Met concilie heeft Rome passiviteit laten varen Oorlogsmisdadigers niet met gratie begunstigen KffiDampo Oorlog op een afstand Een kanttekening Een woord voor vandaag Spanje wil verbetering positie protestanten Siberische boeren leven nit maranatha-reveil DONDERDAG 10 JANUARI 1963 DE WERKLOOSHEID STIJGT WEER JN ONS LAND waren wij gewend, dat de werkloosheid voortdurend kleiner wordt. Niet in die zin, dat de werkloosheid van maand tot maand naar beneden gaat, want dat is in verband met het verschil ln de seizoenen on mogelijk. Des winters zijn er nu eenmaal altijd meer werklozen dan des zomers. Maar wij zagen die daling wel als wij dezelfde maand van verschil lende jaren met elkaar vergelijken. De volgende cijfers illustreren dit: Werkloosheid op het eind van: 1959 1960 1961 1962 (in duizenden) januari 128 86 58 43 •Prtl 13 47 29 26 55 35 25 24 oktober 49 28 23 23 november 56 33 27 29 december 93 49 43 44 Bij bestudering van de cijfers moet het opvallen, dat er de laatste maanden aan de regelmatige daling van de werkloosheid plotseling een eind is ge komen. De cijfers voor oktober zijn al gelijk, maar in november en december van vorig Jaar was het aantal werklozen reeds groter dan in dezelfde maan den van 1961. Gelukkig Is de stijging nog niet opvallend en de werkloosheid is daardoor niet hoger dan in november en december van 1960. Maar een teken aan de wand is het toch wel. Niet alleen echter dat het aanbod van werkkrachten kon stijgen, minstens even symptomatisch is dat de vraag naar arbeidskrachten door de werkgevers naar beneden ging. Eind november 1961 was er bij de gezamenlijke gewestelijke arbeidsbureaus vraag naar 76.200 mannen; eind november 1962 was die vraag teruggelopen tot 75.200 mannen. Eind december 1961 werden er 71.200 mannen gevraagd en eind december 1962 69.300 arbeidskrachten. Deze feiten wijzen er duidelijk op, dat de spanning op de arbeidsmarkt iets minder wordt: het aanbod loopt op en de vraag zakt. Ongerustheid uit sociaal oogpunt bekeken is voorbarig. Per slot van rekening is de totale vraag nog aanzienlijk groter dan het aanbod. Wel zullen die verhoudingen tussen vraag en aanbod per bedrijfstak uiteenlopen. Daar komt als extra moeilijkheid nog bij, dat cr ln de ene streek in ons land aan bod van arbeidskrachten uit een bepaald beroep kan zijn, maar juist weinig vraag, terwijl in een andere hoek van ons land het aanbod in dit beroep gering is, maar de vraag juist groot. Deze accentverschuiving in de verhouding van vraag en aanbod zien wij overigens niet alleen bij de mannen, maar ook bij de vrouwen. Zowel in november als in december is de werkloosheid groter en de vraag kleiner geworden dan een jaar ervoor. Eind december jl. waren er 5200 werkloze vrouwen, maar er was vraag naar 33.800 vrouwen. Die tegenstelling is dus groter dan bij de mannen. Waar Is deze, zij het nog geringe wijziging in het sociale klimaat nu aan te wijten? Verschillende krachten kunnen hier genoemd worden. Wij denken aan de repatriëring uit Nieuw-Guinea, wij denken aan de weersomstandig heden, maar wij denken ook vooral aan het wat terughoudender worden van het bedrijfsleven. Wij kunnen beslist niet zeggen, dat er sprake is van een uitgesproken terug gang. Wel dat tal van bedrijven het moeilijker gekregen hebben, omdat de kosten oplopen en hier lang niet altijd een voldoende stijging van de omzet tegenover staat. In het bijzonder in de bedrijfstakken die produktieraiddelen maken (dat is dus vooral de metaalsector), merkt men, dat de opdrachten terug lopen. In deze bedrijven wordt men dus voorzichtiger met het aantrekken van arbeidskrachten. Men zal ook geneigd zijn afvloeiende krachten niet meer te vervangen. Maar het kan ook voorkomen, dat voor arbeidskrachten die men, hoewel zij niet dringend nodig waren, toch heeft aangehouden, thans wegens de gang van zaken ontslag wordt aangevraagd. Van invloed is ook, dat geleidelijk aan het produktie-apparaat gemoderni seerd is. Dit betekent dat in verschillende bedrijven de