Ds. A S. TALMA
strijder voor recht en gerechtigheid
GALILEI -400 jaar geleden geboren
DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 15 FEBRUARI 1964
Karikatuur
Het meervoud van „kerk" is
een onbijbelse, onchristelijke,
onoecumenische karika
tuur. Dit is bijna een stich
telijke gemeenplaats, en het
lijkt naïef om het nog eens
aan de orde te stellen. En
toch: oecumenisch realisme
eist, dat we onszelf en el
kaar nooit toestaan aan dit
meervoud te wennen. Anders
raken we. voor we 't weten,
op een denk-dwaalspoor, met
aUe heil-loze gevolgen van
Met deze woorden begint een
hoofdartikel in het blad „Sja-
loom" waarin rooms-katholie-
ke en reformatorische jonge
ren samenwerken. Dit
rooms-reformatorische po
dium is nu twee maal ver
schenen in een vorm die al
leszins te prijzen is en met
een inhoud die allerminst te
laken is.
Maar vandaag zetten we met
Paulus een vraagteken. Toen
hij de vierde brief schreef,
die van hem in de bijbel op
genomen is richtte de heiden
apostel zich „aan de ge
meenten van Galatië", en er
is als we het spraakgebruik
volgen binnen de Gerefor
meerde Kerken, niets tegen
te zeggen om ook te verta
len: „Aan de kerken van Ga
latië."
Slechts een paar kerken in Ne
derland kennen dit spraakge
bruik niet, zoals de Rooms
Katholieke en de Nederland
se Hervormde Kerk. Alle an
dere gebruiken het meervoud
of van „kerk" of van „ge
meente". De „Gereformeerde
Kerken-', de „Gereformeer
de Gemeenten', de „Unie
van Baptisten Gemeenten",
en de „Broederschap van
Doopsgezinde Gemeenten".
In al deze gemeenschappen
wordt bijzondere prijs gesteld
op het meervoud van „ker
ken".
Daar zit een theologische kwes
tie achter. Pas de laatste ja
ren wordt het in studies van
de Wereldraad van Kerken
duidelijk wat reeds lang in
al deze presbyteriaanse en
congregationalistische ge
meenschappen leefde. Men is
tot de ontdekking gekomen,
na jaren van na-oorlogse stu
die, dat de plaatselijke kerk
of gemeente volledig het li
chaam van Christus is.
Die gedachte leeft eveneens in
de Oosterse-orthodoxie, die
ook bewust gebruik maakt
van het woord „Oosters Or
thodoxe Kerken" en niet het
aardse organisatorische cen
tralisme van de Rooms Ka
tholieke Kerk kent.
En als wij de verlangens van
de progressieve groepering in
het concilie goed begrepen
hebben dan begint ook in de
Rooms Katholieke Kerk dat
verlangen door te breken;
mis in volkstaal, regionale
bisschoppenconferenties, ver
langen naar een grotere ma
te van plaatselijke of regio
nale zelfstandigheid.
We weten wel wat Sjaloom be
doelde. Die denkt aan de een
heid van het Lichaam van
Christus. Maar die andere
waarheid is er ook: Het Li
chaam van Christus open
baart zich volledig in dc
plaatselijke kerk.
RECHT VRIJHEID ARBEID: dat zijn de drie
begrippen, waarin het werk kan worden samengevat
van ds. Aritius Sybrandus Talma. voorman van de
christeljjk-sociale beweging, wiens arbeid ook in
onze tijd nog van grote waarde is. Een man met een
ruime blik en grote idealen, die veel heeft bereikt
maar ook grote teleurstellingen heeft gekend. Woens
dag 19 februari is het een eeuw geleden, dat hij in
het dorpje Angeren het levenslicht zag. Het is een
gedenkdag, die het Convent van christelijk-sociale
organisaties gelukkig niet zonder meer voorbij laat
gaan. Het Convent zal op deze dag een bijeenkomst
houden in de Nicolaïkerk te Utrecht, waarop prof.
mr. P. Borst zal spreken over Talma als staatsman
en wetgever, waarna dr. W. Albeda een rede zal hou
den over Talma en de grondmotieven van de christe
lijk sociale beweging.
