IJsland levert niet alleen depressies, ook 400 walvissen ZONDAGSBLAD ZATERDAG 10 OKTOBER 1964 IJslandse klederdracht. Alléén voor de fol klore op het plaatje, want in werkelijkheid wordt deze kleding vrijwel nergens op het eiland gedragen. Grillige rotsformaties markeren het landschap, dat op vele plaat sen nog onbetreden gebied is. "JE ZEGGEN WEL, dat IJsland bekend werd door de weerberichten. ""^Depressies lijken altijd van ons land te komen, lacht de blonde gidse DENHelga. Velen denken, als zij over IJsland spreken, aan een koude en ver laten berg bedekt met sneeuw en ijs, midden in de oceaan. Maar dat is te een fabel, die wij graag ver de wereld git helpen. Goed, IJsland hééft z'n (gletsjers. Een stukofveer- blJ tig, waarvan de Vatnajö- kull de grootste is: even als Corsica. En 's winters valt er ook sneeuw. Maar dank zij de warme golfstroom is jhet klimaat er aanzienlijk warmer dan in vele andere Europese landen: 11 gra den gemiddeld in de zomermaanden en -1 graad 's winters. Er is geen IJslander, die kou hoeft te lijden. Wat niet in de laatste plaats te danken is aan de vele honderden geysers.Warm waterbronnen, die op vrij wel het hele eiland de privé-kachel overbodig maken. Zó uit de grond gaat het water van rond 100 graden Celsius via buizen naar de radiatoren van woningen en kanto ren. Gratis. Reykjavik: capitool van een 180.000 inwoners tellend eiland, dat driemaal zo groot is als Ne derland. Uit de lucht gezien niet neer dan een verzameling "^bouwplaathuisjes. Losstaand en geverfd in frisse kleuren. Zelfs de daken, die de stad van boven le aanblik van een schilderspa- et geven: de bewoners lijken al mn artistieke kwaliteiten te 'lebben aangewend om hun wo ning een zo fris mogelijk uiter lijk te geven. Dat kan ook vrij gemakkelijk, want vele woningen zijn van Plaatijzer gebouwd. Ook kerken. 'Set is op IJsland het goedkoop ste bouwmateriaal. Hout is duur _op het ruige en rotsachtige eiland. Evenals baksteen, dat [van ver over zee moet komen, want de bescheiden cement-in- dustrie kan niet voldoende leve ren om het hele eiland te voor zien. In Reykjavik leeft bijna de lelft van de hele eiland-bevol- 'king. Een kleine 80.000 mensen wonen en werken er. Voor het n^ol grootste deel zijn zij werkzaam e de visserij en de visverwer- omb tende industrie. In de zee heeft nmj Island zijn goudmijn gevonden. SpeiVis vormt de kurk waar de hele economie van het geïsoleerde Heiland op drijft. Ruim 95 procent igen an de export neemt de „visin- keit iustrie" voor haar rekening, ituu: Tuni. Zonder vis zonder die 600 s eemiijoen kilo kabeljauw, die *00-000 kantjes haring en 400 «walvissen jaarlijks zou het eiland onbewoond zijn gebleven. Een vloot van een kleine 800 vissersschepen en een vijftigtal diepzee-trawlers is dag en nacht op zee om het eiland drijvende te houden. En dat lukt aardig. Het welvaartspeil is vooral de laatste jaren aanzienlijk geste gen. gelezen en voorgelezen. Nog in de oude IJslandse taal, die allang niet meer gesproken wordt. WELKOM Vis voor de export. Vis ook op tafel: ze vormt op IJsland het nationale gerecht. Dat merkt iedere buitenlander, die het lu xueuze Saga-hotel aan de rand van de luchthaven van Reykja vik bezoekt. Proef de IJslandse gerechten en u zult terugkomen, zegt de gastheer, terwijl hij met de nauwgezetheid van de culi nair genieter een lunch samen stelt. Feestelijk gegarneerde schotels komen op tafel. Met ,,hardfiskur" (gedroogde kabel jauw