Aan de kusten van het licht HET HART HOLLAND Een voorloper van het surrealisme sS&muel *^1Üctóóeli SPIEGELSCHRIFT ZONDAGSBLAD ZATERDAG 9 FEBRUARI 19i Zouel Peter Barnm ah Erhart Kastner schreven (in het Duits) seer lezenswaardige boeken ovi Griekenland. Hierboven een o name van Delos, eens de hoof zetel van de Apollo-cultus. On: medetcerker J. H. Schouten b spreekt op deze pagina beide boeken. mij niet aan. Be-grijp mij niet. Dat is het hoogste. Kastner heeft een grote schat: tJonV tijd en geduld. Hij kan luister"" - naar een innerlijke stem. Zo i__ teert hij <ens met verrukking: „Sedert lang heb ik niet zulk een overvloed van alleenzijn gehad." Wie toeristische gegevens zoekt, In zijn lezenswaardige reisbeschrijving: De Grieken zijn geen goden geeft onze landgenoot Den Doolaard ons een uiterst per- sioonlijk relaas over zijn verblijf in Griekenland met een vaak verrassend oorspronkelijke visie, het beste wat een niet-vakman, die over oude culturen schrijft, doen kan. Hetzelfde wil Peter Barnm, alias de chirurg Curt Emmrich, die in Die unslchbare Flag- ge een onvolprezen verslag heeft gegeven van zijn medische acti viteit aan het Oostfront in de tweede wereldoorlog, daarna zijn operaties heeft neergelegd en nu de landen bereist, waar onze cultuur is ontstaan (o.a. in Frühe Staten der Christenheit en Wei ten des Glaubens. Ditmaal vertelt hij 1) op de hem eigen beel dende manier over zijn reis door de Egeïsche zee en zijn bezoeken o.a. aan Troje, Milete, Athene en Delos Helaas heeft hij zijn persoonlij ke indrukken (het waardevolste; want hij kan buitengewoon scherp observeren!) tot een minimum beperkt en overstelpt ons soms met een menigte van historische en mythologische bijzonderheden, die voor de vakman overbodig, voor de leek te verwarrend zijn. Die encyclopedische opsommingen bevatten veel te veel namen, en we bemerken niet zelden, dat overigens zeer te begrijpen! zijn kennis van de klassieken uit de tweede hand heeft Ook filo logisch laat hij wel eens een steek vallen zijn levendige geest brengt hem tot associaties, die etymologisch niet verantwoord zijn (ruchlos en rauchlos! op blz. 194). Over zijn confrontatie van ratio en mytihos zou nog veel te zeggen zijn. Tot nadenken prikkelend zijn de vergelijkingen van de vroege re toestanden met de tegenwoordi ge. Zo verklaart hij: De belangrijk ste fout van de tweede wereldoor log is, dat die niet in de Egeïsche Zee beslist is en dat de Westelij ke Geallieerden niet, zoals een mensenleeftijd vroeger, in Sofia en Boekarest zijn binnengemar cheerd. Op een of andere tijd zijn >p een hogere krijgschool de Per- -.ische oorlogen niet met de nodige zorg bestudeerd" (216). Menigmaal komt hij tot humo ristische vergelijkingen. Sport en kunst Men moet zich herinneren, dat *en overwinnaar in een Olympi- jche wedstrijd de eer ten deel xon vallen, dat Pindaro een prljslied op hem schreef. Men Kan zich moeilijk voorstellen, dat Goethe een prijslied op „Turnva- ter Jahn" gedicht had of Stefan George een op Nurmi; (wij zou den zeggen: Roland Holst op mevi. Blankers-Koen of Abe Lenstra). Als hij Milete. Thales' woon plaats bezoekt, mijmert hij: ,,In dit stralende landschap beleeft de geest van Europa zijn eerste bloei. Hier heeft hij nog de hele frisheid van zijn jeugd. Hier wordt de geestdrift voor de rede, hier de liefde tot de vrijheid geboren. Hier begint de geschiedenis van die eigenschap van de Europese mens. die een van zijn grootste deugden en tegelijk een van ge- vaarlijste ondeugden is, de ge schiedenis van zijn nieuwsgierig heid. Hoe deze hem aanspoort, de wereld te veroveren en hem er toe verleidt aan de schepping haar geheimen te