Aan de kusten van het licht
HET HART
HOLLAND
Een voorloper van
het surrealisme
sS&muel *^1Üctóóeli
SPIEGELSCHRIFT
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 9 FEBRUARI 19i
Zouel Peter Barnm ah Erhart
Kastner schreven (in het Duits)
seer lezenswaardige boeken ovi
Griekenland. Hierboven een o
name van Delos, eens de hoof
zetel van de Apollo-cultus. On:
medetcerker J. H. Schouten b
spreekt op deze pagina beide
boeken.
mij niet aan. Be-grijp mij niet.
Dat is het hoogste.
Kastner heeft een grote schat: tJonV
tijd en geduld. Hij kan luister"" -
naar een innerlijke stem. Zo i__
teert hij <ens met verrukking:
„Sedert lang heb ik niet zulk een
overvloed van alleenzijn gehad."
Wie toeristische gegevens zoekt,
In zijn lezenswaardige reisbeschrijving: De Grieken zijn geen
goden geeft onze landgenoot Den Doolaard ons een uiterst per-
sioonlijk relaas over zijn verblijf in Griekenland met een vaak
verrassend oorspronkelijke visie, het beste wat een niet-vakman,
die over oude culturen schrijft, doen kan. Hetzelfde wil Peter
Barnm, alias de chirurg Curt Emmrich, die in Die unslchbare Flag-
ge een onvolprezen verslag heeft gegeven van zijn medische acti
viteit aan het Oostfront in de tweede wereldoorlog, daarna zijn
operaties heeft neergelegd en nu de landen bereist, waar onze
cultuur is ontstaan (o.a. in Frühe Staten der Christenheit en Wei
ten des Glaubens. Ditmaal vertelt hij 1) op de hem eigen beel
dende manier over zijn reis door de Egeïsche zee en zijn bezoeken
o.a. aan Troje, Milete, Athene en Delos
Helaas heeft hij zijn persoonlij
ke indrukken (het waardevolste;
want hij kan buitengewoon scherp
observeren!) tot een minimum
beperkt en overstelpt ons soms
met een menigte van historische
en mythologische bijzonderheden,
die voor de vakman overbodig,
voor de leek te verwarrend zijn.
Die encyclopedische opsommingen
bevatten veel te veel namen, en
we bemerken niet zelden, dat
overigens zeer te begrijpen!
zijn kennis van de klassieken uit
de tweede hand heeft Ook filo
logisch laat hij wel eens een steek
vallen zijn levendige geest
brengt hem tot associaties, die
etymologisch niet verantwoord
zijn (ruchlos en rauchlos! op blz.
194). Over zijn confrontatie van
ratio en mytihos zou nog veel te
zeggen zijn.
Tot nadenken prikkelend zijn
de vergelijkingen van de vroege
re toestanden met de tegenwoordi
ge.
Zo verklaart hij: De belangrijk
ste fout van de tweede wereldoor
log is, dat die niet in de Egeïsche
Zee beslist is en dat de Westelij
ke Geallieerden niet, zoals een
mensenleeftijd vroeger, in Sofia
en Boekarest zijn binnengemar
cheerd. Op een of andere tijd zijn
>p een hogere krijgschool de Per-
-.ische oorlogen niet met de nodige
zorg bestudeerd" (216).
Menigmaal komt hij tot humo
ristische vergelijkingen.
Sport en kunst
Men moet zich herinneren, dat
*en overwinnaar in een Olympi-
jche wedstrijd de eer ten deel
xon vallen, dat Pindaro een
prljslied op hem schreef. Men
Kan zich moeilijk voorstellen, dat
Goethe een prijslied op „Turnva-
ter Jahn" gedicht had of Stefan
George een op Nurmi; (wij zou
den zeggen: Roland Holst op
mevi. Blankers-Koen of Abe
Lenstra).
Als hij Milete. Thales' woon
plaats bezoekt, mijmert hij: ,,In
dit stralende landschap beleeft de
geest van Europa zijn eerste
bloei. Hier heeft hij nog de hele
frisheid van zijn jeugd. Hier wordt
de geestdrift voor de rede, hier de
liefde tot de vrijheid geboren.
