Evangelist Ds. Joh. van U/elzen ...preekte in kippenhokken ^usven" TOT HEIL DES VOLKS Een Kerstboodschap van dr. W. A. Visser 't Hooft Voor U gelezen; DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD ZONDAGSBLAD ZATERDAG 19 DECEMBER 1964 Jan de Liefde 150 Jaar geleden geboren Schitterdingen Ze liggen weer vol, de toon banken van de warenhuizen en de etalages van de wijk winkels. Dozen vol glinster- dingen, als ballen, engeltjes, pieken, klokken, engelenhaar en aluminiumstroken dringen zich aan de voorbijganger op. Ze liggen er in een veelvoud van kleuren en vormen, de een glinstert nog feller dan de ander. Straks hangen ze in de Kerstbomen en weerkaat sen ze het licht van de kleine kaarsvlammen. Dan leven ze hun eigen kortstondig leven als blikvangers tijdens de Kerstdagen. We kunnen onze schouders op halen over zoveel „heidens vertoon". We kunnen felle kritiek spuien tegen al deze kitsch. Maar hoofdartikelen in kerkbladen en protestbrie ven van cultuurminnende lie den verlossen ons niet van de gllnsterdingen. En waarom zouden we ons ver moeien als een Don Quichotte en met pennelans ten strijde trekken tegen deze glazen zeepbellen? Eigenlijk dragen ze nog een boodschap. Het Kerstlicht kan niet zonder lichtvangers. Dat geldt in wel heel bijzonde re mate voor het grote Kerst- licht Het kwam niet alleen ln de wereld om de duister nis te doordringen. Iedere lichtstraal verliest zich uit eindelijk in de verte. Het Licht moet weerkaatst wor den. Het Licht moet opge vangen worden door mensen, die zelf weer dat licht door geven. „Doet alles zonder morren of bedenkingen", schrijft Paulus aan de gemeenteleden van Philippi, „opdat gij onberis pelijk en onbesmet moogt zijn, onbesproken kinderen Gods temidden van een ontaard en verkeerd geslacht, waaronder gij schijnt als lichtende ster ren." Het woord dat Paulus gebruikt is eigenlijk niet het woord voor een lichtgevende «ter, maar voor een licht weerkaatsend hemellichaam. Wij kunnen zelf geen licht geven. We kunnen het Licht van Christus alleen doorge- Juist daarom is het belangrijk dat ons leven niet beslagen is als een spiegel, dat het weer van de tijd niet ingevreten heeft. We zijn gewoon het nieuwe jaar met een schone lei te beginnen. Het ware be ter voor het kerstfeest ons te laten reinigen en met David biddend te zingen: Ontzondig mij met hysop en mijn ziel nu gans melaats, zal rein zijn en genezen. Was mij geheel zo zal ik dan sneeuw die vers op 't aard rijk nederviel. Klokje klinkt, Vogel zingt, ledereen op zijne wijs. Kind; ook gij Zing daarbij Tot des Heren lof en prijs. <~ïlevei4werk Elif Krogager is niet alleen pre dikant in het Deense plaatsje Tjare- borg, maar ook een van de grootste reisagenten van Europa, die 52 bus sen en 500 mensen in zijn dienst heeft en ook nog 7 vliegtuigen. In 1950 is hij met deze bijverdienste be gonnen, toen hij, omdat hij zelf geen geld voor vakantie had, een bustocht voor 35 gemeenteleden naar Spanje organiseerde. Op de eerste reis ver loor hij 300 gulden, maar by orga niseerde nieuwe reizen om het ver lies te dekken. Toen kwam de gang er in. Dit jaar reisden meer dan 100.000 Scandinaviërs met het reis bureau van de dominee. Wie kent de liederen van ds. Jan de Liefde niet: Van U zijn alle dingen; O wij kindren, wij leven als de vo geltjes blij; Er gaat door alle landen; Uit den hemel neder; Moe gewerkt en moe ge speeld; O daar te zijn, waar nimmer tranen vloeien; Bo ven de starren. Er zouden