KORT AMERIKAANS Inl HET IJZEREN GORDIJN écUrij VAN DE TIJD van achter Anders dan ANDERSEN ZONDAGSBLAD ZATERDAG 16 FEBRUARI 1963 Kort Amerikaans is een haar dracht, die Erik van Poelgeest als jongen helemaal toiet pret tig vond, omdat het litteken op zijn linkerslaap dan tot onder het haar zichtbaar was. Zelfs kleine ontsieringen aan het ge zicht, om niet te zeggen mis vormingen, kunnen bij gevoeli ge mensen sterke minderwaar digheidsgevoelens oproepen. Erik van Poelgeest de ik dus natuurlijk de hoofdfi- Academisch Ziekenhuis te Leiden. l de i Kort Ame- Zijn meisje te Amsterdam' is zulk eeli niet onmogelijke zaak. De gevoelige, met een sterke fan tasie begaafde jongen, bij wie alles samenspant om hem in een bijzonder moeilijke situatie hét" scheelde te brengen. Hij is achttien jaar en ondergedoken voor de ar beidsdienst. De academie waar hij tekenles sen wil nemen, blijkt (men schrijft land te- leurstelling en woede. Erik zelf, difterie in het verschanst in de verlaten acade- ordt door mannen van de de B.S. neergeschoten. Dit is te veel van het...literaire. De lezer moet een recensent be grijpen, wanneer deze, al die hij ontmoet, kunnen hem niet helpen. Zijn vriend Peter te zeggen wordt door de Duitsers opgepakt, komen, al bij het begin de routine, om niet de verveling te ont- dan graag een groot talent aankondigt. Aan de haar of andere kant beseft zelfs de geest- zelf ook bij geweest, driftigste criticus, dat na dertig beeldende jaren in een bepaalde periode hoogstens maar zeer enkeie het boek. EHy, een studente kunst een Joods blond haar en zonder Israëlitisch kelijk grote talenten blijken voorkomen werkt, evenals Erik, leefd en gewerkt te hebben, on maatschappelijk wat ge- dergetekende heeft in zijn leven zi|n; £omt uit zakte jonkheer d'Ailleurs, die be- als lezer en beoordelaar zoveel calvinistisch gezin, schilderde lampekappen verkoopt, schrijvers en dichters groot horen ,n oew«.„ Qok met dit meisje ontstaat een noeme relatie en wel zo gemakkei .-ik dat enkele het al gauw duidelijk wordt, maar kan niet in God geloven, aiuiiiiiiiiiiiiiimiimiiiimiiiiii Honderd jaar Max Havelaar Honderd jaar Max Havelaar. den plaats op een soms beschei- i het literair zij Erik weliswaar lichamelijk al- leum terecht gekomen zijn, dat les, geestelijk niets te bie- hij er principieel i tegen de merkwaardige figuur vai Spin, waarmee tenminste men krijgt die indruk Wolkers in deze, zijn eerste, roman een greep de grote romankunst heeft Tot de plannen, door het bestuur van het Multatuli-Genootschap gedaan, ontworpen bij de Max Havelaar herdenking in mei 1960, behoorde ook een reeks essays over dit boek Een men h<fê deskundigen moderniseerd Dickens-type. Tragisch De vaststellen dat Wolkers ïen boek. zijn debuut als romancier, irwaliteiten toont, die hem plaat sen naast de reeds gerenommeer de prozaïsten van de iongere ge neratie, zoals b.v. Mulisch en Hermans. Elan en kracht' vond men bereid een studie de 100-jarige Max Havelaar te geven nl. Pierre H. Dubois, dr. H. 111CC1 uail CCil H J. de Leeuwe. prof. dr. Garmt. kcn. 0ok Erlk *;vil tragisch in plaats tisch. Wolkers heeft méér dan een type Stuiveling, D. de Vries, prof. dr. J. C. Brandt Corstius, Manuel van Lomeau prof. dr. G F Pijper dr. W.Huygens en J. J. Overstee- ze\f ais scheppend kunstenaar willen m creatie HRHHHL hier put de auteur uit eigen levensherinneringen en ervaringen. Voorzover de schrijver Deze knapen zijn humoris- ten en etaleren dit, i trouwens schikken over elan e zij verbeten kracht Daarbij komt wat Wolkers betreft dat hij het mileu van zijn ouderlijk huis, ge trouw of vrij dat doet er niet toe, authentiek heeft beschreven. Zijn vader tekent hij met een moeilijk weerhouden snik van eerbied. Zijn moeder ziet hij tegelijk doordrin gend scherp en werkelijkheidsge trouw, èn met liefde. Dit alles, mèt die reeds gesignaleerde stelingen, vormt gelukkig een zeer groot tegenwicht