Piet de poes DUBBELAARS VAN VONDEL FRANS EERBEWIJS VOOR CALVIJN NIEUWE BOEKEN ZONDAGSBLAD ZATERDAG 13 JUNI 1964 ^/JET WILD kloppend hart zat Eva op de rand van haar bed. Dat ze *t nu ook nog dromen moest! Terwijl ze heel de week al met die angst in haar lijf had rondgelopen. Gingen ze maar nietZe bleef veel liever thuis. Kon ze heerlijk het weekend wat luie ren en lezen. Zo'n paar dagen op reis was eigenlijk niets gedaan. Ze had ge hold om klaar te komen. Want het huis moest toch op orde en met kleren moest je rekenen op elk soort van weertype. Ze was doodop en dan ook nog die angst er bij.... Toen het bonzen wat bedaard was, stond ze op en liep op blote voeten naar beneden. Ze moest eerst maar eens flink wakker en desnoods ijskoud wor den voor ze weer slapen ging. Ze schonk zich wat gazeuse in en probeer de niet meer aan haar angst te den ken. Maar deze liet zich niet verdrin gen. Haar hele lichaam was nog vol van de benauwde droom. Ze voelde nog haar ogen uitpuilen van ontzetting. Ze zag nog hoe het water buiten langs de ramen omhoog liep, terwijl het proces in de auto zich iets langzamer voltrok, maar toch met dreigende zekerheid. Deuren open als het water in de auto voldoende was gestegen? Bakerpraat jes. Wie zag kans, om een vin te ver roeren, als het onheil als een moorde naar op je af kwam? Was men in 't aanschijn van de dood al niet gevan gen in een verstijving? Eva huiverde. Zou het een voorge voel zijn? Een waarschuwing mis schien? Zo iets bestond toch? Of kwam het doordat ze gisteren met Gré zo uit gebreid 'het voor- en nadeel van een open dak tegen elkaar had afgewogen? Inderdaad, met een dicht dak had je meer kans van overleving, als je over de kop sloeg; maar als je in het wa ter terecht kwam?.... Eva huiverde op nieuw. Omdat ze haar tobberijen in de kou de keuken toch niet kwijt kon raken, ging ze maar weer naar bed. Als ze niet voldoende nachtrust had genoten was ze morgen een wrak. Het warme bed deed haar toch goed en tegen Henks rug aan soesde ze spoedig in en sliep vrij rustig. Er was niet veel bewegen in haar dromen. Ze zag slechts een oneindige watermassa. De golfjes kabbelden zonder gedachten voort, als haalden ze slechts adem. Da volgende morgen had ze niet veel was er nog niet zo ver naast met m'n voor gevoelens. dat zie ju nu maar!" Henk schoot in een baldadige lach en gaf als enige repliek: „We zijn nog niet aan de overkant, er kan nog van alles gebeuren. Eva was perplex, hoe durfde hij. Dat was toch je reinste spotternij. Dat was toch God verzoeken? Of stak hij alleen de gek met haar voorgevoelens? Eva voelde zich op z'n zachtst gezegd onbehaaglijk. Waren ze maar aan de over kant. Het gierpontje zag er verre van deug- tijd om te piekeren. De bedden moesten opgemaakt, de afwas gedaan. En waren de kranen goed dicht en kon de kachel geen kwaad? Was er geen licht blijven plaagd. wat. Had ze Henk maar eerder van haar angst verteld, waarschijnlijk was ze dan door die afschuwelijke droom ge- branden en zouden de planten het blijven doen op die paar natte dweilen in 't lavet? Ook moest het zonnescherm nog neer gelaten, anders zou de nieuwe bekleding van de stoelen verschoten zijn, voor ze er plezier van hadden gehad. Als ze tenmin ste nog ooit terugkwam ja.... Levensgroot verrees plotseling weer haar angst. Alle kamers bezag ze nadien als iemand, die er voor 't laatst vertoeft. Of nee, ze was een ander, die in een huis rondging, waar mensen gewoond hadden die i niet Gelukkig hield Henk rekening met haar emoties. Hij nam de bochtjes