Meer woongenot? Maar dan eerst research
De forumleden zijn:
VRAGEN AAN FORUM
Anti lawaai- en tochtactie nodig
In de 'ruimte9 wonen
vraagt andere visie
Moeten de woningen groter van oppervlak worden?
DINSDAG 19 FEBRUARI 1963
De na-oorlogse nieuwbouw zoals die wel zeer gecon
centreerd is verrezen in onze steden en de aldus ontstane
nieuwe wijken een heel ander „gezicht" heeft gegeven,
alsmede vele tienduizenden gezinnen een eigen „haard",
voldoet bij alle bewoners bepaald niet voor honderd pro
cent. Hun woongenot achten zij namelijk geenszins in
alle opzichten iedaal.
Verzamelt men de niet gehonoreerde wensen en tracht
men daar een grootste gemene deler in te vinden, dan
komen drie desiderata naar voren: 1. betere geluid- en
warmteisolatie; 2. grotere woningen en 3. meer gemeen
schappelijke voorzieningen.
Met deze wensen als uitgangspunt hebben de forum
deelnemers een ons inziens bijzonder interessant gesprek
opgebouwd. Wie de moeite neemt om het stuk te lezen
zal dit beamen.
Moge de wens die deze deskundigen op hun beurt
uitten namelijk „een diepgaand onderzoek niet alleen naar
de wooneisen van het ogenblik, maar ook naar de moge
lijke wooneisen in de toekomst" spoedig in vervulling
gaan.
MEVR. N. HUIZER-STOLK, tc Rotterdam, is werkzaam hij dc afdeling voorlichting
in het Bouwcentrum. Hoewel zij geenszins een uitgesproken deskundige op het gebied
van bouwen en wonen wil heten mag wel worden gezegd dat zij met deze onderwerpen
vaak wordt geconfronteerd door de veelvuldige contacten met bezoekers van het
Bouwcentrum. Ze heeft voorts „praktische" woonervaring in een flat van een hoog
woongebouw opgedaan en komt tenslotte door het werk van haar echtgenoot (binnen
huisarchitect) met diverse aspecten van het wonen in aanraking.
J. B BAKEMA, te Rotterdam, van het bekende architectenbureau Van den Broek
en Bakema, genoot zijn opleiding te Groningen en Amsterdam en werkte daan-oor
eerst by het architectenbureau v.h Tyen en Maaskant in Rotterdam alsmede bij de
dienst voor Volkshuisvesting in dc Maasstad. Hij maakte vele studiereizen naar het
buitenland waar hy aan universiteiten diverse gastcolleges gaf, hetgeen hij trouwens
ook aan dc T H. in Delft deed, o a. in stedebouw In associatie met prof. Van den
Broek concipieerde hy, om enkele voorbeelden te noemen, dc winkelpromenade
Lijnbaan, te Rotterdam, de exposities Ahoy en E-55, het gebouw van Radio Nederland
Wereldomroep te Hilversum en belangrijke uitbreidingen van de T.H. te Delft. Zeer
vele vakpublikaties verschenen van zijn hand.
D. 3. LUCAS, te Voorburg, die zijn vakopleiding aan een Middelbaar Technische
School, afdeling bouwkunde, genoot, is directeur van het bouwbureau D. J. Lucas en
Zonen, dat zijn werkobjecten voornamelijk in de particuliere woningbouwsector vindt
De heer Lucas is voorts onder meer voorzitter van de afdeling 's-Gravenhage van de
Nederlandse Bond van Bouwondernemers (NBB).
MEVR. J. MEIHUIZEN-TER BRAAKE, te Den Haag, is adviseuse van de directie
van het Bouwcentrum te Rotterdam en voorzitster van de studieraad „Functionele
grondslagen van de woning". Van de oprichting af tot 1953 was zy presidente van de
Nederlandse Huishoudraad en van 1953 tot 1955 directrice van het bureau van deze
raad. Vervolgens was mevrouw Meihuizen tot eind 1962 consulente van dc Huishoud
raad in het Bouwcentrum.
DR. E. DIEMER, onze hoofdredacteur, v
i dit forum.