tegen het al zo honderdmaal aangewezen, extre me realisme, dat onze literatuur als een ernstige, levensgevaarlij ke. besmettelijke ziekte schijnt te moeten doormaken. Onlangs heb Ik een novelle van Jan Wolkers uit De Gids slecht beoordeeld. In deze roman krijgt men een vollediger beeld van de schrijver. Hij heeft het slot van zijn boek verknoeid, maar dat heeft voor een deel zijn oorzaak in de opzet. Wie zichzelf tot romanfiguur pro moveert. moet ergens van zich zelf afstand nemen. Een boek vraagt om een afsluiting. Dit be tekent dus een soort operatief in grijpen, zoiets als de scheiding van een Siamese tweeling: de ro manfiguur die eventueel sterven moet tzoals hier en b.v. in Goe- thes Werther) en de auteur die, zoals Goethe, nog zestig jaar le ven zal. Men herinnert zich hoe subtiel Goethe te werk is gegaan. Lezeressen sprongen in het water, maar de Olympiër leefde statig voort. Wolkers is hier te agres sief geweest. Hij heeft te veel kruit verschoten om „zich" van zich los te maken. Het slot van de roman is krampachtig en „over done". Meesterschap houdt ook in dat men weet waar men moet op houden of inhouden, en hoe dit moet gebeuren. Zo is de eindindruk die van een soort eenheid van tegendelen. C. RIJNSDORP. Wat is een dag blad? Schopen hauer zei: de se condewijzer van de geschiedenis. Wat is een tijd schrift? Een (ge drukt) geschrift, dat probeert Iop vaste tijden te verschij nenja, maar een tijdschrift derd. Maar nu die tweede bete kenis, die me hoog zit, nu ik enkele tijdschriften de revue tijdschrift moet laten passeren. Is men al- leen recensent, dan volstaat de is ook een manuscript van ae periodiek als minutenwijzer, dat tijd zelf. Spreken we eerst wil zeggen: men somt de in- A- .orc(«n>iPmdp houd °p- seeft schouderklopjes even over die eerstgenoemde, cijfertjes, verklaart levend of gewone betekenis. Onze pe- zwijgt dood. Maar heeft men de riodieken verschijnen dik- PceienUe wijls te laat, maar in die ke recensent noemt zich geen vertraging rit een soort per- manentie, waardoor er toen Wjj2er moet dan in combinatie een zekere regelmaat gewaar- worden gebracht met de uurwij- zer. Vroeger zag je in de stad borgd wordt. Een krant moet nQg wej ouderwetse Franse klok- actueel zijn, maar de actuali- ken, die alleen het uur aanga- teil van een tijdschritt Is van v's^d! Koncjsv"; een ander karakter. Het tijd- wie iets dertig of vijftig jaar ge- schrift is do minutenwijzer knien mggjgj voor hi^het acht. Ziehier de fraaie positie van het tijdschrift, tussen histo- rieboek en dagblad in. Revolutie van de historie. In een mi- Inuut gaan zestig seconden, wat voor de recensent, die I eindeloos lezen moet en ook wel eens even moet denken, wat zeg ik, niet-denken (om m le w I verder denken mogelijk te Qmdat zij duidelijk de revolutie maken), betekent dat ten aan- illustreren, die op het ogenblik I. aan de gang is. De poeziespe- zien van periodieken de actua- cialist Ad den Besten (geb. 1923) liteit 2 a 3 maanden duurt schreef in het decembernum- I (inclusief de doorgaans ge- bruikelljke vertraging) I In drie maanden is de literai- re situatie niet .merkbaar veran- bijzonder gave lijkt ons, behalve 4J speciale vrienden van Douwes dje Dekker, nogal twijfelachtig, te meer waar de zaak Ned. Indië een voor ons afgedane historie is ge worden. Het argument dat zijn daar'van strijd voor eerlijkheid en recht ons ook nog in deze tijd blijft aan spreken is maar een zwakke moti lllI5C1,111CC, vering. Douwes Dekker is altijd mndelijk als een fel omstreden figuur gebleven, die niet vrij was van een behoor lijke dosis zelfoverschatting jarige jongen een rijpheid mee. jarige niet misstaan zou. in een achttienjarige leeft, veel meer dan men doorgaans toe geeft, een groot stuk kind en daar.van is ifl het boek vrijwel hoop, niets te bespeuren. Natuurlijk mige spelen bij Erik de erotische erva- trouw ringen mee, maar zelfs die (onver