Evangelist
Ds. Joh. van U/elzen
...preekte in kippenhokken
^usven"
TOT HEIL DES VOLKS
Een Kerstboodschap van
dr. W. A. Visser 't Hooft
Voor U gelezen;
DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 19 DECEMBER 1964
Jan de Liefde
150 Jaar geleden geboren
Schitterdingen
Ze liggen weer vol, de toon
banken van de warenhuizen
en de etalages van de wijk
winkels. Dozen vol glinster-
dingen, als ballen, engeltjes,
pieken, klokken, engelenhaar
en aluminiumstroken dringen
zich aan de voorbijganger op.
Ze liggen er in een veelvoud
van kleuren en vormen, de
een glinstert nog feller dan
de ander. Straks hangen ze in
de Kerstbomen en weerkaat
sen ze het licht van de kleine
kaarsvlammen. Dan leven ze
hun eigen kortstondig leven
als blikvangers tijdens de
Kerstdagen.
We kunnen onze schouders op
halen over zoveel „heidens
vertoon". We kunnen felle
kritiek spuien tegen al deze
kitsch. Maar hoofdartikelen
in kerkbladen en protestbrie
ven van cultuurminnende lie
den verlossen ons niet van de
gllnsterdingen.
En waarom zouden we ons ver
moeien als een Don Quichotte
en met pennelans ten strijde
trekken tegen deze glazen
zeepbellen? Eigenlijk dragen
ze nog een boodschap. Het
Kerstlicht kan niet zonder
lichtvangers.
Dat geldt in wel heel bijzonde
re mate voor het grote Kerst-
licht Het kwam niet alleen
ln de wereld om de duister
nis te doordringen. Iedere
lichtstraal verliest zich uit
eindelijk in de verte. Het
Licht moet weerkaatst wor
den. Het Licht moet opge
vangen worden door mensen,
die zelf weer dat licht door
geven.
„Doet alles zonder morren of
bedenkingen", schrijft Paulus
aan de gemeenteleden van
Philippi, „opdat gij onberis
pelijk en onbesmet moogt zijn,
onbesproken kinderen Gods
temidden van een ontaard en
verkeerd geslacht, waaronder
gij schijnt als lichtende ster
ren." Het woord dat Paulus
gebruikt is eigenlijk niet het
woord voor een lichtgevende
«ter, maar voor een licht
weerkaatsend hemellichaam.
Wij kunnen zelf geen licht
geven. We kunnen het Licht
van Christus alleen doorge-
Juist daarom is het belangrijk
dat ons leven niet beslagen is
als een spiegel, dat het weer
van de tijd niet ingevreten
heeft. We zijn gewoon het
nieuwe jaar met een schone
lei te beginnen. Het ware be
ter voor het kerstfeest ons te
laten reinigen en met David
biddend te zingen:
Ontzondig mij met hysop en
mijn ziel
nu gans melaats, zal rein zijn
en genezen.
Was mij geheel zo zal ik
dan sneeuw die vers op 't aard
rijk nederviel.
Klokje klinkt,
Vogel zingt,
ledereen op zijne wijs.
Kind; ook gij
Zing daarbij
Tot des Heren lof en prijs.
<~ïlevei4werk
Elif Krogager is niet alleen pre
dikant in het Deense plaatsje Tjare-
borg, maar ook een van de grootste
reisagenten van Europa, die 52 bus
sen en 500 mensen in zijn dienst
heeft en ook nog 7 vliegtuigen. In
1950 is hij met deze bijverdienste be
gonnen, toen hij, omdat hij zelf geen
geld voor vakantie had, een bustocht
voor 35 gemeenteleden naar Spanje
organiseerde. Op de eerste reis ver
loor hij 300 gulden, maar by orga
niseerde nieuwe reizen om het ver
lies te dekken. Toen kwam de gang
er in. Dit jaar reisden meer dan
100.000 Scandinaviërs met het reis
bureau van de dominee.
Wie kent de liederen van
ds. Jan de Liefde niet: Van
U zijn alle dingen; O wij
kindren, wij leven als de vo
geltjes blij; Er gaat door alle
landen; Uit den hemel neder;
Moe gewerkt en moe ge
speeld; O daar te zijn, waar
nimmer tranen vloeien; Bo
ven de starren. Er zouden er
veel meer te noemen zijn.
