Overal vertraagd tempo bij loongesprekken Een kanttekening j Afspraken bij werkgevers Professor Scliolten met zichzelf in tegenspraak Een woord voor vandaag Onderwijsvorm die zijn bestaansrecht bewees Ziekenfondsen kritiseren ontwerp-ziekenfondswet KNAP SNEL WEER OP 2 ZATERDAG 22 DECEMBER 1962 GEEN SLECHTE BETALINGSBALANS JTNIGE weken geleden vertelde minister Zijlstra in de Tweede Kamer cn dat was toen een primeur dat de lopende rekening van de betalings balans een overschot van ƒ213 miljoen te zien zou geven, waardoor er aan het eind van de eerste negen maanden van dit jaar een saldo van ƒ71 mil joen vanuit het buitenland ontvangen gtld overbleef. Sindsdien is het Centraal Bureau voor de Statistiek met volledige cijfers voor de dag gekomen. Hieruit blijkt, dat er inderdaad een overschot kon worden gekweekt; alleen wijken de cijfers iets af van die van onze minister. In het derde kwartaal was het overschot ƒ221 miljoen. Dit was zó gunstig, dat het tekort van het eerste halfjaar ad 169 miljoen niet alleen kon worden weggewerkt, maar dat er voor de eerste negen maanden een overschot van 52 miljoen kon worden gekweekt. Is dit nu erg belangrijk? Ongetwijfeld. Niet voor niets was minister Zijlstra over het resultaat erg blij en voegde hij er met een tevreden gezicht aan toe: En het goede kwartaal ligt nog in het verschiet. Het is ook niet moeilijk om te begrijpen waarom een overschot op de be talingsbalans belangrijk voor ons land is. Wij moeten dan wel onderscheid maken tussen enerzijds de lopende rekening (balans van in- en uitvoer, dienstenverkeer en kapitaalopbrengsten) en anderzijds de kapitaalbalans waarop de kapitaalbewegingen geregistreerd worden. Die lopende rekening vertoonde aan het eind van de eerste negen maanden een saldo wij zeiden het al van 52 miljoen, maar de kapitaalbalans had een tekort van 217 miljoen, waaruit volgt, dat er per slot van rekening 165 miljoen naar het buitenland vloeide. Nu lijkt dit laatste wel erg, maar hier bedriegt de schijn. Die kapitaalbe weging wil namelijk zeggen dat er twee geldstromen zijn: één uit het buiten land naar ons land wegens leningen door het buitenland, aflossing van schul den door het buitenland, investeringen van het buitenland in ons land en verkoop van Nederlandse effecten. En een andere stroom van ons land naar het buitenland wegens leningen aan het buitenland, aflossing van onze schulden, Nederlandse investeringen in het buitenland, aankoop van effecten in het buitenland, beleggingen in het buitenland. Is er op de kapitaalbalans derhalve een tekort (zoals dit bij ons het geval is), dan wil dit zeggen dat wij per saldo aan het buitenland moeten betalen, dat wij onze schulden verkleind hebben (waardoor er minder rente betaald moet worden) en dat wij onze vorderingen op het buitenland vergroot hebben (waardoor onze rente-inkomsten zullen stijgen). Met andere woorden, een tekort op de kapitaalbalans is niet direct een teken van economische zwakte. Het zwaartepunt bij de beoordeling van de betalingsbalans ligt dan ook bij de lopende rekening. Die vertelt precies, hoe het staat met onze handel, ons dienstenverkeer en de opbrengsten van aan het buitenland beschikbaar gestelde kapitalen. Ons land verkeert in de ongelukkige situatie, dat het weinig grondstoffen heeft. Wij moeten dus veel grondstoffen en halffabrikaten invoeren, en om dit te kunnen betalen moeten wij de grondstoffen bewerken en als veredelde produkten weer uitvoeren. Wij moeten bovendien diensten bewijzen en rente innen. Alleen dank zij deze bronnen kan ons land zich tegenover het buiten land economisch staande houden. Het zwakke punt in onze economie is onze internationale handel. Wij voeren meer in dan wij uitvoeren, al hebben de maanden september en oktober voor een uitzondering op deze regel gezorgd. Maar alles bij elkaar genomen was er in de eerste negen maanden een tekort