mijdelijk als ze hier ook weei schijnen te zijn) hebben voor de doorbladert, die figuur in kwestie niets ontdek- gen. Het zijn twee drukk< Een beginneling zou bij zóveel onzekerheid misschien tot wan- :en misantroop tot grim- oldoening over de onbe- 'haarheid van de mensheid, „cette méchante race", komen als hij de drie literatuurlexika H«- Zou hij ooit een Max Havelaar, hoe knap op zichzelf dan ook, ge- los is, lijken mij èch't, schreven hebben indien dit laatste ciaal die leeftijd, niet het geval was geweest? Het is een afrekening met de wereld die hem toen niet aanvaarden wil de. Al met al kunnen wij de nodi ge waardering vc HtiBHj niet hoog stellen. kends meer. Alleen de grote labi- Franz Lennartz van Die Dichter unsrer Zeit resp. van 1938 en 1954 en Deutsches Schriftstellerlexikon van 1961 1) Lennartz van 1938 geeft alleen aan het Hitlerreglme welgevalli ge auteurs, dus een groot aan tal producenten van bedrukt pa pier. Iemand als Dwinger, wiens boeken als „onvergankelijke oor logsdocumenten" hoog geprezen de kunstenaar-wijs- worden, als Anacker met zijn Na- Te veel De Spin De dans van de reiger De dans van de reiger, - een ook allerlei griezelige spelletjes. komedie in twee delen Ditmaal stelt zij door Hugo Claus. Literaire Pocket nr. 102. Uitgave De Be zige Bij, Amsterdam. Hugo Claus gaf zijn nieuwe to neelstuk „De dans van de rei ger" de ondertitel mee: „een na re komedie in twee delen". Dit is een bijzonder eerlijke en juiste kwalificatie. Het stuk is inder daad door en door „naar". Na twee redelijke toneelstukken „Een bruid in de morgen" en „Suiker" is Hugo Claus het toneel kenne lijk gaan beschouwen als een soort sex-box: je stopt er maar wat in, wat er uitkomt is altijd sex. Ditmaal is de titel ontleend aan een sexueel gerichte Arabi sche dans. Het verhaal is een pro- dukt van een op hol geslagen fan- tasie: een Belgische fabrikant is hard a be. ktlj „der Lyrlker eenzaamheid. Aan het braunen Front", wiens strijdzan gen reeds lang als volksliederen in de gelederen der marcherende r/////////////»///w jeugd gezongen worden (de Nazl- jeugd speelde of liep niet, die mar cheerde uitsluitend!) en een groot aantal anderen, die reeds lang vergeten zijn, terwijl schrijvers als Th. Mann, B. Brecht, Franz Werf el, Alfred Döblin e.a. In 't geheel niet genoemd worden. dat haar zelfmoordpoging door verhanging arrangeert. Als zijn vrouw terugkomt met een opge doken kennis ziet zij de De druk van 1954 is met meer aanpassingsvermogen dan karak- 'boom hangen. Vreest het erg" ter door de schrijver met de thans gelukkig is het niet gereende _geest_ .n a. zo. Het spelletje heeft geholpen. Man en vrouw „houden" weer elkaar. Op deze 'wijze maakt Hugo {jen aanSaat Claus van het toneel een griezel- h""'rh"r h" en rariteitenkabinet onder de zinspreuk: „Apen apen apen na". In dit geval aapt Claus het Grand Guignol na en hij zal op zijn beurt weer nageaapt wor den. Daar kan men zeker van de Bundesre- publik in overeenstemming ge bracht. Zowel wat de keus van de auteurs als de informatie over hen aangaat en nu een alleszins bruikbaar boek geworden. overheenkomen. Zijn weet er echter wel raad op. In dertijd speelde zij met zijn vader Het toneel evenwel zal wel bij varen, of misschien wel, want dergelijke stukken werken er e gauw genoeg te dit ergerlijk miS' bruikmaken Lexikon uit de DDR Geeft Lennartz alleen literato- ren van onze tijd. het lexikon uit de Volksverlag in Weimar be- njet strijkt de hele letterkunde ^oed®r moet de keel gaan uithangen. EV. GROLLE. tracht werken en schrijvers de laatste duizend jaar onder marxistisch licht te tonen. Het doet dit met volledige be- het6toneel. Dat persing, van de stof. in de realia met zakelijke exactheid, maar in de uitwerking met volkomen par tijdigheid. Er is zelfs niet de niet zo irriterend als het nationalistische pathos van zijn tegenhanger uit 1938. Enkele termen moeten we op bepaalde wijze