DRIE DICHTBUNDELS fcurt cljwitterr kind en milde „dada" gebleven buigt zich over zijn jeugd Door Miljoenen Begeerd ZONDAGSBLAD ZATERDAG 1 FEBRUARI 19< HIJ_WAS ZIJN TIJD NIET VOORUIT QNGEVEER driehonderd werkstukken geven thans in het museum Boymans-van Beuningen te Rotterdam een welhaast compleet beeld van de vormen- en ideeënwereld die Kurt Schwitters, een van de Duitse pioniers der moder ne kunst, heeft geschapen en waaraan hij is opgebrand. Zijn enige zoon, Ernst, die even oud is als de „Merz- kunst" waarmee de vereen zaamde Schwitters de ge schiedenis is ingegaan, trekt nu van land tot land in een poging om als een van liefde en trouw blijk gevend kind zijn vader postuum de er kenning te bezorgen die hem bij het leven niet ten deel mocht vallen. Voor de catalogus schreef Ernst Schwitters een uitvoerige inlei ding, die getuigt van ernstig ge loven in de kunst van zijn vader. Zijn gepassioneerd pleiten voor 's vaders werk trad nog sterker en bijna ontwapend aan den dag tijdens zijn introductie van de tentoonstelling voor de pers vertegenwoordigers. Hij zou een korte toespraak houden, maar het werd de langste die wij ooit bij een expositie hebben beluisterd. Toch werd onder zijn gehoor nie mand ongeduldig of kregel, al zal hij de recensenten die nimmer achter het werk van zijn vader konden staan, geen stap nader in de bepleite richting hebben ge kregen. Ernst Schwitters moet wellicht nog ervaren dat de algemene ten dens in de beeldende kunst zich veeleer van zijns vaders ideaal afbuigt in plaats van het te vol gen. En mogelijk laat de zoon ook eenmaal de in zijn ten gelei de geuite gedachte los, dat de va der „vele jaren vóór zijn tijd leef de". Wel heeft het er de schijn van zo lang wij in grote aantal len de werkstukken voor ogen hebben van huidige epigonen, die allerhand afval en waardeloos ge- Tot zijn dood ernstig bezig met speelgoed worden voorwerpen binnen een lijst tot compositie verwerken (en daarmee als ..originele kunst" lanceren wat Kurt Schwitters al veertig jaar geleden produceerde met aanzienlijk spiritueler bedoe lingen». de waarheid blijft, dat Schwitters geheel en al een kind van zijn tijd was. Cultuurslopers Romanticus van geboorte (20 juni 1887, Hannover) werd de jon ge Kurt, als zovelen van zijn leef tijdgenoten, door de eerste we reldoorlog in het geestelijk nie mandsland geworpen. Veel van hetgeen in eeuwen cultuur op een voetstuk was gekomen, lag aan gruizels en wat er nog overeind stond moest worden bestormd. De „Dadaïsten", die slopers van een ..vermolmde cultuur" begonnen hun opmars en Schwitters liep in de voorste rij: hij was immers een kind van zijn tijd. In felle manifesten, vurige de batten, ja zelfs veldtochten (ook door Nederland) werd afgerekend met het verleden en baldadig ver toonden de dadaïsten hun onge wone expressievorm: schokkende deformaties in verf, montages van papiersnippers en andere oude rommel of een strak lijnen- Hoezeer Schwitters op de eenmaal ingeslagen weg heeft volhard en zeker niet zijn tijd vooruit was zoals men wel suggereert blijkt uit deze collage tan 1947 toen hij zestig jaar was). Er komt een snipper op voor van het Nederlandse blad voor nieuwe kunst „De Stijl" dat met de dood van redacteur Theo van Doesburg in 1931 ter ziele ging. Dit is niet een ultra-modern werk stuk, doch Merzkunstuit 1919 wijlen Kurt Schwitters, van tot en met 4 maart ongeveer 300 montages en andere uitingen zyn te Boy- Beuningen te Rotterdam. i vooral Constructiever dan vele van zijn bentgenoten, die het lie ver bij de destructie hielden. Schwitters zocht naar een term voor zijn expressie, die de kunst nieuwe koers zou moeten geven. Hij kreeg in 1918 een affiche van de