctoraal
examen rechten af. Hij was achtereen
volgens werkzaam ter secretarie van de
gemeenten Lith, Den Dungen en Val-
kenswaard en daarna bij de dienst van
Gemeentewerken te Eindhoven.
Promotor was prof. mr. W. F. Prins.
Onmondig?
Bij het vernemen van uitspraken van
politieke voormannen tijdens de huidige
kabinetscrisis zullen vele kiezers hun
hoofd wel eens schudden. Wat te
denken van uitlatingen van KVP-ers als
Schmelzer en Cals, alsook van AR-zijde
Smallenbroek. Berghuis en Bruins Slot
over een eventueel samengaan met de
PvdA (positieve uitlatingen). Zullen
vele kiezers zich hierbij niet afvragen:
Waarom zijn we eigenlijk naar de
stembus geweest, want de uitslag was
toch een duidelijke afwijzing van de
PvdA" En dan nog te vernemen dat
Vondeling eisen gaat stellen. Welja.
Voorburg J. P Zoutendijk
Kippenbrillen
U schreef over een Italiaanse kippen-
fokker, die op het idee kwam zijn
vechtende kippen rustig te houden door
hun plastic brilletjes op te zetten die
hun gezichtsvermogen verminderde.
Mag ik u als medewerker aan het
Rijkspluimveeteeltconsulentschap 'sGra-
venhage mededelen dat we in Neder
land al twee tot drie jaar zogenaamde
kippenbrillen kennen? Inderdaad zijn
deze van plastic vervaardigd. Op deze
wijze wordt het zogeheten kannibalis
me, in kippenhokken waarin vele
lieren bij elkaar zijn, bestreden. Ook
iet aantal kippen dat u noemde, nl.
drieduizend is niet uitzonderlijk. In de
directe omgeving van Leiden zijn
pluimveehouders met 15 tot 20.000 leg-
dieren. Wist u overigens dat we in
oluimveestallen een z.g. sociale orde
Hazerswoude H. van Diest.
Zo is het....
Temeer daar ook de laatste t.v-
jitzending van „Zo is het" de nodige
weerstanden heeft opgewekt zal het de
lezers van dit blad (van wie wij
verscheidene adhesiebetuigingen moch
ten ontvangen) interesseren te verne
men dat de initiatiefnemers thans zich
in een protestschrijven hebben gericht
tot de minister van O. K. en W en de
commissaris voor het radiowezen. Een
ifschrift van dit schrijven is tevens
verzonden aan de Vara-zèlf. alsmede
aan o.m. de synodes der Ned. Hervorm
de Kerk, de Gereformeerde Kerken en
le Chr. Gereformeerde Kerken.
Hilversum M. N. Looiijen.
Zo is het (2)
De uitzending „Zo is het" waar we
zaterdagavond jl. op werden vergast
was weer fraai. Het uit de Mattheus
Passie zo aangrijpende „O hoofd bedekt
met wonden" werd misbruikt om poli
tieke vuilspuiterij ten gehore te brengen.
De hele onsmakelijke vertoning heeft
mijns inziens niet alleen protestantse
maar zeker ook zeer vele roams-katho-
lieke christenen pijnlijk getroffen. Heeft
de Vara nu werkelijk geen gave des
ondersoheids als het gaat om het be
oordelen der diverse programmapunten?
Den Haag, H. Leijger jr.
Zo is het (3)
Moet dit grote goed aldus worden
aangewend dat blijkbaar een groep jon
ge nihilisten de gelegenheid kan krijgen
op de buis regelmatig het geloof in een
bespottelijk daglicht te stellen" Waarom
nu weer een koraal melodie uit de Mat
theus Passie neergehaald, ja de hele
Mattheus Passion gepersifleerd om „leuk
te zijn"? Laat die profanie toch ophou-
De 119
Drie musicologen die verantwoorde
lijk zijn voor de nieuwe (voorlopige)
3eref. Gezangenbundel van 119 gezan
gen moeten in opdracht van Deputaten
ie bundel herzien. Volgens bedoelde
musicologen is de kopiist erg onnauw
keurig geweest en heeft blijkbaar een
Jnbevoegde organist wijzigingen in de
lotatie aangebracht. Maar, aldus deze
leren, het gaat slechts om enige klei-
ïigheden en als klap op de vuurpijl
vertellen de musicologen dan dat er
.beslist geen nieuwe visie" mag worden
verwacht.
