Onderwijs dient gericht
te zijn op jaar 2000
Minister Bot richt blik op toekomst
Gezamenlijke inspanning
meer dan ooit noodzakelijk
Middenbermongelukken
dit keer zonder doden
Bonn akkoord
met kernstop
Tomaten en snijbonen brengen
tuinder bijna niets op
Vriendendienst
werd fataal
NIEUWE LEIDSE COURANT
7
MAANDAG 12 AUGUSTUS 1963
(Van onze parlementsredactie)
TVTOG maar luttele dagen zetelt mr. Theodorus Hendrikus Bot (52)
aan de Nieuwe Uitleg in het ministerie van onderwijs, kunsten en
wetenschappen. Het gebouwencomplex, dat enigszins schuil gaat achter
het grote, grijze betonblok van de Amerikaanse ambassade, is opge
trokken uit puur Hollandse baksteen en we nemen aan, dat de nieuwe
bewindsman zich hierin thuis voelt, want hij is Hollander pur sang.
„Nog twee minuten", zegt de kamerbewaarder als we voor een gesprek
met de minister bij hem op de galerij in de plechtstatige ontvangsthal
aankloppen. En ook dat past hij de heer Bot, want hij is correct en
nauwgezet. Het zijn eigenschappen, die men hem direct aanziet wan
neer hij met onmiskenbare charme z'n bezoeker begroet.
Hij is slank, kaarsrecht en kwiek en heeft iets van diplomaten-glamour
over zich, waardoor hij zich gemakkelijk beweegt ook in
de hoogste kringen. Kortom een genteleman, maar bovendien een man,
die weet wat hij wil en die zich met ambitie aan z'n nieuwe, verantwoor
delijke en veelomvattende taak heeft gezet. Hij gelooft in zichzelf wat
allerminst een laakbare eigenschap is en hij gelooft in z'n land.
Hoewel nog in de kracht van zijn
leven, kan de heer Bot reeds op een
afwisselende en boeiende loopbaan te
rugzien. „Nee, ik mag zeker niet kla
gen over de aard van het werk, dat
ik in de loop der jaren heb gedaan".
Toen hij in Apeldoorn nog op het
gymnasium was, zag zijn vader hem
reeds in advocatentoga, maar de ge
dachte aan de balie kon de zoon niet
bekoren. Theo Bot wilde wat van de
wereld zien en toen een affiche in het
schoolgebouw attendeerde op de
gelijkheid van een interessante werk
kring bij het binnenlands bestuur in
het toenmalige Nederlands-Indië, zag
hij zijn toekomst voor zich.
Het werd studeren in Utrecht: Indo
logie en Indisch recht met als keuze
vakken Japans en Chinees. „Het wi
de tijd van die Mantsjoerijse geschiede
nis, dat ik mij voor de Japanse taal be
gon te interesseren", verduidelijkt hij.
Met name aan zijn kennis van he
Japans had hij in 1936 een benoeming
aan de dienst Oostaziatische zaken te
Batavia te danken. Het werk daar
bijzonder interessant, maar de oorlog
maakte er een einde aan. Toen de Ja
panse octopus zijn vangarmen naai
onze archipel uitstak, kon de jonge be
stuursambtenaar niet langer op zijn
bureaustoel blijven zitten: hij vond dat
hij er als reserve-officier van de berg-
artillerie bij moest zijn, maakte daarom
geen gebruik van zijn vrijstelling
militaire dienst en kwam in Bandoeng
op het hoofdkwartier bij G. II. de afde
ling, die belast was met de „intelligen
ce". Door de snelheid, waarmee het
agressieve keizerrijk de geallieerde
macht in de gordel van smaragd brak.
is er van werken daar niet veel meer
gekomen. Op 8 maart 1942 ging de
krijgsgevangenschap in.