Commerz und Privatbank Han nover in handen, plakte voor een grote „collage" hier en daar iets over de naam van de bank tot dat volkomen toevallig de laatste lettergreep van het woord Commerz overbleef. Zo werd „Merz" de benaming van een werkwijze, die hij tot zijn dood consequent zou volhouden. Invloeden Te Weimar werd in 1919 het „Bauhaus" gesticht. Grondlegger Gropius wilde in het geestelijke defaitistisch klimaat van het ver slagen Duitsland nieuw elan wek ken, een school voor vormgeving op allerlei terrein. Architectuur deze „kathedraal' kunst plaats geboden aan veler lei uitdrukkingsvormen, zoals ty pografie, verjongde en nieuwe tak ken van kunstnijverheid, fotogra fie. beeldende kunst en theater. Prominente kunstenaars werden in het docentencorps opgenomen: Paul Klee, Kandinsky, Schlem- mer, Feininger, Nagy, Marcks. Ook door vele publicaties en ten toonstellingen groeide in korte tijd de invloed van het „Bauhaus". En Schwitters werd eveneens be ïnvloed. In ons land deed sedert 1917 de Stijlgroep van zich spreken, een avantgardisme in de geest van de tijd, een streven naar uiterste vereenvoudiging en naar een voor verscheidene vormen van kunst gelijkelijk geldend schoonheidsbegrip: een evenzeer functionele als rationele schoon heid. Promotors waren de schilders Theo van Doesburg en Piet Mon driaan. In „De Stijl" verenigden zich mede: architect G. Rietveld, de filmer Hans Richter, dichter Antonie Kok, schilder Bart van der Leek, later de stedebouwkun digen C. van Eesteren, J. J. P. Oud en anderen in hun gelijkna mig tijdschrift en door hun werk droegen zij bij aan de nieuwe ont wikkeling in de kunst. Blad en idealen gingen over de landgren zen, bereikten ook Kurt Schwit ters en brachten hem er toe in de jaren 1922'23 met Van Doesburg een dadaïstisch gerichte veldtocht in Nederland te ondernemen. Bizar speelgoed Te zelfder tijd lanceert Schwit ters zijn eigen Merz-tijdschrift, publiceert artikelen en gedichten in andere bladen en begint aan zijn groteske levenswerk, de „Merzbau". In deze „Merzbau" poogde hij de ideeën van het „Bauhaus" en „De Stijl" (het har monieus samengaan van schil der-, beeldhouw- en bouwkunst door de Duitsers „Gesamtkunst" genoemd) te verwezenlijken. Wat hij maar aan waardeloos geworden materialen bruikbaar vond, werd in zijn woning te Hannover samengevoegd in een bizarre constructie, die zich bin nen tien jaar uitstrekte van de begane grond tot op het dak en terug, door vier kamers, waar voor hij twee plafonds moest la ten uitbreken. Drie keer in zijn leven startte Schwitters met zijn „Merzbau". eerst dus in zijn geboortestad, in 1037 uitgeweken voor de Hitier- primitieve beschaving. Zo" berok- terreur te Lysaker bij Oslo en, Schrijver en journalist Olaf Ru- kende David de medemensen, die na door zijn landgenoten op Noor- hen vertelt in dit bock over het hem eens uit de woestijn redden, se bodem te zijn opgejaagd, en leven van de inheemsen in Austra- veel leed. Ongewild. „Onder de zeventien maanden in Engeland lië. De hoofdpersoon David Marri- sterren van Capricornus" is niet al. geïnterneerd te zijn geweest, ner vestigt zich temidden van hen. leen een avonturenroman. Het is voor de derde maal in 1945 te Hij legt zich met succes toe op de ook een met begrip en liefde ge- Little Landale nabij Ambleside, veeteelt en ook is hij gelukkig in schreven verslag van het primitie- Echter ook zijn Engelse „Merz- de veehandel. Spoedig is David een ve leven. een zoon het werk van zijn vader koestert, de vele stukken met hun talrijk zichtbare invloeden zijn nog slechts historisch interessant als symptoom van een vervlogen tijd. Vonken van ietsdat in Schwitters tijd nieuw was, maar deze vonken soms