interpreteren: als er staat socialistische schrijvers, betekent dit marxistisch-leninistisch, de niet-marxisten zijn burgerlijk. De bij Lennartz verheerlijkte Dwinger wordt hier (terecht) ge karakteriseerd als „prototype van de chauvinistische fascisti sche en antibolsjewistische schrijver, die vooral als auteur van oorlogverheerlijkende romans en vertellingen op de voorgrond trad". Historisch materialisme Zelfs wordt er aan toegevoegd, dat hij „een beroep doet op de laagste instincten". Leidend be ginsel bij de beoordeling van auteurs is hun houding ten op zichte van de „historisch-politie- ke taak der arbeidende klasse" op de basis van het historisch materialisme. Dit sluit niet zon der meer een afwijzing van de andere klassen in. Een adellijke dame uit het oude Oostenrijk, gravin Marie von Ebuer Eschen- Men kent de vergelijkende trap In de reclame. Beter dan ande re. Dat heeft mij altijd onjuist geleken. Wat Is dat andere? Nu ja. het produkt van mijn concur rent. Aha, u laat uw concurrent dus mee-adverteren voor uw geld; uw advertentie kijkt met één oog naar de lezer en met het andere oog naar de concurrentie. In de literatuur kent men iets dat daarop lijkt. Veel vroeger vond men dat prachtig. De Ne derlandse Homerus, Vergilius, Dante, Walter Scott, Shelley, Dic kens... Het was bedoeld als een enorm compliment, dat men eigen lijk niet meende trouwens. Maar in feite was het een vergelijken de... trap. U herinnert mij aan Dickens, dat wil zeggen: als u mij niet aan Dickens herinnerde, was u nergens; nu u mij wel aan Dickens doet denken, bent u overbodig, want Dickcns is er al geweest en hij was groot. Jac. van Hattum is vanwege zijn sprookjesachtige prozastuk jes. gepubliceerd in de loop van de laatste twintig jaar, wel eens met Andersen vergeleken. Nu is Van Hattum ook, misschien wel in de eerste plaats, dichter, in die prconcentreerde zin van het woord die de term in Neder ig..., u—.0e,- ei»...-', rsielui. rilj heeft zich uit de dodelijke om klemming van die vergelijking kunnen losmaken door te zeggen: ik ben de Nederlandse anders- dan-Andersen. Hij heeft met de ze woordspeling nog geluk ge had ook. want verzin maar eens een dergelijke repliek als iemand u met Papadiamantopoulos verge lijkt. Bloemlezing te Amsterdam een bloemlezing verschenen, bevattende vijftien van die anders dan Andersen ge aarde. sprookjesachtige prozastuk jes. Het is een geluk dat door de pockets wat meer ruimte is ge komen voor het korte verhaal. Want er zijn maar weinig auteurs in-ons land. die dit genre kunnen hanteren. Het is onzwaar en speels, en het vereist originele invallen en concentratie. Van Hat- tums sprookjes zijn altijd lees--' baar en treffen vaak door de consequentie, waarmee het gege ven tot een, eventueel absurd, ein de wordt gebracht. Iemand wil door hem uitgeleende boeken terug hebben en gaat die halen, letter lijk in het huis van de gehange ne. Een huwelijk blijft kinderloos en de man. in het dorp voor ruin uitgescholden, scheldt, sart en slaat zijn vrouw, tot ze om trent de gouden bruiloft plotseling dood blijft. Een ongehuwde huis houdster schept de fictie van een verre zoon, die haar trouw schrijft, tot ze kort voor haar dood, als ze weet dat ze hem geen brieven meer aan zichzelf kan laten schrij ven, suggereert dat hij een, vrouw heeft gevonden, op wie hij al zijn genegenheid heeft overgedragen. Een man die alleen maar romp is, weet het klaar te spelen dat hij in het water terechtkomt, om verlost te worden van de on draaglijk geworden, moederlijke zorgen. Een andere man komt in een psychiatrische inrichting te recht. omdat hij iedere morgen naar zijn vrouw moest zwaaien, wat tenslotte tot doodslag leidde. Nu doet hij niets anders dan zwaaien. Dc grappenmaker Jel- gersma verwekt op een feestje onbedaarlijke hilariteit, tot men bemerkt dat hij gestikt is doordat hij een fluitje in zijn luchtpijp heeft gekregen. Waren dit