voor de fijnproevers), „sil- darrettir" (visschotels met ha ring, kreeft en kaviaar) en „skyr" (een eenvoudig dessert van melk, room en suiker). Het is een exclusief en voed zaam welkom voor de buitenlan der. Een eerste kennismaking met een land dat eigenlijk ge heel buiten de Europese sfeer, valt. Een land, waar de natuur nog ongerept is, waar men tien tallen kilometers kan dwalen zonder een mens tegen te komen, waar ponies en schapen in gro te aantallen de vlaktes bevolken, waar werkende vulkanen hun vuur en donkere aswolken uit spuwen. Een ruig land van rot sen en bergen, van fjorden en hier en daar een klein dorp. Een land, dat zijn stempel heeft gezet op zijn bewoners: een rustig volk. stoer, nuchter en een tikkeltje melancholiek. Trots ook. Op hun IJsland, met de historie waarvan zij nauw ver bonden zijn. Vrijwel iedere IJs lander kent de namen van zijn voorouders tot in de dertiende eeuw terug en 's avonds worden in menige huiskamer nog de oude sagen van eeuwen geleden Ruig is het landschap, dat voor een groot gedeelte uit lava-vlaktes bestaat. Duidelijk is op de foto de witte damp van de geysers te zien. TROTS Hun land gaat hun boven alles. Vaderlandse trots is geen enkele IJslander vreemd. Vraag nooit of zijn taal dezelfde is als de Scan dinavische. We hebben onze eigen taal, die misschien voor de buitenstaander lijkt op" het Zweeds, Noors en Deens, maar in feite een heel aparte taal is, antwoorden ze trots... De Skan- dinaviërs kunnen wij nauwelijks verstaan. Dit ondanks het feit dat het eiland steeds zeer nauwe banden heeft gehad met de Scandinavi sche landen. Het laatst was het eiland verbonden aan Denemar ken, waarvan het op 17 juni 1944 werd losgemaakt. Een dag, die elk jaar uitbundig wordt ge vierd: in Reykjavik worden dan grote feesten georganiseerd. ISOLEMENT Onafhankelijkheid ondanks afhankelijkheid. IJsland is door de eeuwen heen een stevig geïso leerd eiland geweest, dat afhan kelijk was (en nog is) van in voer uit andere landen (met de visexport wordt de balans in evenwicht gehouden). Dat de oceaan eromheen daarbij een grote handicap vormt, is duide lijk. Het dichtst ligt het eiland nog bij het onherbergzame Groenland (280 km), de Faröer- eilanden liggen 400 km ver en Schotland 800 km. Ondanks die 'geïsoleerdheid echter hebben militaire strate gen het belang van het eiland ingezien. Het vormt een belang rijke schakel tussen Amerika en Europa. Zowel waar het de zee verbindingen als het verkeer door de lucht betreft. Daarom waren de Britten en Amerikanen er onmiddellijk bij toen de tweede wereldoorlog uitbrak: al in 1940 vestigde Engeland er een militaire basis, die een jaar Twee voorwaarden stelde IJs land daarvoor: in de eerste plaats moesten beide landen de onafhankelijkheid en soevereini teit van IJsland erkennen en bovendien moesten zij beloven, dat zij aan het einde van de oorlog hun troepen zouden te rugtrekken. De Amerikanen zijn echter ge bleven, ook na de oorlog. Want ook de NAVO-leiding zag het belang van het eiland in. Als bondgenoot in de verdragsorga nisatie stemde het inmiddels on afhankelijk geworden IJsland er in toe de Amerikaanse troepen (lucht- en zeemacht) te huisves ten op de basis Keflavik, vijftig kilometer ten zuiden van de hoofdstad. WRIJVING Drieduizend man zijn er thans gelegerd. Het verlenen van die gastvrijheid is het enige waar mee IJsland deelneemt aan de NAVO. Het. land, dat zelf geen leger heeft, betaalt er verder geen cent