van genia liteit hebben nimmer geleid tot het ontsteken van de grote vlam, waaruit als een phoenix zich ver nieuwen kan de kunstenaar die kunst van eeuwigheidswaarde ver mag te scheppen. Kurt Schwitters was in geest en bau' bleef onvoltooid achter als werk e„ ta dabbelc sin Kind van het bizarre speelgoed van een bij zljn ,ijd. wie hem op krtl,ltl van zyn leven onbegrepen en vaak hedendaagse, soortgelijke uitingen heftig aangevallen mens, een anders liet, laat zich misleiden Duitser met een vreemdsoortige door de tragedie, dat zo kort op grondigheid, een onder de last de eerste wereldoorlog een nog ym zijn consequent volhouden immenser catastrofe is gevolgd toch blijmoedig en warm-mense- en dat zich al schielijk ook lijk gebleven man, die het bu zijn heeft herhaald de daaruit voort- geboorte al had meegekregen dat vloeiende geestelijke ontredde in hem onbevangen kinderlijkheid ring. immer slaags zou zijn met von- Na beide wereldbranden vond Ken van genialiteit. de ontworteling haar weerslag in de kunst. Hoe sneller de mens van het heden de gedachte aan en de angst voor een volgende De Merzkunst die nu in de Boy- oorlog zal verliezen, des te eerder manszalen is bijeengebracht, zal het van complexen doordrenk- geeft geen schok meer. beroert te tijdbeeld als „kunst" vervagen, niet het hart en schenkt geen Dan zullen kunstenaars, de koers schoonheidsbeleving. En al is het nemen, waartoe de nieuwe tijd in- bijna ontroerend indien men spireert. waarneemt met welk een piëteit TON HYDRA Onder de sterren van Capricornus SJUfECKISI .jd beeld pEDENKSCHRIFTEN kim- 1*1 nen met zeer verschillen- de bedoelingen worden ge schreven. Aan politieke en militaire leiders dienen ze vaak om hun beslissingen, in moeilijke tijden genomen, te verdedigen, minstens te ver klaren of om hun aangevoch ten roem te schragen, meer malen ook om hun wrok of jaloezie af te reageren, klein als ze soms zijn in vredestijd. In andere gevallen is het doel bijzonderheden te verschaffen omtrent zaken waarmede, uit hoofde van hun positie, zij al leen bekend zijn. Als meest recente voorbeeld uit de Fran se letteren kunnen hier ge noemd worden de Memoires van de oude staatsman Paul Reynaud, Envers et contre tous (19361940)die kort ge leden de pers verlieten. Geheel anders ligt het met de herinneringen uit kinderjaren en jeugd die Julien Green geeft in zijn laatste boek Parttr avant le jour. Hier geen relaas van schokkende gebeurtenissen op politiek of literair terrein, maar een simpel vertellen van wat de jonge Julien beleefde en dan vooral innerlijk beleefde. De auteur zegt ergens: „Ik neem me voor daar te kijken waar heen ik nooit de ogen heb ge richt als bij toeval; ik wil trachten helder te zien in dat deel van de bewustzijnsinhoud dat zo vaak duister blijft naar mate we verder af komen te staan van onze kindsheid. Het goede zaad, met gulle hand ge zaaid door God, en het kwade, afkomstig van de Boze, hoe groeide dat alles op?" Hij schreef dus, om te beginnen, voor zichzelf na zijn herinnerin gen te hebben doorvorst en daarna voor wie belang stellen in de ontwikkeling van zijn per soonlijkheid. Het is onjuist hier te spreken scherend van zijn zes „moe- ben voornaam ding in van onbeduidendheid en van Ju- ders'. Greens jeugdleven is geweest lien als van een suikerpop, te Zijn moeder las hem dagelijks de overgang tot de R. Katho- De Greens waren an Green op de verkooplijs- het"Xmerikaansë"féven"~ën 'de P™testant< waar leefden wei- ten der laatste maanden bezet Rureeroorloe die het Zuiden niP me* kerk mee. Veel zijn boek een hoge plaats Bur8er°orl°S> ai« Annmliile» d„ hiil len hier de wortels vinden zijn geestelijk wezen, zoals ze het hebben leren kennen in