Boude wijn H. distancieert zich ook van daad Verbijsterde rechtbank luistert naar kil relaas over moord O We beschouwden diefstallen alleen als een avontuur TWEEDE VERDACHTE IN BAARNSE ZAAK Henny W. verminderd toerekeningsvatbaar Spoorbomen in Delft bleven open Geschrokken toen Theo nog in leven bleek NIEUW LEIDSE COURANT DINSDAG 26 MAART 1963 55 55 10 TNE TWEEDE DAG van de behandeling door de rechtbank in Utrecht van de Baarnse moordzaak was geheel A-* gereserveerd voor de tweede verdachte in deze zaak, de 20-jarige student Frans Boudewijn H. Hij en m zijn broer Ewout waren ook gisteren reeds in het gerechtsgebouw aanwezig om beschikbaar te zijn indien de officier van justitie of de verdediging hen als getuigen wenste te horen. e' Zoals bekend heeft de raadsman van Hennie W., mr. Francois Pauwels, gistermorgen subsidiair gevraagd de beide broers als getuigen te horen. De rechtbank stemde hierin toe, ofschoon de raadsman er gisteren geen gebruik van heeft gemaakt. Boudewijn H., die reeds gisteren als de dromer, romanticus en kamergeleerde werd gekarakteriseerd, maakte ook in de I rechtszaal een zeer bedeesde en zelfs zielige indruk. Toen hij werd bin- ,ll nengeleid keek hij verdwaasd de zaal in. Zijn ogen zaten half dicht en zijn armen hingen slap langs zijn lichaam. Bij de verificatie van zijn naam I en geboorteplaats, antwoordde hij nauwelijks hoorbaar. De officier beschuldigde hem pri mair van moord gepleegd tesamen en in vereniging met Hennie W.t subsi diair medeplichtigheid aan deze moord, meer subsidiair poging tot moord, ge pleegd te samen en in vereniging met Hennie W. en ten slotte subsidiair me deplichtigheid aan poging tot moord, j Ook Boudewijn H. heeft meegedaan aan de diefstal van fruit, bier, limonade, en dergelijke samen met zijn broer en Hennie W. Waar het vandaag om gaat, is of de rechtbank een duidelijk ant- woord krijgt op de vraag of Boudewijn, Rj toen de wurgingspoging van Hennie W. gj mislukte, een hakmes heeft genomen en daarmee Theo Mastwijk van het leven I heeft beroofd. 1 De schuld voor deze daad werd gis- teren volledig door Hennie W. op Boudewijn geschoven. Voor de rech- J ter-commissaris echter heeft Boude- ]j wijn zich ook van deze daad gedis- lancieerd. Ook vanmorgen was de zittingszaal ./eer overvol. Ongeveer 30 belangstel- lenden kregen een plaatsje. Zij hadden van acht uur af voor de ook nu weer streng bewaakte hekken van het ge rechtsgebouw gestaan. De Amsterdamse strafpleiter, mr. Joh. i. Mathuizen was met de verdediging an Boudewijn belast. Hij stelde, dat de rechtbank bij deze verdachte niet de i vlotte conversatietoon moet verwachten, ie men gisteren bij Hennie W. aantrof. Hoewel, aldus mr. Mathuizen. het contact tussen cliënt en raadsman een "groot goed is, heeft de verdediging ge het contact met Boudewijn te 5moeten verbreken in het belang van het ''verhoor. De raadsman claimde dan ook recht te mogen interrumperen, in- „idien dit tijdens de behandeling nood zakelijk mocht blijken. - Voorts deed hij een beroep op de rechtbank toe te staan, dat zijn cliënt n mag blijven zitten. Hierin werd toege- P stemd. Ook nu weer werden eerst de onbe- langrijke diefstallen ter sprake gebracht. Boudewijn zei. dat Hennie W. hiertoe indertijd de plannen heeft geopperd, I, terwijl hijzelf buiten op de uitkijk bleef i staan. Op de vraag van de president, waarom Boudewijn aan de diefstallen heeft meegedaan, kon de jongen geen duidelijk antwoord geven. Zijn advo caat merkte op: „Hier duikt u nu pre cies in de psychologie van de zaak, mijn heer de president". Mr. Mathuizen zag de diefstal bij Hotel Trier bijvoorbeeld als een soort proef, een concrete daad, aansluitend op de vorige