Op Eerste Kerstdag is het.
150 jaar geleden, dat ds. J.
de Liefde werd geboren.
Aanvankelijk was De Liefde
doopsgezind predikant. Zijn theo
logische opvattingen waren ook
geheel ln de geest van zijn tijd,
namelijk gematigd-vrijzinnig. Hij
gebruikte Wel begrippen als geloof,
bekering, genade of verlossing,
maar tot een doordenking daarvan
kwam hij niet.
Dat werd, toen hij in zijn twee
de gemeente (Zutphen) stond, an
ders. Mede onder invloed van zijn
vrouw kwam er in zijn leven een
gewichtige verandering, die zijn
gehele optreden weldra zou be
heersen. Zijn 25-ste verjaardag be
schouwde hij later als de dag,
waarop hij van het liberalisme
naar de orthodoxie was overge-
ÉÉN DIAKEN
Bij zijn gemeenteleden viel deze
ommekeer niet bepaald in de
smaak. De liefde was geen menist
meer, maar gereformeerd gewor
den, zo zei men. Op bet laatst
kwam niemand van de gemeente
meer bij hem in de kerk, ook de
kerkeraad niet meer, behalve....
één diaken, die vlak voor het eind
van de dienst kwam, om zich met
het zakje aan de uitgang op te
stellen, want de kerk puilde uit
van rechtzinnige hervormden.
Op de duur werd deze situatie
onhoudbaar. De Liefde scheidde
zich af en vestigde zich na een
kort verblijf in Duitsland in Am
sterdam, afwachtende hoe God zijn
weig verder leiden zou. Hier werd
hij zo getroffen door de sociale
ellende in de achterbuurten, dat
hij zijn taak wist.
Een visvrouw op de Gouds
bloemgracht (de tegenwoordige
Willemsstraat) wist hij te bewegen
om haar kamer eens per week
voor een bijbellezing af te staan
en de volgende avond had hij zijn
eerste gehoor: vijf arme vrouwen
en een blinde orgeldraaier.
KLEIN BEGIN
Dit kleine begin zou echter ge
weldig uitgroeien, ook buiten Am
sterdam, en daarom werd in 1855
de Vereeniging tot Heil des Volks
gesticht, een soort van christelijke
maatschappij tot nut van het alge.-
meen, die evangeliserend, vooral
ook door sociaal werk en onder
wijs ontzaglijk veel betekend
heeft. Nog verricht deze vereni
ging in de Amsterdamse Jordaan
zegenrijk werk.
In het kader hiervan stichtte De
Liefde ook een evangelistenschool,
die voortreffelijke mannen afge
leverd heeft als Gerdes, Harden-
berg en Holleman. Hoewel Tot
Heil des Volks zeker niet antiker
kelijk bedoeld was, kwam het er
in de praktijk toch vaak op neer,
dat wanneer de arbeid der evange
listen voor iemand tot zegen was
geweest, deze niet meer naar zijn
eigen kerk wilde gaan.
De gevonden schapen moeten
een veilige stal hebben, zo zei De
Liefde, en zo kwam hij er toe, om
in 1856 in Amsterdam en elders
vrije gemeenten te stichten, waar
evangelisatie en zending in het
middelpunt van de belangstelling
stonden. Zijn afkeer van leerstuk
ken (die hij „stukken leer" noem
de) deed hem apart staan van de
kerken der Afscheiding.
PUBLICIST
Het was geen gelukkige greep.
De Liefde verspeelde er de sympa
tic van zijn réveilvrienden door.
Financieel was het ook niet vol te
houden. Het kerkgebouw in Am
sterdam moest in 1862 al worden
verkocht. De Liefde trad af als
voorganger en vestigde zich te
Londen, waar hij tot kort voor
zijn dood (in 1869) is blijven wo
nen als publicist, zowel in het
Engels als in het Nederlands. Zijn
gemeenten zijn geleidelijk allemaal
ontbonden (Amsterdam in 1889)
met uitzondering van Leeuwarden,
die onder Holleman tot bloei
kwam en thans nog een grote
Vrije Evangelische Gemeente is.