zijn romans en toneelstukken en nog JULIEN GREEN Overgang flauwe kost biedend voor onze Voor uit de met platen harde tijd. De duizenden lezers de bijbel en verhaalde hem het Amerikaanse leven Burgeroorlog, die het Zuiden - hoge plaats wil- verarmde. De vader bleef voor werd dagelijks de bijbel open- de jQngen €en interessante fi- geslagen en werden de gebe- guur uit de verte. Ook na de den uitgesproken; hun vroom- •oegtijdige dood van zijn vrouw heid droeg echter een indivi- kwam hij niet dichter tot de dualistisch karakter. Pastorale zor° ontbrak. Zo is het beorij- in zijn droefheid en in beslag peIjjk Jat *—T,£. Eenzijdig moederlijke genomen door zijn stroeflopende - zaken, vermoedde hij niets van kerk hen aantrok. Er waren al wat in de knaap omging. meer overgangen in de fami- Deze vrouwenopvoeding heeft ''e geweest. Juliens moeder T Julien een zekere weke gevoe- was, al had ze neigingen tot De familie Green, afkomstig uit hgheid bezorgd en een vage Rome, protestant gebleven; het Zuiden van de V.S., had zich vrees voor geheimzinnige mach- zijn vader deed in zijn gevoel m Frankrijk gevestigd, eerst te ten die hem beloerden. In elk van verlatenheid de stap na Le Havre, vervolgens te Parijs. der vele huizen die de Greens „rouu>* dood. Julien «oio- waar Julien in 1900 is geboren hebben bewoond in Juliens jon- tneldra (nnrij i 910) als de benjamin van een gezin gensjaren was wel een kelder of ae weiara (aPnl 1916J- dat reeds twee zoons en vijf een stuk gang waar een spook. dochters telde. De vader, die aChtig licht grauwe schaduwen Amerikaanse handelsbelangen in bracht en in iedere kamer was gevaar West-Europa behartigde," was eeiTdonk'ere* hoek"waar"gWaar ^ke- een allerbeminnelijkst vaak afwezig en zo was de op- huisde. In de diepe kleerkast man en een goed catecheet, die liATi ton J- J- _:i1een 2ehrelc hnH* hii micfA roer de kleine Julien ten verleende de lange rij opgehan- gebrek hadhij miste psy- ~^.=.trouwd aan de moe- gen kledingstukken doorgang ecologisch inzicht. Hij zag Ju- der, geassisteerd eerst door de aan een dujv€i als hij tot drie lien met zoals hlJ was- Steun in vijf. later door drie volwassen maal toe erd 'ODeeroeDen Dan zi'n innerlijke moeilijkheden ont- doehters. Julien spreekt zelf gek- SdTheTen de jongenvluch" de Jongen dan ook niet zijn moeder. aast de bundel Bloemen voor Weel u wat zo jammer is en op stem uit de echoput die -K Werner Verstraeten Kees van Baardewijk Cees Buddingh' stralingsgebied Verstraeten (uitgave Nijgh Van Ditmar, 's-Gravenhage-Rotter- neus aie dam) krijgt de lezer niet zo ge makkelijk contact. In de eerste plaats heeft men de indruk, dat de culturele achtergrond van de dichter - naar ik aanneem een Vlaming, althans Zuid-Neder lander - een ander is dan bij de dichters van boven de Moer- Laten dijk. De jongere generatie is weliswaar internationaal geo riënteerd, maar het is voor een jongmens fysiek onmogelijk al- To._.__„pn Ie« te hohhen eelezen rn rn kan toegegeven. dichteressen, li wel waard, neer ze blijk geven van ei— sitieve relatie tot het christelijk ik moet helaas op mijn ge- geloof, wat de vorm van hun ver zen betreft öf achteraankomen bepaald niveau niet halen. Op bl. 14 citeert de dichter het vers Kerken van Remco Campert en plaatst een commentaar daar naast op bl. 15 onder de titel Laten we blij zijn inL dat er nog kerken zijn). Ach, het is zo goed bedoeld, hoor maar: zal J. P. Heije in ernst tot de delandse poëzie an- dichters rekenen, maar er be- kelijkheidszin en ongedwongen po- staat een avondlied van hem taalgebruik en dat Buddingh's ik moet helaas op mijn ge- poëzie wat deze deugden betreft heugen afgaan waarin het van blijvende invloed zal zijn. Ja. gladde