Bij elke drogisterij hoort gaper een De rampvanYokohama z 0> 4DAG iSBLAD N: seComramit ZATERDAG 20 APRIL 1963 Klaas Dalmeyer uit Hilversum houdt vol: Amateur ontwikkelde zich tot kunstenaar i IU'EN Engelsman die de dag *-i der verschrikkingen overleefde vertelde later: gebouw met zich meesleurend. En vlak daarop hoorden we een oorverdovend geraas, en we zagen op verscheidene „Het was erger dan de slag plaatsen tegelijk huizenhoge bii Yperen". En vast staat "lammen. De hele stad was J. r, binnen de drie minuten een wel, dat geen natuurramp brandende puinhoop", die de wereld daarvoor had ,n de loop die Jag wer. geteisterd vergeleken kan dcn nog 231 schokken geno- worden met de aardbeving, teerd. gevolgd door vijfhon derd schokken in de loop van de maand. Toen de omvang van de ramp bekend werd ging een golf van ontzetting door de we reld. Een 58.000 mensen waren om het leven gekomen, twee dag 'geregistreerd om 11.58 honderdduizend huizen ver in de morgen. Een passa- woest eu 1.580.000 mensen wa* I die Yokohama op zaterdag 1 september 1923, dit jaar I veertig jaar geleden, gro- tendeels verwoestte. I 0E eerste schok werd i de i dakloos. Zij, die Jas en pakt dan weer enkele klei ne gapertjes op, die bij tientallen voor ons staan opgesteld. Deze gapertjes zijn niet geschilderd, maar veelal diep bruin glanzend van kleur, zijnde de natuurlijke tint van het hout, dat werd gepo lijst" en in de was gezet. We zien een Arabische vrouw zonder tong. En dan moet er met een kan op het hoofd, een ar- in de buurt van Luik nog een ca- tist met lange haren, die zó uit een lé zijn dat de naam „De drie Ga- schilderij van Rembrandt kon zijn pers" draagt, maar er slechts gestapt, een Hollands boertje met twee te zien geeft. Als je aan de hoge zijden pet, een lid van een kastelein vraagt hoe dat kan, zal reddingsbrigade met een zuidwes- Verbazing en een onbedaarlijk hij je antwoorden dat je niet ter in de nek en nog zoveel meer. gelach stegen uit hem op, toen goed gekeken hebt. Je gaat dan En stuk voor stuk zijn de typen Dalmever hem z'n spullen toon- natuurlijk nog eens scherper toe- zeer knap getroffen, de. Dat kun je toch geen gereed- zien, doch je komt niet verder dan Voorts laat hij ons nog enkele schap meer noemen, dacht de twee. Je vertelt dat de kastelein voorbeelden van „stoutmoedig- timmerman en hij stak alles on- en die begint meewarig het hoofd heid" zien, zoals een voorzittersha- mïddellijk in z'n zak, om het de te schudden over zóveel kortzich- volgende avond vakkundig gesle- tigheid. „Wij hier in het Luikse pen en gescherpt, en nog aange- zijn toch niet zot", zal hij nu op- vuld met enkele holle en nog an- merken, „wij noemen ons toch weer een gaper om de hoek komt dere beiteltjes, terug te brengen. En daarmee kon de allerlaatste de catastrofe boek: „We kregen plotseling getuigen waren, zijn die dag het gevoel of ons schip wel nooit meer vergeten. De gas- twintig schroeven had alle tegelijk begonnen draaien en doorsloegen. die leidingen raakten defect te daardoor braken er 134 grote i kleine branden uitdie niet man. die nog laat wat „voor de hoest" kwam halen. ,,'t Lijkt goed", zei die timmer man, „maar als jij dat zelf ge daan hebt, laat me dan je ge reedschap eerste seconde wist niemand konden worden geblust omdat de buizen van het waterlei dingnet waren gesprongen en het water in de grond ver dween. wat er aan de hand Maar toen we naar de wal ke ken zagen we fabrieksschoor stenen en torens als lucifers houtjes afknappen en vallen, huizen in elkaar storten en de gIJ honderden trokken de pier, waarlangs altijd de grote vluchtelingen, radeloos ge lijf te kunnen redden. ..Het schip" deed prachtig werk. Tot de schepen, die zich zeer verdienstelijk maakten, be hoorde de Iris van de Konink lijke/Shell Groep, een tanker die om zes uur 's morgens vol geladen met benzine uit Balik- papan was gearriveerd. Ge zagvoerder was kapitein Ar- noldus J. Konings, toen 37 jaar