diefstal, waar verder niets uit voortvloeide. Boudewijn zei, dat het er eenvoudig omging, iets weg te nemen, of het nu glazen waren of iets anders, dat deed er niet toe, de jongen sprak zeer zacht en ook nadat de microfoon was versteld, bleef hij moeilijk te verstaan. De deurwaarder toonde een hele collectie glazen, een schrijfmachine len de glazen stolp van een pendule, die de buit uit hotel Trier vormden, j pP vragen va de officier van y justitie, mr. Van Dy ken. waarom Boudewijn vlot op het voorstel om te .gaan stelen was ingegaan, atwoordde verdachte, dat hij het als een avontuur beschouwde. Boudewijn vertelde vervolgens hoe hij door Henny W. in contact kwam met Theo Mastwijk. Op verzoek van Henny W. namen de gebroeders H. Theo Mast wijk in huis. „Ik was bang dit aan W. te weigeren", zo zei de verdachte, „omdat er een kans was dat W. werd verraden door Mast- wijk en dat dan later Henny W. ons zou verraden". Boudewijn vertelde hoe hij alleen op het torenkamertje kwam om eten bij Theo Mastwijk te brengen. Aan warm eten was moeilijk te komen, zo vertelde hü. „Ik was er niet graag", zo zei hij. „Wel kreeg hij wat lectuur om de tijd te doden" Boudewijn vertelde, dat het de be doeling was dat Mastwijk maar een dag of tien in het torenkamertje zou blij ven. Het duurde langer en Henny W. kwam niet met de beloofde plannen voor een vlucht over de grens. „We waren een beetje gebrouilleerd", aldus verdach te. Zelf zou hij niet in staat zijn ge weest een andere oplossing te vinden voor de ongewenste gast Volgens Boudewijn heeft Henny W. op een gegeven moment, toen de zaak in verband met de komende vakantie van de familie H. dringend werd, gezegd dat Theo Mastwijk maar uit de weg geruimd moest worden. Uitstellen Boudewijn H. zei. zich niet meer te herinneren, dat hij het voorstel had ge daan om Theo bij de Eem te doden in een visgat te gooien. Bij de verhoren door de politie heeft hij deze suggestie wel toegegeven. Op Boudewijns voorstel werd op de zelfde zondag later besloten, Theo Mast wijk door vergiftiging om het leven te brengen. Hij wist niet meer, of het zijn broer Ewout's idee was geweest, het lijk in de put in de tuin te laten verdwij nen. In ieder geval gingen de jongens met z'n drieën een zak ongebluste kalk halen en brachten die naar de schuur in de tuin van de familie H. Boudewijn verklaarde, dat hü in het voor Theo Mastwijk bestemde flesje bier geen slaaptabletten had gedaan, zoals de anderen dachten, maar vitaminetablet ten en asperine. „Ik wilde het nog even uitstellen". Boudewijn was niet erg verbaasd toen bleek dat Theo Mastwijk niet bezwe ken was aan het bier. zo verklaarde hij nu. Hy wist niet of Henny W. en zün broer erg geschrokken waren. Volgens Boudewijn heeft Henny direct na het fa len van de vergiftigingspoging het plan opgevat om Theo Mastwijk op een an dere manier te doden. De president hield hem voor dat Hen ny W. een geheel andere verklaring heeft afgelegd. „Dat is niet waar" zo zei de verdachte, „Ik heb niets gezegd maar het was Henny W." Mr. Gijsman merkte op, dat Boude wijn zich verschillende dingen niet meei herinneren kan en plotseling dit ge beuren wel. „Dat staat dan ook in mijn geheugen gegrift, mijnheer de president" zo zei de verdachte. Maar toen de pre- •ident doorging met vragen en wat meer Op de drukke spoorbaan Den Haag- Rotterdam is zondagavond bij de School poort in Delft een overweg geopend ge bleven, toen omstreeks kwart over acht een brein uit de richting Rotterdam na derde. Voorbijgangers die het gevaar be merkten, konden het wegverkeer waar schuwen en daaraan is het te danken, dat er zich geen ongelukken hebben voor gedaan. De overwegwachter kon geen verklaring voor