Nooit genoeg voor Nederland WAS DEVIES VAN KONINGIN WILHELMINA Wij gedenken met grote eerbied WOENSDAG 28 NOVEMBER 1%2 Na een regering van ruim 41 jaar ©verleed Koning Willem III op 23 no vember 1890. Door dit sterven was de Nederlandse kroon overgegaan op Prinses Wilhelml- na. Maar de Prinses was toen nog maar tien Jaar. Volgens de Grondwet zou zij eerst over acht jaar tot de regering kunnen worden geroepen. Tot dat tijd stip zou Koningin Emma als Regentes van het Koninkrijk optreden. Hoe Koningin Emma zich van deze gewichtige taak gekweten heeft bewijst wel het merkwaardig oordeel van een buitenlander: ..Deze Vrouw heeft bin nen acht jaren de partijen meer tot verdraagzaamheid gevoerd dan drie koningen in tachtig jaar." Had Koningin Emma reeds aanstonds bij haar komst in Nederland het hart van ons volk veroverd, het regentesse- tijdperk heeft die liefde niet weinig versterkt. Regering aanvaard Toen Koningin Wilhelmina op 31 augustus 1898 de 18-jarige leeftijd had bereikt, was het ogenblik gekomen de regering te aanvaarden. „Mijn innig geliefde Moeder zo richtte de jonge Vorstin zich in haar eerste proclamatie tot haar volk aan wie ik onuitsprekelijk veel verschuldigd ben. gaf mij het voorbeeld van een edele en verheven opvatting der plich ten, die nu op mij rusten, Ik stel mij tot levensdoel dat voorbeeld na te vol gen, te regeren zoals van een Vorstin uit het Huis van Oranje wordt ver wacht." De inhuldiging had plaats op dinsdag 6 september in de Nieuwe kerk te Am sterdam. Toen hield zij haar eerste toespraak tot de Sta ten-Genera al. Haar klare, heldere, klankrijke stem ruiste als muziek door het grote gebouw en toen zij kwam aan de zin: „De woorden van mijn beminde Vader maak ik tot de mijne: Oranje kan nooit, ja nooit genoeg voor Nederland doen!" werden aller harten ontroerd Daarna rees de Koningin op; zij strekte met een plechtig gebaar de rechterhand omhoog om de eed van trouw af te leggen: „Ik zweer aan het Nederlandse Volk. dat ik de grondwet steeds zal onder houden en handhaven. Ik zweer dat ik de onafhankelijkheid en het grondge bied des Rijks met al mijn vennogen zal verdedigen en bewaren; dat ik de algemene en bijzondere vpjheid en de rechten van al mijn onderdanen zal beschermen en tot instsn^hpudipg en bevordering van de algemene, en bij- zóndere welvaart alle middelen zal aan vaarden, welke de wetten te mijner beschikking stellen, zoals een goed Ko ning schuldig is te doen! Zo waarlijk helpe mij God Almachtig." De eerste jaren Hoe klein en nietig de jonge Vorstin zich toen voelde, heeft zij 40 jaar later zelf verteld: ..Ik was diep doordrongen van het tekortschieten van menselijke wijsheid en van menselijk willen en kunnen en overtuigd, dat in dit tekort niet anders dan door God zelf kon worden voorzien." Kort na de inhuldiging br?k de oor log uit tussen Engeland en de Boeren- Republieken Transvaal en Oranje-Vrij staat. Over de slappe houding der libe rale regering zij durfde de beide Republieken niet uit te nodigen tot de Vredesconferentie, die toen juist op het Huis ten Bosch in de resident.e gehou den werd is heel wat te doen ge weest. Dat wekte bij de meerderheid van ons volk grote ontstemming, die echter omsloeg in onstuimige geest drift. toen de jonge Koningin bevel gaf aan de commandant van de kruiser „Gelderland" om President Kruger naar Europa over te brengen. Toen