er veel meer te noemen zijn. Op Eerste Kerstdag is het. 150 jaar geleden, dat ds. J. de Liefde werd geboren. Aanvankelijk was De Liefde doopsgezind predikant. Zijn theo logische opvattingen waren ook geheel ln de geest van zijn tijd, namelijk gematigd-vrijzinnig. Hij gebruikte Wel begrippen als geloof, bekering, genade of verlossing, maar tot een doordenking daarvan kwam hij niet. Dat werd, toen hij in zijn twee de gemeente (Zutphen) stond, an ders. Mede onder invloed van zijn vrouw kwam er in zijn leven een gewichtige verandering, die zijn gehele optreden weldra zou be heersen. Zijn 25-ste verjaardag be schouwde hij later als de dag, waarop hij van het liberalisme naar de orthodoxie was overge- ÉÉN DIAKEN Bij zijn gemeenteleden viel deze ommekeer niet bepaald in de smaak. De liefde was geen menist meer, maar gereformeerd gewor den, zo zei men. Op bet laatst kwam niemand van de gemeente meer bij hem in de kerk, ook de kerkeraad niet meer, behalve.... één diaken, die vlak voor het eind van de dienst kwam, om zich met het zakje aan de uitgang op te stellen, want de kerk puilde uit van rechtzinnige hervormden. Op de duur werd deze situatie onhoudbaar. De Liefde scheidde zich af en vestigde zich na een kort verblijf in Duitsland in Am sterdam, afwachtende hoe God zijn weig verder leiden zou. Hier werd hij zo getroffen door de sociale ellende in de achterbuurten, dat hij zijn taak wist. Een visvrouw op de Gouds bloemgracht (de tegenwoordige Willemsstraat) wist hij te bewegen om haar kamer eens per week voor een bijbellezing af te staan en de volgende avond had hij zijn eerste gehoor: vijf arme vrouwen en een blinde orgeldraaier. KLEIN BEGIN Dit kleine begin zou echter ge weldig uitgroeien, ook buiten Am sterdam, en daarom werd in 1855 de Vereeniging tot Heil des Volks gesticht, een soort van christelijke maatschappij tot nut van het alge.- meen, die evangeliserend, vooral ook door sociaal werk en onder wijs ontzaglijk veel betekend heeft. Nog verricht deze vereni ging in de Amsterdamse Jordaan zegenrijk werk. In het kader hiervan stichtte De Liefde ook een evangelistenschool, die voortreffelijke mannen afge leverd heeft als Gerdes, Harden- berg en Holleman. Hoewel Tot Heil des Volks zeker niet antiker kelijk bedoeld was, kwam het er in de praktijk toch vaak op neer, dat wanneer de arbeid der evange listen voor iemand tot zegen was geweest, deze niet meer naar zijn eigen kerk wilde gaan. De gevonden schapen moeten een veilige stal hebben, zo zei De Liefde, en zo kwam hij er toe, om in 1856 in Amsterdam en elders vrije gemeenten te stichten, waar evangelisatie en zending in het middelpunt van de belangstelling stonden. Zijn afkeer van leerstuk ken (die hij „stukken leer" noem de) deed hem apart staan van de kerken der Afscheiding. PUBLICIST Het was geen gelukkige greep. De Liefde verspeelde er de sympa tic van zijn réveilvrienden door. Financieel was het ook niet vol te houden. Het kerkgebouw in Am sterdam moest in 1862 al worden verkocht. De Liefde trad af als voorganger en vestigde zich te Londen, waar hij tot kort voor zijn dood (in 1869) is blijven wo nen als publicist, zowel in het Engels als in het Nederlands. Zijn gemeenten zijn geleidelijk allemaal ontbonden (Amsterdam in 1889) met uitzondering van Leeuwarden, die onder Holleman tot bloei kwam en thans nog een grote Vrije Evangelische Gemeente is. De grootste betekenis heeft De Liefde gehad als vernieuwer van de christelijke