MILITAIRE
MUZIEK
DUSfiN VUEOTIC uit Zagreb
Overschatting der menselijke natuur
ZONDAGSBLAD
Rake ontmaskering van ziekte
en bedrog in moderne kunst
de magiër met de tekenfilmen
NIEUWE BOEKEN
ZATERDAG 18 MEI 1963
Oversle R. van Yperen vertelt
veel wetenswaardigheden
WVWWVWWVWVWWWS^WWVN
WOL BLOEMEN stond de voorkamer van
het huis aan de Lohengrinstraat in Den
Haag. Daar woont de directeur van de
Koninklijke Militaire Kapel, R. van Yperen
en nu hij met ingang van 1 mei benoemd is
tot luitenant-kolonel, hebben velen hem ge
feliciteerd met een mooi bloemstuk. Overste
Van Yperen bekleedt immers een belang
rijke plaats in de wereld van de militaire
muziek men denke slechts aan Taptoe
Delft maar ook in die van de amateur-
blaasorkesten. Hij is de man van de pro
gramma-vernieuwing, de man, die de
speciale composities voor blaasmuziek krach
tig stimuleert en die de bewerkingen zeer
kritisch bekijkt. Hij is ook de man, die het
technisch peil van de amateur-blazers weet
te verhogen.
te vaak voor, dat
hij na de zeven
jaar overstapt naar
symphonieor-
kest. Financieel is
dit nu niet di-
„Wat is nu militaire muziek,
wat betekent deze term," zo vroe
gen wij hem eens. „Kom maar
eens thuis erover praten, want
daarover is zo veel te vertellen,'
was het antwoord. En daar za
ten wij dan ook midden tussen
de bloemen! Kijk. zei overste reet noodzakelijk:
Van Yperen. de militaire muziek het reeds goede
™?.tJliïI't?irV>rke,Ste? <har" basis-salaris van da
monie-orkesten), de fanfare-or-
kesten en de tamboerkorpsen. De g V
militaire harmonie-orrkesten be- y" aantal dienst-
staan uitsluitend uit beroepsmusi- jaren en met het
ci. Zo telt de K.M.K. in totaal afleggen van de
58 leden, inclusief de leerlingen, examens voor de
de Johan Willem Fr iso Kapel in naasthogere rang.
Assen ongeveer 50, inclusief de
leerlingen. En dan is er nog in
Paramaribo een beroeps-militair
Het ziet er das voor aen jonge-
orkest van de landmacht Surina- die ambitie in het „blazers-
me. Aan beroepsorkesten bezit de v f ,,en rooet dienen, heel
weermacht verder nog de Mari- aantrekkelijk uit om in een mi-
nierskapel van de Kon. Marine ÏJtair orkest te komen. Vandaar.
- - - - dat er sieeds veel aanbod is. In
en de Kapel van de Kon. Lucht
macht. Van deze kapellen is de
K.M.K. de oudste. Zij is opge
richt in 1829 en in 1876 „konink
lijk"' geworden de enige Ko
ninklijke Kapel in ons land. zei
overste Van Yperen met enige
trots.
De fanfare-orkesten hebben een
klein aantal beroepsmusici, die
als instructeurs optreden, maar
het grootste gedeelte zijn dienst
plichtigen. die in amateurorkesten
zitten en leerlingen zijn van con-
cervatoria en muziekscholen. Zo'n
fanfare-orkest beperkt zich tot ko
perblazers en slagwerk.
De tamboerkorpsen bestaan al
leen uit dienstplichtigen, die on
der leiding werken van een tam-
vrijwel alle symfonie-orkesten van
ons land zitten blazers uit de mi
litaire orkesten. En, zo vertelde
overste Van Yperen. alle functi
onerende directeuren en kapel
meesters van de militaire orkes
ten zijn leerlingen van mij. Want,
ik ben en ik blijf leraar in de di
rectie van harmonie- en fanfare
orkesten aan het Kon. Conserva
torium.
Welke taak hebben nu deze
militaire orkesten? Primair een
militaire taak, antwoordt overste
Van Yperen. Zij moeten bij de
militaire plechtigheden muziek
maken, zoals bij ere-wachten, do
denherdenkingen. taptoe's, over
name van commando's, vorste
lijke bezoeken etc. Er moet daar-
brand en ook in de oorlog is veel
vernietigd. Toch is er nog genoeg
over. als men maar aan het zoe
ken gaat. Vanaf de tijd van Prins
Maurits tot nu toe zijn heel veel
instructies te vinden en ook het
Rijksarchief bezit wat materiaal
over dit onderwerp. Het Kon.