op onze handelsbalans van 1113 miljoen tegen 885 miljoen in dezelfde periode van 1961. Dit grote tekort zou alleen kleiner kunnen worden, als onze invoer zou in krimpen en onze uitvoer zou oplopen. Een eerste eis hiervoor is, dat er meer goederen in het eigen land worden voortgebracht, dat dus de produktie wordt opgevoerd. Maar in de tweede plaats zullen onze exporteurs veel moeten doen om het buitenland ervan te overtuigen dat onze produkten de voorkeur verdienen. Het is maar goed, dat ons dienstenverkeer veel geld opbrengt. Diensten in de vorm van scheepvaartverkeer, bankiersdiensten, toeristenverkeer, ver zekeringsdiensten enz. Het saldo in de eerste negen maanden was alleen kleiner dan vorig jaar: toen was het 1162 miljoen en nu ƒ1021 miljoen. Dit duidt erop, dat wij op moeilijkheden zijn gestuit. Niet onmogelijk is, dat een knelpunt bij de scheepvaart ligt. Allerwegen in dc wereld heerst er bij deze tak van bedrijf malaise, voornamelijk doordat het landingaanbod te groot is voor de vraag. De gang van zaken bij onze scheepvaartmaatschappijen is dan ook beslist niet om over haar huis te schrijven. Hoe belangrijk deze bedrijfstak overigens voor onze economie is, blijkt uit andere, zij het oudere cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. In 1961 waren de bruto deviezenontvangsten van de Nederlandse zeerede rijen ƒ1520 miljoen. Na affteK van uitgaven in het buitenland bleef er netto 650 miljoen aan deviezen over. Een niet te versmaden deviezenbron dus. Tot slot de netto opbrengsten van in het buitenland belegde kapitalen. Over de eerste negen maanden was die opbrengst 144 miljoen. Het was een stuk minder dan vorig jaar toen het in dezelfde periode 409 miljoen was. Onze betalingsbalans ziet er na negen maanden nog niet zo slecht uit. Als de handelsbeweging in november en december even gunstig blijft als in oktober, kunnen wij de hoop koesteren dat het totale tekort op de handels balans. zal meevallen. Daardoor zal ook het eindcijfer van de betalingsbalans gunstiger komen te liggen dan vaak is verwacht. En dan zal zuigkracht op onze goud- en deviezenreserves wel opgevangen kunnen worden. Wachten is op de metaal In bedrijfstakken, waar per januari a.s. de collectieve ar beidscontracten aflopen, vordert op het ogenblik het overleg over een nieuwe c.a.o, bijzonder slecht. Over het algemeen bestaat bij de werknemersvakbonden de indruk, dat overal gewacht wordt op wat er in de metaalindustrie gaat ge beuren. Het is namelijk al dui delijk geworden, dat de textiel- en confectieindustrie dit jaar niet meer klaar komt met een nieuw contract en in de grafische indus trie hebben partijen na twee be sprekingen, die een algemeen oriënterend karakter droegen, het volgende gesprek vastgesteld op 9 januari. Algemeen bestaat in de kring van de werknemersvakbeweging op het ogenblik de indruk, dat er werkgeverszijde besloten is loonsverhogingen voor volgend jaar om de twee procent te doen cirkelen. Op deze wijze zou er ruimtegeschapen worden ic.-econ. redactie) Weer Duitse gift voor Coventry De kathedraal van Coventry heeft van de Westduitse regering een gift ontvan gen van 5.000 pond <50.000 gulden). De Westduitse ambassadeur in Londen heeft de gift overhandigd aan ds. Harold Wil liams, de provoost van Coventry. Het geld zal worden gebruikt voor de bouw van een internationale jeugdher berg, een van de projecten die in ver band met de nieuwe kathedraal op het programma staan. Het was de vijfde grote gift aan de kathedraal van Westduitse zijde. Coven try heeft in de tweede wereldoorlog zwaar te lijden gehad van Duitse bom aanvallen. De oude kathedraal werd daarbijgeheel verwoest. Rome pin gswerk Bos, te Sprang. Geen Nederlandse visa voor Sow jet congresgangers Het Sowjet-persbureau Tass heeft gisteren gemeld dat de Ne derlandse ambassade in de Sow- jetunie geen visa heeft willen ge ven aan een