Hier begint de geschiedenis van
die eigenschap van de Europese
mens. die een van zijn grootste
deugden en tegelijk een van ge-
vaarlijste ondeugden is, de ge
schiedenis van zijn nieuwsgierig
heid. Hoe deze hem aanspoort, de
wereld te veroveren en hem er
toe verleidt aan de schepping haar
geheimen te ontrukken. Onder de
stralende zon aan de kust van de
ze wonderbaarlijke zee stort de
mens zich in het waagstuk, naar
zijn plaats in de Kosmos te vra
gen, onderneemt hij het, het mys
terie van zijn bestaan te onder
zoeken, tracht hij de zin van het
bestaan te begrijpen. Het is het
meest grootse avontuur der ge
schiedenis. Nog weten we niet,
hoe het zal aflopen".
.Wie geen wetenschappelijke
voorlichting zoekt, vindt in boven
genoemd werk een sprankelend
boek, dat overal tintelt van le
ven. Het typerendste is wellicht
een zin, die ik vond in een be
schrijving van de Piraeus:
,,Het leven stroomt voorbij,
het wonderbaarlijke, gevaarlijke,
wanhopige, heerlijke leven met
herinneringen en hoop, met wen
sen en teleurstellingen, met zijn
moed en zijn hebzucht, met zweet
en vuil, met hoon en medelijden,
met zijn lachen en zijn tranen".
Oelberge, V/einberge
Erhard Kastner (niet te verwar
ren met Erich Kastner, de beken
de auteur van Kinderboeken!)
heeft een volkomen andersoortig
en zeer onconventioneel boek over
Griekenland geschreven, waar hij
als soldaat vier jaar en daarna
nog lange tijd geweest is. 2) Kast
ner is een wijs man: wie het re
laas over zijn tijd als krijgsge
vangene Das Zeltbuch von Tumï-
lad gelezen heeft, zal dit beamen.
Deze filosofisch-mystieke geest
vertelt met een eenvoud en diepte
over Griekenland, die ons slechts
kan verrijken. Niet over het Grie
kenland van het toerisme: „Grie
kenland, in dit opzicht wijzer dan
zijn bewoners, verzet zich tegen
de vreemdelingenindustrie als te
gen een verbitterde vijand. De
paar archeologische plaatsen vor
men de lijn. waarachter het zich
heeft teruggetrokken: die positie
was niet te houden en dit
misschien ook niet waard. Dicht
daaronder, de Griekse wildernis,
bleef ongerept. Evenmin wil hij
voor dilettant-archeoloog door
gaan: „Archeologie betekent zich
aan het gevaar blootstellen, tijd te
verliezen met een tijd, die men
reeds eenmaal verloren heeft."
In milde mijmering vertelt hij
over zijn vele tochten, steeds in
nauw contact met de bevolking
(„Dwazen bezoeken in het vreem
de land de musea, wijzen gaan in
de taverne"), hij» overnacht in
eenzame kloosters en bij gastvrije
iiheid is een
dit
volk"), ziet in Omphalos de navel
der aarde, het teken van het
schepsel, dat van het goddelijke
gescheiden werd („slechts door
zich te storten in de armen van
de god wordt het bloeden tijdelijk
gestelpt") en peinst in het Kloos
ter Hosios Lukas over de geheel
unieke vrouwenfiguur in de op
standingsgeschiedenis Maria van
Magdala. Wij willen be-grijpen.
