'N KERK SCHREEUWT
OM GEZEEFD LICHT
e 2w<um
SJP
Delftse symfonie in gekleurd glas mag niet onvoltooid blijven
Uit het dagboek van een
Zuid-Afrikaanse vrouw
m
ZtWê
alle kunstgrepen
overboord
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 20 JUNI 1.
Nu het hoofdkoor van de Oude
Kerk te Delft een gloedvolle
lichtwerking heeft gekregen door
teglasing rnel gebrandschilderde
amen. contrasteert daarmee
e schriller de steriele nuch
heid van het middenschip en
n deel van de zijbeuken;
olg van het feit dat men
■lig ramen blank en dus hard
licht doorlatend glas wenst
handhaven.
IN KLEIN MAAT
Achier de„0ude Jan''
botsen eeuwen
en stijlen
en godsdiensten
SEDERT vorige week za
terdag is de uit de der
tiende eeuw stammende
Oude Kerk van Delft
een unicum, immers geen an
der bedehuis in ons land bevat
24 gebrandschilderde ramen die
de signatuur dragen van één
man. Joep Nicolas, de nu 66-
jarige Limburgse kunstenaar,
gaf acht jaren van zijn leven
voor deze beelddragende ven
sters, of, zoals hijzelf het om
schreef: „Voor wat mijn grote
bekommernis; maar ook mijn
vreugde was". Na de renaissan
ce werd het een zeldzaamheid
als een kunstenaar een zo gi
gantisch levenswerk mocht vol
voeren. De huidige hoogcon
junctuur heeft zoiets weer mo
gelijk gemaakt; terecht mag
Nicolas zich daarom gelukkig
prijzen. Toch schijnt zijn
„psalm in kleur en licht" voor
onze generatie onvoltooid te zul
len blijven.
Met deze „Unvollendete" is
achter de al eeuwen scheef staan
de „Oude Jan" een groot pro
bleem geschapen, waarin geesten
van tijden en stijlen en godsdien
sten op elkander botsen. Het is
de moeite waard, hierop wat die
per in te gaan.
Sinds in 1961 de twaalf jaar te
voren begonnen restauratie werd
voltooid, bezigden reeds vele scri
benten de volzin: „Oude Kerk in
is®»
oude luister hersteld". Een slag
in de lucht, want de oorspronke
lijke praal van het eertijds aan
St, Hippolytus gewijde bedehuis
was die van het rooms-katholicis-
me en van de in deze godsdienst
wortelende gothiek.
Gestremde glorie
In het begin van de jaren 1500
kregen bouwers onder leiding van
Vlaamse meesters de opdracht,
aan de even stoere als sobere
Hollandse architectuur de weel
deriger allure van de gerijpte
Franse gothiek te hechten. Zij
kwamen echter niet verder dan de
bouw van het noordertransept. Als
uitvloeisel van de reformatie be
kwam deze verrijking nimmer
een waardige pendant naar het
zuiden.
Behalve een architectonische
stremming, had het overgaan van
rooms-katholieke in hervormde
handen voor de Oude Kerk nog
jen. De geschiedenis
bekend: verwijdering
van altaren, beelden en overige
concretiseringen van de roomse
leer ging gepaard met de, cul
tuurhistorisch gezien, te betreu
ren vernietiging van vele onver
vangbare kunstschatten. Mee ver
loren gingen ook een aantal kost
bare gebrandschilderde ramen.
De overige werden weggevaagd
door de verschrikkelijke „Delftse
Donderslag" in 1654. de ontplof
fing van een kruitmagazijn die
een groot deel var. de stad ver
woestte.
Uit het hiervoor gestelde is af
te lelden, dat de belijders van de
nieuwe leer in de tussen beide ca
tastrofen liggende tijd niet de be
hoefte hebben gevoeld, de bij de
beeldenstorm onverlet gebleven
glasschilderingen alsnog te verwij
deren. Kennelijk had men destijds
geen vrees voor de mystieke sfeer
die men nu nog aan gebrandschil
derde ramen toeschrijft. Evenmin
schijnen de toenmalige predikan
ten deze beeldvensters te hebben
geducht* als aandacht afleidende
objecten
Waarom vrees
Blijkens verscheidene uitspra
ken rondom de recente overdracht
van negen glazen, bestaat thans in
hervormd Delft wel een zekere be
duchtheid. Joep Nicolas creëerde
24 beeldvensters, maar door eeu
veertigtal blanke glazen stroomt
nog hard licht, dat verkillend re
flecteert op de koud-witte pleister
lagen. De Oude Kerk schreeuwt
deswege om verdergaande begla
zing met lichtzevende kleuren.
