MARIA MONK
HET WOORD,
DE ZWARTE NON, opnieuw verschenen
de Bijbel op verantwoorde wijze bekort
Twijfel
löioot
DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 18 APRIL 19(14
PROTESTANTSE MODDER
UIT DE VORIGE EEUW
Deze week is er een heftig de
bat gevoerd ln de synode van
de Kerk van Württemberg.
Inzet van de woordenstrijd
was de vraag of de theologi
sche opleiding een gevaar is
voor bet geloofsleven van ve
le jonge mensen of niet
„Ja", zeiden de wat meer
piëtistisch ingestelde alge
vaardigden, „en deze jonge
mensen zijn een gevaar voor
de gemeente als ze op de
kansel verschijnen."
Maar van de kant van hen die
ernaar streven om het evan
gelie modern in de taal van
vandaag en met woorden
van vandaag te verkondigen
klonk een luid protesterend
„Neen!" En de verklaring
die zij gaven is opmerkelijk
al is zij geenszins nieuw
„Men moet door de ver
schrikkelijke twijfel van de
ze tijd heengaan, zelf er aan
deel aan gehad hebben, om
het evangelie overtuigend te
kunnen prediken."
Hier is weer eens een duide
lijk voorbeeld van een halve
waarheid. Natuurlijk is het
waar dat een prediker die
geworsteld heeft met de twij
fel van deze tijd, en tot een
diep en waarachtig geloof is
gekomen een element in zijn
prediking brengt dat de
mensen rechtop doet zitten.
Zon man weet waar hij
over spreekt.
Maar moeten we daarom jon
ge mensen zo maar bloot
stellen aan angst en twijfel,
aan de moderne leegheid en
doelloosheid? Moeten we zeg
gen, als zij het geloof van
hun kinderjaren verliezen:
Gelukkig, nu kunnen het ten
minste goede predikers wor
den? Neen! Neen! Neen!
Welke arts eet eerst arsenicum
om een patiënt die vergiftigd
is beter te kunnen helpen?
Welke advocaat pleegc eerst
een moord om beter een
moordenaar te kunnen verde
digen? Welke onderwijzer
zakt eerst bewust voor zijn
beter onderricht te geven?
Het is waar, men moet zijn
tijd kennen, begrip hebben
voor de twijfel enonrust
van onze dagen, maar om te
kunnen prediken behoeft men
er nog geen deel aan te heb
ben. Gods Woord is Waar
heid voor alle tijden. Het
staat vast voor alle tijden.
..Christus is dezelfde", zegt
de schrijver van de Hebree-
enbrief, „gisteren en heden
en tot in eeuwigheid".
We hebben het recht niet, om.
nu veel inderdaad aan het
wankelen is, te menen dat
ook dat fundament op zijn
grondvesten staat te trillen.
Nog altijd kunnen we zin
gen: „Ik heb de vaste grond
gevonden, waarin mijn anker
eeuwig hecht". Dat is een
betere basis voor een bijbel
se prediking dan deel heb
ben aan de twijfel van onze
tijd.
Di Henri Wald Beecher Uam
•p een zondagmorgen in de kerk
en kreeg van de koster een zo juist
bezorgde brief. Hij opende de en
veloppe en las het enige woord dat
op het papier stond: Idioot! Tijden»
de aankondigingen stelde hij de ge
meente op de hoogte met de volgen
de woorden: Ik heb al vaak brieven
ontvangen van mensen die vergaten
•r hun naam onder te zetten, maar
dit ii de eerite keer dat ik een brief
krijg van iemand die wel z'n naam
aat, maar vergat de brief te ichrijven.
KERKNIEUWS
(Van onze kerkredactie)
JN DEZE TIJD van „oecu
mene", van gesprek, niet
alleen tussen de protestantse
kerken onderling, maar ook
tussen Rome en Reformatie
is opnieuw een boek versche
nen dat de jonden en ge
varen van het kloosterleven"
openbaar maakt. Het is her
uitgave van ,jMaria Monk, de
zwarte non", een boek dat in
het midden van de vorige
eeuw in de Verenigde Staten
grote opgang heeft gemaakt.
Het is heftig aangevallen en
vurig verdedigd. Het bevatte
zelfs een aantal onder ede af
gelegde verklaringen over
toestanden in een klooster te
Montreal in Canada, die later
vals bleken te zijn.
Eens was dit een bestseller.