Russische jeugddele- gatie die was uitgenodigd voor het negende congres van het Al gemeen Nederlands Jeugdver- bond te Rotterdam. Dit congres is vandaag geopend. Tass meldde voorts dat er geen verklaring is gegeven voor de afwijzing van de verzoeken om visa. Een woordvoerder van het centrale comité van de bond van jonge commu nisten van de Sowjetunie heeft volgens Tass gezegd, dat uit de weigering an dermaal blijkt „dat zekere kringen in Nederland hun toevlucht nemen tot zeer verschillende methoden om te voorko men dat er vriendschappelijke contac ten tussen de jeugd van de twee lan den ^ontstaan en tot ontwikkeling ko- Een woordvoerder van het ministerie van buitenlandse zaken In Den Haag heeft ln antwoord op een vraag beves tigd dat dé desbetreffende verzoeken om visa zijn afgewezen en dat dit, zo als gebruikelijk bij het weigeren van Visa, zonder opgave van redenen ls ge beurd. Eichmanns memoires blijven geheim De memoires die Adolf Eichmann tij dens zijn gevangenschap in Israël heeft geschreven, zullen op last van dc Is raëlische premier. David Ben Goerion, niet aan de openbaarheid worden prijs gegeven, zo is gisteren van bevoegde zij de in Jeruzalem meegedeeld. Het ma nuscript zal in het staatsarchief worden opgeborgen. Eichmann. die zoals bekend in juni jl. werd terechtgesteld wegens zijn aandeel in de moord op zes mil joen joden in de oorlog, heeft niet min der dan 2700 bladzijden volgeschreven. Arjos-voorzitter in Utrecht: ,,De methoden van de veront rusten betreur ik zeer". Dat zei de voorzitter van de nationale or ganisatie van a.r. jongeren stu dieclubs, de heer C. Balkenende, in Utrecht in zijn openings woord ter gelegenheid van de algemene vergadering van deze jongerenorganisatie. Een groot aantal anti-revolutionaire jongeren was hiervoor naar het gebouw voor kunsten en weten schappen gekomen. Op deze bij eenkomst is de Arjos-verkiezings- actie ingeleid. Hoewel de neer Balkenende geen be hoefte had uitvoerig in te gaan op de situatie binnen de a.r.-partij, moest het hem van het hart, dat hij het een zeer ernstige zaak vond, wanneer openlijk door de verontrusten wordt geschreven, dat de a.r. Tweede-Kamerfractie in de kwestie Nieuw-Guinca heeft gehandeld in strijd met Gods Woord. De verwijten van prof. mr. L. W. G. Scholten aan het adres van de fractie bestreed de Arjos-voorzitter met een ci taat uit een brochure van dezelfde prof. Scholten, namelijk uit het geschrift ,.De overheidu ten goede", gepubliceerd in 1945. Daar wijst prof. Scbolten erop, dat elk tijdvak een eigen probleemstel ling biedt cn een eigensoortige oplossing vraagt. ..Wanneer men in de staatkunde niet voortdurend zijn aandacht richt op dat eigensoortige van elk tijdvak en het con tact zoekt met het specifieke van de vraagstukken van die bepaalde perio de", zo betoogt prof. Scholten in die brochure, „dan loopt men bijna zeker het gevaar, dat men de congruentie ver liest tussen actualiteit en beginsel." De heer Balkenende achtte het in het licht van deze uitspraak onbegrijpelijk, dat prof. Scholten in 1962 zijn a.r.-broeders verwijt, dat zij doen wat hij hun in 1945 heeft voorgehouden. Toekomst Ruime aandacht kreeg in de openings rede de posi ie. die de Arjos in de toe komst heeft in te nemen. De heer Bal kenende wees op de moeite die het kost. de teruggang van het ledental tot staan te brengen cn om jongeren te vinden, die bereid zijn. een groot deel van hun vrije tijd voor de Arjos te geven. Hij maakte in dit verband melding van de aange kondigde verlaging van de kiesgerechtig de leeftijd, waardoor een toenemend aan tal jongeren bij de politiek wordt betrok- ken. Dit raakt de positie van de Arjos. ris, dr. H. M. Kuitert te Amsterdam. groot aantal kiesverenigingen streven naar de oprichting van Arjos- clubs in plaatsen, waar deze nog niet bestaan. Het voortbestaan van .een ge organiseerde christelijke politiek is hier bij in het geding, zo meende hij. Wel is het centraal comité van a.r.