Bij elke
drogisterij hoort
gaper
een
De rampvanYokohama
z
0>
4DAG
iSBLAD
N:
seComramit
ZATERDAG 20 APRIL 1963
Klaas Dalmeyer uit Hilversum
houdt vol:
Amateur ontwikkelde
zich tot kunstenaar
i
IU'EN Engelsman die de dag
*-i der verschrikkingen
overleefde vertelde later:
gebouw met zich meesleurend.
En vlak daarop hoorden we
een oorverdovend geraas, en
we zagen op verscheidene
„Het was erger dan de slag plaatsen tegelijk huizenhoge
bii Yperen". En vast staat "lammen. De hele stad was
J. r, binnen de drie minuten een
wel, dat geen natuurramp brandende puinhoop",
die de wereld daarvoor had ,n de loop die Jag wer.
geteisterd vergeleken kan dcn nog 231 schokken geno-
worden met de aardbeving, teerd. gevolgd door vijfhon
derd schokken in de loop van
de maand.
Toen de omvang van de
ramp bekend werd ging een
golf van ontzetting door de we
reld. Een 58.000 mensen waren
om het leven gekomen, twee
dag 'geregistreerd om 11.58 honderdduizend huizen ver
in de morgen. Een passa- woest eu 1.580.000 mensen wa*
I die Yokohama op zaterdag
1 september 1923, dit jaar
I veertig jaar geleden, gro-
tendeels verwoestte.
I 0E eerste schok werd
i de
i dakloos.
Zij, die
Jas en pakt dan weer enkele klei
ne gapertjes op, die bij tientallen
voor ons staan opgesteld. Deze
gapertjes zijn niet geschilderd,
maar veelal diep bruin glanzend
van kleur, zijnde de natuurlijke
tint van het hout, dat werd gepo
lijst" en in de was gezet.
We zien een Arabische vrouw
zonder tong. En dan moet er met een kan op het hoofd, een ar-
in de buurt van Luik nog een ca- tist met lange haren, die zó uit een
lé zijn dat de naam „De drie Ga- schilderij van Rembrandt kon zijn
pers" draagt, maar er slechts gestapt, een Hollands boertje met
twee te zien geeft. Als je aan de hoge zijden pet, een lid van een
kastelein vraagt hoe dat kan, zal reddingsbrigade met een zuidwes-
Verbazing en een onbedaarlijk hij je antwoorden dat je niet ter in de nek en nog zoveel meer.
gelach stegen uit hem op, toen goed gekeken hebt. Je gaat dan En stuk voor stuk zijn de typen
Dalmever hem z'n spullen toon- natuurlijk nog eens scherper toe- zeer knap getroffen,
de. Dat kun je toch geen gereed- zien, doch je komt niet verder dan Voorts laat hij ons nog enkele
schap meer noemen, dacht de twee. Je vertelt dat de kastelein voorbeelden van „stoutmoedig-
timmerman en hij stak alles on- en die begint meewarig het hoofd heid" zien, zoals een voorzittersha-
mïddellijk in z'n zak, om het de te schudden over zóveel kortzich-
volgende avond vakkundig gesle- tigheid. „Wij hier in het Luikse
pen en gescherpt, en nog aange- zijn toch niet zot", zal hij nu op-
vuld met enkele holle en nog an- merken, „wij noemen ons toch weer een gaper om de hoek komt
dere beiteltjes, terug te brengen.
En daarmee kon de allerlaatste
de catastrofe
boek: „We kregen plotseling getuigen waren, zijn die dag
het gevoel of ons schip wel nooit meer vergeten. De gas-
twintig schroeven had
alle tegelijk begonnen
draaien en doorsloegen.
die leidingen raakten defect
te daardoor braken er 134 grote
i kleine branden uitdie niet
man. die nog laat wat „voor de
hoest" kwam halen.