zijn verzuim geven. De waarsohuwingsinstallatiie had normaal ge. functioneerd. De overwegwachter is tij delijk van zijn functie ontheven. In ver band met het onderzoek heeft de politie te Delft getuigen opgeroepen. details wilde weten, was de verdachte zijn geheugen weer kwijt. President: „Neen. Boudewijn, we gaan nu rustig door. Ik weet dat het verve lend voor je is, maar je moet maar even door de zure appel heen bijten". Toch wist de verdachte niet meer te vertellen hoe hij bijvoorbeeld de mast- worp zou hebben gerepeteerd om Theo Mastwijk te wurgen. De president vond dit gebrek aan herinneringsvermogen wel bijzonder vreemd. Vreemd vond de president het ook, dat Boudewijn nog wel weet dat het was- Hjntje tevoorschijn werd gehaald, maar niet meer dat de jongens de verschil lende knopen op elkaar probeerde. Een van de dingen die verdachte zich wel herinnerde, was dat de drie jongen sa men de put in de tuin hebben openge maakt voor de vergiftigingspoging werd ondernomen. „W. eiste van my, dat ik de handen van Theo vasthield", zo zei Boudewijn, „terwijl hij hem wurgde". Toch, gaf hy toe, dat hy geen werktuig was van Hen ny W. Niet duideiyk werd, waarom hy er dan geen bezwaar tegen maakte. De verdachte veroorzaakte enige dei ning toen hy verklaarde, dat Henny W. ook van hem geëist had dat, wanneer de wurgingspoging zou mislukken hy het hakmes zou gebruiken. Henny W. heeft dit namelijk gisteren ontkend. Hij verklaarde niet eens iets af te weten van het bestaan van het hakmes. „Henny W. zou wurgen en als dat zou mislukken, dan zou ik met het hakmes Theo doden", aldus de verdachte. De officier viel plotseling uit toen de ver dachte zich weer precies kon herinneren, dat Henny W. en niet hy gezegd heeft dat de moord moest gebeuren. Mynheer de president", zo zei de officier, „deze verdachte weet zich alles te herinneren, wanneer het gaat om zich zelf schoon te praten". „President: „Een van jullie liegt. Hen ny W. of jy. Wie liegt er nu f Verdachte: „Henny W. liegt". Boudewyn ontkende, dat hy Theo's polsen had vastgehouden toen Henny W. het koord om diens nek legde. Ondanks Henny's eis, zou hij zich instinctief hebben omgedraaid. „Als W. zegt. dat ik hem wel heb vastgehouden, liegt hij". Verdachte zei, dat hy wel had gezien, dat W. het touwtje om Theo's nek deed. maar niet dat het weer losschoot of dat het slachtoffer tegenspartelde. Hij zou bij de noteboom hebben gestaan, enke le meters van de schuur af. Hij ver klaarde, dat hij zich had omgedraaid en naar de moestuin was gegaan, toen Hen ny W. het touw om Theo's nek legde. Op weg naar de moestuin, hoorde hij achter zich de slagen van het hakmes: „Pats. pats, pats", zo riep hij nu in de rechts zaal. Ook had hij gehoord, dat Theo vroeg „Wat moet dat?" Henny W. moet, volgens de verdachte, met het hakmes Theo Mastwijk hebben gedood. Hij ontkende de polsen van het slachtoffer te hebben vastgehouden. Toen hij zag dat het draad om de hals van Theo werd gesnoerd, was hij weggelo pen. De president vroeg met grote na druk aan de verdachte of hij zich niet te veel in zijn verhaal heeft vastgebeten. President: „Voor je eigen geesteiyke gezondheid, Boudewijn en voor de ont lasting van je geweten, zeg het nu als je dei slagen wel hebt toegebracht. Het is myn taak niet om je tot een beken tenis te dwingen, maar als je het gedaas hebt, zeg het nu. Dit is het moment, geneer je niet, zeg het". Verdachte: „Ik heb niet geslagen. Ik heb de slagen alleen gehoord en wel achter mij". De zitting duurt voort De drie verdedigers in de Baarn se moordzaak in het Utrechtse gerechtsgebouw: v.l.n.r. mr. Joh. K. M. Mathuisen (voor Boudewijn H.). mr. H. C. Dietz (voor Ewout H.) en mr. Fran- gois