kostbare muziekbelevenissen
De Haagsche Schetsclub
zestig jaar
a/s briefschrijver
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 16 NOVEMBER 196S
Wij berichtten reeds over het
«eer belangwekkende, instruc
tieve gedeelte van de Kasseier
Musiktage. Dit speelde zich als
het ware „binnenskamers" af
in lezingen, demonstraties en
discussies.
Er was ook een officieel, naar
buiten gericht gedeelte, dat een
programma vol concerten, een
wereldpremière van een opera,
lezingen e.d. bood. En stak dit
nu zo kenmerkend af tegen het
programma van een „doorsnee-
festival"? Ja zeker, het droeg
een zeer eigen karakter. Men
ontmoette er b.v. geen van de
langs de festivals rondtrekken
de kunstenaars, het program
ma omvatte geheel andere wer
ken dan de „doorsnee-festival-
muziek" en het peil was er
heus niet minder om. Integen
deel. Men haalde hier een fris
se neus, men kreeg hier vele
kostelijke en kostbare beleve
nissen te verwerken.
En welk festival begint met
een lezing?
Het was de vice-
president van de
Bondsdag prof. dr.
Carlo Schmid ver
maard denker en
auteur, die de Kas
seier Musiktage in
zette met een in
drukwekkende
voordracht over
„Der europSische
Mensch". Prof.
Schmid ging na
welke elementen
hebben bijgedragen
tot de vorming van
de typische ken
merken van de ge-
meenschappelij ke
Europese cultuur.
Europa het
schiereiland van
Azië bezit de geografische lands
Het N.C.R.V. Vocaal Ensemble
onder Marinus Voorberg gaf het
openingsconcert op de Kasseier
Musiktage. Het behaalde een
nut
Kamerkoor, het Danzi-
voorwaarden zowel voor verschei- Kwintet, onze instrumentale
denheid als voor gemeenschappe- vocale solisten,
lijkheid. zo begon prof- Schmid,
vervolgens- somde hij de pun
ten op, die hij dan verder uit
werkte. Zijn these was, dat de
Europese mens vrij staat tegen-
de buitenmenselijke mach-
Voorberg voerde
Purcell
deze keer in het Duits) ei -
de „Ode for the birthday of ken_ snei trillend
ten dit in tegenstelling tot de Queen Anne" van Handel. In beweging. Voor het jaar 1927
mens buiten Europa. Bij de Grie- beide werken fungeerden koorle- bijzonder geavanceerde compost-
ken ontwikkelt zich het rationele den als solist en begeleidde het tie, die hier en daar doet den-
Wallingford Riegger bedoelde zün klonken dansen voor de luit, door
Study in sonority (uit 1927) Eugen Dombois ronduit fantas-
hy de tisch bespeeld, de Franse chan-
sons als Jouyssance vous donne-
ray en Amy souffrez, of de Ita
liaanse madrigalen in tal van
itmische verschillende zettingen, waardoor
steeds de kleur en vaak het tem
po wijzigde. Over deze verschil
lende zettingen moet men zich
felijk programma uit, nl. de „Cae- hoge en uiterst' hoge liggingen
cilia-Ode" van Purcell «voor bü voorkeur gebruikt. Zo ont-
daar- staan uiterst fyne wryvbigsvlak-
Penderecki. Kreneks Mar- componist i
ginal Sounds voor slaginstrui
ten met viool beweegt zich
het „gewone seriële idioom
oit i
denken, dat leidt tot de ontdekking Kasseier Barokensemble ..Pro ken aan vermaarde Threnody niet verbazen. In di
der wetmatigheid van de natuur en arte antiqua". Het was e~
daarmee tot de techniek. De tech- en mooi concert, al mil
nische bekwaamheid is een ty- door de Duitse vertaling
pisch Europese eigenschap, die cell de karakteristieke
de Europese mens J
de uitvoering wenste. Soms ziet
men aan de schrijfwijze, dat een
bepaalde stem alleen
in de toepassing en combinatie strument bedoeld moet zijn.