De grootste betekenis heeft
De Liefde gehad als vernieuwer
van de christelijke lectuur voor
school en gezin. Oudere lezers
zullen zich nog De Schoolvriend
herinneren met verhalen als
van Herman de Huichelaar, Ja-
kobijntje Jamaar en Teunis
Talmkous. In een tijd, waar
Brave Hendrik en zijn makkers
de schoollectuur beheersten, be
tekenden zijn schoolboekjes een
geweldige stap vooruit.
Ds. De Liefde tverd begraven
op de Oosterbegraafplaats te Am
sterdam. Toen op deze plaats
later het Tropeninstituut verrees,
werd het graf overgebracht naar
de Nieuwe Oosterbegraafplaats.
Op de zerk staat onder meer:
Een arbeider in des Heeren
wijngaard tot heil des volks; een
verdediger van de vrijheid,
waarmede Christus hem heeft
vrijgemaakt. Hij had ons volk
lief en heeft ons de scholen
gesticht.
(Van o
e kerkredactie)
De secretaris-generaal van de
Wereldraad van Kerken dr. W.
A. Visser 't Hooft heeft een
kerstboodschap gericht aan alle
ledenkerken. HIJ schrijft:
Vele steden sieren zich op
voor het kerstfeest. Ieder wil
meedoen aan dit feest. Allen
moeten kunnen delen in de
blijdschap die dit feest ver
kondigt.
Maar is het de echte blijd
schap? Hei. Nieuwe Testament
spreekt van een kerstvreugde,
die ieder ontvangt, die de prijs
ervoor wil betalen. Toen Jeru
zalem, de stad wie dit feest het
meest aanging, hoorde dat de
Koning der Joden geboren zou
worden, wisten de meesten al
lereerst niet goed wat zij met
dit bericht aanmoesten. Zij
begrepen dat de geboorte van
de Messias allerlei radicale
consequenties in zich droeg.
Het kon betekenen, zoals de
Lofzang van Maria het uit
drukt, dat de hoogmoedigen in
de overleggingen van hun har
ten verstrooid zouden worden
e-fl de rijken ledig zouden
worden heengezonden. De
mensen moesten een antwoord
geven op de verwarrende vra
gen die op hen afstormden en,
zoals Simeon het uitdrukt, de
overleggingen uit vele harten I
zouden openbaar worden.
Slechts wie zich niet verzet
tegen het feit dat Christus
aanspraak maakt op zijn leven
en zich overgeeft aan het
Kerstkind zal de echte blijd
schap ontvangen.
Zo zullen onze Kerstversie
ringen alleen maar de ware
blijdschap brengen, als we on
ze levens niet afsluiten voorj
de komst van Christus in onze
wereld, die alles verandert.
Het Kerstfeest dat ons werke-
lijk blijdschap geeft, is het I
feest dat ons confronteert met l,
de eis tot overgave die de baby-
Koning ons leven stelt. Dan
zal onze blijdschap getransfor-
meerd worden tot daden, da-
den waarin we ons solidair
betonen met de hongerenden
die Hij wil laten delen in het
goede, en daden die vrede
brengen en de wankele co-exis
tentie van naties en rassen
transformeert tot een wereld
waarin de mensen beseffen
hun broeders hoeder te zijn.
(oudste dienstdoende predikant)
(Van onze kerkredactie)
J^INSDAG 5 januari zal het
veertig jaar geleden zijn,
dat de oudste dienstdoende
predikant in Nederland, ds.
Joh. van Weizen, voorganger
van de Nederduitse Gerefor
meerde Gemeente te Gouda,
begon te preken. In februari
hoopt de krasse grijsaard, die
nog niet aan emeritaat denkt,
78 jaar te worden.
Ds. Van Welzeg die in 1887
in Leiden is geboren, verhuis
de toen hij twee jaar was
naar Rotterdam. Evenals zijn
vader werd Jan banketbak
kermaar reeds op zijn
negende jaar kreeg hij de
roeping in zijn hart, om pre
dikant te worden.
