Snikkend gaf Koning toe:
Troonrede ministers werk
BIO-TEX
Wfihm
JAAR 1848 BRACHT OMWENTELING
Opklaringen
Troonredes
Groot televisiespektakel
in enthousiast Bolsward
IF IE 1ST
7
WOENSDAG 21 OKTOBER 196
(Van onze parlementsredactie)
„Maar moet de Koning dan altijd ja en amen zeggen? Ik heb het veto."
Zijne majesteit Koning Willem II is zichtbaar opgewonden. Z'n woorden
in de gedenkwaardige vergadering van de kabinetsraad op 18 september
1845 zyn niet minder dan een uitval. In het bijzonder richt hij zich tot
minister De Jonge van Campen Nieuwland, die duidelijk als zyn mening
heeft uitgesproken, dat de Koning in de Troonrede een toezegging moet
doen ten aanzien van grondwetsherziening, ,,'t Is nu volksdenkbeeld dat er
enige verandering moet plaats hebben", heeft de minister opgemerkt. En
bijgevallen door vijf ambtgenoten heeft hij er aan toegevoegd: „Op den
duur zal 't niet te keren zijn." De vorstelijke voorzitter is nerveus en driftig.
Terwijl hij het zoveelste potlood stuk breekt, roept hij uit: „Dan is alles
reeds nu verloren. Elke verandering van grondwet is een kwaad. Geeft
men aan een wens daartoe toé, dan weet men niet waar men blijft staan".
De hervormingsgezinde leden van de raad, speciaal de heer Van Hall, krij
gen heel wat bitse en schampere opmerkingen te horen.
Het zijn jaren vol staatkundige
verwikkelingen, die aan het revo
lutiejaar 1848 vooraf gaan. Laatst
genoemd jaar brengt een zo diep in
grijpende hervorming van ons staats
bestel, dat we kunnen stellen: de
geschiedenis van onze parlementaire
democratie begint in 1848. In de con
stitutie van dat jaar wordt het be
ginsel vastgelegd: de Koning is on
schendbaar, de ministers zijn verant
woordelijk. Zowel de positie van de
vorst als die van zijn raadslieden
wordt een heel andere. De Koning
kan voortaan alleen maar optreden
via en met medewerking van zijn
ministers de ministers kunnen hun
ambt slechts uitoefenen zolang zij
het vertrouwen genieten en de mede
werking ontvangen van het parle
ment.
Maar aan de aanvaarding van het prin
cipe der politieke ministeriële verant
woordelijkheid is Koning Willem II in
1845 nog echt niet toe. In de kabinets
raadsvergadering van 18 september stelt
hij de vraag of het wel raadzaam is. dat
hij dit jaar de zitting van de Staten-Ge-
ncraal ..in persoon" zal openen. Gezien
de verwikkelingen in het afgelopen par
lementaire jaar voelt hij er niets voor.
Ook in de Troonrede van 1844 had hij
geen enkele toezegging over wijziging
van de constitutie willen doen en de ge
volgen waren niet uitgebleven. Tussen
de beide Kamers was het tot een botsing
gekomen over het aan de Koning te zen
den adres van antwoord. De Eerste Ka
mer had er niet van willen weten, dat
in het adres de wens tot grondwetsher
ziening zou worden geformuleerd. Het
verzenden van een adres bleef achter
wege.
„Ditmaal geen
r Troonrede"
pe moeilijkheden in het parlement wa
ren voor de kabinetsraad aanleiding ge
weest om enkele malen bijeen te komen.
■Hoe ontstemd de Koning was, bleek wel
op 29 oktober 1844, toen hij kortaf op
merkte: „In 't volgende jaar géén Troon
rede!" En, voegde hij er aan toe, ik ver
wacht dat de heren niet aanwezig zul
len zijn wanneer in de Tweede Kamer
opnieuw gesproken wordt over een adres
antwoord. Het zou neerkomen op
goedkeuring „van een daad der Ka-
r. die nu bezig is aan een kleine om
wenteling". De ministers handelden over.
eenkomstig de wens van de Koning: het
i tot 1849 duren eer zij de parlemen-
re voorbereiding van het adres van
antiwoord gingen bijwonen. Toen eerst
;n zij immers voor de Troonrede ge-
verantwoordelijk,
inister Schimmelpenninck had hele-
l geen moeite met 's Konings stand
punt. In de vergadering van 29 oktober
zei hij omtrent de aard van de Troonre
de: „Hier is de Koning een zelfwerkend
wezen. Zijne majesteit geeft niet het pro
gramma door de ministers opgemaakt".