Voor de burgeroorlog in de
Verenigde Staten (18611865)
waren er reeds 300.000 exempla
ren van dit boek verkocht. La
ter is het nog weer in ontelba
re uitgaven verschenen, aange
vuld en gewijzigd. En nu in de
eeuw van de oecumene komt
het opnieuw uit. In de Verenig
de Staten verscheen onlangs in
offsetdruk een hernieuwde uit
gave van de eerste druk. In
Antwerpen (Uitgave A.D.E.P.,
Dambruggestraat 125) een her
uitgave van wat kennelijk een
Engelse bewerking van het
boek is geweest.
welijke feiten. Het vertelt
wat een wantrouwige geest reeds
meende te kunnen geloven van de
kloosters. Het vermeldt „feiten"
over onzedelijke verhoudingen tus
sen priesters en nonnen met juist
zoveel terughouding dat de lezer
in staat is er zelf de hele rest
bij te denken.
Gruwelen
Het geeft gegevens over een ge
heime gang tussen dit klooster
van de zwarte nonnen en het
priesterseminarium, vertelt van
kinderen die geboren worden. De
schrijfster zou er zelfs in geslaagd
zijn om een boek in handen te
krijgen met minstens de geboor
ten van zestig kinderen in twee
jaar tijds in dat ene klooster.
Zij beschrijft hoe een moord ge
pleegd wordt op een non die een
overtreding heeft begaan. Ze be
schrijft hoe zij onder in de kelder
een diepe kuil aantreft, waarin de
lijkjes gegooid worden van de ba-
bies die worden geboren, ge
doopt en meteen daarop ver
moord. De kuil is omgeven door
ongebluste kalk. Ze beschrijft
ook van cellen waarin nonnen al
jarenlang gevangen zitten en van
nonnen die aan de benen worden
opgehangen, omdat ze een klein
vergrijp hebben gepleegd.
Het is een lange lijst (verdeeld
over twintig hoofdstukken) van
gruwelijkheden, die in naam van
de waarheid worden beschreven,
met achter in het boek nog de
verslagen van beëdigde verklarin
gen die het element van betrouw
baarheid moeten vormen. En
overal ter wereld hebben protes
tanten hun hoofden geschud en ge
zegd: Zie je wel dat het waar
is. Hier zijn de feiten.
(Door een zetfout vermeldt de ti
telpagina 1936 Dat zou deze
vrouw rond 125 jaar oud maken).
In dat jaar ontvluchtte ze en
werd In een ziekenhuis opgeno
men waar zij een baby ter we
reld bracht. Het meeat opmerke
lijke ls dat zij er ln slaagde om
In mei te ontvluchten, een kind
ter wereld te brengen enkele
maanden later en tevens tijd te
i dit
irljven en uit te geven.
De eerste druk dateert volgens de
titelpagina immers uit datzelfde
Jaar 1836. Maar toen het uitkwam
heeft geen protestant zich afge
vraagd, hoe deze vrouw, die zon
der middelen van bestaan was dat
wel gepresteerd kan hebben.
Het feit dat dit boek in de vo
rige eeuw zo'n geweldige oplage
bereikte en in verschillende talen
vertaald werd, getuigt een beetje
van de geest van die dagen. Ter
wijl onze eeuw wel eens de eeuw
van de ontmoeting (althans op
kerkelijk gebied) genoemd wordt,
werd de vorige eeuw, de eeuw
van de afscheiding genoemd. Men
bleef zover mogelijk van elkaar
vandaan. Men had een bepaald
beeld van elkaar en dat beeld
werd dan uit alle kracht bestre
den. Misschien is dit wel al te
generaliserend gesteld, maar een
boek als dat van „Maria Monk, de
zwarte non", onderstreept toch
wel sterk die levenshouding.