nieuwe machines bepaalde arbeidskrachten overbodig hebben gemaakt. Ook hierdoor is de voorheen grote vraag naar arbeidskrachten kleiner geworden. Het is naar onze mening beslist nog niet zo ver, dat alarm moet worden geslagen. Daarvoor is de stijging van de werkloosheid nog van te bescheiden aard. Wij zullen echter wel met de mogelijkheid rekening moeten houden, dat wij dit jaar nog wel vaker een stijging te zien zullen krijgen. En dit is dan niet alleen te wijten aan het teruglopen van de vraag van de werkgevers, maar ook aan de natuurlijke groei van de beroepsbevolking, hetgeen weer samenhangt met de naoorlogse geboortegolf. Deskundigen schatten, dat dit jaar 70.000 personen meer voor het bedrijfsleven beschik baar komen. Zoals wij er aan gewend waren, dat de werkloosheid voortdurend daalde, zo zullen wij er thans weer aan moeten wennen, dat er voorlopig aan die daling een eind is gekomen, sterker, dat wij met een lichte stijging rekening moeten houden. Ds. K. Exalto voor Geref. bondspredikanten Reformatie heeft «v; goedbezochte vergadering predikanten behorende tot de n0g beStaanSI'echt :f. Bond in de Ned. Herv. kerk, o Op van Geref. Bond in de Ned. Herv. kerk, 8 en 9 jan. op Woudschoten gehou- tus alleen daar den, sprak ds. K. Exalto (Melis sant) over het onderwerp „Rome ReformatieConcilie". Wanneer Rome met de aankon diging van het te houden concilie op 25 januari 1959 bedoelde de aandacht op zich te richten, dan is dit doel volledig bereikt, aldus spreker. Men is beduusd bij het vele, dat is losgekomen. In de kring der R.k. oecu- menici leeft een hartstochtelijk een heidsverlangen (zie H. Küng, Konzll und Wledervereinigung) Rome heeft zijn passieve houding la in varen en treedt in de persoon van paus Johannes XXIII de gescheldenen krachtig tegemoet. Zeer veel desiderata zijn binnengeko men van bisschoppen en faculteiten (van de laatste alleen al 60 rapporten. Naast een intense beoefening van de conciliegeschiedenis valt een herleving te constateren van de concilietheologie. Het conciliarisme was juist vóór de re formatie op het 5de Lateraanse concilie in 1517 veroordeeld, terwijl het curialis- me (papalisme) triumfeerde op het eer ste Vaticaanse concilie (1870/71). En nu geschiedde het onwaarschijnlijke: een "ieuw concilie wordt bijeengeroepen. Waardevol Bij Luther en Calvijn vinden wij waar devolle beschouwingen over de beteke nis van een concilie. Luther, die het cu- nalisme tegen had, heeft zich een en andermaal beroepen op een algemeen concilie (1518 en na zijn uitbanning in 1520) Vanuit het sola scriptura (de H. Schrift alléén) stond hij critisch doch ook positief tegenover een concilie. Het is niet onfeilbaar: ze kunnen dwalen en hebben gedwaald (veroordeling van Huss te Constanz); zijn niet altijd re presentatie van de Kerk; zijn niet alle door de H. Geest geleid (de belofte van de Geest is verbonden aan de trouw aan de leer der apostelen); het Woord Gods staat boven alle concilies (ieder gelovige heeft de resultaten te toetsen aan dat Woord); concilies mogen geen nieuwe artikelen naast de Schrift stel len, doch moeten deze uitleggen, kette rij weren en orde op zaken stellen; con cilies moeten vrij zijn en niet onder lei ding van de paus staan; ook leken, vro me, verstandige christenen, dienen te worden uitgenodigd. Luther dacht hierbij aan de keizer en de vorsten. Ook Calvijn, die eerbied had eerste vier oecumenische concilies doch maant ons „maat tc houden" in de waardering, stelt nadrukkelijk, dat Chris- cilies blijft dan ook juist nu onvermin derd van kracht. Wordt er ernst mee gemaakt, als het Woord Gods boven het concilie wordt gesteld? Met de Maria- dogma's is wel degelijk een nieuwe leer ingevoerd, I r Zijn Woord heerst. Concilies zijn geen noodzakelijke vergadering van de herders (de bis schoppen) en zijn niet zonder meer re presentatie van de ware kerk. De be sluiten moeten getoetst worden aan de H. Schrift. Calvijn wijst ook op het feit. dat verschillende concilies met elkaar ln tegenspraak