met een matige snelheid en spoedig gaf ze zich over aan de doezeligheid, die haar altijd beving, als ze een tocht in een auto maakte. Het werkte beter dan een kal merend medicijn en het deed haar tot haar verwondering niet eens veel, toen ze bij de pont kwamen, de oorzaak van haar nachtmerrie. Het pontje voer juist naar de overkant, dus zette Henk de motor af. Wat stil was het opeens. Wat een rust ging er uit van de landelijke omgeving, die zo te zien geen niet meer leef- gejaagdheid kende. keurig op orde, 't wa- Het viel haar tevens op. hoe vlak het land haald, en dat was vlug gebeurd, want ze waren de enige passagiers begon hij aan een wiel te draaien. De installs- den. Alles ren nette geweest maar star van het ont brekende leven. Ze durfde de dingen nauwelijks aan te raken, als pleegde ze heiligschennis. Ja. maar er moest toch iets gebeuren met deze meube- Ze schrok op uit haar sinistere gedach ten. doordat Henk riep: ..Ben je klaar Eva, alles is ingeladen." Toen ze in de auto stapte, zag hij haar ..Niet^', zei ze vinnig, „tenminste, er zou niets zijn, als jij deze keer eens rus tig wilde rijden. Met de snelheid waarmee jij langs de weg raast, is er geen plezier aan. Dan rijd je gewoon met de dood voor ogen. Trouwens, ik.... ik heb een voor gevoel, dat er iets gaat gebeuren. Haar stem brak af. Ze keek radeloos het raam uit. „Kom nou, negentig, dat noemt ze snel. Een voorgevoel zei je? Belachelijk. Voor zulke nonsens geef ik geen cent. Ga nu maar-rustig zitten en laat je lekker rij den. Dacht je, dat je thuis niets kon over komen? Als je van de keldertrap valt, heb je kans dat je eert arm breekt, maar de mogelijkheid bestaat ook, dat je je nek breekt. En wat dacht je van een wandelingetje? Komt iedereen daar heelhuids van thuis?" Henk gaf haar een bemoedigerfd klopje op haar schouder en startte de motor. Dat ze 't gezegd had, kalmeerde haar toch lag achter het lint van de rivier, in tegenstelling tot het landschap, dat ze gingen verlaten. Vroeger, toen het heuvelige land haar nieuwe woonstreek verrukt over, net een sprookje. Koeien tegen een helling, hier en daar huisjes veilig weggedoken in de plooien van de aarde en niet te vergeten de schilderachtige kerkjes, die hun spitse torens trots de hoogte in staken als wilden ze wedijveren met de heuvels rondom. Toch benauwde de streek haar op den duur. Eigenlijk was het vlakke land veel meer een wonder met z'n openheid, t Leek net, of je er ruimer kon ademhalen, of er een frissere wind waaide. De pont legde aan. Henk keek verge noegd. omdat hij het steeds weer een machtig leuk spelletje vond, om de auto zonder dat de motor liep, de pont op te rij den. Hij zette de handrem los en daar gin gen ze de helling af. Ze kregen nog aar dig vaart, zodat Henk vlak voor ze het gam mele pontje opreden, gebruik van de rem moest maken. Maar kijk, daar had je 't al! Inplaats van op de rem, trapte hij eerst op het gas- oedaal wat geen effect gaf zodat het maar een haar scheelde of ze waren het pontje aan de andere kant net zo snel weer afgereden, als ze er opgekomen wa ren. Het hart klopte Eva ln de keel. „Stommeling," kreet ze, „dat heb je er nu van, als je de wagen zonder motor laat gaan, dan zet je je voeten maar er gens en weet je de rem niet eens te vin den. Jij speelt met mensenlevens, jij... Ik tie leek Eva een ingewikkeld gedoe, met al die bootjes, aan een lange lijn. Er stond erg veel stroom, zodat de bootjes willoos heen en weer slingerden. Plotseling werden ze opgeschrikt door een hevig getoeter, wat