Koning Willem II vindt het duidelijke
en juiste taal. Een klein jaar later, in de
genoemde vergadering van 18 september
1845. zegt hij het nog eens heel klaar:
.,'t Is mijne rede. niet die van de minis
ters". Maar de tijd is lang voorbij, waar
in zijn vader superieur tot zijn onderda
nen kon zeggen: „Het is voor mij een uit
stekend genoegen mijn oordeel over de
grondwet door de verklaring van zo vele
brave en kundige mannen bevestigd te
zier." Zo drukte hij zich uit m zijn in
huldigingsrede van 30 maart 1814.
Oost-Ameland bezit
exploitabel aardgas
Mobiloil N.V heeft meegedeeld dat bij
het verder testen van haar boring Oost-
Ameland nr 1 gebleken is, dat de aan
geboorde aardgasreserve exploitabel is.
Een schatting van de grootte van het
gasvoorkomen werd niet gezeven
JJET HOGEDRUKGEB1ED in 01
omgeving is de laatste 24 uur
leidelijk in betekenis afgenomen. De
kern ervan verplaatste zich over Rus-
and verder naar het oosten. Ten wes
ten van Schotland arriveerde eet
nieuw hogedrukgebied. dat nog in bo
tekenis is toeg 'nomen, maar dat van-
morgen alweer werd aangetast door een
zeer actieve depressie bij Groenland.
Een front dat boven de Noordzee lag
bewoog zich langzaam naar het zuiden
en naderde vanmorgen ons land. nog
vergezeld van een smalle reg&izone.
Met wat lichte regen zal het ons land
passeren waarna weer opklaringen vol
gen. De temperaturen zullen morgen
wat hoger zijn dan vandaag. Er zal veel
minder ochtendmist voorkomen dan
vandaag het geval was.
ZON EN MAAN
Donderdag 22 oktober: zon op 7.17,
onder 17.32; maan op 18.30, onder 08.35.
27 oktober: laatste kwartier.
Nog kan de Koning aan het kabinet
z'n wil opleggen, maar lang zal het niet
meer duren. Tegen z'n aanvankelijke
plan in opent hij zelf op 20 oktober 1845
de zitting der Staten-Generaal. In de no
tulen van de kabinetsraad staat, dat de
koning wilde laten zien niet koppig te
zijn. Maar op de andere punten houdt hij
voet bij stuk. Hij geeft, in de Troonrede
als zijn gevoelen te kennen, dat het wij
zigen van de grondwet plichtmatig be
hoort te rusten op ene overtuiging van
noodzakelijkheid. „Tot nog toe, edelmo-
gende heren, is zodanige overtuiging bij
mij niet gevestigd". Over de kwestie van
het adres van antwoord merkt hij op:
..Mijn innigq overtuiging zegt mij. dat
het beter ware de beantwoording der
Troonrede achterwege te laten". De
Staten-Generaal trekken zich daarvan
evenwel niets aan: er komt wel een adres
van antwoord, zij het dan dat „tedere
punten" daarin niet worden aangeroerd.
Belediging
Binnen en buiten de Kamer maakt de
Troonrede een slechte indruk. De „Arn-
hemsche Courant" publiceert een lelie
kritiek, die de uitgever een proces be-
Volgens de tenlastelegging zijn de
gebezigde woorden honend voor de Ko
ning, die persoonlijk de Troonrede heeft
uitgesproken. Van bijzonder gewicht is
de uitspraak van de Arnhemse recht
bank. De uitgever wordt vrijgesproken
omdat „de Troonrede niet geacht kan
worden het persoonlijk werk des Ko
nings te zijn"!
De ontstemming bij de hervormings-
gezinden over de Troonrede blijkt ook
en parodie van het Tweede Kamer-
KONING WILLEM II
lid mr. L. C. Luzac. Het spotvers, dat in
de Handelingen is opgenomen, begint
Lieve Staten-Generaal
Welkom, welkom allemaal
In mijn koninklijken Haag
Ach, gij weet het, 'k zie U graag,
'k Ben tot in mijn ziel verhehgd
En betuig die zielevreugd.