Krijgsgevangene
Onze nieuwe minister van onderwijs
heeft het wel geweten, dat hij als reser
ve-officier was opgekomen! In weinig
woorden wil hij de periode van zijn
krijgsgevangenschap afdoen, maar wan
neer we er op doorvragen, is hij wel
bereid om er iets meer over te vertel
len. De ellende begon al toen hij met
zo'n 1700 lotgenoten naar Rangoon werd
verscheept: het werd een complete do-
denvaart, waaraan geen einde scheen
te komen. Bijna een maand zwalkte
men over zee, terwijl de dood de dysen
terie als zeis hanteerde. Een paar hon
derd man. kort tevoren nog sterke en
gezonde kerels, werden in korte tijd
door de „rode loop" geveld en stierven
soms enige tientallen op een enkele
dag.
Het heeft niet veel gescheeld of de
heer Bot was daar ook bij geweest. Met
veertien anderen, die het waarschijnlijk
ook niet lang meer zouden maken, werd
hij na aankomst in Rangoon in een zie
kenhuis opgenomen. Voor twaalf van
de vijftien moest in Rangoon een graf
worden gedolven. „Als je langer had
gevochten, zou je waarschijnlijk ook
dood zijn geweest", zei een Jap met
een merkwaardig besef van logica te
gen hem. Hijzelf genas wonder boven
wonder.
In het Birmese oerwoud is hij negen
maanden tolk Engels-Maleis geweest.
„Nee, Japans heb ik daar niet gespro
ken; ik kon het niet over mijn lippen
krijgen". Naar bekend werkten aan de
beruchte Birma-spoorweg een 60.000
Europeanen, waarvan ruim een derde
bezweek. „We zullen deze spoorlijn bou
wen op jullie skeletten en jullie bloed ge
bruiken als cement", schreeuwde de Ja-
Invul-puzzel
Dorden invullen c
lis hebben. 1. ad
2- knaagdier, 3. kerkelijk zangstuk.
OP1XXSSING VORIGE POZZRL
gMANterie. scHandEUjk, beTreKktng, mOR-
pmSTcr. VErlETdiNg, DoorzeTtcn. pRedi-
Kaüe. oottrekKEN. De regwarijte hitdt: _Aeo
panse commandant bij de „verwelko
ming". Hij heeft woord gehouden!
,Als ik ons zo bezig zag, een krioe
lende massa mannen met alleen maai
een lendendoekje om. moest ik vaak den
ken aan de afbeeldingen uit onze jon
gensjaren van de slavenarbeid bij de
pyramidenbouw in Egypte", vertelt de
heer Bot levendig maar zonder senti
mentaliteit. Deze periode is in zijn ge
heugen gegrift. „Zo op de rand van hel
bestaan zag je hoeveel een mens waard
was". Er -dateren uit die tijd hechte
vriendschappen.
Naar Nederland
Na de capitulatie van Japan za
heer Bot zijn vrouw terug, die met de
drie kinderen in het Tjidenkampt te Bata
via had gezeten- Sindsdien is het gezin
gegroeid en telt het zeven kinderen,
waarvan de oudste 25 is en de jongste
drie en een half. Eind februari 1946
patrieerde het gezin met de Oranje
op 1 april van dat jaar aanvaardde de
heer Bot een functie op het ministerie
van overzeese gebiedsdelen. Hij had eer
belangrijk aandeel in de herziening var
de staatsregelingen voor de beide West-
Indiën en maakte in verband daarmee
een reis naar de West. „Mijn vriend
schap met de heer Pos dateert dan ook
l van 1947".
Van medio 1948 tot medio 1949
bleef de heer Bot wederom in ons
malig rijksdeel in Azië. Hij was politiek
adviseur van de Hoge Vertegenwoordi
ger van de Kroon en adjunct-secretaris
generaal van de Ronde Tafel Conferen
tie. Na de soevereiniteitsoverdracht be
kleedde hij dezelfde functie bij de Ne
derlands-Indonesische Unie.
Buitenlandse zaken
Eind 1953 kwam er een nieuwe wending
in z'n leven toen de heer Bot werd
gezocht voor een functie op Buitenland-
Zaken. Hij werd toen chef
directie westelijke samenwerking, welke
enkele jaren later werd 'omgedoopt in
directie Navo- en W.E U.-aangelegen-
heden.