de yeie verschillende
dat deze vocaal niet is uit te
i de naast semble, toen het onder leiding v
hem levende mens, de wereld zo- Voorberg
wel als de „Uberwelt". De tra- und Ewig"
gedie is de neerslag van het con
flict itussen wereld en überwelt
slagwerk (de gehele De gewoonte i
„keuken" stond er opgesteld!) je, een madrigaal, een chanson,
verrassende effecten te- gezongen en/of gespeeld werd al
naar gelang de beschikbare
- krachten. Dat gebeurde hier ook:
Iets nieuws op dit gebed eminente blokfluitsoeler Hans
i de staat, waarin de rechten
het individu verzekerd worden.
De democratische staatsvorm is
een Europees kenmerk. Het grote
Romeinse Rijk schiep de moge- feesten
lijkheid tot 'het verbreiden
deze ideeën tot universaliteit
Een formidabele prestatie deze avant-garde muziek brachten de-
- - 2e „klanken op het grensgebied"
evenwel niet. Het slot van deze
avond kwam met Strawinsky's
Concerto in Es voor kameror
kest, het z.g. Dumbarton Oaks-
Concert (1938) en het was merk
waardig te constateren, hoe „ouder
wets", hoe „gewoon" dit aandeed.
trefzeker en vlekkeloos
ir weer te geven.
De cyclus stamt uit 1949 er
bestemd voor de Goethe-
Berlijn. De titel is
Goethe';
de eminente blokfluitspeler Hans
Martin Linde zong soms het lied,
dat daarna b.v. door de vier vio-
da gamba gespeeld werd of
Voornaamheid
ontleend
voegde er zelf aan toe de Romein- deel
gedichten, waarmee het tweede Het is
i welk punt i
zelfdiscipline die Benedictus
Nursia overnam in zijn regels
de Benedictijnei
En hoe dit alles geboden werd
J1A.m VCJ. met welk een voorbeeldige
het aard- zÜn voortreffelijk geschoold orkest smaak, met welk
de cyclus opent (er iet bekükt Voor Dean Dixon
.i ir.-«vrtr«»ff*lnlc mvhonlri orkp
ïr_ betekende dit gehele program-
_r kloosterorde, scheidene gedaanten vormt het ma een groot succes en voor
alsook het Romeinse rechtsbegrip, grondthema van het geheel. Het al t €n -
aardse kan zéér aards er uitzien,
de „Venetianische Epigram-
Het eeuwige krijgt gestai- Nieuwe kamermuziek
de „Hymnen" als „Prome-
Grenzen der Mensch- Voordat wij nu overgaan tot termezzo het drie-
en in „Paradiesisches", een der hoogtepunten van deze rlcercare voor eer
in de dichter tot de hoeri muziekdagen, n.l. het ensemble Bach's Musikalisches Opfer. Al-
het Paradijs spreekt. van de Schola Cantorum Basi-
Pepping vond voor elk gedicht liensis onder August Wenzinger,
met de „leges ger-
maniae" (barbarorum) de grond- als „Der Storch'
slag van het Europese recht ge- tisch als in „Anakreons Grab'
worden is. Maar het Romeinse en
Rijk deed meer: het gaf het mi
1 Christendom door. En het Chris- te in
telijk geloof werd de band, die theus'
Europa samenbond, vooral na het heit",
verlies van de gebieden rond de
Middellandse Zee aan de Islam.
Europees is het geloof aan de red
ding van de mi
dood. Europees
geloofwaarheid de Christelijke
reldbeschouwing.
op hij het moderne klank- eert
materiaal hanteerde, wekte gro- tes
te bewondering.
mortier.