Doch de huidige kerkvoogden ge
wagen van „zeer ernstige beden
kingen" daartegen.
De. bewering, als zou de" kerk te
donker worden, houdt geen steek:
Nicolas' ramen in hoofdkoor, zij
beuken en noordertransept bewij
zen het tegendeel. En wie nog
overtuigender bewijs verlangt, be-
zoeke de St. Jan van Gouda, die
54 gekleurde vensters bevat.
Huiverig te zijn voor mystieke
(men bedoelt roomse) sfeer, is al
evenzeer ongegrond. Dit beseften
reeds onze voorvaderen tijdens de
tachtigjarige oorlog. Zij tooiden
menige kerk met gebrandschilder
de ramen, waarvan er vele
religieuze voorstellingen droegen.
(Prins Willem van öranje werd in
1601 vereeuwigd op een raam, dat
Leiden in dankbare herinnering
aan het ontzet schonk voor de
Grote Kerk van Gouda, waar het
de inval van vals licht op de
s aanwezige gebrandschilderde
?n in het hoofdkoor te voor-
en, tvas de plaatsing van drie
rvensters noodzakelijk. Hier het
i dat Abrahams offer en
lofte in beeld brengt.
Storm over Nederland
Storm over Nederland, door
Go Verburg. Uitgave G. F.
Callcnbach N.V., Nljkerk.
De watersnood van 1953 heeft
heel wat schrijvers geïnspireerd
tot het schrijven van al of niet
geromantiseerde verhalen over de
verschrikkingen van deze vloed
golf, die ons deltagebied teister
de. Aan deze verhalen heeft Go
Verburg er thans een toegevoegd.
Zijn verhaal leest prettig. Hij
heeft er en dat kon ook moei
lijk anders de bekende fa
cetten in verwerkt, zoals het over
rompelende karakter van deze wa
tersnood, de massale hulpverle
ning uit binnen- en buitenland, de
wonderlijke reddingen e.d. Het is
het bekende stramien, waarop
wordt voortgeborduurd, zonder
dat in het patroon nieuwe lijnen
Worden aangebracht.
Wat Carmiggelt, Annie noot maakt door haar moeder op assistentes
Schmidt en D. van dn- Stoep onnaspeurlijke geraffineerd vr
woii-iird» manier in te kapselen
'entje van een „teener".
met hun kleinkust voor Neder
land betekenen, betekent
Audrey Blignault voor Zuid-
Afrika. Haar twee bundels „In
klein Maat" en „Die Vrolyke
Lied" werden reeds vaak her
drukt en geen wonder, want zij
schrijft een lichtvoetig proza
vol humor, doortrokken van
een echt vrouwelijke tederheid
die niets van doen heeft met
sentimentaliteit.
Humor
gewoonlik selfverse-
kerde mense, maar die ongenaak
baarste in hul onbuigsame meer
derwaardigheid is die korsetkun-
diges". „Sodra jy dan gesê het:.,
.juffrouw, ek wil graag
Is
al
halen geregeld terugkeren beho- nersblik van kop tot tone gemon-
ren de broer Leon met zijn opvlie- ster en weet sy presies waar jou.
gende Ierse aard, haar zelfbewus- QWO
te zuster Trix die soms toch ra
deloos bij Amanda komt binnen
lopen als zij in de knoop zit
Kaap heeft een eigen klimaat.
Men ontmoet daar veel mensen
!-talig zijn: Zuid-Afrikaana woonlijk met
swakke plekke is
maar so uit te druk."