het kabinet-Pierson na de fel le verkiezingsstrijd van 1901 door het kabinet-Kuyper vervangen was. brak voor ons land een zeer bewogen tijd Datzelfde jaar was ook voor onze Koningin van bijzonder gewicht. Want op 7 februari trad zij in het huwelijk met Z.H. Hertog Hendrik van Mecklen burg Schwerin, Enige jaren later (in 1902) werd de Koningin ernstig ziek. De blijde ver wachting waarvan sprake was, maakte plaats voor de bangste vrees. Groot was dan ook de blijdschap, toen 't drei gende levensgevaar geweken was. Het jaar 1909 bracht voor vorstenhuis en vaderland grote vreugde. Op 30 april werd het huwelijk van Koningin en Prins gezegend met de geboor EEN beknopte levensschets van H.M. Koningin Wilhelmina - aan wier doodsbaar heel het Nederlandse volk in grote rouw en diepe droefheid voorbij treedt - mag in dit rouwnummer niet ontbreken. Maar 't kan niet anders zijn dan een vogelvlucht over dit leven vol trouw en toewijding. Naar haar eigen wens leefde zij na haar abdicatie op 4 september 1948 als „Prinses Wil helmina" stil en teruggetrokken op Het Loo; slechts bij hoge uitzondering trad zij af en toe nog eens naar voren en mochten wij door de radio haar stem horën, meestal in een krachtig getuigenis van en een heenwijzing naar de Heiland der wereld. Nu de rouwklokken luiden over Nederland zien we Prinses Wilhelmina vooral weer als Koningin, als de trouwe Landsmoeder, die een halve eeuw lang werkte voor en waakte over het Nederlandse volksgezin. Zo willen wij haar dan ook in deze beknopte levensschets zien. met de woorden: ..Verenigd houden wij stand en verenigd zullen wij de over winning behalen!" Haar onvermoeide arbeid, haar mee leven met het lijden van haar volk, haar vertrouwen in de overwinning, maakten haar voor de Nederlanders in bezet gebied tot symbool der bevrijding. Aan haar woorden hield men zich op, met haar verlangde men naar de dag, dat zij weer „thuis" zou zijn. Liefde voor de jeugd, dal bleef sleeds een ton prinses Wilhelmina's kenmerkende eigen- Weer „thuis" Onafhankelijkheid Met grote opgewektheid vierde ons volk in 1913 zijn honderdjarige onaf hankelijkheid. In een proclamatie zeide de Koningin o m.: „Het is mijn innige wens, dat onder Gods zegen vrede, vrij heid en voorspoed mogen bewaard blij ven. De eendracht van alle Nederlan ders zonder onderscheid van rang of staat of van godsdienstige gezindheid zij ook in de toekomst de hechte grond slag der nationale onafhankelijkheid. Met het Nederlandse Volk hoop ik sa men te werken tot geluk van het Va derland." Voor alles wat de bloei en de wel vaart van ons volk betrof had Koningin Wilhelmina steeds de grootste belang- Op 28 mei 1903 opende zij de nieuwe Beurs te Amsterdam, bij welke gele genheid zij herinnerde aan de onver schrokken moed van Jan Pietersz Coen. In 1904 was zij in Den Helder tegen woordig bij de viering van het 50-jarig bestaan van het Kon. Instituut 'voor de Marine: in 1906 te Leeuwarden bij de onthulling van een standbeeld voor Graaf Willem Lodewljk van Nassau. Ook begaf ze zich meermalen naar Rot terdam om bijzondere plechtigheden door haar tegenwoordigheid luister bij té zetten; o.m. heeft zij de eerste steen gelegd van het raadhuis aan de Cöol- We doen maar een greep 't kan slechts een „vogelvlucht" zijn want 't is onmogelijk om ook maar enigszins volledig te zijn in 't schetsen van de