Huisarchief zal zeker het een en
ander hebben en dan gaan wij
ook eens snuffelen in het Leger
museum in Leiden en in Brussel
over de tijd 1815-18.30. Jammer
genoeg is nog niet veel muziek
in ons land gevonden, maar zo'n
vondst als de Mars van de Erf
prins (d.i. de zoon van Prins Wil
lem V, de latere Koning Willem
I) doet de hoop weer leven. En
dan hebben wij nog de muziek
van de schutterijen in Amster
dam, Rotterdam en Groningen.
Ja, er komt beslist heel wat te
voorschijn. Wacht de tentoonstel
ling maar af. Overste Van Yperen
wordt helemaal enthousiast als
hij over dit onderzoek praat, een
enthousiasme, dat wij delen. Want
nog nooit is een dergelijk onder
zoek en een dergelijk groot op
gezette tentoonstelling over dit
onderwerp gehouden. En wie zou
beter geschikt zijn voor het me
dewerken hieraan, dan overste
Van Yperen?
Blijft U zich ook nog bezighou
den met de dilettantenmuziek?
vragen wij. De problemen van
de dilettantenmuziek gaan mij
zeer ter harte: in het zelf musi
ceren. in de muzikale zelfwerk
zaamheid ligt immers de basis
van het muziekleven, van de mu
ziekcultuur, en daarom mag men
dilettantenmuziek niet veronacht
zamen.
Overste Van Yperen komt uit
een Rotterdamse muzikale fami
lie. Zijn vader was leraar aan
sche leiding van de taptoe's en het Rotterdamse Conservatorium,
ik blijf de gezamenlijke korpsen maar de jonge Rocus van Ype-
op de taptoe's dirigeren, maar ren heeft daar niet gestudeerd
het ziet er wel naar uit. dat er Hij legde staatsexamens af en hij
binnen afzienbare tijd een opvol- studeerde o.a. bij Bernard van
ger als dirigent van de K.M.K. den Sigtenhorst Meyer in de theo-
komt. De taptoe Delft viert deze retische vakken. In 1945 volgde
zomer haar tienjarig bestaan en hij dr. Walther Boer op als di-
daarmee zijn we druk bezig. Er recteur van de Kon. Militaire Ka-
komt een tentoonstelling van de pel en nu heeft hij weer dr. Wal-
militaire muziek, waarin de his- ther Boer opgevolgd als inspec-
torische ontwikkeling ervan ge- teur der militaire muziek. Een
toond wordt. Ik ben daarom be- kundig, rustig man. overste Van
zig met documentatiemateriaal Yperen, een man bij wie de mi-
bij elkaar te zoeken en Willem litaire muziek, ja de muziek in
Noske werkt met mij samen. Er het algemeen in zeer goede han-
is nog wel wat in het archief den is.
van de K.M.K. maar in 1920 is de Dra. H. E KOKEE-VAN DEN
bibliotheek van de K.M.K. ver- BERGE.
OVERSTE R. VAN YPEREN
bour-maitre, als beroepsmilitair om regelmatig geëxerceerd wor-
vo°r. deze .u °P6eleid- Deze den> want ook de exercitie ver-
opleiding vindt thans in Arnhem ejst voortdurende training. De
P,aats- diensten vinden plaats alom in
Hoe kan men nu b.v. bij de den lande. En dan valt het wel
Kon. Mil. Kapel komen? Wij eens niet mee om 's avonds ook
hebben heel wat jonge mensen on- nog een concert te geven. Want
der de K.M.K.-leden gezien, zo naast de militaire dienst staan de
zeggen wij. Er komen vrij veel concerten, in het openbaar, voor
sollicitanten, antwoordt overste de radio en hier moet de K.M.K.