en op de zeven zeeën be kend als captain King. Zijn on verschrokkenheid en doortas tend optreden redde Yokoha ma van nog een ramp. De be tekenis van zijn prestaties in die brandende Japanse haven stad vond later uitdrukking in onderscheidingen en geschen ken. Kapitein Konings is sinds 10 april 1940 gepensioneerd. Hij woont in Rotterdam, de stad waar hij geboortig te Raamsdonk de hogere bur gerschool en de zeevaartschool bezocht. Hij is nu 76 jaar. Dezer dagen hebben we hem opgezocht en hem nog eens het verhaal laten vertellen, dat hij in zijn leven misschien wel honderd keren heeft verteld. Het verhaal van de ramp van Yokohama, die hem nog zo le vendig voor de reest staat als was zij eerst kort geleden ge beurd. de steel de het esculaapteken kreeg, ter wijl boven in het slaghout toch weer een gaper om de hoek komt kijken. En een stamper met zijnEn wéér zal vijzel, waarin de gaper evenmin hand aan de gaper worden ge- zÜn Sast zich naar buiten bege- verstek laat gaan. legd, alvorens hij in de verf werd ven, om nu steen voor steen van „Op zolder heb ik er nog wat gezet. de gevel af te speuren. En na zijn liggen", zegt Dalmeyer. „En ik Toen hij eindelijk zijn plaats terugkeer in de gelagkamer zullen raak het allemaal kwijt. Er zijn bestemming had gevonden zlc.h me"wf discussies openen c en hij in Hilversum het gesprek datde opnieuw moet wor- werd van de dag, zette Dalmeyer den gesmeerd z'n oren wagenwijd open. Niet al- leen waar het zijn vrienden, maar OÓk edl methode ook waar het zijn concurrenten betrot Gewapend met al die we- ls óók methode om tenschap begon hij1 aan zijn twee- doen met gape„.., consta. de gaper, vermeed daarbij de teerden we. na dit onwaarsehljn- de eerste |jjke verhaal van de Hilversumse e aa van a drogist te hebben aangehoord. bij 1/25. zeeheld vraag ik ƒ300. Reeds werd me 200 geboden, doch ik vind deze gaper zelf zó goed uit gevallen, dat ik wacht op iemand die er 100 méér voor biedt. Zo niet, dan gaan van de zomer de Amerikanen er wel mee aan de fouten die nog kleefden deed die eerste hand en bevestigde met nog méér Maar hij stond wél geheel t aarheid in, toen hij vertelde dat voldoening zijn verbeterde editie aan de gevel van zijn drogisterij „Het Asperientje". hij in 1960 een week lang in het Openluchtmuseum te Arnhem zijn beeldhouwkunst had gedemon streerd gedurende de Week-van- het-oudc-ambacht aldaar. Tijdens de Utrechtse studenten feesten in 1961 werd er eveneens een beroep op hem gedaan, toen twee gapers nodig had VEERTIG JAAR GELEDEN: grie- Als kind vonden zelig, ja huiveringwekkend.. En al zijn er sindsdien twee wereldoorlogen overheen ge gaan, nog kan het ons gebeuren dat we even de neiging krij gen het hoofd af te wenden, wanneer we geheel onverwacht oog in oog komen te staan met zo'n monsterkop met een gaper, het oude gildeteken van wat n u drogisten heten. Véél ziet men zc niet meer. In Amsterdam schijnen er nog tien a vijftien te hangen, in sommige andere steden ook nog enkele en het had er dan ook alles van, dat we er binnen af zienbare tijd helemaal van zou den zijn verlost. Wie daarop echter, mèt ons, mocht hebben gehoopt heeft buiten de waard gerekend, in casu de 60-jarige Hilversumse drogist Klaas Dalmeyer, die nog geen tien jaar geleden in alle stilte, doch vol hartstocht, een poging ondernam om voor zijn eigen luifel, Azaleastraat 27, een ga per te maken. Met als resul taat, dat het aantal gapers in de hoofdstad weer werd opge voerd inplaats van verminderd, dat er gapers van zijn hand naar Den Haag gingen, naar Rotterdam, naar Vianen en zelfs naar Duitsland en de Ver enigde Staten. Want ofschoon hij nooit eerder aan houtsnij den of beeldhouwen had ge daan, bleek hij er wèl aanleg voor te hebben, zodanige aan leg zelfs, dat een blad als de New York Herald Tribune nog niét lang geleden een volle ko lom aan hem wijdde. Grote gapers Hij maakt grote gapers van meer dan een halve meter hoog te met pikzwarte