wel 't sein leek voor een hele serie vloeken, die de schipper als mitrailleurschoten uit z'n mond liet rollen. Dit maakte zeer duidelijk, dat de zaak ernstig was. maar of de reeks uitgesto ten krachttermen het gevaar, dat op hen afstormde kon weren was een tweede. Het naderend onheil bestond uit een boot met sleep, die recht op hen aan kwam varen. Dat ze dit te laat hadden opge merkt, kwam doordat de pont aan eén zijde voorzien was van een houten op stand. De schipper bleef nog steeds door razen en schold bij tussenpozen ook nog op de sleep, die volgens zijn zeggen te laat getoeterd had. 't Kwam Eva voor, dat de schipper van te voren had moe- ten kijken of de kust veilig was, maar ze zei niets en dacht uitzonderlijk kalm: „Nu gebeurt er met ons, wat je zo vaak in de krant leest." enwe hadden juist een nieuwe koffer." Dat een mens op zo'n ogenblik nog aan zulke aardse dingen denken kon! Het be vreemdde haar, dat de werkelijkheid eigenlijk veel minder onheilspellend leek, dan het beleven in een droom. Toen Henk de auto uitstapte, om de bui ten zich zelf geraakte schipper te helpen terugdraaien, bleef ze zitten, zonder angst. Het kwam zelfs niet bij haar op, om de kinderen instructies te .teven. Ze zag het alles rustig aan, alsof ze van te vo ren geweten had. dat de snelle boot met een behendige draai zou keren. Hij lag even later met de sleep schuin achter zich, stil aan de wallekant. Dat was hun geluk, want het kostte heel wat kracht, om de gierpont te doen stoppen en achteruit te laten varen. De schipper voer helemaal terug, alsof hij zich wijs wilde maken, dat hij 't zaakje zelf ook nog wel had kunnen red den. Toen ze voor de tweede keer overvoeren, daalde er een diepe rust in haar hart. Ze voelde zich voor de toekomst geborgen. 1111» Postzegelrubriek door G. J. Peelen Is het u wel eens opge- I vallen, hoe de postzegels 1 eigenlijk, als goede foto- I verslaggevers, elke gebeurte nis van enig belang, registre ren? Op de dag dat drie staatshoofden: De Gaulle, president Lübke en groot- hertogin Charlotte van Luxemburg, in een gepavoi- seerde salonboot het Moesel- kanaal van Thionville tot Koblenz openden verscheen in Luxemburg een zegel om dit feit te memoreren. Afb. 1, een gezicht op de gecompliceerde I sluiswerken, en een Rijnaak op de voorgrond, voor wie de Moesél nu ook bevaarbaar geworden is. En terwijl bij ons de bladen vol staan met Calvijnherdenkingen, de grote reformator die 400 jaar ge leden stierf, eerde het Roomska- tholieke Frankrijk zijn grote land genoot, op afb 2. Nu moet ik er direct aan toe voegen, dat naast deze prijzens waardige objectiviteit de Franse post op dezelfde dag een ander herdenkingszegel bracht ter com pensatie: de eerste Franse Paus, Sylvester II. (938—1003). (afb. 12). Hij was een geleerd publicist, Ger- bert geheten. Overigens lag de aanleiding tot deze herdenkings zegel noch ln zijn onzeker geboortejaar noch in zijn sterf jaar 1003. Kennelijk vond men het gewenst, als men nu eenmaal Cal- vijn herdenken moest, toch voor een Roomse pendant te zorgen, om geen misnoegen op te wekken bij at grote meerderheid van het volk. Overigens zijn we blij met dit huldebetoon aan Calvijn, pre cies als we dat zijn met het Bel gische drietal met een toeslag ten bate van het Hervormde kerk centrum in Brussel. Ik was u de afbeelding daarvan nog schuldig. Hier zijn ze dan in de afb. 3/5. Eerst Marnix van St. Aldegonde, evenals Idelette van Buren, de vrouw van Calvijn, vol doende bekend. De laatste afbeel ding (5) is van de Antwerpse