Mamma kapiteine' Eva den Hartog terug naar woelig Leopoldstad OUD-KATHOLIEKEN IN ONS LAND LEVEN TUSSEN TWEE VUREN DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD ZONDAGSBLAD ZATERDAG 4 JULI 1964 ,A lady Schweitzer oj the Congo' (Van «en onier redacteuren) Op, 16 juli hoopt Eva den Hartog voor de tweede maal naar de gistende Kongo te vertrekken om daar op nieuw haar zorg te geven aan de honderden zieke Kongole zen die dagelijks van vroeg in de morgen tot laat in de avond haar twee poliklinie ken bevolken omdat voor hen in de overvolle ziekenhuizen geen plaats meer is. Mamma kapiteine keert terug naar het land dat haar hart heeft om weer de strijd aan te bin den tegen de pokken, de dy- sentherie en de honger, en ze weet dat de kans groot is dat de politieke troebelen haar het werk extra zwaar zullen maken. (Een van haar vrienden schreef haar dezer dagen: „Voordat je naar ons terugkeert moet je eerst maar heel, heel veel eten, en als het kan breng dan voor drie jaar aan goederen mee, want er la hier gebrek aan alles.") Ze is een slanke, tikkeltje frêle figuur, en ze zou, zo op het eer ste gezicht, best lerares kunnen zijn op een meisjesschool, of la borante of wetenschappelijk ambtenares aan een universiteit, maar ze is als verpleegster- Heilsofficier verbonden aan het grote zendingsstation, dat het Le ger des Heils van William Booth in Leopoldstad heeft ingericht. Ze is Haagse van geboorte en veertig jaar. Een Engelse jour nalist. die haar kortgeleden inter viewde noemde haar a lady Schweitzer of the Congo, en dat Is ze, en schreef, dat ze de moed heeft van een leeuw, en die hééft ENGEL ,.Op een morgen stormde een huilende Kongolese jongen onze polikliniek binnen. Er waren hon derden arrestaties verricht en zijn vader, een van onze verplegers, behoorde tot de arrestanten. Ver moedelijk was hij opgepakt om dat hij tot een andere stam be hoorde dan de soldaat die hem zag lopen. Ik trok mijn uniform aan en zei tot de jongen: Kom mee. we zul len kijken of we hem vrij kunnen krijgen. Samen gingen we de Kon golese wijk in. Voor het politie bureau stonden een paar duizend Kongolezen te joelen en te tieren. Ze deden ons echter niets. Ik stapte op een schildwacht af en zei: Ik wil de commandant spre ken. Hij wees met zijn duim naar een hek. We liepen naar het hek. De schildwacht die daar stond opende het zonder een woord te zeggen en liet ons binnen, maar sloot het hek onmiddellijk. Over een heel groot binnenplein kwamen we bij een tweede hek, dat even eens door een schildwacht werd geopend en gesloten. En toen bevonden we ons in eens te midden van de arrestan ten. Tussen hen door bewoog zich een grote Kongolese soldaat, die al maar met een stok in het rond zwaaide. Ik dacht. Hoe zal ik mijn verpleger vinden, en te- Jelijk zag ik hem staan afgezon- erd van de anderen, bibberend over zijn gehele lichaam. Ik riep hem bij zijn naam. en ik zag, dat er een brede lach over zijn ge zicht gleed, toen hij mij ontdek te. Hij kwam snel naar ons toe. en ik zei: Loop gewoon met me Gedrieën stapten we op het eer ste hek af het werd, zonder dat de schildwachj wat vroeg, geopend IK ZOU NIETS ANDERS MEER KUNNEN DOEN cies hoe groot de waarde is van een schone, smetteloze polikliniek. „In het begin heb ik ze alles voorgedaan, ik ben de gangen en de zalen gaan schrobben tot zo blonken. Maar ponden ben ik af gevallen. Toch heeft het geholpen. Onze polikliniek werd geprezen door de doktoren van de Verenig- kon slechts enkele klanken uit brengen. We hebben met ons drie- en gebeden en voor de man èn voor de