plaat©, die deze Oranjevorstln in 't openbaar leven innam. steeds een der eersten, die van haar warm meeleven blijk gaf. Wij herinne ren alleen maar aan de watersnood van 1916; aan haar bezoek van januari 1920 aan Overijssel, dat door overstroming geteisterd werd; in 1926 begaf zij zich naar Arnmeriodèn e«- Rossem, welke plaatsen door gelijke ramp getroffen werden. Nog in februari 1953 bij de grote watersnoodramp toonde zij groot en diep medeleven. Ook Leiden zag-de Koningin verschijnen, toen in februari 1929 zijn historisch Stadhuis door 't vuur was verwoest. En hoe vaak heeft zij niet van haar innige deelneming be wijs gegeven, als de vissersbevolking van Scheveningen of van Katwijk treur de over echtgenoten of zoons, die op zee gebleven waren. Eerste wereldoorlog In 1913 was te Den Haag het Vre despaleis geopend en een jaar later brak de eerste wereldoorlog uit. In die voor ons land zo zorgvolle en gevaar lijke jaren betoonde Koningin Wilhel mina zich een echte Landsmoeder. Persoonlijk wenste zij zich op de hoogte te stellen van de toestanden. Op haar initiatief werd het Kon. Na tionaal Steun-Comité opgericht, waar aan zij een gift van 120.000 schonk. Zij zond auto's met kleding, dekens en levensmiddelen naar de grens om in de nood der Belgische vluchtelingen te voorzien. Ministers, burgemeesters en hooggeplaatste ambtenaren hebben la ter meermalen op even bescheiden als warme wijze getuigd van het grote voorbeeld, dat de Koningin in die ban ge dagen gaf. En steeds weer kwam uit, dat deze Vorstin tevens Christinne was. Wie denkt niet met ontroering terug aan haar Kerstgroet van 1914, toen zij haar zwaar getroffen volk voorhield: „Het Kindeke Jezus heeft te allen tijde veel vertrouwen gevraagd. Het vraagt dit nog steeds. Aan ons de fiere moed Het dit te schenken." Zouden wij ooit vergeten het fiere ge tuigenis. in 1912 door haar afgelegd voor het standbeeld van admiraal, Gas- pard de Coligny te Parijs. „Aan de voet van dit monument verenigd, hef fen wij onze harten op tot God, en zoe ken vóór alle dingen de verheerlijking van Zijn Naam. Het is mijn levendige wens, dat een ieder, die Christus als zijn Zaligmaker kent in dat geloof mo ge worden gesterkt, en dat wij allen steeds meer waarachtige getuigen des Heeren mogen zijn." Op 30 april 1953, dc verjaardag van haar dochter, trad prinses Wilhel mina nog eens in de openbaarheid. In hel Paleis op de Dam icilsle zij 110 dapperheidsonderscheidingen pit. aan, landgenoten die zich door moe dig gedrag in de meidagen van 1940, in hel verzei, dan wel in In donesië of Korea hadden onder- Deza foto laa blik i 1 de 1 ridder i ll. I En op 13 maart 1945 kwam zij „thuis", met tranen en jubel begroet door een ontredderd, uitgeplunderd volk! „Na bijna vijf jaren gescheiden te zijn geweest, reiken wij elkander voor 't eerst de hand, zien wij elkan der van aangezicht tot aangezicht in diepe bewogenheid over al hetgeen over u en door uw leven is heengegaan. Gij kunt u moeilijk de ontroering voorstel len, die zich bij deze hereniging met u van mij meester maakt. Mijn reis door Zceuws-Vlaanderen en door Walche ren zal steeds behoren tot de grootste belevenis van mijn leven." Zo sprak zij tol de Zeeuwen. De jaren 1945—1943 zijn voor Konin gin Wilhelmina bijzonder zwaar ge weest. „We zijn weer baas in eigen huis" zeide zij na de regering te heb ben aanvaard. Maar