schilder, Jacob Jordaens, die zich Rubens, eenzelfde leermeester, A. van Oort, die ook zijn schoonvader was. Zijn overgang naar het Cal vinisme belette hem niet veelvuV dig voor de roomse kerk te blijven schilderen en zich ongeremd in zijn voorliefde voor weelderige naakten te laten gaan. Zelfs zeer liberale geesten verweten hem vaak zijn onbetamelijke scènes op Waagstuk Frankrijk herdacht op afb. '5, een kwart eeuw postnachtvluch- ten. In het begin een gevaarlijk waagstuk, een sprong in het duister, letterlijk en figuurlijk, maar hoofdzakelijk om ook Zuidfrankrijk een snelle postver binding met Parijs te garande ren. Die eerste postvliegers wa ren echte pioniers. Argentinië eert op afb. 7, nog vóór Amerika zelf, de vermoorde president Kennedy. Een goedgelijkend portret en zijn handtekening. Frankrijk wijdt afb. 9 aan zijn koning Jan de Goede, tweede ko ning uit het huis Valois, 1319/1364. Hij stierf 600 jaar geleden in Lon den in gevangenschap, na de ver loren slag bij Poitiers. Hongarije durft op zijn zegels wat meer dan rikaanse kopers van deze serie? die de bije de andere oostelijke landen in eer- Hetzelfde land herdenkt ook Gali- se staatshoofden in Addis Abeba, betoon aan Westerse figuren en leo Galilei, (geboren 1564). We op 25 mei memoreert. Tegen de gebeurtenissen. Zo ook op afb. 10, stonden uitvoerig stil bij deze gro- achtergrond van de kaart van hulde aan mevrouw Roosevelt, te, naar aanleiding van het Ita- Afrika, zien we een neger die zijn Waardering? Stellig! Maar mis- liaanse herdenkingszegel. ketenen verbreekt en een lichte schien toch ook hoop op vele Ame- Rest on* nog afb. 8 van Togo, toekomst voor zich ziet. voor u besproken Malcom angstig afwacht wat er gaat gebeuren, draait de film van zijn leven terug. Hij herleeft zijn huwelijk, met alle fouten. ver- De gebroken fluit, door Alex ander Noble. Uitgave J. H. Gottmer, Haarlem. In de Damiate-reeks is ver schenen het eenvoudig vertelde, maar ontroerende verhaal van een Jonge Zuidafrikaanse neger, die van een muziekstudie te Londen terugkeert naar zijn geboortestad. Hij zal van zijn muzikaal talent getuigen voor een publiek van Afrikanen en acht blanke eregas ten. Tijdens het fluitconcert ontstaat ln het stadje een rel, veroorzaakt door enkele handelaars in verdo vende middelen, die uitloopt in discriminatie ten grondslag ligt. Vanuit een grondige kennis en diepe bezorgdheid beschrijft de Zuidafrikaanse auteur de gespan nen sfeer waaruit zo licht een conflict ontstaat. Zuiver worden actie en reactie, willekeur en wel willendheid weergegeven. De schrijver bewijst een scherp ge voel voor de menselijke verhou dingen tc bezitten, waardoor hij duidelijk kon maken hoe moeilijk oplosbaar de problemen rondom de rassendiscriminatie ln zijn land zijn. Konvooi der verdoemden, door James Pattlnson. Uitga ve N.V. De Arbeiderspers, Amsterdam. Het transport van brandstof en industriegoederen naar Rusland is een van de gevaarlijkste opdrach ten, die de Engelse koopvaardij in de Tweede Wereldoorlog heeft uitgevoerd. „Konvooi der ver doemden" is het verhaal van een van die reizen, waarbij alle sche pen door de Duitse vliegers in de grond worden geboord. Het ver haal speelt zich af op een van de schepen, de Rosa Dartle. Ondanks dat de bemanning het onder el kaar niet zo heel best kon vin den, wist men toch eendrachtig een groot aantal Duitse aanvallen af te slaan. Ten slotte breekt het schip, dat geladen was met alco hol tijdens een orkaan in tweeën. Enkele overlevenden zwerven da genlang met een