vrouw. Diezelfde nacht stierf de man. De vrouw vertelde later: Van het ogenblik af, dat u met ons bad. is de glimlach niet meer van zijn gezicht geweest". golezen, die zich nog altijd voor het politiebureau ophielden. Het lukte. Zonder kleerscheuren bereik ten we de polikliniek. Later ver telde de verpleger: „Mamma ka piteine, toen ik uw stem hoor de en u zag staan, dacht ik: Daar is de engel en ik ben Pe- TROEBELEN Voor de eerste maal vertrok ze naar de Kongo in april 1958, en kele maanden voordat de politieke hartstochten begonnen op te laai en en de haat een spoor van bloed trok door het land. Ze kreeg de leiding over twee poliklinieken en al direct werd ze geconfron teerd met de nood van Afrika.. El ke dag opnieuw meldden zich de honderden zieken, onder wie men sen met longontsteking en lijders aan pokken en dysenterie, en ze verwachtten van haar de hulp, die in heel Leopoldstad niemand anders kon geven. „De toestand was verschrik kelijk. De ziekenhuizen lagen vol en er was een schreeuwend tekort aan doktoren. Op een za terdagavond laat werd ik bij een pnkkenlijder geroepen. Zijn toestand was ernstig, en ik vond het nodig, dat hij in een zieken huis werd opgenomen. Ik reed hem naar het eerste ziekenhuis vol, ik werd niet eens binnen gelaten. In het tweede zieken huis wilde men mamma kapitei ne dan wel toegang verlenen. Ik naar binnen, en wat ik zag zal ik mijn leven niet vergeten. Op een zaal stonden twintig bedden met kinderen. Er kon niemand meer bij. Met veel praten wist ik een moeder te bewegen haar bed te verlaten en bij een ander ie gaan liggen. Toen was er ten minste plaats voor mijn pa tiënt. ter en er was geen zeep. En er lagen patiënten, die er zwaar aan toe waren, mensen uit de rimboe, die eerst met hun ontzettende ziekte naar de stad waren geko- meer aan te gedai werd. Ik belde eens een dokter op om te vragen wat ik voor een bepaal de patiënt moest doen. Ik had zelf zo'n beetje mijn diagnose ge steld en wist dat het met mijn patiënt niet zo best was gesteld. De dokter zei: Uw diagnose is juist en feitelijk zou ik moetsn komen kijken, maar ik ben hele maal alleen en ik kan het werk niet af, dien hem maar die en die injectie toe." SCHROBBEN Toen ze de leiding van de hei de poliklinieken op zich nam moest ze beginnen het personeel, tot zelfs de Kongolese verplegers, reinheid en netheid bij te bren gen. Erg nauw werd het daar mee niet genomen. Maar als een goed-opgeleide en degelijke Hol landse verpleegster wist ze pre- Eva den Hartog, nu teiiic, iri gesprek me de Naties, en daar mag ik toch wel trots op zijn." En terwijl ze vrijwel dag en nacht in touw was met patiënten, wier aantal zo groot werd. dat het soms leek of ze een schier niet te volbrengen taak op de schouders had genomen, braken de troebe len in volle felheid uit. De twee poliklinieken kon Eva den Har tog alleen nog maar gedurende de dag bewonen. Het werd raad zaam geacht, dat zij de nachten doorbracht in de Europese wijk. Want al stond het Leger des Heils goed aangeschreven, als Europeaan wist men niet elke dag waar men aan toe was. „Ik kwam terug uit de rimboe en om de weg naar huis te be korten reed ik door de Kongole se wijk. De regen stroomde. Bij een bushalte ontdekte ik onder de wachtende passagiers enkele van mijn patiënten. Ik wist, dat ze misschien nog een uur hadden te staan, voordat de bus zou komen en daarom wilde ik ze In mijn auto meenemen. Ik stopte en riep ze toe. Op hetzelfde ogen blik werd ik omgeven door Kon golese mannen, die het portier openrukten, mij aan de arm begon nen te trekken