,,'t Lijkt goed", zei die timmer
man, „maar als jij dat zelf ge
daan hebt, laat me dan je ge
reedschap
eerste seconde wist niemand konden worden geblust omdat
de buizen van het waterlei
dingnet waren gesprongen en
het water in de grond ver
dween.
wat er aan de hand
Maar toen we naar de wal ke
ken zagen we fabrieksschoor
stenen en torens als lucifers
houtjes afknappen en vallen,
huizen in elkaar storten en de gIJ honderden trokken de
pier, waarlangs altijd de grote vluchtelingen, radeloos
ge lijf te kunnen redden. ..Het
schip" deed prachtig werk.
Tot de schepen, die zich zeer
verdienstelijk maakten, be
hoorde de Iris van de Konink
lijke/Shell Groep, een tanker
die om zes uur 's morgens vol
geladen met benzine uit Balik-
papan was gearriveerd. Ge
zagvoerder was kapitein Ar-
noldus J. Konings, toen 37
jaar en op de zeven zeeën be
kend als captain King. Zijn on
verschrokkenheid en doortas
tend optreden redde Yokoha
ma van nog een ramp. De be
tekenis van zijn prestaties in
die brandende Japanse haven
stad vond later uitdrukking in
onderscheidingen en geschen
ken.
Kapitein Konings is sinds 10
april 1940 gepensioneerd. Hij
woont in Rotterdam, de stad
waar hij geboortig te
Raamsdonk de hogere bur
gerschool en de zeevaartschool
bezocht. Hij is nu 76 jaar.
Dezer dagen hebben we hem
opgezocht en hem nog eens het
verhaal laten vertellen, dat hij
in zijn leven misschien wel
honderd keren heeft verteld.
Het verhaal van de ramp van
Yokohama, die hem nog zo le
vendig voor de reest staat als
was zij eerst kort geleden ge
beurd.
de steel de
het esculaapteken kreeg, ter
wijl boven in het slaghout toch
weer een gaper om de hoek komt
kijken. En een stamper met
zijnEn wéér zal vijzel, waarin de gaper evenmin
hand aan de gaper worden ge- zÜn Sast zich naar buiten bege- verstek laat gaan.
legd, alvorens hij in de verf werd ven, om nu steen voor steen van „Op zolder heb ik er nog wat
gezet. de gevel af te speuren. En na zijn liggen", zegt Dalmeyer. „En ik
Toen hij eindelijk zijn plaats terugkeer in de gelagkamer zullen raak het allemaal kwijt. Er zijn
bestemming had gevonden zlc.h me"wf discussies openen c
en hij in Hilversum het gesprek datde opnieuw moet wor-
werd van de dag, zette Dalmeyer den gesmeerd
z'n oren wagenwijd open. Niet al-
leen waar het zijn vrienden, maar OÓk edl methode
ook waar het zijn concurrenten
betrot Gewapend met al die we- ls óók methode om
tenschap begon hij1 aan zijn twee- doen met gape„.., consta.
de gaper, vermeed daarbij de teerden we. na dit onwaarsehljn-
de eerste |jjke verhaal van de Hilversumse
e aa van a drogist te hebben aangehoord.
bij
1/25.
zeeheld vraag ik ƒ300. Reeds
werd me 200 geboden, doch ik
vind deze gaper zelf zó goed uit
gevallen, dat ik wacht op iemand
die er 100 méér voor biedt.
Zo niet, dan gaan van de zomer
de Amerikanen er wel mee aan de
fouten die nog
kleefden deed die eerste
hand en bevestigde met nog méér Maar hij stond wél geheel t
aarheid in, toen hij vertelde dat
voldoening zijn verbeterde editie
aan de gevel van zijn drogisterij
„Het Asperientje".
hij in 1960 een week lang in het
Openluchtmuseum te Arnhem zijn
beeldhouwkunst had gedemon
streerd gedurende de Week-van-
het-oudc-ambacht aldaar.
Tijdens de Utrechtse studenten
feesten in 1961 werd er eveneens
een beroep op hem gedaan, toen
twee gapers nodig had
VEERTIG JAAR GELEDEN:
grie-
Als kind vonden
zelig, ja huiveringwekkend..
