Onderwijs dient gericht te zijn op jaar 2000 Minister Bot richt blik op toekomst Gezamenlijke inspanning meer dan ooit noodzakelijk Middenbermongelukken dit keer zonder doden Bonn akkoord met kernstop Tomaten en snijbonen brengen tuinder bijna niets op Vriendendienst werd fataal NIEUWE LEIDSE COURANT 7 MAANDAG 12 AUGUSTUS 1963 (Van onze parlementsredactie) TVTOG maar luttele dagen zetelt mr. Theodorus Hendrikus Bot (52) aan de Nieuwe Uitleg in het ministerie van onderwijs, kunsten en wetenschappen. Het gebouwencomplex, dat enigszins schuil gaat achter het grote, grijze betonblok van de Amerikaanse ambassade, is opge trokken uit puur Hollandse baksteen en we nemen aan, dat de nieuwe bewindsman zich hierin thuis voelt, want hij is Hollander pur sang. „Nog twee minuten", zegt de kamerbewaarder als we voor een gesprek met de minister bij hem op de galerij in de plechtstatige ontvangsthal aankloppen. En ook dat past hij de heer Bot, want hij is correct en nauwgezet. Het zijn eigenschappen, die men hem direct aanziet wan neer hij met onmiskenbare charme z'n bezoeker begroet. Hij is slank, kaarsrecht en kwiek en heeft iets van diplomaten-glamour over zich, waardoor hij zich gemakkelijk beweegt ook in de hoogste kringen. Kortom een genteleman, maar bovendien een man, die weet wat hij wil en die zich met ambitie aan z'n nieuwe, verantwoor delijke en veelomvattende taak heeft gezet. Hij gelooft in zichzelf wat allerminst een laakbare eigenschap is en hij gelooft in z'n land. Hoewel nog in de kracht van zijn leven, kan de heer Bot reeds op een afwisselende en boeiende loopbaan te rugzien. „Nee, ik mag zeker niet kla gen over de aard van het werk, dat ik in de loop der jaren heb gedaan". Toen hij in Apeldoorn nog op het gymnasium was, zag zijn vader hem reeds in advocatentoga, maar de ge dachte aan de balie kon de zoon niet bekoren. Theo Bot wilde wat van de wereld zien en toen een affiche in het schoolgebouw attendeerde op de gelijkheid van een interessante werk kring bij het binnenlands bestuur in het toenmalige Nederlands-Indië, zag hij zijn toekomst voor zich. Het werd studeren in Utrecht: Indo logie en Indisch recht met als keuze vakken Japans en Chinees. „Het wi de tijd van die Mantsjoerijse geschiede nis, dat ik mij voor de Japanse taal be gon te interesseren", verduidelijkt hij. Met name aan zijn kennis van he Japans had hij in 1936 een benoeming aan de dienst Oostaziatische zaken te Batavia te danken. Het werk daar bijzonder interessant, maar de oorlog maakte er een einde aan. Toen de Ja panse octopus zijn vangarmen naai onze archipel uitstak, kon de jonge be stuursambtenaar niet langer op zijn bureaustoel blijven zitten: hij vond dat hij er als reserve-officier van de berg- artillerie bij moest zijn, maakte daarom geen gebruik van zijn vrijstelling militaire dienst en kwam in Bandoeng op het hoofdkwartier bij G. II. de afde ling, die belast was met de „intelligen ce". Door de snelheid, waarmee het agressieve keizerrijk de geallieerde macht in de gordel van smaragd brak. is er van werken daar niet veel meer gekomen. Op 8 maart 1942 ging de krijgsgevangenschap in. Krijgsgevangene Onze nieuwe minister van onderwijs heeft het wel geweten, dat hij als reser ve-officier was opgekomen! In weinig woorden wil hij de periode van zijn krijgsgevangenschap afdoen, maar wan neer we er op doorvragen, is hij wel bereid om er iets meer over te vertel len. De ellende begon al toen hij met zo'n 1700 lotgenoten naar Rangoon werd verscheept: het werd een complete do- denvaart, waaraan geen einde scheen te komen. Bijna een maand zwalkte men over zee, terwijl de dood de dysen terie als zeis hanteerde. Een paar hon derd man. kort tevoren nog sterke en gezonde kerels, werden in korte tijd door de „rode loop" geveld en stierven soms enige tientallen op