de moeilijkheden met het vroegere Nederlands-Indië waren vele en ook de binnenlandse po litieke toestand gaf veel zorg. Tijdens haar ballingschap had de grijze Vorstin haar krachten geen ogen blik gespaard: rusteloos stond zij op de bres om de belangen van haar volk te bepleiten. Toen zij in het vaderland terug was, was zij aan 't einde van haar krachten en moest in oktober 1947 volstrekt rust nemen. Op I december van genoemd jaar nam zij haar taak weer op zich, maar de oude kracht was voor immer geweken. Zij wilde toen reeds van de troon afstand doen, maar op aandringen van haar dochter wacht te zij daarmee tot september 1948. toen zij haar gouden regeringsjubileum mocht herdenken Haar laatste redevoering ais Konin gin, uitgesproken op het balkon van het koninklijk palcis op de Dam te Am sterdam, maakte op de velé duizenden die haar hoorden, een onvergetelijke Indruk. Zij sprak toen: „Ik dank u al len voor het vertrouwen, dat gij mij vijftig jaren lang gegeven hebt. Ik dank 11 voor dc toegenegenheid cn de warm te, waarmee gij mij steeds hebt om ringd, Met vertrouwen zie ik uw toe komst tegemoet onder dc zorgende lei ding van mijn innig geliefd kind. God zij met u en de Koningin. Ik acht mij gelukkig met u allen te kunnen uitroe pen: Leve onze Koningin!" ÜP DEZE DAG van nationale rouw gedenken wij met grote dankbaarheid kwartieren net. zo nauwkeurig werden wat Koningin Wilhelmina tijdens haar langdurige regering voor hekeken als het kanon op het voordek." Nederland is geweest. Er zijn vele hoogtepunten in dit merkwaardige leven. In dit artikel willen wij nog eens speciaal herinneren aan de jaren van haar ballingschap, toen zij te Londen (vaak onder direct levensgevaar) dag en nacht werkte aan plannen voor de bevrijding van Nederland. En zich' ook aan haar reis naar Amerika, waar zij door President Roosevelt werd ontvangen met al het eerbewijs verbonden aan het bezoek van een rege- de rend staatshoofd. Het tijdperk 13 mei 194013 maart 1945 blijft een groots Koninginnedag. En" hoofdstuk in de levensgeschiedenis van Koningin Wilhelmina. Op 6 Rede tot het Congres igustus begaf de Koningin Capitool om de beide het Congres toe te spreken. We teefden in die sombere jaren op vooral op 1j omstreeks "\NZE KONINGIN móést haar land proclamatie 1 •adcrland kunnen blijven werken. Zo- geloofsmoed nodig als Willem van Oranje eens naar de spreken. Hoe bang Dillenburg trok om van daar uit het getuigen van de prachtige samenkomst in de grote Albert Hall te Londen op 31 augustus 1942. Daar werden vele 7 december 1941, toen klinkende redevoeringen gehouden, aan Japan de oorlog maar 't meest ontroerde een toespraak ,„qc en van een matroos der koopvaardij, die kunnen de jarige Vorstin aldus toesprak: „Ma- de toestand in jesteit. ik weet eigenlijk niet hoe ik u 'aderland en in heel Europa. Hitier feliciteren moet. Maar ik weet, dat u •erzet in"dc Nederlanden te leiden, zo stond op 't toppunt van zijn macht; de koopvaardij een warm hart toedraagt trok Koningin Wilhelmina met hetzelfde zijn legers en luchtmacht hadden alle «»■-»— doel naar Engeland. Die reis is wel de tegenstand gebroken. En de bliksem- zwaarste tocht geweest, die onze lands- snelle Japanse aanval op Pearl Harbor koninklijke familie loop gevangen te nemen. De oude hofprediker ds. W. L. Wei ter stierf 30 juli 1940 op 90-jarige leef tijd. Maar vóór hij heenging zong hij nog als met stervende lippen: In ,9„ brach| radio 0ranje Ween, t was peen „lucht, die U deed ee? Vliegtocht naar Canada daarom zeg ik het maar net zoals ik het tegen mijn eigen moeder zeggen: Hartelijk gefeliciteerd en nog Voor de vele gelukwensen die de nog Koningin op haar verjaardag mocht ontvangen, dankte zij in een toespraak, die door Radio Oranje werd uitgezon den. 