En al zijn er sindsdien twee
wereldoorlogen overheen ge
gaan, nog kan het ons gebeuren
dat we even de neiging krij
gen het hoofd af te wenden,
wanneer we geheel onverwacht
oog in oog komen te staan met
zo'n monsterkop met een
gaper, het oude gildeteken
van wat n u drogisten heten.
Véél ziet men zc niet meer.
In Amsterdam schijnen er nog
tien a vijftien te hangen, in
sommige andere steden ook nog
enkele en het had er dan ook
alles van, dat we er binnen af
zienbare tijd helemaal van zou
den zijn verlost. Wie daarop
echter, mèt ons, mocht hebben
gehoopt heeft buiten de waard
gerekend, in casu de 60-jarige
Hilversumse drogist Klaas
Dalmeyer, die nog geen
tien jaar geleden in alle stilte,
doch vol hartstocht, een poging
ondernam om voor zijn eigen
luifel, Azaleastraat 27, een ga
per te maken. Met als resul
taat, dat het aantal gapers in
de hoofdstad weer werd opge
voerd inplaats van verminderd,
dat er gapers van zijn hand
naar Den Haag gingen, naar
Rotterdam, naar Vianen en
zelfs naar Duitsland en de Ver
enigde Staten. Want ofschoon
hij nooit eerder aan houtsnij
den of beeldhouwen had ge
daan, bleek hij er wèl aanleg
voor te hebben, zodanige aan
leg zelfs, dat een blad als de
New York Herald Tribune nog
niét lang geleden een volle ko
lom aan hem wijdde.
Grote gapers
Hij maakt grote gapers van
meer dan een halve meter hoog
te met pikzwarte snorren op
krijtwitte gezichten, de mond
wijd opengesperd, waaruit een
dikke vuurrode tong hangt van
bijna een decimeter lengte. Van
deze soort had hij er, toen wij
er waren, maar liefst vijf op een
heel klein plaatsje, achter z'n dro
gisterij, in de regen staan. En het
was opnieuw met gemengde ge
voelens, dat we met die myste
rieuze snoeshanen werden gecon
fronteerd.
Maar, of dit nog niet voldoende
was, vervolgens begon Dalmeyer
vlug heen en- weer te lopen
Een monster dat luistert naar
de naam Zonnekoning met
veel goud, blautv en rood opge
smukt, En een vurige tong steekt
vér uit een wijd opengesperde
Niet meer laten
Na dit succes kon hij het ma
ken van gapers niet meer laten.
Hij kocht links en rechts prach
tige stukken eikenhout, noten en
mahonie. Hij breidde zijn beitel-
collectie uit tot een aantal, dat die in een auto rond te laten rij
men onmogelijk nog met één arm den. En ook de film en de t.v.
omvatten kon. Hij ging speciale riepen een keer zijn medewerking
aandacht schenken aan bijzonde- in. Dat vindt Dalmeijer allemaal
re mensentypen die hij zo af en prachtig, daar hij best wat extra
toe ontmoette zoals Indiërs inkomsten gebruiken kan. Minder
met tulbanden, Arabieren met ingenomen is hij echter met lie-
hoofddoeken enz. En hij nam den, die de gapers aan de lopen-
goede nota van allerlei afbeeldin- de band proberen te maken. Die
gen die hem wel eens te pas zou- gieten ze goedkoop van een paar
den kunnen komen. Alleen op die grondmodellen in gips of in een of
manier slaagde hij erin gapers te ander metaal. Hetgeen er de oor-
vervaardigen in de grootst moge- zaak van is, dat thans bij Dal-
lijke verscheidenheid. meijer ettelijke indrukwekkende
„Dit is de Radjah", zo lichtte gapers op een koper staan
hij ons toe. ,;Zo hangt er één van wachten.
toé üij drogtotEn- Prijzen
Om zes uur ln de morgen
die zaterdag 1 september 1923
kwamen we op de rede van
Yokohama. Het weer was vrij
goed. Alleen was er een storm
gerapporteerd ten noorden van
het eiland Nippon. En dit was
de reden, dat ik aan boord van
-- de Iris bleef toen tegen tien uur
te I het sleepbootje me kwam afhalen
I -'om aan de wal Wat ocheepsza-
1 ken af te wikkelen. Ik schreef
eeit kattebelletje naar de a8en"
vertrek,
ten, en de keuken; om telkens
met handen vol kleinere gapers
zullen de meeste
mensen weinig
meer zeggen, net
zo min als de his
torie, waaruit de
gapers zijn voort
gekomen. En toch
vind ik het reuze
interessant. Men
moet hiervoor te
ruggaan naar de
tijd dat er nog
geen steden waren.