en schreeuwden: Jij Europese vrouw, uit de auto, wij rijden! Ik dacht: Houd het stuur goed vast en laat je niet uit de auto sleuren. De redding kwam in de persoon van een klei ne Kongolese jongen, die aan de andere kant de auto binnenstapte en zei: Mamma kapiteine, geef vol gas en rijd, wie er ook voor He auto staat. Ik gaf vol gas en wist te ontkomen, gelukkig zon der ongelukken te hebben go- TOVERDOKTER Hoe groot het vertrouwen ook was. dat men in mamma kapiteine stelde, toch probeerde het bijge loof patiënten van haar weg te houden. „Er moest een Kongolese vrouw bevallen en mij werd ge vraagd haar te helpen. Toen ik in het huisje kwam zag ik de ka mer gevuld met weeklagende vrouwen, die een verschrikkelijk lawaai maakten, terwijl een tover dokter van uit een hoek van een kamer zwijgend toekeek. Ik be gon met alle vrouwen op twee familieleden na weg te sturen, maar de toverdokter liet ik rustig zitten. Ik zei tegen de aanstaan de moeder: Laten we nu eens sa men bidden. De toverdokter ver roerde zich niet. Kort nadat we hadden gebeden werd het kind vlot geboren. Omdat ik die to verdokter niet vertrouwde ik was bang dat hij het kind op een of andere manier zou doden en dan de schuld op de blanken zou gooien besloot ik moeder cn baby naar een ziekenhuis te brengen. Maar voor het huis had zich intussen een grote menigte verzameld, die me wilde beletten in de auto te stappen. Ik riep: Als jullie nu wilt dat bet kind in leven blijft, moet je mij mijn gang laten gaan. De mannen we ken opzij en liet*n mij weg rij den." Maar ook werd Eva den Har tog geconfronteerd met een onge looflijk vertrouwen in alles wat zij deed en zei. VERLOF Vier jaren werkte Eva den Har tog in Leopoldstad en in wijde omgeving, toen ging ze met ver lof, ook omdat ze in Engeland haar verpleegstersstudie wilde af ronden met een opleiding voor ver loskundige. En toen ze die perio de van vier jaar nog eens over zag. kon ze dankbaar constateren, dat haar werk toch wel enige vrucht had gedragen. Vier jaar lang was ze met de auto ook de rimboe ingetrokken om zieken te helpen en bij te staan, en die zieken hadden iets van haar werk begrepen. „Ze kwamen me vertellen, dat ze in hun dorpen zelf lemen po liklinieken hadden gebouwd, en ze overhandigden me de sleutel. Maar ze vroegen tegelijk of ik niet voor personeel kon zorgen, voor mensen, die deze polik'inie- ken konden „runnen". Maar waar moet ik die mensen vandaan ha len?" Achttien maanden vertoefde ze in Engeland. Ze sprak op samen komsten van het Leger des Heils over haar werk in de Kongo en ze vertoonde de films, die ze in de loop der jaren van haar werk terrein had gemaakt. Ze vertelde van de nood die in zo'n ontstel lende mate in Afrika heerst, cn van do behoeften, die er in even ontstellende mate zijn. Haar lezin gen trokkken de aandacht. Een journalist interviewde haar en schreef over haar werk een in spirerend artikel. „Op een middag werd ik op de thee gevraagd bij een aantal za kenmensen. Onder hen bevond zich Philip Bayliss, accountant en of ficier van het Leger des Heils. Hij vertelde mij. dat zijn vrien den hadden besloten mij een VW- ambulance cadeau te doen. een prachtige wagen, geschikt voor het vervoer var vijf patiënten, drie ernstige en twee niet-ernstige, en met plaats voor drie personen in de cabine. Op de soort oorkonde, die mij daarbij werd overhan digd, stond dat de ambulance de naam „Dear old Dutch" moet dragen. ..Dear old Dutch" zal er ook worden op geschilderd. Als ik nu nog eens een caravan kreeg, die ik achter de ambulan ce kan koppelen ik