lectuur voor school en gezin. Oudere lezers zullen zich nog De Schoolvriend herinneren met verhalen als van Herman de Huichelaar, Ja- kobijntje Jamaar en Teunis Talmkous. In een tijd, waar Brave Hendrik en zijn makkers de schoollectuur beheersten, be tekenden zijn schoolboekjes een geweldige stap vooruit. Ds. De Liefde tverd begraven op de Oosterbegraafplaats te Am sterdam. Toen op deze plaats later het Tropeninstituut verrees, werd het graf overgebracht naar de Nieuwe Oosterbegraafplaats. Op de zerk staat onder meer: Een arbeider in des Heeren wijngaard tot heil des volks; een verdediger van de vrijheid, waarmede Christus hem heeft vrijgemaakt. Hij had ons volk lief en heeft ons de scholen gesticht. (Van o e kerkredactie) De secretaris-generaal van de Wereldraad van Kerken dr. W. A. Visser 't Hooft heeft een kerstboodschap gericht aan alle ledenkerken. HIJ schrijft: Vele steden sieren zich op voor het kerstfeest. Ieder wil meedoen aan dit feest. Allen moeten kunnen delen in de blijdschap die dit feest ver kondigt. Maar is het de echte blijd schap? Hei. Nieuwe Testament spreekt van een kerstvreugde, die ieder ontvangt, die de prijs ervoor wil betalen. Toen Jeru zalem, de stad wie dit feest het meest aanging, hoorde dat de Koning der Joden geboren zou worden, wisten de meesten al lereerst niet goed wat zij met dit bericht aanmoesten. Zij begrepen dat de geboorte van de Messias allerlei radicale consequenties in zich droeg. Het kon betekenen, zoals de Lofzang van Maria het uit drukt, dat de hoogmoedigen in de overleggingen van hun har ten verstrooid zouden worden e-fl de rijken ledig zouden worden heengezonden. De mensen moesten een antwoord geven op de verwarrende vra gen die op hen afstormden en, zoals Simeon het uitdrukt, de overleggingen uit vele harten I zouden openbaar worden. Slechts wie zich niet verzet tegen het feit dat Christus aanspraak maakt op zijn leven en zich overgeeft aan het Kerstkind zal de echte blijd schap ontvangen. Zo zullen onze Kerstversie ringen alleen maar de ware blijdschap brengen, als we on ze levens niet afsluiten voorj de komst van Christus in onze wereld, die alles verandert. Het Kerstfeest dat ons werke- lijk blijdschap geeft, is het I feest dat ons confronteert met l, de eis tot overgave die de baby- Koning ons leven stelt. Dan zal onze blijdschap getransfor- meerd worden tot daden, da- den waarin we ons solidair betonen met de hongerenden die Hij wil laten delen in het goede, en daden die vrede brengen en de wankele co-exis tentie van naties en rassen transformeert tot een wereld waarin de mensen beseffen hun broeders hoeder te zijn. (oudste dienstdoende predikant) (Van onze kerkredactie) J^INSDAG 5 januari zal het veertig jaar geleden zijn, dat de oudste dienstdoende predikant in Nederland, ds. Joh. van Weizen, voorganger van de Nederduitse Gerefor meerde Gemeente te Gouda, begon te preken. In februari hoopt de krasse grijsaard, die nog niet aan emeritaat denkt, 78 jaar te worden. Ds. Van Welzeg die in 1887 in Leiden is geboren, verhuis de toen hij twee jaar was naar Rotterdam. Evenals zijn vader werd Jan banketbak kermaar reeds op zijn negende jaar kreeg hij de roeping in zijn hart, om pre dikant te worden. Voorlopig kwam daar niets van Toen hij negen jaar was, moest hij al verdienen. Door de week stond hij op de Goudsesingel met een wagen pruimen en op zaterdag diende hij bij Joodse gezinnen op de Botersloot. Hij maakte voor hen de kachel