Pauwels (voor Henny VVJ. WITTE KRUIS DE echte PIJNSTILLER Rugpijn... maar ook andere pla gende pijnen vaagt u prompt weg met WITTE KRUIS, (poeders, ta bletten of cachets) Salicyl-vrij en daardoor geen maagklachten. WITTE KRUIS „In verminderde mate toereke ningsvatbaar". Dat was gisteren het oordeel van prof. dr. J. Kloek over de thans negentienjarige Henny W., die gisteren als eerste verdachte in de Baarnse moordzaak voor de Utrechtse rechtbank terecht stond. Uit de verklaringen van de zenuw arts, die geneesheer-directeur van de Psychiatrische Observatiekliniek van het gevangeniswezen in de Domstad is, moet ten aanzien van de broers Boudewijn H. en Ewout H. de beide andere verdachten in dezelfde lugubere zaak een ge lijke kwalificatie worden gegeven. Daar de behandeling van de in 1959 gepleegde moord op de toen veertien jarige Theo Mastwijk in drieën is ge knipt, komt Boudewijn H. vandaag voor en Ewout H. morgen. De officier van justitie, mr. G. H. C. van Dijken, zal Ln de drie zaken gelijktijdig requireren, vermoedelijk op donderdag, 28 maart. Onmiddellijk daarna zullen de plei dooien worden gehouden, waartoe de onderscheidene zaken tot dan zullen worden geschorst. Zoals bekend werd Theo Mastwijk op 1 augustus 1959 vermoord. Hij was ge durende vijfenveertig dagen in het toren kamertje van de ouderlijke woning van de broers H. verborgen gehouden, omdat de laatsten, zomede hun vriend Henny W., bevreesd waren dat hij enkele, door hen gepleegde kleine diefstallen aan de politie zou verraden. Het zou in de bedoeling hebben gelegen het slachtoffer, dat ook geen brandschoon zonderegister zou heb ben gehad, over de grens te helpen. Gisteren: eerste rechtszitting van de Baarnse moordzaak. Henny W. voor zijn rechters. achter de villa van de familie H. gewor pen en met ongebluste kalk overdekt Twee jaar later werden ze ontdekt door een timmerman, die werkzaamheden aan put verrichtte. Deze schakelde de Baarnse recherche in, waarna de opzien barende arrestatie van de drie verdach ten volgde. Waar het in het proces vooral om gaat, is het aanwijzen van de hoofdschuldige, of althans degene, die de gruwelijke moord heeft gepleegd. Henny W. gaf gis teren Boudewijn H. de schuld; van Bou dewijn H. is bekend dat hij Henny W. als de moordenaar aanwijst. Uit de drie telasteleggingen blijkt dat alleen Henny W. van moord, gepleegd al leen. wordt beschuldigd, subsidiair van poging tot moord, gepleegd alleen. De beschuldigingen tegen de beide broers H. staan in het teken van medeplichtigheid aan moord, subsidiair medeplichtigheid aan poging tot moord. De samenstelling van de rechtbank ziet er als volgt uit: mr. J. Gijsman, president, mr. E. E. Fromberg en mr. K. S. Bieger, rechters. Als verdediger van Henny W. treedt mr. Frangois Pauwels op, die hier toe door een uit Baarnse burgers be staand comité is aangezocht. Dit geschied de nadat door het optreden van de offi cier van justitie, mr. H. W. Overbeek door de minister van justitie inmiddels op de vingers getikt vrees voor klas senjustitie ontstond. Stapelput Toen dit niet lukte „er waren geen concrete plannen", gaf Henny W. gisteren voor de rechtbank toe werd Theo Mastwijk uit de weg geruimd. Zijn stof felijke resten werden in een stapelput ze geen steun by hun ouders konden vin den. President: „Hoe verklaart u die koude, kille, gevoelsarme en zakelijke toon, die de verdachte zich heeft aangemeten. Het lijkt wel, of hy een roman navertelt, die door een ander geschreven is". Getuige: „Ik heb tijdens mijn onderzoek hetzelfde geconstateerd. Verdachte is sterk schizoid; hij leeft in een eigen we reld en bewandelt een vrij nauw pad. Hy geeft blijk van een gevoelsarmoede en een