Mevr. N. HUIZER
J. B. BAKEMA
VOORZITTER: Enkele maanden ge- LUCAS: Denk alleen
leden hebben we met enig vertoon de t.v., hoe, als huurlieden
miljoenste na-oorlogse gebouwde
ning „gevierd". Opgewekt zijn w
middels aan het tweede miljoen begon-
aar aan de eigenlijk niet gaan, want hierbij spreekt zaak „het probleem te stellen", Dat is
het gelukkig het individuele inzicht wel zodanig, dat op het ogenblik dringend aan de orde.
bezit daarvan zijn, je zélf „gratis" kunt je moeilijk tot een collectieve voorlich-
ting op dit gebied kunt komen.
Mevr. J. MEIHUIZEN
zo'n woongebouw is het lot van zeven
tig families en meer afhankelijk! Kort
en goed ik geloof dat onze werk
methoden niet meer juist zijn voor het
ontwikkelen van steden en het wonen
daarin. Er mist een schakel of er mis
sen schakels. Welke precies laat ik
nu maar buiten beschouwing, want daar
zou je dikke boeken over kunnen schrij
ven, zoveel zit er aan vast
LUCAS: Daar we het over de geluids-
Echter niet zonder kritiek, want hoe hard zo'n ding wel kan aanstaan, proberen, dan bereikte u er de mensen niet
HUIZER: Inderdaad. En zou u het tóch gebouwen die nu gezet worden ontstaan isolatie gehad hebben zou ik ook nog
1Acht u het juist dat velen tot de belangrijkste onver
vulde wensen op het gebied van modern wonen een
goede warmte- en geluidsisolatie rekenen? Zo ja, op
welke wijze zouden deze ongemakken althans in
nog te bouwen woningen, kunnen worden voor
komen?
2. Is de veelgehoorde wens tot vergroting van het op
pervlak der woningen gerechtvaardigd? Behoren gro
tere woningen gedacht wordt uiteraard aan de
woningwet- en premiesector tot de bereikbare
mogelijkheden? Of zou de oplossing van dit pro
bleem eerder gezocht moeten worden in een doel
matiger indeling van de woningen?
3. Welke gemeenschappelijke voorzieningen zijn in
gróte woongebouwen naar uw mening primair
vereist?
r zijn nog verscheidene
- - ui. VOORZITTER: En dat is nog maai. uw. - j- ---o, - - gen. uiuum me iwc= muju w
onvervuld eeble- £gn punt. De gezinsleden hebben bo- slapen zijn oorstoppen toch wel het dement m de verre toekomst, kortom Worden genoemd. Nu is de oplossing
als je wilt tuering, vorming
gedegen research over
de meest in het oog vendien nog vaak een eigen radiootje eerst aangewezen en afdoende middel,
nsen is wel de kwestie op hun kamer. In Amerika zag-ik dat Vooral ook tegen het verkeer. Zo is
springende
van een goede geluidsisolatie in grote vjjf gezinsleden allemaal
woongebouwen Aangezien de dames hadden. Anders, ki
Meihuizen en uizer door haar beroep
veelvuldig met wensen als deze wor
den geconfronteerd, zou ik eerst aan
haar willen vragen hier eens enige in
leidende opmerkingen over te maken.
toestel hadden. Anders, kregen ze maar noodmaatregel.
ervaring. Maar het blijft een pen zou moeten worden....
BAKEMA: Precies. En dan komt
teenagers met slaggitaren
MEIHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, electrisch „aangedreven",
de eerlijkheid gebiedt om primo vast oefenaren,
te stellen dat inzake betere geluids- en
warmteisolatie reeds enige stappen zijn
gedaan en dat de overheid verbeterin- ^ij de bewoners zelf?
uenin dit opzicht aanmoedigt dooi■daar
toeslagen voor beschikbaar te stellen.