een enkele dag. Het heeft niet veel gescheeld of de heer Bot was daar ook bij geweest. Met veertien anderen, die het waarschijnlijk ook niet lang meer zouden maken, werd hij na aankomst in Rangoon in een zie kenhuis opgenomen. Voor twaalf van de vijftien moest in Rangoon een graf worden gedolven. „Als je langer had gevochten, zou je waarschijnlijk ook dood zijn geweest", zei een Jap met een merkwaardig besef van logica te gen hem. Hijzelf genas wonder boven wonder. In het Birmese oerwoud is hij negen maanden tolk Engels-Maleis geweest. „Nee, Japans heb ik daar niet gespro ken; ik kon het niet over mijn lippen krijgen". Naar bekend werkten aan de beruchte Birma-spoorweg een 60.000 Europeanen, waarvan ruim een derde bezweek. „We zullen deze spoorlijn bou wen op jullie skeletten en jullie bloed ge bruiken als cement", schreeuwde de Ja- Invul-puzzel Dorden invullen c lis hebben. 1. ad 2- knaagdier, 3. kerkelijk zangstuk. OP1XXSSING VORIGE POZZRL gMANterie. scHandEUjk, beTreKktng, mOR- pmSTcr. VErlETdiNg, DoorzeTtcn. pRedi- Kaüe. oottrekKEN. De regwarijte hitdt: _Aeo panse commandant bij de „verwelko ming". Hij heeft woord gehouden! ,Als ik ons zo bezig zag, een krioe lende massa mannen met alleen maai een lendendoekje om. moest ik vaak den ken aan de afbeeldingen uit onze jon gensjaren van de slavenarbeid bij de pyramidenbouw in Egypte", vertelt de heer Bot levendig maar zonder senti mentaliteit. Deze periode is in zijn ge heugen gegrift. „Zo op de rand van hel bestaan zag je hoeveel een mens waard was". Er -dateren uit die tijd hechte vriendschappen. Naar Nederland Na de capitulatie van Japan za heer Bot zijn vrouw terug, die met de drie kinderen in het Tjidenkampt te Bata via had gezeten- Sindsdien is het gezin gegroeid en telt het zeven kinderen, waarvan de oudste 25 is en de jongste drie en een half. Eind februari 1946 patrieerde het gezin met de Oranje op 1 april van dat jaar aanvaardde de heer Bot een functie op het ministerie van overzeese gebiedsdelen. Hij had eer belangrijk aandeel in de herziening var de staatsregelingen voor de beide West- Indiën en maakte in verband daarmee een reis naar de West. „Mijn vriend schap met de heer Pos dateert dan ook l van 1947". Van medio 1948 tot medio 1949 bleef de heer Bot wederom in ons malig rijksdeel in Azië. Hij was politiek adviseur van de Hoge Vertegenwoordi ger van de Kroon en adjunct-secretaris generaal van de Ronde Tafel Conferen tie. Na de soevereiniteitsoverdracht be kleedde hij dezelfde functie bij de Ne derlands-Indonesische Unie. Buitenlandse zaken Eind 1953 kwam er een nieuwe wending in z'n leven toen de heer Bot werd gezocht voor een functie op Buitenland- Zaken. Hij werd toen chef directie westelijke samenwerking, welke enkele jaren later werd 'omgedoopt in directie Navo- en W.E U.-aangelegen- heden. Z'n tijd op Buitenlandse Zaken behoort tot de meest interessante van z'n car- De problematiek van de westelijke sa menwerking pakte h\j aan als een man, ervan overtuigd is dat Nederland, mede op grond van zijn historie, in de wereld en in het Europa van vandaag belangrijke rol kan spelen. Z'n werk Atlantisch en Europees verband heeft hem niet gemaakt tot een wat kleurloze Europeaan, voor "wie het Ne derlanderschap niet veel betekent. In te gendeel, zonder bombastische vader landslievendheid ten toon te spreiden, laat hü z'n bezoeker voelen, dat hij er trots op is Nederlander te zijn. De heer Bot gaat allerminst gebukt onder koloniale schuldgevoelens wat voor velen bij uitstek blijk van een ethi sche gezindheid schijnt te zijn omdat hij maar al te goed weet hoeveel goeds in het voormalige Nederlands-Indië is verricht. Natuurlijk hebben zich gevallen van uitbuiting voorgedaan en zijn er po litieke fouten begaan, maar waar is dat niet het geval geweest? De man, die in 1959 