Tot haar zegt Christus: „Raak
Hei onderbewuste
omhooggebracht
I
ingeschreven als internaatsleer- lijke fantasie, die zich bij vi
ling aan een gymnasium in de keur richt op het afschrik-
Midi. Daar moet hij zwaar ge- afschuwwekkende,
leden hebben onder de overgang mestkever, pad en
benevens allerlei ander
Plaats der handeling: een
Parijs' studentenkamertje in
den jare 1868. Een 22-jarige
jongt man dit rich vrijwil- Van vrijheid .fwissclmg
lig opsluit tussen vier muren, het €entonige internaatsleven sterlijke, door hem geschapen
schrijft in razend tempo zijn met zijn strenge regels. Alle gedierten
woeste fantasieën neer, die medeleerlingen uit die jaren die
i hem geschreven hebben,
hij prozazangen noemt. Als
plaats in. Met het
lijk lichaam wordt een
ber spel gespeeld, te i
wekkend om het nader aan te
leen los kwam bij de taallessen duiden. Met wellust worden to-
- nelen van sadistische kwellingen
tot holle rhetoriek. Het minst
aangetast door de zinloosheid,
luis, zijn de eerste zang en de laat-
bloedzuiger, ste, waarin de schrijver blijk
baar een rem heeft ingeschakeldT
om de wildste fantasieën te be
teugelen. Maar dan vervalt hij
in kinderachtigheid en clichétaal!
en de totaalindruk wordt er niet
door gewijzigd.
ingeschreven als Isidore-Lu-
cien Ducasse, neemt hij het ï^aar]
weidse pseudoniem aan van
Comte de Lautréamont, een
naam ontleend aan een ro
man van Eugène Sue, mode-
schrijver in die tijd, en noemt rug Y:
de centrale figuur van de zes hli m<
zangen Maldoror. En zo ver
schijnen de eerste zang en M L
daarna de vijf volgende als ign; zo'ndèV" r'ienden" haast
Les Chants de Maldoror.
ken ook van zijn opstellen, die beschreven^ De lagere regionen
de afschuw opwekten fejf 1
een klassiek-g<
door de onbeteugelde fan
tasie, de onbegrijpelijke metafo-
Invloeden
Wie, naast het persoonlijk ele-
een klassiek-gevormd vertegenwoordigd door tal
- - - passages. Doordat alles is
drenkt in een klimaat van
evenwel niet
pornografie spreken.
de gezwollen retoriek.
Later vindt men de sporen te-
an Isidore in Parijs, waar
st voor ingenieur studeert,
de dagen
de nachten doorbrengt met le- jegens de
afgewisseld door pianospe- per. een baat Wcai.m uu^u- mont v
j— wens ronduit bekentenis aflegt. u,.
Een uiting van misantropie
Door weinigen is
uitgaaf aandacht geschonken
het boek; geen enkele kritische
bespreking er van is gevonden.
der menselijk contact, gesterkt
in de gedachte die hij ook al op treft soms: „Ik weet niet wat
tijde der het gymnasiuum uitsprak, dat vriendschap noch liefde is;
Is, die-
hoger stijgend
heftige katholieke
vond, naast uitingen
zin, genialiteit in het werk ÜT,
1890). In Nederland ver- bebl
scheen in 1917 bij v. Dishoeck, den
de Bussumse uitgever, e *anc
taling door J. Starcke,
Franse itgavi
SÈ ment,'zoekt naar literaire invloe-l
den, die op Lautréamont heb-
5," ben ingewerkt, komt terecht bij'
/ia NmM- -.ran je Engelse dich-i,
n de pseudo-Ossianf,^-!-,
de Schot Macpher-llCU
hij ziet ook verband met
van naat g> satanisme van Byron, de r
7iin Srhen- Engelse zanger. Er lopen ook ppi
5 a.rSX: verbindingslijnen naar Lautréa- CCI
die 6ector der Roman-
de verkillende stilte'
van de nacht, de triestheid der E
graven en de nietigheid van het kans.
menselijk bestaan voorname the- zou
zijn. in één woord de kerk- van
de Nachten
blasfemie stuit 'de lezer herhaal-
oüSRiP delijk. Het is duidelijk dat de
goeddeels ook schrijver vervuld is van haat
DE ZANGEN VAN
MALDOROR
vooraf gei
ia£
Bij een tweede vertaling
door C. N. Lijsen, vermoedelijk
zangen overvalt
hem, evenals
trouwens deze
uitgever, de angst voor een
justitiële vervolging vanwege
de zedenkwetsende passages en
zet hij plannen op voor een.