Met dezelfde overgave vertelt
zij over de geheimen van „Pap
pa se studeerkamer", „Die Troe-
telkwaal" (lichte spot over li--
Als Ouma kom chamelijke ongemakken), „Lekker
ia komt logeren), oud pantoffels" (Die waarheid is
geeft de schrijfster een bijzonder dat 'n pens se verhouding met.
fijn schetsje, waarin zij zoals ge- in"
goedmoedige spot
:hrii"
zij toch, ondanl
teit waar zij al gauw redactrice gemakkelijke manier van leven,
werd van Die Stellenbosse Stu- na e]ke logeerpartij kan zeggen:
dent. Zij_ vond e^ ook haar echt- ,En die lekkerste
jou pantoffels baie makliker
natuurliker is as met enige ander
ding wat jy dra. Die besigste dag
kan jy trotseer, die hardste pad
onverskillig van die jare wat oór
my gaan. Ek bly haar dogter-
de radio kon zij haar tjie wat sy liefhet sonder voorbe-
dat zij houd of perk."
genoot, Andries Blignault. Als
dactrice en medewerkster
vrouwenbladen
rubriek
schrijflust botvieren,
niet in de journalistiek bleef ste
ken bleek wel toen zij ook de lei
ding kreeg van een serie „Juweel
novelles" en uit de publicatie
van haar twee boekjes waarover
Ik u iets wil vertellen.
Uit die dagboek van 'n vrouw"
kan jy bewandel, as jy net wete
dat jou pantoffels aan die einde
alles is dat daarvan wag. En hulle wag altyd
haar haar dogtertjie bly, >~v—1
Zelfspot
behalwe natuurlik
jy 'n klein hondjie in die huis het.
hulle wag vir jou, stil en ge-
trou en aanpasbaar soos al
tyd".).
De schrijfster verstaat de kunst
om over „Die balsem van dp
bed" op een wijze te schrijven die
Soms betrekt Audrey Blignault zowel openhartig als ingetogen kan
alle vrouwen in haar goedmoedi- worden genoemd. „Dis 'n mylpaai
ge zelfspot, zoals in het verhaal in 'n mens se lewe as jy jou eer-'.
„Die inklimgordel", waarin zij ste eige bed kry; dan begin 'nuwe
lijden peilt van iedere vrouw menslike verhouding tussen jou en,
haar verhouding „van intiem jou bed. Dis nog 'n groter myl-_
persoonlike aard" tot haar haar- paal as jou enkelbed 'n dubbelbed,
kapster, haar modemaakster en ,word; dan brei 'n bestaande ver
kraamverpleegster. „En een van houding van jy en jou bed uit tot
vernederende onder- ms en óns bed. En die lewe kry 'n.
aaraan die gemiddel- nuwe inhoud van 'n gesamentlike
haar de vrouw haar van tyd tot tyd bed-agtergrond".
onderwerp, is om 'n inklim- „Die bed i
zij persoonlijk in haar gezin
omgeving meemaakt. Zij heeft kapster, haar modemaakster
zich zelf de naam Amanda toege- kra
wezen en haar man Johan, die die
minder aan stemmingen onderhe- vindings
vig is dan zij. Dan is er haar J
dochter Marietje, die haar bij het r, -
opgroeien tot bakvis tot bondge- gordel te gaan koop." „Winkel- wankelbare toevlugsoord teên die.
aanslaê van die lewe. Teenoor jou
bed het jy geen geheime nie, pro
beer jy jou nooit voordoen as waf-
jy werklik is nie. In jou bed is.
genoeg;
Ac Verhaal vail Frits Huël
dat elkeen ons eie afsonderlike
draaie kan draai en elkeen ons
eige lê kan lé en daarem nog dp*
vertroostende gemeenskap van.
onverdeelbare ligging kan geniet..
As die wereld om ons vaal word,
en ons voel ons wil gaan lê, is
daar nog altyd slaaptyd en dio
balsem van 'n bed."
Delicatesse
Wij wilden, aldus fen ander mo
tief, de kerk het karakter ten tijde
van de reformatie hergeven.
Ander beeld
Eiste het jonge protestantisme
inderdaad het steriele, harde licht
van blanke glazen en een streng
versoberd interieur? Nog vele tien
tallen in hervormingstijd overge
nomen kerken alsook honderden
schilderijen en tekeningen verto
nen een ander beeld.
Na 1566 werd als uiting van de
reformatorische denkwereld zeker
niet in meerderheid volstaan met
het ijverig hanteren van de wit
kwast. Rijke, nog wel met zeer
aardse voorstellingen gedecoreer
de grafmonumenten kwamen op
de plaats van sacramentsaltaren
en waar heiligenbeelden de kolom
men hadden gesierd, verschenen
rouwborden, wapenschilden en an
dere op de mens gerichte attribu
ten. Prachtlievende orgelfronten
mensverheerlijkende beeldhouw
werken waren even zovele sfeer-
en wezenbepalende elementen
voor de hervormde christenheid.