zijn en stelt eveneens, dat de kerk „geen nieuwe leer mag op richten." Rome's visie Rome's visie wordt gevonden in het Corpus juris canonici (C.J.C.). Merk waardig is direct al, dat de paragraaf over het concilie komt na die over de paus, wien naar goddelijk recht de hoogste rechtsmacht in de universele kerk wordt toegekend inzake geloof, zeden en tucht. Zo gaat het concilie schuil achter het primaat van de paus, die het concilie moet bijeenroeoen en de besluiten goedkeuren en bevestigen. Van pauselijke beslissingen is geen be roep mogelijk op een oecumenisch con cilie. Dit moet terdege bedacht worden, ook al wordt gesteld, dat het oecume nisch concilie de hoogste macht heeft ver de gehele kerk. Lorenz Jager (Paderborn), die zeker niet tot de conservatieve theologen kan worden gerekend, sluit zich in zijn de ductieve methode -a.. beschouwen ge heel bij het C.I.C. aan: dat de oud ste concilies niet door de bisschop van Rome, doch door de keizer bijeengeroe pen waren en door deze werden be krachtigd, deert hem blijkbaar niet Hij redt zich met het oude apologetische ar gument van de stilzwijgende bekrachti ging van de paus! Hij gaat voorbij aan net feit, dat de concilies van Constanz Bazel conciliaristisch waren. Conci lies-, waar de leken indirect (in de bis schoppen) slechts aanwezig zijn, zijn eigenlijk niet nodig: de paus immers re geert Hans Küng gaat heel anders te werk; niet deductief. Een stilzwijgende bekrachtiging, als boven gesteld, blijkt nergens. De woorden ecclesia (kerk) en concilium hebben dezelfde wortel, waar uit blijkt, dat het door mensen bijeen geroepen concilie de kerk op een ge loofwaardige wijze behoort te represen teren. De eerste zeven oecumenische concilies bezaten deze geloofwaardig heid. Sinds de breuk Drie predikanten in open brief Drie predikanten hebben zich in een ,,open brief" heftig verzet tegen de vrijlating van de oor logsmisdadigers Lages, Aus der Fünten, Kothalla en Fischer. Het zijn de hervormde predikant dr. K. H. Kroon, de doopsgezinde predikant Fr. Kuiper beiden uit Amsterdam en de Rotterdamse lutherse predikant ds. Th. Schar- ten. De brief is gericht aan de hoogleraren prof. mr. J. M. van Bemmelen en prof. mr. W. P. J. Pompe naar aanleiding van hun voorstel in het Nederlands Juris tenblad. Deze hoogleraren hadden geschreven dat het noodzakelijk werd dat het Ne derlandse volk edelmoedigheid toonde en de vier misdadigers gratie verleende. Volgens hen is de reeds verleende gra tie die de doodstraf wijzigde in levens lange gevangenisstraf niet voldoende, Volgens de schrijvers van het betreffen de artikel moet het Nederlandse volk In strijd met respect voor menselijke persoonlijkheid (Van onze kerkredactie) van uil gaan dat de misdrijven die' de vier Duitsers hebben gepleegd in oorlogstijd gepleegd werden, die over de hele lijn zedenverruwing en verwil dering en grote zenuwspanningen met zich meebracht. Vele Nederlandse kranten hebben on middellijk na de publikatie van dit ar tikel in de afgelopen dagen fel gerea geerd. In hun open brief wijzen de drie predikanten nog eens op een in 1960 uit protestantse kring aan de minister van justitie gezonden schrijven. Daarin werden de volgende overwegingen voren gebracht: OVERWEGINGEN 1. DE BETROKKENEN hebben zich schuldig gemaakt aan een zeer uit- »««- zonderlijk misdrijf, dat sedert inter- j logische studenten ontvangen, die deel- .i. genocide bestempeld nemen aan het tot vrijdag durende De predikanten vervolgen: U meent ter ondersteuning van uw betoog beroep te kunnen doen op de ede. digheid van het Nederlandse volk. Wij achten het juist in strijd met het res pect voor de menselijke persoonlijkheid van de vier betrokkenen, te doen alsof hun misdrijven vergelijkbaar zouden zijn met normale overtredingen van wet ert geweten. Wij herbalen daarom, dat afsluitend Indien van een volkomen verandering van inzicht bij betrokkenen zon zijn ge bleken, een gehele of gedeeltelijke gra- Uëring in overweging mag komen. He laas U ons en klaarblijkelijk ook U daarvan echter niets bekend; evne- mln ais er bij de in vrijheid verkeren de bedrijvers van soortgelijke misdrij ven elders iets van een radicale omme keer gebleken is. Wij verwachten dan ook, dat uw artikel geen Instemming zal vinden bij de regering. In Nijmegen congres theolog. studenten .