MILITAIRE MUZIEK DUSfiN VUEOTIC uit Zagreb Overschatting der menselijke natuur ZONDAGSBLAD Rake ontmaskering van ziekte en bedrog in moderne kunst de magiër met de tekenfilmen NIEUWE BOEKEN ZATERDAG 18 MEI 1963 Oversle R. van Yperen vertelt veel wetenswaardigheden WVWWVWWVWVWWWS^WWVN WOL BLOEMEN stond de voorkamer van het huis aan de Lohengrinstraat in Den Haag. Daar woont de directeur van de Koninklijke Militaire Kapel, R. van Yperen en nu hij met ingang van 1 mei benoemd is tot luitenant-kolonel, hebben velen hem ge feliciteerd met een mooi bloemstuk. Overste Van Yperen bekleedt immers een belang rijke plaats in de wereld van de militaire muziek men denke slechts aan Taptoe Delft maar ook in die van de amateur- blaasorkesten. Hij is de man van de pro gramma-vernieuwing, de man, die de speciale composities voor blaasmuziek krach tig stimuleert en die de bewerkingen zeer kritisch bekijkt. Hij is ook de man, die het technisch peil van de amateur-blazers weet te verhogen. te vaak voor, dat hij na de zeven jaar overstapt naar symphonieor- kest. Financieel is dit nu niet di- „Wat is nu militaire muziek, wat betekent deze term," zo vroe gen wij hem eens. „Kom maar eens thuis erover praten, want daarover is zo veel te vertellen,' was het antwoord. En daar za ten wij dan ook midden tussen de bloemen! Kijk. zei overste reet noodzakelijk: Van Yperen. de militaire muziek het reeds goede ™?.tJliïI't?irV>rke,Ste? <har" basis-salaris van da monie-orkesten), de fanfare-or- kesten en de tamboerkorpsen. De g V militaire harmonie-orrkesten be- y" aantal dienst- staan uitsluitend uit beroepsmusi- jaren en met het ci. Zo telt de K.M.K. in totaal afleggen van de 58 leden, inclusief de leerlingen, examens voor de de Johan Willem Fr iso Kapel in naasthogere rang. Assen ongeveer 50, inclusief de leerlingen. En dan is er nog in Paramaribo een beroeps-militair Het ziet er das voor aen jonge- orkest van de landmacht Surina- die ambitie in het „blazers- me. Aan beroepsorkesten bezit de v f ,,en rooet dienen, heel weermacht verder nog de Mari- aantrekkelijk uit om in een mi- nierskapel van de Kon. Marine ÏJtair orkest te komen. Vandaar. - - - - dat er sieeds veel aanbod is. In en de Kapel van de Kon. Lucht macht. Van deze kapellen is de K.M.K. de oudste. Zij is opge richt in 1829 en in 1876 „konink lijk"' geworden de enige Ko ninklijke Kapel in ons land. zei overste Van Yperen met enige trots. De fanfare-orkesten hebben een klein aantal beroepsmusici, die als instructeurs optreden, maar het grootste gedeelte zijn dienst plichtigen. die in amateurorkesten zitten en leerlingen zijn van con- cervatoria en muziekscholen. Zo'n fanfare-orkest beperkt zich tot ko perblazers en slagwerk. De tamboerkorpsen bestaan al leen uit dienstplichtigen, die on der leiding werken van een tam- vrijwel alle symfonie-orkesten van ons land zitten blazers uit de mi litaire orkesten. En, zo vertelde overste Van Yperen. alle functi onerende directeuren en kapel meesters van de militaire orkes ten zijn leerlingen van mij. Want, ik ben en ik blijf leraar in de di rectie van harmonie- en fanfare orkesten aan het Kon. Conserva torium. Welke taak hebben nu deze militaire orkesten? Primair een militaire taak, antwoordt overste Van Yperen. Zij moeten bij de militaire plechtigheden muziek maken, zoals bij ere-wachten, do denherdenkingen. taptoe's, over name van commando's, vorste lijke bezoeken etc. Er moet daar- brand en ook in de oorlog is veel vernietigd. Toch is er nog genoeg over. als men maar aan het zoe ken gaat. Vanaf de tijd van Prins Maurits