gevoelskoudheid, die buiten propor ties zijn. Hij spreekt over de moord, alsof hy er buiten staat. Daarom ben ik tot de conclusie gekomen dat hy in verminder de mate toerekeningsvatbaar is. Er is een psychische stoornis in z'n contact met de medemens". Prof. Kloek beaamde dat er ten aanzien van de moord op Theo Mastwijk een groepsbeslissing genomen was en dat ver- dachte geen spelbreker wilde zyn. Even als de anderen zou hij echter heimelijk op een andere oplossing hebben gehoopt. Getuige had de indruk dat als één van drie gezegd zou hebben dat de moord toch maar niet moest worden uitgevoerd, dit als een opluchting zou hebben ge werkt. Intelligent In de warme, met journalisten, crimino logen, psychiaters en juristen opgepakte rechtszaal bracht professor Kloek gister middag naar voren dat Henny W. eer praktisch ingestelde jongeman was met een scherpe intelligentie. Hij was iemand van de daad, die iets van de leider in zich had en die ongecompliceerd reageer de. Toch had de zenuwarts, die verdachte en ook de beide broers lange tijd had ge observeerd, enkele tegenstrijdige trekken ontdekt. Uit eigen ervaring had hij kun nen constateren dat Henny W. sterk sug gestibel was, met andere woorden: licht onder invloed van anderen te brengen. Tegelijkertijd voelde hij zich aangetrok ken tot een wereld van magie en droom. Op vragen van de president gaf getuige toe dat verdachte onder de suggestie van Boudewijn H. had geleefd, maar ook onder die van Ewout H. Boudewijn H., die links in het leven stond, onpraktisch was en tevergeefs contact met zijn om geving zocht, stond echter evenzeer onder invloed van Henny W. Hetzelfde kon van Ewout H. worden gezegd. „Het niet voor elkaar willen onder doen, heeft dat soms geleid tot dit af schuwelijke drama?" vroeg één van de rechters. Getuige: „Ja, ik zou me dit kunnen voorstellen". President: „Heeft uw onderzoek tot de conclusie geleid dat één van de drie de leider is geweest?" Getuige: „Nee" Gevaarlijk Geïsoleerd Prof. Kloek bracht met klem naar voren dat de drie jongens min of meer geïso leerd zijn bezig geweest, in stilte hopend op een andere oplossing. Alle drie stonden min of meer alleen in de wereld, omdat De hoogleraar meende dat negatieve beïnvloeding gevaarlijk voor Henny W. Hij moest in een omgeving worden geplaatst, waar rekening gehouden werd met zijn suggestibiliteit. Na het uitzitten van een gevangenisstraf moest verdachte niet onmiddellijk in de maatschappij wor den teruggeplaatst Het plegen van mis daden in de sfeer van geheimzinnigheid trok hem uitermate aan, Henny W., die tijdens de ontleding van zijn ziel door de president de zaal was uitgestuurd, werd, na een samen vatting van de laatste, gelegenheid ge. geven vragen aan prof. Kloek te stel len. ..Als ik erbü was geweest", ant- woordde hij brutaal, „had ik misschien wel vragen. Ik heb er nu geen behoefte aan". Uit het verder verhoor bleek duidelijk dat verdachte, die uit een eenvoudig milieu komt en het, zonder er veel voor te doen, tot de vierde klas van het Baarn se Lyceum heeft gebracht, door de riante villa van de familie H. was geïmponeerd. Juist door de luxe en de zo heel andere omgeving voelde hij zich tot de beide broers aangetrokken. Na de moord zou verdachte zich uit de sfeer van Baarn hebben trachten te ont trekken. Hij schafte zich een monster boekje aan, sprak over emigratie naar Zuid-Amerika, doch er gebeurde niets. Omdat hij zich een half jaar na de moord weer naar de villa van de familie H. begeven had en zich daar, met de beide broers, aan nieuwe diefstallen had schuldig gemaakt, trok de president het berouw en de spijt, waarover Verdachte gesproken had, in twijfel. Zijn kille, zake lijke toon