Men zou dus kunnen zeggen dat het
goede begin er is! Anderzijds is er een
belangrijk facet aan deze zaak dat nog
al eens over het hoofd pleegt te worden
gezien: de woonbeschaving.
nizie.— BAKEMA: Dat verkeer wat u nu
BAKEMA: Ja, en tegen dat moderne noemt, vraagt om een bepaalde plaat
geluid kun je zeker in flatgebouwen sjng van e€n gi-oot woongebouw langs bouwen
niet isoleren! En wat te denken van een drukke verkeersader. Dus de beant- wordt nogal
of niet woording van de vraag: moeten we Ik kan hier alleen
wist-be- zo'n gebouw nu loodrecht of evenwijdig met: Och kom, als
wel een aan de weg zetten? Ik wil hiermee al
leen maar zeggen dat
de thermische isolatie bepaald nog
in alle opzichten gevonden, maar
de thans best denkbare is mijns in
ziens, het systeem van de dubbele be
de grond zijn gekomen'
alleen sprake zijn van betere bouw.
maar vooral ook van een beter met el
kaar omgaan! De woonmanieren zijn. big^ vaii yöö1rö,
als u over het voorkómen van geluids- het bevorderen
hinder spreekt, erg van invloed.
LUCAS: En dan is er daarbij één
ding dat mij erg opvalt, nl. dat de men
sen, vergeleken met vroeger veel la
waaieriger zijn. geworden. Inderdaad
zijn er ook door onze bouwonderneming
al etagewoningen met z.g. zwevende
vloeren opgeleverd, teneinde tot een zo
groot mogelijke geluidsisolatie te ko
men. Maar ik moet u zeggen dat het
resultaat daarvan tegenvalt. Want zwe
vende vloeren of niet, het geluk van
een flatbewoner blijft in laatste instan
tie toch altijd afhankelijk van degenen
die boven, be.ieden of naast hem wo
nen.... En nu kunt u wel zeggen: dat
is een goedkóóp verhaal als je weer
met de bewoners aan komt zetten....
BAKEMA: Het zal natuurlijk wel
twee kanten moeten komen. In de
ste plaats is de kunst om met el
te leven noem het levenskunst
u wilt een belangrijk ding. En daar
uit volgt mijns inziens dat de
waarop we bouwen die levt
moet helpen bevorderen. Wat dat laat
ste betreft kan ik bepaald niet zeggen
de plaatsing van gebouwen bijv. of het
m „mooi" staat of niet, maar dat is
met elkaar slechts één factor. Alvorens
dan proberen we dat toch zo lang
zelfs op dit gelijk te gebruiken? Daar zitten we
iaar mijn vaste overtuiging minstens
:en halve eeuw mee. Dus: dan bouwen
ve nu voor het jaar 2000! Maar we
■erdiepen ons er niet in op welke -
lisen je dan wellicht
afbreken? "Dat ais de woning zo goed als klaar is.
gesteld tegenwoordig. Je moet dus eerst noodglas in die wo-
lar op reageren ningen zetten. De leveringstermijn is
beton storten nog uiterst onzeker; de prijs hoog. Als
schip of o--
wordt is er een schier eindeloze re- kaar om zouden gaan in die steden.
uc BBS search aan voorafgegaan. Maar bij de Terwijl men zich bijv. in de scheeps-
'hnii'wpn""dit"1 pvenskiïnst constructie van grote woongebouwen bouw wel degelijk afvraagt hoeveel
Douwen aie ïevenaauiiai „ï--# ;c 'f Tc j„hin tier, ttnii
alsof dat niet nodig is. 't Is dement
breekt, moet je maanden op
vervanging wachten, hetgeen betekent:
weer noodbeglazing.
HUIZER: Maar het nuttig effect, is
dat goed te noemen?
LUCAS: We hebben waardering ge-
dan wellicht met^ el- hoord, maar ook kritiek, vandaar dat
we met toepassing uiterst voorzichtig
zijn.
BAKEMA: Uw bezwaren zijn geluk-
i moeten reke-
tien, twintig,
V SIC UCllcll Hull IA ucpüaiu 111CI dcggcil j ,.,nnvinftl.Ai.iirnn
.moet «niet dat het „woningwetpakje" de mensen frnte woongebouwen
natuurlijk allemaal wel te begrijpen dertig jaar mogelijkerwijs nog zal heb- kig weg te
wel zo precies past.
VOORZITTER: Wordt er op het ge-
voorlichting wat gedaan? Aan
inschikkelijkheid je-
elkaar? Of is dat nog een onont
gonnen gebied?