serieuze verhalen, dan zou men spreken pessimisme, morbiditeit. Maar hoe wrang ook, het zijn sprook jes: het absurde, waarin ze door gaans belanden, is hun natuurlij ke sfeer en het heeft al even wei nig zin het voorhoofd in ethische fronsen te trekken als bij de wolven en heksen uit de echte sprookjes. Men zegt wel eens: je krijgt er wat van. Welnu van Hat tum laat zijn sujetten er wat van krijgen. Hij denkt en fantaseert alleen maar even verder dooi dan wij, en rondt het bovendien af. De zoon van Fokje Walllnga is inderdaad de ster van deze kleine verzameling. Het verhaal van de ze verzonnen zoon, die niet alleen in de ogen van het kinderloze boe renechtpaar waar Fokje huishoud ster is, tot werkelijk leven is ge komen. maar ook in de ogen var. het hele dorp, dat zoon Hedde prijst vanwege zijn trouw volge nouden correspondentie met zijr, moeder dit verhaal dus is ont hullend voor de macht van de ver beelding, die heus niet het mono polie is van dc scheppende kun stenaars, maar soms in eenvoudi gen van geest zuiver, prachtig er machtig wordt aangetroffen. Mer denkt ook. aan grote figuren ul' de wereldliteratuur. Die uit d< boeken waarin ze voorkomen ziji gestapt, en daarbuiten een eiger Don Quichote en Sherlock Holmes Mensen Mensen creëren. Dat kunnen al leen de ..berere" auteurs, om to de vergelijkende stijl terug te ke ren. De beste doen nog meer: dal zijn watC.S. Lewis indertijd noem de de „mythmakers", die een be- oaald patroon van gebeurtenissen weten te bedenken, personages in cluis, dat niet meer gebonden is aan een of andere geschreven of gedrukte versie, maar als zodanig Dat Van Hattums sprookjes volstrekt aan de hun door de au teur gegeven vorm gebonden zijn. maar onafhankelijk daarvan kun- ïen worden naverteld, is mis schien, zo bezien en Lewis even lelijk gevende, hun grootste waar- Ie. Een laatste woord over dat mor- iide element. Als men rechtvaar lig is, moet men dat meer aan Ie tijd dan aan de schrijver wij ten. Hij heeft althans gepoogd daar aan door een soort galgenhumoi '.e ontkomen. Dat is tegenover u en mij veel beleefder dat het gros .fan onze auteurs doet, die in koor staan te schreeuwen hoe het le zen toch wel is en die u door al lie open deuren op de tocht en in de kwalijke lucht laten staan. C. RIJNSDORP Wil de heer W. v. d. Berg uil Utrecht mij zijn adres opge ven? haar roman Das Gemelnde- kind, de geschiedenis van een pro letarische jongen, „die zich met alle middelen tegen een onmen selijke maatschappelijke orde Bij auteurs van onze tijd is er slechts één criterium: hun hou ding ten opzichte van het Sow- jetregime. Johannes Becher en Bert Brecht worden hoog gepre zen; het oorlogsboek van Bauer So weit die Füsse tragen (de ont vluchting uit een Russisch kamp) wordt „een van domheden en lasterpraatjes tegen de Sowjets overlopende beschrijving van de vlucht van een Duits oorlogsmis dadiger" genoemd. Verder vinden we een aantal ven; zijn hoofdwerk (Nackt ter Wölfen). een KZ-roman, is „toch vervuld van optimisme en levensvertrouwen, van de zeker heid der overwinning van de menselijkheid en het socialisme". Ook over Erich Arendt, geb. 1903 wordt veel loffelijks verteld: van hem en vele anderen is de pro letarische afkomst een belangrij ke factor bij hun waardering als kunstenaar. Jongeren als Helmut Baierl geb. 1926, Werner Bauer geb. 1925, Uwé Berger geb. 1928. Horst Beseler. geb. 1925, Wolf Brennecke, geb. 1922. Franz Hammer, geb. 1908, Irma Har der, geb. 1915, Harald Hauser, geb. 1912, Stephan Hermlin, geb. 1915. enz. enz. worden vrij uitvoerig besproken Ik heb die namen óók opgezocht in het lexikon van Lennartz;, maar tevergeefs. Dit confronteert ons met een uiterst bedenkelijk verschijnsel: twee de len van hetzelfde volk begrijpen elkaar niet meer ook niet in datge ne, wat hen juist moet verbin den, hun literatuur: ze weten eenvoudig niets meer van elkaar. Voor een vakman is het hier besproken