Toen trokken mars
kramers van het
ene gehucht naar
het andere. Onder
hen waren er, die
kruiden verkoch
ten en die ook be
reid waren kiezen
te trekken en lik
doorns te snijden.
Maar het kostte nogal eens moeite,
alom de burgerij van hun aanwe
zigheid op de hoogte te stellen,
daar men niet, zoals tegenwoor- J
dig, boven op elkaar woonde. Die f
marskramers namen daarom vaak
iemand mee om reclame te ma
ken: Liefst een moriaan, dus een
neger; of een harlekijn. Dat dien
den steeds flinke kerels te zijn,
daar ze zo nodig tevens moesten
fungeren als pijnverdeler. Dat
rater had gelegen wil zeggen, dat wanneer de krui-
stellen eisen te be- dendokter uit een der voeten de
antwoorden. Hij bezat voorts in- likdoorns verwijderde hetgeen
derdaad i' *-**- «--«-•
per spreekt men al terughoudend. Maar ten slotte
daar tegenwoor- wilde hij wel toegeven dat de
dig over „Enke- grootste en middelgrote gapers
laar, de Witte Ga- variëren van 500 tot 300 per
Per''- stuk. Het is niet zo weinig natuur-
„In Barneveld lijk, doch er gaan tal van uren in
hajngt weer een zitten en per saldo is hij de enige
andere van me. die ze op de originele manier
'kWeet echt niet maakt.
meer of het de Hoevéel hij er maakte weet hij
Moor is of de werkelijk niet meer. Waar ze
v^ii»crma« allemaal heengingen kan zich o n-
Krijgsman «14. m o g e 1 i j k nog herinneren. „Er.
Jonker. Het kan gens in Den Haag hangt de Jon-
ook wel de Red- k e r van me, riet witte, gepijp-
der zijn, of de te kraag en een pruik op
Zonnegod. Deze Nee, vraag me niet uit. Laten de
laatste valt op mensen maar zoeken als ze er in
door z'n vele ver- teresse voor hebben, minister Zijl-
guldsel, dat scherp stra inbegrepen...
contrasteert met
vuurrode tong-
ten, dat ik 's maandags wel op
het kantoor zou komen. Toen ik
dat toezegde vermoedde tk bi de
verste verte niet, dat het kan
toor er 's maandags niet meer
zou zijn.
Ineens begon het. Om 11.58
uur precies. Het schip ging he
vig schudden, net of we in zwaar
weer zaten. Geen van allen had
den we er idee van wat er aan
de hand was. Eerst dachten we
aan een aanvaring, maar voor
een aanvaring zijn altijd twee £en
schepen nodig en er was maar
een schip, het onze, de Iris.
We renden van het voorschip vrand
naar het achterschip en toen
ineens zagen we heC tegelijk, en ,ieu we veiumueu mei ie
dachten dat we gek geworden kussenslopen, handdoeken,
de aardbevingsramp
te verbinden met lakens,
Dalmeyer drentelt maar wat
de tafel, strijkt zo af en toe
s langs zijn lange, bruine stof-
Al heeft hij er nog tientallen
voorradig, toch werkt Klaas
Dalmeijer door aan nieuwe ga
pers. Hier is h{j bezig met een
heel smal beiteltje, om al ste
kend en schilferend tot het beste
resultaat te geraken.
noeg in het
platte beitel, een ha- niet bepaald zachtzinnig gebeur
de ,a on or- no tn schroevedraaïer en een de de moriaan stevig op de an-
ffi vol raw të Vetten wat bleef stevig zakmes. En aldus uitgerust dere voet moest trappen; Zoiets
felvol mee te zetteh .- wat bleef beg0« hlj op cen avondi na slnl deed dan ZÓV€el pijn> dat de opP.