Van Yperen. Maar bij het beoor- alsook de andere militaire orkes-
delen van de sollicitanten moet ten even paraat voor de dag ko
men wel heel selectief te werk men. Een van de moeilijkste za-
gaan, wil het peil van de kapel ken is het combineren van „fi-
gehandhaafd blijven. Er worden guur lopen" en blazen, zoals dus
bepaalde eisen gesteld aan de b.v. in Taptoe Delft zo grandioos
techniek en daarvan hangt het af gebeurt. Dit vergt een ongeloof-
in welke rang zo'n sollicitant lijke concentratie, merkt overste
wordt aangesteld. Heeft hij ta- Van Yperen op. „Vinden ze zo-
lent, maar nog onvoldoende tech- iets nu plezierig", vragen wij.
nische capaciteiten, dan wordt hij „Zo'n show slaat geweldig in bij
aangesteld in de stand van sol- het publiek, en het is enorm sti-
daat. En dan kan hij zich ver- muierend om dit alles te doen met
der ontwikkelen, want voor elke de wetenschap, dat het publiek in
hogere rang moet hij examens af- ovaties los zal barsten. Je voelt
leggen. Zo'n leerling dient zich je gedragen door dit enthousias-
voor zeven jaar te verbinden in me en daarvoor heb je veel
welke tijd hij zijn studie ruim- over", antwoordt overste Van
schoots kan voltooien. En daar hij Yperen.
in die tijd ook de zo noodzake- „Blijft U nu de Taptoe Delft
lijke praktische ervaring opdoet, dirigeren?", vragen wij. Ja, ze-
komt het helaas maar al ker, ik houd de muzikaal-techni-
De uitgaaf van bijna zevenen- enige van de scherpe analyses in
twintig gulden voor een boek over het tweede deel van Eichlers
kunst, zal slechts een minderheid boek. Daarna neemt de schrijver
Kinderen zijn geboren
cartoonisten. Met een enkel
krabbeltje weten zij de ty
pische vorm van een of an
der object precies te treffen.
Vooral tegenwoordig nu men
de kinderen bij hun tekenen
vrijlaat blijken zij meesters
te zijn in de psychologisch
raak getroffen observatie.
Een kind, dat niet geremd
wordt door opgelegde tech
nische prestaties, weet zijn
eigen expressies verbluffend
raak op het papier te zet
ten. Kinderen kunjaen let
terlijk alles tekenen, juist
omdat zij in hun spontane
zelfexpressie zich het hoofd
niet hoeven te breken met
kwestietjes hoe nu precies
een slurf aan een olifanten-
kop zit, of een wiel aan een
auto, maar dit neemt niet
weg, dat ze een olifant in een
mum van een tijd op pa
pier hebben staan en ieder
meteen kan zien of het beest
goedmoedig is of kwaadaar
dig, jong of oud, en (als het
moet) vader of moeder; ter
wijl aan een auto direct merk
en bouwjaar zijn te herken
nen.
In Joegoslavië is men ruim
een tiental jaren verwoed be
zig een nieuw soort tekenfilm
te ontwikkelen gebaseerd op
het cartoon. Naar vormgeving
en naar inhoud wijken deze
tekenfilms ten zeerste af van
het door Walt Disney, de
grootvader van de tekenfilm
toegepaste stramien. Wat de
inhoud betreft brengen zij niet
langer het sprookje of het be
kende avonturenverhaal van-
dik-hout-zaagt-men-planken en
naar de vormgeving heeft het
abstracte element zijn intrede
gedaan. Men wil welbewust de
DUS AN VC'KOTIC
zelf cartoon
moderne kunstvormen toepas
sen in deze tekenfilm nieuwe
stijl, terwijl het cartoon als
zodanig sterk het satirieke ele
ment inbrengt. Men wil echter
niet blijven staan bij alleen
maar de satire, maar ook ver
der gaan en klassieke verha
len en oeroude fabels in beeld
brengen. Zo heeft een der
grootmeesters van de Joegosla
vische cartoonfilm Dusan Vu-
kotic op een enorm virtuose
wijze een novelle van Tsje-
chow „De wreker" in geteken
de figuren weten uit te beel
den.
f
uil
Het valt te begrijpen, dat
vroeg of laat ook kinderteke
ningen als uitgangspunt voor
een film zouden gekozen wor
den. Met hun cartoonistisch ka
rakter waren zij als het ware
daartoe aangewezen. Dezelfde
Dusan Vukotic heeft kinderte
keningen gebruikt voor een ui
termate boeiende cartoonfilm
„Het spel" geheten, of op z'n
Joegoslavisch „Igra". Er is
een kans dat Filmcentrum de
ze cartoonfilm op 16 mm in
zijn repertoire kan opnemen.