tot nu toe zijn heel veel instructies te vinden en ook het Rijksarchief bezit wat materiaal over dit onderwerp. Het Kon. Huisarchief zal zeker het een en ander hebben en dan gaan wij ook eens snuffelen in het Leger museum in Leiden en in Brussel over de tijd 1815-18.30. Jammer genoeg is nog niet veel muziek in ons land gevonden, maar zo'n vondst als de Mars van de Erf prins (d.i. de zoon van Prins Wil lem V, de latere Koning Willem I) doet de hoop weer leven. En dan hebben wij nog de muziek van de schutterijen in Amster dam, Rotterdam en Groningen. Ja, er komt beslist heel wat te voorschijn. Wacht de tentoonstel ling maar af. Overste Van Yperen wordt helemaal enthousiast als hij over dit onderzoek praat, een enthousiasme, dat wij delen. Want nog nooit is een dergelijk onder zoek en een dergelijk groot op gezette tentoonstelling over dit onderwerp gehouden. En wie zou beter geschikt zijn voor het me dewerken hieraan, dan overste Van Yperen? Blijft U zich ook nog bezighou den met de dilettantenmuziek? vragen wij. De problemen van de dilettantenmuziek gaan mij zeer ter harte: in het zelf musi ceren. in de muzikale zelfwerk zaamheid ligt immers de basis van het muziekleven, van de mu ziekcultuur, en daarom mag men dilettantenmuziek niet veronacht zamen. Overste Van Yperen komt uit een Rotterdamse muzikale fami lie. Zijn vader was leraar aan sche leiding van de taptoe's en het Rotterdamse Conservatorium, ik blijf de gezamenlijke korpsen maar de jonge Rocus van Ype- op de taptoe's dirigeren, maar ren heeft daar niet gestudeerd het ziet er wel naar uit. dat er Hij legde staatsexamens af en hij binnen afzienbare tijd een opvol- studeerde o.a. bij Bernard van ger als dirigent van de K.M.K. den Sigtenhorst Meyer in de theo- komt. De taptoe Delft viert deze retische vakken. In 1945 volgde zomer haar tienjarig bestaan en hij dr. Walther Boer op als di- daarmee zijn we druk bezig. Er recteur van de Kon. Militaire Ka- komt een tentoonstelling van de pel en nu heeft hij weer dr. Wal- militaire muziek, waarin de his- ther Boer opgevolgd als inspec- torische ontwikkeling ervan ge- teur der militaire muziek. Een toond wordt. Ik ben daarom be- kundig, rustig man. overste Van zig met documentatiemateriaal Yperen, een man bij wie de mi- bij elkaar te zoeken en Willem litaire muziek, ja de muziek in Noske werkt met mij samen. Er het algemeen in zeer goede han- is nog wel wat in het archief den is. van de K.M.K. maar in 1920 is de Dra. H. E KOKEE-VAN DEN bibliotheek van de K.M.K. ver- BERGE. OVERSTE R. VAN YPEREN bour-maitre, als beroepsmilitair om regelmatig geëxerceerd wor- vo°r. deze .u °P6eleid- Deze den> want ook de exercitie ver- opleiding vindt thans in Arnhem ejst voortdurende training. De P,aats- diensten vinden plaats alom in Hoe kan men nu b.v. bij de den lande. En dan valt het wel Kon. Mil. Kapel komen? Wij eens niet mee om 's avonds ook hebben heel wat jonge mensen on- nog een concert te geven. Want der de K.M.K.-leden gezien, zo naast de militaire dienst staan de zeggen wij. Er komen vrij veel concerten, in het openbaar, voor sollicitanten, antwoordt overste de radio en hier moet de K.M.K. Van Yperen. Maar bij het beoor- alsook de andere militaire orkes- delen van de sollicitanten moet ten even paraat voor de dag ko men wel heel selectief te werk men. Een van de moeilijkste za- gaan, wil het peil van de kapel ken is het combineren van „fi- gehandhaafd blijven. Er worden guur lopen" en blazen, zoals dus bepaalde eisen gesteld aan de b.v. in Taptoe Delft zo grandioos techniek en daarvan hangt het