- 'nT gres van de „verenigde studenten a. de opzet theologische faculteiten" (V.S.T.F.: deze vereniging werken thans twaalf groeperingen samen van protestantse, katholieke en oud-katholieke studenten uit Nederland, alsmede enkele groepe ringen uit België. Als thema van het congres, dat nu ir Nij egen wordt gehouden, is gekozen: „schrift en traditie, de bijbel in de kerk", een onderwerp dat aan actualiteit heeft gewonnen door het concilie. Het congres is ingeleid door prof. dr. J. Sperna Weiland van de Gemeente Universiteit van Amsterdam, die naast schrift en traditie een derde component naar voren bracht: de geestelijke situatie van de 20ste eeuwse generatie. Hij wilde, redenerend vanuit de geestelijke situatie van nu en daarbij de traditie in acht nemend, komen tot de schrift en tot hem die deze wereld bestuurt. Er staan voor het congres in Nijmegen vier dogmatische beschouwingen op het programma. Deze zijn alle gericht op een theologische standpunten bepaling, die ruimte laat voor uitvoerige discussies Hiertoe zal ook nog een forum worden gehouden. licroppinsswcrk Meyndert te Waarder. Aangenomen naar Oldebroek: H. A. van Bemmel te Leerbroek, die bedankte voor Maarssen. GEREFORMEERDE KERKEN Beroepen te Zoutkamp: J. Langeveld. U Brandwijk, die bericht dat hij geen verdere beroepen meer in overweging kan nemen; te Sappemeer-Hoogezand: K. Bisschop te 1 Zwaagwesteinde. GEREFORMEERDE GEMEENTEN Bedankt voor Ridderkerk en voor Rhe- ncn: C Wisse te Hendrik Ido Ambacht UNIE VAN BAPT. GEMEENTEN Beroepen te Utrecht: J. Bosma te Arnhem. tot uitroeiing van een bepaalde bevol kingsgroep, n.L de Joodse en de ver dedigers daarvan; OMDAT het hier ging tegen het volk Israël, bijzonder tegen de Joden in ons midden, werd daardoor tegelijk de bijbel, het kostbare door God in Israël geschonken en voor het mense lijk geslacht bestemde geestelijk erf goed. aangerand; 3 HET Nederlandse volk stelde er sinds eeuwen een eer in, dat Joden zich in ons land meer dan waar ook ter wereld „thuis" mochten gevoelen, zo dat ons volk door de misdaad van betrokkenen in zijn ziel werd geraakt; 4. EEN BEPERKING van de aan be trokkenen opgelegde straf moet onze overtuiging nog steeds de keerde indruk wekken, dat aan de bo- ^èngenoemde overwegingen niet het gewicht wordt toegekend, dat aan de ze behoort te worden gegeven; 5. BOVENDIEN moet gevreesd worden, dat een dergelijke beperking in Duits in hun activiteiten zou steunen, en omgekeerd de gelukkig ook aanwezige tegenkrachten zou verzwakken. 6. NOCHTANS zou, indien van een vol komen verandering van inzicht bij betrokkenen zal blijken, en dan te gelegener tijd, beperking van straf in overweging kunnen worden genomen. BOEKENHOEK Het boek van de levende God, door B6 Yin RA. Vertaling J. Moorman, Vierde druk. Uitgave Servire, Den Haag. bare geloofwaardigheid, die de eenheid, de cathöliciteit, de heiligheid en de apos, toliciteit der kerk dient te bewijzen. Op de apostoliciteit als opdracht der kerk valt bij Küng alle nadruk. 'De represen tatie komt nauwelijks ter sprake: die is vanzelfsprekend. Küng is goed R.K. Dat in het C.I.C. de deelname beperkt wordt tot de bisschoppen, acht Küng in het licht van Hand. 15 (waar de meente naar voren komt) onjuist. 's een dieptepunt. Na Trente is het al- lemeen priesterschap der gelovigen op Ie achtergrond geraakt. Bij Luther valt hier alle nadruk op. Het ambt komt op uit de gemeente, H - roeping i Boven; Pauselijk niet vrij. Ook al dienen wezig te zijn, de H. Geest wordt toch aan de bisschoppen gebonden. Evenals Küng verwacht te onzent ook Fiolet veel in het Vaticanum II. Ieder mag het zijne meebrengen, als kardinaal Bea en de paus verzeke- Maar Rome blijft zichzelf gelijk en wil zijn positie verstevigen. Wij worden gevraagd terug te komen. Schrift theologie zijn niet vrij. Dit hernieuwingsconcilie was in or moderne tijd meer nodig dan men ,k.