Geen gejuich van Senaat over Cals' mammoetwet Een kanttekening Ulo-drie" richtte zich vooral op de praktijk Felle kritiek van c.li.-zijde Een woord voor vandaag Schorsing directeur van stüombootonderiiemiiig Voorbereiding voor uitgave i middelned. bijbelteksten t Tussen schoolpoort en huisdeur WOENSDAG 6 FEBRUARI 1163 NIEU GEEN ORAKELTAAL J\JIET te klagen hebben wij over economische voorspellingen. Bij de bCKr°lillg' ing:ediend in september, was een raming gevoegd van de in 1963 verwachte ontwikkeling. De president van de Nederlandsche Bank heeft nadien nog enkele malen zijn visie op de naaste toekomst gegeven, laatstelijk bij de discontoverlaging in januari. Maar ook de ministers van economische zaken en financiën hebben hun licht niet onder de korenmaat gezet. Wie inmiddels zelf al niet de conclusie uit het vele, met de regelmaat van de klok verschijnende cijfermateriaal had getrokken, weet dus zo langzamer hand wel, dat de super-hoogconjunctuur tot het verleden behoort. En hij weet ook, dat wij nog niet in een depressie zijn beland, zelfs niet in een terugslag zoals wij die in 1957 hebben beleefd. Wij zitten om met de president van de Nederlandsche Bank te spreken in een periode van dood tij, die gelukkig nog gepaard gaat met een bevredigende bedrijvigheid. Het kan niet anders, of het Centraal Planbureau moet in zijn thans ge publiceerd Centraal Economisch Plan 1963 de lijn doortrekken. Het Ls daarbij zo verstandig geweest in zijn berekeningen hogere loonramingen te verwerken dan het vier maanden geleden heeft gedaan. Wat staat ons nu te wachten? Voor de lonen, de consumptie, de kosten van levensonderhoud en de werkgelegenheid? Het Centraal Planbureau spreekt gelukkig geen orakeltaal. Naar verwachting zal het loonpeil dit jaar, als gemiddelde genomen, 7V£% hoger komen te liggen dan vorig jaar. Hierbij is niet alleen rekening gehouden met de herziening van de collectieve arbeidsovereenkomsten, maar ook met incidentele loonsverhogingen, met de overloop van vorig jaar en met de compensatie voor hogere sociale lasten. In hoeverre de vakverenigingen tot een nog hoger percentage zullen komen, ligt in de schoot der toekomst verborgen. Uiteraard zal een belangrijk deel van de loonstijging naar de consumptie vloeien. De winkels zullen dus op grotere omzetten kunnen rekenen. Wij zullen alleen niet voor 100% de vruchten van de loonstijging kunnen plukken, omdat de prijzen in beweging zullen komen. In het afgelopen jaar bleven de kosten van levensonderhoud per saldo nagenoeg ongewijzigd, maar dit jaar zullen zij volgens de raming V/i% oplopen. Deze stijging kan, ondanks de prijsstabilisatiepolitiek van de overheid, kennelijk niet voorkomen wor den. Voor de vakverenigingen zal zij echter wel een aangrijpingspunt vormen. En nu de werkgelegenheid. De vraag van de kant van werkgevers zal iets afnemen (het gaat in verschillende bedrijfstakken wat minder goed) en het aanbod zal, om. door een uitbreiding van de beroepsbevolking, wat toenemen. De werkloosheid zal hierdoor iets groter worden dan wij de laatste jaren gewend waren: gemiddeld 50.000 mensen, hetgeen VA% van de afhankelijke beroepsbevolking is. Tot zoverre de feiten die de meesten onzer lezers na aan het hart liggen. Wat komt er echter voor de werkgevers uit de Planbus? Dat er wat minder span ning op de arbeidsmarkt zal komen, zullen zij uiteraard toejuichen. Maar verder is er niet veel reden tot juichen. Doordat de lonen sterker stijgen dan de arbeidsproduktiviteit, zullen de arbeidskosten liefst met 4V4% op lopen. De werkgevers zullen er dus, indien zij er niet in slagen de omzet op te voeren, rekening mee moeten houden, dat de winstmarges opnieuw dalen. Dalende winsten kunnen voor de aandeelhouders dalende dividenden be tekenen. Of dat ook betekent, dat dit jaar de dividenden zullen dalen, is een andere vraag. Deze dividenden zijn namelijk gebaseerd op de resultaten van vorig jaar en die resultaten vielen en vallen vaak nog al mee. Zeker