af gebeurt. Dit vergt een ongeloof- in welke rang zo'n sollicitant lijke concentratie, merkt overste wordt aangesteld. Heeft hij ta- Van Yperen op. „Vinden ze zo- lent, maar nog onvoldoende tech- iets nu plezierig", vragen wij. nische capaciteiten, dan wordt hij „Zo'n show slaat geweldig in bij aangesteld in de stand van sol- het publiek, en het is enorm sti- daat. En dan kan hij zich ver- muierend om dit alles te doen met der ontwikkelen, want voor elke de wetenschap, dat het publiek in hogere rang moet hij examens af- ovaties los zal barsten. Je voelt leggen. Zo'n leerling dient zich je gedragen door dit enthousias- voor zeven jaar te verbinden in me en daarvoor heb je veel welke tijd hij zijn studie ruim- over", antwoordt overste Van schoots kan voltooien. En daar hij Yperen. in die tijd ook de zo noodzake- „Blijft U nu de Taptoe Delft lijke praktische ervaring opdoet, dirigeren?", vragen wij. Ja, ze- komt het helaas maar al ker, ik houd de muzikaal-techni- De uitgaaf van bijna zevenen- enige van de scherpe analyses in twintig gulden voor een boek over het tweede deel van Eichlers kunst, zal slechts een minderheid boek. Daarna neemt de schrijver Kinderen zijn geboren cartoonisten. Met een enkel krabbeltje weten zij de ty pische vorm van een of an der object precies te treffen. Vooral tegenwoordig nu men de kinderen bij hun tekenen vrijlaat blijken zij meesters te zijn in de psychologisch raak getroffen observatie. Een kind, dat niet geremd wordt door opgelegde tech nische prestaties, weet zijn eigen expressies verbluffend raak op het papier te zet ten. Kinderen kunjaen let terlijk alles tekenen, juist omdat zij in hun spontane zelfexpressie zich het hoofd niet hoeven te breken met kwestietjes hoe nu precies een slurf aan een olifanten- kop zit, of een wiel aan een auto, maar dit neemt niet weg, dat ze een olifant in een mum van een tijd op pa pier hebben staan en ieder meteen kan zien of het beest goedmoedig is of kwaadaar dig, jong of oud, en (als het moet) vader of moeder; ter wijl aan een auto direct merk en bouwjaar zijn te herken nen. In Joegoslavië is men ruim een tiental jaren verwoed be zig een nieuw soort tekenfilm te ontwikkelen gebaseerd op het cartoon. Naar vormgeving en naar inhoud wijken deze tekenfilms ten zeerste af van het door Walt Disney, de grootvader van de tekenfilm toegepaste stramien. Wat de inhoud betreft brengen zij niet langer het sprookje of het be kende avonturenverhaal van- dik-hout-zaagt-men-planken en naar de vormgeving heeft het abstracte element zijn intrede gedaan. Men wil welbewust de DUS AN VC'KOTIC zelf cartoon moderne kunstvormen toepas sen in deze tekenfilm nieuwe stijl, terwijl het cartoon als zodanig sterk het satirieke ele ment inbrengt. Men wil echter niet blijven staan bij alleen maar de satire, maar ook ver der gaan en klassieke verha len en oeroude fabels in beeld brengen. Zo heeft een der grootmeesters van de Joegosla vische cartoonfilm Dusan Vu- kotic op een enorm virtuose wijze een novelle van Tsje- chow „De wreker" in geteken de figuren weten uit te beel den. f uil Het valt te begrijpen, dat vroeg of laat ook kinderteke ningen als uitgangspunt voor een film zouden gekozen wor den. Met hun cartoonistisch ka rakter waren zij als het ware daartoe aangewezen. Dezelfde Dusan Vukotic heeft kinderte keningen gebruikt voor een ui termate boeiende cartoonfilm „Het spel" geheten, of op z'n Joegoslavisch „Igra". Er is een kans dat Filmcentrum de ze cartoonfilm op 16 mm in zijn repertoire kan opnemen. De film is pas twee maan den oud, maar heeft