Ontdekking
Hoewel hij in een pastorie
was geboren, dacht Aritius Tal
ma er als jongen niet over om
predikant te worden. Evenals
het domineeszoontje Kuyper
wilde hij liever naar zee. Maar
toen hij eenmaal het gymna
sium had afgelopen, werd het
toch theologie studeren. Werd
Kuyper in Leiden gedrenkt in
hst modernisme, Talma werd in
Utrecht een man van de ethische
richting. Hij is het z'n leven
lang gebleven: orthodox waar
het de verzoening door het
bloed des Kruises betrof, maar
beslist niet streng dogmatisch
denkend. Het predikambt was
hem lief, doch z'n onderzoeken
de geest richtte zich toch niet in
de eerste plaats op de theologi
sche wetenschap.
Geschokt
Nog geen jaar predikant te Hei-
nenoord, komt hij in contact met
een schildersgezel, die hem met
anarchistisch-socialistische theo
rieën te lijf gaat. Stumperig moet
hij erkennen als gewoon predi
kant geen verstand van sociale
vraagstukken te hebben. Hoe hij
dan een goed predikant kan zijn?
De jonge dominee staat met een
mond vol tanden. In dezelfde tijd
tijd wordt hij geschokt als hij
ziet. dat een vrouw uit zijn ge
meente door armoede gedwongen
is 's winters haar kinderen klei
nere 'eigen gebakken) boterham
men voor te zetten dan 's zo
mers. Ds. Talma duikt in de ge
schriften van Marx en Engels en
vergaart zich een zo grote kennis
van het marxisme, dat Tro» stra
hem er later een compliment voor
geeft. Tevens leest hij de boeken
Praktijk
Christen-socialist werd
wantrouwend bekeken
sympathie heeft. De studie leidt
echter niet tot een promotie op
Maurice zoals hij een poosje
ernstig van plan is geweest
maar tot praktisch politiek han-
dit is geen waarderende kwalifi
catie. Maar door goed en kwaad
gerucht heen werkt Talma door.
In Dordrecht, waar men zich
z'n vader als predikant goed her
innert. heeft hij het in 1894 aan
gedurfd om de kandidatuur van
Kuyper te verdedigen. Door de
beroering, die dit heeft gewekt,
heeft hij zich niet van de wijs la
ten brengen. De politieke strijd is
voor hem een onderdeel van de
strijd voor het recht van de ar
beidende stand. Omdat hij zich
tot die strijd geroepen weet. geeft
hij tenslotte gevolg aan de aan
drang om zich kandidaat te laten
stellen voor het lidmaatschap van
de Tweede Kamer. Maar het kost
hem moeite om het predikambt
neer te leggen. De kansel heeft
hij nooit kunnen missen. Predi
ker èn sociaal strijder was hij:
Één koets
In 1891, wanneer hij juist predi
kant in Vüssingen geworden is.
bezoekt hij op aandrang van z'n
schoonvader, de sociaal-voelende
Dordtse fabrikant Van Schaarden
burg. het eerste christelijk-sociaal
congres. Door z'n kennis trekt hij
daar spoedig de aandacht. Vóór
het congres heeft hij het partij
program van de anti-revolutionai
ren bestudeerd, omdat van de
congresgangers daarmee instem
ming wordt gevraagd. Hij doet
een wonderlijke ontdekking; met
de politieke en sociale denkbeel
den van Kuyper, die in zijn Her
vormde ogen een scheurmaker is,
is hij het in hoofdlijnen volkomen
„Toen ik het program las",
schreef hij later aan De Savor-
nin Lohman, „heb ik mij gewon
nen gegeven met al de konse-
kwenties. waaronder vele on
aangename, die het voor mij
als ethisch predikant heeft, zo
goed als alleen te staan." Hij
treedt toe tot de anti-revolutio
naire partij en wordt tevens bui
tengewoon lid van patrimo
nium", hoewel er ook een Chr.
Nationale Werkmansbond be
staat, die o.m. als doel heeft
het aankweken van liefde tot de
Ned. Hervormde Kerk.
Talma wil samenwerking op
brede christelijke grondslag, geen
filantropische samenwerking,
maar gemeenschappelijke politie
ke en sociale actie om door mid
del van wetgeving de maatschap
pij te hervormen. Het gaat hem
allereerst om fundering van de
rechtspositie van de arbeider. Dat
is zijn levensstrijd geweest.