aan en nam stof af, dingen die een Jood op sabbat niet doet, en daar kreeg hij dan twee ene en halve oent voor. Daar heb ik geleerd, wat werkheiligheid is, zegt ds. Van Weizen nu. Al was de familie Van Weizen hervormd, kerkistisch was ze be paald niet Behalve hervormde predikanten als Van Dorp, waar Jan belijdenis deed, beluisterde men graag gereformeerde predi kanten, zowel van „A" (Klinkert) als van „B", zoals Sillevis Smitt, Veder en vooral Lion Cachet. Een dolerende maar dan een echte, zegt ds. Van Weizen van de laat ste, die hij door de week placht te horen, als deze bijbellezingen hield in het gebouw de Hoop bij het kippebruggetje over de Cool- singel. Nog beter was de christelijke gereformeerde ds. Minderman, maar het liefst ging Jan toch naar „Ledeboeriaanse" dominees, als die in Rotterdam kwamen preken, zoals Beversluis of Boone. Vooral vestigd. Hij slaagde met glans, maar werd toch niet toegelaten, omdat hij zich om principiële rede nen weigerde te laten keuren. Uiteindelijk kreeg Van Weizen een roeping van het volk van Le- deboer en op 5 januari 1922 preek te hij voor het eerst in Oudewater over Js. 32:1 en 2. Weldra preekte hij het hele land door soms wel zeven maal in één week. Hij preekte in schuren en kamers, meest in Zuid-Holland en Zeeland, maar ook veel in Friesland. andere dominees zaten bleek van schrik, maar nooit is er iemand van de S.D. geweest. Dikwijls schrijft ds. Van Weizen brieven aan de Koningin. Tijdens de Hongaarse opstand verzocht hij haar een biddag uit te schrijven, dat het voor haar een grote be moediging was, dat er een biddend volk achter haar staat. Ook nu heeft zij hem de beste wensen gedaan voor de vijfde jkruari. Datheen Kippen DS. JOH. VAU WELZEN... voddenbeivaarder in des Konings Kienen Intussen bleef Jan hervormd. Hij werd voorzitter van K.V. Gideon, waarvan ook de latere Kerk- en Vredeman dr. K. Strijd lid was (een lieve jongen, die Krijn, her innert ds. Van Welzen zich). On der leiding van Van Welzen wer den er geestelijke voordrachten gehouden. Maar helaas: de meer derheid ging liever domineren en kienen en Jan bedankte als voor zitter. Op zijn 27e jaar werd hij krachtdadig door God gegrepen, nadat hij lange tijd werelds ge leefd had. Ds. Minderman had hem al willen opleiden tot het predikambt, maar emigreerde naar Grand Rapids. Op advies van ds. J. Wisse ging hij zijn schoolkennis opfrissen bij een hoofdonderwijzer, waarna hij admissie-examen deed aan de Theologische School van de Christelijke Gereformeerde Kerk, die toen nog in Den Haag was ge- Eens preekte hij in Linscho- ten drie uur in een kippen- schuur, waar men te laüt merk te, dat de kippen (die ook bij de preek aanwezig waren) niet vrij waren van ongedierte. In Leiden zaten twee rijen commu nisten vooraan te roken en olie noten te eten. Maar Van Velzen zei: Jullie zijn zesduizend jaar te laat geboren. Adam en Eva waren de grootste communisten. Intussen was er in Rotterdam onder de hervormden grote nood, want na het vertrek van ds. Van Dorp was er niet één bondspredi- kant meer over. Zo werd Van Welzen er 12 februari 1930 aange steld als vaste voorganger. Maar de sacramenten konden nog niet bediend worden. Twee jaar later kwam pr goltiklriv e»n or*vHkant van over zee. Ds. H. Siegers van het schip De Hoop institueerde de gemeente en bevestigde Van Wel zen tot predikant. Op 10 juni 1932 deed deze zijn intree in de Zen dingskapel in de Gerard Scholten- Van Welzen zelf