't Slot van deze toespraak luidde oorlogstijd. Ik herinher hen. die op 29 augustus van dat jaar de grote wapenschouw in Den Haag meemaakten, beseften, dat reeds ander half jaar later diezelfde troepen inge zet zouden worden tegen een wrede overweldiger? Donkere wolken pakten zich samen aan de politieke hemel en 1 september 1939, drie weken na de geboorte van dc tweede Prinselijke baby. brak de tweede wereldbrand uit. 10 mei 1940 ge volgd door de inval der Hitlerbenden in Nederland. Op 13 mei zag de Koningin zich ge noodzaakt met de regering naar Enge land uit te wijken, waar het Prinselijk gezin reeds was aangekomen. Wat er toen in haar moet zijn omgegaan, is door niemand te peilen. Het is zeker het donkerste uur in haar moeilijk le ven geweest! Was het merendeel van het volk door haar vertrek verbijsterd, het le ger was als lamgeslagen. Soldaten, die zich vier dagen lang geen rust hadden gegund, gooiden de wapens neer: als de Koningin weg was. voor wie zouden zij dan nog vechten? Wal onze Koningin in de vijf jaren van ballingschap voor land en volk is geweest, laat zich niet beschrijven. Wij denken aan haar radiotoespraken voor de B.B.C., haar volk aansporende tot het uiterste vol te houden, Zij ver tegenwoordigde het bezette vaderland in de vrije wereld en bestuurde het Ko ninkrijk over zee, Zij aarzelde niet naar Amerika te vliegen, om er de zaak van haar ver- drukt land bij President en Congres te bepleiten. „Verzet, verzet, verzet, Trouw en toewijding In stille rust bracht zij haar laatste jaren door op Het Loo, het vorstelijk paleis, waar zij altijd zo graag heeft vertoefd. Nog eenmaal trad zij duide lijk in het licht der openbaarheid door haar indrukwekkende autöbiografie „Eenzaam, maar niet alleen." Zij was een gelukkige Moeder en rijk was ze als Grootmoeder van haar vier kleinkinderen. En ons volk bleef haar dankbaar vereren als de trouwe Lands moeder. die vijftig jaar lang al haar krachten gaf in dienst van het vader- Als wij dit rijkgezegend en zichzelf opofferend leven overzien, dan denken we aan het woord van Henry van Dijke, van 1913-' 17 Amerikaans gezant in ons land: „Zij was uitnemend voor haar taak berekend, toegewijd aan haar plicht en zeer scherpzinnig, een der bekwaamste en verstandigste gekroon de hoofden van Europa en in alle op zichten een goede regeerster van het zeer democratische Nederland." En dr. H. Colijn tekende haar inder tijd even schoon als waar in deze woor den: „Wie haar heeft kunnen waarne men hi haar arbeid cn zorg voor het Nederlandse volk, wordt diep ontroerd over zoveel trouw en toewijding. Haar ganse leven is de bezegeling geweest van de woorden, bij de kroning door haar gebezigd: „Nooit kan Oranje ge noeg doen voor Nederland." Wie twijfelt cr thans nog het voor ons land van de grootste bete kenis is geweest, dat een vrije Koningin Wilhelmina voor onze landsbelangen in Engeland en Amerika pleiten en werken kon? Wie met aandacht kennis nam van wat over