is echter wel. dat de lust om te moderniseren en uit te breiden door de dalende winstmarges beslist niet groter wordt. Het Centraal Planbu reau neemt daarom aan. dat de investeringen dit jaar nauwelijks hoger zullen zijn dan vorig jaar, eerder iets lager. Voor de bedrijven die inves teringsgoederen maken (alle mogelijke machines, apparaten enz.) is dit natuurlijk geen prettig vooruitzicht. Dit staat dan ook wel in schrille tegen stelling tot de vooruitzichten voor de bedrijven, die levensmiddelen en andere consumptiegoederen maken. Uit de cijfers en berekeningen van het Centraal Planbureau blijkt nog eens duidelijk, dat er voor pessimisme geen plaats is. De economische groei blijft doorgaan, alleen in een wat rustiger tempo. Bovendien zullen wij moeten accepteren, dat de prijzen iets. oplopen en dat er iets meer werkloos heid komt. Dit alles, is de veronderstelling, dat de lonen en de prijzen de overheid niet uit de hand zullen lopen en dat ook het buitenland door min der te kopen dan waarop gerekend wordt, geen roet in het eten gooit. En mocht het tegen alle verwachting in toch slechter gaan dan door het Centraal Planbureau is uitgestippeld, dan staat het als een paal boven water dat de overheid deze ontwikkeling niet met gekruiste armen zal aanzien. Zij heeft genoeg middelen bij de hand om deflatie en werkloosheid snel en doeltreffend te bestrijden. 55 Conclusies na een experiment: Voor kneusjes niet geschikt (Van onze onderwysredactle) IN de zomer van 1957 publi ceerden het Mulo-verband en de landelijke pedagogische cen tra een communiqué, waarin zij gezamenlijk een ulo-experiment aankondigden. Een van de moge lijkheden die ln het communiqué werd genoemd was een experi mentele afgeronde driejarige op leiding. In 1962 verlieten de leer lingen met wie het ulo-experi ment in 1959 was begonnen de proefscholen. In het Christelijk Pedagogisch Studieblad van het C.P.S. wordt nu een aantal voor lopige conclusies getrokken. Van meet af stond vast. dat niet iedere leerling die zich voor de ulo aanmeldde, kon worden opgeno men in de ulo-drie. Men wilde daarvan beslist geen afdeling voor kneusjes maken. Aan de andere kant was het echt de bedoeling iets te doen voor die leerlingen, die in staat zijn enkele klassen van een uloschool met redelijk gevolg te doorlopen, maar die niet of met zonder buitengewone inspanning ccn ulo-diploma kunnen halen. Ook uit dc hoqc leerjaren van de ulo scholen verdwijnen namelijk nog verschillende leerlingen in de loop ran ccn schooljaar of bij de over gang. Tot dusver gaan velen van hen heen met de teleurstellende ervaring, dat ze niet konden voldoen aan de e.sen en deze les betalen ze dan nog vaak rnet enkele jaren zwoegen. Juist voor deze leerlingen gaven de experimenteerscho- ]en een afronding in een speciale der de klas. Gehandhaafd bleef dc els van een re delijke intelligentie en het vermogen Nederlands en twee vreemde talen te leren cn daarnaast nog een aantal vak ken. Op dc experimenteerscholen zijn de aanwijzingen van het communiqué opgevolgd, waardoor alle leerlingen in verscheidene leerlingen de ..spanningsboog" van vier jaar te groot is. Dat vermoeden wordt bevestigd door het feit, dat veel leerlingen een extra mulans kregen toen ze nog maar één jaar voor de boeg hadden. Het is voor gekomen, dat .n een gewone derde klas en in een ulo-drie-klas gelijke proefwer ken gegeven werden en dat de cijfers de laatste het best waren. heeft men een paar flinke beperkingen. Zo verviel het vak Frans bijvoorbeeld geheeL Verder werd een keuze gemaakt tussen wiskunde handelskennis. Voor de vakken die de leerlingen volgden, werd evenwel een behoorlijk programma gegeven, dat tot een zekere afronding kwam. De vakken moesten aansluiten bij de prak tijk en het mogelijk maken dat verde re opleidingen gevolgd konden worden. Spreken Voor Duits en Engels maakten de leerlingen niet veel vertalingen, het geen een behoorlijke tijdwinst ople verde. Die tijd kwam voor een be langrijk