Voorlopig kwam daar niets van
Toen hij negen jaar was, moest hij
al verdienen. Door de week stond
hij op de Goudsesingel met een
wagen pruimen en op zaterdag
diende hij bij Joodse gezinnen op
de Botersloot. Hij maakte voor
hen de kachel aan en nam stof af,
dingen die een Jood op sabbat niet
doet, en daar kreeg hij dan twee
ene en halve oent voor. Daar heb
ik geleerd, wat werkheiligheid is,
zegt ds. Van Weizen nu.
Al was de familie Van Weizen
hervormd, kerkistisch was ze be
paald niet Behalve hervormde
predikanten als Van Dorp, waar
Jan belijdenis deed, beluisterde
men graag gereformeerde predi
kanten, zowel van „A" (Klinkert)
als van „B", zoals Sillevis Smitt,
Veder en vooral Lion Cachet. Een
dolerende maar dan een echte,
zegt ds. Van Weizen van de laat
ste, die hij door de week placht te
horen, als deze bijbellezingen
hield in het gebouw de Hoop bij
het kippebruggetje over de Cool-
singel.
Nog beter was de christelijke
gereformeerde ds. Minderman,
maar het liefst ging Jan toch naar
„Ledeboeriaanse" dominees, als
die in Rotterdam kwamen preken,
zoals Beversluis of Boone. Vooral
vestigd. Hij slaagde met glans,
maar werd toch niet toegelaten,
omdat hij zich om principiële rede
nen weigerde te laten keuren.
Uiteindelijk kreeg Van Weizen
een roeping van het volk van Le-
deboer en op 5 januari 1922 preek
te hij voor het eerst in Oudewater
over Js. 32:1 en 2. Weldra preekte
hij het hele land door soms wel
zeven maal in één week. Hij
preekte in schuren en kamers,
meest in Zuid-Holland en Zeeland,
maar ook veel in Friesland.
andere dominees zaten bleek van
schrik, maar nooit is er iemand
van de S.D. geweest.
Dikwijls schrijft ds. Van Weizen
brieven aan de Koningin. Tijdens
de Hongaarse opstand verzocht hij
haar een biddag uit te schrijven,
dat het voor haar een grote be
moediging was, dat er een biddend
volk achter haar staat. Ook nu
heeft zij hem de beste wensen
gedaan voor de vijfde jkruari.
Datheen
Kippen
DS. JOH. VAU WELZEN...
voddenbeivaarder in des Konings
Kienen
Intussen bleef Jan hervormd. Hij
werd voorzitter van K.V. Gideon,
waarvan ook de latere Kerk- en
Vredeman dr. K. Strijd lid was
(een lieve jongen, die Krijn, her
innert ds. Van Welzen zich). On
der leiding van Van Welzen wer
den er geestelijke voordrachten
gehouden. Maar helaas: de meer
derheid ging liever domineren en
kienen en Jan bedankte als voor
zitter.
Op zijn 27e jaar werd hij
krachtdadig door God gegrepen,
nadat hij lange tijd werelds ge
leefd had. Ds. Minderman had
hem al willen opleiden tot het
predikambt, maar emigreerde naar
Grand Rapids. Op advies van ds.
J. Wisse ging hij zijn schoolkennis
opfrissen bij een hoofdonderwijzer,
waarna hij admissie-examen deed
aan de Theologische School van de
Christelijke Gereformeerde Kerk,
die toen nog in Den Haag was ge-
Eens preekte hij in Linscho-
ten drie uur in een kippen-
schuur, waar men te laüt merk
te, dat de kippen (die ook bij
de preek aanwezig waren) niet
vrij waren van ongedierte. In
Leiden zaten twee rijen commu
nisten vooraan te roken en olie
noten te eten. Maar Van Velzen
zei: Jullie zijn zesduizend jaar
te laat geboren. Adam en Eva
waren de grootste communisten.
Intussen was er in Rotterdam
onder de hervormden grote nood,
want na het vertrek van ds. Van
Dorp was er niet één bondspredi-
kant meer over. Zo werd Van
Welzen er 12 februari 1930 aange
steld als vaste voorganger. Maar
de sacramenten konden nog niet
bediend worden. Twee jaar later
kwam pr goltiklriv e»n or*vHkant
van over zee. Ds. H. Siegers van
het schip De Hoop institueerde de
gemeente en bevestigde Van Wel
zen tot predikant. Op 10 juni 1932
deed deze zijn intree in de Zen
dingskapel in de Gerard Scholten-
Van Welzen zelf institueerde een
gemeente te Gouda, waar hij in
september 1935 naar toe ging. Zijn
Dpvolger in Rotterdam, ds. P. H.