ontrukken. Onder de stralende zon aan de kust van de ze wonderbaarlijke zee stort de mens zich in het waagstuk, naar zijn plaats in de Kosmos te vra gen, onderneemt hij het, het mys terie van zijn bestaan te onder zoeken, tracht hij de zin van het bestaan te begrijpen. Het is het meest grootse avontuur der ge schiedenis. Nog weten we niet, hoe het zal aflopen". .Wie geen wetenschappelijke voorlichting zoekt, vindt in boven genoemd werk een sprankelend boek, dat overal tintelt van le ven. Het typerendste is wellicht een zin, die ik vond in een be schrijving van de Piraeus: ,,Het leven stroomt voorbij, het wonderbaarlijke, gevaarlijke, wanhopige, heerlijke leven met herinneringen en hoop, met wen sen en teleurstellingen, met zijn moed en zijn hebzucht, met zweet en vuil, met hoon en medelijden, met zijn lachen en zijn tranen". Oelberge, V/einberge Erhard Kastner (niet te verwar ren met Erich Kastner, de beken de auteur van Kinderboeken!) heeft een volkomen andersoortig en zeer onconventioneel boek over Griekenland geschreven, waar hij als soldaat vier jaar en daarna nog lange tijd geweest is. 2) Kast ner is een wijs man: wie het re laas over zijn tijd als krijgsge vangene Das Zeltbuch von Tumï- lad gelezen heeft, zal dit beamen. Deze filosofisch-mystieke geest vertelt met een eenvoud en diepte over Griekenland, die ons slechts kan verrijken. Niet over het Grie kenland van het toerisme: „Grie kenland, in dit opzicht wijzer dan zijn bewoners, verzet zich tegen de vreemdelingenindustrie als te gen een verbitterde vijand. De paar archeologische plaatsen vor men de lijn. waarachter het zich heeft teruggetrokken: die positie was niet te houden en dit misschien ook niet waard. Dicht daaronder, de Griekse wildernis, bleef ongerept. Evenmin wil hij voor dilettant-archeoloog door gaan: „Archeologie betekent zich aan het gevaar blootstellen, tijd te verliezen met een tijd, die men reeds eenmaal verloren heeft." In milde mijmering vertelt hij over zijn vele tochten, steeds in nauw contact met de bevolking („Dwazen bezoeken in het vreem de land de musea, wijzen gaan in de taverne"), hij» overnacht in eenzame kloosters en bij gastvrije iiheid is een dit volk"), ziet in Omphalos de navel der aarde, het teken van het schepsel, dat van het goddelijke gescheiden werd („slechts door zich te storten in de armen van de god wordt het bloeden tijdelijk gestelpt") en peinst in het Kloos ter Hosios Lukas over de geheel unieke vrouwenfiguur in de op standingsgeschiedenis Maria van Magdala. Wij willen be-grijpen. Tot haar zegt Christus: „Raak Hei onderbewuste omhooggebracht I ingeschreven als internaatsleer- lijke fantasie, die zich bij vi ling aan een gymnasium in de keur richt op het afschrik- Midi. Daar moet hij zwaar ge- afschuwwekkende, leden hebben onder de overgang mestkever, pad en benevens allerlei ander Plaats der handeling: een Parijs' studentenkamertje in den jare 1868. Een 22-jarige jongt man dit rich vrijwil- Van vrijheid .fwissclmg lig opsluit tussen vier muren, het €entonige internaatsleven sterlijke, door hem geschapen schrijft in razend tempo zijn met zijn strenge regels. Alle gedierten woeste fantasieën neer, die medeleerlingen uit die jaren die i hem geschreven hebben, hij prozazangen noemt. Als plaats in. Met het lijk lichaam wordt een ber spel gespeeld, te i wekkend om het nader aan te leen los kwam bij de taallessen duiden. Met wellust worden to- - nelen van sadistische kwellingen tot holle rhetoriek. Het minst aangetast door de zinloosheid, luis, zijn de eerste zang en de laat- bloedzuiger, ste, waarin de schrijver blijk baar een rem heeft ingeschakeldT om de wildste fantasieën