Veranderingen
Hoe anders is dan de tegenwoor
dige mentaliteit, ook bij groepen
die van rooms-katholieke zijde
nog wel eens beschuldigd wor
den van anti-papisme om hun mi
litante houding. We troffen on
langs een recensie aan in een blad
dat steeds gewoon is geweest de
dingen rechtuit te zeggen, zoals
men het zag, een blad dat er ze
ker niet van beschuldigd kan
worden veel heil te zien in een
gesprek met Rome, de zendings
bode van de Spaanse Evangeli
sche Zending.:
Het schrijft: „Er gaat een
voorrede aan vooraf. Afgezien
nog van het feit, dat het nut van
de heruitgave schrijver dezes
ontgaat, lijkt ons de „voorrede"
niet passend in een Nederlandse
vertaling. Immers protestantse
ouders in Nederland zullen hun
kinderen, o.i. toch niet naar een
kloosterschool sturen. In deze
..voorrede" stuitten we bij het
lezen voorts op de onprotestant
se term „katholieken". Protes
tanten dienen o.t. geen voet te
geven aan roomse aanmatigin
gen. Vertaler en uitgever
hadden hiermede o.i. zeker re
kening moeten houden. Het ver
haal zelf is o.i. onsamenhan
gend hier en daar zelfs plat
vloers naar het ons voorkomt
en heeft geen strekking van eni
ge waarde. Dit boek, waarvan
de prijs ons onbekend is, kun
nen wij niet aanbevelen."
een herdruk van een berucht
boek uit de bestsellerslijsten van
de vorige eeuw. Maar het opmer
kelijke is dat de Nederlandse uit
gave nog weer eens in volle over
tuiging als een dienst aan de pro
testantse wereld op de markt ge
bracht te zijn, door een Vlaamse
uitgeverij die zich verschuilt ach
ter de letters A.D.E.P. in Ant
werpen. Honderd jaar nadat dit
boek als fabel aan de kaak is ge
steld, zijn er toch nog mensen
die het bruikbaar achten om er
de Rooms-Katholieke Kerk mee
te bestrijden.
Haat
Ook onze eeuw heeft zijn boe
ken van ex-roomz-katholieken.
Maar hoe andera ia de toon, zelfs
in een wat strijdlustig werk als
dat van ds. H. J. Hegger: „Moe
der ik klaag u r.an". De vraag
komt op: Hoe kon een boek als
dat van Maria Monk ontstaan? Is
het een bewuste protestantse fal
sificatie? Waarschijnlijk niet.
Eerder wekt het de indruk ge
schreven te zijn door een vrouw
wier liefde in haat verkeerd is,
en die zich nu keert tegen de
plaats waar zij jaren heeft door
gebracht. Wie het nu leest vraagt
zich af of hier geen geestelijk ge
stoorde aan het werk is, verblind
door haat. Een andere verklaring
die in het verleden gegeven is
meent dat Maria Monk nooit non
is geweest, maar op deze manier
probeerde te ontkomen aan de
schande van het moederschap
van een buitenechtelijk kind. Ze
was er immers van verzekerd
daardoor het medelijden op te
wekken, van de Amerikanen in
New York, waar zij na haar zo
genaamde ontvluchting uit het
klooster van Montreal opdook.
Waarheid
De werkelijke waarheid zal wel
niemand ooit meer ontdekken.
Het boek heeft echter zijn werk
gedaan, modder gesmeten en een
ieder weet dat er heel wat van is
blijven hangen. We schrijven dat
niet om het kloosterleven te ver
dedigen. Wij zijn pertinente te
genstanders van kloosters, gelo
ven dat het leven daar onnatuur
lijk is en geen enkele werkelijke
geestelijke waarde heeft. Wij ge
loven dat de bezwaren nog te
meer gelden waar het gaat om
vrouwenkloosters, omdat een
vrouwenmaatschappij zijn eigen
moeilijkheden heeft.
Maar kloosters bestrijden met
•en boek dat op geen enkele his
torische waarheid berust, dat een
beeld geeft dat zo overtrokken en
vals is, mag met geen woord ver
dedigd worden. De uitgever van
„Maria Monk" heeft de vinger
gelegd bij een dieptepunt van de
protestantse aanvallen op de
Rooms-Katholieke Kerk.
met dit boek vereenzelvigd heb
ben en er daarom mede schuldig
aan waren. Misschien dat het ons
nu kan leren hoe het niet moet.
Dit boek zij een boei in de stroom
van kerkelijke verhouding om de
plaats aan te geven waar we
nooit meer mogen komen.