institueerde een gemeente te Gouda, waar hij in september 1935 naar toe ging. Zijn Dpvolger in Rotterdam, ds. P. H. 5eggelink, is later met de gemeen te christelijk gereformeerd gewor- Hongerwinter Ds. Van Welzen heeft ontzaglijk veel meegemaakt. In de honger winter preekte hij in een protes tantse bidstond in de Grote Kerk te Gouda. Voor een afgeladen kerk (je kon de magen horen rammelen, zo zegt hij) eindigde hij met: God, Nederland en Oranje. Oranje heeft gebloeid en zal bloeien. Amen. De De gemeente heet nederduits- gereformeerd, want zo heette de kerk in de zestiende eeuw. Het liefst zou ds. Van Welzen ook de berijming van Datheen zingen, maar dat willen ze hier in Gouda niet, zo zegt hij. Neem bij voorbeeld eens Psalm 8:79 „Welzalig is het volk, dat naar Uw klanken hoort." In de onbe rijmde tekst staat: „dat het ge- klank kent". Door het horen wordt je niet zalig, maar door het ken nen, begrijp je, zo legt hij uit. Ds. Van Welzen heeft een eigen blad „De Trompet", dat hij zelf schrijft, typt, stencilt en verstuurt. Indertijd stuurde hij Trompetten naar de soldaten in Indië als evan gelisatiemiddel. Hij heeft ook boekjes van oude Engelse schrij vers opnieuw uitgegeven, („met geen droge ogen te lezen"), zoals van Bunyan. Bij alles leef ik uit de hand des Heren, zo zegt hij. Hij heeft geen traktement, leeft van wat men hem toestopt en zet geen woord van zijn preek van te voren op papier. Zelfs de puntverdeling heeft hij onlangs afgeschaft. Martin Buber. door dr. M. A. Beek en dr. J. Sperna Weiland. Uitgave in serie Wijsgerige mo nografieën door Wereldvenster, Twee Amsterdamse hoogleraren hebben samen een boekje geschre ven dat genoemd zou kunnen wor den een biografie van het denken van Martin Buber. Hij wordt, en niet ten onrechte, de grootste filo soof van onze tijd genoemd. Zijn belangrijkste werken heeft hij reeds in de jaren twintig geschre ven, maar pas eigenlijk in de jaren zestig ging men beseffen dat hij een stempel heeft gedrukt op veel filosofisch en theologisch denken. Juist in deze jaren, nu Heidegger en Sartre beginnen te tanen, vin den velen bij Buber nieuwe aan knopingspunten. De jaren zestig zijn al het begin van het post- Barthiaanse tijdperk genoemd. De naam Bultmann wordt steeds va ker gehoord, maar toch is het de vraag of zijn invloed blijvend zal zijn. Het is opmerkelijk dat juist de Jood Buber vele orthodoxe en vrijzinnige theologen steeds meer aanspreekt, dat zij bij hem een springplank vinden voor de door- breking van traditionele schema's. Op niet al te moeilijke maar toch bij lange na niet populaire wijze proberen nu beide hoog leraren hun lezers in te leiden in het denken van Buber. We krijgen een indtuk van de geweldige in vloed die het bijna twee eeuwen oude chassidisme gehad heeft op deze man, we komen in aanraking met zijn beroemde bijbelvertaling (die hij begon met de te jong gestorven Franz Rosenzweig) en worden ingeleid in zijn denken. Buber is een man, die een woord van hoop heeft voor deze wereld (in het begin kwamen er wel 700 mensen) is nog maar een handjevol overgebleven. Toekomst Kameraden Het is stil geworden rond ds. Van Welzen. Zijn kameraden, zoals hij ze noemt, Boone, Hubregtse. Blaak, Fraanje en anderen, zijn gestorven. Die nieuwen weten het allemaal zo goed, maar ze hebben het beginsel van Ledeboer verlaten en zijn onder het kruis vandaan gelopen. Het echte volk van Lede boer komt hier en daar nog bijeen in winkels en huiskamers. Tevergeefs