nog anders over da tingstijd, in de huiskamer wat ratie veel minder werd gevoeld.
aan het houtblok te snijden en te De pijn werd ver d e e 1 d.
steken. Een voorbeeld had hij na
tuurlijk niet. Maar geen nood,
want hij ging op de vloer zitten,
plaatste een spiegeltje
en de pieren onder water
dwijnen. De vuurtoren zakte in
het water weg, en het Europese
kwartier, de zg. Bluff stortte
elkaar. Toen begrepen we,
we een aardbeving meemaak-
as een vlammenzee. Vreselijk
n aan te zien.
De volgende morgen, dus 's
dat zonda8s« keerden we terug tot
dicht bij de haven en opnieuw be
gonnen we met het reddingswerk.
Ik nam het commando over de
Donker grootste reddingboot. Om half
acht kwamen we aan de wal, op
plaats waar het nog
idde. De wanorde die
met de eerste schok ontstond heerste was ongelofelijk. De boot
brand, waar we ook keken. On
ze installaties aan de wal
bezuiden Yokohama liggende komst
Yokosuka Naval Base. met
werd bestormd door hele groepen
tegelijk, die geen uit-
ïeer zagen, en zij zou
zeker zijn gezonken als
Iris zat vol met bezine en ik be- laten,
greep, dat ik er met het schip De boot zat vol tot
vandoor moest. Ik liet de ankers boorden. Al die
slippen, maakte stoomklaar
stoomde weg, op zoek naar een
veiliger ligplaats, die er natuur
lijk niet
de verschillende
schepen. De gehele dag weer
waren wij en de bemanningen
andere schepen bezig
stoom of L
de mensen in de haven drijven Onder de geredden waren
en daar tussen door nog leven- ders met balby's, kinderen
9|e mensen, die zich hadden vast
geklampt aan of waren gezeten
op stukken hout. Ik liet de ma
chines stoppen, de reddingboten eten
overboord zetten en gaf opdracht viand hadden
de nog levenden op te pikken.
Het was een hopeloze taak. In
een ogenblik waren de boten vol.
We brachten ze aan boord, maar
onder hen waren zwaar gewon- treft,'
den en mensen, die half ver- gaan
der ouders, zieken en gewonden.
Het grootste probleem daarna
hoe de vluchtelingen van
drinken te voorzien. Pro-
nog niet inge
nomen, maar we hadden wel
een inrichting om zoet water te
maken. De dorst kon dus wor
den gelest en wat het eten be-
moesten er toe over-
rantsoen
De Iris van de Koninklijke
Shell Groep, een tanker, die
dank sij het werk tan gezag
voerder Konings, zo'n belang
rijke rol speelde by de hulp
aan het door een aardbeving
getroffen Yokohama.
van de Java-China-Japan-lijn.
Daarna zette ik met de overi
gen koers naar Kobe om een ge
deelte van mijn lading te lossen
met de bedoeling dan met wa
ter en voedsel terug te keren
naar Yokohama.
In Kobe was de hulpverlening
uitstekend georganiseerd. Direct
werden levensmiddelen aan
boord gebracht, de passagiers
werden afgehaald en onder dak
gebracht. In het Oriental Hotel
lagen stapels kleren klaar, en
dat was hard nodig, want onder
de vluchtelingen waren er die
niets meer hadden. Ik had zelf
al fien gedeelte van mijn uitrus
ting weggegeven.
In Kobe hoorde ik, dat er reeds
schepen met voedsel en water
naar Yokohama onderweg waren,
zodat ik niet meer behoefde te
rug te keren.
Later heb ik nog de merkwaar
digste staaltjes van reddingen ge
hoord. Onze agent in Singapore
bevond zich op de eerste verdie
ping van het kantoor toen het
instortte. Hij viel op de begane
grond en had slechts wat onbe
duidende schrammen aan de
hand. Door het brandende Yoko
hama heen is hij daarna naar
de haven gelopen.