te be teugelen. Maar dan vervalt hij in kinderachtigheid en clichétaal! en de totaalindruk wordt er niet door gewijzigd. ingeschreven als Isidore-Lu- cien Ducasse, neemt hij het ï^aar] weidse pseudoniem aan van Comte de Lautréamont, een naam ontleend aan een ro man van Eugène Sue, mode- schrijver in die tijd, en noemt rug Y: de centrale figuur van de zes hli m< zangen Maldoror. En zo ver schijnen de eerste zang en M L daarna de vijf volgende als ign; zo'ndèV" r'ienden" haast Les Chants de Maldoror. ken ook van zijn opstellen, die beschreven^ De lagere regionen de afschuw opwekten fejf 1 een klassiek-g< door de onbeteugelde fan tasie, de onbegrijpelijke metafo- Invloeden Wie, naast het persoonlijk ele- een klassiek-gevormd vertegenwoordigd door tal - - - passages. Doordat alles is drenkt in een klimaat van evenwel niet pornografie spreken. de gezwollen retoriek. Later vindt men de sporen te- an Isidore in Parijs, waar st voor ingenieur studeert, de dagen de nachten doorbrengt met le- jegens de afgewisseld door pianospe- per. een baat Wcai.m uu^u- mont v j— wens ronduit bekentenis aflegt. u,. Een uiting van misantropie Door weinigen is uitgaaf aandacht geschonken het boek; geen enkele kritische bespreking er van is gevonden. der menselijk contact, gesterkt in de gedachte die hij ook al op treft soms: „Ik weet niet wat tijde der het gymnasiuum uitsprak, dat vriendschap noch liefde is; Is, die- hoger stijgend heftige katholieke vond, naast uitingen zin, genialiteit in het werk ÜT, 1890). In Nederland ver- bebl scheen in 1917 bij v. Dishoeck, den de Bussumse uitgever, e *anc taling door J. Starcke, Franse itgavi SÈ ment,'zoekt naar literaire invloe-l den, die op Lautréamont heb- 5," ben ingewerkt, komt terecht bij' /ia NmM- -.ran je Engelse dich-i, n de pseudo-Ossianf,^-!-, de Schot Macpher-llCU hij ziet ook verband met van naat g> satanisme van Byron, de r 7iin Srhen- Engelse zanger. Er lopen ook ppi 5 a.rSX: verbindingslijnen naar Lautréa- CCI die 6ector der Roman- de verkillende stilte' van de nacht, de triestheid der E graven en de nietigheid van het kans. menselijk bestaan voorname the- zou zijn. in één woord de kerk- van de Nachten blasfemie stuit 'de lezer herhaal- oüSRiP delijk. Het is duidelijk dat de goeddeels ook schrijver vervuld is van haat DE ZANGEN VAN MALDOROR vooraf gei ia£ Bij een tweede vertaling door C. N. Lijsen, vermoedelijk zangen overvalt hem, evenals trouwens deze uitgever, de angst voor een justitiële vervolging vanwege de zedenkwetsende passages en zet hij plannen op voor een. Wat de waardering .w, uw ieder geval met zangen betreft, die is lange ja-l van de kant van t t»i«w de s: het gering geweest. Léon Bloy socia berustend op de zeer nauwkeu- bundel Poésies. .i g>Spoir, ref™"~ uuujzauii, aui i canstiscii bonheur, dichter, in de reeks Editions du bezingen Centenaire (1946 geslacht' zaglijk heeft deze jon gen zich moeten gevoelen, waar schijnlijk al van :ijn vertrek uit Z.-Amerika ?ri deze geestelijke, later lichamelijke eenzaamheid, heeft zijn psychisch leven wijdde een sympathieke studie,1, we toch kritiek niet ontbrak,1 van ...