Wat de waardering .w, uw
ieder geval met zangen betreft, die is lange ja-l
van de kant van t t»i«w
de
s:
het
gering geweest. Léon Bloy socia
berustend op de zeer nauwkeu- bundel Poésies.
.i g>Spoir, ref™"~
uuujzauii, aui i canstiscii bonheur,
dichter, in de reeks Editions du bezingen
Centenaire (1946
geslacht'
zaglijk
heeft deze jon
gen zich moeten
gevoelen, waar
schijnlijk al van
:ijn vertrek uit Z.-Amerika
?ri deze geestelijke, later
lichamelijke eenzaamheid, heeft
zijn psychisch leven
wijdde een sympathieke studie,1, we
toch kritiek niet ontbrak,1 van
...-Z'Hass.
Maar
kan niet bij Kastner terecht: wie tie van zijn smaakvol uitgevoer-
verzorgd proza de boekje Das Herz Hollands
verfijnde chris- zijn werkje zelf geïllustreerd
- leest door een heeft met vederlichte pentekenin-
Griekenland gen, op elke bladzij één.
het essentiële van dit land heeft Het begin is eon aardige vondst:
leren kennen, zal rijkelijk beloond als hij door de Haarlemse grach-
faal j| wagens.
wil lezen, hoe
telijk-humanisti-sche geest door
langdurig verblijf
Een afgebroken leven
Isidore Ducasse werd geboren
te Montevideo op 4 april 1846
als enige zoon van een Frans
consulair ambtenaar. Hij groei-
I de op in het weelderige milieu
,1'espoir, l'espérance, le calme,
le devoir" wil
de dichters van
zijn tijd hij noemt o.a. Bau
delaire een les wil geven.
Het voorwoord van de toege
zegde bundel, een veertigtal
bladzijden, is gevonden en dooi
Soupault opgenomen in zijn de
finitieve uitgave; v
dichten zelve geen spoor.
Trouwens, de dood s
jonge leven af. Op 23
aan Lautréamonts werk. Maar!
de verdieping van de aandacht|
begint met de Surrealisten. Te-i
recht hebben ze in hem een aifc! il
later ook voorloper van hun beweging ge- staik,
zien. Immers bij heeft gehan- van
deld volgens hun ideaal: de ge- distai
dachte vastleggen in de oervorm
zonder enige controle door de re-
de. en de magnetische velden:van
van het onderbewuste doorzoe-ihet n
Sommige passages verdienen ken. Les chants dc Maldoror loper
vermelding. De lofzang op de zijn de illustratie bij de lessenldine
Oceaan d.w.z. de Atlahtische die André Breton geeft in zijn""
i-Lai 0ceaan d»e bladzijden in be- Manifeste du Surrealisme (1924) a
'door slag neemt- ewijst welke die- Ze bieden ook de psychoanalyst ten
Details
de boot voorbij
Schepen
Holland".
iaz xiuitiAuoJ naai BHHH luaiJ Hij vaart twaalf dagen met een
dit gezien wordt, niet door iemand gecharterde boot door ons land,
ber 1870 sterft Du'cassc. uitge
teerde longlijder,
zijn hotelkamer.
aar zwierf het liefst
ie buurten en in de omstreken
in de stad. schepte genoegen
het
Amsterdam, het IJsselmeer,
Giethoorn, de Friese meren, te-
literator als Érhart Kastner, maar Tu£ naar de Kaag en Haarlem en
vuurwapens.
pe indruk de
veertiende jaar op hem ge-
«een smor maakt had "n hoever zijn sti-
'de dood Snijdt dit kst,sc5 «""ogen
- zeer de lofzang op de wiskun
de: „O. strenge wiskunde, ik
ben U niet vergeten sinds uw
wijze lessen, zoeter dan honing,
als een verkwikkend vocht in
mijn hart druppelden."