deel ten goede aan het spreekonderwijs. Bandrecorders ga ven gelegenheid tot het horen van de eigen uitspraak en derhalve tot het opmerken van eigen fouten. Met deze methode lijkt voor de praktijk belangrijker werk verricht dan dc leerlingen grote vertaalkennis bij te brengen. Ook bij geschiedenis, aard rijkskunde. fysica en biologie richt te men zich op het praktisch bruik bare. Meerderheid van a.r. nu voor? (Van onze parlementsredactie) HET debat in de Eerste Kamer over de mammoetwet van minister Cals is gistermiddag in gezet met enkele redevoeringen, waarin de kritiek het won van de instemming met dit belang rijke wetsontwerp. Reeds in de Tweede Kamer stuitten de po gingen van mr. Cals om het voort gezet onderwijs te hervormen en in één alomvattende wet te rege len op onoverkomelijke bezwa ren bij de meeste anti-revolutio nairen, alle christelijk-histori- schen en alle liberalen. Reeds gis termiddag werd duidelijk, dat ook in de Senaat de meeste tegen stand van die zijde viel te ver wachten. Overigens viel naast een afwijzend betoog van de a.r. senator H. Algra een meer constructieve toon te be luisteren in een rede van zijn frac tiegenoot de heer J. Schipper. Aange nomen werd gisteren, dat, in tegen stelling tot in de Tweede Kamer, thans een meerderheid van 'de a.r.- fractie vóór het wetsontwerp zal stemmen. Ondanks felle kritiek van de c.h. senator dr. J. W. van Hulst I onderwii- was het gisteren nog onzeker, of alle c.h. Eerste-Kamerleden zijn afwij zend standpunt zullen delen. Ook de liberalen toonden grote reserves, maar onthielden zich echter nog van een duidelijk „neen". Met welke meerderheid het wetsontwerp wordt aanvaard zal pas duidelijk kunnen blijken uit de stemming, die waar schijnlijk volgende week dinsdag plaats heeft. De c.h. onderwijsdeskundige dr. J. W. an Hulst, die als eerste het woord voerde, vatte zijn zeer ernstige kritiek zeven punten samen. Allereerst heeft, meende hij, een deugdelijk voorover leg met de onderwijsorganisaties over de voorgenomen wet ontbroken. Voorts wordt het bijzonder onderwijs geremd ijn vrijheid van inrichting. Do< van overleg, niet naar het bedrijfsle- het t.o.' ven gaan." overleg Minister Cals: ,.Ik ben voorzitter ge weest van het eerste publiekrechtelijk ergaan, de Mijnindustrieraad. Er was daar voortreffelijk overleg." Dr. Van Hulst: „Ik heb daar niets van ge merkt." Mr. Cals: „Aan wie zou dat hgg< Totalitair De volgende spreker, de heer H. Al gra (a.r.), vond dat het de minister siert, dal hij in het wetsontwerp duide lijk heeft laten blijken, dat hij de rooms-katholieke thomistische staats leer aanhangt. „Ik houd niet van men sen. d:e hun beginselen camoufleren." Maar toch was hel juist deze achter grond van het wetsontwerp, die de heer Algra deed concluderen, dat dc nadelen groter zijn dan de voordelen cn dat hij. met wellicht sommige fractiegenoten niet zou behoren tot de grootst moge lijke meerderheid vóór het wetsontwerp waarom minister Cals had gevraagd. Het eerste grote bezwaar van de heer Al.^ra richtte zich op het feit, dat het ncie voortgezet onderwijs naar de me ning van de minister in één alomvatten de wet moet worden geregeld. Niet min der onaanvaardbaar noemde de Friese senator 's ministers interpretatie van de onderwijsvrijheid. De bewindsman meent, ciat de overheid tot taak heeft, het onderwijs „stuwend te begeleiden". Voor deze formulering was de heer Al- grn huiveiig. Het is weliswaar niet be kend wat de minister precies wil. maar een slecht voorbeeld was al wel aan te voeren, het voornemen, het onderwijs ln het Grieks op het gymnasium-b facul tatief te stellen. Hiertegen zouden later nog veel andere sprekers protesteren. Tegenstrijdig Dc heer Algra noemde de opvatting mnister over de vrijheid van innerlijk tegenstrijdig de minister billijk is. het /er de overgangsmaatregelen, cue aan de invoering van de mammoet wet vooraf moeten gaan, en welk over leg weldra zal aanvangen, met pessi misme te .beginnen. Zij. die pessimis