al twee zeer eervolle onderscheidin gen: van Oberhausen en Bel grado. Ongetwijfeld liggen er al meer klaar. Drama in zakformaat In „Igra" laat Dusan Vuko tic twee schattige kinderen te kenen: een. jongen en een meisje. De jongen tekent na tuurlijk een auto en het meis je een bloem. Ze hebben ken nelijk de beschikking over de mooiste kleurpotloden van de Zagreb-studio, zodat .er al gauw een prachtig resultaat op het papier staat. Nu treedt het vernuft van Dusan Vukotic in werking: de beide kindertekeningen krijgen hun eigen leven. De animation zorgt ervoor, dat de wielen van de auto gaan draaien, de jongen laat de motor brom men en wat gevreesd wordt gebeurt: de auto rijdt over de bloem van het meisje heen. Zij is echter ook niet van giste ren en met de punt van haar potlood prikt zij de banden door. Nu de auto waardeloos is geworden, maakt de jongen gauw een boze hond. Het meisje tekent echter zichzelf; de hond wil het kleine meisje kwaad doen,, maar zij tekent gauw twee kluiven en werpt die de hond toe, het dier gaat kwispelstaartend met het been tje heen. De jongen tekent nu een leeuw; het meisje gooit het woedende dier het andere kluifje toe. maar wat is nou een beentje voor een leeuw.... het is met één hap vermalen. Het meisje tekent nu gauw een huis, waar het getekende klei ne meisje een veilig onderko men vindt. Zij slaat de leeuw kertijd mee als cartoonist op zijn kop, zodat hij bloedend het humoristische afdeinst. Nu tekent de jongen een muis. maar het meisje blaast en krabt als een kat. zo- Kindertekeningen, die liet uit gangspunt teerden voor een boeiende cartoonfilm Een beeldje uit „PiccoW\ Dusan Vukotic. rdige cartoonfilm weekblad „Kerempuh". In 1950 werd in Zagreb de eerste Joegoslavische teken dat de muis de benen moet filmmaatschappij „Duga Fikn" nemen. De jongen maakt een opgericht en Dusan Vukotic tank, maar het meisje scheurt stond in het voorste gelid. Hij het papier door zodat er een maakte zijn eerste tekenfilms: zich willen veroorloven. Dat Ri chard W. Eichlers bij J. F. Leh- mans Verlag te München ver schenen werk „Könner, Künstlcr, Scharlatane", nota bene een boek waarin de zo bewierookte moder ne kunst na gedegen bewijsvoe ring aan de kaak wordt gesteld, .circus" rondom het moder ne kunstbedrijf onder de loep, waarbij hij zich niet beperkt tot de hedendaagse beeldende kunst. Eichler onderscheidt zich intus sen van die modernisten die al les over boord werpen. Hetgeen in de contemporaine kunst van binnen korte tijd door tienduizen- waarde iSi herkent en erkent hij den werd gekocht, mag toch wel als zodanig. Genadeloos echter dulden op een groeiende aversie ontmaskert hij de holle lofrede- tegen de uitwassen die gewiekste naars de valsemunterij van de propagandisten voor kunst verkla- geesti het kunstbedrog in de amb- ren- telijke en politieke wereld, de charlatan en vooral de bacildra- Nog roeit Eichler tegen een ger die ziekten verwekt in alle takken van kunst. Het is mede aan de hand van vele reprodukties en citaten dat van het absurde heeft vele hangers en speculanten, schrijver is dus een dapper man, echter niet in overmoed of als mokkende verongelukte, maar doordacht en objectief. Eichler weet waarover hij schrijft, hij is toegerust met een brede kennis van kunst- en cultuurhistorie, als ook van de religjeuze, sociale, po litieke en psychologische achter gronden. Eichler overtuigend bewijst hoe zeer een ziekte van de geest on der het mom van moderne ex pressie voortwoekert. Gelukkig zijn er nog dapperen als Eichler, die moedig en bekwaam ons langs de valkuilen