het verblijf onzer Vorstin te Londen in de jaren 1940'45 gemeld werd, kan niet anders dan oprechte en diepe be wondering hebben voor haar, die vooral in de moeilijke jaren van haar ballingschap toonde een ech te Landsmoeder te zijn. Eerste proclamatie Reeds de eerste avond, dat' zij in Buckingham Palace vertoefde na een gevaarlijke en sensa tionele tocht met de Engelse tor pedojager „Hereward", die haar over de Noordzee bracht vaar digde zij een proclamatie uit, waarin zij van haar volk voor on bepaalde tijd afscheid nam. „Dis- pereert niet. Doet allen wat u mo gelijk is in 's lands welbegrepen belang. Wij doen het onze. Leve het Vaderland!" aldus besloot zij de merkwaardigste proclama tie. die ooit door haar tot haar volk werd gericht. Diezelfde avond wendde zij zich ook met een boodschap tot de ge hele wereld om uiteen te zetten waarom zij Nederland had verla ten. „Voor Nederland wil ik tot de we reld spreken: niet over de gerechtig heid en rechtvaardigheid van zijn zaak, die bij eerlijke mensen geen verdediging nodig heeft, noch over de onzegbare verschrikking of over de schandelijke methoden, welke 'zijn dapper leger en zijn onschuldige bevolking verdragen moeten, maar van de waarden, van de idealen, van de christelijke cultuur, welke Nederland aan de zijde der geal- tijd een kerkdienst. „Ik dank ook allen, die mij dit blijk niet hebben kunnen laten toeko men omdat zij verhinderd worden sing. Medegedeeld werd, dat Koningin door de dwingeland. Al zijn wij door afstand gescheiden, des te weet ik mij met u verbon- wïj op" vin"dat"bëtkht. Nog'iTOoit-hid ue aanhankelijkheid van u afin de Koningin van een vliegtuig gebruik .zal ee« onmisbare en belangrijke dat gemaakt, en nu opeens zo'n grote tocht steun zijn vóór de bezielende en ver- -Aiï uit die antw O ordelijke taak, die op mijn ichouders zal komen te rusten I oor velen was hel moeilijk te spre ken van prinses Wilhelmina. /ij zette een halve eeuw als Koningin huur stempel op de Nederlandse constitutionele monarchie en toon de zich in de ware sin een Lands- op die grote dag, de dag van onze herrijzenis, de dag die ik niet zonder opzien tot God zal aan vaarden. De Heere zij met ons en zegene tot het einde der dagen ons fiere vaderland." Ontroerende terugkeer Als wij onze Koningin zo hoor den spreken, twijfelden wij er geen ogenblik aan dat zij in Nederland zou terugkeren. En met hoeveel verlangen zagen wij die dag tege moet. In die dagen van angstig en hoopvol afwachten werd verteld, dat Scheven ingse vissers stiekum een paar sloepen in gereedheid hadden gebracht om hun Koningin af te halen. Zij was immers in Engeland, en op een goede dag zou natuurlijk een oorlogsschip voor de kust verschijnen om de geliefde Landsmoeder weer bij haar volk te brengen. Ja. zó zou 't gaan net als in 1813 en daarom zorgden die stoere Scheve- ningers er voor, dat de sloepen al klaar waren. CTiMaurii74 is c'eterugkeer van Konin gin Wilhelmina m Nederland niet ge weest. Dat de Koningin naar die dag reikhalzend uitzag daar waren we alien van overtuigd. In de Brabantse Zeeuwse plaatsen, die reeds bevrijd Ten. stond fin df» aannAiilolytn We...