Z'n tijd op Buitenlandse Zaken behoort
tot de meest interessante van z'n car-
De problematiek van de westelijke sa
menwerking pakte h\j aan als een man,
ervan overtuigd is dat Nederland,
mede op grond van zijn historie, in de
wereld en in het Europa van vandaag
belangrijke rol kan spelen. Z'n werk
Atlantisch en Europees verband
heeft hem niet gemaakt tot een wat
kleurloze Europeaan, voor "wie het Ne
derlanderschap niet veel betekent. In te
gendeel, zonder bombastische vader
landslievendheid ten toon te spreiden,
laat hü z'n bezoeker voelen, dat hij er
trots op is Nederlander te zijn.
De heer Bot gaat allerminst gebukt
onder koloniale schuldgevoelens wat
voor velen bij uitstek blijk van een ethi
sche gezindheid schijnt te zijn omdat
hij maar al te goed weet hoeveel goeds
in het voormalige Nederlands-Indië is
verricht. Natuurlijk hebben zich gevallen
van uitbuiting voorgedaan en zijn er po
litieke fouten begaan, maar waar is dat
niet het geval geweest? De man, die in
1959 opnieuw „switchte" en zich als
staatssecretaris wederom met overzee
se rijksdelen ging bezighouden, ziet z'n
arbeid ten behoeve van de ontwikkeling
land en volk in Nieuw-Guinea be
slist niet als geheel tevergeefs.
Nieuwe taak
De nieuwe minister is een liefhebber
van paardrijden, skiën en van bergbe
klimmen. Sporten, die niet helemaal
zonder gevaar zijn oefenen aantrekkings
kracht op hem uit. We veronderstellen
in ons onderhoud, dat deze trek in zijn
karakter wel eens een verklaring zou
kunnen zijn van zijn ja-zeggen, toen de
formateur vroeg om O.K. en W. te gaan
„runnen". Minister Bot ontkent noch be-
bevestigt het. Maar O.K. en W. mag dan
een mammoet-departement zijn met
veelzijdige taken, het is zo zegt hij
een zeer deskundig en goed lopend ap
paraat. Zijn parlementaire ervaring als
Kamerlid beperkt zich tot tien (,zeer
interessante en voor mij waardevolle")
weken tijdens de kabinetsformatie hij
maakte toen deel uit van de KVP-frac-
tie maar departementale ervaring
heeft hü des te meer. Naar mag
den aangenomen hebben de ambtenaren
reeds nu kunnen merken dat zü hem op
dit gebied geen knollen voor citroenen
kunnen verkopen. En natuurUjk probe-
n zü dat ook niet. De minister spreekt
i al met grote lof over de wüze,
i men hem ten departemente tegemoet
getreden.
Als we de nieuwe bewindsman vragen
wat hü als het belangrijkste
nieuwe taak ziet, wil hü geen gemeen
plaatsen debiteren als „Wie de jeugd
heeft, heeft de toekomst". Maar intus
sen ligt er voor hem in dit spreekwoord
een zinvolle gedachte
„Er wordt vaak gezegd, dat onze
geestelijke ontwikkeling achter
blijft bij de technische. Welnu, ik
zou graag een steentje bijdragen tot
de vorming van de mens op dit ge
bied voor zeg het jaar 2000.' Voor
niets is de minister zo bang als v.oor
„weltfremd" zijn van het onder-
wüs, van het lager maar evengoed
van het wetenschappelijk onderwijs.
„De culturele en geesteÜjke vorming
waarbij we in deze tyd van ver-
technisering ons meer dan ooit re
kenschap moeten geven van de
eigen persoonlükheid dient voort
durend aangepast te worden aan de
maatschappelüke ontwikkeling."