heeft hij gepoogd bij de Gereformeerde Gemeenten aan sluiting te vinden. Ds. Blaak (zelf oud-gereformeerd) zei tegen hem: Jongetje, bij de oud-gereformeer- Maar toch is dit het einde niet. Ds. Van Welzen is er van over tuigd, dat een oecumenische ver eniging van alle echte gerefor meerden voor de deur staat. Wel dra zullen de scheidsmuren weg vallen en alleen deze overblijven: tussen wie God vreest en wie hem niet vreest Hij let op de tekenen der tijden. Heb je het ook gezien, dat het een paar weken geleden hagel en vuur van de hemel re gende? vraagt hij. Neen. Van Wel zen gaat niet met emeritaat. Ik wens met keizer Vespasianus staande te sterven, heeft hij "aan de koningin geschreven. En hij zal nog meemaken, dat de kerk weer hersteld wordt. Uit principe heeft hij nooit voor zijn hervormd kerk lidmaatschap bedankt. Terugziend op 2ijn leyen zegt ds. Van Welzen: „De Here heeft mij voor vele zondaars tot ze gen - willen gebruiken. Gods Woord heeft het gedaan, niet ik. Ik ben maar een waardeloos mens geweest, een voddenbe- waarder in des Konings Ka- die al te lang reeds zwalkt in een existentialistische duisternis. D« „Godsverduistering" is voor hem geen bljvend feit. Hij heeft weet van de mogelijkheid van een o keer, een bekering: hij getuigt a de mogelijkheid van een ontmoe ting met God. Wie zijn tijd wil kennen, mag aan Buber niet meer voorbij gaan. Wie Buber wil leren kennen kan door dit boekje aan hem voorgesteld worden. Het is feen werkje om in één avond of én adem uit te lezen. Het echter de moeite waard om h door te worstelen. Wie dat doet zal merken dat Buber hem niet r loslaat. Het is daarom juist z< prijzen, dat de beide Amsterdamse hoogleraren Buber aan het woord laten en niet of nauwelijks tussen hem en ons in gaan staan. (128 blz„ 6.90) John Knox, de Hervormer i Schotland, door ds. G. Bouw* meesier. Uitgave Willem de Zwijgerstichting, 's-Gravenha- ge. De Willem de Zwijgerstichting heeft een voortreffelijke brochure aan haar reeks toegevoegd. De on langs overleden Rotterdamse pas tor heeft de belangrijkste episode van de Schotse kerkhistorie (het midden van de zestiende eeuw) boeiend beschreven, dat men d geschrift in één ruk uitleest. Enke le reprodukties van portretten, on der andere van Knox completeren het geheel. Zij die de arbeid van de stichting (postbus 166, Den I Haag) steunen met minstens 2,50 per jaar, ontvangen deze en derge lijke uitgaven gratis. Met en zonder harnas, door Ton Oosterhuis. Uitgave Nijgh en Van Ditmar, Den Haag. Deze raamvertelling voor de oudere jeugd verhaalt van de gro- te en kleine helden van Europe, van elk land één. Samen, in totaal 26, geven de vertellingen een beeld van de geschiedenis van Europa. Aan elkaar geschreven met leerza me historische overzichten van de tijd waarin ze spelen, worden de verhalen spannend en fris verteld De reis begint in Griekenland met de gifbeker van Socrates en ein digt in de Tweede Wereldoorlog. (227 blz., 12,90). Dievenbal (Le bal des Vo le urs) en Reiziger zonder baga ge, door Jean Anouilh. Vertaling resp. Gerard Rekers en Arend Hauer. Uitgaven Heijnis N.V., Amsterdam. Ook deze uitgeverij is begonnen met handige toneelpockets. Als eerste twee bekende toneelstukken van Jean Anouilh. De stukken zijn bekend, de vertalingen behoorlijk, de uitgave is aantrekkelijk. Men weet: een goed toneelstuk is niet alleen waard gezien en gehoord te worden, maar ook te worden gele zen. (per Geitje 112 blz., 