In de Tweede Kamer kwam hij
voor het district Tietjerksteradeel,
waar de anti-revolutionairen aan
vankelijk niet voor z'n kandida
tuur geporteerd waren. Hoewel hij
een goed Friese naam droeg
z'n vader was ook predikant te
Harlingen geweest kende men
de Arnhemse dominee nauwelijks.
stigatie
lega zo aanbeval, dat men hem
accepteerde. In de verkiezings
strijd kwam de half-Fries Talma
te staan tegenover de volbloed-
Fries mr. P. J. Troelstra. Hun
debatten waren fel, maar fair, zo
dat het kon gebeuren dat de te
genstanders in één koets ver
trokken. De S.D.A.P.-leider stel
de het voor, dat ds. Talma eigen
lijk een wegbereider was voor het
socialisme. Dat liet Talma niet op
zich zitten. „Ik beschouw de so
ciale democratie als een macht,
die voor het welzijn van de ar
beidersstand gevaarlijker is dan
enige andere", antwoordde hij
heel duidelijk. Reeds bij de eer
ste stemming werd Talma geko
zen met 3025 stemmen, terwijl de
sociaal-democratische leider niet
meer dan 1247 stemmen op zich
verzamelde. Ds. Talma bleek
„een gevaarlijke tegenkandidaat
wegens zijn populariteit als chris
telijk voorstander van sociale
hervormingen" schreef Schaper
later, terwijl Vliegen later toe
gaf: „De klap van de val van
Troelstra in Tietjerksteradeel
kwam hard aan".
In het grafmonument heeft het
volk Talma willen eren voor zyn
grote verdiensten.
Oorlogsrede
als minister van landbouw, han
del en nijverheid, waaronder ook
de sociale wetgeving ressorteert.
Met grote kennis van zaken en
toewijding bouwt hij deze wetge
ving op: arbeidsbeschermingswet-
ten zoals de Arbeidswet, de Steen-
houwerswet en de Stuwadoorswet
en verzekeringswetten zoals de
Radenwet, de Invaliditeits- en Ou
derdomswet en de Ziektewet. Op
het terrein van de sociale ver
zekering luidt hij een nieuw tijd
perk in.
Maar het was allerminst zo dat
hij kwam, zag en overwon. Her
haaldelijk stuitte hij op ernstige
tegenstand, ook bij geestverwan
ten, mensen als Van Idsinga en
Fabius, die in hem een staatsso-
cialist zagen. Hij was het niet.
Maar eerder dan vele anderen
zag hij in, dat het de plicht is
van de overheid om in het so
ciaal-economisch leven in te grij
pen wanneer er verhoudingen zijn
scheef gegroeid. Van zijn Raad
van Arbeid bleef in de parle
mentaire strijd niet veel meer
over dan een soort van verzeke
ringskantoor. Ondanks taaie vast
houdendheid en een gepassio
neerd pleiten zag hij z'n ontwerp-
Bakkerswet met 49 tegen 42 stem
men verworpen. De sociaal-de
mocraten, die overigens beslist
niet z'n vrienden waren, stemden
voor, maar achttien leden van de
rechterzijde, onder wie de gehe
le c.h. fractie, stemden tegen.
Kuyper onttrok zich aan de stem
ming. Groot was de teleurstel
ling, ook in de kringen van de
christelijke arbeiders. schrijft
Smeenk. „In het gezin van me
nige arbeidersgezel ik weet het
van zeer nabij is geweend.
Maar Talma kreeg juist door zijn
optreden bij de Bakkerswet nog
meer plaats in aller hart." Alleen
zijn vrienden weten hoeveel hij
in die dagen heeft geleden.
alle anderen van vele landen
heeft overtroefd." Talma heeft
z'n krachten in de sociale strijd
verteerd. Hij was niet zo sterk
als hij scheen. Z'n fout was, dat
Ontzag
In 1913, wanneer de verkiezin
gen voor het kabinet-Heemskerk
ongunstig uitvallen, treedt Tal
ma als minister af. De N.R.C.
schrijft: „Zoek een tweede staats
man, die in heel zijn leven zo
veel wetten ontworpen heeft als
de heer Talma in vijf jaren
gij zult er geen vinden. Dan zult
gij ontzag krijgen voor deze
man, die in produktieve kracht
weer gewoon predikant kan
den in het rustige Bennebroek.