tisch zijn, zouden naar zijn mening meer vertrouwen en geloofsmoed moeten heb ben. De vertrouwensmannen van het christelijk onderwijs wekte hij op. zelf met constructieve voorstellen *--* overleg deel te nemen. Hoewel de heer Schippet wonden voor uitkwam, dat het hem moeilijk zal vallen, voor het wetson- derwerp te stemmen, liet hij toch niet, zoals de heer Algra had gedaan. duidelijk uitkomen, dat hij tegen zal stemmen. Hij gaf zelf toe, minder kritisch te zijn geweest dan de heer Algra, en deelde mee, te hebben poogd, enkele goede dingen uit het wetsontwerp te voorschijn te brem gen. „Het antwoord van de minister zal van betekenis zijn voor hen onder mijn fractiegenoten, die moeite heb' ben. voor het wetsontwerp te stem men." Zonder strijd geen overwinning. Maar de strijd is zwaar. Wie meent, dat hij af en toe slechts in een lichte schermutseling is gewikkeld en dat hij het verder wel zal rooien op zijn reit naar de eeuwigheid, kent zichzelve niet. In zijn brief aan de Efeziërs vertelt Paulus zijn lezers precies welke gevaren zij op hun weg ontmoeten. Al vermanende laat hij hun zien wie de vijanden zijn. Maar hij geeft ook de krachUA* aan, waarmee ze zijn te weerstaan. In één zin geeft hij hejS geheim prijs. Weest dan navolgers Gods, als geliefde kindeBj l, ren, en wandelt in de liefde, zoals ook Christus u heeft lie/S» gehad(Efeze 5:1). 1 Dit is het enige middel om de strijd te winnen. Het is niet de X intelligentie, ook niet de wijsheid uit langdurige studie verjg kregen, het is niets anders dan trachten navolgers Gods te zijn, wandelend de liefde van Christus steeds voor ogen houdend, Op geen andere wijze zal de overwinning worden behaald. Navolgers Gods. Wie dit tracht te zijn heeft de goede wapen- rusting aangetrokken. De vijanden kunnen hem belagen, maar al hun injecties stuiten af op een pantser van geloof, waarmet hij zich heeft omringd. Navolgers Gods. Voor hen is de kroon der gerechtigheid weggelegd. Openbaar het aanleren digheden en de opleiding tot alle chris telijke en maatschappelijke deugden (de oude liberale formulering uit de vo rige eeuw) wordt het openbaar onderwijs voorlopig vastgespijkerd aan een grond slag, die noch progressief, noch eigen tijds genoemd kan worden. Als vierde bezwaar voerde dr. Van Hulst aan, dat het momenteel door ge brek aan onderzoek nog aan kennis ont breekt om daarop een bepaalde vorm geving van het voorgezet onderwijs te formuleren. Ten vijfde achtte de c.h. spreker de discussie met het Geheel anders was de benadering van de eerste liberale spreekster, me- vrouw mr. J. F. Sohouwena-ar-Frans- sen. Zij viel vooral over de door de Tweede Kamer aanvaarde regeling met betrekking tot de planprocedure. Deze houdt in, dat in een plan zal worden vastgelegd, welke schol* voortgezet onderwijs in de toekomst door het rijk zullen worden gesubsi- In afwachting van deze subsidiëring door het rijk, is het gemeenten, in te genstelling tot particuliere organisaties, verboden alvast zelf een school te stich ten en uit eigen middelen (dus belas tinggeld te bekostigen. Voorstanders BP - .van het openbaar onderwijs zien hierin tortsch onjuist gefundeerd. Hij ging uit- een achterstelling van het openbaar oerig in op het verschil tussen open- derwijs bij het bijzonder. Minister Cals heeft daarop gereageerd met de instel- bijzondcr onderwijs en betoogde onder meer; dat het openbaar onderwijs niet vrij kan cn wil zijn. Als laatste bezwaar noemde de heer Algra het streven van de minister om tegen de ontwikkeling van de nieuwe tijd in, in sommige sectoren van het onder wijs de oude tweeheid van het openbaar en bijzonder onderwijs te willen doorvoe- Concluderend kan men stellen, dat zo wel bij dr. Van Hulst als bij de heer Algra de bezwaren tegen het wetsont werp vooral waren gefundeerd op het uit hun staatsopvatting voortkomende standpunt aangaande de vrijheid van het onderwijs. Ook in het slot van zijn be toog keerde de heer Algra zich nog eens tegen de thomistische