„Slechts ccn nationale inspanning, ge
ïnspireerd door wat ons als natie ver
enigt en ten volle rekening houdende
met de geestelyke stromingen van ons
-oik, zal in staat zijn te verzekeren, dat
ins geestelijke en culturele leven zich
met de toeneming van de materiële wei
aart eveneens krachtig büjft ont
plooien". De heer Bot verwüst graaj
deze passage uit de regeringsver
klaring. Met alle respect voor de zuilen
lükt hij graag nadruk te leggen op het
geen moet verbinden, op nationale
menwerking. Daarom wordt in de
geringsverklaring büvoorbeeld ook
voor het eerst gesproken over eei
nationaal wetenschapsbeleid. „Men den
ke hierbij bijvoorbeeld aan een sa
menwerking tussen universiteitsresearch
particuliere research, opdat Neder
land ook op wetenschappehjk en indus
trieel gebied zün rol in de wereld goed
kan meespelen en voorts een waarde-
olle bijdrage kan leveren aan de ken
nisoverdracht aan de onderontwikkelde
gebieden." Het is onmiskenbaar dat
zijn noem het patriottische gezindheid
voor de heer Bot ook in zijn nieuwe
werkkring een stimulans is. Vooral door
het onderwijs wordt een volk gevormd,
dat in internationaal verband iets heeft
bü te dragen aan het geheel.
Het nationale aspect in het interna
tionale denken van de heer Bot zien we
in samenhang met zün open katholicls-
Minister Bot: blik in de toekomst
me. „Ik heb onder niet-katholieken veel
vrienden; ik ben ook op een openbaar
gymnasium en op een rijksuniversiteit
geweest," vertelt hij. Het is zeker geen
toevalligheid, dat minister Bot behalve
Teilhard de Chardin ook graag Romano
Guardini leest, een van de vertegen
woordigers van de progressieve stro
ming in het nieuwere katholicisme.
Guardini is de man, die er op heeft ge
hamerd, dat we met ons geloof,
theologie, maar vooral met onze ethiek
moeten staan in de volle werkelijkheid
het leven. Voor minister Bot geldt
dit niet minder voor onderwijs en opvoe
ding.
Kordaat optreden redt levens
Twee „middenbermongelukken"
zijn dit weekeinde voorgevallen. Op
miraculeuze wijze waren bij deze
ongelukken geen doden te betreu
ren. Slechts een jongetje werd licht
gewond.
Op de rijksweg AmsterdamUtrecht
in de gemeente Loenersloot waren
gisteravond niet minder dan vüf wa
gens bü het ene ongeluk betrokken
Twee ervan slipten, schoten door de
middenberm en 6loegen op de tegen-
overegestelde rijbaan over de kop. Een
jongetje dat in een van deze wagens zat.
werd licht gewond.
Doordat een chauffeur van een inha
lende waigen door een of andere oor
zaak schrok, raakte zün wagen een an
dere auto. schoot door de middenberm
sloeg over de kop. Een met grote
snelheid rijdende tegenligger kon nog
juist remmen. Later werd de veronge
lukte wagen nog weer aangereden door
een adbteropkomer.
Een passerende automobilist schrok
van de plotseling voor hem opdoemende
rode lichten, remde, slipte en sloeg ook
door de middenberm. Op de andere
weghelft gelukkig leeg sloeg hij
over de kop. Ontdaan maar ongedeerd
kroop hij uit zün wagen.
Koelbloedig
Dank zü de koelbloedigheid van een
door een aanrijding getroffen automobi
list is zaterdagavond laat een door
schieter op de middenberm onder Sas-
senheim zonder persoonlük letsel en
verdere botsingen afgelopen.
De 19-jarlge Van der P. uit Heem-
(Vervolg van pagina 1)
Bij het ratificeren van het verdrag
dient de Senaat volgens Rockefeller de
president in kennis te stellen van zijn be
zorgdheid omtrent het verdrag en var
de maatregelen, die de Senaat noodzake-
MJk acht om de defensieve vrijheid var
de Ver. Staten te handhaven. Deze maat
regelen dienen o.a. te zijn: handhaving
van het militaire vermogen om de com
munistische agressie tegen vrije volke
ren af te weren en te weerstaan, de ont
wikkeling van anti-raketwapens, voor-
bereiding van een reeks proeven in dt
dampkring voor het geval het verdrag
zou worden opgezegd, versterking van
eenheid en kracht van de N.A.V.O., die
verzwakt zijn door de wijze, waarop de
onderhandelingen In Moskou zün ge
voerd, het tekenen van een verklaring,
dat het verdrag het Oostduitse regiem in
geen enkele zin erkenning verschaft en
dat het ook niet inhoudt, dat de Ver.