lexikon een waardevol bezit. Hij doet goed bij elke atueur die hij bestudeert, de passus in kwestie ook hierin tc lezen om zijn eigen oordeel daar aan te toetsen, en in elk geval om hem bewust te maken, dat er tienduizenden Duitsers zijn, die op deze manier worden „voorge licht" en de bronnen missen, om deze eenzijdige en veelszins ver wrongen opvattingen te corrige- J. H. SCHOUTEN Venus bespied Venus Bespied een blUspel door Christopher Fry. Vertaling Bert Voeten. Literaire Pocket no. 103, Uitgave De Bezige Bij. Amsterdam. Fry's beroemde Venus Ob served", dat in '51 in Nederland se vertaling door de Haagsche Co- medie zijn continentale première kreeg en nu weer door dit gezel schap op het repertoire is geno men, heeft ook zijn plaats gekre gen in de toneelreeks van De Be zige Bij. Fry moet men altijd bewonde ren om zij enorme woordkunst en zijn dramaturgische vaardigheid neelgezelschap een uitgezochte gelegenheid geeft om te schitte ren met de acteertalenten. Voor het overige moet ook nu weer worden vastgesteld, dat de Inhoud niet adequaat is aan de excel lente vormgeving. Dat is bij Fry bijna altijd zo en daarom stelt hij zo teleur. Dat Bert Voeten dit stuk voortreffelijk heeft vertaald behoeft uiteraard geen betoog De Gids, dat verschei dene jongeren ,,in elk geval een misantropisch gestemde li teratuur willen'-'. Hij voorziet, „dat de invloed van Amerika's „beat generation", al enkele ja ren duidelijk zichtbaar, nog in kracht zal toenemen" en hij verwacht ook een nieuwe vlucht- poëzie, „vlucht ditmaal in de Kunstmatige paradijzen der ver doving". En wat het proza be- ireit, in De Vlaamse Gias van januari (.waarin men tussen naakjes een leesbaar en gedo cumenteerd stuk over Achter berg van de hand van W. L. M. E. van Leeuwen aantreft) trekt Hugo Raes de consequentie uit de verschijning van de Neder landse vènaling van Henry Mil ler's Tropic of Cancer, welk boek ook in deze kolommen, t_w. 26 januari j.L, is besproken. Dit boek, aldus Raes, „zai altijd een bijbel blijven voor al wie ge noeg heelt van belletristisch ge zanik, moralistische schijnhei- ligneid en literaire passe-par- tout-oppervlakkigheid". Let op dit woord, „schijnheiligheid," dat dwangmatig bij de vergoe- lijkers of vergoders in het be wustzijn springt, alleen al bij de gedachte dat aan de opmars van de erotiek in de literatuur iets in de weg zou worden gelegd. Ten overstaan van de openlij ke erotiek in woord en beeld heerst meer en meer verdraag zaamheid, constateert hij. Mo detijdschriften, de filmproduc tie, psychiaters, sociologen doen mee, knikken goedkeurend of „komen tot logische en vooral volwassen, breedgeestige beslui ten". Het rijzend tij De Gids: Uitgave Stichting De Gids, secre tariaat Derde Helmers- straat 9, Amsterdam-W. De VlaamseGids: Uitgave Em. Jacqmain- laan 119, Brussel I. Randstad 4: Uitga ve De Bezige Bij, Amster dam. Ontmoeting: Uit gave Bosch en Keuning N.V., Baarn. Fase: Uitgave Buiten rustplein 9, Voorburg. Het Vrije Schrift: Uitgave Vlietlaan 23b, Rot terdam 16. Het Nieuwe Boek: Uitgave Hollandia N.V., Baarn. Geen zwart-wit Zwart-witschema's kunnen dus niet worden gehanteerd. Dit in te zien, is o.a. de verdienste van Ontmoeting, maar dit blad wor stelt met een structurele moei likheid. Dit vereist toelichting. Jan Romein schreef in zijn boek De Lage Landen bij de Zee (Zeis 1961), dat het oude Chris telijk Letterkundig Verbond om Christus' wil genoegen nam met een lager letterkundig niveau. De jongeren van Opwaartsche Wegen daarentegen konden, ook alweer om Christus' wil, dat ni veau niet hoog genoeg stellen. Aldus Romein. De literaire struc tuur gedurende het Interbellum was zodanig, dat dit laatste, al thans theoretisch, nog kón. Men leefde, zoals ik al zei, in de „kamp-situatie". Wij „waren" nog ergens. Er was in de ver schillende kampen nog veel ge meenschappelijks. Omstreeks toen ondergetekende nog onmiskenbaar, getuige