Dit impliceert dus de mogelijkheid
lat de goegemeente straks een herzie
ne" bundel krijgt waarvan de melodieën
weer van de bekende wijze zullen
ifwijken. Onwillekeurig rijst de vraag:
Zijn die nieuwe gezangen nu bedoeld
voor de eredienst en de gewone kerk-
nensen of is het de bedoeling enige
musicologen door middel van de nieuwe
oundel in de gelegenheid te stellen hun
m.i. bizarre visie op de kunst op te
Iringen aan de gereformeerde kerkmen-
Waarom moet bijv. in plaats van de
bekende en geliefde melodie van Ge
zang 10 (Hoe zal ik U ontvangen) een
geheel onbekende komen, als zou deze
als „oorspronkelijke" de voorkeur ver
dienen? Waarom al die onnodige veran
deringen in de vertrouwde en prachtige
melodieën bij Gezang 11, 30, 36, 38, 63.
35 om maar enkele voorbeelden te
■aoemen, veranderingen, die al dikwijls
tot verwarring in de eredienst aanlei
ding hebben gegeven.
Het is te hopen, dat Deputaten.
alvorens de gecorrigeerde bundel voor
definitieve notatie naar de uitgever
gaat, deze bundel voor advies en contro
le ook eens zenden aan organisten en
musicologen, die een andere visie zijn
toegedaan dan degenen, die bij de
Weekeinde
Ik word soms miserabel van dat
vervelende woord weekend en daarvan
afgeleide woorden weekeinde en week
enden, die zich na de oorlog als
vreemde eenden in de Hollandse bijl
hebben genesteld. Wellicht vraagl
iemand die dit leest zich af wat men
eigenlijk tegen dit woord kan hebben
Dan is het dit: indien iemand zegt „Ik
ga het weekend naar laten we zeggen
Noordwijk aan Zee, dan bedoelt hij of
zij er meestal mee: zaterdag vertrekken
en zondag terugkeren. Maar de zondag
is helemaal geen einde van de week
maar het begin. Het hele gezegde
weekeinde is dus ook letterlijk onzin.
Alphen a.d. Rijn H. Wiegman
Bevolkingsexplosie (9)
Mijn discussiepartner, de heer v.d.
Keilen, brengt inzake het onderwerp
„bevolkingsexplosie" (zie ingezonden
schrijven vorige week - red) ook de
medische kant ter sprake. Maar evenals
bij het gesprek over de economische
aspecten hanteert hij mijns inziens
onjuiste „definities". Allereerst scheert
hij W.-Duitsland en ons land over een
kam. Weet hij dan niet, dat er tussen
beide landen nog een geweldig verschil
in bevolkingsdichtheid is? Ten tweede:
dc rekensom oppervlakte in vierkante
kilometers gedeeld door het aantal
zielen is wel érg oppervlakkig. Eén blik
op de kaart is al voldoende omdat te
zien. Dat bijv. het Roergebied tjokvol
zit, is duidelijk. Het ligt echter te mid
den van duizenden kilometers vrijwel
ongerept natuurschoon. Hoe wil men nu
gaan meten? Stel dat het Roergebied in
Siberië lag. Men fOu dan volgens de
maatstaf van de inzender moeten con
cluderen. dat Siberië dun bevolkt was,
terwijl de mensen in het belangrijkste
woon- en werkcentrum als haringen in
een ton zaten.
Met dit opzettelijk gefantaseerde voor
beeld wil ik slechts aantonen, dat het
gaat om een zo goed mogelijke benut
ting van de ons gegeven ruimte. En
juist daar zijn we nog nooit aan toe
gekomen. Dit was de kern van mijn
betoog. Zo lang wij in dit opzicht nog zo
weinig gevorderd zijn is het m.i vol
komen prematuur om de bevolkingsex
plosie erbij te halen
Alphen a.d. Rijn W. Geldof,
Ambtenaren en
AOW (2)
Graag sluit ik aan bij inzender W C.
Basoski van vorige week over de
discriminatie van oud-ambtenaren, die
indirect op hun AOW gekort worden.
Dit in tegenstelling met AOW-trekkers
zonder ambtelijke status. Pas nog las ik
in het orgaan van de Prot. Chr.
Ouderenbond een advertentie waarin
ouderen werden uitgenodigd hun (ik
concludeerde: overtollige) AOW-geld op
die en die bankrekening te storten.
Direct rentegevend, zo stond er in de
advertentie bij. Dus: rijke mensen kun
nen hun AOW naar de spaarbank
brengen.
Als jongste discriminerende maatregel
is er dan nog voor de ambtenaren
bijgekomen dat de verhoogde uitkering
AOW gepaard moest gaan met verhoog
de pensioenaftrek. Orde moet er nu
eenmaal zijn.
Rotterdam H. de Kok sr.