Staten de verdeling van Duitsland aan
vaarden. 't instellen van een ruimte-in
spectie om proefnemingen in de ruimte
te controleren, duidelijk te stellen, dat
het verdrag geen kernproeven voor
vreedzame doeleinden verbiedt, zoals het
aanleggen van nieuwe havens of van nog
Panamakanaal.
Een 36-jarige. in Amsterdam wegens
diefstal uit een auto gearresteerde Duit
ser heeft zondagmiddag in zün cel op
het hoofdbureau van politie de hand aan
zichzelf geslagen. Hoewel de celwacht
er onmiddellijk bÜ was. kon hulp niet
meer baten. Ook de Duitse politie had
belangstelling voor de arrestant.
Veilingoverzicht TER AAR
Het is een droeve bedoening geworden op de veiling in dc afgelopen
week. Groeiende aanvoeren, dalende prijzen en veel doordraai En dat,
terwijl de exportmogelijkheden naar Duitsland weer beter waren. Maar
al is bet mogelijk om te exporteren, eerst zal toch de buitenlandse klant
bestellingen moeten doen tegen een redelijke prijs. Dat bleek duidelijk bij
dc augurken en komkommers.
stede werd van achteren aangereden
door Van der L. uit Amsterdam. De ge
raakte wagen vloog door de midden
berm en kwam op de andere rijbaan te
liggen. Van der P. wrong zich uit de
wrakstukken, maar zijn verloofde die
gelukkig geen letsel opliep kon zich
niet zo snel redden. Gezien het gevaar
voor het van L/isse komende verkeer
rende Van der P de weg op en kon
aansnellende auto's tijdig tot staan bren
gen.
De veroorzaker van het ongeluk had
onder invloed van sterke drank gereden.
Zijn rijbewüs is ingenomen.
Van augurken is de aanvoer groter
geworden. De handel bleef flauw
waar dat nog mogehjk was, zakte de prijs
verder. Z0 kwam tegen het midden van
eek elke sortering bij de rr
prijs te liggen en was men al dankbaar
als geen doordraai optrad. De handel
was moeilük en alleen de binnenlandse
Industrie kocht. Ook de kleine sorterin
gen, waarop men hoop had gevestigd,
moesten met een lage prys genoegen
men. Alleen voor sortering B werd een
uitvoervergunning gevraagd. Het is
tuurlyk nog mogelük, dat er opleving
komt door uitvoer naar Duitsland. 1
voorlopig is dit nog een open vraag.
De komkommers brachten het er
iets beter af. Voor de sorteringen AA, A
B waren weer klanten te vinden; zelfs
de export wilde weer meedoen. Dat be
tekende nog niet, dat de prijs met spron
gen omhoog ging: die bleef laag tot matig
en veel ging weg voor de laagst toelaat
bare veilingprüs. Er waren ook moeilük.
heden met de mlddellü'n van de kom
kommers. In de nieuwe uitvoerbepaling
is hiervoor een mindere doorsneelijn
vastgesteld.
De kwaliteit van de komkommers
heel goed.
Ook de tomaten deelden in de alge-
ene malaise. De handel was maar traag
vooral naar het buitenland. Toch werd
nog wel voor export gekocht, maar de
prys was lager dan vorige week. De kwa
liteit is heel goed en zelfs de kleur i:
zodanig, dat tomaten vrijwel direct vooi
consumptie geschikt zün.