reddingboot in de Poolzee, tot zij land bereiken en na een moeizame tocht door de sneeuw door de Russen wor den opgepikt. „Konvooi der ver doemden" is spannend en goed geschreven. Op leven en dood, door Ed mund Fuller. Uitgave De Fon tein, ftreent. Aan de uitgebreide reeks dok tersromans in de Fontein-serie is er thans weer een toegevoegd, een werk van de Amerikaan Ed mund Fuller. Hoofdfiguur in het boek is Malcom Anderson, die op bezoek is bij zijn vrouw Jean in het ziekenhuis, waar zij zojuist een operatie heeft ondergaan. Plotseling treden er complicaties op en hals over kop wordt de vrouw opnieuw naar de operatie kamer gereden. In de uren, dat Al die herinneringen trekken zich krampachtig samen in het verlangen dat zijn vrouw zal blij ven leven. Zoals in bijna iedere roman in dit genre, kan in een van de laatste hoofdstukken de chirurg Malcolm meedelen, dat v leeft. De grote reis, door Jorge Semprun. Uitgave Meulenhoff, Amsterdam. Voor dit grotendeels autobiogra fische verhaal heeft de oor spronkelijk Spaanse schrijver verleden jaar de Prix Formentor gekregen. Semprun vult met zijn boek de bibliotheek van oorlogs boeken aan met een opmerkelijk werk. Rondom de „reis" die hij maakt van uit Frankrijk naar het concentratiekamp Buchenwald haalt hij in zijn herinnering op de gebeurtenissen die daarvoor en daarna zijn gebeurd. Duidelijk laat hij uitkomen dat hit niet als oud-strijder het leven wü ingaan. Voor hem begint n« het kamp een nieuw leven waarin hij vecht voor een betere samenleving. Over en sluiten, door Roald Dabl. Meulenhoff-pockets. Uit gave J. M. Meulenhoff, Am sterdam. Het is bekend, dat Roald Dahl de kunst van het schrijven ver staat. „Kiss Kiss" en „Someone like you" kregen grote bekend heid. Met zijn bundel verhalen „Over en sluiten" zal het niet anders gaan. In de korte en bon dige verhalen toetst Dahl het psy chologisch effect van de oorlog in de lucht op jonge mannen, die hun werk in de steek lieten om het fascisme te bestrijden. Hij tekent hen scherp in hun angst, hun zwakheid en hun dapperheid. Vooral het verhaal over het Griek se meitje Katine ontroert. Meisjes gevraagd, door Mary Baardman. Uitgave La Rlvlè- re en Voorhoeve, Zwolle. Een boek, dat bij oudere meis jes in de smaak zal vallen. Loes Verstraten, de heldin van deze meisjesroman, ziet in het leidster- schap in een internaat voor schip perskinderen haar ideaal. Haar al te voortvarend optreden en vurig enthousiasme brengt haar meer malen in conflict met haar direc trice, haar collega's en haar vrienden. Uiteraard wint in dit blijmoedige boek het warme hart. dat Loes voor de gedupeerde schipperskinderen heeft. Het gebroken beeldje, door Bep. Benschop. Uitgave G. F. Cailenbach, Nljkerk. Deze roman lijkt ons typisch een boek van een zekere naïvi teit. Het taalgebruik is niet sterk. Niettemin een aardig verhaal, dat zijn waarde ontleent aan de teke ning van een sterke en gezonde liefde, hetgeen tegen de achter grond van veel moderne literatuur al een verademing is. Margreet Lodewijks, hoofdfiguur in dit boek, neemt na veel moeilijkheden de grote beslissing om haar leven te binden aan een invalide man. Juist in deze bladzijden had meer overtuigingskracht het boek op ho ger plan kunnen brengen. Proefballon verschijnt elke veertien dagen ln het zondagsblad. voor Iedere geaccep teerde inzending te er een postwissel. stuur (s.v.p.J foto's, tekeningen, gedichten, verhalen, commentaren, Ideeën of wat Je nog meer hebt naar de re- da kt le „Ruimte voor ons" van deze krant- kijkt hij