Mens - arbeid
door Christus' de eigen karakterisatie door ge- bespreken wij eerst het concert fijnd,
de Christelijke bruik te maken van een uiterst van nieuwe kamermuziek. Daarop
geraffineerde vocale taal, die kreeg men onuitgegeven werk
soms het instrumentale nadert en van verschillende samenstelling
die prachtige klankeffecten weet horen. De „Sieben Bagatellen"
te wekken. Men zou Pepping'
stijl misschien de moderne
En dan
barokmuziek met sona-
Joseph Bodin dc Bois-
Handel en Tri em arm,
Suite van Marin Ma-
drie vlola's da gamba
als dlep-ernstig ln-
zesstemmig
cembalo uit J. S.
:hes Opfer.
welk een voorbeeldig
siceren, levendig en sierlijk, ver-
nooit overgeculti-
eerd. Zo'n prachtig ensemble
onuitgegeven werken moest
Europees is ook de verhouding drigaalstijl kunnen
mens-arbeid. De Europese mens geval vindt hij de nauwste
werkt en acht dit zijn plicht. De- sluiting bij de 16de-eeuwsse m
ze werkzaamheid tezamen met het steihmigheid, die hij met de
Calvinisme gaf aan de Nederlan- derne middelen der ritmiek
den in de 17de eeuw de enorme harmoniek uitbreidt,
economische bloei en expansi
Europees is tenslotte ook de
tonomie van de kunst en var
wetenschap.
Voor de degenen, die de denk-
Hans Poser
klavier bleek typische speel-
elk muziek voor leken te zijn. licht-
ian- jes modern van taal, maar zon-
»er- der veel eigen gezicht. Ook de So-
iio- natine voor altviool en fluit van
en Thomas Christan David (zoon
van Johann Nepomuk David) was
onschuldige, te lange muziek
het geval
land ko-
zelfs al kan ons land ook
bogen op dergelijke specialisten.
altblokfluit Maar dit Wenzingergezelschap
dit Wt
ormt zo'n volkomen eenheid,
waarvan elke klenr zorgvuldig is
afgewogen. Ja deze concerten
waren ervaringen
i niet te i
Deze beide concerten van het
N.C.R.V. Vocaal Ensemble gaven
de misschien wel het duidelijkst de met Tre Pezzi Espressivi
strekking van deze muziekdagen Helmut Eder eej
kant het bren- J:~
„De Haagsche Sóhetsclub werd opgericht 15
november 1903, met 't doel aan beeldhouwers,
schilders, teekenaars en allen, die zich in hun
vrijen tijd wenschen te oefenen in het model-
teekenen daartoe gelegenheid te bieden."
Met bovenstaande woorden, die opzettelijk in de
toenmaals geldende spelling worden weergegeven,
richtten de drie enthousiaste jonge oprichters zich tot
hun leden en adspirant-leden.
De geestdriftige initiatiefne
mers, die tot verzamelen blie
zen, waren de binnenhuisarchi
tect Corn, van der Sluijs. de le
raar-tekenaar Jac. Bodaan en
W. de Gruijter, wiens beroep
niet met zekerheid te achterha
len viel, maar die naar alle
waarschijnlijkheid een Jeugdig
„ververspatroon" was, zoals de
aanduiding toentertijd luidde. Zij ouderdom
waren geïnspireerd door een ar
tikel in „De Studio", waarin ge
wag werd gemaakt van de toen
reeds jaren bestaande „London
Sketching Club".
Tekenavond in 1913.
dergelijk ge- ding
nootschap, want er zijn er ette- vierde
lijke in ons land die de jubila
ris op dit vlak met stukken
Van de daad
Oer-Haags
Mannen
waren, lieten zij onverwijld
convocatie uitgaan naar dege-
Een dozijn aanmeldingen
het gunstige gevolg op
„wekroep".
toch menen voor dit
instituut (met lande-
als zij lijke betekenis) even de aan
dacht te moeten vragen, is meer
de grote betekenis die de
voor het toenmalige, (maar
voor het huidige) kunstle-
had en heeft.