van de onwaarach tigheid en het schaamteloze gidst en „thuisbrengt" bij de ware kunst. Een aan de Nederlandse In klare, pakkende taal en met situatie aangepaste vertaling van de gedegenheid van de weten- Eichlers raké diagnoses, zou hier schapsman, behandelt de aufeur ongetwijfeld veler ogen openen in het eerste deel van zijn boek voor het ziektebeeld, voor het de ontwikkeling van de kunst se- dert de ijstijd tot aan de negen tiende eeuw. Een lange periode, waarin de expressie van de mens een belangrijke functie had in het leven van stam of volk, zowel sociaal als religieus, en voor een ieder begrijpelijk en bruikbaar was. Naarmate kunstenaars zich af keerden van het Eeuwige, nam in de laatste honderd jaar de „in flatie van de geest" toe en ont stond een kunstbedrog van onze dagen. Rafaël Tot de ware kunst van eenza me hoogte behoort het werk van de jong gestorven Italiaanse meester Rafaël (14831520) aan wie de Duitse historicus en es sayist Herman Grimm (1828 1901) zijn levenswerk heeft ge ne BeesL me en u.iu- wiJd- Zl>n belangwekkende studie kloof tussen kuus.eoaar en gemeenschap. Oorzaak van de ze verwijdering was, wat Eich ler noemt, de kunstverbrijzeling, waaraan vele kunstenaars vrijwil lig gingen meewerken in een niet „o-u-i «erder voorgekomen lawine van ^hebben gebracht van een bre. muntende bron. Het is een verdienste van de uitgeverij W. de Haan te Zeist, deze verhelderende en knap ge schreven biografie als Phoenix 84 binnen het bereik „ismen". Het ontkennen van alle waar den. de ziekelijke erotiek van de modernisten, het onwaarachtige in de kunst en de harlekinade zijn dere kring geïnteresseerden. De door Ch. A. van Bemmelen ver zorgde Nederlandse bewerking is voorzien van 32 reprodukties. T. H. Vorige zomer verscheen bij Al- bin Michel het derde deel van een cyclus op touw ge zet door Roger Ikor (1912), Parijs gymnasiumleraar, kleinzoon van Russische immi granten, door de Jodenvervolgin gen uit hun va derland verdre ven. Een serie romans waarin hij de geschiedenis van zijn geslacht verhaalt, heeft zijn naam bekend gemaakt en één der delen heeft hem de Prix Gon- court (1955) be zorgd. In de nieu we reeks is het zijn bedoeling de groei van een menselijke per soonlijkheid te volgen. Het is trouwens ook mo gelijk ieder der drie delen als zelf standig geheel te bezien. Een stoutmoedig plan Het eerste deel Le Lemeur de vent is gebouwd als een ellips met de twee brandpunten, de geo graaf Clare en de jonge architect Ludovic Fenns- De eerste, een vurig idealist, wil de wereld tonen dat een gemeenschap zonder geld, waarin dus het kapitalisme is uit gebannen, mogelijk is. Daartoe koopt hij, geholpen door vermo gende sympathisanten, een door oorlogsgeweld verwoest dorp met landerijen er om heen en brengt een groep mensen bijeen, die zich aan zijn leiding toevertrou wen. Het toeval brengt hem in contact met Fenns, die de proef interessant vindt en hier een pracht gelegenheid krijgt om te laten zien wat hij waard is in zijn vak. Met dat al blijft hij kri tisch waakzaam en de geestdrift en de welsprekendheid van Clare nemen zijn reserves niet weg. De grondgedachte van Clare is natuurlijk niet nieuw; in Neder land, als in andere landen, zijn kolonies gesticht op coöperatieve basis, waar ieder lid arbeidt voor de gemeenschap, die zorg draagt, voor de vervulling van al zijn be hoeften. Als Ikor spreekt van „villages sans argent" „dorpen zonder geld" is dat juist binnen de grenzen dezer gemeenschap, maar in alle verkeer met de bui tenwereld krijgt het geld zijn waarde terug. De opbrengst van