-Z'Hass. Maar kan niet bij Kastner terecht: wie tie van zijn smaakvol uitgevoer- verzorgd proza de boekje Das Herz Hollands verfijnde chris- zijn werkje zelf geïllustreerd - leest door een heeft met vederlichte pentekenin- Griekenland gen, op elke bladzij één. het essentiële van dit land heeft Het begin is eon aardige vondst: leren kennen, zal rijkelijk beloond als hij door de Haarlemse grach- faal j| wagens. wil lezen, hoe telijk-humanisti-sche geest door langdurig verblijf Een afgebroken leven Isidore Ducasse werd geboren te Montevideo op 4 april 1846 als enige zoon van een Frans consulair ambtenaar. Hij groei- I de op in het weelderige milieu ,1'espoir, l'espérance, le calme, le devoir" wil de dichters van zijn tijd hij noemt o.a. Bau delaire een les wil geven. Het voorwoord van de toege zegde bundel, een veertigtal bladzijden, is gevonden en dooi Soupault opgenomen in zijn de finitieve uitgave; v dichten zelve geen spoor. Trouwens, de dood s jonge leven af. Op 23 aan Lautréamonts werk. Maar! de verdieping van de aandacht| begint met de Surrealisten. Te-i recht hebben ze in hem een aifc! il later ook voorloper van hun beweging ge- staik, zien. Immers bij heeft gehan- van deld volgens hun ideaal: de ge- distai dachte vastleggen in de oervorm zonder enige controle door de re- de. en de magnetische velden:van van het onderbewuste doorzoe-ihet n Sommige passages verdienen ken. Les chants dc Maldoror loper vermelding. De lofzang op de zijn de illustratie bij de lessenldine Oceaan d.w.z. de Atlahtische die André Breton geeft in zijn"" i-Lai 0ceaan d»e bladzijden in be- Manifeste du Surrealisme (1924) a 'door slag neemt- ewijst welke die- Ze bieden ook de psychoanalyst ten Details de boot voorbij Schepen Holland". iaz xiuitiAuoJ naai BHHH luaiJ Hij vaart twaalf dagen met een dit gezien wordt, niet door iemand gecharterde boot door ons land, ber 1870 sterft Du'cassc. uitge teerde longlijder, zijn hotelkamer. aar zwierf het liefst ie buurten en in de omstreken in de stad. schepte genoegen het Amsterdam, het IJsselmeer, Giethoorn, de Friese meren, te- literator als Érhart Kastner, maar Tu£ naar de Kaag en Haarlem en vuurwapens. pe indruk de veertiende jaar op hem ge- «een smor maakt had "n hoever zijn sti- 'de dood Snijdt dit kst,sc5 «""ogen - zeer de lofzang op de wiskun de: „O. strenge wiskunde, ik ben U niet vergeten sinds uw wijze lessen, zoeter dan honing, als een verkwikkend vocht in mijn hart druppelden." Ook de beschrijving van een schipbreuk, gezien van een rots punt aan de kust, is een goed HVHHPIBHIi de weiden met de bonte koeien, de molens, ophaalbruggen, en wat niet al de enige goede manier om Holland te zien is op het wa ter. Overal geeft hij, zoals ik al zei, een charmante verluchting van de tekst. Zijn medereizigers noemt hij nauwelijks. Het landschap inspi reert hem telkens tot wijsgerige overpeinzingen, waar af en tóe een literaire herinnering doorheen speelt. Of zijn Duitse le zers het direct zullen begrijpen, als hij de scheepstoeter met Hü- ons wonderhoorn vergelijkt? Vlie lands Oberon wordt nauwelijks nog gelezen. De spraak van het onderbewuste De spraak van het onderbe- de beste bladzijden°i_._ wuste. De totaalindruk die de een brok ervaring uit de Z.-Ame- L knapen, het spelen met Daar hij op school voornamelijk uitblonk in de wiskunde-studie, besloot zijn vader hem te be stemmen voor een ingenieursop- o leiding en naar het vaderland te lezing der zangen nalaat is die rikaanse tijcf is "verwerkt, hoe- zenden, waar hij in 1860 werd dankbaar onderzoekingster- rein. Met Ten besluite kan van de bei- en S de Nederlandse vertalingen ge- zich zegd worden dat ze zorgvuldig noff T en deskundig zijn verricht Al-'-* v leen is de inleiding bij de ver-jj? J taling door Starcke na de onder-1,® 1 zoekingen van Soupault verou- UlKn* derd, terwijl de nieuwe verta- 9 ya ling op dit punt te sober is. RUsia V. D. PANNE'de Vi op hol geslagen, zieke- wel ook dan nog blijft de neiging De Bezige Bij. Comte de Lautrémont. Les'geen chants de Maldoror. De Zan-:CanaA Maldoror. Uitgave! Roy zoek [Moski vra-ag Cli Harry Ikink moet een jonge man zijn van nu 31 jaar, die veel en gezworven heeft en die 'Fijngevoelig