opnieuw „switchte" en zich als staatssecretaris wederom met overzee se rijksdelen ging bezighouden, ziet z'n arbeid ten behoeve van de ontwikkeling land en volk in Nieuw-Guinea be slist niet als geheel tevergeefs. Nieuwe taak De nieuwe minister is een liefhebber van paardrijden, skiën en van bergbe klimmen. Sporten, die niet helemaal zonder gevaar zijn oefenen aantrekkings kracht op hem uit. We veronderstellen in ons onderhoud, dat deze trek in zijn karakter wel eens een verklaring zou kunnen zijn van zijn ja-zeggen, toen de formateur vroeg om O.K. en W. te gaan „runnen". Minister Bot ontkent noch be- bevestigt het. Maar O.K. en W. mag dan een mammoet-departement zijn met veelzijdige taken, het is zo zegt hij een zeer deskundig en goed lopend ap paraat. Zijn parlementaire ervaring als Kamerlid beperkt zich tot tien (,zeer interessante en voor mij waardevolle") weken tijdens de kabinetsformatie hij maakte toen deel uit van de KVP-frac- tie maar departementale ervaring heeft hü des te meer. Naar mag den aangenomen hebben de ambtenaren reeds nu kunnen merken dat zü hem op dit gebied geen knollen voor citroenen kunnen verkopen. En natuurUjk probe- n zü dat ook niet. De minister spreekt i al met grote lof over de wüze, i men hem ten departemente tegemoet getreden. Als we de nieuwe bewindsman vragen wat hü als het belangrijkste nieuwe taak ziet, wil hü geen gemeen plaatsen debiteren als „Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst". Maar intus sen ligt er voor hem in dit spreekwoord een zinvolle gedachte „Er wordt vaak gezegd, dat onze geestelijke ontwikkeling achter blijft bij de technische. Welnu, ik zou graag een steentje bijdragen tot de vorming van de mens op dit ge bied voor zeg het jaar 2000.' Voor niets is de minister zo bang als v.oor „weltfremd" zijn van het onder- wüs, van het lager maar evengoed van het wetenschappelijk onderwijs. „De culturele en geesteÜjke vorming waarbij we in deze tyd van ver- technisering ons meer dan ooit re kenschap moeten geven van de eigen persoonlükheid dient voort durend aangepast te worden aan de maatschappelüke ontwikkeling." „Slechts ccn nationale inspanning, ge ïnspireerd door wat ons als natie ver enigt en ten volle rekening houdende met de geestelyke stromingen van ons -oik, zal in staat zijn te verzekeren, dat ins geestelijke en culturele leven zich met de toeneming van de materiële wei aart eveneens krachtig büjft ont plooien". De heer Bot verwüst graaj deze passage uit de regeringsver klaring. Met alle respect voor de zuilen lükt hij graag nadruk te leggen op het geen moet verbinden, op nationale menwerking. Daarom wordt in de geringsverklaring büvoorbeeld ook voor het eerst gesproken over eei nationaal wetenschapsbeleid. „Men den ke hierbij bijvoorbeeld aan een sa menwerking tussen universiteitsresearch particuliere research, opdat Neder land ook op wetenschappehjk en indus trieel gebied zün rol in de wereld goed kan meespelen en voorts een waarde- olle bijdrage kan leveren aan de ken nisoverdracht aan de onderontwikkelde gebieden." Het is onmiskenbaar dat zijn noem het patriottische gezindheid voor de heer Bot ook in zijn nieuwe werkkring een stimulans is. Vooral door het onderwijs wordt een volk gevormd, dat in internationaal verband iets heeft bü te dragen aan het geheel. Het nationale aspect in het interna tionale denken van de heer Bot zien we in samenhang met zün open katholicls- Minister Bot: blik in de toekomst me. „Ik heb onder niet-katholieken veel vrienden; ik ben ook op een openbaar gymnasium en op een rijksuniversiteit geweest," vertelt hij. Het is zeker geen toevalligheid, dat minister Bot behalve Teilhard de Chardin ook graag Romano Guardini leest, een van de vertegen woordigers van de progressieve stro ming in het nieuwere katholicisme. Guardini is de