Negen leden uit de Tweede Kamer on
der leiding van Thorbecke, die in 1844
door de Provinciale Staten van Zuid-
Holland als zodanig is gekozen, trachten
door een initiatief-voorstel wijziging in
de grondwet te brengen. Daarop slaat
het volgende gedeelte van het rijm:
'k Heb de Grondwet straks genoemd:
Maar, waartoe de zaak verbloemd?
Als ik van die Grondwet spreek.
Word ik beurtloos rood en bleek,
Dat verbruide Negental
Maakte 't al te bont en mal,
't Greep mij roekloos naar de Kroon,
'k Zal gelijk een brave zoon.
Doen, zóó als mijn vader deed,
(De hield vol gelijk gij weet.)
'k Waag, als hij, het land er aan,
Liever, dan geloof te slaan
Aan de woorden van een bend'
Als oproerig mij bekend.
Van herziening, dat gij 't hoort
Van herziening dus geen uioord,
Vóór dat oproer mij omringt
En de bittre nood mij dwingt.
Ommezwaai
Een geweldige ommezwaai maakt de
Koning in 1847. Tegenover leden van het
corps diplomatique heeft hij eens ver
klaard in één nacht van zeer conservatief
zeer radicaal te zijn geworden. Hoe dat
precies in z'n werk is gegaan, kan niet
meer worden nagegaan. Er waren rel
letjes en betogingen geweest, maar zy
waren niet zo ernstig, dat de Koning
Luzac moest nazeggen dat oproer hem
omringde.
Als de kabinetsraad op 10 oktober 1347
bijeenkomt, wacht de ministers een grote
verrassing. Deze is minder gelegen in
het feit dat de Koning vergezeld is door
de Prins van Oranje en door Prins Fre-
derik deT Nederlanden als wel in de
woorden, waarmee de Koning de ver
gadering opent. De notulen vertellen:
,.Z. M. geeft te kennen tot de overtuiging
te zijn gekomen dat de Grondwet veran
derd dient te worden ten aanzien van
stem- en kiesrecht en dat bij dezelfde
gelegenheid ook andere punten te wij
zigen zijn".
Een levendig verslag van de vergade
ringen van 10 en 14 oktober geeft minis
ter Van Son in z(jn dagboek. De Koning
is diep bewogen wanneer hU de gedach
ten ontvouwt, die h(J in de Troonrede
van 18 oktober wil neerleggen. H\j
spreekt snikkend en drukt „uiterst aan
gedaan beurtelings de hand van de
Prins van Oranje en van Prins Frederik
hetwelk Z.M. in de loop van z'n be
toog en na het eindigen meermalen her
haalt".
De enige minister, die de ontwiikkeHntg
der dönigen niet kan volgen, is De la
Sanraz. Maar de Koning is vastbesloten.
„Ik blijf bij mijn voorstel en ga geen
stap verder", zegt hij. En hij geeft als
toeliichtmig: „In 1840 hebben Ik. en Mijn
broeden- Prins Frederik, hier aanwezig,
Mijnen Vader Willem I op onze knieën
gebeden, dat de veranderingen (die toen
in dte grondwet zijn aangebracht red.)
zich niet tot het eenigst en volstrekt
noodzakelijke beperken en zoo geheel on
beduidend wezen zouden, maar dat an
dere saillante gebreken mogten worden
hersteld
In de boezem der regering is het pleit
beëlecht. Het jaar 1848 brengt voor ons
staatsbestel een „nieuw geopende baan",
zoals de Koning het in zijn Troonrede
van dat jaar formuleert. Voortaan stelt
de ministerraad het ontwerp Troonrede
op en kan de Koning daarna slechts wen
sen kenbaar maken. Do ah de minister
raad beslist.
Koninklijke wenken
Koning Willem HI. die in 1849 z'n va
der opvolgt, heeft het er in het begin
moeilijk mee. In 1852 probeert hU hard
nekkig ingrijpende wijzigingen in het
ontwerp te krijgen, maar ten slotte moet
hij het hoofd in de schoot leggen. Ern
stige moeilijkheden hebben zich sinds
dien niet meer voorgedaan. Daarmee ls
echter miet gezegd, dat de staatshoofden
na 1852 het omwerp steeds zonder de
geringste tegenkanting zouden hebben
aanvaard. Meer da eens hebben zij wij
zigingsvoorstellen gedaan, die door de
ministerraad werden aanvaard.