Immers zij werd wel, popu
lair aangeduid als het door
gangshuis voor beeldende kun-
De eerste vergadering vond stenaars, waarvan zij er talloze
als jongmaatje binnen haar ge-
urgent probleem werd, rekend, over wie wij enige weken
sn de teugels en stelde geleden, binnen deze kolommen
de club open voor een leder die uitgebreid melding maakten, maar
een redelijke tekenprestatie wist degene die het werkelijk tot we-
te leveren en het deelnemen aan reldfaam heeft gebracht is, bui
de tekenavonden puur voor ple- ten kijf, toch wel Geer van Vel-
zler wenste te beoefenen. de, die reeds jarenlang van Pa
rijs uit „opereert" en het tot
Het teruglopen in het alge- een kunstenaar van internatio-
meen van de vakkennis, zal nale allure bracht. Wie de ge-
hier ook wel een woordje heb- schiedenis van de jubilerende
ben meegesproken. vereniging schrijft, ontkomt niet
da?"» echSlrlSe8 «kS f S/'fe 8rote
kunst consciëntieus en op be- ereilQ 1S!
hoorlijk niveau werd beoefend. HistOMG
plaats op 11 november 1903
Verleidelijk
contributie werd vastgesteld op verlaten.
begon meteen die toe wensten te treden.
tekenen
op 15 november van voornoemd
jaar, waar tevens de oprich
tingsdatum mee gefixeerd lag.
..De Haagsche Schetsclub"
heeft zijn 60-jarig jubileum ge-
vierd; geen uitzonderlijk hoge g|^ea°d°e'5e'
Een academische ondergrond
was wel het minste wat men
vroeg, maar daarnaast was er
een strenge ballotage, die vele
latere corypheeën, maar met de
hakken over de sloot, binnen de
de club deed belanden.
Het is uiterst verleidelijk een pleegt te worden, valt niet op
eindeloze reeks namen van „ge- ^oor heftige commoties, of het
om'tte grote" hoeTeeuSid^e" m°'" het biina chronische
nogal taaie aangelegenheid, geldgebrek zijn. waarmee ze
ns zullen beperken vanaf de oprichting achtervolgd
te gras enkele te W€r(j ^t zeker aan haar dertig
voltallig bestuur geci
erd, bij het dertigjarig j
Na de oorlog
Daar is dan allereerst Hein
Stolle, (van Rotterdamse origi
ne), die in 1930 al in Den Haag
wortel schoot en in datzelfde
jaar als lid (en later als be
stuurder) toetrad en dit maar
liefst 32 jaar bleef, waardoor
jarig bestaan toe. Dit jubileum
midden in de crisisjaren (1933)
zou luisterrijk worden gevierd,
maar er was geen rooie cent
in kas: Onversaagd echter wer
den er maar liefst drie zalen van
hij, als geen ander, met het wel het Genootschap
de club
dio" gehuurd
*ÏLr™nJ™t»I" bekommerd eau het werk
waard is. WC e" het feest volledig te doen sla-
Namen
N* stond "en nóg stalt!
deftig Haags bloemenmagazijn,
leerde zijn medeleden papieren
bloemen vouwen, die in duizen-
ka,„r,„c „QT. den vervaardigd werden, waar-
+h«nl ai mee de zalen omgetoverd wer-
Bundt, thans al ge- dm tot ee[1 waar ;prookie8paleis
aldus uitgroeide tot
eerst namen
gedachte als van de
bekende etser Arend
Hendriks; of die van
Levinus
durende
lange
4nrpn riï- en alaus ungroeiae wi nei
n de Vrije sch°°.n.ste feest dat „Pulchri"
Academie
Haag, zowel als die j*" -o12n
van Harry Verburg daverend batig saldo
de huidige directeur Kas-
de Arnhemse
Académie, maar ook
bekende schilders
als Louis
Tentoonstellingen
M Roem genoot de club ook om
uhaar „drie-jaarlijkse" tentoon-
nroir Rraam stellingen, die op allerlei adres-
"""f".,?!* sen werden gehouden (van de
Hit «ffirfhuv not ai Nutsbibliotheek aan de Lutherse
tjjd leraar aan de Bur?wal 111 l?07_tot die in „Ex-
Kon. Academie te a"
Den Haag zijn zoals
celsior" aan de Zeestraat in 1930,
te culmineren in die van
t,«goj in de Koninklijke Kunst-
Koppenhagen om van Jaal Kleijkamp aan de gcheve-
no^mm ningsewegl.