Verkoop
Maar de vorige eeuw bejubelde
dit boek. En niets kon de jubel
tegenhouden. Achter in het boek
zijn een aantal notarieel vastge
legde verklaringen opgenomen
om de feiten van het boek te sta
ven. Maar reeds in de jaren zes
tig van de vorige eeuw is aange
toond dat de feiten volkomen
Montreal
Maria Monk, zou novice en
non geweest zijn in een klooster
te Montreal van 1829 tot 1836
Maar dat maakte "geen .eind
aan zijn populariteit onder pro
testanten. In een nieuw voor
woord, gevoegd bij de heruitgave
van de eerste druk schrijft de
Amerikaanse historicus Ray Al
len Billington: „Het boek van
Maria Monk bleef echter een
steeds groter aantal lezers trek
ken vooral onder de goedgelovi-
bevooroordeelde minder-
QVER enkele weken ver
schijnt een nieuwe en
zeer bijzondere uitgave van
de BijbelHet Woord. Dit is
geen gewone Bijbel, zoals die
in de gezinnen wordt aange
troffen. Het Woord is een uit
gave van de Bijbel in een
enigszins bekorte vorm, hoe
wel men er toch naar heeft
gestreefd de inhoud van de
Bijbel als het Woord van God,
dat spreekt van de Openba
ring van de Schepper en On
derhouder aller dingen, van
zonde en van schuld, maar
ook van genade eivan ver
lossing, volledig weer te ge
ven. In het binnenkort te ver
schijnen boek zijn de ge
slachtsregisters uit de Bijbel
weggelaten evenals diverse
doublures en zeer moeilijke
gedeelten, maar is niettemin
toch een doorlopend verhaal
ontstaan van het oude en het
nieuwe testament.
Reeds tal van jaren heeft men
zich in de „Vereeniging tot Ver
spreiding der Heilige Schrift"
hezig gehouden met het probleem,
dat veel predikanten en ouderlin
gen (evenals naar wij hopen mee
levende kerkleden) beroert, name
lijk dat veel mensen, die op hun
huwelijksdag in de kerk een Bij
bel krijgen, er niet of bijna niet in
leken.
Klacht
Dikwijls hoort men de klacht,
dat de inhoud van de Bijbel, voor
al voor mensen, die al van de
kerk zijn vervreemd, moeilijk te
verstaan is. De huwelijksbijbel
De aansporing „Leest de Bijbel"
krijgt door de uitgave van Het
-NN
blijft gesloten op de boekenplank
staan en veel buitenkerkelijken,
wier interesse in de Bijbel is ge
wekt, staan met de Bijbel in de
hand, zonder te weten wat ze er
mee moeten beginnen.
Vele malen hoorde het bestuur
van.de „Vereeniging tot Versprei
ding der Heiligen Schrift" de
klacht: „De taal van de Bijbel
is de onze niet en er staat zo
veel onbegrijpelijks in".
Ondanks de „Nieuwe Verta
ling" bleef er toch een grote
vraag bestaan naar een bijbel
voor de jongeren en voor de evan
gelisatie, in een daarvoor geëigen
de vorm.
Nadat deze wensen en proble
men te berde waren gebracht, be
sloot men een Bijbel voor volwas-
«g
senen te laten verschijnen, een
Bijbel, die tevens naar men hoopt
zal voorzien in een behoefte van
niet-kerkelijk meelevenden en die
ook door jongeren, die in hun ge
zin de huwelijksbijbel niet ge
bruiken, zal worden aangeschaft.
Normen
Bij de voorbereiding ging het
bestuur van de Vereengiglng tot
Verspeidtng der Heilige Schrift
van de volgende normen uit:
1. De vorm moet gelijk zijn
aan het meest luxueuze boek.
2. De tekst moet in de Nieuwe
Vertaling zijn gezet, in een gro
te, zeer gemakkelijke leesbare
letter.
3. De inhoud moet zowel het
oude als het nieuwe testament
bevatten.
4. De Bijbel moet van illus
traties in kleuren worden voor
zien, die „beeldend" de tekst
verklaren.
5. De prijs mag niet hoger
zijn dan van een gewone huis
bijbel.
Twee jaar geleden zijn de op
drachten verstrekt voor de ver
vaardiging van een dergelijke
Bijbel. Het Nederlands Bijbel Ge
nootschap gaf de vereniging gra
tis de beschikking over de Nieu
we Vertaling.
Binnenkort begin mei ver
schijnt deze nieuwe uitgave van
de Bijbel. Het is een fantastisch
boekwerk geworden! Het heeft
336 pagina's en is geïllustreerd
met ruim honderd prachtige vier
kleuren platen van de bekende
kunstenaar Bert Bouman, die
ook nog een aantal zwart-wit te
keningen maaRte.
in aanraking te brengen. Aan dit
boekwerk is de naam „Het Woord
gegeven.
Prijs
Gebonden
Het boek is gebonden en heeft
een gekleurd en geplastificeerd
stofomslag.