HUIZER: Als het in het gesprek te
pas komt wordt er wel steeds op gewe
zen bij de groepen die het Bouwcen
trum bezoeken
MEIHUIZEN: Verder kan het ook
land kwamen pas tegen de jaren
dertig, als ik me goed herinner. Ter- dig kunnen
wijl we daarvóór gedurende honderden
en nog eens honderden jaren in een
gewoon huis „op de aarde" plachten
te wonen....
HUIZER: U acht het dus volkomen
logisch, dat we nu nog maar aan pro
blemen als deze toe zijn?
BAKEMA: Ja, ik denk nog i
de oplossing als wel aan de nood- ning voc
IS! door goede planning.
Overigens acht ik belangrijker nog dan
dubbele beglazing, de centrale verwar-
i. Terwijl wij met ming, waardoor de gebouwde ruimte
onze womngoouw, aie een grotere cy- veelzijdiger gebruikt kan worden -Juist
clus heeft, niets trachten te over-, nu in deze ti]dieder der gezinsleden
zien. Dat is inderdaad wat mij veront- om een eigen hoek of ruimte vraagt
rust. En nu kan men wel zeggen wel, lijkt me dat c.v. m principe in ieder
die research moet de architect dan woongebouw toegepast dient te worden,
maar doen. Maar zo zijn we er niet. we leven naar deze voorziening lm-
Want het ontwerpen van zo'n woonge- mers toe -Overigens za) dit pun^ straks
bouw is iets heel anders geworden dan nog wel nader
het individueel ontwerpen l""t
het over de
bepaalde familie. Van voorzieningen hebben.
BAKEMA: Als je „goede" bewoners
bij elkaar kreeg spaarde je in elk ge
val een dubbele vloer uit in zoverre
is het een goedkoop verhaal, ja....
HUIZER: Ik heb als flatbewoonster vroeger ooit was. Maar.
over het geluid van m'n buren niet te ook niet meer het volk
klagen, maar zoveel temeer heb ik last
VOORZITTER: We komen
steeds meer gehoorde wens
nieuwbouw: vergroot het oppervlak maken, dat
daar nu toch eens wat jj
een gerechtvaardigde wens?
MEIHUIZEN: Allereerst moeten we
vaststellen dat er in de moderne volks
woningen veel meer ruimte
de woning hun ideaal zien, voor die bc- zijn als we eens tot de erkenning kwa- ------
zodanige woningplattegrond men dat architecten dat niet kunnen schuwt. Je moet
ook nog eens bij massale woningbouw. eisen voldoen". V
MEIHUIZEN: Daar spreekt g1"
Acht U dit iets aan zouden kunnen wijzigen. Van
ons volk is
I ÜNruimte nodig en daarom nuuiu SHU»,.
het verkeer. Ons woongebouw staat mag de bewoner van de volkswoning gelijk even belangrijk is als ecu
drukke verkeersweg met veel dan ook eindelijk wel eens v o 11 e d i g vergroot vloeroppervlak. De bewoners l°egePast-
kasten en wanden. Dus: geef de be-
hS" 5ÜS D' moderne woningen zijn toch in prin-
eigen indeling te maken. Het zou dan - eonf-.;i, .on;-- n en blii-
wel eens kunnen zijn. dat het indivi- c,pe °°K conI«"lc »-*•—n en DUJ
dueel kunnen wijzigen en benutten van
woonruimte nu slechts beperkt mo-
starheid ontstaan die elke noviteit
=t nu eenmaal „aan de
_ww„Vandaar dat in genoem
de gereglementeerde sectoren braaf
voortgebouwd wordt zonder dat iemand
zich nog ergens anders druk over kan
maken dan over een zo goed mogelijke
auto's, zwaar vrachtverkeer
geen geluidloze trams. Ook
is het er nooit rustig. Dat is
een ónder soort hinderlijk geluid
je óók enorm veel last van kunt heb-
bepaald aan zijn trokken komen.
nachts het toch echt zien.
toch eveneens wel eens ja. Weet u -
HUIZER: Een inhaalprogramma dus?