Een ietwat kwalijke reputatie
Witjens worden ge-
wereld van onze grootste cultuur- gen van de oude muziek,
historicus prof. J. Huizinga ken- de andere kant het brengen
nen. bevatte deze lezing op de de hedendaagse muziek, maai
keper beschouwd niet veel nieuws, dat de band tussen beide behou- verloopt al gauw
En de Nederlandse toehoorder zal den blijft of dat de brug gesla- F
zeker een vraagteken plaatsen gen wordt,
bij de verklaring van de bloei van
onze „Gouden Eeuw". Maar Prof.
Schmids voordracht reikte -diep en
zette tot denken, tot discussie.
Kamerorkest
Daar was het weloverwogen pro
gramma van het Kamerorkest
van de Hessische Rundfunk. Dean
Dixon, hier ook welbekend, diri
geerde en leverde een bijzonder
interessante bijdrage. Haydn's
Aan het N.C.R.V. Vocaal En- speelse Notturno nr. 1 in C en
ible van Marinus Voorberg Mozart's G-dur Fluitconcert,
aardig en speels, maar
meer niet. Harald Genzmer's Di
vertissement voor fluit en viool
(1962) zet heel virtuoos in, maar
wat dro
ge neobarok. En Sutermeister's
Serenade nr. 2 (1961) voor fluit,
hobo, klarinet, fagot, hoorn en
trompet amuseerde iedéreen
een echte kermisachtige „uit
smijter".
NCRV-Vocaal
Ensemble
viel de eer te beurt het ope
ningsconcert te geven. De „Stadt- Pohlers concerteerde, gaven het
Maar wat uitstak boven alles,
dat waren de Inventlonen (1956)
van Robert Sater voor fluit, viool
en cello. Suter is leerling van
Wladimir Vogel en komt uit de
Kranlchsteiner cursussen in
uitnemende fluitist Klaus Darmstadt. Hij werkt nu als le-
VK turn»»»»niets vermoedende begin .HP D
(natuurlijk!stamp- deze avond. Toen kwam het Con- Beze .mu"ek. gematigd
certino van Janacek, Vo-
halle", de grote concertzaal
Kassei, was (natu
vol en het succes was eno
hartverwarmend groot. Ja
Nederlandse kunstenaars
in het buitenland meer gewaar-
de eerste deel de piano tegenover de
orden hoorn gezet wordt, in deel twee
de klarinet er bij komt en dan
i bet ser'ële taal, toonde talent
trekt volle zalen, ook het Neder- brak zich het n
rakter: ze was beknopt, helder
en delicaat geschreven. Een werk
om te onthouden. Was dit nu een
goed resultaat te noemen van
Eén goed
worden. vallend talent temidden van veel
goedwillende talenten ontdekt
Nog curieuzer werd het daar- in ejk geval is Suter een compo-
na: Study in sononty van Wal- nist, die wat belangrijks te zeg-
lingford Riegger, om met Ernst gen heeft en daarvoor de juiste,
passende vorm weet te vinden.
Trouwens op het congres van
de International Society for Con
temporary Music, dat deze zomer
in Amsterdam werd gehouden,
werd ook al de aandacht op hem
gevestigd.