voor. Maar een basis midden in de oceaan is voor de NAVO-partners al van zodanig belang, dat verder niets wordt gevraagd. Overigens wekt de aanwezig heid van de Amerikaanse mili tairen bij de IJslandse bevol king, ondanks de gewenning van twintig jaar, hier en daar nog steeds weerstanden op. Hoewel de politieke partijen (waarvan de socialisten de grote meerder heid vormen) voor 85 procent voor de legering zijn, denkt de IJslander zelf dikwijls anders over het verlenen van de gast vrijheid. Verscheidene malen al zijn wrijvingen ontstaan tus sen IJslanders en Amerikanen. Meestal echter waren ze niet van ernstige aard. Om onregelmatigheden tussen soldaten en eilandbewoners zo veel mogelijk te voorkomen, krijgt ieder militair, zodra hij op IJsland arriveert, strenge in structies van zijn commandant. Daarin wordt er op gewezen, dat de Amerikaan gast is op het eiland en zich dient te gedragen als ambassadeur van zijn land. Deze voorzorgsmaatregel heeft ertoe geleid dat de situatie de laatste jaren aanzienlijk is ver beterd. TOERISME De Amerikanen zijn overigens niet de enige buitenlanders, die het eiland te gast krijgt. Hoewel het nog helemaal in de kinder schoenen staat, neemt het toeris me ieder jaar toe. Het afgelopen jaar brachten 20.000 toeristen een bezoek aan het eiland vlak onder de poolcirkel. Het grootste deel daarvan werd er gebracht door de Loft- leidir, een van de twee IJslandse luchtvaartmaatschappijen (de andere: Icelandair, die in tegen stelling tot Loftleidir alleen op de Europese lijnen vliegt). Niet voor niets noemt men de maat schappij op het eiland wel eens schertsend de meest effectieve V.V.V. In het zomerseizoen bren gen de DC-6b's en de reuze- Canadairs (160 zitplaatsen) da gelijks enkele honderden buiten landers op het eiland. Amerikanen en Europeanen. De maatschappij onderhoudt na melijk lijndiensten tussen ver scheidene Europese steden (w.o. Amsterdam) en New York, dien sten, die alle via Reykjavik wor den gevlogen. En van de tussenlanding op het eiland maken velen gebruik om enkele dagen het land in te trekken. De IJslandse regering ver wacht dat het aantal toeristen de komende jaren aanzienlijk zal stijgen, wat samenhangt met de populariteit, die Loftleidir ge niet in Europa zowel als in Ame rika. Door aanzienlijk lagere ta rieven te berekenen dan de an dere luchtvaartmaatschappijen op de noordatlantische route (een verschil van enkele honder den guldens) trekt zij ieder jaar méér passagiers. Mensen, die graag gebruik maken van de felle concurrentiestrijd tussen de maatschappijen. In deze strijd is de IJslandse onderneming een geduchte te genstander gebleken van haar grote Europese en Amerikaanse broers omdat zij niet is aangeslo ten bij de IATA, de internationa le organisatie voor de burger luchtvaart, die de tarieven be- ONWERKELIJK Wie het eiland aanvliegt, komt al in de lucht in die aparte sfeer, die het eiland zo kenmerkt. Het zal de zomer-~bezoeker, die 's avonds laat aankomt, vreemd aandoen de zon nog te zien schijnen. Hij ziet dan IJsland op z'n best: in de tijd dat de dag bijna onmerkbaar in de nacht overgaat. Drie maanden van het jaar wordt het op IJsland niet donker. Een lichte schemering, die de onwerkelijke sluier legt over de nacht, is het enige, dat er op wijst dat de dag geëindigd is. De buitenlander zal het moei lijk vallen op de normale tijd 's avonds zijn hotelkamer op te zoeken. Trouwens, ook de IJslander leeft 's zomers anders