En zou dan nu een algehele
kleurbeglazing in de Oude Kerk
van Delft afbreuk doen aan het
reformatorisch karakter (dat
waarlijk wel iets meer omvat dan
koud licht op nuchtere muren)?
De kerk kan slechts aan sfeer
winnen, indien de „Unvollendete"
van Nicolas wordt omgezet in een
voltooide symfonie. Een symfonie,
die, ter omkransing van de ruim
te voor de eredienst, weliswaar
niet de overladen barokke ver
siering van het hoQfdkoor behoeft
voort te zetten, maar waarin
meer pastoraal getint de kleuring
wordt gecontinueerd, welke nood
zakelijk is om de nu door vals
licht zo felle detonering te voor
komen.
Niet langer hinken
Wie het huidig interieur van de
Oude Kerk beschouwt, kan zich
niet aan de indruk onttrekken, dat
hier op meerdere overigens
weinig overtuigende gedachten
wordt gehinkt. Reeds hebben wij
de vraag gehoord, of de gedeel
telijke, dus absoluut niet harmo
nieuze beglazing met gebrand
schilderde ramen slechts ten doel
heeft, het godshuls voor het toe
risme iets aanlokkender te ma
ken. Als dat zo is, kan de vreem
deling zich slechts verbazen over
de halfslachtigheid en de op reli
gieuze noch op artistieke gronden
te verdedigen handhaving van
evenwel nog 40 blanke vensters die
een reeds... gigantisch werk onvol
tooid houden.
gumentatie, nog meent te moeten
volhouden dat veiligstelling van
de zuivere orthodoxie niet een ver
dere kleurbeglazing gedoogt om
dat zulke beelddragende vensters
toch slechts ter meerdere glorie
van de mens zouden worden aan
gebracht, die moge bij zichzelf te
rade gaan of hij (en zij) niet da
gelijks eigen ij delheid streelt.
Ten slotte nog dit over de
vrees voor de mogelijke aandacht
afleidende kracht van een totale
gebrandschilderde beglazing: voor
predikanten zou het een nobele
competitie kunnen betekenen; een
wedkamp waarvoor zij reeds bij
het begin op winst staan, immers
de ramen spreken voor zichzelf,
de bedienaar van het Woord doet
zulks niet.
Is het niet een schoon ideaal,
de Oude Kerk, zowel in uiterlijke
verschijningsvorm en als centrum
van geïntensiveerd geloofsbeleven
te maken tot een ten volle glorie
rijk monument?
TON HYDRA
Detail van de in rijke kleuren uit
gevoerde voorstelling Noachs offet
en hel verbond met God"; een van
de 24 gebrandschilderde ramen van
Joep Nicolas in de Oude Kerk van
Delft.
0F De Bestemminggeschre
ven door Frits Huël en
uitgegeven hij H. P. Leopolds
Uitgeversmij. N.V., Den Haag,
'een grote novelle of een
.kleine roman moet, heten, is
een vraag die er niet zoveel
toe doet. Nergens zijn bin
dende definities van wat eën
roman en wat een novelle is,
gedeponeerd, zoals de stan
daard-meter van platina in
het Bureau International des
Poids et Mesures te Sèvres
hij Parijs. En zelfs deze meter
is niet voldoende nauwkeurig,
want de achttiende-eeuw se
graadmeting klopte niet hele
maal, zodat niet meer gezegd
kan worden dat één meter
het veertigmiljoenste deel
van de aardomtrek is. In
ieder geval kan men ten aan
zien van het boekje in kwestie
van.een verhaal spreken.