- kiesverenigingen bereid te spreken het Arjosverzoek, dat de jongeren worden betrokken bij de meningsvor ming binnen de partij, de heer Bal kenende tekende hierbij aan, dat een dergelijke inschakeling niet mag lelden tot aantasting van de zelfstandige posi tie van de Arjos. Samenwerking Zowel de besprekingen tussen a.r. en c.h. jongeren als tussen het dagelijks bestuur van de c.h.u. en het modera- men van de a.r.p. zijn in een goed< sfeer en met wederzijds begrip gevoerd zo kon de heer Balkenende meedelen. Voor wat de Arjos betreft hebben de gesprekken tot doel te trachten de een heid tussen de protestantse partijen te Ook de samenwerking met de k, betrok de Arjosvoorzitter in zijn be schouwing. Hij bleek ervan overtuigd, dat ver in de toekomst een christen jk- democratische samenwerking moet Ro men. Deze zou zich echter moeten vol trekken op een manter, die voorkomt uit de natuurlijke ontwikkeling van de politieke en godsdienstige verhoudingen cn mag geeen kopie zijn van een buiten lands model (bijv. van de Duitse C.D.U. De verhouding tussen protestantisme en rooms-katholicisme is in ons land im mers anders gegroeid. In de middagvergadering zou onder meer de voorzitter van het centraal co mité van a r. kiesverenigingen, dr. W. P. Berghuis, het woord voeren. Tevens zou dr. C. Boertien de Arjos-verkiezings- actie inleiden. Studentenpredikanten achter Van Kilsdonk De Raad van Studentenpredikanten te Amsterdam, waarin de hervormde, gereformeerde. Lutherse. Doopsgezinde en remonstrantse studentenpredikanten samenwerken, heeft telegrammen gezon den aan de r.k. bisschop van Haarlem en aan kardinaal Alfrink. waarin hij zijn leedwezen betuigt over eventuele maat regelen tegen pater J. van Kilsdonk, de rooms-katholieke studentenmoderator te Amsterdam en verklaart het te zul len toejuichen ais pater Van Kilsdonk in zijn werkkring gehandhaafd zou kunnen blijven. De telegrammen waren ondertekend door de voorzitter van de raad. ds. mr. A. A. A. E. A. Voerman en de secreta- (Van bedrijfstakken, waar de lonen op grond van achterstanden veel meer dan twee procent omhoog moeten, ln de eerste plaats wordt daarbij dan gedacht aan de landarbeiders, die al een looneis van 10 cent per uur op tafel hebben gelegd. In de textielindustrie hebben de vak bonden een loonsverhoging van 2,7 pro cent gevraagd, overeenkomstig het ge middelde, dat de Sociaal-Economische Raad heeft aanbevolen. De werkgevers hebben echter slechts 2,3 procent gebo den, excluxief de 1 procent compensatie voor de stijging van de A.O.W.-premie. Verlenging van de vacanties met twee dagen is afgewezen. Alleen fectie-industrie zijn de werkgevers ak koord gegaan met twee dagen vacan- tie-verlenging, zodat de vakanties hier nu op 15 dagen per jaar komen Textielbedrijf Te verwachten valt, dat de textielbon- den aan de 2.7 procent loonsverhoging zullen vasthouden, omdat de werkgevers afwijkingen in de lonen per onderneming en per bedrijfssector reeds hebben afge wezen. Wanneer het bijv. in de katoen sector beter gaat dan in de wolbedrijven zal hierbij in de lonen geen rekening ge houden worden. Dit betekent dat de lo nen niet verder omhoog mogen dan in de zwakste bedrijfssector toelaatbaar is. De vakbonden willen van dit systeem af. Zij zijn niet bereid ter wille van de zwakste schakel in de textielketen hun loonvoorstel voor de hele textielindus trie te matigen. Overeenstemming is voorts bereikt over extra verlof met behoud van loon voor het deelnemen aan bepaalde vak- Delfzijl wil subsidie internaat hogere zeevaartschool Delfzijl hoopt dat Den Haag over het gemeentelijk internaat van de hogere zeevaartschool „Abel Tasman" een sub sidieregeling zal toepassen als voor de K.M.A. in Breda eti het Marine-oplei dingscentrum Willemsoord in Den Hel- der. Dé huisvesting Van toekomstige