-kring wil toegeven, 't Gaat ons m er aan dan wel wordt gesuggereerd. Laten wij ons niet laten opwinden noch ok ons bang laten maken, omdat een vernieuwde r.k.-kerk meer werfkracht kan blijken te bezitten, nL op reformatorische posities reeds hadden verlaten. Ook onder theologen komt het >or dat de verschillen met Rome niet ieer als wezenlijk worden erkend. Wel spreekt men van een lange weg. die nog moet worden afgelegd, maar is de grote vraag óf we inderdaad imen op dezelfde weg zijn. Ondanks de pretenties, die irriteren (alsof het heil en de vrede der wereld geding zijn) verdient het concilie ;e belangstelling. Het zij ons duidelijk, dat het hart der controverse door Küng niet is getroffen. De R.K. dogmata staan de éénwor ding in de weg. Rome acht het ver schil in ecclesiologie (leer der kerk) fundamenteel, maar het eigenlijke ver schil ligt in de bekende solismen (al leen het geloof; genade alleen, de H. Schrift alleen; Christus alleen). De reformatie heeft nog steeds be staansrecht en dient voor te gaan of zij bestaat niet! Deze eis van voortgaan de reformatie geldt ook de eigen kerken Zo worden wij bewaard voor een on vruchtbaar antipapisme. Als het bij de mensen met Jezus anders gaat dan zij hadden gedacht, keren zij Hem de rug toe. Op het moment, dat velen van Zijn volgelingen de leer, die Hij verkondigt hard gaan vinden, verlaten zij Hem. Als Jezus tot de mens spreekt staat de mens in feite op de tweesprong. Hij kan twee dingen doen: luisteren en stil blijven öf heengaan. De mens heeft een beslissing te nemen, en welke zal die zijn? Als er zijn, die Hem hebben verlaten zegt Jezus tot de twaal ven: Gij wilt toch ook niet weggaan? (Johannes 6:67). En dan antwoordt Simon Petrus: Here, tot wie zullen wij heen gaan? Dat is het punt waar het om gaat. Als de mens Jezus verlaat ja, wat dan? Een leven zonder Jezus is een leven, dat zich richt naar de dood. Zonder Jezus geen Golgotha, geen kruis, geen vergeving van zonden, geen uitzicht, geen doel. Dat is het vreselijke. Zonder Jezus staat de mens in de verlorenheid. Simon Petrus geeft zelf antwoord op de vraag, die hij stelt. Tot wie zullen wij heengaan? „Gij hebt woorden van eeuwig leven." Wie Jezus aanhangt leeft naar de eeuwigheid. Zonder Jezus duisternis. Met Jezus licht. Minister Luns meent: (Van onze parlementsredactie) Minister Luns meent, dat de Spaanse regerinhg er metterdaad naar streeft de discriminatie van de protesanten in Spanje op té heffen en hun positie te ver beteren. Bij de begrotingsbehan deling van buitenlandse zaken maakte hij gisteren in de Tweede Kamer melding van een nieuw Spaans statuut, dat waarborgen bevat voor de godsdienstvrijheid der protestanten en voor de uit oefening van de protestantse ere dienst. Of dergelijke maatregelen in de prak tijk effect zullen sorteren, moet wor den afgewacht, aldus de minister, die de heren Van Dis (s.g.) en Schmal (c.h.) liet weten dat ook de regering met zorg is vervuld over de geloofs- vervolgingin in Latijnse landen. Der gelijke acties, waar ook ter wereld, worden door de regering uiteraard volstrekt veroordeeld. Overigens dekten de ministeriële informaties over ge loofsvervolgingen in Brazilië, Mexico enz. niet geheel de inlichtingen, die de S.G.P.-fractieleider Van Dis terzake had ontvangen. Mr. Luns verzocht voorts de heer Van Dis te bedenken, dat tolerantie voor brede lagen van de wereldbevolking nog een onbekend begrip is. Dit geldt tot Russische pers noemt hen fanatici (Van onze kerkredactie) De Russen hebben eindelijk ook hun lezing gegeven over de irUptl'meent'TS" e "ffTmato^ongS i groeP Siberische gelovigen, die duidig is «eweest.J^JTrente^echter na- j om aan godsdienstvervolging te doch er is ook in Christus. Küng, die Luthers moeilijkheden be rijpt, - is gewe "wirig ter'hand *enMnu'?