Er wordt gewoon iets verteld in
115 bladzijden ruime druk met
grote letters. Gewoon, dat wil zeg
gen in chronologische volgorde,
zonder al die handigheidjes zoals
terugblikken, indirecte vertelling,
oude brieven, documenten, kran
tenberichten enz. Op zichzelf vind
ik het voor een keer heerlijk,
wanneer iemand het aandurft el
ke kunstgreep achterwege te la-
Men zal er goed aan doen deze
korte, fijnzinnige verhalen als een'
delicatesse te consumeren. Je
moet deze boekjes zo nu en dan,
eens oppakken. De lectuur ervan
is zeker in staat om een mens in
de meest sombere gemoedstoe-
van Toynbee, dan zou men, onge* aan. „Jasper Laars, in de hoek stand weer te laten glimlachen,
meen geboeid, hebben verder ge- gaan staan en schoolblijven", Wie de kunst verstaat op zulk een
lezen. Nu weet men, dat men, bij ze„t de onderwijzer, zonder de filosofische humoristische wijze
A as dan de weerbarstige jongen het terugdenken aan dit boekje, j0„ffen over het geval te horen over dagelijkse dingen van het let
ii
verhalen
Jasper Laars, voortijdige zoon altijd gehinderd zal worden door \0 ven te schrijven moet wel
uit het slechte huwelijk tussen de de geschiktheid van dit ongeluk., Aasper Kwam, na ajioop van ae boren schrijfster zijn. pat zij een
Onderwijzer, later leraar Laars Schrijvers moeten met ongeluk-'.scnoatUjOs een" Kwartier- Later Uitgesproken neiging'heeft tot be-
met het meisje uit de sigarenwin- ken heel voorzichtig zijn, willen dan-de andere jongens en rheis^ spiegelen, bewijst hèt verhaaltje
kei. Z is hét' 'sélfrfladë'fècfihïSthè fë'Hi&Verór
genie, Laars jr., die van een
schitterende directeursplaats in de L' J
autornatiekbranche afziet om als /riddr Dl Cider
kapitein op een eigen coaster te
gaan varen.
Bewijs van moed
En nu krijgt men ook meer hin
der van de tamelijk stuntelige
manier van vertellen. De auteur
behoort als schrijver tot hetzelf-
jes, het schoolgebouw uit. Hij .iïeHrïïStEeid
moest stilzitten en daarna, in scm." De aanblik van een oude
zijn huiswerkboekje, de strafre- versleten bezem is voor haar ge-
S dfcteeSe f'" onderwi>- df le°ga„?cliikhdl va" hetTJ
eer aicieerae. yen te mediteren
Wilt u dus weten hoe het in een
gezin in Kaapstad en omgeving
Na de durf van het vertellen
van a tot z is dit een tweede be
wijs van moed: het tekenen van
geniaal aangelegde jongen ir
de plaatsvond. Op bl. 24 leest men:
de type als b.v. H. J. Heynt-,
vergeten dominee-humorist uit de
jaren dertig, de beschrijver van
Noordhollandse mensen in een ko- uvr oe./lUK„ wn
zijn ontwikkeling tot man. Wie jjeynes had^de^ges^hiedenkant het hoofd
een genie beschrijft moet zieh ™y£asarha£ °§ng^o0Mkunnen steken."
bewust wezen begaafd te zijn. ^aar dan op. Die indruk maakt
Wie erin slaagt de werkelijkheid het boekje van Huël ook. Hij is
van die geniale begaafdheid te een intelligent man, die een in-
'suggereren, is opzijn zachtst ge- teressant geval goed heeft door-
zegd niet dom. Natuurlijk is het dacht en dat daarna te boek
"-"-.ienlijk gemakkelijkec techni- heeft gesteld. Maar stijl heeft 'hij
buiten het schoolgebouw
dat ook daar r._
ven zoals u zelf bent. Op elke blad
zijde proef je de liefde voor het le-
De schrijfster dringt haar
schilderkunstige aanleg
vigheid. Bij dichters-zal
gestieve titels moeten noemen
(zoals De Wolken en De Sterren
in Herman Robbers' Een Man
nenleven); bij componisten, nog
moeilijker, zal men creatieve
stemmingen trachten te schilde
ren, zoals Romain Rolland deed in
zijn romancyclus Jean Christo-
phe; bij schilders zal men er niet
aan ontkomen op lyrische toon
weer te geven wat bepaalde ge
fingeerde doeken voorstellen.
Laars jr. heeft alles direct door
en leert spelenderwijs. Hij is ge
speend van alle naïveteit en pië
teit. Ouderliefde kent hij niet, be
halve als aancfuiding daarvan,
de vluchtige, mislukte zoen tegen
zijn moeders slaap op bladzijde
53, die van een heel magere deer
nis blijk geeft. Voor liefde tot een
vrouw is hij, door het voorbeeld
thuis, weinig of niet geschikt. De
eenzijdigheid, die bij vele spe-
ciaal-begaafden zo opvalt, is dus
ook hier aanwezig. Zijn brutali
teit hangt onverbrekelijk met zijn
en kunnende zwemmen, wist hij
zich te redden. Ook staat ergens
iemand in het verhaal „als vast
genageld". En niet eens tegen
een wand. Ik heb me er echt
over verwonderd dat critici zoals
Greshoff, Van der Hoogte, Van
der Vet, Bulthuis en Panhuysen
„Hij (een jongen) moet zich ^SreTenf °°s llebben
verantwoorden en wijst Jasper c. RIJNSDORP.