MEIHUIZEN: Zo stel ik het r
Zo wil ik kunnen nog veel beter met de
ruimte leren omgaan dan
(vermogen te) doen.
atconfectie in de^ kleding. Pricing
BAKEMA: En daarmee gaat ook het
van de ontwerper de-
cuuci. --- woningen in zijn werk. Een belang-
orden r'ik indirect punt Opnieuw iets wat ten
koste gaat van degenen die in deze
huizen komen te wonen.
LUCAS: Het komt er toch in de prak-
heêl"ira'atpalclcoQ*hópën."Én °P dat deze woningen alleen
cipe ook confer..- a
ven ze. Daarom zou die maatnormali-
satie die we bij de kleding al hebben
ingbouw kunnen J"~
an óf op zijn minst
gedacht zou kunnen worden.
BAKEMA: U stapt met deze opmer-
lijkheid. geen marge,
..doosjessysteem"
bouw. Er is
geen uitwijkmoge-
UAiVEiiviA: u siapi mei aeze opmei -
Ving meteen in de stedebouw. En de 'dÖ„dlJf«
geen zolder of be rekening houdt met de
King meieen m ue sieueuuuw. uc „ffer- denkbaar
heer Luc.. legde de nadmV op de in- ilS'Sef^Sfm
ting. Want wat is het geval? Eigenlijk
pas na de oorlog zijn we met name in
het westen wijken gaan bouwen waar
veel mensen bij elkaar wonen op be
trekkelijk kleine oppervlakken. Het doet
dreigend aan als je met de trein ste
den als Rotterdam, Den Haag, Amster
dam nadert: enorme nieuwbouwgebie-
den. die zeer geconcentreerd worden
bewoond. Daar zijn we nu dus vijftien
iaar mee bezig; we staan dus nog hele
maal maar aan het begin van een ont
wikkeling die ons inzicht moet verschaf
fen over de wijze waarop al die men
sen met elkaar op zo'n betrekkelijk ge-
ringe oppervlakte goed kunnen samen- <*en gMaaw.
leven F.n dan komt voor mii deze oppervlak bli]It
toekomstige bewoonsters?
i «a- u MEIHUIZEN: Goede uitzonderingen wc4 uct
heen die je niet kwijt kunt. hetgeen daargelaten is de gemiddelde architect omgeving nog voor cc,
--"oeg op de hoogte van datgene ku^,cn ^rmen-! Dat
allemaal in JO'n woning moet het.. kernpunt
Qe ,n_ je huishou-
termenselijke verhoudingen. Dit wijst Iwi^Lm^^tgeen uaJiSc.aic.a uc
niet ,enoeg_op_de_hoogt.
zou ik graag zien dat er wi
maten gedaan werd. Het is -
ook vaak de vorm van bijv. de kamer: band aan moeten worden gesteld,
ik bedoel dat het „bunkersysteem" dat RAKFMA. Mnai ik -pioof mpVromv
zo kostenbesparend werkt vaak kapiers ®£KEMA. Maai ik Seloof, m vrouw
oplevert die niet prettig zijn te meuU- Meihu^m, M degemddeMearchiM
lorme nieuwooowgeow 'eren'dle l0"®'?,'8
geconcentreerd worden ben' Ik weet wel'
geconceniieeia woraen ,,,nr,nnnnl,rviai, heeft onemdis
BAKEMA: Daar hebt u het. Het is
nog niet eens zo lang geleden dat je
alleen een heel maatpak kon kopen. En
nu? Je kombineert zelf een jasje met
een pantalon, m.a.w. er kom
meer combinatiemogelijkheden, zo'n se-
ric combinatiemogelijkheden kan de
'oldoen- bouwtechniek in de woningbouw ook op-
sen der leveren. Want al die honderdduizenden gen. Vanmorgen zei iemand nog op
mensen, die geen bungalow kunnen la- bespreking, dat je door onze huidige
ten zetten, mogen toch op z'n minst werkmethode precies kunt „voorspel-
wel het plezier hebben dat ze hun v
groot deel
volgens mij het ontwerpen
BAKEMA: Laat ik het sterker zeg-
len" hoe de uitbreiding van een stad
eruit gaat zien. Het hele avontuur van
het ontwerpen van een menselijke om-
de hele problema- geving, die waarlijk „leefbaar" zal zijn
tiek, die je met de „onvervulde wensen komt eenvoudig niet r
woonoppervlak heeft oneindig veel con
sequenties. Van riolering, leidingen en
stadsverlichting af tot en met verka
velingsproblemen en hogere weekhuren
leven. Èn dan komt voor mij deze
kernvraag naar voren: Als we gaan
wonen op een dergelijke geconcentreer
de wijze, is het dan niet zo dat èn het
samenlevingsverband in die woonge- 4__
bouwen èn betrekkingen als bijv. het kant moet benaderen. Waar
die vergroting van
niet minder wense
lijk om.