staatsleer met zijn totaliteitsopvattine. die uit de opzet van het wetsontwerp blijkt. En dr. Van Hulst constateerde dat het aan de staatsopvatting van de minister is toe te schrijven dat deze het wetsontwerp niet in strijd acht met de grondwet. Volgens de staatsopvatting van dr. Van Hulst staat de in het wetsontwerp gegeven vrijheid voor het onderwijs in spanning met dc grondwet. Ander geluid Er viel echter ook nog een ander geluid uit dc a.r. fractie te beluiste ren. Hoewel dc heer J. Schipper in belangrijke mate I deelde, niets aan het betoog van de vertroebeld. Et «rdl mrners uiige- h A, a( doen was zlJn be. raar, van de huidige geslalt. van be,de he, „ets0„twerp toch die van zijn fractiegenoot Meer dan de heer Algra noemde dc heer Schipper de voordelen van het wetsontwerp: de doorgevoerde differentiatie in het technisch onderwijs, de toegenomen doorstromingsmogelijkheden en de doortrekking van dc financiële ge lijkstelling met name voor het nij verheidsonderwijs. Dit laatste noem de de heer Schipper van onschatba- waarde. Wel vroeg hij een dui delijke verklaring van de minister, dat de gelijkstelling ook geldt voor de h.t.s. ilpper 'meende in tegenstel ling tot de heer Algraa. dat de vrij heid vi onderwijs in het wetsontwerp voldoende is gewaarborgd, ook al was het niet mogelijk, zulks te doen door middel van de amendementen van het r. Tweede-Kamerlid prof. Versteeg. De heer Schipper vroeg zich af, of de huidige gestalte v»u ikwc 'an onderwijs, terwijl wordt I naderin,, vergeten, dat deze huidige gestalte dank wel zeer verschillend zij allerlei tekortkomingen (o.m. het ge mis aan bevoegde leerkrachten) niet dc essentiële ls. In dit verband noemde do heer Van Hulst de zorg voor het .u.l.o.-onderwijs een van dc zwakste plekken in het beeld van de regering' i 1945. Dr. Van Hulst formuleerde als zesde bezwaar tekortkomingen in dc leraren opleiding. Ten slotte meende hij. dat van de voorgestelde scholenstructuur (onder meer de nieuwe vormgeving van m.u.l.o. en h.b.s.) slechts -zonder grond kan worden gehoopt, dat ze beter zal functioneren dan de huidige structuur. Minister Cals had, aldus deze spre ker, het wetsontwerp moeten terugne men, nadat in de Tweede Kamer de al gemene beschouwingen waren gehouden. Hij had dan overleg moeten openen met de onderwijsorganisaties en over twee jaar een gewijzigd ontwerp moeten in dienen. „Ik stel niet dc hoogste eisen, maar wel hoge eisen. Ik ben bereid tot een compromis, maar niet tot elk com promis." Dr. Van Hulst noemde wel twee goede elementen in het wetsont werp (met name de voorgestelde rege ling i Minister Cals liet zich ook ditmaal weinig gelegenheden tot interruptie ontgaan. Het is zo zijn gewoonte, hardop te reageren op wat de Ka merleden zeggen. Een uitmuntende gelegenheid deed zich voor, toen dr. Van Hulst felle kritiek oefende op de bewindsman omdat deze naar zijn mening te weinig bereidheid tot over leg met het onderu'ijs had getoond „Ik wens de minister nog een briljan te carrière toe. maar Iaat hij, gezien zijn opvattingen over de noodzaak tweede kl ulo-programma volgden, gang van het derde Jaar riment ingezet. Er wen gang van klas twee naa: mee gehouden dat pi met een beperkter programma lijk was en er gingen de~ 5 en over die anders ni en zijn. normaal DEINING IN TEXELS BEDRIJF Wegens ernstig verschil van inzicht over de bedrijfsvoering heeft de raad van commissarissen der N.V. Texelse Eigen Stoomboot-Onderne ming dc directeur, de heer P. Sibbt- iar drie rekening ea Mulder, met Ingang van 4 februa- tsing in een klas j rj g^chorst. Op 22 februari zal de vergadering van aandeelhouders over het conflict worden ingelicht. Ze zal dan dienen te besltssens of de directeur al dan niet ontslagen wordt. ook leerlin- bevorderd zou- Geen verschil Dat er In ulo-drie geen „kneusjes" kwamen, bleek uit het feit. dat alle leerlingen van de experimenteerscholen destijds iljn getest. Nada' in 1961 be kend was, wie de „gewone" gf roissarissen zullen