gerijmel plotseling de want hoe knap is het korte ge- sprekende dichtje, getiteld 17 mei 1962: mensenstem: alles staat er nop: Gij kent ons hart, o Heer, en huizen, autoos, bomen weet dat Kees dit vreemd zou vinden wat het heeft doorgestaan. had Keesje niet gedacht Eenvoud les te hebben gelezen en de lezer of de criticus een hem onbekende dichterfiguur altijd wel enigermate plaatsen. Bij Verstraeten vermoedt men invloeden, die men niet localise- ren kan, althans schrijver dezes kan dit niet. En de verzen heb ben te weinig een eigen gezicht, dan dat men die hele kwestie van eventuele invloeden terzijde Een dichter. Want poëzie is eenvoud, *es heeft zijn prijs! De gebaarde onbereikbare eenvoud. Toen ik de anecdote over roken en bidden is regel las (ik meen in een jaar- het gedichtje Kleine gelijkenis verslag van de Maatschappij tot J.och echt niet van. de grond ge- het er warm en gonst het van Bevordering der Toonkunst, uit K°men; Heel oud spel is de titel leven de jaren zestig van de vorige van een vers over de praktijk der j - eeuw) krees ik vppI mppr on liefde, dat dan ook niet meer is od aanwez,g en gevoelens *drae„eE KatS,r ff horizontaal. van onrust, spitst zo jong als was een Er zijn platte dingen die weige- igst en tekort verliezen hun schok. En de jeugd is onomkoop- r€n meer te zijn dan plat. Het betekenis, baar: ze roept geen hoera als gevaar ligt in de systematiserini ze niets voelt (Hebbel) 14"*U-J De sfeer om dat woord „toe- v«n B"d«rd?wi]klïï?f0S;ni Gewoon mens het kan koud zijn in de kerk t hem. Hij zag in Julien komstige, echte Benedictijner Vriendjes van zijn leeftijd had monnik en stuwde hem voorzich- die richting, totdat na knaap zijn gelijk, maar in het kader Door Miljoenen Begeerd, door K. Hünninghaus. Verta ling A. van Onck, met mede werking van G. P. Berk. Uit gave Ad. M. C. Stok Forum- Boekerij, Den Haag. Dit standaardwerk van de auto en zijn meer dan honderdjarige geschiedenis telt liefst 440 pagi na's en vele, fraaie foto's. Zelfs de overigens niet gemotoriseerde Gouden Koets wordt beschreven, omdat deze in 1898 in de rijtui- genfabriek van de roemruchte ge broeders Spijker werd gebouwd, in opdracht van een Amsterdams comité en ter gelegenheid van de troonsbestijging van koningin Wil- helmina. De strijd op het autofront is zwaar geweest, en ook nog in de ze tijd gaan autobouwers van naam op tragische wijze ten on der (o.a. Borgward). Het begint allemaal in 1858, als de 26-jarige handelsreiziger Nicolaus August Otto besluit uitvinder te worden, en er in slaagt de gasmotor te ontwikkelen. Gottlieb Daimler, een andere bekende Duitse techni cus. ontdekt de benzinemotor, en vandaar gaat het via Benz, Ford en Diesel verder. De vaak op de rand van een faillissement wanke lende rijtuigbouwers worden met kapitalen goochelende groot-fabri kanten; de driewielers uit de eer ste jaren bijna geruisloze „zoef- jes". Door Miljoenen Begeerd is een boek, dat men als een roman leest. Verwonderlijk is dit niet. want de geschiedenis van de auto is boeiend en vaak zelfs roman tisch. De grote coureurs hebben er een plaats in gevonden, maar ook de Croesus-achtige automo bielconcerns van tegenwoordig, die door hun prod uk ten van grote invloed zijn op het hele maat- hf\.^ee,st gÜ" gespreksgroep. Op poëtisch ni- troffen heeft, schrijf ik hier (nood- veau heeft hij ongelijk, omdat gedwongen in prozavorm) voor u hier geen sprake is van een over- waardige pendant, een „tegen- „De herfst heeft enkele dagen hanger". Bovendien is het niet diepzinnige' Er bestaat geen methode om poe- zie te maken, noch door hoog te draven, noch door gewoon te zijn. Buddingh' kan weten dat de een voud, door Nijhoff levenslang na- nop/ getreuzeld/ aan de rand de taak van het zwarte bosmaar is nu doorgedrongen/ tot waar ik woon/ zerp en ijl/ 1 christelijke dicht kunst tegenhangers te leveren; wijlen mevrouw Hendrika Kuy- per-van Oordt heeft daartegen telaar,'"die vóór de bekende t.v.