Ook de beschrijving van een
schipbreuk, gezien van een rots
punt aan de kust, is een goed
HVHHPIBHIi de
weiden met de bonte koeien, de
molens, ophaalbruggen, en wat
niet al de enige goede manier
om Holland te zien is op het wa
ter. Overal geeft hij, zoals ik al
zei, een charmante verluchting
van de tekst.
Zijn medereizigers noemt hij
nauwelijks. Het landschap inspi
reert hem telkens tot wijsgerige
overpeinzingen, waar af en tóe
een literaire herinnering doorheen
speelt. Of zijn Duitse le
zers het direct zullen begrijpen,
als hij de scheepstoeter met Hü-
ons wonderhoorn vergelijkt? Vlie
lands Oberon wordt nauwelijks
nog gelezen.
De spraak van het
onderbewuste
De spraak van het onderbe- de beste bladzijden°i_._
wuste. De totaalindruk die de een brok ervaring uit de Z.-Ame-
L
knapen,
het spelen met
Daar hij op school voornamelijk
uitblonk in de wiskunde-studie,
besloot zijn vader hem te be
stemmen voor een ingenieursop- o
leiding en naar het vaderland te lezing der zangen nalaat is die rikaanse tijcf is "verwerkt, hoe-
zenden, waar hij in 1860 werd
dankbaar onderzoekingster-
rein. Met
Ten besluite kan van de bei- en S
de Nederlandse vertalingen ge- zich
zegd worden dat ze zorgvuldig noff T
en deskundig zijn verricht Al-'-* v
leen is de inleiding bij de ver-jj? J
taling door Starcke na de onder-1,® 1
zoekingen van Soupault verou- UlKn*
derd, terwijl de nieuwe verta- 9 ya
ling op dit punt te sober is. RUsia
V. D. PANNE'de Vi
op hol geslagen, zieke- wel ook dan nog blijft de neiging De Bezige Bij.
Comte de Lautrémont. Les'geen
chants de Maldoror. De Zan-:CanaA
Maldoror. Uitgave! Roy
zoek
[Moski
vra-ag
Cli
Harry Ikink moet een jonge
man zijn van nu 31 jaar, die veel
en gezworven heeft en die
'Fijngevoelig merkt hij bij een nlt ervaring weet nat het i» met
rzoek aan ZwoUe. waar Thomas »e«>ig olgeen gela m een grote
stad rond te dolen, slecht ge-
een passieve
zwerversfiguur
De nu 52-jarige Lawrence D s!
rell heeft door zijn vele omzw
vingen een internationaal geti*
schrijversbloedgroep verkregle. d
Zijn aanrakingen met de vollplaats
rond de Middellandse Zee kongebou
:-i zijn beroemde Alexandrië-kwfn
i waarmee geen
lege maag,
iw en mist. Hü
heeft bij De Bezige Bij te Am-
most hoh- sterdam een uitvoerige novelle
SS**
wel volstrekt passieve zwerv
figuur Samuel Waaseil. 's
de preek verstaat hij i»»15 is 'uj nog
hoort het nachtasiel van nei tenuis voor „1v -
dezelf- Hulp aan Onbehuisden; 's avonds Verbaal
od hetzelfde raakt -hij in een dichte mist zijn Brote versobering ïnge-
over de hele Hrhtlngbesef kwijt, valt flauw bij l3£u,.CSï","'1''A™
een tranikruising, raakt bevan
gen door honger en kou, wordt
opgenomen in een ziekenhuis en
sterft daar. De auteur heeft
heugd, dat hij in Oudekerk de
vroegmis kan bijwonen. Het_ Hol
de gebeden, die
uur in dezelfde taal over de hele
aarde worden gesproken, en met
alle mensen buigt hij de knieën bij
geheimzinnige verandering
jongste wereldoorlog,
dingen heeft geleerd die alleen
maar winst kunnen heten. Zo het
verzwijgen van gevoelens, die
vroeger juist heel uitvoerig uit de
Kort Amerikaans constateert men
iets dergelijks. Ikink laat zijn
zwerver sterven en had het daar-
bij moeten laten. Maar hij kan tet dan ook duidelijk tot uiti
niet nalaten aan dit einde r,r""-
noot toe te voegen,
suggereert dat de ar:
tot in dat sterven toe nog de
handige schlemiel bleef, die
was geweest.