reageren, daar ze twee jaar geleden een advies van dit college eenvoudig naast zich hebben •dracht als directeur, doch commissie-De Roos, moet nagaan, of een uitweg uit het •raagstuk mogelijk is. Afwachten De beide vorige sprekers hadden beetje -gemopperd op dit 'besluit, vooral omdat het een uitspraak van de Tweéde Kamer doorkruiste en nieuwe onzeker heid schept. Mevrouw Schouwenaar dacht er anders over. Zij pleitte zelfs voor, dat de Senaat wacht met een beslissing totdat de commissie-De Roos gereed is. De positie van het open baar onderwijs was immers voor de li beralen in de tweede Kamer het hoofd bezwaar. waarop zij hun afwijzende hou ding baseerden. Ook haar fractiegenoot, dr. P. G. van de Vliet, liet merken, dat mening aan aanvaarding van het wets ontwerp grote nadelen kleven. Deze zijn zowel van onderwijskundige als van po litieke aard. De onderwijskundige be zwaren achtte hij overigens niet zo ern stig, dat zij stuk voor stuk tot afwijzing nopen. Al dergelijke nadelen noemde hij onder meer de instelling van een brugklasse bij het voortgezet algemeen vormend onderwijs, waartegen ook dr. Van Hulst bezwaren had geuit, jttj zesjarig maken van de h.b.s. Het zijn echter de politieke bezwaren, die aanvaarding van het wetsontwerp uiters* moeilijk maken. nl. de reeds ge signaleerde achterstelling van het open baar onderwijs. Omdat de commissie De Roos nog geen advies heeft uitge bracht en omdat niet bekend is. wat de minister van onderwijs met dat advies zal doen is, aldus dr, Van de Vliet, sprake van ondertekening van ee nblan- co chèque. Zoiets zou de liberalen lijk vallen, maar zei hij. wellicht kan het antwoord van de minister nog ge opheldering verschaffen. Met vrouw Schouwenaar wilde hij diens ant- K.V.P.'ers voor Slechts loyaal achter de mi nister stelden zich op deze eerste dag het debat de drie sprekers var K.V.P.-fractie. Dr. H. J. J. van Velt- hoven sprak zelfs van een magistrale wet van nationale betekenis. En prof. dr. J. J. Gielen deelde mee, dat het hem geen moeite zou kosten, voor te stemmen. Prof. Gielen vroeg zich af, of dr. Van Onder supervisie van prof. De Bruin V biic voor zuiver-wetenschappelijk on derzoek heeft prof. dr. C. C. de BiTiin, hoogleraar in de geschie denis van het christendom aan de Rijksuniversiteit in Leiden, een subsidie verleend om voorberei dingen te treffen voor een inte grale uitgave van de belangrijk ste Middelnederlandse bijbeltek sten. Door deze subsidie heeft de hoogleraar een drietal medewer kers kunnen aantrekken, die deze arbeid onder zijn supervisie zul len verrichten. Prof. De Bruin blijft zelf echter de volle verantwoordelijkheid voor dit werk dragen en hij zal ook naulvkeurig toezien by het collationeren van de handschrif ten. De bewuste manuscripten enige tientallen bevinden zich in België. Duitsland, Engeland en Frankrijk. De hoogleraar zal een aantal desbetreffende handschriften alsnog zelf in ogenschouw gaan nemen om -vast te stellen, welke teksten voor uitgave in aanmerking ko- waarna hij er foto's en microfilms bestellen zal. Het spreekt vanzelf /oor deze editie alleen betrouwbare afschriften vervaardigd zullen worden, gebaseerd op de beste codices. Reeds in vroeger jaren heeft prof. De Bruin een begin met de transcriptie ge maakt door eigenhandig twee volledige vertalingen van het Nieuwe Testament copiëren, een afzonderlijke vertaling de vier evangeliën, twee evangeliën harmonieën, een vertaling van de psal men en een bundel epistelen en evange liën. Het voorbereidend werk, dat met voortvarendheid ter hand genomen zal worden, gaat, naar schatting, vier jaar beslag nemen. schreven is (die van het Oude Testament door dr. C. H. Bbbinge Wubben ei van het Nieuwe Testament door hem zelf), is de publikatie van de hiervoor in aanmerking komende vertalingen tot dusverre achterwege gebleven, aldus prof. De Bruin. De enige tekst, die het wetenschappelijk onderzoek ter beschik king staat, is een sinds lang uitverkocht te en dringend een