Ter gelegenheid van liaar 150-
jarig bestaan heeft de staatsdruk
kerij-uitgeverij een bijzonder
fraai, grootformaat boekwerk
het licht doen zien, waarin alle
troonredes, openingsredes en in
huldigingsredes tussen 1814 en
1963 zijn gebundeld. De uitgave
werd voorbereid door dr. E. van
Kaalte, oud-deken van de parle
mentaire pers, die gedurende
twee-en-een-half jaar in archie
ven materiaal heeft verzameld.
Daaronder bevinden zich zeer
belangwekkende gegevens. Dr.
Van Kaalte was door zijn cons
ciëntieuze aanpak in staat een
interessante, uitvoerige inlei
ding te schrijven en de redevoe
ringen van aantekeningen te
voorzien. Daardoor weet de lezer
op welke gebeurtenissen allerlei
zinsneden betrekking hebben.
De gehele geschiedenis van ons
Koninkrijk vindt men in het
boekwerk terug.
Een boeiende episode uit die
geschiedenis is die welke voor
afging aan de invoering van de
politieke ministeriële verant
woordelijkheid In 1848. .Aan de
hand van gegevens, welke door
dr Van Kaalte werden verza
meld, schreef een onzer redac
teuren nevenstaand artikel. Het
kan tevens als een hommage aan
de samensteller van Troonredes
18141963 worden beschouwd.
Reeds enkele dagen na haar inhul
diging krijgt de jonge Koningin WU-
helmine gedaan, dat in de Troorode
meer hulde wordt gebracht aan het
Indische leger. Het is in de dagen
ran Atjeh. In 1938 geeft Koningin
Wilh elm ir.a aan Colijn de wens te
kennen, dat de Troonrede zou wor
den besnoeid. De Koningin had zdcb
er aan geërgerd, zo schreef de direc
teur ran het Kabinet der Koningin
aan de minister-president, dat zij het
jaar tevoren een zin over de open
bare eerbaarheid had moeten voor-
Een merkwaardig voorval deed zich
voor in 1869. Noch de Koning noch de
betrokken ministers hadden gemerkt,
dat aan het slot van het ontwerp de ge
bruikelijke tiradeover de zegen van
Hogerhand ontbrak. Maar n ue Kamer
werd het wel degelijk opgemerkt. Mt-
Hogerliand ontbrak. Maar in de Kamer
verschoning voor deze noodlottige ver
gissing
Sedert 1945 hebben de Troonredes een
veel grotere omvang gekregen, omdat de
regering het gewenst achtte meer inzicht
te geven in de voornemens harerzijds.
(Vele wachtenden langs de route van de
Gouden Koets hebben het niet in dank
aanvaard). Op instigatie van minister
president Drees is in 1957 en '58 aan de
Troonrede een wat andere vorm gege
ven. Een opsommng van de voornemens
van alle departementen bleef toen achter
wege In 1950 werd deze methode echter
al weer vaarwel gezegd Om te voorko
men dat de redevoeringen te veel uit
dijen. heeft men besloten dat zij in prin
cipe niet langer mogen zijin dan 1800
woorden.
Oud-premier De Quay komt lof
toe omdat hij in 1960 het initiatief
heeft genomen tot inroeping van de
hulp van een Neerlandicus. Sinds
dien bekiikt prof. dr. C. F. P. Stut-
terheim uit Leiden de Troonrede op
taal en stijl. Het gevolg van deze let
terkundige bijstand is. dat meer dan
eens de tekst van het herziene ont
werp aanmerkelijk verschilt van de
oorspronkelijke tekst. Maar de mi
nisters blijven verantwoordelijk en
daarom beslissen zij uiteindelijk of
zij de professorale ..amendementen"
overnemen. Soms willen zij op het
laatste nippertje nog toevoegingen
aanbrengen of bepaalde zinsneden
schrappen. En daarover kan dan niet
meer het wakend oog van de Leidse
hoogleraar gaan!
bezit wérkelijk bijzondere
eigenschappen
zegt het keuringsinstituut
van de Ned. Vereniging van Huisvrouwen
(zie onderstaand artikel uit DENKEN en DOEN van juni 1964, pagina 16)
„Na een veelomvattend onderzoek,
verricht door het Wasserij-instituut
T.N.O. en een serie praktijkproeven
van I.V.H.A. kon ons goedkeurings-
merk verleend worden aan het was
middel Bio-tex, dat een geheel eigen
plaats inneemt tussen de vele was- en
reinigingsmiddelen op de Nederlandse
markt. Bio-tex bezit werkelijk bijzon
dere eigenschappen, die de toepassing
ervan dubbel en dwars do moeite
waard maken. Dit produkt, op zich
zelf een goed synthetisch wasmiddel,
zonder bleekmiddel en zonder op
tische blauwmiddelen, bevat nl. en
zymen, die de eigenschap hebben
eiwitten af te breken en zodoende
gemakkelijk uitwasbaar te maken.