bedrij- gende fragment op bl. 8:
„Het venster stond half open,
genoeg om, staande op een positieve levenshouding nooit
buiten te de lezer op. Maar telkens voel je
een schokje van herkenning: Ja,
precies, zo heb ik dat toen en toen
Jaja, de vijver niet diep zijnde ook gevoeld. Met dat verschil, dat
a. Audrey Blignault de gave heeft
dit alles op sublieme wijze te ver
woorden.
Ook voordrachtkunstenaars zul
len van deze boekjes veel genoegen
kunnen beleven.
P. J. RISSEEUW
Audrey Blignault: In Klein Maat
Die vrolijke Lied Uitgave: Nasio-
nale Boekhandel Bpk., Kaapstad.
De
Lydia en de zwaan aldus
zakelijke aanleg samen. Hij ziet
terstond hoe alles in elkaar zit,
zowel in het menselijke als
technische. Door een
onzichtbaar te ledigen
werktekening de fout niet alleen Helleentje,
aan te wijzen, maar tevens aan
te geven hoe die manipulatie kan
van Jos Ruting (uitgave J. M.
Meulenhoff te Amsterdam) is
eigenlijk niet geschikt voor een
recensie: men zou er een soort
studie over moeten schrijven. Het
boek is namelijk opzettelijk
r.._ verward en tegelijkertijd compact
automaat geschreven. Een jong meisje heeft
gefantaseerd vriendinnetje,
mijn aanvankelijke indruk, raliseer. dit pleidooi
rVi.„,4te^| ket j-aiiof,.,-:-
hybridisch geheel, al
ook geschreven in één stijl
toon. Ook in de herinnering drong
zich nu eens het ene, dan weer gen: dit boek
het andere op.
Moraliseren
Tugend" (Nietzsche)
:>gisch accent, waar-
ijna geneigd is te zeg-
>ek is een moderne
Emile.
Ik sprak van een opzettelijke
verwardheid. Realistische en sur
realistische trekken spelen door-
Maar als men het boek op-
nieuw ter hand neemt, om er -
ontmoet later, in tenijiinste iets zinnigs over te veer<I- Dit t
de eerste klas van het gymna- kunnen zeggen, ontdekt men dat vrucht van de psychologie. Ook
de werkelijkheid dus, het accent ligt op het moralise- constateerde ik, dat het werk
De werkelijkheid wordt door
licht en tegelijkertijd gerelati-
kunnen doen is
Dat blijkt wel hieruit, dat compact is geschreven. Dat is e
iflalr rsr, Ac ,«J„llil,„ eiSenSChan van Ho mnHov
innige de kritiek op de zedelijke
delen van overheidsinstanties er
het jonge.
eigenschap van de moderne
auteur, die van het ene essen-
i,iële moment naar het andere
amoraltetische en 20 d°or-' de mitrailleren
de quasi-onschuldigc de stijl van de hedendaagse
eenzelfde meisje, ook Helleentje
geheten, met wie ze een innig<
vriendschap sluit. In de achten-
twintig hoofdstukjes gebeurt dan kerk niet alleen
enorm veel wanneer men het beeldschone
aneedotiscb bekijkt, maar nage- meisje
noeg niets al6 men vraagt
verhaalontwikkeling.
tje Rommie, het schoolvriendin- daag. als ze schrijftalent hebben.