August Wenzinger
Nu dan de beide concerten van
August Wenzinger en zijn ensem
ble. Wenzinger is een van de
grootste kenners van de gamba
familie, hij doceert te Basel in de
uitvoeringspraktijk van de oude
muziek en bezit een ware virtuo
siteit in het bespelen van deze in
strumenten. Dit alles demon
streerde hij in twee verrukkelijke
concerten. Op het ene werd mu
ziek van de renaissance op het
andere muziek van de barok uit
gevoerd. Daar klonken de pava
nes en gaillardes uit de verzame
lingen van Pierre Attaignant
(1530) in de oude kleur van gam
ba's, blokfluit, zink. kromhoorn,
luit en cembalo: een coloriet als
het prachtige brocaten weefsel
Jet misfcTen^wS he®" de club zi^
^en man als Wiliem door zijn V€le verhuizingen.
Begonnen in een achterkamer
op het Spui. die men al schie
lijk verliet om de stank van wal
mende petroleumlampen waar
bij men moest werken, ging men
achtereenvolgens naar de Am-
munitiehaven, de Balistraat, de
De Riemerstraat, de Regentesse-
laan, de Denneweg en weer te
rug naar de Ammunitiehaven
(thans op de 1ste verdieping
van hetzelfde pand, waarvan
men van 1904 tot 1909 de tweede
etage had bevolkt).
Hierna is de club oneindig
lang geherbergd geweest aan
de Laan Copes van Cattenburgh
117, met als ingang een schil
derachtig poortje, aan welk ver
blijf uw verslaggever zelf, de
aangenaamste herinneringen be
waart. Reden waarom wij de
Een criticus is geen onper
soonlijke instantie, maar een
mens met een geschiedenis.
Als ik de naam Louis Coupe
ras noem, heeft die voor mij
een bijzondere gevoelswaarde,
niet zozeer uit genegenheid of
bewondering, maar omdat de
naam van deze schrijver een
van de eerste was die ik in
dit verband tegenkwam. Bij
bepaalde namen van mensen
en dingen denkt men dikwijls
tegelijk aan de omstandighe
den, waaronder men die na
men of woorden voor het eerst
hoorde. Limonade...een be
zoek van de jeugdige koningin
Wilhelmina aan een school;
het Wilhelmus wordt door de
verschillende klassen op een
verschillende seconde ingezet.
Disponibel... mijn vader koopt
op het abattoir een „beestje";
men handklapt en betuigt; een
koe ligt rochelend en bloedend
tegen de straatstenen te sterven.
Een ritueel geslachte kip flad
dert zonder kop een meter of
wat voort. Zo is de Nederland
se literatuur voor mij openge
gaan in een uitgeverscatalogus
Het Boek ln 1904, aangeschaft
voor een dubbeltje met een bon
uit een advertentieblad. Daar
paradeerden onze letterkundigen.
Jacques Hartog was gestorven,
Querido die ik de grootste
van allemaal vond, hoewel ik
weinig van zijn bijdrage begreep
beleefde zijn opkomst, en dan
had je Herman Heijermans, me
vrouw Van Gogh-Kaulbach, Top
Naeff. Ina Boudier-Bakker. Je
kon deze Nederlandse Olympus
nog overzien, het zag er nog
niet zwart van de grote mannen
als reeds een kwarteeuw later.
Associaties
nederd voelt, dat hij,dan liever
helemaal niet uitgeeft, ja hele
maal niet meer schrijft, die zijn
voor hem, voor 't ogenblik, zo
zeer ernst dat wij aan een die-
Symbool
De lezer voelt er iets van na,
welke associaties opdoemen als
Het geheel maakte een rustige Pe geschoktheid "moeten geïo-
indruk. Ook Couperus .as daar. ven."
ontbreken) ons in de handen
komt. Je vindt Couperus' eigen
uitspraak uit 1913 bewaarheid.
Er staat weinig in. Je zult er
niet in een stil uur in gaan zit- __o __oo_.
ten lezen, zoals in de brieven het honorarium had
van Rilke. Een groter contrast verwende Indische jongen met
En dan leest men later kritie- tussen Couperus en de twaalf zijn homo-erotische aanleg de
en over zijn werk, van Queri- jaar jongere Rilke. als het op betekenis van een symbool: het
do. Van ^Deyssel, Johan de brieven aankomt, is niet denk- stelde het antwoord voor dat de
de brie- mensengemeenschap hem gaf
Couperus i
met een getekend portret
Haverman en een druk stukje
proza over Dionysos. Noch de
man, noch zijn stijl, kon ik r
vergeten.