—°Küng"iVzeer ontkomen, vluchtten naar optimistisch gestemd gaat de kerk verder. De van haar gescheiden broeders móe- bezinnen op het apostolisch ten zich i die het vroeg-katholicisme in het N.T, meent terug te vinden. Het kan duidelijk zijn, dat Küng het protestantisme niet tegemoet kómt. Primaat Hij handhaaft het pauselijk primaat, dat grootste struikelblok Voor de een heid sinds 1870, doch hij wijst op de begrenzing daarvan. De paus is dienaar der kerk. Bepleit wordt een herwaar dering van het conciliarisme; een aan vulling van 1870. Ondanks zijn oecumenische openheid komt Küng ons geen stap nader. Hij handhaaft de pauselijke onfeilbaar heid, die beperkt is tot diens spreken ex cathedra en gebonden is aan het Woord Gods, dat bewaard, verklaard en verdedigd moet worden. Maar Küngs openbaringsbegrip is goed-r.k. Binnen het raam van de struc tuur dezer kerk streeft Küng naar meer evenwicht Wat de huidige stand van zaken be treft in de controverse Rome-Reforma tie dient te worden bedacht, dat elke verandering nog geen vernieuwing is en elke vernieuwing nog geen hervorming. Sinds Trente heeft de R.K.-kerk zich steeds meer gesloten en Vaticanum. I (1870) maakte de kloof onoverbrugbaar. Waarbij dan nog de Maria-dogma's ge komen zijn. De critiek der Reformatie op de con- Amerikaanse ambassade in Mos kou. Het persbureau Novosti heeft een artikel ter beschikking gesteld van de westelijke corres pondenten, waarin de groep gezonden." wordt beschreven als bestaande uit „misdadigers en mensen die er van houden hun kinderen af te ranselen." Het betreffende persbericht maakt wel duidelijk dat deze baptisten wel degelijk aan vervolgingen hebben bloot gestaan, zelfs dat in sommige ge vallen ouders uit hun ouderlijke macht over hun kinderen zijn ontzegd. Het stuk geeft wel een geheel ander beeld van deze meest eenvoudige mensen dan de functionarissen van de ambassade. Zij wezen er op dat het prettige mensen waren die wilden ontsnappen aan het harde leven dat christenen in de Sowjet- unie leiden. Vólgens het persbureau Novosti vorm den deze boeren een illegale splinter groep, die gesticht werd door een zekere Grigory Vasitsjenko en diens vader, een man die herhaaldelijk veroordeeld moest worden wegens „zijn vóórliefde voor leeglopen." zouden in twijfelachtige zaken betrokken z(jn en zü zouden hun kinderen hebben geterroriseerd, om deze te dwingen over eenkomstig hun godsdienstige opvattin gen te leven. Nergens zegt het artikel echter ln welke twijfelachtige zaken zij betrokken waren en op welke wijze zij de Russische wetten hebben overtreden. De boeren worden „Siberische funda> mentaüsten" genoemd en zouden ziel. tien jaar geleden tot groep gevormd heb ben. Sommigen van hen die tot de groep toetraden, zouden tot de overtuiging ge komen zijn dat de dag van het laatste oordeel nabij is. Volgens het artikel den zij begonnen zijn met het verbranden van hun bezittingen. Het Russische persbureau zegt voorts dat „de openbare mening in Tsjerno- gorsk tegen deze fanatici in het geweer is gekomen, hetgeen ertoe geleid heeft dat verscheidene fundamentalisten -hun ouderlijke macht zijn ontzet, wa kostschool werden op zekere hoogte ook nog voor Spanje. Wat echter de geïnterneerde Spaanse militair betreft die weigerde tijdens te knielen: zoals wij reeds pu bliceerden is deze inmiddels vrijgelaten. Over verdere moeilijkheden van protes tanten ln Spanje hebben de Nederland- regering geen berichten bereikt. De heer Van Dis bleek door het mi- nisteriële antwoord niet voldaan. Hij achtte de bewindsman onvoldoende ge ïnformeerd en maakte melding van een ebericht in onze bladen van 18 mei. op gezag van een Amerikaanse lutherse predikant werd meegedeeld, dat de gewelddadige dood van de Mexicaan predikant ds. Reyes moet worden ge- n in het licht van de anti-protestant- golf die zich de laatste jaren over Mexico heeft uitgebreid. Het bericht vermeldt verder dat de eerste Mexicaan se kardinaal enige jaren geleden in zijn eerste proclamatie heeft beloofd de twee kankergezwellen