Een studie zou deze kaleidos- netje Annetje en ook nicht Aga- snel tot een zekere perfectie,
coop in sterk vertraagde bewe- tha op precies dezelfde manier, vooral wanneer ze hun milieu
ging moeten volgen en langs die in dezelfde geest en in dezelfde hebben meegehad. Men kan hier
kunnen herleiden stijl de huichelachtige ethiek
Worden buitengesloten, weet hij,
tegen de vijandschap in zijn on
middellijke omgeving in, de aan
dacht van de hoofddirectie op zich
te vestigen. Maar dan gebeurt er
iets dat de gewekte suggestie al
thans bij mij verstoort. De jonge
man krijgt bij het voetballen van
een oude tegenstander in zijn ge
boorteplaats een schop tegen de
onderbuik, ten gevolge waarvan
hij voor het huwelijk ongeschikt
wordt. Dit ongeluk bevestigt al- weg de rom;
leen maar door een fysieke
greep, wat mentaal reeds aan
zig was: het onvermogen normaal kelijk
te huwen en een gezin te stich
ten, dit niet op grond van inver
sie. maar krachtens een psy
chisch tekort. Hier ligt de cala
miteit dus in het verlengde van
aanleg en karakter, wat de hele
geschiedenis voor mij ongeloof
waardig maakt. Of wil de auteur
zo ver gaan als te suggereren, dat
de ongelukken die ons overko- Ëmilë"
men met ons karakter verband schriften van Nietzsche. Bij "de ken dat
houden? Hier zou men in de buurt eerste lezing dacht ik dat het
komen van de denkwijze van wij- tweeslachtig werk was. Ik m
cultuurhistoricus Egon de dat de schrijver op een geraf-
kindermond wordt gelegd,
tellectueel. Mensen met i
dat Lydia zelf, Helleentjes' broer- zondere intelligentie komen
tot zijn eigenlijke bestanddelen, de officiële samenleving
n-i i- intelligent, oorspron- kaak stellen. Dit feit doet aan "sch
perfide boek; de auteur de waarde van het boek als
i sprook-
schrijver die
veel af. Het is
heeft lets in zich
jesverteller maar is in
moralist. De benaming rom
zo nietszeggend geworden, r
men Lydia en de zwaan gerust genaamd^onbevangen
noemen mag,
de touwtjes hedendaagse intelligentie. Wie
Friedell. Maar naar mijn mening fineerde manier de sexuele
gebeuren er te veel ongelukken, trekkelijkheid wilde tekenen
vooral indirect, om door het ka- het meisje op de grens va:
rakter van het slachtoffer te kun- puberteit èn tegelijk ee
nen zijn uitgelokt. Het verhaal,
intelligent opgezet, faalt hier voor
mijn besef. Wanneer het ongeluk
als een ruwe, blinde ingreep op
zijn carrière was geschied en hij,
krachtens zijn genialiteit, deze
slag had opgevangen, als het ant
woord op een uitdaging in de zin
is trekt en door de mond
dat sujetten praat. Door kinderen zo-
jfifiÉ genaamd onbevangen over de ero-
temensen-wereld te laten oordelen,
zuivere verkrijgt zijn satire een bijzon-
rubricering zou men het moeten dere raakheid. De auteur had zich 13 het toevallig
opbergen in^de buurt van de hiertoe kunnen, misschien moe- faire, de Beatles
ten beperken. Nu kan mei
ken dat deze wijsneuzen ook hun
omgeving napraten.
Nietzscnes literaire
schap is indertijd
Rousseau
il beschrijven, moet niet
alleen letten op de nu en dan
voorkomende, explosieve uitingen
van ma."sale hysterie, ten goede
of ten kv/ade (actie Het Dorp, Zo
jg jUfi 1 de Irene-af-
llluc. --- wat misschien
den_ alweer de sensatie van de dag
als dit stukje wordt gedrukt),
ook op de beangstigende
i- der de titel Die Unscnuld des moderne communicatiemidde
len. de Ter Braken en de Du
Perrons van 1964. Deze nieuwe
elite en haar invloed onderschat-
die. op zichzelf genomen, niets met
elkaar te maken hebben. Soms
sloeg de aandacht van
door naar de pedofilie
naar een bijna anarchistisch non-
conformisme. Het resultaat was.
Werdens. Leven dat zich
an de immanente wetten ontwikkelt is
satire onschuldig; wanneer die ontwik-
J ":eling zuiver wetmatig verloopt tG men niet- al staan hun
■oltrekt zij zich aan gene zijde niet dagelijks in de krant
■an goed en kwaad. Dit is pre-
de strekking van Rutings
geen club. Ook daarom
Lydia en. de zwaan een stu-
paar heel die waard zijn en voelt de criti-
de auteur boek. En omdat hij
jonge meisjes, geestelijke tweelin- c"s ,dat hij met een
gen, als centrale figuurtjes heeft als deze tekort schiet,
gekozen, krijgt dit amorele gemo- C.