man, die er op heeft ge hamerd, dat we met ons geloof, theologie, maar vooral met onze ethiek moeten staan in de volle werkelijkheid het leven. Voor minister Bot geldt dit niet minder voor onderwijs en opvoe ding. Kordaat optreden redt levens Twee „middenbermongelukken" zijn dit weekeinde voorgevallen. Op miraculeuze wijze waren bij deze ongelukken geen doden te betreu ren. Slechts een jongetje werd licht gewond. Op de rijksweg AmsterdamUtrecht in de gemeente Loenersloot waren gisteravond niet minder dan vüf wa gens bü het ene ongeluk betrokken Twee ervan slipten, schoten door de middenberm en 6loegen op de tegen- overegestelde rijbaan over de kop. Een jongetje dat in een van deze wagens zat. werd licht gewond. Doordat een chauffeur van een inha lende waigen door een of andere oor zaak schrok, raakte zün wagen een an dere auto. schoot door de middenberm sloeg over de kop. Een met grote snelheid rijdende tegenligger kon nog juist remmen. Later werd de veronge lukte wagen nog weer aangereden door een adbteropkomer. Een passerende automobilist schrok van de plotseling voor hem opdoemende rode lichten, remde, slipte en sloeg ook door de middenberm. Op de andere weghelft gelukkig leeg sloeg hij over de kop. Ontdaan maar ongedeerd kroop hij uit zün wagen. Koelbloedig Dank zü de koelbloedigheid van een door een aanrijding getroffen automobi list is zaterdagavond laat een door schieter op de middenberm onder Sas- senheim zonder persoonlük letsel en verdere botsingen afgelopen. De 19-jarlge Van der P. uit Heem- (Vervolg van pagina 1) Bij het ratificeren van het verdrag dient de Senaat volgens Rockefeller de president in kennis te stellen van zijn be zorgdheid omtrent het verdrag en var de maatregelen, die de Senaat noodzake- MJk acht om de defensieve vrijheid var de Ver. Staten te handhaven. Deze maat regelen dienen o.a. te zijn: handhaving van het militaire vermogen om de com munistische agressie tegen vrije volke ren af te weren en te weerstaan, de ont wikkeling van anti-raketwapens, voor- bereiding van een reeks proeven in dt dampkring voor het geval het verdrag zou worden opgezegd, versterking van eenheid en kracht van de N.A.V.O., die verzwakt zijn door de wijze, waarop de onderhandelingen In Moskou zün ge voerd, het tekenen van een verklaring, dat het verdrag het Oostduitse regiem in geen enkele zin erkenning verschaft en dat het ook niet inhoudt, dat de Ver. Staten de verdeling van Duitsland aan vaarden. 't instellen van een ruimte-in spectie om proefnemingen in de ruimte te controleren, duidelijk te stellen, dat het verdrag geen kernproeven voor vreedzame doeleinden verbiedt, zoals het aanleggen van nieuwe havens of van nog Panamakanaal. Een 36-jarige. in Amsterdam wegens diefstal uit een auto gearresteerde Duit ser heeft zondagmiddag in zün cel op het hoofdbureau van politie de hand aan zichzelf geslagen. Hoewel de celwacht er onmiddellijk bÜ was. kon hulp niet meer baten. Ook de Duitse politie had belangstelling voor de arrestant. Veilingoverzicht TER AAR Het is een droeve bedoening geworden op de veiling in dc afgelopen week. Groeiende aanvoeren, dalende prijzen en veel doordraai En dat, terwijl de exportmogelijkheden naar Duitsland weer beter waren. Maar al is bet mogelijk om te exporteren, eerst zal toch de buitenlandse klant bestellingen moeten doen tegen een redelijke prijs. Dat bleek duidelijk bij dc augurken en komkommers. stede werd van achteren aangereden door Van der L. uit Amsterdam. De ge raakte wagen vloog door de midden berm en kwam op de andere rijbaan te liggen. Van der P. wrong zich uit de wrakstukken, maar zijn verloofde die gelukkig geen letsel opliep kon zich niet zo snel redden. Gezien het gevaar voor het van L/isse komende verkeer rende Van der P de weg op en kon aansnellende auto's tijdig tot staan bren