de beleid Olympia Review, Eros, Flanè- Gard Sivik, Engelse scabreuze dat de literaire „sector' liedjes (sindsdien verboden) de personen zelf 'WÊM dendaagse helemaal leefde en werkte uit die vooroorlogse sfeer, begon de nieuwe geest in ons land op te komen. Die geest bracht een vereissine m het redactioneel in«riiP?nd gewijzigde vormentaal vergissing m nei reaacuoneei mp(1 p>pr,.t hp| te moeten ingrijpen ten aanzien van het avant-garde tijdschrift Spur. Rijzend tij Het is een rijzend tij, iedere breedgeestige volwassene doet mee. de stroom is niet te stui ten, verboden en inbeslagnemin gen zijn betreurenswaardig, te genstanders zijn huichelaars, al dus de argumentatie J— jonge, talentrijke De Gids, van de kri- de vrijzinnige pers, van vele autoriteiten en jury's, is dat de literaire „sector" (een woord vol grimmige humor) iets ,UÏC1C 11C- statisch, iets bestendigs is, iets ,„ai. Christian» JgbSïntiïffi 'rou'^Un' "S onlang, hob uiteengezet'. Een' n Ma,lor substantieels zou zijn. uat is dus vivendl is niet mogelijk Ex_ te dringer*ie «eï*.i£c- P«'lmentele vormpje, vullra met scheppen waaruit zich don- Terwijl i zovele he- mee. Eerst leek het alleen een anders doen, maar dit be rustte, naar steeds duidelijker bleek, op een anders zijn. Evan gelie, christendom, kerk. zijn daar nergens meer, of als „cou lisse van het absurde", zoals ik de Rochefort, Norman Mailer, substantieels Jean Forton, De Beauvoir enz. Betreurenswaardig, zegt Raes, dat het Duitse gerecht meende ^ieer s e, to moot on <nsr inpn ton aanzien c christelijke inhoud? Scheut jes sex toestaan en een realisme tolereren dat er net nog de gepeperde kost i de komt uit de diepten van het _le; treklel, ta e„!t ge. uit de afgrond bewuste, een geest op die, na dat God uit de gezichtskring is verwijderd, zich tegenover de K V, 7? niot moor hastaanrfp God ver- Kuyper-Van Oordt) Vlaamse auteur. De Gids probeert een evenwichtspositie in te nemen, de bekende aanpap-methode, die bestaande God ontschuldigt door te wijzen op de verwoestingen die twee wereldoorlogen en een cri sisperiode daartussen hebben aangericht. De wereld is toch doopt, alleen maar verachting over. Christelijke tegenhangers (de term is van wijlen mevrouw zijn niet .tijd. De constellatie is vierkant tegen ons. Hier zijn in tercontinentale stromingen aan tent. vu wereiu tocu „d* één grote bende, du,SfitfLSÏ* conclusie schuldigd 1 Randstad leest, vindt daar- acht zich veront- alles wat hij eel nousDroeK. een Amerikaanse, met een Nederlander gehuwde sociologe, over „De terugkeer van de vampier", welke vrouw o.a. verklaart: „Als thema in de literatuur hebben de dood en het hiernamaals afgedaan... Met HuicheiAArs het failliet van de grote reli- «iwnciaai gies is de houding tegenover de zij„ christenen huichelaar,, dood in ieder geval rationeler Best maar wa, te denken va„ gewprden. en de irrationele rest uitgevers, d.e in Randstad 4 nihilistische avant-garde, n bepaalde individuele fi guren onrecht zou doen, indien men zwart-wit schema's zou gaan hanteren. schijnt zijn weg Ie /.nek en i schandalig stuk de i 'ant ook wij staan in H| en het voorbeeld van Dubuffet herinnert eraan, dat krachtens Gods bestuur nog positieve ele menten meespelen. Die te onder kennen en daarbij aan te sluiten, is de taak. Anders zouden de gelovige jongeren, creatief ge sproken, in een niemandsland zijn terechtgekomen. Kan men dan niet, van de eigen geloofsovertuiging uit, een eigen literaire stijl opbouwen, een eigen school vonmen? Hier voor zijn twee dingen nodig: scheppend talent van groot for maat, en een begrijpende, dra door niemand werkelijk ernstig gentienjarige Ewald Vanvugt pu- gende gemeenschap. Ik oo„«»vp« mvrnpc «mnrm rfp or. biicereni met op de achterkant het moment geen van beide. een foto met een strookje wit Daarom is het voor Ontmoeting als masker een onoprechtheid een leven in de richting van het op zichzelf en dan in