kobp- vaardijofficieren is momenteel slecht. De gemeente die 1963 ingaat met een tekort van bijna vier ton op de begro- 9 kan zelf de kosten van een nieuw internaat niet dragen. Dit heeft de 'burgemeester van Delf- jl, mr. Goldberg in de vergadering van de raad meegedeeld. De koopvaardij officieren in opleiding iizen in Delfzijl nu op een oude oorlogs bodem uit de vorige eeuw, romantisch misschien, maar volledig ontoereikend wat ruimte en outillage betreft. Het ver velende is, dat elders bij opleidingscen tra ook voor de internaten zeer hoge subsidies gegeven worden. De gemeente Delfzijl moet alles zelf echter betalen, aldus burgemeester mr. A. A. J. Gold berg. De schetsplannen voor een modern in ternaat aan de wal liggen gereed. „We hopen dat we dit kunnen bouwen met behulp van een subsidie naar analogie K.M.A. en Willemsoord. De toekom stige koopvaardij officieren mogen toch zeker bepaalde eisen stellen, evengoed als officieren van landmacht of mari ne", bepleitte mr. Goldberg. Tentoonstelling van vroeg christ kunst In het centraal museum in Utrecht zal van morgen af de tentoonstelling „vroeg-christelijke kunst uit Rome" tt zien zijn. Deze vroeg-christelijke kunst betreft de kunst van omstreeks de der de tot de zesde eeuw. Een groot deel van de tentoonstelling bestaat uit voor werpen die tot de verzameling van het museum van het Campo Santo Teutoni- co behoren. Het Campo Santo Teutoni- co is een Frankische begraafplaats op het terrein van Vaticaanstad waar dert eeuwen Nederlanders, Duitsers Oostenrijkers begraven liggen. Tot het complex van het Campo behoort een ver zameling Vaticaanse kruis en sarcofa- 5 en uif de Vaticaanse grotten, waaron- er de beroemde probus-sarcofaag. De tentoonstelling vroeg-christelijke kunst uit Rome blijft tot 17 maart in Utrecht. bewegingsactiviteiten. Ook wordt de uit kering bij overlijden verbeterd, maar de vrouwenionen blijven voorlopig nog; op 85 procent van de mannenlonen. Bij de grafici is er tijdens de eerste besprekingen reeds een belangrijk ver- schil van opvatting gebleken tussen het werkgeversstandpunt en de verlangens van de werknemers. Op zichzelf wordt dit nog niet vreemd genoemd. De si tuatie wordt pas verontrustend, indien men van werkgeverszijde niet tot toena dering bereid zou blijken. „Maar dit is niet aan te nemen", aldus de mening v niet aan te nemen", aldus de mening van het bestuur van de Chr. Grafische Be- drijfsbond. Voorlopig heeft men maar een ruime tijdsmarge genomen bij de vaststelling van het volgende overleg. Op 9 januari wordt bet gesprek pas voortgezet. Griekse priesters krijgen misschien salarisverhoging Het ziet er naar uit dat de pries ters van de Grieks-Orthodoxe Kerk een salarisverhoging te wachten staat van 50 procent. Een dergelijk voorstel is tenminste bij het Griekse parle ment ingediend en de regering heeft zich er reeds achter geplaatst. De inkomsten van de Griekse priesters zijn zo uitermate laag dat velen niet ontvangen wat de minste ongeschool de arbeider in zijn parochie krijgt. Vele priesters zijn dan ook aangewe zen op bijverdiensten. In de nieuwe voorstellen wordt rekening gehouden met de theologische oplei ding. Een priester met de doctorstitel komt in de hoogste salarisschaal, Pries ters die nauwelijks meer hebben dan lager onderwijs met een korte theolo gische opleiding komen in de laagste. Volgens de nieuwe salarisschaal zullen priesters met een doctorstitel in het vervolg 320 gulden per maand gaan verdienen. In klasse twee komt het sa laris ongeveer op 250 gulden, in klasse 3 op 208 gulden en in klasse 4 op welijks 160 gulden per maand. Nog maar onlangs hebben 15 Griekse prièsters uit protest tegen hun „hon- gerinkomens" een visum voor Duits land aangevraagd. Zij hoopten daar als ongeschoolde industriearbeiders aan het werk te kunnen gaan om zo een njensw^rdig bestaan te vinden. De laatste adventszondag