gen. De veroorzaker van het ongeluk had onder invloed van sterke drank gereden. Zijn rijbewüs is ingenomen. Van augurken is de aanvoer groter geworden. De handel bleef flauw waar dat nog mogehjk was, zakte de prijs verder. Z0 kwam tegen het midden van eek elke sortering bij de rr prijs te liggen en was men al dankbaar als geen doordraai optrad. De handel was moeilük en alleen de binnenlandse Industrie kocht. Ook de kleine sorterin gen, waarop men hoop had gevestigd, moesten met een lage prys genoegen men. Alleen voor sortering B werd een uitvoervergunning gevraagd. Het is tuurlyk nog mogelük, dat er opleving komt door uitvoer naar Duitsland. 1 voorlopig is dit nog een open vraag. De komkommers brachten het er iets beter af. Voor de sorteringen AA, A B waren weer klanten te vinden; zelfs de export wilde weer meedoen. Dat be tekende nog niet, dat de prijs met spron gen omhoog ging: die bleef laag tot matig en veel ging weg voor de laagst toelaat bare veilingprüs. Er waren ook moeilük. heden met de mlddellü'n van de kom kommers. In de nieuwe uitvoerbepaling is hiervoor een mindere doorsneelijn vastgesteld. De kwaliteit van de komkommers heel goed. Ook de tomaten deelden in de alge- ene malaise. De handel was maar traag vooral naar het buitenland. Toch werd nog wel voor export gekocht, maar de prys was lager dan vorige week. De kwa liteit is heel goed en zelfs de kleur i: zodanig, dat tomaten vrijwel direct vooi consumptie geschikt zün. De snübonen, die tegen het eind var de voorgaande week een opleving in de prijs ondervonden, zün de afgelopen weer op een laag niveau terugge vallen. Zeker, over de kwaliteit valt ook et te roemen, maar de handel is lui De pry's schommelt rond het mi um van 30 cent per kilo en zodra aar wat aan mankeert staat de wijzer in de klok niet stil en moet goedingsfonds er aan te pas komen. En Nu stond het gammele gevalletje voor de in- ang van het hoofdkantoor van de Far Eastern shipping Corporation. Op de marmeren treden stond een imposante Bengalees, compleet met baard en turban, die als een Cerberus waakte over wat in en uit ging. Toen Mr. Peck, was binnengeglipt, was de Bengalese portier in de houding gesprongen en had voor hem gesalueerd als ware hü de Groot-Mogol in per soon. Vriendelyk tikte Mr. Peck aan zijn zonne- helm, terwyl hy mompelde: ..Tabeh, Singh Rham- sat", waarop het Bengaalse hart van trots zwol. In de directiekamer van de Far Eastern Ship ping Corporation troonde Fu Ah Lie in een per fect gesneden shantung pak. Uit zijn borstzakje gluurde koket een wit zijden zakdoekje. Al mocht dan de „oudste" nog trouw zijn gebleven aan de ouderwetse staart. Ah Lie's gitzwarte haar lag in een keurige scheiding op zijn schedel. Brillan tine was er niet vreemd aan. Met een zacht metaalgerinkel tolde boven zijn hoofd een elektrische ventilator als een dolle in het rond. zodat alle papieren op zijn imposant mahonie schrijfbureau door loodjes in toom ge houden moesten worden. Maar toch fladderden de hoeken van die documenten met een zacht geritsel voortdurend op en neer. Het klonk als het ruisen van de wind door dorre blaren. Toen Mr. Peck de kamer binnentrad, was Ah Lie hem onmiddellijk tegemoet getreden om hem te begroeten met een ongeveinsde eerbied, die slechts weinig Westerlingen ten deel valt. Van zelfsprekend beheerste Ah Lie de Engelse taal volkomen, maar van tüd tot tijd kwam de bloem rijke geest van zijn moedertaal even om het hoekje gluren. „Goeden morgen, Mr. Peck. Het is een bijzon der grote eer, die U ons bewüst. Gaarne had ik, zoals U begrypen zult, het onderhoud bij U op kantoor gehouden. Het was werkelijk niet de moeite waard U voor mij te derangeren. Mijn benen zyn jonger dan de Uwe." Mr. Peck glimlachte. „Inderdaad een heel stuk jonger Ah Lie, maar de benen van mijn gharry-hit zijn