Iedere huisvrouw weet, dat juist de
ciwithoudende vlekken: bloed, melk,
ei, jus enz. de meeste moeilijkheden
veroorzaken bij de wasbehandcling.
Wasgoed dat dergelijke vlekken heeft,
mag vooral nooit direct in heet sop
gedaan worden, daar de vlekken dan
zg. „inbranden" en niet meer tc ver
wijderen zijn. Langdurig weken was
meestal nodig en oude vlekken waren
dikwijls in het geheel niet meer te
verwijderen. Met behulp van Bio-tex
is het nu veel eenvoudiger geworden
deze vlekken spoorloos te doen ver
dwijnen. Gedurende 20 minuten voor-
weken met dit middel bij een tempe
ratuur van ca. 50°C. is dikwijls reeds
voldoende. Past men een lagere tem
peratuur toe, dan moet een langere
inweektijd aangehouden worden, tot
maximaal twee uur. Het is niet raad
zaam een veel langere weektijd toe
te passen, daar de kans bestaat, dat
het vuil dan weer op het goed neer
slaat. In ieder geval mag nooit een
hogere temperatuur dan 60 °C. toe
gepast worden, daar hierdoor de en
zymen onwerkzaam gemaakt worden.
Bio-tex kan ook als voorwasmiddel
toegepast worden bij automatische
wasmachines, mits de voorwastijd lang
genoeg is. Bij st^rk met ciwithoudende
vlekken bevuild goed is het aan te
bevelen (als dit bij de machine mogelijk
is) inplaats van de voorwas de machine
in te stellen op „bonte was" en dit als
voorwas te beschouwen, waarbij Bio-
tex als wasmiddel gebruikt wordt.
Daarna dus inschakelen op witte was,
waarbij de voorwas wordt overgesla
gen, en het normale wasmiddel ge
bruiken, waarvan dan echter een
kleine dosis genomen kan worden.
Bio-tex is ook een ideaal middel om
vuile overhemden in te weken. Dik
wijls zal dit weken al voldoende zijn
om niet al te vuil gedragen over
hemden te reinigen.
Een pakje Bio-tex, produkt van Kort
man Schulte N.V., Rotterdam, kost
f0,47. De prijs van dit weekmiddel
wordt voor een deel goed gemaakt
doordat men bij het wassen met min
der wasmiddel kan volstaan dan nor
maal. Daar het produkt geen bleek
middel bevat en niet sterk alkalisch
is, kan het voor alle stoffen, die wit
of wasecht geverfd zijn, toegepast
worden. Voor wol en zijde bij niet
hogere temperatuur dan 40 °C."
Vanavond gaat het er op los
vanavsiltf
I. 402 m. 18.00 Nieuw» en
19.10 Radiokrant 19.30 Mu
st Leger des Heil» (gr) 19.45
af. praatje 19,50 stereofoni-
Onder aanvoering van burge
meester mr. J. A. Geukers zal van
avond om 9.20 u. het enthousiast en
ongetwijfeld op het wedstrijdter
rein te hoop gelopen Bolsward zich
met hoofd en hand weren tegen de
eenzame vreemdeling M. C. Doele-
man uit Zierikzee, die dan gewa
pend met nu nog in een verzegelde
enveloppe gesloten vragen en op
drachten in de Hilversumse studio
zit.
Bolsward heeft zich met man en macht
voorbereid op allerlei opdrachten en
problemen. Op het grote plein voor het
stadhuis zijn stalen masten geplaatst om
een heel lampenpark te torsen, zodat er
vanavond voldoende licht zal zijn op
dit wedstrijdterrein.
Zes camera's worden opgesteld op
strategische punten en uit twee repor
tagewagens lopen duizenden meters
snoeren en kabels, welke nodig zijn voor
de ingewikkelde beeld- en geluidsver
bindingen.
Twee regisseurs. Dick van 't Sant in
de centrale regiewagen en Loes van
Bommel in de tweede wagen, hebben
vanavond directe contacten met de tech.
nici op het plein, voor het stadhuis, in
de raadzaal en in de Hilversumse studio:
alle afstanden zijn via deze contacten
teniet gedaan.