herziening behoeven de uitgave van een evangeliën-harmonie, verzorgd- door dr. J. Bergsma. Ons land, 20 vervolgt prof. De Bruin, Hulst niet teveel de nadruk had gelegd op de zwakke punten van het wetsont werp. Naar zijn mening was uit de stemming in de Tweede Kamer gebleken, dat de oude tegenstelling op onderwijs gebied tussen rechts en links is door broken. In tegenstelling tot dr. Van Hulst noemde prof. Gielen het besluit van de minister, advies te vragen de commissie-De Roos een daad wijs beleid. Deze opmerking viel, zoals later bieek, zeer in de smaak van de liberaal dr. Van de Vliet. In tegenstelling tot zijn fractiegenoot dr. Van Velthoven toonde de Nijmeegse hoogleraar zich er nog niet van o\ t'Jtgd. dat regeling van het voortgezet derwijs in één wet alleenzaligmakend is. „Maar", zo vroeg hij aan de heer Algera, „ben ik nu minder thomistisch dan de minister?" -Vandaag zouden eerst nog de socialis tische en communistische woordvoerders hun standpunt bekend maken. Vervol gens zouden minister Cals en staatsse cretaris Janssen antwoorden. Advertentie Met VELPON zie l'e er geen barst van! b'eVer het klassieke land der bybelverspreidinrfur; - heeft in dit opzicht een aanmerkelijlèpahlei achterstand ln te halen bij Duitsland, En- Geb< geland (waar John Wiclif in de veertienHe-Or de eeuw de bijbel vertaalde i en bij Frantanjnv. rijk. Het laatste wat op dit gebied ilisten. Duitsland wordt verricht, is dë recenti Dilij uitgave van een foto-mechanische heiHerma druk van „Die erste deutsch bibel", eet tiendelig werk, dat van 1904 tot 1915 ii Tubingen verschenen is. Op het ogenbli) Schc is onder auspiciën van „Die deutschh-üne akademie der wissenschaften *u Betyeten; lin" en wel in de reeks „Deutsche texti pe des mittelalters" bezig te verschijnen invloed hebben uitgeoefend, maar leen een vergelijkend- onderzoek. Lng< steld aan de hand van gedrukte teksteiH zal kunnen uitmaken, hoever die invloei, reikt. Ten aanzien van de taalgeschiedenis1" ees prof. De Bruin nog op de beteke C°n* het bijzonder het algemee de toekomst de omvang v het Nederlands i' De 1 Wanneer de uitgave ifnigin an de pers komt, zal zfoodse i twéé gewone bijbels heb per Dit doosje betekent! protektie tegen infektil Bevi De gereformeerde predikant (vrijgéur- 1 maakt) ds. H. Amelink, die prof. dflowar G. C. Berkouwer er van had beschu Gebc digd geknield te hebben voor de pauie-Orl heeft de hoogleraar zijn vcrontschupedew diging aangeboden. Onlangs namen wjello, t een uitvoerig artikel van prof. Berl ouwer over, waarin hij klaagde over ee artikel van ds. Amelink. waarin de» Geoj af ging in zijn beschuldiging op eetuider persbericht in het Gereformeerd Gfel. 23: zinsblad, maar niet zelf informeerde «fa-eest het bericht waarheid bevatte. De vri^ene£ delwijze niet in overeenstemming wï met het negende gebod. Hij hoopt dl prof. Berkouwer zijn verontschuldiging wil aanvaarden. 'Lido alle I Beroepingswerk NED. HERV. KERK m° Beroepen te 's-Grevelduin-Capel^J"® T (toez.): R. T. Hulzinga, te Ouderkei Stud a.d. IJssel: door de gen. synode als zeen 5 dingspredikant van de evang. chr. ke»Traai te W.-Irian: dr. F. C. Kamma, eerv. ont^g zendingspred. te Oegstgeest. GEREF. KERKEN Rjjte Beroepen te Hoogvliet (3e pred.pl.jVreer L. C. Rietveld, te St. Pancras. lot 2 r Bedankt voor Assen (4e pred.pl 'Lees: Tevel, te Zwaagwesteinde. L,at CHRIST. GEREF. KERKEN 5-3( Beroepen te Maarssen (a.s. vac. P. I tot 5 Seggelink M. W. Nieuwcnhuljze, fen 7 t Amsterdam-W: te Vlaardingen: G. ^Byks Vries, te 's-Gravendeel. 