De film is pas twee maan
den oud, maar heeft al twee
zeer eervolle onderscheidin
gen: van Oberhausen en Bel
grado. Ongetwijfeld liggen er
al meer klaar.
Drama in
zakformaat
In „Igra" laat Dusan Vuko
tic twee schattige kinderen te
kenen: een. jongen en een
meisje. De jongen tekent na
tuurlijk een auto en het meis
je een bloem. Ze hebben ken
nelijk de beschikking over de
mooiste kleurpotloden van de
Zagreb-studio, zodat .er al
gauw een prachtig resultaat op
het papier staat.
Nu treedt het vernuft van
Dusan Vukotic in werking: de
beide kindertekeningen krijgen
hun eigen leven. De animation
zorgt ervoor, dat de wielen
van de auto gaan draaien, de
jongen laat de motor brom
men en wat gevreesd wordt
gebeurt: de auto rijdt over de
bloem van het meisje heen. Zij
is echter ook niet van giste
ren en met de punt van haar
potlood prikt zij de banden
door. Nu de auto waardeloos is
geworden, maakt de jongen
gauw een boze hond. Het
meisje tekent echter zichzelf;
de hond wil het kleine meisje
kwaad doen,, maar zij tekent
gauw twee kluiven en werpt
die de hond toe, het dier gaat
kwispelstaartend met het been
tje heen. De jongen tekent nu
een leeuw; het meisje gooit
het woedende dier het andere
kluifje toe. maar wat is nou
een beentje voor een leeuw....
het is met één hap vermalen.
Het meisje tekent nu gauw een
huis, waar het getekende klei
ne meisje een veilig onderko
men vindt. Zij slaat de leeuw kertijd mee als cartoonist
op zijn kop, zodat hij bloedend het humoristische
afdeinst. Nu tekent de jongen
een muis. maar het meisje
blaast en krabt als een kat. zo-
Kindertekeningen, die liet uit
gangspunt teerden voor een
boeiende cartoonfilm
Een beeldje uit „PiccoW\
Dusan Vukotic.
rdige cartoonfilm
weekblad
„Kerempuh".
In 1950 werd in Zagreb de
eerste Joegoslavische teken
dat de muis de benen moet filmmaatschappij „Duga Fikn"
nemen. De jongen maakt een opgericht en Dusan Vukotic
tank, maar het meisje scheurt stond in het voorste gelid. Hij
het papier door zodat er een maakte zijn eerste tekenfilms:
zich willen veroorloven. Dat Ri
chard W. Eichlers bij J. F. Leh-
mans Verlag te München ver
schenen werk „Könner, Künstlcr,
Scharlatane", nota bene een boek
waarin de zo bewierookte moder
ne kunst na gedegen bewijsvoe
ring aan de kaak wordt gesteld,
.circus" rondom het moder
ne kunstbedrijf onder de loep,
waarbij hij zich niet beperkt tot
de hedendaagse beeldende kunst.
Eichler onderscheidt zich intus
sen van die modernisten die al
les over boord werpen. Hetgeen
in de contemporaine kunst van
binnen korte tijd door tienduizen- waarde iSi herkent en erkent hij
den werd gekocht, mag toch wel als zodanig. Genadeloos echter
dulden op een groeiende aversie ontmaskert hij de holle lofrede-
tegen de uitwassen die gewiekste naars de valsemunterij van de
propagandisten voor kunst verkla- geesti het kunstbedrog in de amb-
ren- telijke en politieke wereld, de
charlatan en vooral de bacildra-
Nog roeit Eichler tegen een ger die ziekten verwekt in alle
takken van kunst.
Het is mede aan de hand van
vele reprodukties en citaten dat
van het absurde heeft vele
hangers en speculanten,
schrijver is dus een dapper man,
echter niet in overmoed of als
mokkende verongelukte, maar
doordacht en objectief. Eichler
weet waarover hij schrijft, hij is
toegerust met een brede kennis
van kunst- en cultuurhistorie, als
ook van de religjeuze, sociale, po
litieke en psychologische achter
gronden.