dan in de negen donkere maanden (waarin tijdens de winter de zon in het geheel niet boven de horizon uitkomt). Stil is het er 's nachts in de lichte maanden nooit. De verlatenheid, die de winter maanden zo kenmerkt, is 's zo mers verdwenen en midden in de nacht kan men in de straten van Reykjavik nog wandelaars aantreffen. PARADIJS Voor de geoloog is IJsland een ideaal land, een paradijs, waarin hij alles vindt waarover in zijn studieboeken wordt geschreven: uitgestrekte lava-vlakten en ijs velden, vulkanen (IJsland heeft er meer dan enig ander land) en merkwaardige rotsformaties. Bergen zijn er ook. De hoogste: IJsland staat zeker niet op de wereldranglijst als één der be langrijkste wolleveranciers (ioals b.v. de niet zo veraf gelegen He- briden met hun Harris Tweed), maar toch schenken ook de krom- gehoornde schapen van het IJs landse binnenland hun vacht aan een uitstekende wolsoort. de ruim 2100 meter hoge Hvan- nadalshükur. Maar het meest bekend werd IJsland door zijn zevenhonderd warmwaterbronnen en geysers. Met die laatste maakt de bezoe ker al direct kennis in Reykja vik. Want zelfs midden in de stad spuit het hete water om hoog. Spectaculair zijn deze bronnen echter niet, vrijwel al het hete water wordt direct in buizengeleid en slechts een klein restant spuit in witte ne velwolken omhoog. Dat hete water gebruikt IJs- Reykjavik: capitool van het 180.000 inwoners lellend eiland. Een vriendelijk stadje, fraai ge legen aan een grote baai, die een natuurlijke haven vormt. land eigenlijk voor alles. Voor de verwarming van huizen en kantoren, voor de kassen (waar men subtropische groenten en fruit kweekt) én voor de zwem baden, openluchtbaden, die het gehele jaar open zijn. De IJslander maakt er graag en veel gebruik van. Het is een geliefde plaats voor het maken van afspraken. Menig zakenman ontvangt hier zijn relaties, dik wijls al 's morgens vroeg. Nie mand op het eiland, die zich daarover verbaast. En wat de vulkanen betreft: IJsland is er mee vertrouwd ge raakt. Zelfs met de erupties. Drie jaar geleden was er nog een enorme uitbarsting, die wereld nieuws werd. Het rode vuur, dat de grond wordt uitgebraakt, is op vele plaatsen te zien. Sinds vorig jaar heeft het eiland er zelfs een splinternieuwe vulkaan bij. Vlak aan de kust bij Reykjavik ont stond spontaan een nieuw eiland met een vulkaan. Een attractie, die de vliegers hun passagiers elke vlucht opnieuw laten zien, door er een speciaal rondje over heen te maken. WELVAART IJsland, het eiland van water en vuur. Voor de meeste Euro peanen onbekend gebied, een eiland dat meestal alleen van naam wordt gekend èn van de weerberichten. Zijn isolement door de oceaan laat geen massale toeristenstroom toe. De IJslander leeft in een eigen wereld, die ongerept is gebleven als weinig andere gebieden in Europa. Geïsoleerd, maar met een open oog op de wereld. IJs- hutten zal men er niet vinden. Wél een moderne samenleving en een flinke mate van welvaart. Het aantal van 25.000 (links rij dende) auto's is er maar één bewijs van. Op verschillende Dlaatsen in de hoofdstad wordt gebouwd aan hoge moderne flat gebouwen en het luxueuze Saga hotel is een toonbeeld van het modernste op het gebied van de architectuur. Niet zonder trots zal men de bezoeker vertellen, dat er op het eiland niemand is, die armoede kent Die tijd is voorbij: IJsland is hard op weg een welvarende natie te worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 13