zou rnet een rijdende polikliniek door de Kongo kunnen gaan en hulp kun nen bieden aan zieken in de meest afgelegen streken". BIJEENKOMST Op zondag 12 juli zal Eva den Hartog tijdens een bijeenkomst van het Leger des Hells in de zaal aan de Haagse Prinsengracht opnieuw naar de Kongo worden uitgezonden. En erikele dagen la ter. op 16 juli, hoopt ze te Ant werpen op de boot te stappen die haar naar Leopoldstad zal bren gen. Mamma kapiteine keert te rug naar het land, dat haar hart heeft. En ze weet uit brieven en Na de oorlog heeft Leopoldstad het gezicht t an een moderne stad gekregen. uit kranten, dat er in dat land grote spanningen heersen, dat de kans bestaat, dat opgekropte ge voelens van haat plotseling gaan losbarsten en tot een razernij lei den, waarvan de gevolgen niet zijn te overzien. Maar ze gaat in Gods opdracht de zieke mens helpen, hoe de omstandigheden ook zijn. Afrika is heel haar verlof lang niet uit haar gedachten geweest. Ze gaat terug: „Omdat ik in mijn leven nooit meer iets anders zou kunnen doen". „In een van de ziekenhuizen lag een pokkenlijder op sterven. Zijn vrouw zat aan zijn bed en hield zijn hand vast. Ik zei: U moet die hand loslaten, anders kunt u ook met pokken worden besmet. Ze haalde de schouders op en zei: Wat geeft dat! Ik behoor tot een andere stam dan mijn man en als hij dood is kan ik hier nergens terecht, ik word niet gt en ik heb geen familii Van een onzer redacteuren) „EEN INTERESSANTE KERK", zei onlangs een mede reiziger in de trein, wie we had den verteld, dat we op de terug weg ivaren van een bezoek aan de expositie „5000 - 50 jaar kerkgeschiedenis" van de Oud- Katholieke Kerk van Nederland in Utrecht. „Als je een kerk dienst van de oud-katholieken ziet op de tv. dan denk je, dat je in een rooms-katholieke kerk te recht bent gekomen, maar men doet alles in het Nederlands en zit die kerk ook niet in de oecu menische beweging? Dus dan zijn ze toch weer anders dan de katholieken?" Het is een veelgehoord misver stand over de oud-katholieken. Het komt voornamelijk omdat men, waar tegenwoordig over de katholieken wordt gesproken, doorgaans de rooms-katholieken bedoelt, en waar men het heeft over de katholieke kerk de Rooms-Katholieke Kerk wordt be doeld. Er zijn twee oorzaken voor. Ten eerste spreekt de R.-K. Kerk. wanneer ze het over zichzel. heeft, altijd over katholieke kerk, omdat zij zich beschouwt als de enige ware, katholieke kerk. Bo vendien: de Oud-Katholieke Kerk treedt nu eenmaal in ons land cn in mindere mate ook daarbui ten niet zo duidelijk op de voorgrond als de R.-K. Kerk. de meeste van de 27 parochies treft men aan in de provincies Zuid- en Noord-Holland en Utrecht. Verder zijn er gemeen ten o.m. in Gelderland. Het semi narium is in Amersfoort. Aan de andere kant: door haar contac ten in de oecumenische beweging hoort men meer spreken over de Oud-Katholieke Kerk. Voorts leest men berichten over oud-katholie ke contacten in het buitenland, In het bijzonder met de Angli- kaanse Kerk en met de Oosterse Orthodoxie. Terwijl men ook heeft kunnen lezen, dat de oud-katholle- ken pen waarnemer hadden op het Vaticaans concilie. Juist om niet verward te wor den met de Rooms-Katholieke Kerk hebben de „rooms-katho lieken van de oud-bisschoppelijke clerezie" de naam „oud-katho liek" aangenomen na 1870, toen de laatste algemene kerkverga dering (concilie) in Rome werd gehouden, waar de twee nieuwe leerstukken van de pauselijke on feilbaarheid en de oppermacht van de bisschop van Rome over alle kerken en alle gelovigen werden aangenomen. Voortzetting der kerk. Men kan deze kerk zien als een kerk, die tussen twee „vu ren" zit: tussen de R.