0jw De lieer Slblnga Mulder deelde n dat hij het besluit heeft ontvangen dat het tot zijn verbazing geen reden voor de schorsing bevat. Van de iljde van de raad van mlaaarisaen ivcrd meegedeeld dat de reden genoegzaam bekend is. Reeds enkele maanden na het in dienst treden in 1981 was het de raad van com missarissen duidelijk dat er zich steeds conflicten zouden voordoen. „Met deze man kan nu eenmaal niet vruchtbaar worden samengewerkt. Hij hecht ab soluut te weinig waarde aan de advie zen die wij hem verstrakken", zo zei de aandeelhouders hem op de buitengewone vergader-ng op 22 februari hun vertrouwen schenken. Er is na lange tijd van gedisci plineerde emotieloosheid rvant de orde laat niets te wensen over, maar er gebeurt nu nooit eens wat eindelijk toch weer een min of meer boeiend evenement. Gespannen verwachting. Fanta sie op de loer. Een nieuw kind. Zo maar mid den ln het schooljaar. En nog niet eens uit dezelfde stad. Ze heeft lange dunne, scheefge- plante voortanden «n ze wordt naar de vierde bank aan de raamkant die zich al eens laat zien. lekker de eerste hand krijgt, maar w het bij "uur weer echt niet mee' omdat de meester een bloedjongi frisse-luchtmaniak is en om de ha verklap met dat tuimelraam ma- Zo. zei de meester vriende lijk, je bent welkom, meisje en robeer je nu maar aan te passen est mogelijk dat het niet dadelijk meevalt. Ja meneer. heeft ze geant woord en verder niets. Natuurlijk bleef het daaéblj. Wat zou ze verder hebben moeten zeggen. Een nieuwe meester. Jo weet nooit. Voorzichtig heidshalve staat het sein vooreerst op onveilig. Het kind denkt misschien nog niet het kan ook heel goed venlip die niet in staat is de tuime lende tanden te verbergen, 'Wijst wel in die richting. Je heet Saskia. Dat heb ik toch goed? zegt tegemoetkomend de onderwijzer. Ja, meneer... Ze kijkt even op zij naar haar buurvrouw en die wordt meteen in de rug gepord door een jongen met een teveel aan nieuwsgierigheid en dadendrang. De hele gemeenschap verg ?t taai en rekenboeken en concentreert zich op de vreemde eend. is hier een leuke school. Een leuke school.. Bestaat iets? Ze draagt een ervaring met ontlokt een uitroep aan het meisje dat naast haar staat: Gó,... wat jouw tanden raar door me- __i wond heeft gesla- kaar. en juffrouwen, ...nou! Ha, die tanden. Daar draaide i het verzoek, voldaan, juist de hele vijandschap r~ want tegen die kinderen heeft ook niet schuw. Dat Saskia, juf heeft het haar aangedaan. Een i 'in alt zit je mee te spelen? En ze vertelt, mededeelzaam op eens: Ik had zo'n beugel over mijn bovengebit. Niemand droeg zo iets. Ze wilden het allemaal zien. onder de handwerkles. Ik heb het uit mijn mond gehaald en een voor een mochten ze het bekij- Die juf pakte het af. Daar zat ik... En om lang na vier uur zat i-k er nog. Want zo durfde ik niet naar huis. In het lege lokaal waren wij alleen, lui zij De meester, noterend in zijn klas- secahicr, acht zich nog niet veel verder gekomen, je ziet het hem denken... Maar hij kan wachten, de tijd werkt voor hem. hij forceert niets, o nee. Dat is Jammer voor de klas die zit te springen om een sma kelijke portie nieuws. De Jongen op de vijfde bank neuriet grijnzend: Sas-sass-as-kik-ki- kl-ja, ja! en waagt een rukje aan de rossige paardestaart. Ks,„. ks„„ wat de zijn dat er doodgewone verlegenheid koe bij de horens te pakken: Kom BI GEB* dacht je,... Waarom blijf jij hier ;ren Hé. schiet ze uit haar slof, zitten? vroeg ze. Om mijn beu- ik ben geitje. Wel, kind. als je er onder de Erinn* les buiten kon, heb je het niet nodig... Echt. Dat zei toen dacht ik Wat ben vreselijk naar mens. Nee, trouw ze niet meer, de juffen en de meesters. Kan ik het helpen? Die Saskia is een populaire figuur in haar klas geworden. Haar rancu- j langzamerhand wel kt. Maar toch... Ook de •prank is niet altijd psy- erantwoord -ik heet SaSkia van Dijk geen zure... Die wijsvlngei wel even neer, maar dan acht ze het ogenblik om te spreken blijkbaar gekomen. Ze kunnen kinderen zo gemeen behandelen. Dan vertrouw Je er geen een meer. Ik tenminste. Een paar meisjes komen naderbij Toch niet weggejaagd?.. Do kring wórdt croter. Weggejaagd? Moes' er nog bijkomen. Er zou wat zwaaien thuis. Mijn vader en moeder moei Je niet uitvegen. Behoorlijk streng Ouwerwets.... De lach, de aller eerste die ze erbij produceert, Maya Selvi ïdré, «Juii Koi OVE1 on; t Jansi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 2