Op het Bolswarder Broereplein en
begeleiding van licht
22.00 Kanttekeningen 20.10 Klas»
(gr) 22.30 Nieuws 22.40 Avond-
Moderne gram 23 05 Le-
i - spreken om te leven,
rondom het stadhuis worden televisie-
ontvangers en geluidversterkers aange- kwartet
bracht, om alles wat zich tijdens de quiz
afspeelt voor de bevolking hoorbaar en ven om te
zichtbaar te maken. gesprek 23.:
Twee verslaggevers, Herman Emmink Hilversun
en Goos Kamphuis, zullen zich met zen- deren 19.10 Jazzmuziek 19.30
ders en ontvanger, in het ..strijdgewoel" SSrad":SiSSS?"'mSÜSlSSi
mengen, om nauwkeurig te kunnen 20.45 Het einde van de rei», hoorspel
doorgeven, wat er allemaal gebeurt. 22 00 Dansmuziek 2230 Nieuw» 22.40 Volks-
S*id,h"!S' "rSt T™a wJSTt? fifg
Koen voor de verbinding tussen de zing 23.10 viool en plano: klas» muziek
Raad der Wijzen en de spelleider Dick 23.55—24.00 Nieuws,
van Ruler in de Hilversumse studio.
Geheimzinnig
vanavond
al. NCRV: 2030 Pa Pinkelman
tante Pollewop, beeldverhaal 20.26 Ac-
liteiten 20 50 Stiefbeen Zoon. TV-spel
igramma 22.20
trnaal 22 30—
tal. VARA
(USA) ga£
i Bols-
47
„In vredesnaam dan maar". Eerst nog even
langs Anjo, dat is zo'n vaste gewoonte. Anjo
klapt in haar handen als ze haar vader ziet.
„Deftig, hoor! Reuze, hè moeder? Tjó, vader,
wat een mooi pak is dat! Weet u, wat nu nou
De heer van de Lynnehoek! De heer van de
Lynnehoek en de heer van 't Lynneveldt hebben
hun kastelen naast elkaar. Maar ze maken geen
oorlog ze zijn dikke vrinden, ze hebben niet eens
een scheiding tussen hun terreinen.
„Pas maar op, deugniet, dat de echte heer
van 't Lynneveldt je niet hoort. Je zou meteen
uit de gunst zijn en denk aan 't boek over de
Afrikaanse vetplanten!"
Maar Anjo heeft een van haar overmoedige
buien, ze schatert om de vermaning.
„Ha, ha! Opa van 't Lynneveldt wordt niet
boos op me! Hij vindt me veel te lief, hij wou
me wel tot kleindochtertje hebben!
„Anjo, nu houd je op", zegt Joke beslist, „nu
ga je over de grens, kind. Zo'n oude man is
eenzaam, hij zoekt aan alle kanten naar iets, dat
zijn eenzaamheid kan opheffen. Laten we daar
nooit mee spotten".
„Nee, moeder, dat doe ijc ook niet. Hoor eens,
moeder, even fluisteren. Vader mag ik wel eens
plagen, hè? Vader kan er wel tegen."
Joke is gelukkig om de levensvreugde van
haar kind. Ze fluistert terug: „Tot op zekere
hoogte, ja".
Als Frans 't middenpad affietst, slank en
kaarsrecht in zijn donkere kostuum, hoog op 't
zadel vanwege zijn lange benen, klinkt Anjo's
stemmetje hem plagend achterna:
„Dag. heer van de Lynnehoek!"
Hij kijkt achterom en zwaait met de hand ten
teken dat hij 't verstaan heeft.
„Zie je wel, moeder, hij wordt niet kwaad."
Joke lacht gelukkig. Ondanks haar veertig ja
ren is ze af en toe nog zo dwaas verliefd op
haar lange, knappe bloemist.
By de zandweg moet Frans afstappen om een
boerenwagen met twee paarden te laten passe
ren. Hij wijkt terug voor de wolken stof, die de
dieren opwerpen en ziet meteen nog eens ach
terom naar de zynen, voor een laatste armzwaai.
in de
Mussenstraat
door M A. M. Renes-Boldingh
Meteen ziet hij het grote Huis liggen, zoals Joke
het daarstraks heeft gezien, een glimp, een
reeds bijna verstilde legende. Een zorgelijke ge
dachte bekruipt Frans Appelaar. Hoe zou 't
met de oude heer zift? 't Was niet in orde met
hem, vanochtend. Een onrust beweegt zijn inner
lijk. Een diepe behoefte aan geruststelling om
trent zijn oude vriend.