niet, en af en toe springt hij op dc schutting om naar de vogels te loereo. Dan gaat hij weer languit rallen in het grind of ruiken wat er nu van de keuken naar hem toe waait. Koffie. Verdraaid, dat ik dat toch allemaal mant moet aanruiken, denkt hij. Als er aardappels geschild worden verandert hij op slug De strijdvaardige uitdrukking in zijn ogen maakt plaats voor een goedzakkige, harlverove- rende poezeblik en je inoet wel een hond zijn, wil je hem die paar stukjes aardappel onthou den. Hij strijkt niet zijn poot over je schillende handen, zo dat het een wonder mug he ten dat hij zich nog niet aun het mes gesneden heeft, en bedelt zo zonder ophouden schijfjes aardappel. Zijn ogen trekken samen en zijn snuit wordt een snoet gisteren had hy er nog een vogel mee te pakken. Ik gooi hem wat steentjes op zijn flanken als hij weer ligt te soezen. Bliksemsnel schiet hij erop af als waren het grote vlooien die hem dwars zitten. Dan denkt hij, dank je de koekoek en even later ligt hij zowat ónder de stenen. Maar hij verroert geen vin meer. Dat is te zeggen: zijn staart is onophoudelijk in be weging en ziju ogen nemen uitdrukkingen aun van venij nig, berustend, meewarig, neer- buigend enzovoorts. Niet me lancholiek, want hij weet nooit wat hij een minuut geleden ge daan heeft of van plan was le doen. Als hy zich verrolt en in de huurt van zijn bek ver schijnt plotseling een ,akje, dan maakt hij natuurlijk van de gelegenheid gebruik cn le vert hij er complete veldsla gen mee. Neemt hij weer een andere houding aan en in zijn gezichtsveld vertoont zich een duidelijk hoorbare bromvlieg, dan volgt hij het ineckt inten sief en denkt ondertussen kom jij maar bij mij. Zijn aan dacht wordt onmiddellijk af geleid door een kwetterende vogel, maar als de vlieg har der gaat brommen, weet hy niet meer waar hij beginnen moet met naar te kijken cn zijn kop schiet onrustig heen en weer tot hij genoeg krijgt van deze heduvelarij. Per slot is een kat niet overal goed voor. Óf een vogel, óf een bromvlieg, maar beide is te Hij staat traag op, rekt zich uit cn begint als op een mo deshow in mijn richting te wandelen. Net doen alsof ik nergens naar toe ga, denkt hij, en eigenlijk ga ik ook nergens naar toe. In dc schaduw van mijn stoel klapt hij in elkaur. Lekkerrrr koel. Woef!, daar bast de hond van de buren op zijn te klein balkonnetje. Stik, denkt pielertje poes en hij knippert niet een» met zyn hem op schoot, hij begint te niesen. Ik weet niet of dat mag van de Die- rcnbescheriniiig. maar ik doe het al jaren. TOM VAN DEEL oooooooooooooeo 2aDEftfiNIJtKZO£K ER UIT GELICHT D. D. te M.: Je kunt jouw 'kunst min' intensiveren naarmate je de kunst (bijvoor beeld van het schrijven) leert verstaan. Wij zijn het natuurlijk met je eens, dat zelfkennis een van de moeilijk ste opgaven is, maarzonder zelfkritiek die we in jouw wel erg zwevende fantasie niet heb ben ontdekt kom je geen stap verder. Eerst vei lig op de begane grond zien te ko men en dan voor zichtig opnieuw beginnen. Sterk te. maar zouden de mensen jouw ging wél willen lezen? A. v. G. te B.: Kom je zelf eens lachen? H. F. te 's-G.: Had bij het schrij ven van 'Gewoon een praatje' maar gedacht aan het spreekwoord: „Praatjes vullen geen gaatjes". Heb je moderne jongeren ooit zul ke antiek-melige stoplappen-boe kentaal horen be zigen tijdens een onderonsje? En dat nota bene bij een pilsje Een pittiger verhaal willen wij graag van je hebben; een verhaal waar in je jezelf bent.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 17