Volgens indisers geeft de „Ver
eeniging tot Verspreiding der Hei
lige Schrift" niet alleen een
bijzonder fraai uitgevoerd boek
werk uit, maar is dit boek te
vens bijzonder geschikt om men
sen, die het contact met de kerk
en met de Bijbel hebben verlo-
re, weer met het Woord van God
De vereniging is, zoals wellicht
bekend is, geen commerciële in
stelling. Het doel van de vereni
ging is ons volk bij de grote rijk
dom van de Bijbel te doen leven.
De vereniging heeft een vrij groot
aantal leden en contributanten,
dat (gelukkig) nog steeds toe
neemt en ontvangt ook van diver
se zijden giften voor het belang
rijke werk. Voorts wordt zeer ef
ficiënt gewerkt en wordt al het
mogelijke gedaan om de kosten
van de vereniging zo laag moge
lijk te houden. Men schroomt niet
ten behoeve van de evange-
wordt uitgegeven dan
nodig is om tot de beoogde re
sultaten te komen.
Dank zij de contributies van de
leden en de giften, die de ver
eniging ontvangt, is het mogelijk
het boek „Het Woord" beschik
baar te stellen voor een bijzon
der lage prijs, namelijk voor
acht gulden.
Deze lage prijs springt vooral
in het oog als men weet dat het
boek twee kilogram weegt. Bij
normale berekening van kosten
zou ongeveer veertig gulden be
taald moeten worden.
Het lijkt dan ook ietwat vreemd,
dat voor verzending van een boek,
dat acht gulden kost, twee gulden
aan de PTT moet worden betaald.
Niet-ingewijden zullen zich daar
over verwonderen. Men moet ech
ter de verzendkosten zien in ver
houding tot een prijs van veer
tig gulden.
De „Vereeniging tot Versprei
ding der Heilige Schrift" kan ech
ter de kosten van verzending in
een eartonnen doos niet zelf be
talen, zodat het boek franco
thuis bezorgd tien gulden kost.
Wie „Het Woord" wil bestellen,
voor eigen gezin of voor een an
der, kan dat nu al doen door tien
gulden te storten op girorekening
48814 van de Vereeniging tot Ver-
De artsenstaking in België en wat er aan vooraf is
gegaan-Kabineten parlement onder socialistische druk
HET IS niet eenvoudig, een uit
weg te vinden uit de dool
hof van de Belgische artsen-
staking. Zodra dergelijke za
ken in de emotionele afeer wor
den getrokken, trekken zij, die
hun medemensen in nood in de
steek laten, vanzelfsprekend aan
het kortste eind van de publieke
opinie. Een artsenstaking kan
nooit sympathiek zijn. We den
ken er dan ook niet aan, op de
ze plaats een lans te breken
voor het stakingsrecht, dat de
Belgische artsen zichzelf heb
ben aangemeten. Wel willen
we echter proberen, de zaak zo
als die zich thans aan ons voor
doet tot zijn juiste proporties
terug te brengen. En we zien
daa: dat de basis voor de hui
dige moeilijkheden werd gelegd
in de periode, voordat de wet
tot stand kwam; dat de Chris
telijke volkspartij van premier
Lefevre terwille van de politie
ke vrede ln het rooms-rode coa
litie-kabinet een aocisllstlsch ge
tinte wet heeft geaccepteerd;
«u dat men bij dit alles zowel
1b regeringskringen sla in het
parlement wat al te gemakke
lijk ia uitgegaan van de ver
wachting, dat de artsen het toch
niet in hun hoofd zonden halen,
te gaan staken. Hiermede brach
ten zij de geneesheren (zoals zij
in België veelal genoemd wor
den) in een hachelijke positie
en de eerlijkheid gebiedt te zeg
gen, dat regering en parlement
zeker niet vrijuit gaan, na de
zaak in het honderd is gelopen.
Doorgejaagd
De wet, waarover thans zo
veel deining is ontstaan, ia tot
stand gekomen, zonder dat er
wezenlijk rekening is gehouden
met de wensen van de artsen.