Zou hij even
Op de fiets is 't een kwestie van vijf minu
ten.
Even bij Broos gaan vragen, of alles in orde
is?
Zijn hart dringt hem. Maar zyn verstand ver
werpt 't plan. Hij, Frans Appelaar, die van
niets tot iets is opgeklommen, is ontegenzeggelijk
beweldadigd door de heer van 't Lynneveldt, die
hem zo spotgoedkoop deze lap grond heeft af
gestaan. Zeker, anderen hadden ook de kans en
en hebben hem niet benut. Zeker, 't is alles
tot de laatste cent afbetaald, maar de geste was
mooi en royaal. Nu moet hij vóór alle dingen zich
hoeden voor de schyn aan mooi weer te willen
spelen, speculerend op meer voordeeltjes. Hoe
licht komen de praatjes in de wereld, hoe gre
tig worden ze gevormd om iemand die zich óp-
werkt, zich loswerkt uit de diepte. Neen, Frans
Appelaar zal niet de drang van 't hart volgen.
Zyn verstand en trote winnen het deze keer.
Bovendien, stel, dat er iets was met de jonker,
dan had Johan Broos zéker Joke erbij gehaald
als eerste hulp. Hij weet, dat ze verpleegster
is en dat ze altijd klaar zal staan voor de
heer van 't Lynneveldt. Frans zet nu haast ach
ter zyn fietsen.
Hij trotseert met zijn diepste voorhoofdrimpel
de nieuwsgierige uitroepen van de Mussenstraat.
Klaarblijkelijk maken ze van 't dubieuze feest
van zyn ouders een soort van publiek festijn.
De mussen schijnen zich de ceremoniemeesters
te voelen, die de gasten ontvangen en begroe
ten moeten. Geen wonder, als twee der hunnen
zo iets geweldigs bereiken. Veertig jaar ge
trouwd! En is hij zelf ten slotte ook niet een
der hunnen, een Mussenstraatjongen tot en met?
Waarom zullen ze hem niet begroeten met een
joviaal: ha, die Frans! Waarom zullen ze
achter zijn rug niet grinniken: hij is een echte
meneer geworden.
„Om van te spugen", is zijn oordeel over de
erepoort, 't Groen van de thuja's verflenst reeds
de Albert Heijn-vlaggetjes lijken ordinairder in
't meedogenloze middaglicht, dan ze in 't prille
schijnsel van de vroege morgen waren.
„Waren ze dan tenminste nog by mij geko
men", denkt Frans, de kunstenaar in zijn vak.
„Dat is gewoon een belediging. En waarvoor is
zo'n onding nódig! 't Is waar, we zijn hier in de
Mussenstraat."
En dan staat hij in 't keukentje tegenover
zijn moeder en ontvangt haar vreugdebegroe
ting.
„Frans, jongen, gelukkig, dat je er bent!"
„U dacht toch niet, dat ik niet zou komen,
moeder?"
Hij zegt het met deernis en zelfverwijt, want
hoe heeft Joke achter hem moeten jagen, eer
hij zover was.
„Nee, jongen, dal wist ik wel beter, maar 't
duurde zo lang. Kijk eens op de klok, 't is bijna
drie uur!"
,,'t Was druk in de zaak, moeder. Een prachti
ge bestelling voor een tuinaanleg en jonker Joa
chim kwam nog even praten over een nieuwe
border, 't volgend jaar. De planten zijn nu nog
zo mooi, 't is prettig uitzoeken nu".
wordt vervolgd)
Over de samenstelling van de Raad
der Wijzen blijft Bolsward tot op het
laatste ogenblik geheimzinnig. Men wil
niet laten weten wie in deze Raad zit
ting hebben, om de eenzame vragen- rend
steller ln Hilversum niet op een bepaald 20 00 Joul
spoor te brengen.
Vyf praktische en vijf theoretische "mts 222-,
vragen zullen vanavond burgemeester Ói££plsche Spelw
Geukers en zijn burgerij handenvol
werk geven, want er moet snel worden 20.01
gewerkt: de hele wedstrijd duurt slecht*
drie kwartier!
Maar de ruim 9000 inwoners ve
ward hebben al hun organisaties
enigingen in het gelid geroepen om mee
te doen en dus zal het hopelijk wel
lukken.