De snübonen, die tegen het eind var
de voorgaande week een opleving in de
prijs ondervonden, zün de afgelopen
weer op een laag niveau terugge
vallen. Zeker, over de kwaliteit valt ook
et te roemen, maar de handel is lui
De pry's schommelt rond het mi
um van 30 cent per kilo en zodra
aar wat aan mankeert staat de wijzer
in de klok niet stil en moet
goedingsfonds er aan te pas komen. En
Nu stond het gammele gevalletje voor de in-
ang van het hoofdkantoor van de Far Eastern
shipping Corporation. Op de marmeren treden
stond een imposante Bengalees, compleet met
baard en turban, die als een Cerberus waakte
over wat in en uit ging. Toen Mr. Peck,
was binnengeglipt, was de Bengalese portier
in de houding gesprongen en had voor hem
gesalueerd als ware hü de Groot-Mogol in per
soon. Vriendelyk tikte Mr. Peck aan zijn zonne-
helm, terwyl hy mompelde: ..Tabeh, Singh Rham-
sat", waarop het Bengaalse hart van trots zwol.
In de directiekamer van de Far Eastern Ship
ping Corporation troonde Fu Ah Lie in een per
fect gesneden shantung pak. Uit zijn borstzakje
gluurde koket een wit zijden zakdoekje. Al mocht
dan de „oudste" nog trouw zijn gebleven aan
de ouderwetse staart. Ah Lie's gitzwarte haar lag
in een keurige scheiding op zijn schedel. Brillan
tine was er niet vreemd aan.
Met een zacht metaalgerinkel tolde boven zijn
hoofd een elektrische ventilator als een dolle in
het rond. zodat alle papieren op zijn imposant
mahonie schrijfbureau door loodjes in toom ge
houden moesten worden. Maar toch fladderden
de hoeken van die documenten met een zacht
geritsel voortdurend op en neer. Het klonk als
het ruisen van de wind door dorre blaren.
Toen Mr. Peck de kamer binnentrad, was Ah
Lie hem onmiddellijk tegemoet getreden om hem
te begroeten met een ongeveinsde eerbied, die
slechts weinig Westerlingen ten deel valt. Van
zelfsprekend beheerste Ah Lie de Engelse taal
volkomen, maar van tüd tot tijd kwam de bloem
rijke geest van zijn moedertaal even om het
hoekje gluren.
„Goeden morgen, Mr. Peck. Het is een bijzon
der grote eer, die U ons bewüst. Gaarne had ik,
zoals U begrypen zult, het onderhoud bij U op
kantoor gehouden. Het was werkelijk niet de
moeite waard U voor mij te derangeren. Mijn
benen zyn jonger dan de Uwe."
Mr. Peck glimlachte.
„Inderdaad een heel stuk jonger Ah Lie,
maar de benen van mijn gharry-hit zijn toch in
r geval nog jonger. Jonge benen zün een
baar bezit, Ah Lie. Jonge en verstandige
hoofden eveneens."
ONDER
VALSE
VLAG
„Het zijn niet alle jongei-en, die daax'van zo
overtuigd zyn. De jeugd is onstuimig en wan
neer ze in opstand komt tegen de bezonkenheid
der ouderen kunnen we dat ook niet altijd ten
kwade duiden. Dat is nu eenmaal de natuur, Ah
Lie".
„Als steeds hebt U gelijk, Mr. Peck, maar de
best verzorgde akker wordt overwoekerd door
boos kruid als wij de natuur vrij spel geven."
„Je woorden zyn bijna te wüs voor je jaren."
„Het zijn niet mijn woorden, Sir; het zün de
woorden van de „oudste", die ik tot de mijne ge
maakt heb."
„De „oudste" is een goed en wijs man. Hij is
een voorbeeld voor velenantwoordde Mr.
Peck, die meende hiermede te hebben voldaan
aan de plichtplegingen, die het Oosten nu een
maal eist.
„Ik heb met de „oudste" gesproken over de
zaak. die me hierheen voerde: het ongeval met
de „Kweichow", waarbij ongelukkig verschillen
de slachtoffers het leven hebben moeten laten."
„Wy moeten accepteren en berusten."
,En zij, die meenden verloren te zijn,
wel in Penang binnen bracht. En zo komen we
tot het punt, waarover wij moeten trachten het
eens te worden."