van Mexico, het communisme en het protestantisme, uit te zullen snijden en te vernietigen. „Er is geen kardinaal ln Mexico", zo interrumpeerde staatssecretaris dr. Van Houten, die enige jaren Nederlands ambassadeur in Mexico Is gewees Mi nister Luns vroeg of de heer Van Dis misschien in de war was met een oud- katholieke kardinaal. Dat was allerminst het geval. Bij de replieken moest minis ter Luns erkennen, dat onze bladen bij zonder goed zijn ingelicht" en dat er inderdaad een kardinaal is in Mexico. De staatssecretaris beloofde te zullen nagaan wat de ware toedracht van de tragedie rond de Mexicaanse predikant is geweest. Van het resultaat van dit onderzoek zou hij de heer Van Dis op de hoogte stellen. Predikantsgezin te Drachten verrast met drieling De •:?r kinderen van de christelijk ger 'dikant ds. M. Drayer hebben er in ip twee broertjes en een zusje bij cn. De drieling ligt nog in de cou Ds. Drayer vertelde dat twee van Lie pas een naam hebben, over de de.e zijn de predikant en zijn echt genote het nog niet eens. Ook uit zijn gemeente Drachten heeft ds. Drayer al veel belangstelling onder vonden. Ds. Drayer heeft onlangs het beroep van de gemeente van Amsterdam-Z. aan genomen, zodat de drieling als grote stadskinderen op zullen groeien. Zo gauw d- toestand van mevrouw C. A. Drayer— /elema en van de drieling het toelaat, zal men naar Amsterdam ver trekken. 84E UNIECOLLECTE De boeren worden „ln het geheim wer kende fanatici" genoemd die zich „schul dig gemaakt hebben aan ernstige schen dingen van de rechten van de mens". Zij Reveil de In Siberië vond in de dagen Russische revolutie een opmerkelijk veil plaats, waardoor velen tot persoon lijke bekering kwamen. Het communis me is toen zeer fel tegen deze gelovigen te keer gegaan. Velen van hen werden vermoord. Uit die jaren zijn ook echter de wonderlijkste uitreddingen bekend, en zelfs plotselinge bekeringen van commu nistische soldaden die geestelijke leiders moesten fusilleren. Toch moesten ae meeste geestelijke lei ders van dit reveil, onder meer ook en kele Russisoh-Amerikaanse zendelingen na de communistische machtsovername vluchten naar Mongolië cn Siberië. Deze beweging zou gekenschetst kunnen wor den als een maranatha-beweging, met sterke nadruk op persoonlijke bekering en de directe verwachting van de we derkomst van Christus. Het was een pre diking die bij ons vooral werd gebracht door Johannes de Heer. De berichten om de Russische boeren die bescherming zochten in de Ameri kaanse ambassade maken duidelijk dat deze beweging uit de Jaren 1915 tot 1919 nog lang niet de kop is ingedrukt en nog immer doorwerkt, maar ook dat de com munisten nog steeds deze eenvoudige ge lovigen bet leven moeilijk proberen te maken en proberen deze reveilbeweglng te stuiten. 304.75; Bil ja 303,25; Ee 395; Gor- redijk 449.50; Heidenschap 231,65; Kou- dum 591,43; Oudwoude 187,05; Oosterend 319; Hooger-Smilde 830; Zweeloo 643; Lemelerveld 229,50; Schalkhaar 150,74; Culemborg 586,25; Ellecom 458,35; Ruur- lo 307; Waverveen 156.30; Zetten 436,75; Nieuwer ter Aa 667,50; Amsterdam-N"ord 1.393,10; Beverwijk 2.220,66; Nieuw-Beij- erland 730; Groote Llndt 535 85. Totaal van 225 lokal ecomité's 143.88 MS. Transportlijst 9 1962 143.83!.15; Leens 705,75; Sauwerd ƒ598; Zevenhuizen Boven ƒ200; Balk 403,02; Boxum 435.50: Fer- werd 746,90: Harllngen 1.164,32; Hoorn- sterzwaag 124.50: LoUum 401.75; de Tlke 205; Wljckel 133.50: Vries 205.50; Daar- le 420: Ommen ƒ1151.55; Barlo 388.28; Doornspijk 700,60; Haarlo 354: Ooster beek 662.75; Scherpenzcel 508,39: Ame- rongen 330.6T 224.77; Totaal 250 lokale comité* VenhaSe, zacht-brós beschuit FEN kind vindt oorlogen móói tenminste zo lang ze maar op een afstand blijven. Ik weet niet hoe dat komt. Misschien speelt ons on derwijs in de vaderlandse geschiedenis daar wel een rol bij. Je hebt altijd van allerlei heldenda den géhoord: hoe lekker we de Spanjaarden op de kop zaten, en hoe we kokende olie over hun hoofden uitgoten. Hoe verbeten we stand