BAKEMA: Het is goed met die ver-
•ote ruimte te beginnen, maar ik geloof
staat hij
taak. Als u weet dat we avonden zil
te overleggen met opdracht:
gezin dus die een burw
kun-
woongebouwen zijn? Want
de nieuwbo:
den.
MEIHUIZEN: U gaat dus daar heen
waar ik ook zo graag naar toe wil:
naar het systeem der z.g. flexibele wo-
onbegonnen ningbouw.
BAKEMA: Inderdaad. En daar staan
al heel dicht bij. Wat mij
kunnen aandui- En dat is opnieuw iets dat tot (hopelijk
heilzame) ongerustheid moet stemmen.
chitect kan bijv. wel zeggen
kens van woongebouwen breng ik het <y<_ u
aanrecht daar aan en voor het koken liefst
bungalow a]je(?n ongerust maakt
daag de dag bouwen alsof die gedachte
van flexibiliteit niet bestèat We wer
ken met een patroon dat niet gebaseerd
at je deze zaak ook van een andere maal niet nodig dat het licht in haar
*s op flexibiliteit, maar op typologie:
bouwen woning typen. En dan
it zo weinig mogelijk typen, want
elke afwijking kost gel£ Nietwaar me-
Het forumgezelschap bijeen in de
vergaderzaal van onze krant. Van
rechts naar links de heer Lucas,
mevrouw Meihuizen, mevrouw
Huizer, dr. Diemer, de heer Bake
ma en de juist aan het woord
zijnde bijzitstermevrouw Ank
Hovingh-Krayo van ons blad
«Zü".
BAKEMA: Er is in dit forumgesprek
al herhaaldelijk gesteld dat er meer
vooronderzoek naar woonruimte moet
komen. Bijv. hoe in het woongebouw
de weg naar de woning zal zijn. Goed,
we hébben nu galerijbouw. maar waar
om zijn die galerijen in feite aan elkaar
verbonden balkonnetjes waarop je el
kaar maar amper kunt passeren?
HUIZER: Daar hebt u gelijk aan.
Als ik de ramen zeem naast mijn huis
deur kan niemand mij passeren.
BAKEMA: Nietwaar? En bij slecht
weer krijg je nog een portie wind en
regenvlagen toe als je meent „binnen"
te zijn.... Waarom die galerijen niet
breder gemaakt en in het gebouw een
brede lift aangebracht, zodat over de ga
lerijen de electrische bezorgingswagen
tjes kunnen rijden, die al meer in ge
bruik komen bij de leveranciers en de
posterijen?
VOORZITTER: Ik wilde even opmer-'
ken dat we ongemerkt aan vraag drie
over de gemeenschappelijke voorzienin
gen zijn gekomen.
HUIZER: Inderdaad. En daarom zou
ik aan wat de heer Bakema zei willen
toevoegen: Wat te denken van de kin
derwagens in de souterrains naast de
BAKEMA: O ja. er zijn werkelijk
onmogelijke toestanden te noemen,
waarover je tijden kimt doorgaan.
Steeds zal je tot de conclusie komen
dat het massificatieproces (lelijk
woord overigens) er reeds geruime tijd
toe dwingt bij het bouwen van onze
wijken met veranderde omstandighe
den rekening te houden. Maar we
doen het nauwelijks. Denk maar aan
het leveranciersprobleem van zoeven.
Als je die kleine veldslagen ziet: daar
komt de bakker in het kleine beneden-
portaaltje van het vier etage bouwblok.
Hij moet daar even „winkeltje houden"
en alle bewoners van het portiek ko
men naar beneden. Maar nu komt ook
de melkboer en die wil er eveneens
staan en de groenteboer kan er hele
maal niet meer langs. Als u eens wist
wat een ruzies en slechte humeuren dit
soort dingen in de hand werkt....