Z'n vriend, dr. A. J. Th. Jonker,
die niets moest hebben van pre
dikanten-politici, voegt hem het
bijbelwoord toe: „Over weinig
zijt gij getrouw geweest, over
veel zal Ik u zetten."
Bij het uitbreken van de we
reldoorlog, een jaar later, stelt
de oud-minister zich belangeloos
als veldprediker beschikbaar en
reist het land door. Maar het
wil niet goed meer. In 1915 moet
hij rust nemen, hij hervat z'n ar
beid te vroeg, stort weer in en
overlijdt op 12 juli 1916, nog maar
52 jaar oud. in het diakonessen-
huis te Haarlem. Dr. Blaauw, de
predikant-directeur, schrijft: „Zij,
die ds. Talma verpleegden en
die hem in zijn ziekte en strijd
meemaakten, zij voelden, dat een
man Gods in hun midden was en
van hen ging." Maar het schoon
ste getuigenis gaf een predikant
bij de begrafenis: „Talma is
steeds een eenvoudig kind van
God gebleven."
In de christelijke arbeidersbe
weging neemt Talma al spoedig
een leidende plaats in. Hij is een
man van de bijbels-theoretische
bezinning, maar niet minder een
man van de praktijk. In 1891 ver
huist hij naar Arnhem, waar hij
naast z'n gewone wijkwerk ar
beidt voor ae middernachtzending
en de geheelonthouding. Voor de
plaatselijke afdeling van de
N.C.G.Ö.V. kiest hij als devies
„Voor het volk om Christus' wil".
Men zou het zijn eigen levensleus
kunnen noemen.
Dc gedistingeerde predikant
kruist in het socialistische café
„Voorwaarts" de degens met
vooraanstaande socialisten, onder
wie Troelstra. Binnen en buiten
de kerk, binnen en buiten de anti
revolutionaire partij, slaan velen
met wantrouwen z'n Ijveren voor
sociale hervormingen gade. Men
noemt hem christen-socialist en
Dat Talma's belangstelling zich
niet tot het sociale terrein be
perkte, bleek bij zijn maiden
speech. Hij hield deze bij de be
handeling van de oorlogsbegro
ting en trad in het krijt tegen
de heren Melchers en Van der
Zwaag, die zijns inziens de Bij
bel hadden misbruikt bij de ont
wikkeling van htm pacifistische
ideeën. Z'n rede maakte diepe in
druk. Het „Algemeen Handels
blad" schreef: „Talma sprak
voor de vuist, eerst langzaam en
naar het scheen niet zonder enige
beginnersschroom, maar weldra
met de zekerheid, de redekracht
en 't rustige zelfvertrouwen, die
men uit sterke overtuiging put en
die omgeving en omstandigheden
doen vergeten.
Het was een oorlogsrede, een
rede over oorlog en een rede vol
van oorlog, een rede, fors van
zware agressie tegen de socialis
ten, een rede, mokerend van stem
geluid en dreunend van geweldig
heid, als een oorlogstrein, die da
vert over een kasseideweg". Meer
dan een man van de pen was hij
een man van het gesproken
woord, al kon Troelstra hem als
redenaar niet waarderen. „Hij was
en bleef de predikant, die te lang
en te veel sprak en telkens in z'n
domineeschap verdwaalde."
Al spoedig trad Talma in het
parlement op de voorgrond: hij
volstond niet met algemene bij
belse getuigenissen, maar ver
baasde telkens weer z'n medele
den door z'n technische kennis
van de meest verschillende wets
ontwerpen. En intussen vond hij
gelegenheid om de christelijke
arbeidersbeweging voor t.e lichten
en voor te gaan. In 1902 ver
scheen z'n sterk aangevochten
brochure „De vrijheid van de ar
beidende stand", die we ons als
een ontdekking herinneren toen
het C.N.V. haar na de oorlog op
nieuw uitgaf. In dit geschriftje
toont hij het verschil aan tussen
de positie van de „dienstknechten"
in het Nieuwe Testament en die
van de arbeiders uit de moderne
tijd. Hij ontvouwt in spreekbeur
ten en artikelen telkens weer de
betekenis van de vakorganisaties
en voert het pleit voor coöperatie.