merkt hij bij een nlt ervaring weet nat het i» met rzoek aan ZwoUe. waar Thomas »e«>ig olgeen gela m een grote stad rond te dolen, slecht ge- een passieve zwerversfiguur De nu 52-jarige Lawrence D s! rell heeft door zijn vele omzw vingen een internationaal geti* schrijversbloedgroep verkregle. d Zijn aanrakingen met de vollplaats rond de Middellandse Zee kongebou :-i zijn beroemde Alexandrië-kwfn i waarmee geen lege maag, iw en mist. Hü heeft bij De Bezige Bij te Am- most hoh- sterdam een uitvoerige novelle SS** wel volstrekt passieve zwerv figuur Samuel Waaseil. 's de preek verstaat hij i»»15 is 'uj nog hoort het nachtasiel van nei tenuis voor „1v - dezelf- Hulp aan Onbehuisden; 's avonds Verbaal od hetzelfde raakt -hij in een dichte mist zijn Brote versobering ïnge- over de hele Hrhtlngbesef kwijt, valt flauw bij l3£u,.CSï","'1''A™ een tranikruising, raakt bevan gen door honger en kou, wordt opgenomen in een ziekenhuis en sterft daar. De auteur heeft heugd, dat hij in Oudekerk de vroegmis kan bijwonen. Het_ Hol de gebeden, die uur in dezelfde taal over de hele aarde worden gesproken, en met alle mensen buigt hij de knieën bij geheimzinnige verandering jongste wereldoorlog, dingen heeft geleerd die alleen maar winst kunnen heten. Zo het verzwijgen van gevoelens, die vroeger juist heel uitvoerig uit de Kort Amerikaans constateert men iets dergelijks. Ikink laat zijn zwerver sterven en had het daar- bij moeten laten. Maar hij kan tet dan ook duidelijk tot uiti niet nalaten aan dit einde r,r""- noot toe te voegen, suggereert dat de ar: tot in dat sterven toe nog de handige schlemiel bleef, die was geweest. 19 Door zijn realistische sfeertd „„Jj ning is het een werk met v1 drommel hoogtepunten geworden, hoejgeven „Toen ze al bezig waren de gordijnen weer te sluiten, kon Wasseli cr net nog tussen door maar struikelde bijna over de vensterbank." televisie hier -y Door deze galgenhumor (grof d? d? filmic of fi'n late men «ven in het ",0 iet nrn»a den) zien we achter de grijns het onderwerp de moderne 1| de in verschillende milieus - paald niet eenvoudig is. „Clea", het vierde en laatste l in dit kwartet, speelt in Ale:_ drië en er wordt een veelheid (gedaa: personen zeer fijn getekend, wel de hoofdpersonen DarjHèt b Clea. Nessim, Liza en Justir eindelijk uit hun problemen sc*.Tj_ te komen, geeft het einde Is enigszins onbe' S&WaSg iugvïpuub'uhut gehele SSS SS volkomen thuis, bevindt. De waarde van dit werkje ligt echter niet in de eerste plaats het mid- d.igd gevoel bij de lezer; het lander eindeloos verder kunnen gakroot Durrell heeft met dit boek goed slot aan een voortreffeli- serie gemaakt. Sjo denken, t de tekst, maar in de tekeningen, resultaat van nauwkeurige en liefdevolle observatie. te houden, waarbij alleen het zijne ertoe'bijgedragen, dat enige moeite heeft gehad die stijl llr Wpp* uw VpriJrilLL:nflrijden rrerecistreprrf wordt wnt een hedendaags auteur, die bii vol te houden. En dit onthult *ciurui\iung geregistreerd Samuel voelt en w« schrijver helpt de arme, uitgesto ten zwerver daarbij een handje. J. H. SCHOUTEN zodat de lezer een verslag krijgt waarin de intelligentie en het ge- den oefende oog v: alsook de toon stylist, als het licht 1) Peter Bamm: Küsten des Lichts 341 blz. Uit gave Kösel - Verlag. München. 2) Erhart Kastner: Oelberge, IVeinberge. Ein Griechenland- buch. Uitgave Fischer Verlag. Frankfurt am Main 153 blz. 3) Richard Seewald: Das Herz Hollands. Aufzeichnungen eines Malers. 72 blz. Uitgave Ja kob Hegner Verlag. Köhln. hedendaags auteur, die bij vol te houden. En dit onthult D« groeid. f zich Vanzelf 'vandie-fyl d.