Bij het opstellen van de wet en
de behandeling er van in het par
lement, werd het verzoek van
de artsen, gehoord te mogen
worden, genegeerd. Ook een 120
pagina's tellend witboek van de
artsenfederatie werd volgens de
artsen nauwelijks voor kennis
geving aangenomen. Het gevolg
was, dat de wet onder sterke
•n eenzijdige invloed van zie
kenfondsen en vakbonden tot
stand kwam en door het parle
ment werd gejaagd (getuige de
opmerkingen van de voorzitter
van de Belgische Senaat. Paul
Struye), zonder dat rekening
werd gehouden met de groeps
belangen van de artsen. Nu is
het op zichzelf een loffelijk stre
ven om in het belang van de be
volking zulke sociale maatrege
len te nemen, dat het algemeen
welzijn er mee is gediend.
Toch geeft dit regering noch
parlement de vrijheid, zulks ten
koste van andere zaken van we
zenlijke betekenis te doen. En
dit geldt dan in dit geval in
het bijzonder ten aanzien van
de positie van de Belgische art
sen onder de nieuwe wetgeving.
Een regering, die zo luid ver
kondigt dat een arts niet het
recht heeft te staken, moet toch
wel veel sterker staan dan die
van premier Lefèvre.
Krachtmeting
Ne de totstandkoming van de
wet zijn drie maanden voorbij
gegaan, waarin de regering ge
legenheid heeft gehad, de klach
ten van de artsen serieus te on
derzoeken. Dit is echter niet ge
beurd. Onder druk van de so
cialisten, die zich op hun beurt
gesteund wisten door de vak
bonden en de ziekenfondsen,
liet men de zaak zoals zij was.
De artsen stelden een ultima
tum: als op 1 april geen over
eenstemming zou zijn bereikt
over de wensen van de artsen,
zou België geconfronteerd wor
den met een artsenstaking. In de
overtuiging, dat het zo ver toch
nooit zou komen, werden de za
ken op hun beloop gelaten en
toen de dokters inderdaad gin
gen staken, schreeuwden vooral
de socialisten moord en brand.
Ook ln de periode, die vooraf
ging aan de mobilisatie van alle
artsen-reserve-officieren, wa
ren het de socialisten, die het
tot het laatst toe op een kracht
meting met de stakende artsen
wilden laten aankomen.
Zij wieten zich gesteund door
de vakbonden, die het dreige
ment hadden uitgesproken, een
nationale staking te zuilen or
ganiseren, als aan de eisen van
de artsen zou worden voldaan.
Premier Lefèvre werd als ge
volg hiervan met zijn rug tegen
de politieke muur geplaatst. En
het gevolg was, dat hij besloot
een laatste poging te wagen om
de staking van de artsen te bre
ken.
Eind vorige week zocht de re
gering contact met de leiders
van ae ertsensteking. Deze sta
king was toen enigszins aan het
verlopen en er leek reden te zijn
om aan te nemen, dat er nog
maar weinig nodig was om er
een eind aan te maken, zonder
dat de stakers hun zin zouden
krijgen. De publieke opinie was
duidelijk tegen de stakende art
sen gericht en het initiatief van
de regering werd dan ook toe
gejuicht. In de nacht van za
terdag op zondag kwam echter
de aap uit de mouw. De rege
ring wilde wel gaan onderhan
delen met de artsen, maar dan
moest eerst de staking worden
opgeheven. De artsen waren
hiertoe bereid, maar vroegen
om een garantie, dat hetgeen
bij de voorbereidende bespre
kingen was overeengekomen,
ook zou worden waar gemaakt.
Toen dit laatste zelfs niet mo
gelijk bleek, lieten' de artsen we
ten, dat de staking tijdens de
onderhandelingen zou blijven
voortduren.
De ministers liepen toen de
conferentiezaal uit en enkelen
van hen maakten de stakings
leiders uit voor moordenaars
en schoften, die hun trekken
wel zouden thuiskrijgen. Toen
bleek, dat de regering al enkele
dagen de mobilisatie van zo'n
kleine 4.000 artsen had voorbe
reid en dat zij klaarblijkelijk
zelf reden had gehad om aan
te nemen, dat het door haarzelf
Ctzochte contact met de artsen
t nleta zou leiden...