snorren op krijtwitte gezichten, de mond wijd opengesperd, waaruit een dikke vuurrode tong hangt van bijna een decimeter lengte. Van deze soort had hij er, toen wij er waren, maar liefst vijf op een heel klein plaatsje, achter z'n dro gisterij, in de regen staan. En het was opnieuw met gemengde ge voelens, dat we met die myste rieuze snoeshanen werden gecon fronteerd. Maar, of dit nog niet voldoende was, vervolgens begon Dalmeyer vlug heen en- weer te lopen Een monster dat luistert naar de naam Zonnekoning met veel goud, blautv en rood opge smukt, En een vurige tong steekt vér uit een wijd opengesperde Niet meer laten Na dit succes kon hij het ma ken van gapers niet meer laten. Hij kocht links en rechts prach tige stukken eikenhout, noten en mahonie. Hij breidde zijn beitel- collectie uit tot een aantal, dat die in een auto rond te laten rij men onmogelijk nog met één arm den. En ook de film en de t.v. omvatten kon. Hij ging speciale riepen een keer zijn medewerking aandacht schenken aan bijzonde- in. Dat vindt Dalmeijer allemaal re mensentypen die hij zo af en prachtig, daar hij best wat extra toe ontmoette zoals Indiërs inkomsten gebruiken kan. Minder met tulbanden, Arabieren met ingenomen is hij echter met lie- hoofddoeken enz. En hij nam den, die de gapers aan de lopen- goede nota van allerlei afbeeldin- de band proberen te maken. Die gen die hem wel eens te pas zou- gieten ze goedkoop van een paar den kunnen komen. Alleen op die grondmodellen in gips of in een of manier slaagde hij erin gapers te ander metaal. Hetgeen er de oor- vervaardigen in de grootst moge- zaak van is, dat thans bij Dal- lijke verscheidenheid. meijer ettelijke indrukwekkende „Dit is de Radjah", zo lichtte gapers op een koper staan hij ons toe. ,;Zo hangt er één van wachten. toé üij drogtotEn- Prijzen Om zes uur ln de morgen die zaterdag 1 september 1923 kwamen we op de rede van Yokohama. Het weer was vrij goed. Alleen was er een storm gerapporteerd ten noorden van het eiland Nippon. En dit was de reden, dat ik aan boord van -- de Iris bleef toen tegen tien uur te I het sleepbootje me kwam afhalen I -'om aan de wal Wat ocheepsza- 1 ken af te wikkelen. Ik schreef eeit kattebelletje naar de a8en" vertrek, ten, en de keuken; om telkens met handen vol kleinere gapers zullen de meeste mensen weinig meer zeggen, net zo min als de his torie, waaruit de gapers zijn voort gekomen. En toch vind ik het reuze interessant. Men moet hiervoor te ruggaan naar de tijd dat er nog geen steden waren. Toen trokken mars kramers van het ene gehucht naar het andere. Onder hen waren er, die kruiden verkoch ten en die ook be reid waren kiezen te trekken en lik doorns te snijden. Maar het kostte nogal eens moeite, alom de burgerij van hun aanwe zigheid op de hoogte te stellen, daar men niet, zoals tegenwoor- J dig, boven op elkaar woonde. Die f marskramers namen daarom vaak iemand mee om reclame te ma ken: Liefst een moriaan, dus een neger; of een harlekijn. Dat dien den steeds flinke kerels te zijn, daar ze zo nodig tevens moesten fungeren als pijnverdeler. Dat rater had gelegen wil zeggen, dat wanneer de krui- stellen eisen te be- dendokter uit een der voeten de antwoorden. Hij bezat voorts in- likdoorns verwijderde hetgeen derdaad i' *-**- «--«-• per spreekt men al terughoudend. Maar ten slotte daar tegenwoor- wilde hij wel toegeven dat de dig over „Enke- grootste en middelgrote gapers laar, de Witte Ga- variëren van 500 tot 300 per Per''- stuk. Het is niet zo weinig natuur- „In Barneveld lijk, doch er gaan tal van uren in hajngt weer een zitten en per saldo is hij de enige andere van me. die ze op de originele manier 'kWeet echt niet maakt. meer of het de Hoevéel hij er maakte weet hij Moor is of de werkelijk niet meer. Waar ze v^ii»crma« allemaal heengingen kan zich o n- Krijgsman «14. m o g e 1 i j k nog herinneren. „Er. Jonker. Het kan gens in Den Haag hangt de Jon- ook wel de Red- k e r van