« „oda™ schril,- pische reportage-stijl bedient, die "ant hem nog niet volkomen aan precies datgene in het blikveld het lijf gegoten zit. laat komen waarop het aankomt. vj i uc waarnemer, D't *s niet een kunst die een be- Gelukkig spreekt de omslag van de moderne ^oeP doet °P de intelligente van niet van een „aanklacht" of iets ia re een contour de lezer, door tussen de regels ze de figuur heen door te verstaan te geven wat de derSebjKs. Dat zou al te goedkoop h; Ik weet uw verdrukking oor Tymen Knecht, iok te Kampen. Ni i de Boeketreeks. Tymen Knecht is voor onzefci irs geen onbekende. Reeds 1fl 1de malen heeft hij 'Mi scheppen, waardoor hij scherper a»teur zeggen il. Nee. men hoeft geweest zijn. Maar leerzaam is krant artikelen gepubliceerd i zijn omgeving afsteekt. Versobering alleen maar aandachtig te kijken naar wat de schrijver laat zien en te luisteren naar wat hij zegt. Vertellen is een te groot woord, want de auteur gaat niet gezellig en breed-uit voor het station. VINKENOOG: Eigenlijk alleen maar zielig Simon Vinkenoog heeft zijn poëtisch werk uit de jaren 1957 tot 1961, aangevuld met enkele voorberichten in proza en poëzie, in een afzonderlijk boekje uitgegeven, dat hij Spiegelschrift heeft genoemd, gevolgd door de ondertitel Ge bruikslyriek. De Uitgeverij De Bezige Bij te Amsterdam heeft voor de publicatie gezorgd. Een vriend. Frits Onderdijk, verzekert dè lezers op de ach terkant van de kaft dat Vinken oog geen dichter is, maakt. Dit mogen we niet my stiek opvatten. Hoe dan wel, is men geneigd te vragen; toch zeker ook niet letterlijk? Onderdijk gaat voort: „Als dichter is hij een spiegel die datgene weerkaatst wat in en achter hem om-gaat." Volgens deze feilen tonende vriend is Vinkenoog „een haastige en nerveuze kijker.... die nauwe lijks de dingen de tijd gunt tot een goed einde te komen." Een haastig en nerveus leven, met de onvermijdelijke toe komstige dood als obsessie. Maar geen heroïsme zoals bij Marsman, geen cultuurhisto rische bespiegelingen in diens Tempel geen poging zoals Kruis, hand woorden. stuk voor stuk gezuiverd van de tijd, te blijven voortbestaan. Vinken oog is de literaire verslaggever van zijn eigen leven. Dat eigen leven is voor hem tevens het leven: hij kent geen ander. Vinkenoog tracht i „Beschrijf, ontzie niets en „Ik duw papier in schrijfma- ik leg een woord te rusten, en als ik slaap heb gaap ik en als ik high ben lach ik en duizenden revoluties over leef ik en als ik muziek hoor luister ik Maar ik weet niet wie ik ben." In c i ander vers zegt hij: „Ik heb het nooit kunnen zeg gen. Woorden schieten te kort. Ik heb het nooit durven be amen. Het leven schiet te kort." Niet plezierig zo plezierig. De mensen die ge acht worden geestelijke leids lieden te zijn vertellen ons al leen maar dat zij het niet (meer) weten. Moeten we ze daarvoor eren, prijzen geven, in handboeken opnemen? Daarbij komt nog, dat deze mededelingen ons vrijwel sec worden gedaan. De negativi- teit is niet prachtig aangekleed, of uitzonderlijk geformuleerd, of met een menselijke, warme weemoed vermengd, of in profetische vertwijfeling na mens velen uitgeroepen. Nee, het is alleen maar haastig en slordig uitgebannen. Wat overblijft is alleen maar een geval, hoogstens typisch, 'zeker niet onthullend, want het is al zo vaak en zoveel ra ker gezegd. Vinkenoog zou ver standig doen zich erop te be zinnen, dat zijn bekendheid als literator mede op een mode be rust, die op een gegeven ogen blik plotseling voorbij blijkt te Troost weg Dan valt de troost van de publiciteit ook nog weg. Dat moment komt onherroepelijk, want zijn talent is niet groot en dreigt nu al vast te lopen in herhaling. Het grote schrij ver- of dichterschap immers is een combinatie van uitstorten en inhouden, van verkwisten en vergaren. Dat vormt de in- en uitademing van het-rijke talent. Niets duurzaams komt tot stand zonder bezonkenheid, be halve bij zeldzame genieën zo als Rimbaud b.v. Het klinkt misschien wreed, maar deze kleine verzamel bundel maakt op mij de indruk gen. Voorlopig ben ik op Vin kenoog uitgekeken en velen met mij, denk ik. C. RIJNSDORP Bewust een schildersatelier, van het Leger «.'