5eggelink, is later met de gemeen
te christelijk gereformeerd gewor-
Hongerwinter
Ds. Van Welzen heeft ontzaglijk
veel meegemaakt. In de honger
winter preekte hij in een protes
tantse bidstond in de Grote Kerk
te Gouda. Voor een afgeladen kerk
(je kon de magen horen rammelen,
zo zegt hij) eindigde hij met: God,
Nederland en Oranje. Oranje heeft
gebloeid en zal bloeien. Amen. De
De gemeente heet nederduits-
gereformeerd, want zo heette de
kerk in de zestiende eeuw. Het
liefst zou ds. Van Welzen ook de
berijming van Datheen zingen,
maar dat willen ze hier in Gouda
niet, zo zegt hij.
Neem bij voorbeeld eens Psalm
8:79 „Welzalig is het volk, dat naar
Uw klanken hoort." In de onbe
rijmde tekst staat: „dat het ge-
klank kent". Door het horen wordt
je niet zalig, maar door het ken
nen, begrijp je, zo legt hij uit.
Ds. Van Welzen heeft een eigen
blad „De Trompet", dat hij zelf
schrijft, typt, stencilt en verstuurt.
Indertijd stuurde hij Trompetten
naar de soldaten in Indië als evan
gelisatiemiddel. Hij heeft ook
boekjes van oude Engelse schrij
vers opnieuw uitgegeven, („met
geen droge ogen te lezen"), zoals
van Bunyan.
Bij alles leef ik uit de hand des
Heren, zo zegt hij. Hij heeft geen
traktement, leeft van wat men
hem toestopt en zet geen woord
van zijn preek van te voren op
papier. Zelfs de puntverdeling
heeft hij onlangs afgeschaft.
Martin Buber. door dr. M. A.
Beek en dr. J. Sperna Weiland.
Uitgave in serie Wijsgerige mo
nografieën door Wereldvenster,
Twee Amsterdamse hoogleraren
hebben samen een boekje geschre
ven dat genoemd zou kunnen wor
den een biografie van het denken
van Martin Buber. Hij wordt, en
niet ten onrechte, de grootste filo
soof van onze tijd genoemd. Zijn
belangrijkste werken heeft hij
reeds in de jaren twintig geschre
ven, maar pas eigenlijk in de jaren
zestig ging men beseffen dat hij
een stempel heeft gedrukt op veel
filosofisch en theologisch denken.
Juist in deze jaren, nu Heidegger
en Sartre beginnen te tanen, vin
den velen bij Buber nieuwe aan
knopingspunten. De jaren zestig
zijn al het begin van het post-
Barthiaanse tijdperk genoemd. De
naam Bultmann wordt steeds va
ker gehoord, maar toch is het de
vraag of zijn invloed blijvend zal
zijn. Het is opmerkelijk dat juist
de Jood Buber vele orthodoxe en
vrijzinnige theologen steeds meer
aanspreekt, dat zij bij hem een
springplank vinden voor de door-
breking van traditionele schema's.
Op niet al te moeilijke maar
toch bij lange na niet populaire
wijze proberen nu beide hoog
leraren hun lezers in te leiden in
het denken van Buber. We krijgen
een indtuk van de geweldige in
vloed die het bijna twee eeuwen
oude chassidisme gehad heeft op
deze man, we komen in aanraking
met zijn beroemde bijbelvertaling
(die hij begon met de te jong
gestorven Franz Rosenzweig) en
worden ingeleid in zijn denken.
Buber is een man, die een woord
van hoop heeft voor deze wereld
(in het begin kwamen er wel 700
mensen) is nog maar een handjevol
overgebleven.
Toekomst
Kameraden
Het is stil geworden rond ds.
Van Welzen. Zijn kameraden, zoals
hij ze noemt, Boone, Hubregtse.