Eichler overtuigend bewijst hoe
zeer een ziekte van de geest on
der het mom van moderne ex
pressie voortwoekert. Gelukkig
zijn er nog dapperen als Eichler,
die moedig en bekwaam ons langs
de valkuilen van de onwaarach
tigheid en het schaamteloze gidst
en „thuisbrengt" bij de ware
kunst. Een aan de Nederlandse
In klare, pakkende taal en met situatie aangepaste vertaling van
de gedegenheid van de weten- Eichlers raké diagnoses, zou hier
schapsman, behandelt de aufeur ongetwijfeld veler ogen openen
in het eerste deel van zijn boek voor het ziektebeeld, voor het
de ontwikkeling van de kunst se-
dert de ijstijd tot aan de negen
tiende eeuw. Een lange periode,
waarin de expressie van de mens
een belangrijke functie had in het
leven van stam of volk, zowel
sociaal als religieus, en voor een
ieder begrijpelijk en bruikbaar
was.
Naarmate kunstenaars zich af
keerden van het Eeuwige, nam
in de laatste honderd jaar de „in
flatie van de geest" toe en ont
stond een
kunstbedrog van onze dagen.
Rafaël
Tot de ware kunst van eenza
me hoogte behoort het werk van
de jong gestorven Italiaanse
meester Rafaël (14831520) aan
wie de Duitse historicus en es
sayist Herman Grimm (1828
1901) zijn levenswerk heeft ge
ne BeesL me en u.iu- wiJd- Zl>n belangwekkende studie
kloof tussen kuus.eoaar
en gemeenschap. Oorzaak van de
ze verwijdering was, wat Eich
ler noemt, de kunstverbrijzeling,
waaraan vele kunstenaars vrijwil
lig gingen meewerken in een niet „o-u-i
«erder voorgekomen lawine van ^hebben gebracht van een bre.
muntende bron.
Het is een verdienste van de
uitgeverij W. de Haan te Zeist,
deze verhelderende en knap ge
schreven biografie als Phoenix
84 binnen het bereik
„ismen".
Het ontkennen van alle waar
den. de ziekelijke erotiek van de
modernisten, het onwaarachtige in
de kunst en de harlekinade zijn
dere kring geïnteresseerden. De
door Ch. A. van Bemmelen ver
zorgde Nederlandse bewerking is
voorzien van 32 reprodukties.
T. H.
Vorige zomer
verscheen bij Al-
bin Michel het
derde deel van een
cyclus op touw ge
zet door Roger
Ikor (1912), Parijs
gymnasiumleraar,
kleinzoon van
Russische immi
granten, door de
Jodenvervolgin
gen uit hun va
derland verdre
ven. Een serie
romans waarin hij
de geschiedenis
van zijn geslacht
verhaalt, heeft
zijn naam bekend
gemaakt en één
der delen heeft
hem de Prix Gon-
court (1955) be
zorgd. In de nieu
we reeks is het
zijn bedoeling de
groei van een
menselijke per
soonlijkheid te
volgen. Het is
trouwens ook mo
gelijk ieder der
drie delen als zelf
standig geheel te
bezien.
Een stoutmoedig plan
Het eerste deel Le Lemeur de
vent is gebouwd als een ellips
met de twee brandpunten, de geo
graaf Clare en de jonge architect
Ludovic Fenns- De eerste, een vurig
idealist, wil de wereld tonen dat
een gemeenschap zonder geld,
waarin dus het kapitalisme is uit
gebannen, mogelijk is. Daartoe
koopt hij, geholpen door vermo
gende sympathisanten, een door
oorlogsgeweld verwoest dorp met
landerijen er om heen en brengt
een groep mensen bijeen, die
zich aan zijn leiding toevertrou
wen. Het toeval brengt hem in
contact met Fenns, die de proef
interessant vindt en hier een
pracht gelegenheid krijgt om te
laten zien wat hij waard is in
zijn vak. Met dat al blijft hij kri
tisch waakzaam en de geestdrift
en de welsprekendheid van Clare
nemen zijn reserves niet weg.