landbouw en veeteelt wordt ge stort in de centrale kas. waaruit de inkopen van buitenaf worden gefinancierd. Hoe nauwkeurig en gedetailleerd zouden een Balzac, een Flaubert en de schrijvers van de naturalistische school de gang van zaken in deze miniatuurmaat- schappij uiteen hebben gezet om de situatie voor de lezer aan- re, die meent door de uitbanning van hei geld een hechte broeder schap te bereiken, voos is en de realiteit van menselijk egoïsme en materialisme niet ongestraft over het hoofd kan worden ge zien. De symptomen daarvan ziet hij sterker worden. Droef einde Als het dorp is verrezen, loopt de taak van Fenns ten einde. Ge prezen door velen om zijn mooie werk. vestigt hij zich als zelf standig architect en ontvangt ve le opdrachten, dank zij de publi citeit rond zijn naam. En het dorp? Het zal onder gaan in de ondergang van zijn stichter. Er komt onrust in het land, ellende van allerlei aard. Als er dan schuldigen worden ge zocht vindt het volk, opgezweept door de pers, die bij de commu nistische arbeid van de „nieuw lichter", die een kweekplaats van bommensmijters en terroristen in het leven riep. Clare, verbitterd over zoveel laster, ontgoocheld omtrent de standvastigheid der volksgunst, pleegt zelfmoord en sleept de geldloze dorpen in zijn val mee. Externe oorzaken heb ben dus de mislukking van de proef bewerkt, al waren er reeds onrustwekkende tekenen van ont binding. Abstracties Wie na lezing van dit boek zijn eindindruk samenvat, voelt zich enigszins teleurgesteld. Het ver haal is te opzettelijk be'dacht; de kontoeren der dingen zijn te vaag gebleven en de twee hoofdfiguren leven niet ten volle Bladzijde na bladzijde geeft bespiegelingen van Fenns, wel overwogen en ver standige, maar te weinig zien we de mensen aan het werk. Van daar dat het boek een abstract karakter krijgt en niet werkelijk boeit. Een enkele obligate lief desscène, die de auteur inschuift zonder wezenlijk verband met de gang van het verhaal, brengt daar geen verandering in. Voluit te prijzen zijn de wel verzorgde taal en evenwichtige stijl, die de roman voor de bui tenlander tot een model van Franse schrijfkunst maken. v. d. PANNE Roger Ikor. Le semeur de vent. Uitgave Albtn Michel. P.S. In een tweede artikel zullen de beide volgende delen worden besproken. grote kloof ontstaat, waar de tank niet overheen kan komen. Zo raakt het van kwaad tot er- „Hoe Kico geboren werd" „Het betoverde kasteel Dudin- In 1956 stichtte Vukotic ger. Vliegtuigen verwoesten het met zijn collega's de productie huis en eindelijk is het ogen- maatschappij „Zagreb-film". blik voor de atoombom aange broken.... en daarmee het ein de van de film: in de drukte van de atoomontploffing de inktpot om en alle mooie te keningen worden door de zwar- Nu zijn er reeds meer dan honderd cartoonfilms in roula tie gebracht. Vukotic heeft er valt tot nu toe 14 op zijn naam staan, die reeds imet elkaar 26 belangrijke filmonderscheidin- te inkt bedolven. Wat als spel g€n hebben verworven. Zijn begon, eindigde als katjesspul fiim „Surrogaat" verwierf in en een drama in zakformaat 1962 in Hollywood de Oscar en staat model voor het grote dra ma van onze moderne mens heid.... Dusan Vukotic De man, die met zulke een- hiermede werd voor het eerst een Europese film in Ameri ka met een Oscar onderschei den. Onlangs zijn op een tour nee door ons land negen films van Vukotic vertoond. Het zijn - alle stuk voor stuk juweeltjes. voudige middelen zo'n wonder- Zij bewijzen, dat Vukotic een werkje wist te scheppen, Dusan groot kunstenaar is, die dik- Vukotic, is