een bii- nodige, en een worsteling van gevoegde circulaire met genomen mythes, chaïsche gedachtengang niet vrij is van een zekere humor" (bl. 27). U ziet, deze jonge vrouw (geb. 1927heeft de zaak jes van leven, dood en religie in haar mantelzak. En even te iicji voren had ze gezegd: „De twin- d„ tigste eeuw wordt met een zeker De uaai recht de eeuw van sex en dood kunnen'weten, dat' [belovende bladzij- genoemd. Andere eeuwen mogei eveneens rondgeklauterd hebben op de Venusheuvel, aan het wer kelijke bergbeklimmen is pas in onze eeuw methodisch begon nen, ook al is de in nevels ge hulde top nog niet bereikt" (bl. 26). tiental Dit zijn de woorden, die zi®*. De Bezige Bij daarbij bezigt. Zij i'en, dat zo'n stuk ver- de jeugd. Hoe dit te Respect kwalificeren? Laten we het hou- voor een jongerenblad als Fase, Wending heel d den op zakelijke flair. Miller schold op de zwijnerij die het leven is, maar verbeur de het recht van schelden door zelf als een (geniaal) zwijn te leven. Maar alle dat niet met de wolven in het bos wil meehuilen en dat een zeker savoir vivre aan den dag legt. En hoe moeilijk het geeft: God is immers Men ziet hoe de opmarche- §en door het geslachtssymbool! rende scharen over heel de wes- R*?eo"P'1fPis,me moet- verschijnsel, een wending in de cultuur, die voor Nederland mee brengt een omwenteling op het febied van de literatuur, min- er technisch of stylistisch dan breid, wel levensbeschouwelijk. Trou- wens de visie op het leven is altijd geweest, en zal altijd blij- te kiezen, hangt ten nauwste men met de voortgaande ont kerstening van het openbare le ven. Men kan onze leidendt Intussen: als een parel ln dc thie£.e vuiligheid staat in Randstad 4 een artikel van de Franse schil- 0 der Jean Dubuffet, Inderdaad het zwakste woord fascinerend geschreven, over zijn methoden van werken en zijn schilderkunstige idealen, zo overtuigend, zo nieuw, met zul ke elementen men terwille van dit ene stuk de scherpte van zijn aanval zou willen verminderen. Deze mar wérkt tenminste, werkt als eer bezetene, of liever als een geïn spireerde; hij is geïnteresseerd, gefascineerd juist door het een voudigste in de schepping: zand steentjes, aarde, onkruid. Dif bijdrage is een machtig stuk dat het goed recht van de ab stracte beeldende kunst open- grootse ste exemplaar onleesbaar), voor al op leeftijd Sekomen auteurs, die volhar- end proberen een VQet aan de grond te krijgen, is duidelijk. Jammer dat zij zich stellen op vonnen statische stand punt. evenals het eerste num mer van Het Nieuwe Boek, een kritisch informatief maandblad onder redactie van de sympa- weinig gewaardeer de dichter Willem Brandt. Lite ratuur is geen ruimtestation; het is, om een andere beeld spraak te gebruiken, „een mond die grote dingen spreekt", zoals de Apocalyps zegt. En het cuyv .SR *u.- ls maar de vraag door wie dat wa.rticld. dat sei,e"r.'- verdiept, totdat de kennis alle zijden, keerzijden, slulpwe- gen en geheimen van de sexua liteit over de wereld is ver ..zoals de wateren de bo dem der zee bedekken" noeg onder het oog brengen er in onze Westeuropese cultuur iets weggevallen is. dat nooit meer terugkomt: een gemeen schappelijk Nederlandstalig ge bied, dat „literatuur" heet en waar spelregels gelden die glo baal genomen door allen word' aanvaard; waar ruimte is voor christen en humanist beide; waar een soort ,.kamp"-gedach- te heerst, die inhoudt dat men de tegenstander respecteert. De duizelen< icTTi' Want dit is de infernale hu mor van de situatie: terwijl zeer velen angstig naar het oos ten kijken, gebiologeerd door wat Rusland en China in hun schild voeren, oplettend luiste rend naar de commentaren van zegslieden en waarnemers, komt achter de ruggen, in ons eigen dierbare vrije westen, een post-christelijke geest op, strijdbaar, hyper-intelligent, ef ficiënt, meedogenloos. C. RIJNSDORP

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 17