Fuh Ah Lie hing iets onderuit gezakt in zyn
stoel. Hij knikte bevestigend, terwijl zijn slanke
rechtei-hand met een bx-iefopener speelde.
Mr. Peck vervolgde: „De „Faix-y Queen" heeft
uit de aard van de zaak recht op een bergloon.
Dat is punt één. waaraan geen ontkomen is".
Weer knikte Fu Ah Lie.
„Het is een groot geluk voor de .Fairy Queen",
zei hij.
„Een groot geluk", bevestigde Mr. Peck.
„Voor ons is het ook een groot geluk, dat de
..Fairy Queen" een gezagvoerder heeft die een
verstandig man is en even weinig gesteld op in
menging van mannen in toga's en beffen als wij.
Zijn redery is niet al te kapitaalkrachtig en zij
verlangen niet het onderste uit de kan, wanneer
wij deze zaak in onderling overleg kunnen rege
len."
„Ik herinner mij de tyd niet, dat onze schadu
wen de drempels van een gerechtsgebouw heb
ben verduisterd. Dank zy Uw wijze voorlichting.
Waarom zouden wij ook nu niet de weg van het
verstand en de redelijkheid kiezen? Maar, ik
moet natuurlyk met een gefundamenteerd en
voordelig voorstel bij de assuradeuren kunnen
komen".
„Juist", beaamde Mr. Peck. „Met een con
creet voorstel, waarmede beide partyen bij voor
baat akkoord gaan. Ik heb de polissen bestudeerd;
ik heb de jurisprudentie er op nageslagen; ik
heb met kapitein Beunders gesproken, die mij
volmacht heeft gegeven een regeling te treffen.
Dus Ah Lie, het is nu aan ons de cijfers te be-
küken en een bedi'ag voor te stellen. Ik heb
hier het een en ander op papier gezet en je moet
dat dan maar eens rustig bekijken. Laat me
dan je mening weten en als de Far Eastern
Shipping zich hiermee kan verenigen, zal ik, in
dien je daarmee akkoord gaat, de kwestie ver
der met de assuradeuren opnemen. Ze mochten
willen, dat ze bij elke schade er zo af zouden
komen
Nooit heeft kapitein Beundei's het gevoel kun
nen beschryven, dat hem bestormde toen hy
een cheque van de „Far Eastern Bank Ltd" ten
bedrage van 20.000 onder de neus van de con
sul hield. Hy deed geen mond open en grinnik
te alleen maar zo'n beetje.
(Wordt vervolgd)
dan te weten, dat er ook partyen kas-
snijbonen bü zün, die doordraaien. Bof
fers zijn de tuinders, die hun teelt van
snijbonen hebben gecontracteerd tegen
de prijs van 50 ct per kilo. De oogst
hiervan is ook goed.
Appelen en peren
De prinssesenbonen van de stam zyn
ook goedkoop geworden, die van de stok
zyn W8t beter genoteerd. De kwaliteit
van belde is heel goed.
Pronkbonen, waarvan de
begint, ondervonden wat betere belan-
stelling, waardoor de prüs matig goed
was. Andijvie was beter te verkopen dan
vorige week. De aanvoer is niet groot,
de kwaliteit heel goed.
Waspeen was ook moeilijk te plaatsen
en dan nog tegen een lage prüs, maar dit
is de laatste jaren normaal geworden.
Uien zün graag gezocht tegen een goe
de prüs, maar de aanvoer is klein.
Bloemkool was tegen het eind Van de
afgelopen week wat meer gevraagd. De
kwalitèit is maar matig, maar dé handel
is wat vlotter geworden.
De eerste peren en appelen zün ook
weer verschenen en ze maakten een be
hoorlijke prüs.
De handel in aardappelen is bijna dood.
De aardappelen zijn slecht te vei-kopen
en bovendien komt er ziek in voor.
Augurkenveiling
Deze week zullen de augurken wor
den geveild op dinsdag, woensdag en
zaterdag.
Een vriendendienst, verleend aan de
31-jai-lge kraanwagenchauffeur J. G.