ligt voor ons. Nog eenmaal klinkt het lied: Nu zijt wellecome, Jesu, lieve Heer. Maar is de Heer welkom, werkelijk welkom in ons eigen persoonlijk leven? Want uiteindelijk komt het daar op aan. In het boek Openbaringen vinden we een brief die in opdracht van Christus geschreven wordt aan de gemeente van Laodicea. Daar staat in, dat Christus zegt: ,£ie, Ik sta aan de deur en Ik klopMest andere woorden: Christus staat op de stoep van de gemeente, van Zijn gemeente. Hij is buiten gesloten, terwijl de gelovigen van Laodicea het kerstfeest vieren binnen, of aan het Avondmaal zitten, of luisteren naar wat zij een goede preek vinden. We kunnen dus godsdienstig doen, zonder dat de werkelijke God er bij is. We kunnen gelovig zijn, zonder dat Christus er deel aan heeft. De gemeente van Laodicea vierde misschien alle christelijke feestdagen, maar kwam aan advent niet meer toe. Want als Christus werkelijk komt en klopt, is de gemeente zo druk, zijn de gelovigen zo druk, dat ze Hem niet horen! Of toch wel? Christus geeft een belofte aan de iemanddie „de deur open doet". Zij zullen gemeenschap hebben met Hem. Zijn wij die iemand? Hebben wij Hem. gehoorden open gedaan? Dan pas is het echt kerstfeest. Mulo op „grens van 2 werelden (Van een onzer verslaggevers) Als tegenspeelster van de organisa ties zal niet meer de onmondige maat schappij optreden, zoals vroeger, doch een centraal gezag. De centraliserende tendens in de mammoetwet moet goed onderscheiden worden. De heer Tigchelaar zou nooit wülen stellen dat het gezag onmondig is. De vraag rijst alleen of het gezag, spre kende, het „gesprek" zal toestaan. „Au- ders gezegd: of wy ook mogen mee spreken." Intussen deed de regering Op 30 december 1902 is te Utrecht de „Vereniging tot be hartiging van de belangen der christelijke scholen voor mulo in Nederland en van hen, die bij dit onderwijs werkzaam zijn", opgericht. Vrijdag en zaterdag heeft men in deze zelfde stad het zestigjarig bestaan van de ver eniging gevierd. Op een receptie van het bestuur der vereniging kwamen niet minder dan vierhonderd vrienden en geestverwanten hun gelukwensen aanbieden. Toch stond de jubileumviering niet in het teken van het verleden. „Wij willen in de sltustle van het heden staan, ziende op de toekomst", verklaarde de voo.-zitter van de vereniging, de heer Joh. Tigchelaar te Amsterdam. In het vervolg van zijn openingsrede ter algemene vergadering zette de heer Tigchelaar uiteen, dat er alle aanlei ding is om met de toekomst te rekenen. Men kan gerust zeggen dat de orga nisaties voor miulo in de afgelopen zestig jaar de ontwikkeling van dit type onderwijs hebben bepaald. Daarbij mag men niet blijven staan. Nu de mammoetwet aanvaard is, zal men ten volle moeten meespreken by de vor ming van het mavo. Niet dat de Vereniging voor Ohr. Mulo zo gelukkig is met de mammoet wet Zy heeft er grote bezwaren tegen, al wil zij de goede kanten van deze wet ook wel zien. Maar met behoud van de 'bezwaren wil de vereniging loyaal zijn in de uitvoering van Het bestuur van de „Federatie van door verzekerden en mede werkers bestuurde ziekenfondsen' (V.M.Z.) heeft felle kritiek op het ontwerp-ziekenfondswet, dat minister Veldkamp bij de Tweede Kamer heeft ingediend. Het-be stuur kan het uitgangspunt voor dit wetsontwerp, namelijk dat de verplichte ziekenfondsverzekering het karakter draagt van een ver plichte sociale verzekering, niet onderschrijven. Het acht het ook het voornemen van de minister om de samenstelling van de Ziekenfondsraad te wijzigen in die zin, dat de medewerkers en de ziekenfondsen hierin geen zitting meer zullen hebben, onaanvaardbaar. Het bestuur is verder van oordeel, dat de voorstellen van de minister met betrekking tot het probleem van de financiering van de vrijwillige verzekering hievoor geen adequate op lossing bieden, dat zij leiden tot een verdere uitholling van de