Vandaag is het precies vier
honderd jaar geleden, dat in de
schaduw van de scheve toren
van Pisa Galileo Galilei gebo
ren werd. Hij is de uitvinder
van de hydrostatische balans
en de ontdekker van de slin-
gerwetten, de valwetten, de her
gen op de maan, de manen van
Jupiter en niet te vergeten de
schijngestalten van Venus. Toch
leeft hij in de eerste plaats in
de herinnering voort als de man
die in botsing kwam met de
starre inzichten van een kerk,
die haar theologie voor geloof
aanzag.
Reeds op 28-jarige leeftijd liet
Galilei blijken dat hij gebroken
had met de traditionele wereld
beschouwing. Hij schreef zijn col
lega Johannes Kepler, dat hij ge
heel instemde met de ontdekking
van Copernicus dat de aarde om
de zon draaide en niet omgekeerd.
Hij schreef zelfs dat hij een groot
aantal argumenten had opgesteld
die de inzichten van Copernicus
onderstreepten.
Maar Galilei durfde er niet voor
uit te komen. Hij schreef: „Ik
dut# deze stellingen niet te open
baren, omdat ik niet het voorwerp
van belachelijkheid en spot wii
worden. Ik zou mijn gedachten di
rect durven te uiten als er meer
mensen bestonden zoals gij (Kep
ler) doch aangezien dit niet hel
geval is zal ik mij ervan weer-
nouden, dit te doen.
Theologie versperde hem
de weg tot de rust
Venus en Mercurius. Kennelijk
maakten deze ontdekkingen hem
overmoedig. Of hij dacht dat zijn
bewijzen nu zo sterk waren dat
de kerk wel haar ongelijk zou er
kennen.
Maar een theologie, die zichzelf
tot geloof heeft verheven, erkent
niet gemakkelijk ongelijk. Een
dergelijke theologie kan niet terug,
omdat ze de menselijke leer aan
gaande God verward heeft met
het leven dat God ons geeft. De
inquisitie dwong de bijna 70-jari-
ge Galilei op zijn knieën ongelijk
te bekennen. De tragiek is dat de
kerk Galilei niet op zijn knieën
voor God bracht, maar liet knie
len voor eigen mzichten, die en
dat bewijst Galilei's leven ook
een afgod geworden waren.
Als alle afgoden bleek ook deze
afgod niet in staat om de gang
van de geschiedenis te keren. Ga
lilei stierf eenzaam en gebroken
in 1642. maar de wetenschap ging
Botsing
Het borstbeeld van Talma. dat
verleden jaar in Bergum (Fr.)
is onthuld.
Wetgeving
Slechts weinigen zijn verbaasd
de „leeuw van Patrimo-
108 wordt aangezocht
Galilei vreesde een botsing. Ter
wijl hij zelf voortwerkte en op ba
sis van de nieuwe inzichten zijn
ontdekkingen deed. liet hij het
naar buiten voorkomen als was
hij een tegenstander van Coperni-
Pas twintig jaar later sprak hij
zich uit voor de inzichten van Co
pernicus. Hij had juist de vier
grootste manen van Jupiter ont
dekt en de schijngestalten van
De Gaulle zwichtte voor de eisen van Peking - Tsjang
Kai Sjek handelde toch nog te haastig - Van je
vrienden moet je het hebben
rvE Chinese communistische
lelden hebben een belangrij
ke overwinning geboekt, nu er
een eind is gekomen aan de di
plomatieke betrekkingen tussen
Frankrijk en de regering van
nationalistisch China, die op For
mosa zetelt. Het moet thans als
vrij zeker worden beschouwd,
dat ln het najaar de zetel van
China Ingenomen zal worden
door vertegenwoordigers van het
regiem in Peking en niet langer
door die van Tsjang Kai Sjek.