me, riet witte, gepijp- der zijn, of de te kraag en een pruik op Zonnegod. Deze Nee, vraag me niet uit. Laten de laatste valt op mensen maar zoeken als ze er in door z'n vele ver- teresse voor hebben, minister Zijl- guldsel, dat scherp stra inbegrepen... contrasteert met vuurrode tong- ten, dat ik 's maandags wel op het kantoor zou komen. Toen ik dat toezegde vermoedde tk bi de verste verte niet, dat het kan toor er 's maandags niet meer zou zijn. Ineens begon het. Om 11.58 uur precies. Het schip ging he vig schudden, net of we in zwaar weer zaten. Geen van allen had den we er idee van wat er aan de hand was. Eerst dachten we aan een aanvaring, maar voor een aanvaring zijn altijd twee £en schepen nodig en er was maar een schip, het onze, de Iris. We renden van het voorschip vrand naar het achterschip en toen ineens zagen we heC tegelijk, en ,ieu we veiumueu mei ie dachten dat we gek geworden kussenslopen, handdoeken, de aardbevingsramp te verbinden met lakens, Dalmeyer drentelt maar wat de tafel, strijkt zo af en toe s langs zijn lange, bruine stof- Al heeft hij er nog tientallen voorradig, toch werkt Klaas Dalmeijer door aan nieuwe ga pers. Hier is h{j bezig met een heel smal beiteltje, om al ste kend en schilferend tot het beste resultaat te geraken. noeg in het platte beitel, een ha- niet bepaald zachtzinnig gebeur de ,a on or- no tn schroevedraaïer en een de de moriaan stevig op de an- ffi vol raw të Vetten wat bleef stevig zakmes. En aldus uitgerust dere voet moest trappen; Zoiets felvol mee te zetteh .- wat bleef beg0« hlj op cen avondi na slnl deed dan ZÓV€el pijn> dat de opP. nog anders over da tingstijd, in de huiskamer wat ratie veel minder werd gevoeld. aan het houtblok te snijden en te De pijn werd ver d e e 1 d. steken. Een voorbeeld had hij na tuurlijk niet. Maar geen nood, want hij ging op de vloer zitten, plaatste een spiegeltje en de pieren onder water dwijnen. De vuurtoren zakte in het water weg, en het Europese kwartier, de zg. Bluff stortte elkaar. Toen begrepen we, we een aardbeving meemaak- as een vlammenzee. Vreselijk n aan te zien. De volgende morgen, dus 's dat zonda8s« keerden we terug tot dicht bij de haven en opnieuw be gonnen we met het reddingswerk. Ik nam het commando over de Donker grootste reddingboot. Om half acht kwamen we aan de wal, op plaats waar het nog idde. De wanorde die met de eerste schok ontstond heerste was ongelofelijk. De boot brand, waar we ook keken. On ze installaties aan de wal bezuiden Yokohama liggende komst Yokosuka Naval Base. met werd bestormd door hele groepen tegelijk, die geen uit- ïeer zagen, en zij zou zeker zijn gezonken als Iris zat vol met bezine en ik be- laten, greep, dat ik er met het schip De boot zat vol tot vandoor moest. Ik liet de ankers boorden. Al die slippen, maakte stoomklaar stoomde weg, op zoek naar een veiliger ligplaats, die er natuur lijk niet de verschillende schepen. De gehele dag weer waren wij en de bemanningen andere schepen bezig stoom of L de mensen in de haven drijven Onder de geredden waren en daar tussen door nog leven- ders met balby's, kinderen 9|e mensen, die zich hadden vast geklampt aan of waren gezeten op stukken hout. Ik liet de ma chines stoppen, de reddingboten eten overboord zetten en gaf opdracht viand hadden de nog levenden op te pikken. Het was een hopeloze taak. In een ogenblik waren de boten vol. We brachten ze aan boord, maar onder hen waren zwaar gewon- treft,' den en mensen, die half ver- gaan der ouders, zieken en gewonden. Het grootste probleem daarna hoe de vluchtelingen van drinken te voorzien. Pro- nog niet inge nomen, maar we hadden wel een inrichting om zoet water te maken. De dorst kon dus wor den gelest en wat het eten be- moesten er toe over- rantsoen De Iris van de Koninklijke Shell Groep, een tanker, die dank sij het werk tan gezag voerder Konings, zo'n belang rijke rol speelde by de hulp aan het door een aardbeving getroffen