„li portret schreef, tonen ons de bezielen de stuwkracht gedurende de lange tijd, dat zij de scepter voerde over de lage Eén met haar volk De verhouding tussen Koningin Wil helmina en het Nederlandse volk kan getekend worden in één zin: één in blij de en droeve dagen. Dat bleek in 1918. toen mr, P. J. Troelstra meende, dat het ogenblik ge komen was aan de regerende Vorstin een scheldbrief te geven. Op het Ma lieveld had een indrukwekkende huldi ging plaats door de Haagse burgerij. En enige dagen later verscheen de Vorstin in een samenkomst, belegd door de Chr. sociale erganisaties. Diep ontroerd sprak zij toen: „Wij zijn vei lig geweest in Gods hand". - Ja, één in droeve dagen. Heel ons volk treurde mee, toen in 1934 onze Koningin eerst haar Moeder (20 maart) en kort daarna (3 juli) haar Gemaal zich door de dood zag ontvallen. Maar ook één in blijde dagen. Wie denkt niet aan de zonnige september dagen van 1936, toen Prinses Juliana zich verloofde met Prins Bernhard? Aan 7 januari 1937. toen het vorstelijk huwelijk werd voltrokken? En vooral ook aan 31 januari 1938, toen Prinses Beatrix het levenslicht aanschouwde? In ballingschap Onder grote en warme belangstelling vierde Koningin Wilhelmina haar 40- jarig regeringsjubileum. Hoe velen van waren, stond op de aangeplakte bevrij- dingsproclamatie te lezen: „Ik hoop spoedig op Nederlandse bo- dem terug te keren om met mijn ver- antwoordelijke raadgevers de leiding van s lands zaken weer op mij te ne men. Dat Gods zegen op u allen ruste." Het was begin maart 1945, dat de onmgin de wens te kennen gaf een be de grote wateren had ij0** ,e brengen aan dat deel van Ne- smeekte om haar te blij- derland, dat reeds bevrijd was. We kun de vele ge- aai?' .da* aJle.n..die Stil om haar heen Op IJ maart 1945 zette HM. koningin Wilhelmina, na een ballingschap van bijna vijl jaren, urer voet op vaderlandse bodem. In het Zeeuws-Vlaamse grensdorp Eedc-Aardenburg had deze historische gebeurtenis plaats. De mensen konden niet spreken van ontroering, toen sy in die dame in het bruine mantelkostuum hun koningin Wilhelmina herkenden. j™.- --de predi- - lieerden tegen de aanval der barba- kant de Here dankte, dat Hij Hare Ma- Koningin de ren helpt verdedigen. Trouw Hij- £s',!itJfeili8 over Jjf v'^nrZii' «TT** van ha HÏ'S w» bewaren temiddenI - J tan Uranje, Nederland en van die varen, die haar omringden. dit Plan hoorden, het sterk hebben af- ganse, onmetelijke delen van de we- Nu vinden wij dat heel gewoon, maar geraden. Want het was nog erg ge- reld, die voor datgene strijden, wat in 1942 was er grote moed toe' nodig vaarlijk in Zeeland en Brabant. De oneindig veel waardevoller is dan pm zo iets in een openbare samen- Duitsers gingen nog geregeld door met het leven: Je Maintiendrai Ik zal ko/nst ie durven doen. Als de Duitser bet door geallieerden bezet gebied 00- handhaven!" 1 boorde en zijn spionnen waren heel dei', kanonvuur te nemen en bovendien c.-i vaak in kerkgebouwen aanwezig dan vielen er telkens V 1-projectielen, die jTII Om naar neen was arrestatie niet denkbeeldig. al beel wat slachtoffers hadden ge- Heerlijke dagen heeft de Koningin "laakt. Toen de Koningin op 31 augustus 1940 toen doorleefd in Lloyd House te Stock- Het ls bekend: Koningin Wilhelmina in Londen haar zestigste verjaardag bridge, het buitenverblijf van Prinses had een sterke, onbuigzame wil. Wan- vierde, was 't heel stil om haar heen. Juliana. Maar het doel van haar reis neer z,i z'ch eenmaal iets voorgeno- Want Prinses Juliana was een maand strekte veel verder dan een aangenaam men bad, was er heel