Blaak, Fraanje en anderen, zijn
gestorven. Die nieuwen weten het
allemaal zo goed, maar ze hebben
het beginsel van Ledeboer verlaten
en zijn onder het kruis vandaan
gelopen. Het echte volk van Lede
boer komt hier en daar nog bijeen
in winkels en huiskamers.
Tevergeefs heeft hij gepoogd bij
de Gereformeerde Gemeenten aan
sluiting te vinden. Ds. Blaak (zelf
oud-gereformeerd) zei tegen hem:
Jongetje, bij de oud-gereformeer-
Maar toch is dit het einde niet.
Ds. Van Welzen is er van over
tuigd, dat een oecumenische ver
eniging van alle echte gerefor
meerden voor de deur staat. Wel
dra zullen de scheidsmuren weg
vallen en alleen deze overblijven:
tussen wie God vreest en wie hem
niet vreest Hij let op de tekenen
der tijden. Heb je het ook gezien,
dat het een paar weken geleden
hagel en vuur van de hemel re
gende? vraagt hij. Neen. Van Wel
zen gaat niet met emeritaat. Ik
wens met keizer Vespasianus
staande te sterven, heeft hij "aan
de koningin geschreven. En hij zal
nog meemaken, dat de kerk weer
hersteld wordt. Uit principe heeft
hij nooit voor zijn hervormd kerk
lidmaatschap bedankt.
Terugziend op 2ijn leyen zegt
ds. Van Welzen: „De Here heeft
mij voor vele zondaars tot ze
gen - willen gebruiken. Gods
Woord heeft het gedaan, niet ik.
Ik ben maar een waardeloos
mens geweest, een voddenbe-
waarder in des Konings Ka-
die al te lang reeds zwalkt in een
existentialistische duisternis. D«
„Godsverduistering" is voor hem
geen bljvend feit. Hij heeft weet
van de mogelijkheid van een o
keer, een bekering: hij getuigt a
de mogelijkheid van een ontmoe
ting met God. Wie zijn tijd wil
kennen, mag aan Buber niet meer
voorbij gaan. Wie Buber wil leren
kennen kan door dit boekje aan
hem voorgesteld worden. Het is
feen werkje om in één avond of
én adem uit te lezen. Het
echter de moeite waard om h
door te worstelen. Wie dat doet zal
merken dat Buber hem niet r
loslaat. Het is daarom juist z<
prijzen, dat de beide Amsterdamse
hoogleraren Buber aan het woord
laten en niet of nauwelijks tussen
hem en ons in gaan staan. (128
blz„ 6.90)
John Knox, de Hervormer i
Schotland, door ds. G. Bouw*
meesier. Uitgave Willem de
Zwijgerstichting, 's-Gravenha-
ge.
De Willem de Zwijgerstichting
heeft een voortreffelijke brochure
aan haar reeks toegevoegd. De on
langs overleden Rotterdamse pas
tor heeft de belangrijkste episode
van de Schotse kerkhistorie (het
midden van de zestiende eeuw)
boeiend beschreven, dat men d
geschrift in één ruk uitleest. Enke
le reprodukties van portretten, on
der andere van Knox completeren
het geheel. Zij die de arbeid van
de stichting (postbus 166, Den I
Haag) steunen met minstens 2,50
per jaar, ontvangen deze en derge
lijke uitgaven gratis.
Met en zonder harnas, door
Ton Oosterhuis. Uitgave Nijgh en
Van Ditmar, Den Haag.
Deze raamvertelling voor de
oudere jeugd verhaalt van de gro-
te en kleine helden van Europe,
van elk land één. Samen, in totaal
26, geven de vertellingen een beeld
van de geschiedenis van Europa.
Aan elkaar geschreven met leerza
me historische overzichten van de
tijd waarin ze spelen, worden de
verhalen spannend en fris verteld
De reis begint in Griekenland met
de gifbeker van Socrates en ein
digt in de Tweede Wereldoorlog.
(227 blz., 12,90).
Dievenbal (Le bal des Vo
le urs) en Reiziger zonder baga
ge, door Jean Anouilh. Vertaling
resp. Gerard Rekers en Arend
Hauer. Uitgaven Heijnis N.V.,
Amsterdam.