toch in r geval nog jonger. Jonge benen zün een baar bezit, Ah Lie. Jonge en verstandige hoofden eveneens." ONDER VALSE VLAG „Het zijn niet alle jongei-en, die daax'van zo overtuigd zyn. De jeugd is onstuimig en wan neer ze in opstand komt tegen de bezonkenheid der ouderen kunnen we dat ook niet altijd ten kwade duiden. Dat is nu eenmaal de natuur, Ah Lie". „Als steeds hebt U gelijk, Mr. Peck, maar de best verzorgde akker wordt overwoekerd door boos kruid als wij de natuur vrij spel geven." „Je woorden zyn bijna te wüs voor je jaren." „Het zijn niet mijn woorden, Sir; het zün de woorden van de „oudste", die ik tot de mijne ge maakt heb." „De „oudste" is een goed en wijs man. Hij is een voorbeeld voor velenantwoordde Mr. Peck, die meende hiermede te hebben voldaan aan de plichtplegingen, die het Oosten nu een maal eist. „Ik heb met de „oudste" gesproken over de zaak. die me hierheen voerde: het ongeval met de „Kweichow", waarbij ongelukkig verschillen de slachtoffers het leven hebben moeten laten." „Wy moeten accepteren en berusten." ,En zij, die meenden verloren te zijn, wel in Penang binnen bracht. En zo komen we tot het punt, waarover wij moeten trachten het eens te worden." Fuh Ah Lie hing iets onderuit gezakt in zyn stoel. Hij knikte bevestigend, terwijl zijn slanke rechtei-hand met een bx-iefopener speelde. Mr. Peck vervolgde: „De „Faix-y Queen" heeft uit de aard van de zaak recht op een bergloon. Dat is punt één. waaraan geen ontkomen is". Weer knikte Fu Ah Lie. „Het is een groot geluk voor de .Fairy Queen", zei hij. „Een groot geluk", bevestigde Mr. Peck. „Voor ons is het ook een groot geluk, dat de ..Fairy Queen" een gezagvoerder heeft die een verstandig man is en even weinig gesteld op in menging van mannen in toga's en beffen als wij. Zijn redery is niet al te kapitaalkrachtig en zij verlangen niet het onderste uit de kan, wanneer wij deze zaak in onderling overleg kunnen rege len." „Ik herinner mij de tyd niet, dat onze schadu wen de drempels van een gerechtsgebouw heb ben verduisterd. Dank zy Uw wijze voorlichting. Waarom zouden wij ook nu niet de weg van het verstand en de redelijkheid kiezen? Maar, ik moet natuurlyk met een gefundamenteerd en voordelig voorstel bij de assuradeuren kunnen komen". „Juist", beaamde Mr. Peck. „Met een con creet voorstel, waarmede beide partyen bij voor baat akkoord gaan. Ik heb de polissen bestudeerd; ik heb de jurisprudentie er op nageslagen; ik heb met kapitein Beunders gesproken, die mij volmacht heeft gegeven een regeling te treffen. Dus Ah Lie, het is nu aan ons de cijfers te be- küken en een bedi'ag voor te stellen. Ik heb hier het een en ander op papier gezet en je moet dat dan maar eens rustig bekijken. Laat me dan je mening weten en als de Far Eastern Shipping zich hiermee kan verenigen, zal ik, in dien je daarmee akkoord gaat, de kwestie ver der met de assuradeuren opnemen. Ze mochten willen, dat ze bij elke schade er zo af zouden komen Nooit heeft kapitein Beundei's het gevoel kun nen beschryven, dat hem bestormde toen hy een cheque van de „Far Eastern Bank Ltd" ten bedrage van 20.000 onder de neus van de con sul hield. Hy deed geen mond open en grinnik te alleen maar zo'n beetje. (Wordt vervolgd) dan te weten, dat er ook partyen kas- snijbonen bü zün, die doordraaien. Bof fers zijn de tuinders, die hun teelt van snijbonen hebben gecontracteerd tegen de prijs van 50 ct per kilo. De oogst hiervan is ook goed. Appelen en peren De prinssesenbonen van de stam zyn ook goedkoop geworden, die van de stok zyn W8t beter genoteerd. De kwaliteit van belde is heel goed. Pronkbonen, waarvan de begint, ondervonden wat betere belan- stelling, waardoor de prüs matig goed was. Andijvie was beter te verkopen dan vorige week. De aanvoer is niet groot, de kwaliteit heel goed. Waspeen was