werd eveneens gelaakt. „Walt wilt u", zei Henny W. „Ik heb dit verhaal al zo vaak gedaan, dat je het wel zakelijk moet houden" Reconstructie Commissaris IJ. Taconis van de rijks politie te Amsterdam, zomede de heren G. Smit en H. Pit, beiden hoofdagent rechercheur van dc gemeentepolitie te Baarn, werden als getuige gehoord. De eerste was bij de reconstructie van het drama aanwezig geweest, de laatsten bij het bloot leggen van de put, waarin zich de stoffelijke resten van Theo Mastwijk bevonden. Ter zitting werden de resten getoond van o.m. de sokken, de spijkerbroek en het overhemd van de verslagene. Beide rechercheurs verklaarden dat ze in de tuin van de familie H. naar de kleren hadden gezocht, die Boudewijn H. tijdens de moord gedragen had en die in half verbrande toestand door de laatste in de grond waren gestopt. Hoewel ze op aanwijzing van de beide broers hadden gehandeld, hadden ze niets kunnen vin den. Ook in een andere tuin was zonder succes gegraven, naar aanleiding van een telefoontje, dat ze hadden gehad. Toen de zitting geschorst werd, werd ten behoeve van mr. Pauwels. die zicb slechts spaarzaam had laten horen, achter gesloten deuren de reconstructiefilm ge toond. In de morgenuren werd aanvankelijk alleen over de diefstallen gesproken, die door de drie verdachten waren gepleegd. Duidelijk bleek dat deze diefstallen de moord op Theo Mastwijk in laatste in stantie hadden uitgelokt. Hemny W. zowel als de beide broers waren bang dat de jongen hen zou verraden, als deze. voor eigen misdrij ven, (opnieuw) door de politie zou worden gehoord. Hij zou hiermee heb ben gechanteerd, als het drietal hem niet over de grens wilde helpen. Van daar dat men het slachtoffer in hef torenkamertje van de villa liet onder duiken, waar zijn bijna anderhalve maand geduurd hebbende aanwezigheid vreemd genoeg door geen buitenstaan- der is opgemerkt. Krijgsraad Op de ochtend van zondag 31 juli werd krügsraad gehouden. Toen pas werden er concrete plannen gemaakt over dc toe komst van Theo MastwUk. Op dc vraag van de president: „Wie is er het eerst ge komen met het plan om de jongen uit de weg te ruimen", antwoordde Henny W. zonder dralen „dat was Boudewijn' „Ewout en ik", zo voegde hy er aan toe. „hebben er niet aan gedacht om toen ander voorstel te doen. Innerlijk was ik het er niet mee eens, maar ik dacht er onder die omstandigheden niet aan om me er tegen te verzetten. Ik zou me een lafaard hebben gevoeld". Het plan werd door Boudewijn tijdens de krijgsraad nader uitgewerkt: eerst wilde men Theo Mastwijk vergif tigen. Ewout stelde voor om Theo te vermoorden, hem later in stukken te hakken en de beenderen met de benen wagen van het dorp weg tc werken. Dit vond ik te bloedig, aldus Henny W. Het volgende plan was, te gaan vissen in de Eem en hem daar de hersens in te slaan. Dat was mijn plan, zo zei verdachte hem er levend heen te brengen. Een ander probleem was hoe het lijk weg te krijgen. Het laatste voorstel kwam van Ewout: „We kunnen het lijk met ongebluste kalk overgieten". Ewout wist waar hij kalk kon vinden. „Wij hebben dat met zijn drieën gehaald. Dat gebeurde nog op dezelfde zondag". Geen greintje emotie was te bekennen bij dc verdachte W. toen hij alle plannen die er geopperd waren om Theo Mastwijk te doden, toe lichtte. Toen we dc kalk hadden, besloten we Theo Mastwijk uit de weg te ruimen door hem slaappillen gedompeld in een flesje bier toe te dienen. Wij hadden wel eens gehoord, dat je aan een te grote dosis slaappillen kunt sterven. We heb ben in de keuken slaappillen en aspirines fijngestampt en in het bier gedaan. We zijn gedrieën naar boven gegaan, naai de torenkamer. Boudewijn heeft hem toen te