G«en noodzaak
Op het moment, dat de rege
ring het contact met de staken
de artsen verbrak en de mobi
lisatie voor een groot aantal van
hen afkondigde, was er geen
enkele noodzaak. De artsen had
den met hun wachtdiensten de
zaak stevig ln handen. Zij wa
ren vaak dag en nacht in de
weer om er maar voor te zor
gen, dat niemand werkelijk on
der de staking behoefde te lij
den. De twee artsen, die gear
resteerd waren, omdat zij ver
antwoordelijk zouden zijn ge
weest voor het overlijden van
een kind van lVi jaar, moesten
worden vrijgelaten. Later bleek,
dat de ouders te lang hadden ge
wacht met het inroepen van
doktershulp. Toen de mobilisa
tie eenmaal was afgekondigd en
de wachtdiensten van de dokters
werden opgeheven, ontstond er
een chaotische toestand. De ge
vorderde artsen meldden zich en
hielden zich volkomen aan de
dienstvoorschriften van het le
ger, bekend om de administra
tieve rompslomp, die men daar
blijkbaar onontbeerlijk acht.
Met kunst en vliegwerk wordt
nu een militaire wachtdienst
gaande gehouden, die lang niet
toereikend blijkt te zijn, on
danks bet feit, dat veel meer
artsen zijn ingeschakeld, dan
voor de mobilisatie-maatregelen
het geval was. Het is een toe
stand, waarvoor de stakende
artsen niet langer de verant
woordelijkheid dragen.
Woensdag jl. verklaarde de
socialistische minister van jus
titie, niet gekant te zijn tegen
een parlementair optreden om
tegemoet te komen aan de ei
sen van de staker». Maar, voeg
de hij er veelbetekenend aan toe.
niet al mijn collega's denken
er zo over. Een van deze col
lega's, de socialistische minis
ter Leburton, van wie de wet af
komstig is, verklaarde diezelfde
dag nog: „Zolang de staking
duurt zijn geen onderhandelingen
mogelijk". Volgens Leburton is
de wet aangenomen en moet zij
thans worden toegepast. Ook
van bemiddeling kon naar zijn
mening geen sprake zijn, zo
lang de artsen aan hun stand
punt vasthouden. En de art
sen hebben hem niet in het on
zekere gelaten: „Wij zullen door
gaan met de staking, zolang wij
niet de wijziging in de wet krij
gen, die wij eisen". Afgezien nu
van het feit, dat een artsensta
king een onverkwikkelijke zaak
is en in een beschaafd land niet
behoort voor te komen, ligt de
zaak voor de Belgische rege
ring thans toch weer iets anders
dan in begin april, toen alles nog
moest beginnen.
Aanvankelijk wist de regering
niet, of werkelijk alle 12.000
Belgische artsen de wet onaan
vaardbaar achtten. Zij weet dit
nu wel, ondanks het feit, dat tal
rijke artsen graag weer aan het
werk zouden willen, omdat de
staking hen evenzeer tegen de
borst stuit, als bij de bevolking
het geval ls.
Parlement
Te betreuren valt, dat de re
gering aanvankelijk gepoogd
heeft, het te doen voorkomen
alsof de actie van de artsen
•en geldkwestie zou zijn en of
de medisch-ethische principes
slechts als rookgordijn zouden
worden gebruikt. Dergelijke uit
latingen hebben de sfeer onno
dig vertroebeld. Ook getuigde het
niet van wijsheid, toen de re
geringsdelegatie in de nacht van
zaterdag op zondag de vergader
zaal verliet, omdat de artsen
zich niet met een kluitje in het
riet wilden laten sturen. Het
wordt dan ook tijd, dat de re
gering te Brussel zich gaat rea
liseren, dat zij niet alleen met
stakende artsen te maken heeft,
maar ook en vooral met men
sen, die zich bij de uitoefening
van nun beroep, in dienst van
het algemeen welzijn, in hun
vrijheid aangetast voelen en
zien als één man verzetten te
gen. een wet, die hen tot diena
ren van de staat wil maken. De
leiders van de r.k. Chr. Volks
partij dienen zich in te prenten,
dat de samenwerking met de so
cialisten niet tot elke prijs mag
worden geprolongeerd en dat de
belangen van een voor de sa
menleving onmisbare groep daar
niet aan mogen worden opge
offerd.
In de afgelopen dagen heeft
de Belgische regering toch geant
woord op het memorandum, dat
ztf vorige week niet in behande
ling wenste te nemen. De moge
lijkheid is niet uitgesloten, dat
vandaag al van opschorting of
beëindiging van de artsenstaking
sprake zal zijn. Mocht die niet
zo zijn en dwingen de socialisten
hun coalitiepartners, de kracht
meting tot het bittere einde uit
te vechten, dan heeft de Kamer
van afgevaardigden, die dinsdag
weer bijeenkomt, een belangrijke
taak.