De grondgedachte van Clare is
natuurlijk niet nieuw; in Neder
land, als in andere landen, zijn
kolonies gesticht op coöperatieve
basis, waar ieder lid arbeidt voor
de gemeenschap, die zorg draagt,
voor de vervulling van al zijn be
hoeften. Als Ikor spreekt van
„villages sans argent" „dorpen
zonder geld" is dat juist binnen
de grenzen dezer gemeenschap,
maar in alle verkeer met de bui
tenwereld krijgt het geld zijn
waarde terug. De opbrengst van
landbouw en veeteelt wordt ge
stort in de centrale kas. waaruit
de inkopen van buitenaf worden
gefinancierd. Hoe nauwkeurig en
gedetailleerd zouden een Balzac,
een Flaubert en de schrijvers van
de naturalistische school de gang
van zaken in deze miniatuurmaat-
schappij uiteen hebben gezet om
de situatie voor de lezer aan-
re, die meent door de uitbanning
van hei geld een hechte broeder
schap te bereiken, voos is en de
realiteit van menselijk egoïsme
en materialisme niet ongestraft
over het hoofd kan worden ge
zien. De symptomen daarvan ziet
hij sterker worden.
Droef einde
Als het dorp is verrezen, loopt
de taak van Fenns ten einde. Ge
prezen door velen om zijn mooie
werk. vestigt hij zich als zelf
standig architect en ontvangt ve
le opdrachten, dank zij de publi
citeit rond zijn naam.
En het dorp? Het zal onder
gaan in de ondergang van zijn
stichter. Er komt onrust in het
land, ellende van allerlei aard.
Als er dan schuldigen worden ge
zocht vindt het volk, opgezweept
door de pers, die bij de commu
nistische arbeid van de „nieuw
lichter", die een kweekplaats van
bommensmijters en terroristen in
het leven riep. Clare, verbitterd
over zoveel laster, ontgoocheld
omtrent de standvastigheid der
volksgunst, pleegt zelfmoord en
sleept de geldloze dorpen in zijn
val mee. Externe oorzaken heb
ben dus de mislukking van de
proef bewerkt, al waren er reeds
onrustwekkende tekenen van ont
binding.
Abstracties
Wie na lezing van dit boek zijn
eindindruk samenvat, voelt zich
enigszins teleurgesteld. Het ver
haal is te opzettelijk be'dacht; de
kontoeren der dingen zijn te vaag
gebleven en de twee hoofdfiguren
leven niet ten volle Bladzijde na
bladzijde geeft bespiegelingen
van Fenns, wel overwogen en ver
standige, maar te weinig zien we
de mensen aan het werk. Van
daar dat het boek een abstract
karakter krijgt en niet werkelijk
boeit. Een enkele obligate lief
desscène, die de auteur inschuift
zonder wezenlijk verband met de
gang van het verhaal, brengt daar
geen verandering in.
Voluit te prijzen zijn de wel
verzorgde taal en evenwichtige
stijl, die de roman voor de bui
tenlander tot een model van
Franse schrijfkunst maken.
v. d. PANNE
Roger Ikor. Le semeur de
vent. Uitgave Albtn Michel.
P.S. In een tweede artikel
zullen de beide volgende delen
worden besproken.
grote kloof ontstaat, waar de
tank niet overheen kan komen.
Zo raakt het van kwaad tot er-
„Hoe Kico geboren werd"
„Het betoverde kasteel Dudin-
In 1956 stichtte Vukotic
ger. Vliegtuigen verwoesten het met zijn collega's de productie
huis en eindelijk is het ogen- maatschappij „Zagreb-film".
blik voor de atoombom
aange
broken.... en daarmee het ein
de van de film: in de drukte
van de atoomontploffing
de inktpot om en alle mooie te
keningen worden door de zwar-
Nu zijn er reeds meer dan
honderd cartoonfilms in roula
tie gebracht. Vukotic heeft er
valt tot nu toe 14 op zijn naam
staan, die reeds imet elkaar 26
belangrijke filmonderscheidin-
te inkt bedolven. Wat als spel g€n hebben verworven. Zijn
begon, eindigde als katjesspul fiim „Surrogaat" verwierf in
en een drama in zakformaat 1962 in Hollywood de Oscar en
staat model voor het grote dra
ma van onze moderne mens
heid....
Dusan Vukotic
De man, die met zulke een-
hiermede werd voor het eerst
een Europese film in Ameri
ka met een Oscar onderschei
den. Onlangs zijn op een tour
nee door ons land negen films
van Vukotic vertoond. Het zijn
- alle stuk voor stuk juweeltjes.
voudige middelen zo'n wonder- Zij bewijzen, dat Vukotic een
werkje wist te scheppen, Dusan groot kunstenaar is, die dik-
Vukotic, is in 1927 in Monte- wijls met abstracte vormen de
negro geboren. Hij studeerde dingen heel concreet bij de
architectuur en werkte tegelij- naam weet te noemen. Bovenal
echter heeft hij voor dc teken
film nieuwe wegep geopend.