-K. Kerk, waarvan zij onder meer met gro te beslistheid afwijst de dogmata inzake de onfeilbaarheid van de paus en het dogma van Maria's onbevlekte ontvangenis. En het andere „vuur", de pro testantse kerken, waarvan zij is onderscheiden door het reforma torische denken in die kerken. Scheiding Hoezeer de Oud-Katholieke kerk zich onderscheidt, maar ook wat haar bindt met die andere kerken kon men zien op een expositie „5000-50 jaar kerkgeschiedenis" in het oud-katholiek Utrecht. „Dat oud-katholiek de vroegere schuilkerk van Slnte Gcrtrudls, die herinnert aan de moeilijke tijd der katholieke kerk tijdens de hervorming. Een schuil kerk, ingeklemd tussen de hoidi- go kathedraal cn een oud hofje, de Mariahoek. Een kerk, zoals men er in ons land nog enkele aantreft uit de' tijd der reforma tie: gevormd nlt woonhuizen, op dat de katholieken hun eredienst zouden kunnen houden schuilend de aanhangers van de rcfor- de oude katholieke kerk Nederland, zoals die is gesticht door Willibrordus. Zij wil niets aanvaarden op dogmatisch, litur gisch en kerkrechtelijk gebied zij beschouwt als in strijd n opvattingen met de oude leer i matie. Dat hst nu wel wat anders is en de ontwikkelingen, die daar toe leidden kan men niet al leen zien aan de ruime kathedra le kerk naast deze schuilkerk, maar ook binnen in het huidige waar tal documenten herinneren aan de strijd en twisten binnen de katholieke kerk. In de tweede helft van de zeventiende en de eer ste jaren van de achttiende eeuw, aan de toenadering, die later is getoond en de contacten, die zijn gelegd. De aanhangers van de oude ka tholieke kerk van Utrecht kwa men in die tijd in een isolement, maar dit isolement werd verbro ken door en na het eerste Vati caanse concilie, toen men mede standers vond in het buitenland, Duitsland, Frankrijk, Zwitserland en Oostenrijk. Contacten, die in 1889 leidden tot de Unie van Utrecht van die kerken, die de le gitieme erfgenamen en de voort zetting van de oude katholieke kerken van het westen willen vor- men en die in een volledige ker kelijke gemeenschap met elkaar staaD. Dat zijn dus los van Rome staande katholieke kerken. Historie De kerkhistorie is voor de oud katholieken van bijzonder veel ge wicht. Maar men trekt de historie door naar het heden, naar verbe tering in de contacten met de Rooms-Katholieke kerk en de „full communion", de erkenning van ambten en sacramenten van eikaars kerkgemeenschappen door enerzijds de Oud-Katholieke kerk en anderzijds de Anglikaanse Kerk een volledige kerkelijke gemeen schap, die onder meer in de laat ste vijftig jaar tot stand kwam. Amerikaanse strijd tegen vijand van de mens Voor komen enige middel omdat genezen onmogelijk is Wie zal dot betalen grotere verband, waarin het hoort. Het is een deel van een van de meest vitale problemen, waarmede de mensheid te ma ken heeft, nl. hoe beheersen wij de toenemende vervuiling die tot een snelle verslechtering van ons milieu leidt De biolo gie toont aan, dat geen organis me lang In leven blijft, als zijn milieu op de een of andere wij ze ongeschikt wordt. Maar be halve de mens heeft nog geen or ganisme zijn eigen milieu ver ontreinigd". Dit werd eens ge zegd door Amerika's schrijvende biologe („The sea around us") en ..Silent Spring"). die enkele maanden geleden aan een sle pende ziekte is overleden. Haar bijna unieke talent om moeilijke wetenschappelijke vraagstukken in leesbaar, bijna poëtisch, pro za uiteer te zetten, heeft haar tot