.es Heils, straat- reclame enz. te zien met de ogen van iemand die nergens thuis is, die zich in een fatsoenlijk milieu gedaan J; zijn ontmoetingen met kerkeï leiders achter het iizeren gord kantoor Ook zijn beschouwingen over Pp leven van de protestantse miné Ams heden in vele landen bleken ster* rf weer lezenswaardige artikelen! flij heeft ziin ervarinapn J'ele )p de 1 niet kan vertonen, door ieder 'ende reizen nu ook te boek steld.^ In dit boek ontmoeten g oijvoorbeeld geschuwd JSSöJSnStenl het Arabische maar ook in Franki Spanje en Portugal. We kom. v. t aanraking met hun leven en literair niets moeilijkheden. Knecht slaagt in op overtuigende wijze kening te geven van de waarin deze mensen verkeren. i obsceen of is, integendeel. C. RIJNSDORP. ruim mkeei niet? V altlian straat e over hand Zestig jaar Drees. Uitgav. sterdam. De vermaard geworden en door zeer velen beluisterde radiopraatjes welke dr. Drees van 1960 tot en met 1962 op gezette tijden hield en die bij elkaar als een deel namelijk de thans publicabele van zijn memoires beschouwd kunnen worden, zijn thans gebundeld in boek vorm verschenen. Persoonlijke herinneringen dus aan een rijk leven, maar meer nog aan een boeiend stuk nationale ceschiedenis, waar bij vooral het Nederlands-Indonesische conflict dat immers hoofdzakelijk speelde tijdens het minister-presidentschap van de schrijver, uit voerig belicht wordt. Vele luisteraars van toen zullen in dit boek nog eens rustig willen nale zen wat destijds via de ether werd behandeld en zij die de causerieën niet konden volgen zullen kennis maken met een waardevolle in houd. Want het is een belangwekkend boek. dit ..Zestig jaar levenservaring", van de hand van een schrijver die er ook hier als een onkreuk baar, wijs en gaaf mens uit naar voren treedt. In dit boek wordt door de r.k. auteur diep in°e| gaan op de moeilijkheden ven het gelovig-zii In zijn benadering van dit tere vraagstuk is schrijver dikwijls onthullend en ook vooi protestantse gelovige leerzaam. Omdat de i 1 ij kneden, die worden beschreven, zo menseliili zijn. Leerzaam is dit boek ook. omdat juist doi deze r.k. gelovige gebreken van zijn kerk wo., Wiïat5-ewezei?' Hlj UIt bijvoorbeeld deze klachtf w! if1Jf>€n naai' de bijbel, maar lezen eif leven hem nog niet! Maar 't zal komen. Wal het woord in de kerk niet ondervoed en laizuchte' nS9?nm^ ",iet, eanzijdig op de sacramenten!later e Daarom is, denk rk. de honger naar het woord rPnehii0nfiL-Z0 §ro°t";" Woord en sacrament hol IVl «1 elkaar- "I kunnen niet dan ten kostJ van elkaar gescheiden worden. Herstel van heï evenwicht vraagt veel tijd en nag meer geduld.' „Waarom ik nietis de levensroman i Frieda Durant. Wij zien haar eerst als vc, pleegster en ten slotte als de oude tante Frieda, die na een leven, waarin het verdriet haar niel bespaard bleef, in volle vrede sterft. Rondom Ha moedige vrouw me ich haar familiele de figuur van Frieda. een groot geloof, bewegen den en bekenden. „Waarom ik niet. boek, dat voorjil boeit door de eer het verhaal. menselijkheid de 1 politie auw tt !Urd, i lag h op oogl och kc bezo totaa is tha ISO kir hun o

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 18