Als een zelfstandige kunstvorm
zal de cartoonfilm in staat blij
ken te zijn het rtienselijk le
ven en bedrijf in al zijn as
pecten in beeld te brengen, en
dat niet alleen naar zijn sati
rieke of absurde„kanten. maar
ook naar zijn menselijke inhou
den, veelomvattend en boeiend
als het mensenleven is. Hier ls
een eigen en waarachtige kunst
vorm aan het woord, die met
zijn speelse vormen zelfs voor
het meest dramatische niet uit
de weg hoeft te gaan, zoals
deze korte film „Het spel" on
weerlegbaar bewijst.
U zult verrast staan, als u
dit filmpje eens ziet.
EV. GROLLE.
De bankdirecteur uit een
tekenfilm van Vukotic.
ROGER IKOR
vaardbaar en levend te maken.
Ikor doet dat niet. Daardoor
blijft het dorp voor ons in neve
lige verten staan. Clare heeft alle
bezorgdheden overgedragen aan
een stoer leider, Krud, en ver
schijnt slechts een enkele maal
om persmensen en autoriteiten te
ontvangen en te genieten van hun
bewonderende lof; hij werkt al
aan de organisatie van een twee
de, een derde dorp.
Voos idealisme
Volgens Ikor worden, tenminste
aanvankelijk, de doelstellingen
goeddeels bereikt. De leider
wordt gehoorzaamd: de een
dracht blijft bewaard en de kolo
nie is „self-supporting". Dank
zij Fenns wordt een stijlvol dorp
opgebouwd en midden tussen de
huizenagglomeratie zal een groot
gemeentelijk centrum, aller trots,
verrazen.
Dc omstandigheden, zoals de
schrijver die tekent, waren dan
ook onwaarschijnlijk gunstig. On
bezwaard door schulden konden
de kolonisten beginnen; immers
de benodigde kapitalen waren ge
schonken door rijke medestanders
van Clare en de Staat had zijn
bijdrage geleverd als vergoeding
voor oorlogsschade.
Toch, Fenns is niet gerust. Hij
ziet na enkele maanden het ge
lijkheidsideaal verbleken, ook
zonder dat daar geld aan te pas
komt. Verschil van ontwikkeling
en arbeidsprestatie schept ran
gen en standen. Trots enerzijds,
'aloezie anderzijds trekken scheu
ren door het gemeenschapsge
voel. De nuchtere architect ge
voelt dat het idealisme van Cla-
Madurodani, foto's, door
Ed. van Wijk N.F.K. Inge
leid door mr, E. Elias. Uit
gave W. van Hoeve N.V.,
Den Haag.
Het voorwoord van mr. Elias
en de foto's van Ed van Wijk
laten het boekje Madurodam
een treffende indruk geven
van dit kleine Haagse stadje,
waar het kind. zoals Elias
schrijft, de verkleinde wereld
als volledige werkelijkheid
aanvaardt en de volwassene
als reus rondloopt en de
wereld, waar hij uitgegroeid
lijkt, verrukt, vertederd en
verbaasd gade slaat. De 63
goede foto's van Van Wijk
zijn soms vcnuit dat reus-zijn,
soms ook vanuit de stad Ma
durodam gemaakt en noden
om het fenomeen eens in wer
kelijkheid te gaan bekijken.
Uit het voorwoord van mr.
Elias komt behalve het zonni
ge en in zeker opzicht bevrij
dende -musement, dat het
stadje biedt, nog heel wat an
ders naar voren, nl. de waarde
die een miniatuurstad heeft
voor de blinden, voor wie Ma
durodam één dag in het jaar
is opengesteld. Eén van hen
laat Elias even aan het
woord: „Ik weet nu weer, hoe
ik mij het Vredespaleis moet
voorstellen; de trein, waarvan
ik dagelijks gebruik maak, is
mij nu duidelijk voor ogen ko
men te 'taan. Wanneer
ik de klap hoor. waarmee de
klep van de pont neerslaat op
de vaste wal. dan weet ik nu
wat er gebeurt."