Lempe uit Leeuwarden, heeft de 25-jari-
ge fabrieksarbeider Y. Greben uit de
zelfde stad het leven gekost.
Greben ging met Lempe mee om te
helpen toen deze opdracht kreeg met een
kraanwagen een geslipte auto uit een
sloot langs de rijksweg Bergum-Drachten
te trekken. Terwül dit werk aan de gang
was, gemarkeerd door een fel geel zwaai
licht, vloog een busje, bestuurd door de
29-jarige J. Paulusma uit Bergum, met
grote snelheid op de kraanwagen. De
heer Greben liep daarbü zwaTe kwets-
op. Hü overleed in het diaconessen-
huis in Leeuwarden. Chauffeur Lempe,
die in de katolne zat, kreeg een hoofd
wond en een shock.
De bestuurder van het busje die met
een kaakfractuur ln het ziekenhuis ïn
Dokkum ligt, is onder arrest gesteld we
gens rijden onder invloed van drank. Zün
passagier, de 21-Jarige F. de L. uit Drie
die in het wrak van het busje be
kneld zat. ligt met een dübeenfractuur
ln het diaconessenhuis in Leeuwarden.
Tüdens rangeerwerkzaamheden op 't
haventerrein van de staatsmijnen in
Stein is gistermorgen de 59-jarige Hu-
bert Baltus uit Maastricht onder een
wagon terecht gekomen. Hij was vrüwel
onmiddellijk dood.
Vrij dagavond is op de kruising van
de provinciale weg te Ingen in de Be
tuwe een personenauto, bestuurd door
G, D. van de Horst, in botsing gekomen
met een vrachtwagen met stenen. De
echtgenote van de bestuurder, de 52-
jarige mevr. J. van de Horst-van Ca-
pelle, was op slag dood. Van de Horst
werd in levensgevaarlijke toestand in
een ziekenhuis in Tiel opgenomen. In
het weekeinde is ook hij overleden. De
personenauto werd geheel vernield.
De 35-jarige heer P. Rooyackers uit
Nuenen is in het meer bü Zeil am See
(Oostenrijk) verdx-onken. Dc heer Rooy-
ackex-s nam deel aan een groepsreis. Hij
ongehuwd. Het stoffelijk overschot
is door dulkex-s geborgen.
Een Amsterdamse bromfietser, de
62-jarige K., werd zaterdag door een hem
achteropkomende motor aangereden toen
richting wilde veranderen zonder
zün hand uit te steken. K. overleed in
het Wilhelmlnagasthuis.
TER AAR
Botsing op kruising
Vrijdagmiddag had een hutobotsing
plaats op de viersprong bij Aardam. De
heer. B. uit Nieuwveen kwam met Zün
auto langs de Oostkanaalweg, richting
Alphen aan den Rün, en passeex-de de
kruising met vrij grote snelheid zonder
voox-rang te verlenen aan een personen-
van de Kerkweg af de kruising
overstak. In deze wagen zaten inwoners
Delft, die met vakantie waren. De
auto van de heer B. sloeg een slag om
reed achtei-uit de sloot in, de andere
wagen bleef op dc weg De materiële
schade was aanzienlijk, vooral aan de
wagen uit Delft. De betx-okkenen had
den slechts lichte verwondingen.
Opnieuw is gebleken hoe gevaarly'k
dit onoverzichtelijke ki-uispunt is. zelfs
voor degenen, die er bekend zijn.
hoi
==ö<3nFRiiLeii cm x
ZCILCM
10 ZW O'.iMsanl
polder io Nnu v
Don*fdi)if
.OEI.INA BROERE I
Geertje liulunv
Verdlwhe oil
Sroölx-dSv"! 0
Hydra 10 Royal Uoveren
Uondsbü.vcli
Jmalia 10 Trondhel
i..lin M II p OelSD'
KORENDIJK 10 An
I'M
I* Uk 17 llainptor
ROBLOI' HOLWERDA I
RC&-.1,
ir;l8«!a""Duln*ert
ÖAfll'FOON III N 1
•d'.'m'ïo'zw c