autonomie van de ziekenfondsen en dat zij met het op het door de minister aan de t. gevraagde advies inzake de in voering van een volksverzekering voor zware risico's, prematuur moeten worden geacht. Het standpunt van de minister, dat één ziekenfonds per werkgebied uit organisatorisch oogpunt het meest wen selijk is, deelt het Federatie-bestuur niet. Het geeft de voorkeur aan het handhaven van de bestaande situatie. De V.M.Z. besluurderen staan eveneens af- wyzend tegenover de eigen regeling, voor de rijksambtenaren en zijn van oordeel, dat nu de minister met betrekking tot de samenstelling van de ziekenfondsbestu- ren de positie van de verzekerden hier in met een zekere waarborg wil omge ven, dit ook ten aanzien van de mede werkers dient te geschieden. Het V.M.Z.- bestuur heeft zijn mening over het wets- de Federatie het te betreuren dat men het wetsont werp met zo weinig instemming kan ontvangen. Hij had desondanks waar dering voor het initiatief van de mi nister van sociale zaken, omdat hij door de indiening van het ontwerp het zie kenfondswezen uit het wettelijke slop heeft getrokken. De heer Speleers kon digde aan. dat de federatie de minister te zijner tijd een eigen plan hoopt aan te bieden. Dr. ir. J. Smidt: benoemd tot gewoon hoogleraar_aan de Technische Hoge- onderwijs te ge- -- toegepaste school te Delft, ven in de theoretische i natuurkunde. Heroriëntering Men bevindt zich nu „op de grens in twee werelden." Dit bleek niet alleen uit het woord van de voorzit ter, maar ook uit de speech van de vice-voorzitter, de heer H. C. van Donk, by gelegenheid van de herverkiezing van de heer Tigchelaar ais hoofdbe stuurslid. De heer Van Donk sprak er zijn blijd schap over uit dat de heer Tigchelaar leiding zofi blijven geven aan de her oriëntatie. Niettegenstaande men weet dat de vragen van onderwijs en opvoe- ding in deze tijd de hoogste eisen stellen aan de bestuursleden persoon lijk en aan de organisaties (Daarom was er een voorstel tot uitbreiding van het hoofdbestuur). De feestredenaar op deze jubileum- vergadering, prof. dr. L. de Klerk uit Leiden, bepaalde zich al evenzeer by heden en toekomst, al zette hij eerst uiteen, dat dit heden er zonder d« werkers in het verleden totaal anders zou hebben uitgezien. Men moet God danken voor wat Hjl gaf. Men mag ook met dankbaarheid terugdenken aan de leidende figuren uit vroeger dagen, die in grote trouw en onbaatzuchtigheid de cost ging ook hier voor de baat uit van het mulogemaakt hebben wat het nu is: een onderwijsvorm die zijn bestaansrecht ten volle bewees. Volgens prof. De Klerk kan het ulo niet meer wegsnijden uit het onderwysgeheel. Het zal steeds als een foenix uit zfjn as verrijzen. Het ulo heeft bewezen dat het wil aan sluiten zowel bij het intelligentiepeil van zyn bevolking" als btf de eisen die de maatschappij stelt. Prof. De -Klerk meende dat er een gedeeltelijk reeds in het heden reeds zichtbare toekomst is. „Wij hebben ver wachtingen, die in zin door het ver leden zijn gewekt." Het ulo is. naar de mening van de hoogleraar nog niet aangeland op de hoogvlakte van het „dolce far niente", het zich storeloos vermeien. De arbeid door en voor het ulo is nóóit af. Men zal altijd onderweg zijn. Het zal nu dus gaan om een bezinning op de nieuwe wet en de taak die men daarbij heeft. Wil het mavo beant woorden aan zijn doel, dan zal het moeten voortbouwen op wat het mulo thans is. Kernprobleem Dat de muloschool ook in haar tegen woordige gedaante allerminst zonder problemen zit, had de heer Tigchelaar in zyn rede al vastgesteld. De kernproblemen van het mulo be staan allereerst in de personeelsnood, juist nu er een toenemend leerlingental is.Vervolgens is een kwalitatieve terug gang van de docenten en wel door ver minderd actenbezit. Ten derde een te kort aan gebouwen om dit onderwijs te geven conform de eisen van dit ogen blik. Voor