In ieder geval goed dus dat
er nu een soort continu Ma-
durodam-gidsje is verschenen.
voor u besproken
Tien politici, hun hand
schrift-hun handelingen, door
E. van Hall-Nijhoff Uitga
ve Em. Querido. Amsterdam.
Een merkwaardig werk heeft
mevrouw E. van Hall-Nijhoff
verricht. Zij bestudeerde het
handschrift van tien politici in
de verschillende periodes van
hun leven en stelde aan dc
hand van haar bevindingen een
karakterschets samen. Daarna
bestudeerde ze hun levensloop
en schreef een kort historisch
overzicht. Tijdens de bestude
ring van het handschrift, zo
heeft zij verklaard, wist zij
van de politici niet meer dan
wat de gemiddelde ontwiKkelde
Nederlander van hen weet.
Haar boek is begeleid door
een veertigtal foto's van de
handschriften. Prof. dr. P.
Geyl zegt terecht in zijn voor
woord, dat wie de grafologie
niet kent, veel van de schrijf
ster op goed geloof moet aan
nemen. Voor wie dat wil doen
is het een interessant we"k,
waardoor de menselijkheid van
bijna legendarische historische
figuren als Willem van Oran
je en Johan van Oldebarne-
veldt en Johan de Wit bijvoor
beeld meer dan in de zuiver
historische schetsen tot uiting
komt.
De politici, die besproken
worden zijn voorts: Thorbecke,
Groen van Prinsterer, Van der
Brugghen, F. A. van Hall,
Falck. Koning Willem I en
van Hogendorp.
Een lied voor Monica,
door kobprtson Davies. Uit
gave Ad. M. C. Stok, Zuid-
Hollandsche Uitgevers Maat
schappij, Den Haag.
Een nogal langademige mo
deroman van „een jonge
vrouw die voor haar carrière
vecht", zoals de ondertitel
van dit lijvige boekwerk luidt.
In de ontwikkeling van
deze romangeschiedenis lijkt
het er meer op, dat die car
rière slaat op de levenspart
ner, die d^ vrouwelijke hoofd
persoon ten slotte krijgt, na
dat zij in dit opzicht de nodi
ge desillusies heeft moeten on
dervinden. Kort en goed: aan
het eind van het boek valt
zij de begaafde en beroemde
dirigent, die er ook nog een
nobel hart op nahoudt defini
tief in de armen en niet de
ook wel begaafde en beroem
de componist, die een akelig
egocentrisch mens blijkt te
zijn. Het boek is, zoals we dit
gewend zijn van deze uitge
ver, weer bijzonder smaakvol
en royaal uitgegeven. Maar
hiermee alleen is een roman
natuurlijk nog niet geslaagd.
Is er nu geen betere ontspan
ningslectuur iij het buitenland
aanwezig dan dit amper mid
delmatige geval? De verta
ling werd verzorgd door C.
van Eysden.
Theaterjaarboek nr. 11-sei-
zoen 1961-1962. Uitgave Lui-
sa Treves.
Voor de elfde maal heeft
mevrouw Luisa Treves reeds
het Theater jaarboek het licht
laten zien. Reeds tien malen
hebben wij haar voor haar
werkzaamheden ten deze mo
gen prijzen en dit wordt dan de
elfde loftuiting.
Voor theaterliefhebbers, voor
hen die een betrouwbaar over
zicht willen hebben van wat
zich op de Nederlandse plan
ken heeft voorgedaan op het
gebied van Toneel, Opera en
Ballet, is dit prachtig uitge
voerde theaterboek eenvoudig
onmisbaar. Niet alleen de
fraaie foto's komen de herin
nering te stade, maar ook de
overzichten van de voorstellin
gen met de opgaven van rol
verdelingen enz. zijn van een
grote betekenis voor het histo
risch overzicht van het theater
leven.
Het toneel in het vorig sei
zoen is evenwel en helaas niet
bijzonder van kwaliteit geweest
Alleen „Arme Bitos" bij de
Haagsche Comedie, „Cyrona"
bij het Rotterdams Toneel en
„De tiende man" bij Ensem
ble mogen met ere genoemd
worden. Er zijn dan ook enige
voorname foto's bij. Voor het
ovprige leert dit theaterboek,
fiat de kleine gezelschappen hoe
langer hoe meer in betekenis
winnen:
Zoals men weet is het the
aterboek alleen verkrijgbaar
in de Nederlandse theaters.
EV. G.