3.75). Navo worstelt nu met de MLF en de AFN (van Wil son) - Duitsers verdwaalden in mijnenvelden - Een „vriendendienst" - Kosygin naar Londen PREMIER WILSON heeft ln de afgelopen week in het Britse Lagerhuis wat meer verteld over zijn plan inzake de Atlantische kernmacht (A.N.F.), die de Mul tilaterale kernmacht (M.L.F.) van de Ver. Staten en West- Duitsland overbodig zou maken en het voor Frankrijk wellicht wat gemakkelijker zal maken, zijn bezwaren tegen een zo hecht mogelijke samenwerking in At lantisch verband te laten varen. Het is dus de moeite waard, iets uitvoeriger bij de voorstellen van WUson stil te staan, dan tot dus ver is gebeurd. We zien dan, dat de A.N.F. van Wilson zou moeten bestaan uit nationale elementen en uit een multinationaal element. Deze na tionale elementen zijn deelne mende landen, die over kernwa pens beschikken. Zij hebben elk het recht van veto. Het multina tionale element wordt gevormd door landen, die deze wapens niet hebben en toch een stem in het kernwapen-kapittel van de N.AV.O. willen hebben. Deze landen zouden als groep over het vetorecht kunnen beschikken, als een beslissing moet worden ge nomen over het al of niet gebruiken van kernwapens. Mocht er geen multinationaal element worden ingebracht, dan krijgen andere landen, die indi vidueel deelnemen, ook het recht een veto uit te spreken Beloften De A.N.F. van Wilson zou samengesteld moeten zijn uit de Britse V-bommenwerpers (uitge zonderd die, welke buiten het gebied van de N A.V.O. nodig zijn), de Britse Polarisvloot. een gelijk aantal Amerikaanse Pola- ris-onderzeeërs, het „gemeen schappelijke element" en als Frankrijk deelneemt, het natio nale element, dat dit land wil in brengen. Deze kernmacht zou onder een enkel gezagsorgaan komen, dat uitsluitend zou kun nen handelen op instructies van de regeringen van de deelnemen de landen. Het zou de bevelheb ber van de strijdmacht politieke leiding moeten geven, de doelen van operationele plannen moeten goedkeuren, besluiten nemen aangaande het verstrekken van kernwapens aan de bevelhebber van de kernmacht en een poli tiek moeten uitstippelen met be trekking tot de rol van alle ty pen strategische en taktische wa- Het handvest van de A.N.F. zou een artikel moeten bevatten. waarbij de kernmogendheden zich verplichten tot het niet verder verspreiden van kernwa pens. De niet-kernmogendheden beloven, geen pogingen te zuilen doen om zelf kernwapens te verkrijgen. De trekker Op deze wijze wil Wilson voorkomen, dat er veel vingers aan de „nucleaire trekker" ko men. In het Lagerhuis verklaarde de premier, dat het onmogelijk zou zijn, een verdere versprei ding van wapens tegen te gaan, indien de Chinese kernontplof fing tot gevolg zou hebben, dat andere Aziatische landen voor hun verdediging over kernwa pens willen beschikken. In ant woord op een Interruptie van de voormalige conservatieve pre mier Douglas Home gaf Wilson duidelijk te kennen, dat de Duitse deelneming tot het multi nationale element beperkt dient te blijven. Hij zeide, dat zijn regering internationale overeen stemming over het tegengaan van verdere verspreiding van kern wapens als het belangrijkste ontwapeningspunt" beschouwt. Wilson deelde voorts mede, dat net de wens van de Amerikaanse regering is, dat het Amerikaans- Duitse plan voor een M.L.F. en het Britse project naast elkaar worden bestudeerd. Washington beeft niet van zijn eigen plannen afgezien. De conferentie over een N.A.VO.