ver buiten de Verenigde Sta ten beroemd gemaakt. Zij heefl discussies aan de gang gebracht, die nog lang na haar dood zul len doorgaan. Ook wat het pro bleem van de luchtvervuiling be treft heeft zij waarschuwende woorden gesproken, waarvan wij er enkele hierboven hebben ge Beperkt- in de Verenigde Staten leeft men als het ware op de bodem van een zee van lucht, waarin steeds meer verschillende ver vuilende stoffen worden geloosd. Lucht is in beperkte mate be schikbaar, zo redeneren de des kundigen. zoals dat met water en delfstoffen het geval is. Boven dien is ook per plaats of gebied maar een beperkte hoeveelheid lucht aanwezig. Zowel kwanti tatief als kwalitatief moet men dus heel zuinig met de lucht omspringen, vooral met het oog op de opeenhoping van mensen in grote steden. Bijna de helft van de Amerikaanse bevolking woont op een tiende van hel Amerikaanse grondgebied. Kon men lucht net als water reinigen, dan zou het probleem niet zo groot zijn. Maar de mens kan de lucht niet reinigen en de lucht kan het zelf ook niet. Voor komen is dus de enige oplossing, want van genezen kan geen spra ke zijn Temeer omdat de lucht ook essentieel is voor de moder ne samenleving met al haar ver brandingsmotoren e.d. De Ver enigde Staten zijn grootverbrui kers van lucht. Per jaar heeft het land niet minder dan 3000 kubieke mijlen lucht nodig om met de daarin aanwezige zuur stof het jaarlijkse kwantum brandstoffen te verbranden. Aanslagen Evenals Londen hebben de grote Amerikaanse steden hun langdurige perioden van „smog" (een mengsel van rook en mist ofwel smoke en fog), waarin de luchtvervuiling een directe aan slag pleegt op de menselijke ge zondheid. De weersgesteldheid vermindert een snelle opstijging en vermenging met frisse lucht en al het vuil blijft hangen in de omgeving van de plaats, waar het geproduceerd is. De gevolgen blijven niet uit. In de eerste plaats zijn er de gevolgen voor de menselijke gezondheid. Men is het er nu wel over eens, dat talrijke storingen van de ademhalingswegen veroorzaakt of in de hand gewerkt worden door luchtvervuiling. Maar naast deze gevolgen voor de gezond heid i i de r s zijn er nog a dere. Luchtvervuiling leidt vol gens Amerikaanse deskundigen ook tot een verandering van het weer in de steden. De Ameri kaanse Meteorologische dienst is van mening, dat de steden hon derd procent meer mist hebben dan de gebieden buiten de ste den. Zij hebben 's winters vijftig percent minder ultravio lette stralen dan de plattelands- Schade Deze weersverschillen leiden tot vergroting van de gevaren voor het verkeer, zowel op de grond als in de lucht. De Ame rikaanse Raad voor de lucht vaart heeft onderzocht, dat in 1962 vijftien a twintig ongeluk ken met vliegtuigen waarschijn lijk werden veroorzaakt door slecht zicht tengevolge van lucht vervuiling. Een belangrijke post in de enorme schaderekening die het Amerikaanse volk krijgt gepresenteerd, is de schade die aan de landbouw wordt berok kend, nl. ongeveer een half mi- jard dollar. Niet alleen het vee de akkers en de boomgaarden blijken van allerlei luchtver vuiling te lijden te hebben, maai zelfs naaldwouden moeten er hun tol aan betalen. Voorts zijn ei talloze roerende en onroerende goederen, die schade ondervin den. Niet alleen leer en rubber, maar ook metalen, bouwstoffen en verf hebben te lijden van df vervuiling. Precisie-instrumenten en allerlei gevoelige controle systemen moeten vaak vervan gen worden of kunnen niet bui ten een kostbare bescherming te gen de luchtvervuiling. Recreatie Huizen moeten zowel van