Yokohama. van de Java-China-Japan-lijn. Daarna zette ik met de overi gen koers naar Kobe om een ge deelte van mijn lading te lossen met de bedoeling dan met wa ter en voedsel terug te keren naar Yokohama. In Kobe was de hulpverlening uitstekend georganiseerd. Direct werden levensmiddelen aan boord gebracht, de passagiers werden afgehaald en onder dak gebracht. In het Oriental Hotel lagen stapels kleren klaar, en dat was hard nodig, want onder de vluchtelingen waren er die niets meer hadden. Ik had zelf al fien gedeelte van mijn uitrus ting weggegeven. In Kobe hoorde ik, dat er reeds schepen met voedsel en water naar Yokohama onderweg waren, zodat ik niet meer behoefde te rug te keren. Later heb ik nog de merkwaar digste staaltjes van reddingen ge hoord. Onze agent in Singapore bevond zich op de eerste verdie ping van het kantoor toen het instortte. Hij viel op de begane grond en had slechts wat onbe duidende schrammen aan de hand. Door het brandende Yoko hama heen is hij daarna naar de haven gelopen. Een man was bezig met het oppikken van drenkelingen in de haven toen hij zijn vrouw en zijn kind nog levend op een balk zag ronddrijven. Hij wist beiden in veiligheid te brengen. Kapper te stellen. Schip te berusten. „Een gaper is pas een goe- d e gaper, als hij indruk op de voorbijgangers maakt", zei de Hilversummer vergenoegd. „En ik geloof, dat ik daarin langza merhand aardig ben geslaagd." Hij vertelde dan hoe hij vóór de meidagen van 1940 in Rotter dam, in de Weteringstraat op Kralingen, bij de oude gasfabriek, een juweel van een gaper boven ijn zaak had hangen. Alles werd Morianen voeten en zag zo kans de juiste maatverhoudingen van voorhoofd, ogen, neus en mond te realise ren. Alles moest immers enige malen groter worden dan zijn eigen bol. Nadat hij zich enkele maanden de Voorts waren die „doktersas sistenten" nodig bij het toedienen van minder prettig smakende jj^ „geneesmiddelen", of om de pa- anfe tiënten hun tong te laten tonen. op jaarmarkten, waar later zag hij kans, in de stad de radio een nieuw zaakje te be ginnen, echter zonder gaper. aë~7ieh Dal vond hij maar zo zo, daar ^„.5. hij altijd van mening was vreest, dat bij elke drogisterij aper boven de luifel hoort. Ge- helaas verwoest En pas twee jaar „hteree„ met dit werk onledig heen togen, hadden de „.to. kans in de stad van had geht>ud,,n e„ te„ sl„tte wel hsndd„ \oI' werfc om kren„e„de mm Of meer tevreden was dien- boeren bedwang te houden. andere moeilijkheid Want wie van hen a had gezegd "nm" moest ook maar b zeggen, dach ten die dokters. Daar voor bood een spiegeltje te weinig mogelijk- heden. En zelfs met twee lukte ïTiic «n kannerszaak zich 'met"de het niet. Er zat toen weinig an- Naar mate evenwel de neder babierstaf presenteert. Zijn vele Jf» fp. dan dat «jn vrouw als zettingen uitgroeiden tot dorpen mneiten evenwei om een oude model ging poseren gaper op de kop'te tikken, liepen ®f?®lost nn niets uit Wanneer hii dacht beiden deden het gedwee. op niets uit. Wanneer hij dacht iets van z'n gading ontdekt te hebben wilde men er öf geen af stand van doen. öf het beeld was dermate vermolmd, dat het niet gebruiken w beftel en hamer Z°Van bevriende zijde kreeg hij stuk boomstam, dat lang ge- aandacht trok zelfs tot stadjes, verdwe voor de „dokters" de noodzaak om al rondtrekkend een bestaan te vinden. Ze gingen zich hier en daar vestigen. En daar ze moeilijk een levende moriaan of harlekijn als herkenningsteken aan de ge- nog slechts vel van hun woning konden han en in felle gen, deden de gapers hun intrede, kleuren groen, rood. blauw etc. Gek eigenlijk, aldus Dalmeyer, worden geschilderd. Voorlopig dat de gaper i echter zette hij het blok in de tend in het op f Enige weken later was de ga- ;r gereed, mèt een hoofddeksel i de uitstekende tong incluis. 