Twee waarnemers zullen bij de uit
voering van de praktische vragen ter
plaatse controleren of er niet wordt
gesmokkeld en de jury in Hilversum
heeft bij alles de eindbeslissing. Die Jury
wordt gepresideerd door prof, dr. H. 7-10 Het lev
Baudot en leden zyn dr. H. W. van 8 l^Ojncufe?
Pesch, mr. J. F. Hornstra en drs. P. W. ri> 8.50 Voor de huisvrouw 935 Wate:
Heggen. standen 9.40 Schoolradio 10.00 Klass en mo-
derne gram 11.00 Voor de zieken. VPRO:
De wedstrydgemeenten die aan de 11.45 Lichte gram 12.15 Leven op het
quiz meedoen moeten alle tien de vra- land. reportage, gevolgd door agrarisch
gen goed oplossen om de zilveren tele- tmnbouw ¥233 D«S wedTl3 O^Nleuwi
visietrofee plus f 1000, bestemd voor een 13.15 Klass kamermuziek (gr) '13 45 Voor
daarvoor in aanmerking komend goed de vrouw. NCRV: n.15 Schlager-parade
doel, te veroveren. Lukt het niet. dan JE"Sr'
wint de vreemdeling en mag hij de vol- ji) 15.15 Moderne gram IS*!») VClaveclm-
gende keer tegen een grotere stad uit- belrecital (gr): klass muziek 16 00 Gezli
komen. Verliest de vreemdeling, dan
wordt zijn woonplaats de volgende wed
strijdgemeente.
Voor vanavond is het zo: wint Bols- ïs'lif Licht histrumm
ward, dan staat de gemeente Noordoost- ciaal perspectief, lezing ïa.+Ó stèreofoni-
polder als tweede op de lUst en mag 50116 uittei>ding: lichte gram.
Oirschot voor de volgende keer een Hilversum II, 298 m. AVRO: 6.30 Olym-
vreemdeling" aanwijzen.
(—22 10).
PROGRAMMA TV-NOORDZEE
13.30 uur: Beaver knapt het op: pl.m
18.58 uur: Popye. tekenfilm: pijn. 19.06
uur: ..Les Grands Seigneurs", reportage
Programma voor morgen
artet 18 3o S
Overigens reist vandaag de
vreemdeling uit Zierikzee niet in een- 8 50 Ochtendgyi
zaamheid naar Hilversum: bussen vol Olympisch jou
supporters komen met hem mee om
ln de studio de pret mee te maken.
Het enige, waarop iedereen nu
hoopt, is een mooie herfstavond.
plsch journaal 7.00 Nieuws 7.10 Ochtend-
gym 7.20 Lichte orkestmuziek (gr) VPRO:
7.35 Dagopening. AVRO: 7.45 Olympisch
il 8.00 Nieuws 8.15 Lichte gram
De groenteman 9.05
Morgenwijding
■I inen (gr) 10.45 Olym-
:h journaal 11.00 Nieuws 1102 Huls-
delijke zaken praatje 11 15 Romantische
-lek (gr) II.45 Vijf eilanden: 1.
lezing 12.00 Lichte
Het eiland dJI
orkestmuziek (gr) 1230 Meded
I 1233 Otym-
Pech met de Tokio-lijn
Het is een .liep-teleurstellende kwes-
pisch journaal 13 00 Ntonwa" 13X5 Modë-
Bj of gram 13 25
delingen, eventueel
ding met Tokio. Gisteren werd gemeld, gr'amnL
dat het sclilp, hetwelk is uitgev
iziek 14.30 Die:
15.30 Radio-orkes
16:02 Van
in
volutior
de plaats van bestemming is aange
komen. maar dat men enkele dagen R
werk heeft voor de herstelling. Niet eer- Revoluti
der dan vanavond, maar waarschijnlijk ensembl
pas morgen, zou de reparatie kunnen Nede'!
zijn verricht. NTS^'ia
r - Nptedop 17.00 Voor de
Jeugd 17.55 Kasba 64. gesproken brief
ko 18.00 Nieuws 18.15 Eventueel a
1820 Uitzending van de Antl-IL-
Party. Tot u spreekt: mr W
"uis. secretaris van de Anti-
Partij 1830 Instrumentaal
zangsolisten.
I: VPRO: 15.00-15 48 Voor
16.00—16.15 Voor de kleuters
Olympische Spel
Sluis.