19
Door zijn realistische sfeertd
„„Jj ning is het een werk met v1
drommel hoogtepunten geworden, hoejgeven
„Toen ze al bezig waren de
gordijnen weer te sluiten, kon
Wasseli cr net nog tussen door
maar struikelde bijna over de
vensterbank."
televisie hier
-y Door deze galgenhumor (grof d?
d? filmic of fi'n late men «ven in het ",0
iet nrn»a den) zien we achter de grijns
het onderwerp de moderne 1|
de in verschillende milieus -
paald niet eenvoudig is.
„Clea", het vierde en laatste l
in dit kwartet, speelt in Ale:_
drië en er wordt een veelheid (gedaa:
personen zeer fijn getekend,
wel de hoofdpersonen DarjHèt b
Clea. Nessim, Liza en Justir
eindelijk uit hun problemen sc*.Tj_
te komen, geeft het einde Is
enigszins onbe'
S&WaSg iugvïpuub'uhut gehele SSS SS
volkomen thuis,
bevindt.
De waarde van dit werkje ligt
echter niet in de eerste plaats
het mid- d.igd gevoel bij de lezer; het lander
eindeloos verder kunnen gakroot
Durrell heeft met dit boek
goed slot aan een voortreffeli-
serie gemaakt.
Sjo
denken, t
de tekst, maar in de tekeningen,
resultaat van nauwkeurige en
liefdevolle observatie.
te houden, waarbij alleen het zijne ertoe'bijgedragen, dat enige moeite heeft gehad die stijl llr Wpp* uw VpriJrilLL:nflrijden
rrerecistreprrf wordt wnt een hedendaags auteur, die bii vol te houden. En dit onthult *ciurui\iung
geregistreerd
Samuel voelt en w«
schrijver helpt de arme, uitgesto
ten zwerver daarbij een handje.
J. H. SCHOUTEN zodat de lezer een verslag krijgt
waarin de intelligentie en het ge-
den oefende oog v:
alsook de toon
stylist, als het
licht
1) Peter Bamm:
Küsten des Lichts 341 blz. Uit
gave Kösel - Verlag. München.
2) Erhart Kastner: Oelberge,
IVeinberge. Ein Griechenland-
buch. Uitgave Fischer Verlag.
Frankfurt am Main 153 blz.
3) Richard Seewald: Das
Herz Hollands. Aufzeichnungen
eines Malers. 72 blz. Uitgave Ja
kob Hegner Verlag. Köhln.
hedendaags auteur, die bij vol te houden. En dit onthult
D« groeid. f zich Vanzelf 'vandie-fyl d.« „oda™ schril,-
pische reportage-stijl bedient, die "ant hem nog niet volkomen aan
precies datgene in het blikveld het lijf gegoten zit.
laat komen waarop het aankomt. vj
i uc waarnemer, D't *s niet een kunst die een be- Gelukkig spreekt de omslag
van de moderne ^oeP doet °P de intelligente van niet van een „aanklacht" of iets
ia re een contour de lezer, door tussen de regels ze
de figuur heen door te verstaan te geven wat de derSebjKs. Dat zou al te goedkoop h;
Ik weet uw verdrukking
oor Tymen Knecht,
iok te Kampen. Ni
i de Boeketreeks.
Tymen Knecht is voor onzefci
irs geen onbekende. Reeds 1fl
1de malen heeft hij
'Mi
scheppen, waardoor hij scherper a»teur zeggen il. Nee. men hoeft geweest zijn. Maar leerzaam is krant artikelen gepubliceerd
i zijn omgeving afsteekt.