9H1Zodat hij De kop moest ni één oplossing zag: zelf worden afgezaagd niet zo erg veel drinkwater en daarbij kwam, dat ik bang was, dat de vluchtelingen vuur zouden maken en dan was de ramp niet te het klaren wei. Om vijf uur 's middags kwam de gezagvoerder van de Empress of Australia, een pas sagiersschip van een 22.000 ton, u j _i bij mij aan boord. Zijn schip had H" honderdvijltig passagiers van 7S vd.ra raai bracht ik onder op de Tjisalak Kobe Tijdens de aardbeving was de derde officier van de Iris aan de wal. Hij had het plan naar Tokio te gaan, maar wilde zich eerst netjes maken en bracht daarom een bezoek aan een barbershop. Juist toen hij de kapper had verlaten zakte de winkel achter hem in elkaar. Onwillekeurig liep hij naar het midden van de straat regelrecht in de armen van een dame, die uit een tram kwam. Ze drong er bij hem op aan. dat hij mee zou helpen zoeken naar haar man, die thuis moest zijn. En inderdaad troffen ze hem daar aan, in goede wei- Met z'n drieën liepen ze naar het strand, waar ze eindelijk een bootje wisten te bemachtigen, de Iris bereikten. Aan boord was toen ook de shipchandler, van wie de „der de" 50 yen had geleend om het uitstapje naar Tokio te kunnen bekostigen. De man informeerde direct hoe het met het geld zat Het bleek, dat de „derde" het grootste gedeelte had weggege ven aan een huilend Japans kind. Kapitein Van Hall van de Sa- miramis bevond zich tijdens de aardbeving op de eerste verdie ping van het kantoor van de Rising Sun. Hij viel door de vloer en kwam op de begane grond. Om de brand te ontgaan sprong hij in het water, na eerst verscheidene kledingstukken te hebben uitgetrokken. Hij vergat echter uit zijn broek de honderd yen te halen, die hij daar in had gestopt. Als ik ze in mijn sokken had gedaan had ik ze nog gehad, zei hij later. _j goed als uitslui- s land bekendheid kreeg, i avond de In België heb ik er ook nog wel timmer- eens enkele gezien, maar dan ifie van een gaper: een gebeeldhouwde mensenko gen, een geduchte neus, een ver geopende mond m» eruit. Moet met dat al sterk de aandacht trekker ketting van 75 vadem met anker in de bakboordschroef ge- kregen en kon niet meer manoeu vreren. En of ik nu zijn schip wilde wegslepen, want als op I het schip brand mocht uitbreken I zou hij geen kans meer zien de vierduizend vluchtelingen, die hij I had opgenomen, te redden. I Ik had benzine in en aan zijn verzoek zat voor mij dus een I gevaarlijke kant. Desondanks be- I sloot ik te proberen hem te hel- IOm zes uur werd begonnen met het treffen van voorbereidin gen. Het manoeuvreren werd zeer bemoeilijkt door de schepen Iin de omgeving, maar eindelijk, om tien uur in de avond, stoom de de Iris vlak langs de Em- I press of Australia. De eerste keer ging het mis, de tweede keer kregen we verbinding, en Iom twaalf uur 's nachts lag het schip op een veilige plaats. Toen werd het langzamerhand ook voor mij tijd, althans een ge- ONDERSCHEIDINGEN Voor zijn hulpverlening tijdens de ramp van Yokohama, maar vooral voor het wegslepen van de Empress of Australia door deskundigen een staaltje van knap zeemanswerk genoemd vielen kapitein A. J. Konings vele bewijzen van hulde en erkentelijkheid ten deel. Hare Majesteit Koningin Wilhelmina benoemde hem tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau, Lloyd's schonk hem een zilveren legpenning, het Nederlandsche Roode Kruis kende hem het kruis van ver dienste toe, en ook de Japanse regering gaf door het ver lenen van een onderscheiding blijk van haar grote dank baarheid. En toen hij met zijn schip weer in Hollar*! was gearriveerd, werd hij in Den Haag door de Engelse gezant ontvangen en namens diens regering toegesproken. Een prachtige ilveren sigarendoos met inscriptie werd hem daar bij overhandigd. Zijn foto en een beschrijving van zijn daden verschenen in de wereldpers. Hij ontving tientallen brieven en telegrammen. Maar de dierbaarste van deze brieven is hem nog alti'*] die brief, ontvangen van een moeder, wier enig kind hij had gered.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 13