HUIZER: Wat is volgens u de reden
dat we met dat massificatieproces in
de bouw praktisch geen rekening hou-
BAKEMA: Misschien is een van de
voornaamste redenen wel de gecompli
ceerdheid van deze zaak. Er moet na
melijk heel wat voor „overhoop" ge
haald worden. Laten we nog maar even
bij die „inwendige straat" van een
woongebouw blijven, die ik zojuist pro
pageerde. Neem óén probleem (van de
vele) die hiermee samenhingen, nl. de
verlichting van zo'n „inwendige straat"
Wie moet die verzorgen: openbare ver
lichting of de flatbewoners gezamen
lijk? De laatsten zullen zeggen: dank
je wel, dat is overheidstaak, laat de
gemeente i. zijn dat ik haar gratis
een stuk straat aanbied.... En de ge
meente zegt.... enfin, u snapt het wel.
Uit dit ene facet blijkt al heel duide
lijk, dat de huidige werkmethode voor
het ontwikkelen van een nieuwe wijk
teveel in delen is gesplitst om tot meer
afwisseling en samenhang te kunnen
komen.
MEIHUIZEN: Om te beginnen zal
-fficieel nog erkend moeten worden dat
in galerijgangc-n in dit soort gebouwen
het verlengde van de straat moet wor
den gezien. Dat is namelijk nog nooit
gebeurd.
verkeer tot de woningen of de verhou- lemaal over eens zullen zijn i
woningcomnlexen tot het huidige tijd
woning veelsoor-
groen misschien pas NU op de goede tige gebruikseisen stelt De gezinsleden willen kijken: nog
i de keuken in de huiskamer doen we bijzonder g
AAN DE ORDE KUNNEN WOR
DEN GESTELD, nu we er enige onder
vinding mee beginnen te krijgen?
Neem nu het verschijnsel dat indien aan heden in
één gevel twee ramen naast elkaar wor
den opengezet het geluid ondanks iso-
latie bij je binnenkomt alsof je bij el- gestoord te worden. Je wilt dan
kaar in één kamer zit. Dan héb je veelhoekigheid in
willen het liefst ieder een „eigen hoek-
hebben. Dat betekent dat er behal-
de huiskamertafel allerlei mogelijk-
n woning moeten zijn waar
ieder voor zich bezig kan zijn. waar
iets kunnen doen zonder door de t.v.
woont. Daar dacht je vóór dé oorlog 00k, maar je kunt "ook stellen:de
toch niet aan?
HUIZER: Dat is inderdaad
dat punt
Maai
de heer Lucas: de toege-
lawaaierigheid
chitect moet als hij deze woningen ont
werpt, er niet alleen
ruimte wel mooi is.
moeten verdiepen tn wat de
ander wil torbouw. Waarom? Omdat we al bou-
laar door wende in deze sector iets moeten bren
gen wat verkoopbaar is en dèt wil zeg
gen: bouwen waar het publiek om
vraagt Op deze wijze ontstonden heel
andere woningen dan die uit de wo
ningwetsector. Allicht, zult u zeggen:
dat is ook de duurdere bouw. Ja, maar
er zijn heel wat van die wensen die -
vrij eenvoudige wijze ook gerealiseerd
ooo_zouden kunnen worden in de huurwo-
dén*opdat de bewoners daar de nodige ningbouw. als.... deze niet zo minutieus
woonkeuken
En daarom geloof ik niet
normen, waarin wensen verwerkt zijn.
Ik geloof wel in normen t.a.v. zaken
als electriciteit, waterleiding, riolering
enz., waarvan je de aanleg nu een-
- - maal niet kunt laten bepalen door in
woning waardoor dividuele wensen van de bewoner. Ver-
vandaag lijkt me toch ook bijzonder be- komstige bewoners met die ruimte
lanariik. Ik bedoel: in verband met wat den willen doen. In concreto: er
rijheid in kan worden gelaten. Met de
denken of de technische vooruitge-rg zijn er
r hij zal zich ook mogelijkheden gekomen n die
•rijheid. om die flexibiliteit te geven
•at betr ft de indelir
glementeerd was. Want werkelijk,
'e A-premiewon ingbouw en de woning-
wetbouw is een harnas. We zeggen wel
eens: de huur is tevoren vastgesteld,
de woning zélf ook! Dat zal al-
langrijk. Ik bedoel: in verband met
daartegen nu al zou kunnen worden ge
woning? Teveel wordt bij het ontwerpen lemaal wel heel beste gronden hebben
- - -•-- j--- r elk gezin be- en door de diverse commissies diep-
;ou al heel wat gaand zijn bekeken, maar daardoor is
keren?