Ook deze uitgeverij is begonnen
met handige toneelpockets. Als
eerste twee bekende toneelstukken
van Jean Anouilh. De stukken zijn
bekend, de vertalingen behoorlijk,
de uitgave is aantrekkelijk. Men
weet: een goed toneelstuk is niet
alleen waard gezien en gehoord te
worden, maar ook te worden gele
zen. (per Geitje 112 blz., 3.75).
Navo worstelt nu met de MLF en de AFN (van Wil
son) - Duitsers verdwaalden in mijnenvelden - Een
„vriendendienst" - Kosygin naar Londen
PREMIER WILSON heeft ln de
afgelopen week in het Britse
Lagerhuis wat meer verteld over
zijn plan inzake de Atlantische
kernmacht (A.N.F.), die de Mul
tilaterale kernmacht (M.L.F.)
van de Ver. Staten en West-
Duitsland overbodig zou maken
en het voor Frankrijk wellicht
wat gemakkelijker zal maken,
zijn bezwaren tegen een zo hecht
mogelijke samenwerking in At
lantisch verband te laten varen.
Het is dus de moeite waard, iets
uitvoeriger bij de voorstellen van
WUson stil te staan, dan tot dus
ver is gebeurd.
We zien dan, dat de A.N.F. van
Wilson zou moeten bestaan uit
nationale elementen en uit een
multinationaal element. Deze na
tionale elementen zijn deelne
mende landen, die over kernwa
pens beschikken. Zij hebben elk
het recht van veto. Het multina
tionale element wordt gevormd
door landen, die deze wapens
niet hebben en toch een stem in
het kernwapen-kapittel van de
N.AV.O. willen hebben. Deze
landen zouden als groep over het
vetorecht kunnen beschikken, als
een beslissing moet worden ge
nomen over het al of niet
gebruiken van kernwapens.
Mocht er geen multinationaal
element worden ingebracht, dan
krijgen andere landen, die indi
vidueel deelnemen, ook het recht
een veto uit te spreken
Beloften
De A.N.F. van Wilson zou
samengesteld moeten zijn uit de
Britse V-bommenwerpers (uitge
zonderd die, welke buiten het
gebied van de N A.V.O. nodig
zijn), de Britse Polarisvloot. een
gelijk aantal Amerikaanse Pola-
ris-onderzeeërs, het „gemeen
schappelijke element" en als
Frankrijk deelneemt, het natio
nale element, dat dit land wil in
brengen. Deze kernmacht zou
onder een enkel gezagsorgaan
komen, dat uitsluitend zou kun
nen handelen op instructies van
de regeringen van de deelnemen
de landen. Het zou de bevelheb
ber van de strijdmacht politieke
leiding moeten geven, de doelen
van operationele plannen moeten
goedkeuren, besluiten nemen
aangaande het verstrekken van
kernwapens aan de bevelhebber
van de kernmacht en een poli
tiek moeten uitstippelen met be
trekking tot de rol van alle ty
pen strategische en taktische wa-
Het handvest van de A.N.F.
zou een artikel moeten bevatten.
waarbij de kernmogendheden
zich verplichten tot het niet
verder verspreiden van kernwa
pens. De niet-kernmogendheden
beloven, geen pogingen te zuilen
doen om zelf kernwapens te
verkrijgen.
De trekker
Op deze wijze wil Wilson
voorkomen, dat er veel vingers
aan de „nucleaire trekker" ko
men. In het Lagerhuis verklaarde
de premier, dat het onmogelijk
zou zijn, een verdere versprei
ding van wapens tegen te gaan,
indien de Chinese kernontplof
fing tot gevolg zou hebben, dat
andere Aziatische landen voor
hun verdediging over kernwa
pens willen beschikken. In ant
woord op een Interruptie van de
voormalige conservatieve pre
mier Douglas Home gaf Wilson
duidelijk te kennen, dat de
Duitse deelneming tot het multi
nationale element beperkt dient
te blijven. Hij zeide, dat zijn
regering internationale overeen
stemming over het tegengaan van
verdere verspreiding van kern
wapens als het belangrijkste
ontwapeningspunt" beschouwt.