-rel. Vaak GrenSVerkeBT ergert men zich aan de quasi- diepzinnige aanbevelingen op Het komt mij voor dat de tijd boekomslagen, maar ditmaal kan niet ver meer is, waarop die re- het geheel eens zijn met actie zal zijn uitgewerkt. Iedere Hans Sleu- dichtergeneratie meent, dat zij bgwa^ud- ten slotte de steen der wijzen on- heeft gevonden en dat haar Dat woord het laatste woord is. Poëzie woord „ongedwongen" herinnert zou geen poëzie zijn, als dit eeuwig aan vorstelijke bezoeken, maar grensverkeer met het proza niet danig als teganhanger ziin b« Bud,?1"Eh' üfheirn' "»»r dan aal gou worden. doelf. zoals deze apocaly^l- 'Xln 'Si LeeTdl. vfrs ■LVnmUli H sche avond (na het tot ontnlof- ^e%v°on Jvenv ait vers zwanen maakt op den duur treu- blauw/ van de nanacht/ gingen fing gebracht zijn van een kern- Zonda60Chtend: rlg. De cabaretier is blijven zin- zwarte vegen/van wilde een- bom). De dichter is volkomen het is heerliik rustia in huit vande muziekge- ----- - - - nersoonliik Si- is neernjKTunig in nuis emancipeerde verskunst onder- .n dat kan Stientle doezelt op bed nog wat scheidt zich nauwelijks meer van Ihii niet helDen dat vetiiivents na; praten. De poëzie zit aan de grond, heeft geen vleugelswi geen h» Wie be lipt voor de haard en te- Geen tadivjdueel dichter kan hier- mijn huid/ en de jagers/ som ber en grootluisterden gespan nen/ naar de gewekte lokstem/ van een rode fazantUOciu tuai» En plots/ in het pruisisch Sche avond (na het tot ontplo protestantse literatuur nog telde. Gelukkig staan er ook vi zen in dit boekje, die niet als den/ voorbij de wachtende ernstig maan/ ah dromende vingers aan een afwezig oog. auto-expert mag worden ge noemd. heeft aan dit oorspronke lijke Duitse standaardwerk een hoofdstuk toegevoegd, waarin de Nederlandse auto-industrie wordt beschreven. Het begint natuurlijk bij de Spijker en eindigt bij de Daf. Waarlijk een boek, dat mis schien niet door miljoenen, maar toch door velen zal worden be- Verstraetens verzen hebben 3 mij een Franse smaak aan als vertalingen van onbeken de originelen. Het alles met t Open boek niemand i èen vers maar ein- woorden als deze: Kees van Baardewijk, in zijn Poging tot Spreken (uitg. A. J. G. Strengholt N.V., Amsterdam), is daarentegen een open boek, ook wat de invloeden betreft. len. Het haalt de reis niet. Het cötoböj/s' j'Zl^5fn!,V op 8T°.n? van hnn goe" eeineen die o i v i i cowooys. de wn aneen kunnen slagen. 2 Sacha U'< "aost htm' kr°D« gig-Me eoMlelletle ggl moe- len ten veranderen. Maar deze opmer- net Vlok en de twee kleine kingen vallen buiten het bestek poesjes; van dc beoordeling van een con- ;n ik pak the penguin russian cret® bundel. Buddingh' heeft course n,"r,?et t„hans mogelijke ge- m va nog sen leeje leren Geen kerk, maar wel het uit- C. RIJNSDORP Julien niet. Toen 4 paald moment de ouders er zich een confessie ^aav rekenschap van gaven hoe onge- naïveteit werd doorbroken wenst deze vrouwenopvoeding tegelijkertijd zijn interesse voor zonder tegenwicht was en hem de bekeerling wegviel. Geen toevertrouwden aan een padvin- geestelijke roeping, maar opge- dersclub, liep deze proef op jaagde romantiek was hier aan mets uit het werk geweest. Door die eenzelvigheid waren Ook in zijn ongetwijfeld op- de eerste gymnasiumjaren moei- recht geloof is Green individua- lijk voor de twaalfjarige jon- Hst gebleven. De diverse delen gen; hij wist niet wat de ande- van zijn dagboek bewijzen het