hielden, totdat van Alkmaar de victorie beginnen kon, of tot de wind draaide en Leiden ontzet werd. O, wat is oorlog een adembenemend boeiend be drijf! Misschien zit het ook wel in iets anders. Een kind wü zelf macht hebben. Het is zo afhankelijk. Het wordt altijd bedisseld en geringeloord. Het droomt ervan wat het eens doen zal als het groot zal zijn. Daarbij voegt zich de lust om zo nu en dan de boel eens kort en klein te slaan, maar daartoe krijgt het de kans niet, want z'n ouders leren 'm in dat geval wel mores. Vroeger tenminste. Nu bestaan er voor dergelijke agressieve jongetjes gooi- en smijtlokalen. waar ze zich gerust kunnen waanzin uitleven. Maar destijds was de psychologie nog een verschrikkelijk jong vak. en je kon je lusten slechts botvieren op je speelgoed. Véél had je daar niet aan. want je bleef altijd met de brokken zitten en achteraf had je spijt als haren op je hoofd dat of ander dierbaar pand zo mishandeld had, gooid moest worden. Maar dan g volwassenen zélf het voorbeeld trekken brandschattend en vernielend de landen door. En je vindt dat zo uit de verte, en zolang ze maar van ie eigen spullen afblijven toch diep in je hart móói. De oorlog bleef zich ln de verte afspelen. In Limburg kon je nog ooggetuige 2ijn van de onover winnelijke Duitse opmars, maar in Groningen merk ten we niets. Pas tegen het einde van de strijd zouden nu en dan zacht onze ramen rinkelen, doch gedurende de eerste wekei. was daar geen sprake van. Doch in plaats van eigen belevenissen waren er de beschrijvingen en foto's van het oorlogsto neel. Ze hebben een onuitwisbare indruk op me ge maakt. Tientallen jaren heb ik die allereerste com- muniqué's bewaard, en het fraaie plaatwerk „De Groote Europeesche Oorlog van het jaar 1914 in Woord en Beeld" bezit ik nog. Ik heb dat boek net nog eens doorgebladerd en iets van die verre gevoelens kwam weer over me. Aan de ene kant het besef dat het allemaal wel vlug zal zijn afgelopen: het is immers de oorlog van het jaar 1914. en daarmee zal het ook wel op houden. Het was maar 'n tijdelijke vlaag van grote mensen, net zoals kleine kinde ren soms hebben, als ze met hun verkeerde been uit bed zijn gestapt. En aan de andere kant dat ondergaan van 'n toch wel lekkere griezeligheid, want kijk die huizen, die bruggen, die kerken in puin liggen; zie hun zwart geblakerde muren en de verwrongen binten. Dat is natuurlijk erg, maar het schijnt tegelijkertijd ook weer mee te vallen. Want op de volgende bladzijde vind je dan weer liEWUKPREDIKANTI olaatjes waar buitgemaakt oorlogsmateriaal noegelijk ten toon gesteld wordt, alsof het toch be slist maar om een of andere speelse attractie gaat. De werkelijkheid van de oorlog ontgaat je bij dit alles. De prentjes zijn stuk voor stuk te roos kleurig, te vriendelijk. Komt dat omdat men slechts fotografeert wat de tere zenuwen van de twintig ste eeuwse mensen geen letsel kan toebrengen? Of komt het omdat do hele fotografeerkunst nog in het stadium van de pose is; omdat men niets kiekt dat niet volmaakt stilstaat en niemand die geen gelegenheidsgezicht trekt. Zelfs de gewonden, die van de trein naar het „dichts-bijzijnde" hospitaal worden vervoerd zien er zodoende welvarend en ge- noegelijk uit. En het eventuele puin wordt netjes weggeharkt, eer de opname gemaakt wordt: oor log is geen barbaars gebeuren, alles gaat even keu rig en beschaafd toe. Doden slechts kunnen niet aangemaand worden om „vriendelijk te kijken"; daarom vallen er ook geen doden op de prentjes Vallen ze overigens wel echt. wel ergens? Tegen alle gevaren bestaan radicale oplossingen: er kan ie eigenlijk niets gebeuren! En ondertussen bloedde Europa uit duizend maal duizend wonden 1-eg. Maar daarvan hadden kleine jongens geen weet. Gelukkig maar. Of moet ik zei gen: het was misschien toch beter geweest, wan neer de jeugd uit die tijd iets meer geweten had van de offers die dé oorlog eist. Want een gewaar schuwd mens geldt voor twee.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 2