Kritieken
Van Tricht spreekt dan van
Couperus' innerlijk-onvaste hou
ding tegenover de gemeenschap:
baar. Voor Rilke
ven die hij schreef een deel
wil zijn letterkundige oeuvre en hij Slechte
in verzorgde zijn correspondentie Van Deyssel
die dagen betékende een inter- des te beter, omdat dat bric- griefden hem niet alleen
view nog iets! Couperus venschrijven hem gedeeltelijk teraire redenen. In 1912 ver-
d'Oliveira. dat hij troostte, wanneer zh'n inspiratie klaart Couperus:
kon dus nooit hoog genoeg zijn.
zoals die van
Wereldvrede,
maken hem
dc
Haagsche Schetsclub van "deze
plaats af, maar al te gaarne een
van harte gemeend proficiat toe
wensen met een gestage opgang
naar de volgende zestig
GIJS KORDING
De interviewer steek liet. Men kan niet beter schrijverij uit." Bijzonder fraai
doen en laat de doen dan de Couperuskenner H.
brief mismoedig in zijn la flad- W.
i zijn inleiding
de volzin uit
26 april 1887 aan de re
van Nederland:
„De hoedanigheid var
tisch mensch echter een
voegende bij het ideale i
Sf'Üf, «end kind elen d.t hoe te»,«r P«ëct zoü ik gnnme
ik my voor een deèf'aïn de m™ ho" »«'d ««kon."
nier, waarop hij de taal han
teert, vooral in de kleine, beken-
tenis-achtige stukjes in Van en
over Mijzelf en Anderen. Dan
verveel ik me met EHne Vere
en Majesteit, vergelijk Iskander
met De Oude Waereld van Is.
Querido...kortom, Couperus Is
voor mij iemand, een voorge
leefde manier waarop men
I Verreweg het grootste deel v
delen over collega's, vrienden en
bekenden, waarin dus het tere
„Die factor zit er ongetwijfeld punt van Couperus' verhouding
ook wel in, maar het contrast tot de maatschappij niet zo
tussen de aardige, hoffelijke merkbaar was. Daarom is dit
grand-seigneur Couperus en dit boekje de moeite a
lastpak is te groot, Couperus'
denen weigert, dat hij «lch
(f 2.90) zeker waard; het is een
uitgave van Daamen N.V., Den
Haag.
C. RIJNSDORP
Dokter in
Alaska
Dokter in Alaska, door A. Co-
mandliii. Uitgave H. Mculenhof,
Amsterdam.
De jonge Amerikaanse dokter
Grafton Burke heeft meer dan
dertig jaar als een ware Schweit
zer zijn beroep uitgeoefend in het
barre Alaska, waar hij op hon
derden mijlen in de omtrek de
enige arts was. Zoals in zovele
doktersromans, was het ook hier
zijn vrouw, die hem bijstond in
zijn moeilijke taak. De „blanke
medicijnmeester" heeft heel wat
wantrouwen, bijgeloof, vooroor
deel moeten overwinnen van de in
heemse bevolking, doch tenslotte
won hij het vertrouwen van zijn
grote en kleine natuurkinderen.
Het is een boek vol grappige,
doch ook tragische gebeurtenis
sen. Uit deze roman blijkt niet al
leen hoezeer Burke een onverge
telijke figuur is geworden in Alas
ka, doch ook dat zijn vrouw Adele
Comandini, behalve een toegewijd
echtgenote van een pionier, een
goed schrijfster is. De lezer krijgt
een beeld van Alaska en zijn be
volking en blijft geboeid de bele
venissen van Burke en zijn vrouw
volgen. Het boek is uit het Engela
vertaald door B. J. Eenhoorn.