Een man was bezig met het
oppikken van drenkelingen in de
haven toen hij zijn vrouw en
zijn kind nog levend op een balk
zag ronddrijven. Hij wist beiden
in veiligheid te brengen.
Kapper
te stellen.
Schip
te berusten.
„Een gaper is pas een goe-
d e gaper, als hij indruk op
de voorbijgangers maakt", zei de
Hilversummer vergenoegd. „En
ik geloof, dat ik daarin langza
merhand aardig ben geslaagd."
Hij vertelde dan hoe hij vóór
de meidagen van 1940 in Rotter
dam, in de Weteringstraat op
Kralingen, bij de oude gasfabriek,
een juweel van een gaper boven
ijn zaak had hangen. Alles werd
Morianen
voeten en zag zo kans de juiste
maatverhoudingen van voorhoofd,
ogen, neus en mond te realise
ren. Alles moest immers enige
malen groter worden dan zijn
eigen bol.
Nadat hij zich enkele maanden de
Voorts waren die „doktersas
sistenten" nodig bij het toedienen
van minder prettig smakende jj^
„geneesmiddelen", of om de pa- anfe
tiënten hun tong te laten tonen.
op jaarmarkten, waar
later zag hij kans, in de stad
de radio een nieuw zaakje te be
ginnen, echter zonder gaper. aë~7ieh
Dal vond hij maar zo zo, daar ^„.5.
hij altijd van mening was
vreest, dat bij elke drogisterij
aper boven de luifel hoort. Ge-
helaas verwoest En pas twee jaar „hteree„ met dit werk onledig heen togen, hadden de
„.to. kans in de stad van had geht>ud,,n e„ te„ sl„tte wel hsndd„ \oI' werfc om kren„e„de
mm Of meer tevreden was dien- boeren bedwang te houden.
andere moeilijkheid Want wie van hen a had gezegd
"nm" moest ook maar b zeggen, dach
ten die dokters.
Daar voor bood
een spiegeltje te weinig mogelijk-
heden. En zelfs met twee lukte
ïTiic «n kannerszaak zich 'met"de het niet. Er zat toen weinig an- Naar mate evenwel de neder
babierstaf presenteert. Zijn vele Jf» fp. dan dat «jn vrouw als zettingen uitgroeiden tot dorpen
mneiten evenwei om een oude model ging poseren
gaper op de kop'te tikken, liepen ®f?®lost
nn niets uit Wanneer hii dacht beiden deden het gedwee.
op niets uit. Wanneer hij dacht
iets van z'n gading ontdekt te
hebben wilde men er öf geen af
stand van doen. öf het beeld was
dermate vermolmd, dat het niet
gebruiken w
beftel en hamer
Z°Van bevriende zijde kreeg hij
stuk boomstam, dat lang ge- aandacht trok
zelfs tot stadjes, verdwe
voor de „dokters" de noodzaak
om al rondtrekkend een bestaan
te vinden. Ze gingen zich hier en
daar vestigen. En daar ze moeilijk
een levende moriaan of harlekijn
als herkenningsteken aan de ge-
nog slechts vel van hun woning konden han
en in felle gen, deden de gapers hun intrede,
kleuren groen, rood. blauw etc. Gek eigenlijk, aldus Dalmeyer,
worden geschilderd. Voorlopig dat de gaper i
echter zette hij het blok in de tend in
het op f
Enige weken later was de ga-
;r gereed, mèt een hoofddeksel
i de uitstekende tong incluis.
9H1Zodat hij De kop moest ni
één oplossing zag: zelf worden afgezaagd
niet zo erg veel drinkwater
en daarbij kwam, dat ik bang
was, dat de vluchtelingen vuur
zouden maken en dan was de
ramp niet te
het klaren
wei. Om vijf uur 's middags
kwam de gezagvoerder van de
Empress of Australia, een pas
sagiersschip van een 22.000 ton, u j _i
bij mij aan boord. Zijn schip had H" honderdvijltig passagiers
van 7S vd.ra raai bracht ik onder op de Tjisalak
Kobe
Tijdens de aardbeving was de
derde officier van de Iris aan de
wal. Hij had het plan naar Tokio
te gaan, maar wilde zich eerst
netjes maken en bracht daarom
een bezoek aan een barbershop.