in 1927 in Monte- wijls met abstracte vormen de negro geboren. Hij studeerde dingen heel concreet bij de architectuur en werkte tegelij- naam weet te noemen. Bovenal echter heeft hij voor dc teken film nieuwe wegep geopend. Als een zelfstandige kunstvorm zal de cartoonfilm in staat blij ken te zijn het rtienselijk le ven en bedrijf in al zijn as pecten in beeld te brengen, en dat niet alleen naar zijn sati rieke of absurde„kanten. maar ook naar zijn menselijke inhou den, veelomvattend en boeiend als het mensenleven is. Hier ls een eigen en waarachtige kunst vorm aan het woord, die met zijn speelse vormen zelfs voor het meest dramatische niet uit de weg hoeft te gaan, zoals deze korte film „Het spel" on weerlegbaar bewijst. U zult verrast staan, als u dit filmpje eens ziet. EV. GROLLE. De bankdirecteur uit een tekenfilm van Vukotic. ROGER IKOR vaardbaar en levend te maken. Ikor doet dat niet. Daardoor blijft het dorp voor ons in neve lige verten staan. Clare heeft alle bezorgdheden overgedragen aan een stoer leider, Krud, en ver schijnt slechts een enkele maal om persmensen en autoriteiten te ontvangen en te genieten van hun bewonderende lof; hij werkt al aan de organisatie van een twee de, een derde dorp. Voos idealisme Volgens Ikor worden, tenminste aanvankelijk, de doelstellingen goeddeels bereikt. De leider wordt gehoorzaamd: de een dracht blijft bewaard en de kolo nie is „self-supporting". Dank zij Fenns wordt een stijlvol dorp opgebouwd en midden tussen de huizenagglomeratie zal een groot gemeentelijk centrum, aller trots, verrazen. Dc omstandigheden, zoals de schrijver die tekent, waren dan ook onwaarschijnlijk gunstig. On bezwaard door schulden konden de kolonisten beginnen; immers de benodigde kapitalen waren ge schonken door rijke medestanders van Clare en de Staat had zijn bijdrage geleverd als vergoeding voor oorlogsschade. Toch, Fenns is niet gerust. Hij ziet na enkele maanden het ge lijkheidsideaal verbleken, ook zonder dat daar geld aan te pas komt. Verschil van ontwikkeling en arbeidsprestatie schept ran gen en standen. Trots enerzijds, 'aloezie anderzijds trekken scheu ren door het gemeenschapsge voel. De nuchtere architect ge voelt dat het idealisme van Cla- Madurodani, foto's, door Ed. van Wijk N.F.K. Inge leid door mr, E. Elias. Uit gave W. van Hoeve N.V., Den Haag. Het voorwoord van mr. Elias en de foto's van Ed van Wijk laten het boekje Madurodam een treffende indruk geven van dit kleine Haagse stadje, waar het kind. zoals Elias schrijft, de verkleinde wereld als volledige werkelijkheid aanvaardt en de volwassene als reus rondloopt en de wereld, waar hij uitgegroeid lijkt, verrukt, vertederd en verbaasd gade slaat. De 63 goede foto's van Van Wijk zijn soms vcnuit dat reus-zijn, soms ook vanuit de stad Ma durodam gemaakt en noden om het fenomeen eens in wer kelijkheid te gaan bekijken. Uit het voorwoord van mr. Elias komt behalve het zonni ge en in zeker opzicht bevrij dende -musement, dat het stadje biedt, nog heel wat an ders naar voren, nl. de waarde die een miniatuurstad heeft voor de blinden, voor wie Ma durodam één dag in het jaar is opengesteld. Eén van hen laat Elias even aan het woord: „Ik weet nu weer, hoe ik mij het Vredespaleis moet voorstellen; de trein, waarvan ik dagelijks gebruik maak, is mij nu duidelijk voor ogen ko men te 'taan. Wanneer ik de klap hoor. waarmee de klep van de pont neerslaat op de vaste wal. dan weet ik nu wat er gebeurt." In ieder geval goed dus dat er nu een soort continu Ma- durodam-gidsje is verschenen. voor u besproken Tien