BAKEMA: Bepaald niet; we zullen
er aan moeten wennen dat we niet
precies met het autootje voor de deur
kunnen komen. Maar u noemt wel een
belangrijk punt. Er is tot nu toe prak
tisch geen woonwijk gebouwd waar
iedereen behoorlijk zijn auto kan par
keren. De straten worden daardoor zo
danig versmald dat je er moeilijk door
kunt Daar begint alweer de ellende.
Want diezelfde melkboer die te laat
was in het portiek kon er niet langs
omdat de vuilnisauto er stond, enz. enz.
VOORZIT :iR; Maar de kosten die
met gemeenschappelijke voorzieningen
gemoeid zijn?
LUCAS; Daar zo ik graag het vol
gende over willen zeggen. In principe
zullen gemeenschappelijke voorzienin-
altijd voordeliger zijn dan wanneer de
zelfde voorzieningen individueel zouden
moeten worden geregeld. Dat is punt
één. Voorts denkt men vaak ten on
rechte dat die kosten zo enorm zijn
als men de betreffende huurbedragen
hoort. Men zegt dan: 200 in de maand,
wat een bedrag, maar men vergeet de
servicekosten waar onder meer de ko
len inzitten, welke in een apart huis
plm. 50 per maand bedragen; dat
mede daarvan de gemeenschappelijke
tuin wordt onderhouden, waar in een
aparte woning een tuinman voor be
taald moest worden; dat daar portiek-
schoonhouden in zit, waar vroeger het
dienstmeisje voor betaald moest wor
den als ze „het straatje" schrobde en
dat men toen de glazenwasser zelf be
taalde enz. Ik zeg altijd: als de mensen
maar eens beter beseften, dat service
kosten geen huur zijn maar „collectieve
besparing".
BAKEMA: Ja natuurlijk. Ik zou ook
hier uit willen concluderen dat het „in
de ruimte gaan wonen" n„g maar aan
het begin van zijn ontwikkeling staat.
Met onze huidige „visie" bouwen we
eigenlijk alleen maar een bepaald wo
ningtype (waar we eigenlijk helemaal
niet blij mee zijn) viermaal op elkaar:
de vier-etagewoning. En we vergeten
dat we daarmee bij vijze van spreken
alle fouter, in die woning met vier ver
menigvuldigen.
MEIHUIZEN: En dat mogen we dan
wel heel vaak zeggen, want hoeveel
van die blokken hebben we al niet ge
zet? Te weinig wordt nog gezien dat
het moderne woonblok in feite „een
buurt-op-zijn-kant" is, waar zich aller
lei voorzieningen in moeten bevindt i.
die bij laagbouw in de grond zitten.
BAKEMA: Daar hebt u het En dat
ts de oplossing niet: dan maar weer
op de grond, want die platgeslagen
wijkjes doen het toch ook weer niet.
het is zo monotoon, zo uitgebreid en
je moet zo'n eind lopen. Maar de op
lossing betekent zeker toepassing van
meer hoogbouw en minder vier-etage-
bouw en we moeten met de voorzie
ningen in die hoogbouw echt naar het
..overlappen" van het publieke geld en
het individuele geld. Dat is een heel
co:, lex van moeilijkheden waarin we
moeten graven.
METHUIZEN: Wat zullen de mensen
individueel, dacht u. voor dit woonple-
zier over he'/ben?
BAKEMA: Ik dacht vrij veel. Maar
Je voorwaarden voor dat woonplezier
zullen allereerst geschapen moeten wor
den. want die zijn er helaas niet veel.
We kennen hoofdzakelijk woonproble
men. Dat klinkt zwart, maar het is nog
al waar.