hoofdpUn, migraine. verkoudheid, griep, reumatiek, spit, ischias, kiespijn, zenuwpijn en menstruatiepijnen hebt U een antineuralgicum met TOGAL0tOe95Plj2n4o'18 88e k"Cht n0<llg' T°gal BiJ aP°theker en drogist. Ik zou dolgraag goed kunnen zingen. Helaas, helaas: een kraai brengt melodieuze geluiden voort vergeleken bij mijn gekras; bovendien kan ik ook geen wijs houden. Als kind kon ik het al niet verkroppen en speelde ik 's avonds in bed onder de dekens, met een verwrongen piepstem, dat het zuiver en blij klonk. Het is een verdrietige zaak als „de Heer is mijn Herder" in je opborrelt en je bereikt naar buiten niet meer dan geknepen astmatische klan- Mijn man beschikt ook al niet over een gave stem. het is dus niet zo'n wonder dat er weinig zangtalenten in ons gezin sluimeren. Het gave, zuivere stemmetje van de dochter is daarom iets heel bijzonders, een onverwachte bloem op ons pad. Overigens zijn alle kinderen erfelijk belast met de niet te remmen behoefte van moe om tóch te zingen. Zo wordt er bij ons dus véél en vals gezongen en bovendien nog onder het motto van iedereen op zijne wijs. Sinds kort hebben de blokfluitlessen van onze oudste zoon rendement opgebracht, in die zin dat we de aller-allervalste stem kwijt zijn en de steun van een zuivere toon gewonnen hebben. Net op tijd overigens om de groeiende ergernis van de dochter tegen zoveel onwelluidende overmacht op te vangen. Niet dat we nu uit de zorgen zijn, want een werkelijk groot fluitist herbergen we nu ook weer niet en bovendien schijnt ons zingen tegen woordig de parkieten ook te inspireren om luid keels mee te kwetteren. Hoe dan ook, er is nog geen vaste lijn te bespeuren en onze melodieën En nu wordt het kerstfeest Van school komen de kinderen thuis met voor mij onbekende vers jes. Heel fijne dingen met mooie frisse tekst en lfo&tang.e.&3 en lieve wijsjes. Maar moeilijk, zo moeilijk. Eerst hebben ze me braaf de woorden geleerd en daar na zongen we met eindeloze volharding: Zeg eens, herder, waar kom jij vandaan? en: Midden in de winternacht ging de hemel open. Ondertus sen ..kleien" we een, nee een kandelaar mag je het niet noemen, laten we zeggen een knol waar een kaars in kan. Het zou wat het effect betreft ook een uitgeholde aardappel kunnen zijn, maar de vreugde van het kandelaar-maken is niettemin groot. Gisteren na tafel zouden we dan nog maar eens zingen. De dochter zag er in haar pyama met een glimmend schoongewassen gezichtje zelf uit als een engeltje, om in de kerstboom te hangen. Als een zorgelijk engeltje wel te verstaan. Ze zei: „O, o, wat zal dat een snert kerstfeest wor den". Als een grote tregédienne zuchtte ze, sloot theatraal haar ogen en zong, feilloos haar moe der imiterend, metopzet vals en schor: „de her dertjes lagen bij naaachte". Aangevuurd door on ze zwijgende verbazing zei ze verder: „Op de he le wereld is geen huis waar ze zo van de wijs af zingen als jullie. En dat nog wel als het kerstfeest wordt". „Kind", zei de fluitist, „als ik nog een beetje oefen hè en het is straks echt feest en de kaar sen branden, dan gaat het zingen vanzelf goed, zul je zien". Twijfelend en pruilend hield ze zich in en na een knipoog van haar vader zei ze grootmoedig: JVou ik zal het nog één keer met jullie probe ren". „Graag, majesteit", zei de fluitist en zette prompt verkeerd in. Even zag ik een onheilig vuur in de ogen van onze zangeres: na de kerst sla ik die blokfluit op jouw kop aan diggelen. Maar toch, haar soepelheid won het en zo zon gen we uit volle borst „Geen wiegje als rust plaats". En ze zuchtte ten slotte: „Toch fijn hoor Nog steeds te ver van de wijs af, maar toch fijn. Over hoeveel dagen is het kerstfeest?" „Al heel gauw, m'n dochter, over een paar da gen zal het weer kerstfeest worden voor een we reld, die van de wijs is". MINK VAN R1JSDIJK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1962 | | pagina 2