ren terdege wisten en werd ob- overvloedig. Geen Daniel Rops, ject van inlichtingspogingen die zelfs geen Gilbert Cesbron! hem verbijsterden. Reeds in 1924 toonde hij, onder een schuilnaam weliswaar, in Liinpn zijn Pamphlet contre les Catho- J"c" liques dc France, de zelfstan- Van deie elementen nil zijn kinderjaren gaan verbindingslij- S'l omtrent ge nen naar al zijn eerste romans i001 01 leven' (Adrlenne Mesurat, Mont-Cinè- re, Le Visionnalre, Mlnult) en COllfeSSieS de opgeslotenheid in zichzelf en de verzonkenheid in eigen ge- Wie, zoals men onwillekeurig dachtenleven zijn nog steeds daartoe komt, dit boek gaat Green eigen. Wat buiten het zie- vergelijken met de vermaarde Ieleven ligt, bestaat voor hem Confessions van Rousseau, niet wezenlijk. Aan politieke, vindt veel punten van overeen- sociale of economische proble- komst. Hier zoals daar gaat het men schenkt hij geen aandacht, om het innerlijk beleven; de uit- aaa literaire nauwelijks. wendige gebeurtenissen kunnen daarvan oorzaak of gevolg zijn, Verwnrrinn maar ze blijven in de aandacht verwarring van de schrijver secondair. nerllfk totaJ^Se^orTv^ £ns?hie.venDta 'l^Vrlfell^ didactiek maar een vota.ak- „pur-impur, rein-onrein". Alleen eenXXM v.n tM.fm n|o£ en die hem tegelijkertijd obse. deerde. Museumbezoek en de - - ---- ----- - platen van Gustave Doré in de of. vernw?ende vijanden; familiebijbel en De Hel h" seau zit voor een streven tot zelfverdediging tegen zijn vele - ware of vermeende hij levert een pleidooi •id dt tastend zijn Dante droegen het" hunne 'blj; °nschuld en reinheid des harten; aan deze geestelijke verwarring, onderzoekt tastend Van seksuele voorlichting, in vezIeden .als kind en puber welke vorm dan ook, was geen erkent zijn fouten als hoog- sprake. Welke misverstanden n?.oed en ^genoegzaamheid na daaruit voortvloeiden in de ge- ,ZIJ" overgang tot het rooms- geven gezinssituatie behoeft Katholicisme, waaruit sprak een geen vermelding. Vage waar- £?,m,s .aan zelfkennis en geeste- schuwingen van de moeder wer- i^ke ^epgang. Zeer zeker is de den niet begrepen. Op het gym- 2?.e eeuwer verder gegaan in nasium gaven klassegenoten confessies van Intieme aan- hem concreter onderricht en gelegenheden dan zijn voorgan- schepten er behagen in hem in Ser heeft gedaan. Het zal hem te leiden in hun eedachtensfeer. moeite gekost hebben zijn leven Het leven werd daardoor voor zo °Pen te leggen. Deze oprecht- Julien niet eenvoudiger en de heid maakt zijn boek belangrijk als kleine jongen zo begeerde niet alleen voor de talrijke zuiverheid werd een ideaal in Green-vrienden, maar ook voor de verte. De overgang naar de wie h®m overigens niet kennen. Roomskatholieke kerk bracht een oplossing. De haastig aan- Met Mulisch had hij zijn re- gevraagde biecht, die zijn af- schrift kunnen betitelen als sluiting vond in de absolutie, ..Voer voor psychologen". Zij was voor de noviet de aangewe- kunnen zich storten op de'fren- zen weg om de te loor zegane dlaanse complexen, de frustatle- remheid te herwinner. gevoelens en trauma's er in op- ii. -e preoccupatie met seksu- sporen. Voor de auteur zelve Is aliteit en homo-seksualiteit. hier het een relaas van de striid jinster gezegd homo-ero'iek, is tussen God en de boze om dc Pif/" ,^ij£e^?v.en- De neerslag heerschappij over de Stad Men- ervan is te vinden in de latere senziel. om te spreken met romans Le Malfaiteur, Moïra John Banyan. chaque homme dans sa nult, alsmede m het toneelstuk Le Sud. Omsluierde passages in het laatste dagboek Le Bel Aujour- dezelfde richting. d'hui wijzen i V. D. PANNE. Julien Green. Partlr avant Ie jour. Uitgave Grasset. Pa rijs.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 17