En het Is zeer de vraag, of er
voor de Chinese republiek op
Formosa nog een plaats in de
organisatie van de Verenigde Na
ties zal worden ingeruimd. Een
desbetreffend voorstel zou de
Veiligheidsraad moeten passeren
en het staat vast. dat een even
tueel instemmend besluit van dc
raad door een Russisch veto
krachteloos zou worden gemaakt.
Leek het er tot voor kort nog
op. dat de toelating van de Chi
nese communistische delegatie
afhankelijk zou worden gemaakt
van aanvaarding van de Repu
bliek op Formosa als gewoon lid
die mogelijkheid is na de ge
beurtenissen van deze week wel
heel klein geworden.
Nederlaag
De breuk tussen Frankrijk- en
de nationalisten op Formosa is
niet alleen een overwinning voor
de communisten in Peking, zij
is ook een diplomatieke neder
laag voor generaal De Gaulle.
Want de Franse president is ge
zwicht voor de druk van Peking,
dat de betrekkingen tussen Pa
rijs en Taipeh (hoofdstad van
Formosa) verbroken moesten
worden, terwijl hij het tegendeel
had beloofd. We hebben er al
eerder op gewezen, dat het zo
wel voor de Chinese communis
ten als voor De Gaulle een te
genvaller moet zjjn geweest, dat
generaal Tsjang Kai Sjek niet
overging tot verbreking van de
relaties met Frankrijk, toen dit
land liet weten, dat het commu
nistisch China zou erkennen.
Op aandringen van de Verenig
de Staten nam Tsjang een af
wachtende houding aan, die de
Chinese communistische leiders
er toe bracht. De Gaulle te laten
weten, dat er pas werkelijk spra
ke zou kunnen zijn van het aan
knopen van diplomatieke be
trekkingen. als de banden tus
sen Frankrijk en nationalistisch
China zouden zijn verbroken.
Initiatief
Later is gebleken, dat dit loos
dreigement was. En De Gaulle
zat dan ook enige tijd met de
handen in het haar. Het stond
voor hem wel vast, dat er een
eind zou moeten komen aan de
relaties met Tsjang Kai Sjek. De
grote moeilijkheid was echter,
dat er nog een manier moest
worden gevonden, die Frankrijk
in staat zou stellen, zich zonder
politieke kleerscheuren uit dit
Chinese avontuur te redden. En
zo nam Parijs maandag jl. het
initiatief bij het verbreken van
de band met Tsjang om daarme
de de weg te banen voor en naar
Peking. De hoogste Franse diplo
maat op Formosa. Pierre Salade,
stelde de regering in Taipeh er
van in kennis, dat Frankrijk
weldra diplomaten zou uitwisse
len met communistisch China. Hij
voegde aan deze mededeling toe,
dat de reden om in Parijs te blij
ven voor de diplomaten van na
tionalistisch China niet langer
zou bestaan.
Toen minister Sjen hem vroeg
of dit betekende, dat Frankrijk
de betrekkingen met de repu
bliek op Formosa wilde verbre
ken. antwoordde Salade bevesti
gend.
Verstandig
Later op de dag belde Sjen
Salade op om te vragen of er
soms al een einde was gekomen
aan de betrekkingen tussen
Frankrijk en het nationalistische
bewind op Formosa. Salade ant
woordde daarop, datt zulks in
derdaad het geval was. Het ka
binet in Taipeh kwam daarop in
spoedzitting bijeen en besloot de
betrekkingen met Frankrijk te
verbreken. Voor eigen doelein
den heeft Tsjang Kai Sjek er
blijkbaar de voorkeur aan gege
ven in het openbaar het stand
punt in te nemen, dat niet de
Fransen, maar de nationalistische
Chinezen de betrekkingen had
den verbroken. Dit neemt echter
niet weg. dat het optreden van
de Franse regering niet verbor
gen kon blijven. En het is dan
ook de vraag geweest, of Tsjang
Johnson (tijdens bezoek van
Britse premier Douglas-Home)
„Meer last van vrienden dan
van vijanden".
Kai Sjek er verstandig aan heeft
gedaan, niet naar de Amerikanen
te luisteren, door te weigeren,
het Chinese drakenspel tot het
?indc te blijven meespelen,
Hij zou generaal De Gaulle
voor het toog van de gehele we
reld dan in een bijzonder pijn
lijke positie hebben gebracht.