politici, hun hand schrift-hun handelingen, door E. van Hall-Nijhoff Uitga ve Em. Querido. Amsterdam. Een merkwaardig werk heeft mevrouw E. van Hall-Nijhoff verricht. Zij bestudeerde het handschrift van tien politici in de verschillende periodes van hun leven en stelde aan dc hand van haar bevindingen een karakterschets samen. Daarna bestudeerde ze hun levensloop en schreef een kort historisch overzicht. Tijdens de bestude ring van het handschrift, zo heeft zij verklaard, wist zij van de politici niet meer dan wat de gemiddelde ontwiKkelde Nederlander van hen weet. Haar boek is begeleid door een veertigtal foto's van de handschriften. Prof. dr. P. Geyl zegt terecht in zijn voor woord, dat wie de grafologie niet kent, veel van de schrijf ster op goed geloof moet aan nemen. Voor wie dat wil doen is het een interessant we"k, waardoor de menselijkheid van bijna legendarische historische figuren als Willem van Oran je en Johan van Oldebarne- veldt en Johan de Wit bijvoor beeld meer dan in de zuiver historische schetsen tot uiting komt. De politici, die besproken worden zijn voorts: Thorbecke, Groen van Prinsterer, Van der Brugghen, F. A. van Hall, Falck. Koning Willem I en van Hogendorp. Een lied voor Monica, door kobprtson Davies. Uit gave Ad. M. C. Stok, Zuid- Hollandsche Uitgevers Maat schappij, Den Haag. Een nogal langademige mo deroman van „een jonge vrouw die voor haar carrière vecht", zoals de ondertitel van dit lijvige boekwerk luidt. In de ontwikkeling van deze romangeschiedenis lijkt het er meer op, dat die car rière slaat op de levenspart ner, die d^ vrouwelijke hoofd persoon ten slotte krijgt, na dat zij in dit opzicht de nodi ge desillusies heeft moeten on dervinden. Kort en goed: aan het eind van het boek valt zij de begaafde en beroemde dirigent, die er ook nog een nobel hart op nahoudt defini tief in de armen en niet de ook wel begaafde en beroem de componist, die een akelig egocentrisch mens blijkt te zijn. Het boek is, zoals we dit gewend zijn van deze uitge ver, weer bijzonder smaakvol en royaal uitgegeven. Maar hiermee alleen is een roman natuurlijk nog niet geslaagd. Is er nu geen betere ontspan ningslectuur iij het buitenland aanwezig dan dit amper mid delmatige geval? De verta ling werd verzorgd door C. van Eysden. Theaterjaarboek nr. 11-sei- zoen 1961-1962. Uitgave Lui- sa Treves. Voor de elfde maal heeft mevrouw Luisa Treves reeds het Theater jaarboek het licht laten zien. Reeds tien malen hebben wij haar voor haar werkzaamheden ten deze mo gen prijzen en dit wordt dan de elfde loftuiting. Voor theaterliefhebbers, voor hen die een betrouwbaar over zicht willen hebben van wat zich op de Nederlandse plan ken heeft voorgedaan op het gebied van Toneel, Opera en Ballet, is dit prachtig uitge voerde theaterboek eenvoudig onmisbaar. Niet alleen de fraaie foto's komen de herin nering te stade, maar ook de overzichten van de voorstellin gen met de opgaven van rol verdelingen enz. zijn van een grote betekenis voor het histo risch overzicht van het theater leven. Het toneel in het vorig sei zoen is evenwel en helaas niet bijzonder van kwaliteit geweest Alleen „Arme Bitos" bij de Haagsche Comedie, „Cyrona" bij het Rotterdams Toneel en „De tiende man" bij Ensem ble mogen met ere genoemd worden. Er zijn dan ook enige voorname foto's bij. Voor het ovprige leert dit theaterboek, fiat de kleine gezelschappen hoe langer hoe meer in betekenis winnen: Zoals men weet is het the aterboek alleen verkrijgbaar in de Nederlandse theaters. EV. G.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 18