ook moeilijk te plaatsen en dan nog tegen een lage prüs, maar dit is de laatste jaren normaal geworden. Uien zün graag gezocht tegen een goe de prüs, maar de aanvoer is klein. Bloemkool was tegen het eind Van de afgelopen week wat meer gevraagd. De kwalitèit is maar matig, maar dé handel is wat vlotter geworden. De eerste peren en appelen zün ook weer verschenen en ze maakten een be hoorlijke prüs. De handel in aardappelen is bijna dood. De aardappelen zijn slecht te vei-kopen en bovendien komt er ziek in voor. Augurkenveiling Deze week zullen de augurken wor den geveild op dinsdag, woensdag en zaterdag. Een vriendendienst, verleend aan de 31-jai-lge kraanwagenchauffeur J. G. Lempe uit Leeuwarden, heeft de 25-jari- ge fabrieksarbeider Y. Greben uit de zelfde stad het leven gekost. Greben ging met Lempe mee om te helpen toen deze opdracht kreeg met een kraanwagen een geslipte auto uit een sloot langs de rijksweg Bergum-Drachten te trekken. Terwül dit werk aan de gang was, gemarkeerd door een fel geel zwaai licht, vloog een busje, bestuurd door de 29-jarige J. Paulusma uit Bergum, met grote snelheid op de kraanwagen. De heer Greben liep daarbü zwaTe kwets- op. Hü overleed in het diaconessen- huis in Leeuwarden. Chauffeur Lempe, die in de katolne zat, kreeg een hoofd wond en een shock. De bestuurder van het busje die met een kaakfractuur ln het ziekenhuis ïn Dokkum ligt, is onder arrest gesteld we gens rijden onder invloed van drank. Zün passagier, de 21-Jarige F. de L. uit Drie die in het wrak van het busje be kneld zat. ligt met een dübeenfractuur ln het diaconessenhuis in Leeuwarden. Tüdens rangeerwerkzaamheden op 't haventerrein van de staatsmijnen in Stein is gistermorgen de 59-jarige Hu- bert Baltus uit Maastricht onder een wagon terecht gekomen. Hij was vrüwel onmiddellijk dood. Vrij dagavond is op de kruising van de provinciale weg te Ingen in de Be tuwe een personenauto, bestuurd door G, D. van de Horst, in botsing gekomen met een vrachtwagen met stenen. De echtgenote van de bestuurder, de 52- jarige mevr. J. van de Horst-van Ca- pelle, was op slag dood. Van de Horst werd in levensgevaarlijke toestand in een ziekenhuis in Tiel opgenomen. In het weekeinde is ook hij overleden. De personenauto werd geheel vernield. De 35-jarige heer P. Rooyackers uit Nuenen is in het meer bü Zeil am See (Oostenrijk) verdx-onken. Dc heer Rooy- ackex-s nam deel aan een groepsreis. Hij ongehuwd. Het stoffelijk overschot is door dulkex-s geborgen. Een Amsterdamse bromfietser, de 62-jarige K., werd zaterdag door een hem achteropkomende motor aangereden toen richting wilde veranderen zonder zün hand uit te steken. K. overleed in het Wilhelmlnagasthuis. TER AAR Botsing op kruising Vrijdagmiddag had een hutobotsing plaats op de viersprong bij Aardam. De heer. B. uit Nieuwveen kwam met Zün auto langs de Oostkanaalweg, richting Alphen aan den Rün, en passeex-de de kruising met vrij grote snelheid zonder voox-rang te verlenen aan een personen- van de Kerkweg af de kruising overstak. In deze wagen zaten inwoners Delft, die met vakantie waren. De auto van de heer B. sloeg een slag om reed achtei-uit de sloot in, de andere wagen bleef op dc weg De materiële schade was aanzienlijk, vooral aan de wagen uit Delft. De betx-okkenen had den slechts lichte verwondingen. Opnieuw is gebleken hoe gevaarly'k dit onoverzichtelijke ki-uispunt is. zelfs voor degenen, die er bekend zijn. hoi ==ö<3nFRiiLeii cm x ZCILCM 10 ZW O'.iMsanl polder io Nnu v Don*fdi)if .OEI.INA BROERE I Geertje liulunv Verdlwhe oil Sroölx-dSv"! 0 Hydra 10 Royal Uoveren Uondsbü.vcli Jmalia 10 Trondhel i..lin M II p OelSD' KORENDIJK 10 An I'M I* Uk 17 llainptor ROBLOI' HOLWERDA I RC&-.1, ir;l8«!a""Duln*ert ÖAfll'FOON III N 1 •d'.'m'ïo'zw c

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 7