-kernmacht, die achter de schermen wordt voorbereid, heeft dus nog wel degelijk zin. Mijnenvelden Overigens heeft West-Duitsland zich wel in het hoekje lalten manoeuvreren, waar de klappen vallen. De actie van Wilson is om verschillende redenen onderno men. Een van de belangrijkste motieven van de Britse premier is echter geweest, dat de vor ming van de M.L.F. als een Amerikaans-Duits militair bond genootschap moest worden voor komen. Geen Duitse vinger aan de atoomtrekker, aldus de Engel se leus. Gelukkig verklaarde minister Schroeder deze week. dat West-Duitsland voor de her eniging van Duitsland zou kiezen, als het de keus zou hebben tussen deze hereniging en het lidmaatschap van een atoomclub als de M.L-F. Minder gelukkig was echter het voorstel van de Westduitse minister von Hassel (Defensie), een „atoommijnen- veld" aan te leggen langs dc grens tussen Oost- en West Duitsland. Afgezien van het feit, dat het militaire nut van dergelijke „mijnenvelden" waarschijnlijk niet zo verbijsterend groot is, kan worden gezegd, dat hier een politieke blunder is begaan, die de Westduitse regering opnieuw prestigeverlies zal brengen. „Vrienden" Ook de weigering van Frank rijk, een gezamenlijke verklaring over het zelfbeschikkingsrecht van het Duitse volk te onderte kenen, is een klap in hot gezicht van de Westduitse regering. Het «al Je gebeuren dat een land, waarmee je een speciaal verzoe- nings- en vriendschapsverdrag hebt gesloten, uitgerekend in dit opzicht zijn medewerking wei gert. Aan de andere kant is het Franse optreden typerend voor de houding van generaal De Gaulle met -betrekking tot de hereniging van Duitsland. Het is een publiek geheim, dat de Franse president in werkelijk heid helemaal niets zou voelen voor de hereniging van Duits land. Om begrijpelijke redenen uiteraard. Een verdeeld Duits land kan nooit meer het gevaar opleveren, dat een sterk en gecentraliseerd Duitsland in deze eeuw al tw#« keer over Europa heeft gebratjht Een van de doelen van het verdrag tussen Bonn en Parijs Is wat de Duitsers betreft echter geweest, dc herenigingskansen te bevorderen, door zich van de medewerking van Frankrijk te verzekeren. Adenauer heeft daar De Gaulle ten voeten uit. nooit twijfel over laten bestaan. Als er voor deze ex-kanselier ooit reden geweest is om met De Gaulle te gaan praten, dan is dat toch nu zeker wel het geval.. Kosygin Overigens houdt ook het be zoek, dat de Russische premier Kosygin mettertijd aan zijn Brit se collega Wilson zal brengen, vooral verband met de pogingen van de Westduitse regering, medezeggenschap te krijgen over het gebruik van kernwapens in N.A.V.O.-verband. Dat is dan ook de reden, waarom Kosygin niet eerst naar Bonn gaat om de door Chi-oesjtsjow gemaakte af spraak na te komen. Engeland bevindt zich zoals we hierbo- van al geschetst hebben in een positie, waarin het een bemidde lende rol kan spelen en wellicht kan bereiken, dat de Duitsers helemaal geen vinger aan de atoomtrekker van de N.A.V.O. krijgen. Als Wilson zijn zin krijgt, zal dat ook niet gebeuren. Het tegendeel zou dan het geval zijn, want iedereen zou het recht van veto hebben en niemand zou dus een schijn van kans maken, de trekker over te halen. Dat is ook een gevaar. Het is dan ook geen wonder, dat dc Ver. Staten er totdusver bijzon der weinig voor gevoeld hebben, de zeggenschap over het gebruik van atoomwapens met anderen te

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 14