Wilson deelde voorts mede, dat
net de wens van de Amerikaanse
regering is, dat het Amerikaans-
Duitse plan voor een M.L.F. en
het Britse project naast elkaar
worden bestudeerd. Washington
beeft niet van zijn eigen plannen
afgezien. De conferentie over een
N.A.VO.-kernmacht, die achter
de schermen wordt voorbereid,
heeft dus nog wel degelijk zin.
Mijnenvelden
Overigens heeft West-Duitsland
zich wel in het hoekje lalten
manoeuvreren, waar de klappen
vallen. De actie van Wilson is om
verschillende redenen onderno
men. Een van de belangrijkste
motieven van de Britse premier
is echter geweest, dat de vor
ming van de M.L.F. als een
Amerikaans-Duits militair bond
genootschap moest worden voor
komen. Geen Duitse vinger aan
de atoomtrekker, aldus de Engel
se leus. Gelukkig verklaarde
minister Schroeder deze week.
dat West-Duitsland voor de her
eniging van Duitsland zou kiezen,
als het de keus zou hebben
tussen deze hereniging en het
lidmaatschap van een atoomclub
als de M.L-F. Minder gelukkig
was echter het voorstel van de
Westduitse minister von Hassel
(Defensie), een „atoommijnen-
veld" aan te leggen langs dc
grens tussen Oost- en West
Duitsland.
Afgezien van het feit, dat het
militaire nut van dergelijke
„mijnenvelden" waarschijnlijk
niet zo verbijsterend groot is,
kan worden gezegd, dat hier een
politieke blunder is begaan, die
de Westduitse regering opnieuw
prestigeverlies zal brengen.
„Vrienden"
Ook de weigering van Frank
rijk, een gezamenlijke verklaring
over het zelfbeschikkingsrecht
van het Duitse volk te onderte
kenen, is een klap in hot gezicht
van de Westduitse regering. Het
«al Je gebeuren dat een land,
waarmee je een speciaal verzoe-
nings- en vriendschapsverdrag
hebt gesloten, uitgerekend in dit
opzicht zijn medewerking wei
gert. Aan de andere kant is het
Franse optreden typerend voor
de houding van generaal De
Gaulle met -betrekking tot de
hereniging van Duitsland. Het is
een publiek geheim, dat de
Franse president in werkelijk
heid helemaal niets zou voelen
voor de hereniging van Duits
land. Om begrijpelijke redenen
uiteraard. Een verdeeld Duits
land kan nooit meer het gevaar
opleveren, dat een sterk en
gecentraliseerd Duitsland in deze
eeuw al tw#« keer over Europa
heeft gebratjht
Een van de doelen van het
verdrag tussen Bonn en Parijs Is
wat de Duitsers betreft echter
geweest, dc herenigingskansen
te bevorderen, door zich van de
medewerking van Frankrijk te
verzekeren. Adenauer heeft daar
De Gaulle ten voeten uit.
nooit twijfel over laten bestaan.
Als er voor deze ex-kanselier
ooit reden geweest is om met De
Gaulle te gaan praten, dan is dat
toch nu zeker wel het geval..
Kosygin
Overigens houdt ook het be
zoek, dat de Russische premier
Kosygin mettertijd aan zijn Brit
se collega Wilson zal brengen,
vooral verband met de pogingen
van de Westduitse regering,
medezeggenschap te krijgen over
het gebruik van kernwapens in
N.A.V.O.-verband. Dat is dan
ook de reden, waarom Kosygin
niet eerst naar Bonn gaat om de
door Chi-oesjtsjow gemaakte af
spraak na te komen. Engeland
bevindt zich zoals we hierbo-
van al geschetst hebben in een
positie, waarin het een bemidde
lende rol kan spelen en wellicht
kan bereiken, dat de Duitsers
helemaal geen vinger aan de
atoomtrekker van de N.A.V.O.
krijgen. Als Wilson zijn zin
krijgt, zal dat ook niet gebeuren.
Het tegendeel zou dan het geval
zijn, want iedereen zou het recht
van veto hebben en niemand zou
dus een schijn van kans maken,
de trekker over te halen.
Dat is ook een gevaar. Het is
dan ook geen wonder, dat dc
Ver. Staten er totdusver bijzon
der weinig voor gevoeld hebben,
de zeggenschap over het gebruik
van atoomwapens met anderen te