Nu heeft hy het vele andere lan
den erg moeilijk gemaakt, die op
het punt staan het voorbeeld van
Frankrijk te volgen.
Vrienden
Intussen is er nog niet vee!
terecht gekomen van de nieuwe
rol die Frankrijk in Azië wil
gaan spelen. Dit neemt echter
niet weg. dat de politiek van ge
neraal De Gaulle het Ameri
kaanse optreden in dat deel van
de wereld doorkruist. President
Johnson verklaarde in de afgelo
pen week, dat „bepaalde vrien
den van de Verenigde Staten zich
bij bepaalde tegenstanders van
de Ajnerikanen aansluiten en dat
deze vrienden uiteindelijk de
Ver. Staten meer last bezorgen
dan bepaalde vijanden." Hij heeft
het niet met zoveel woorden ge
zegd. maar het is duidelijk, dat
hij Frankrijk ook tot deze be
paalde vrienden rekent.
Johnson maakte de landen van
Zuidoost-Azië, die door het op
treden van de Franse president
zijn gaan twijfelen aan de Ame
rikaanse bedoelingen, heel dui
delijk, dat de Ver. Staten geens
zins het voornemen hebben, zich
uit dit deel van de wereld terug
te trekken en het via een neu
tralisering als in Laos is gebeurd
aan de communisten prijs te ge
Optimistisch
Bij het bespreken van de pro
blemen, waar de Ver. Staten zich
tegenover geplaatst zien betoonde
hy zich uitgesproken optimis
tisch. Hjj zei. dat er veel somber
der tjjden geweest zijn dan we
nu beleven. In dit verband merk
te hjj op. dat de moeilijkheden
van de Ver. Staten op het ge
bied van de buitenlandse politiek
hem vaak heel wat minder ern
stig toeschijnen dan die, waaraan
premier Chroesjtsjef in zijn re
laties met communistisch China
het hoofd moet bieden.
Wat de Panamese crisis betreft
gaf Johnson toe, dat de leerlin
gen van een Amerikaanse schooi
in de kanaalzone ccn fout had
den gemaakt, door de vlag van
hun land te hijsen en niet tege
lijkertijd hetzelfde te doen met
de Panamese vlag. Dit incident
had naar zijn mening echter niet
tot zulke tragische gebeurtenis
sen mogen leiden als zich helaas
enige tijd geleden in Panama
hebben voorgedaan. Aangaande
het onlangs in Oost-Duitsland
Tsjang Kai Sjek speelde De
Gaulle toch nog in de Chinese
kaart.
neergeschoten Amerikaanse vlieg
tuig gaf de president toe, dat dit
toestel in een gebied terecht was
gekomen, waar het niet mocht
zijn. Maar dit rechtvaardigde
niet, dat het werd neergeschoten.
Belangen
Belangrijk was, dat Johnson er
de nadruk op heeft gelegd, dat
wereldproblemen niet uitsluitend
uit het oogpunt van nationaal
belang mogen worden bekeken.
Ongetwijfeld bedoelde hij daar
mede, dat niet alleen het Ameri
kaanse eigenbelang een rol moet
spelen bij het bepalen van de
buitenlandse politiek. Ook heeft
hij er mee willen zeggen, dal
zulks in gelijke mate geldt voor
alle bondgenoten van de Ver
enigde Staten, die tegenwoordig
veelal de nationale belangen la
ten prevaleren boven die van de
gemeenschap der vrije volkerr.
Zoals bijvoorbeeld Engeland, dat
op grote schaal autobussen aan
Cuba zal leveren, die door Wash
ington beschouwd worden als
strategisch materiaal voor een re
gime. dat de Ver. Staten vijan
dig gezind is.
Johnson doelde echter ook op
de pogingen in dc Verenigde
Staten, de wereldproblemen tot
inzet te maken van de verkie
zingsstrijd, die daar is ontbrand.
De toespraak van de Republi
keinse senator Goldwater, die
streeft naar de kandidatuur voor
het presidentschap („waarom
stuurt president Johnson geen
detachement mariniers naar Cu
ba om de kraan weer open te
draaien") spreekt in dit verband
boekdelen.