bin nen als van buiten vaker geverfd worden Zelfs de kleding en de meubelen van de bewoners moe ten vaker gereinigd worden. Min der draagkrachtige Amerikanen kunnen zich dit extra onderhoud dikwijls niet veroorloven, waar door hun eigendom in waarde daalt. Op de schaderekening komt verder de benadeling van de recreatie. Een bos, dat ver nield is door ozon, ontstaan uit uitlaatgassen van passerende auto's, is onbruikbaar als recrea tiegebied. Een dergelijk gebied, dat door rook en stank van de stad onbruikbaar is geworden, is nutteloos voor de gemeen schap. De bloemen en planten, die in de steden niet meer kun nen groeien, gebouwen die ver vallen door de inwerking van vervuilde lucht, dieren die ster ven door van de akkers wegge waaide landbouwvergiften zij alle komen voor op de lange re kening. die Amerika aan zijn luchtvervuiling moet betalen Laat is het tot de Amerikanen doorgedrongen, dat men niet on gestraft kon doorgaan met het vergiftigen van de atmosfeer. Na de tweede wereldoorlog werd het pas een nationaal probleem. Niet wachten De tot dusver vergaarde ken nis ls heel groot. Het wordt nu echter tijd. dat er iets gedaan vragen, is niet meer verant woord, De deskundigen zijn van mening, dat de luchtvervuiling door de industrie voorlopig het best op twee manieren kan wor den bestreden. In de eerste plaats door verwijdering van de vervuilingsstoffen, voordat deze via de schoorsteen de fabriek ver laten. En voorts door zich te richten op de zuivering van de brandstof vóór de verbranding. De kosten zijn hierbij een pro bleem. Die kunnen per industrie aanzienlijk verschillen. Soms gaat het slechts om een fractie van de produktiekosten, maar ook zijn er bedragen mee ge moeid. die groter zijn dan die van alle produktiekosten samen. Volgens de bestaande regelingen worden deze extra-kosten doorbe rekend in de prijzen. De consu ment betaalt dus de bestrij- ling. Die zal er zijn, Indien de industrie, die luchtzulveringsin- stallaties plaatst, bepaalde fisca le investerings- en afschrijvings faciliteiten voor deze installaties ta-ijgt. Men probeert deze faci liteiten thans via de wetgeving te regelen. Kernenergie Op lange termijn bezien kan men het meeste effect verwach ten van een overgang naar an dere energiebronnen. Met name de kernenergie opent hier gunsti ge perspectieven. De tweede grote vervuilingsbron, het ge motoriseerde verkeer, kan wor den aangepakt door verbetering van de verbrandingsmotoren, waardoor de hcjeveelheden afval stof worden verminderd. De staat Californië kent wettelijke regelingen, die voorzien in een vermindering van ongeveer twin tig percent De Amerikaanse auto-industrie houdt zich mo menteel bezig met de ontwikke ling van „nabranders", waar door een vollediger verbranding en dus een vermindering van de luchtvervuiling wordt bereikt. Ook bil de bestrijding van deze vorm van luchtvervuiling kan men het meest verwachten van de ontwikkeling van nieuwe ener giebronnen. zoals thermo-elee* trische generatoren en verbeter de gasturbine-motoren. Ook in ons land wordt hard gewerkt aan de bestrijding van de vervul ling van de lucht, die wij moeten inademen. Ongetwijfeld zal men hier proberen op de hoogte te blijven van de resultaten, die men in de Verenigde Staten op den duur reeds heeft bereikt, zowel wat het onderzoekings werk als wat de hestrijdingsme- thoden betreft. Want dat er ook in Nederland spoedig iets ge daan moet worden, daaraan zal niemand twijfelen, vooral niet als hij in een industriegebied woont...

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 14