wat nodig om vroeger met haar kinderen reeds naar familiebezoek. De grote bondgenoot haar van dat voornemen af te bren- Canada vertrokken. Dat vertrek is voor Amerika moest nog eens worden herin- §en- °°k de legerleiding der geallieer- onze Vorstin een groot offer geweest, nerd aan het lijden en de verdrukking den opperde bezwaren. Maar met het- Maar de toekomst van ons Vorstenhuis van het Nederlandse volk. En opnieuw j e resultaat: de Koningin wilde naar maakte dit offer noodzakelijk en daar- moest de volle steun van dit machtige Nederland. Toen werd besloten dat het om werd 't ook gewillig gebracht. In de volk worden ingeroepen. Wie kon dit bezoek in het diepste geheim zou veelbewogen jaren, die toen volgden, beter doen dan onze Koningin? plaats hebben: de Duitsers mochten er is Prins Bernhard onze Koningin tot Het is de onvergankelijke eer van vaTn te voren niets van merken, grote steun geweest. Rusteloos was hij President Roosevelt, dat hij aan de be- In ®en Dakota werd de Koningin in de weer om mee te helpen onze doeling van onze Koningin zijn volle naar het vliegveld bij Brussel gevlo- strijdkrachten op te bouwen; hij stond medewerking heeft verleend. Hij ging 8?n- Ten huize van de Belgische Konin- zijn Schoonmoeder met raad en daad er altijd trots op, dat hij was van Hol- gm-Moeder werd de nacht doorge- ter zijde en zorgde voor het onmisbare landse afkomst, cn hij heeft onze Vor- bracht. Generaal Eisenhower had een contact met de geallieerde legerleiding. stin een ontvangst bereid, die elk Hol- zware Amerikaanse legerauto beschik- lands hart goed deed. Aan het Union b?ar Sesteld, geheel gepantserd en van Rustin pn vnl vertrnnwen §lat]?n "erd Koningin Wilhelmina door u*0*'} Pr°°«" 5Iaa voorzien. En in de. 9 en v0' VerTrOUwen de President hartelijk begroet en met u w volgende morgen de In vertrouwen on God Die el 'l «r°°lste eerbetoon leidde hij haar tocht naal' Nederland begonnen. 'dtenndDi',eanewn Jt" d't"^ "**1 r'È""'"'hadden onvergete. ne^foV h°et 'zeeuwa.vfaïms'e 'grent dienen, Die weet, dat onze zaak lijke ontmoetingen plaats tussen onze dorp Eede-Aardenburg. De Koningin rechtvaardig en ons geweten rein is, vorstin en verschillende groepen Neder- stapte uit de auto en langzaam wan- aanvaarden wij met machtige bond- landers. Zij bezocht ook een Hollands delend overschreed zij ue met een genoten de strijd. Wij zullen deze o°rlogsschip. Mevrouw Roosevelt was streep aangegeven grenslijn, Wat zal strijd winnen en ons Koninkrijk, be- J"™» «•«•"woord» schreet er «r toen in haar zijn omgegaan proefd maar gelouterd en aestacild „Als je deze Koningin met haar °P l3 mei 1940 had zij het vaderland teaeliikecl krerhti J.e dit ,mense" "cl' bc«riJP Pas de eenheid verlaten cn nu, op 13 maart 1645 keer- legeiijK, zat Krachtig en meer dan tussen vorst en volk. Er schoot me de zij er terug. een brok in de keel. toen ik dié Vrouw De mensen konden niet spreken van met^dat vnendeiijke geIaat officieren onto^ring, toen zij in die dame ge- ooit één onder onze vrije vlag een van agressie verloste wereld in onaantastbare fierheid staan." Zo sprak Koningin Wilhelmina in haar manschappen zag begroeten. En de kleed rondgang over het schip was waarlijk een inspectie, waarbij de matrozen- bruin mantelkostuum Voor vervolg zie pag. 6

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1962 | | pagina 4