Versobering
alleen maar aandachtig
te kijken naar wat de schrijver
laat zien en te luisteren naar
wat hij zegt. Vertellen is een te
groot woord, want de auteur gaat
niet gezellig en breed-uit voor
het
station.
VINKENOOG: Eigenlijk alleen maar zielig
Simon Vinkenoog heeft zijn
poëtisch werk uit de jaren
1957 tot 1961, aangevuld met
enkele voorberichten in proza
en poëzie, in een afzonderlijk
boekje uitgegeven, dat hij
Spiegelschrift heeft genoemd,
gevolgd door de ondertitel Ge
bruikslyriek. De Uitgeverij De
Bezige Bij te Amsterdam heeft
voor de publicatie gezorgd.
Een vriend. Frits Onderdijk,
verzekert dè lezers op de ach
terkant van de kaft dat Vinken
oog geen dichter is,
maakt. Dit mogen we niet my
stiek opvatten. Hoe dan wel,
is men geneigd te vragen;
toch zeker ook niet letterlijk?
Onderdijk gaat voort: „Als
dichter is hij een spiegel die
datgene weerkaatst wat in en
achter hem om-gaat." Volgens
deze feilen tonende vriend is
Vinkenoog „een haastige en
nerveuze kijker.... die nauwe
lijks de dingen de tijd gunt tot
een goed einde te komen."
Een haastig en nerveus leven,
met de onvermijdelijke toe
komstige dood als obsessie.
Maar geen heroïsme zoals bij
Marsman, geen cultuurhisto
rische bespiegelingen
in diens Tempel
geen poging
zoals
Kruis,
hand
woorden. stuk voor stuk
gezuiverd van de tijd, te
blijven voortbestaan. Vinken
oog is de literaire verslaggever
van zijn eigen leven. Dat eigen
leven is voor hem tevens het
leven: hij kent geen ander.
Vinkenoog tracht i
„Beschrijf, ontzie niets en
„Ik duw papier in schrijfma-
ik leg een woord te rusten,
en als ik slaap heb gaap ik
en als ik high ben lach ik
en duizenden revoluties over
leef ik
en als ik muziek hoor luister ik
Maar ik weet niet wie ik ben."
In c
i ander vers zegt hij:
„Ik heb het nooit kunnen zeg
gen. Woorden schieten te kort.
Ik heb het nooit durven be
amen. Het leven schiet te kort."
Niet plezierig
zo plezierig. De mensen die ge
acht worden geestelijke leids
lieden te zijn vertellen ons al
leen maar dat zij het niet
(meer) weten. Moeten we ze
daarvoor eren, prijzen geven,
in handboeken opnemen?
Daarbij komt nog, dat deze
mededelingen ons vrijwel sec
worden gedaan. De negativi-
teit is niet prachtig aangekleed,
of uitzonderlijk geformuleerd,
of met een menselijke, warme
weemoed vermengd, of in
profetische vertwijfeling na
mens velen uitgeroepen. Nee,
het is alleen maar haastig en
slordig uitgebannen.
Wat overblijft is alleen maar
een geval, hoogstens typisch,
'zeker niet onthullend, want
het is al zo vaak en zoveel ra
ker gezegd. Vinkenoog zou ver
standig doen zich erop te be
zinnen, dat zijn bekendheid als
literator mede op een mode be
rust, die op een gegeven ogen
blik plotseling voorbij blijkt te
Troost weg
Dan valt de troost van de
publiciteit ook nog weg. Dat
moment komt onherroepelijk,
want zijn talent is niet groot
en dreigt nu al vast te lopen
in herhaling. Het grote schrij
ver- of dichterschap immers is
een combinatie van uitstorten
en inhouden, van verkwisten en
vergaren. Dat vormt de in- en
uitademing van het-rijke talent.
Niets duurzaams komt tot
stand zonder bezonkenheid, be
halve bij zeldzame genieën zo
als Rimbaud b.v.
Het klinkt misschien wreed,
maar deze kleine verzamel
bundel maakt op mij de indruk
gen. Voorlopig ben ik op Vin
kenoog uitgekeken en velen
met mij, denk ik.