Juist toen hij de kapper had
verlaten zakte de winkel achter
hem in elkaar. Onwillekeurig liep
hij naar het midden van de
straat regelrecht in de armen
van een dame, die uit een tram
kwam. Ze drong er bij hem op
aan. dat hij mee zou helpen
zoeken naar haar man, die thuis
moest zijn. En inderdaad troffen
ze hem daar aan, in goede wei-
Met z'n drieën liepen ze naar
het strand, waar ze eindelijk een
bootje wisten te bemachtigen,
de Iris bereikten.
Aan boord was toen ook de
shipchandler, van wie de „der
de" 50 yen had geleend om het
uitstapje naar Tokio te kunnen
bekostigen. De man informeerde
direct hoe het met het geld zat
Het bleek, dat de „derde" het
grootste gedeelte had weggege
ven aan een huilend Japans
kind.
Kapitein Van Hall van de Sa-
miramis bevond zich tijdens de
aardbeving op de eerste verdie
ping van het kantoor van de
Rising Sun. Hij viel door de
vloer en kwam op de begane
grond. Om de brand te ontgaan
sprong hij in het water, na eerst
verscheidene kledingstukken te
hebben uitgetrokken. Hij vergat
echter uit zijn broek de honderd
yen te halen, die hij daar in had
gestopt. Als ik ze in mijn sokken
had gedaan had ik ze nog gehad,
zei hij later.
_j goed als uitslui-
s land bekendheid kreeg,
i avond de In België heb ik er ook nog wel
timmer- eens enkele gezien, maar dan
ifie van een gaper: een gebeeldhouwde mensenko
gen, een geduchte neus, een ver geopende mond m»
eruit. Moet met dat al sterk de aandacht trekker
ketting van 75 vadem met
anker in de bakboordschroef ge-
kregen en kon niet meer manoeu
vreren. En of ik nu zijn schip
wilde wegslepen, want als op
I het schip brand mocht uitbreken
I zou hij geen kans meer zien de
vierduizend vluchtelingen, die hij
I had opgenomen, te redden.
I Ik had benzine in en aan zijn
verzoek zat voor mij dus een
I gevaarlijke kant. Desondanks be-
I sloot ik te proberen hem te hel-
IOm zes uur werd begonnen met
het treffen van voorbereidin
gen. Het manoeuvreren werd
zeer bemoeilijkt door de schepen
Iin de omgeving, maar eindelijk,
om tien uur in de avond, stoom
de de Iris vlak langs de Em-
I press of Australia. De eerste
keer ging het mis, de tweede
keer kregen we verbinding, en
Iom twaalf uur 's nachts lag het
schip op een veilige plaats.
Toen werd het langzamerhand
ook voor mij tijd, althans een ge-
ONDERSCHEIDINGEN
Voor zijn hulpverlening tijdens de ramp van Yokohama,
maar vooral voor het wegslepen van de Empress of Australia
door deskundigen een staaltje van knap zeemanswerk
genoemd vielen kapitein A. J. Konings vele bewijzen van
hulde en erkentelijkheid ten deel. Hare Majesteit Koningin
Wilhelmina benoemde hem tot Ridder in de Orde van Oranje
Nassau, Lloyd's schonk hem een zilveren legpenning, het
Nederlandsche Roode Kruis kende hem het kruis van ver
dienste toe, en ook de Japanse regering gaf door het ver
lenen van een onderscheiding blijk van haar grote dank
baarheid. En toen hij met zijn schip weer in Hollar*! was
gearriveerd, werd hij in Den Haag door de Engelse gezant
ontvangen en namens diens regering toegesproken. Een
prachtige ilveren sigarendoos met inscriptie werd hem daar
bij overhandigd.
Zijn foto en een beschrijving van zijn daden verschenen in
de wereldpers. Hij ontving tientallen brieven en telegrammen.
Maar de dierbaarste van deze brieven is hem nog alti'*]
die brief, ontvangen van een moeder, wier enig kind hij had
gered.