drinken gegeven. Daarna hebben we beneden in de salon een paar uur gewacht Henny W. vertelde verder, dat zij op dezelfde zondag de oude put in de tuin de villa hadden opengemaakt. „Ook dit hebben we met zijn drieën gedaan aldus de jongen. Toen het drietal naar boven ging, bleek dat Theo Mastwijk helemaal niet dood was. De jongen die men dood waande stak zijn hoofd door het zolderluik. Hiervan schrokken de drie zo dat ze naar de kel der vluchtten. Daar werd weer krijgsraad gehouden. President: „Was het niet een gevoel van opluchting dat de jongen nog leefde?" Verdachte: „Neen, wij schrokken alleen maar, omdat hij niet dood was. Uiteraard was de zaak in het algemeen nogal lugu ber". Ewout H. vond in de werkplaats een plastic draadje en demonstreerde, volgens erdachte, hoe men MastwUk gemakkelijk kon wurgen. De verdachte kreeg van de broers H. opdracht MastwUk te wurgen, omdat zij Theo zes weken lang verzorgd hadden. Henny W. had volgens de broers nog niets gedaan. Verdachte W. bekende thans, dat hij dit een redeiyk voorstel vond. Hü wist niet hoe hü moest wurgen, maar in de huiskamer demonstreerde Ewout later hoe dit met een mastworp snel kon. De jongens pasten deze mast- worpknoop op elkaar toe, maar uit „prak tische overwegingen" leek het toen toch beter om Mastwük met een gewone lus te doden. Tot driemaal toe Is ln de huis kamer gerepeteerd hoe de moord gepleegd zou worden. Hlerbü „speelden" alle drie de jongens voor het toekomstig slacht offer. Ook werden in de huiskamer de rollen verdeeld. Volgens Henny W. was in de kamer nog niet over het hakmes gespro ken dat later bij de moord ook gebruikt zou worden. Verdachte sloeg in zijn relaas geen enkel detail over. De moord Hij verklaarde, hoe men Mastwijk zou vertellen dat er een oplossing voor hem was gevonden en dat hij zich in de schuur kon wassen. Op die manier kreeg men de jongen, zoals verdachte zei. „met een smoesje op de plaats waar hij vermoord zou worden". Nogmaals werd alles gerepeteerd, zelfs hoe het drietal zou lopen. Om een uur ging men naar boven om de jongen te halen. Het niets vermoedende slachtoffer liep met de jongens de tuin in. Ewout bleef achter om op de uitkijk te staan, zo vervolgde Henny W. „Wij liepen naar de schuur: „Boudewijn voor op, Theo Mastwijk in 't midden en ikzelf achter aan, ongeveer een meter van el kaar af. Met z'n drieën zijn we de schuur ingegaan. Boudewijn draaide zich om met zijn gezicht naar Mastwyk en dat was een teken voor mij om de lijn om Mastwijks nek te gooien. Boudewijn gaf mij een knikje, maar ik kon het niet 'op dat ogenblik. Ik liep terug, de schuur uit Boudewijn kwam mij achterna en zei: „Kom mee, het moet gebeuren". Boudewijn nam mij mee en ik had nicl de moed mij er tegen te verzetten. Ik kon dat niet op dat moment, nu vind ik dat laf. Ik had moeten zeggen, ik doe het niet, 't is onzin, wij houden er mee op. De president zei daarop tegen Henny W„ dat de lezing van Boudewijn heel anders luidt. Volgens hem zou Henny ge zegd hebben: Het moet gebeuren. .Wij gingen weer terug, ik deed toen de waslijn om Theo Mastwijks nek, maar was zo zenuwachtig toen ik de lijn aantrok, dat hij weer losschoot. Ik weet niet hoelang ik de lijn aangetrokken heb gehouden. Toen Mastwijk de draad voelde, zei hy: Wat nu? Hij was erg verrast". De lijn schoot los, waarop Boudewijn Mastwijk naar beneden trok. Hij sloeg hem met een kapmes op zijn hoofd. Toen Mastwijk stil lag, hebben Boude wijn en ik hem weggesleept en in dc put laten zakken. Bijna enthousiast vertelde de ver dachte deze verschrikkelijke dingen Gebarend demonstreerde hij hoe hij het lijk in de put heeft laten zakken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 5