C. RIJNSDORP
Bewust
een schildersatelier,
van het Leger «.'.es Heils, straat-
reclame enz. te zien met de ogen
van iemand die nergens thuis is,
die zich in een fatsoenlijk milieu gedaan J;
zijn ontmoetingen met kerkeï
leiders achter het iizeren gord
kantoor Ook zijn beschouwingen over Pp
leven van de protestantse miné Ams
heden in vele landen bleken ster* rf
weer lezenswaardige artikelen!
flij heeft ziin ervarinapn
J'ele
)p de 1
niet kan vertonen, door ieder 'ende reizen nu ook te boek
steld.^ In dit boek ontmoeten
g oijvoorbeeld
geschuwd JSSöJSnStenl
het Arabische
maar ook in Franki
Spanje en Portugal. We kom.
v. t aanraking met hun leven en
literair niets moeilijkheden. Knecht slaagt
in op overtuigende wijze
kening te geven van de
waarin deze mensen verkeren.
i obsceen of
is, integendeel.
C. RIJNSDORP.
ruim
mkeei
niet? V
altlian
straat
e over
hand
Zestig jaar
Drees. Uitgav.
sterdam.
De vermaard geworden en door zeer velen
beluisterde radiopraatjes welke dr. Drees van
1960 tot en met 1962 op gezette tijden hield en
die bij elkaar als een deel namelijk de thans
publicabele van zijn memoires beschouwd
kunnen worden, zijn thans gebundeld in boek
vorm verschenen. Persoonlijke herinneringen
dus aan een rijk leven, maar meer nog aan
een boeiend stuk nationale ceschiedenis, waar
bij vooral het Nederlands-Indonesische conflict
dat immers hoofdzakelijk speelde tijdens het
minister-presidentschap van de schrijver, uit
voerig belicht wordt. Vele luisteraars van toen
zullen in dit boek nog eens rustig willen nale
zen wat destijds via de ether werd behandeld
en zij die de causerieën niet konden volgen
zullen kennis maken met een waardevolle in
houd. Want het is een belangwekkend boek. dit
..Zestig jaar levenservaring", van de hand van
een schrijver die er ook hier als een onkreuk
baar, wijs en gaaf mens uit naar voren treedt.
In dit boek wordt door de r.k. auteur diep in°e|
gaan op de moeilijkheden ven het gelovig-zii
In zijn benadering van dit tere vraagstuk is
schrijver dikwijls onthullend en ook vooi
protestantse gelovige leerzaam. Omdat de i
1 ij kneden, die worden beschreven, zo menseliili
zijn. Leerzaam is dit boek ook. omdat juist doi
deze r.k. gelovige gebreken van zijn kerk wo.,
Wiïat5-ewezei?' Hlj UIt bijvoorbeeld deze klachtf
w! if1Jf>€n naai' de bijbel, maar lezen eif
leven hem nog niet! Maar 't zal komen. Wal
het woord in de kerk niet ondervoed en laizuchte'
nS9?nm^ ",iet, eanzijdig op de sacramenten!later e
Daarom is, denk rk. de honger naar het woord
rPnehii0nfiL-Z0 §ro°t";" Woord en sacrament hol
IVl «1 elkaar- "I kunnen niet dan ten kostJ
van elkaar gescheiden worden. Herstel van heï
evenwicht vraagt veel tijd en nag meer geduld.'
„Waarom ik nietis de levensroman i
Frieda Durant. Wij zien haar eerst als vc,
pleegster en ten slotte als de oude tante Frieda,
die na een leven, waarin het verdriet haar niel
bespaard bleef, in volle vrede sterft. Rondom
Ha moedige vrouw me
ich haar familiele
de figuur van Frieda.
een groot geloof, bewegen
den en bekenden. „Waarom ik niet.
boek, dat voorjil boeit door de eer
het verhaal.
menselijkheid
de 1
politie
auw tt
!Urd, i
lag h
op
oogl
och kc
bezo
totaa
is tha
ISO kir
hun o