Leiderdorp B. en W. van Leiden laten Leiderdorp niet met rust Haarlemmerstraat bijna berijdbaar De grenswijzigingsvoor stellen: Leiden ernstig teleurgesteld Ook ten aanzien van Oegstgeest en Zoeterwoude niet tevreden Breestraat: in 63 rails eruitin 64 algehele reconstructie NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 DONDERDAG 8 NOVEMBER 1962 Geen ruimte om toekomstige behoeften op te vangen T TET laatste grenswijzigingsvoorstcl heeft het college van B. en W. van Leiden ernstig teleurgesteld, zo blijkt uit het vandaag verschenen stuk dat de gemeenteraadsleden is toegezonden in verband met de maandag middag 12 november om 2 uur te houden afzonderlijke vergadering over deze kwestie. Om drie redenen zijn B. en W. teleurgesteld. Ten eerste over de trage voortgang van de procedure. Het tot stand komen van een grenswijziging is voor Leiden dringend geboden, menen B. en \V. Leiden heeft indertijd zijn verlangens ten aanzien van het grond gebied van Leiderdorp laten vallen om de procedure juist te bespoedigen. En nu ziet het ernaar uit, dat de indiening van het wetsontwerp bij de Tweede Kamer „op zijn vroegst in de loop van 1963 zal geschieden". De inhoud van de voorstellen wekt ook teleurstelling. Sinds 1958 be tekent elk nieuw voorstel een verkleining van het aan Leiden toe te voe gen gebied. Zo worden nu weer de Zoeterwoudse terreinen van het in dustrieschap en het westelijke gedeelte van de Broek- en Simontjespolder te Oegstgeest buiten de grenswijziging gehouden. De derde grond voor teleurstelling is dan het feit, dat de voorgestelde gebiedsuitbreiding niet voldoende is om in de toekomstige Leidse behoef ten tot 1980 met name wordt gedacht aan arbeiderswoningen te De toekomstige huisvestingsbehoefte is tot 1980 berekend op ongeveer 15.750 wo ningen. De capaciteit binnen de door de minister voorgestelde grenzen bedraagt echter slechts ongeveer 14.000 woningen, waarvan 9200 arbeiderswoningen. Door het bouwen van meer arbeiderswoningen zou het gewenste evenwicht in de wo ningvoorraad naar huurklassen ernstig worden verstoord met alle nadelige ge volgen voor de Leidse bevolkingssamen stelling van dien. De berekende behoefte aan arbei derswoningen is evenwel ongeveer 11.900, namelijk 75 procent van de to tale behoefte van 15.750. Hierbij is dan speciaal rekening gehouden met de vervanging van 2850 arbeiderswonin gen in de binnenstad en omgeving, waarvoor in ieder geval woningen van een lage huurklasse in de plaats moe ten komen. Dit voorstel betekent dan ook, dat Leiden met een zodanig tekort aan bouwgrond zal zitten dat 2700 ar beiderswoningen niet kunnen worden gebouwd. Deel Leiderdorp-Noord Het is voor B. en W. van Leiden een bittere teleurstelling, dat de minister geen aanleiding heeft gevonden Leider dorp een bijdrage te doen leveren ter op losing van de huisvestingsmoeilykheden van Leiden. Weer slaan B. en W. het oog op de Zyllaan- en Meyepolder. Dat ge bied is, naar de mening van B. en W. van Leiden, bij uitstek geschikt om een decJ van de Leidse behoefte aan arbeiders woningen op te vangen. Het zou voor Leiden van groot belang zijn als het de bouw van deze woningen ln eigen hand had. Sanering van de bin nenstad en verplaatsing van de bevolking naar nieuwe wijken zullen pas dan tof goede resultaten leiden (ook met het oog op de sociale begeleidingsmaatregelen als dit gehele complex van voorzieningen in handen van één gemeentelijke over heid is. Bovendien is de belangstelling van de gemeente Leiderdorp voor d( bouw van arbeiderswoningen gering. Leiden is de aangewezen gemeente on de bouw van arbeiderswoningen in d» Zijllaan- en Meyepolder te verwezenlij ken, aldus het Leidse gemeentebestuur. Het voert ook het bezwaar aan, da binnen een samenhangend woongebied van vrij beperkte omvang tegen de stad aan een nieuwe zelfstandige stad van on geveer 40.000 inwoners zou ontstaan; naar Leiden meent is dat in hoge mate onge- B. en W- van Leiden doen thans de suggestie een deling van dit gebied toe te passen, en wel zodanig dat de ge meentegrens zou komen te liggen in een brede recreatiezone tussen een woonwijk met overheersend midden standswoningen (Leiderdorp) en een met overheersend arbeiderswoningen (Leiden). Het bezwaar dat de kom van Leiderdorp zou worden geraakt of doorsneden en de bestaansmogelijkheid van de gemeente ernstig zou worden aangetast zou dan naar de mening van B. en W. van Leiden op een bevredi gende wijze zijn ondervangen. B. en W. geven nog een motivering van het feit dat zij de grens met Leiderdorp opnieuw aan de orde stellen. Ten eerst® Is ook Leiderdorp ditmaal bij de grens- wijzigingsvoorstellen betrokken (een klein stukje van Oegstgeest, in de buurt van de Zijl, zou bij Leiderdorp worden gevoegd - red. N.L.C.), ten tweede heeft het compromisvoorstel van Leiden hoofd zakelijk betrekking op nog onbebouwd gebied en ten derde wordt Leiderdorp in het Leidse voorstel nog ruime mogelijk heid tot verdere uitgroei gelaten Het tempo blijft evenwel B. en W. van Leiden het zwaarst wegen. Zjj geven de raad dan ook in overweging bij de ter slechts aan te dringen op eei stige bestudering van het compromis voorstel als dit niet tot een aanzienlijke verlating van het tijdstip van de grens wijziging zou leiden. In het andere geval verdient het de voorkeur, op een later tijdstip de kwestie van de grens mei Leiderdorp opnieuw aan de orde te stel- Oegstgeest De mening van de minister dat voor overgang van het gebied tussen de spoorlijn naar Haarlem, de Broekweg en de Haarlemmertrckvaart van Oegst geest naar Leiden niet voldoende aan leiding zou bestaan, kunnen B. en W. van Leiden niet delen. Veel meer dan de spoorbaan vervult de vaart een scheidende functie. Dit gebied, groot 33 ha, heeft in het structuurplan bestemming voor recreatieve doelein- u. en w. van L.eiaen waren bereid ons deze tekening af te staan, waar op de deling van het gebied waar de gemeente Leiderdorp haar uit breidingsplannen wil realiseren, is aangegeven overeenkomstig de wens van Leiden. Deze tekening toont aan, dat de gemeente Leiden het grootste ge deelte van de nieuwe polders wil hebben (met de letter A in het cen trum), te weten de Boterhuispolder en de Zijllaan- en Meyepolder. Daar zouden overwegend arbeiderswonin gen moeten worden gebouwd. Leiderdorp zou de Munnikenpol- der (met de letter B) behouden voor de bouw van middenstandswoningen. Wat Leiden erbij wil bevindt zich binnen de onderbroken lijn. den, zowel voor de Leidse bevolking als voor de universiteit. B. en W. vra gen zich af of Oegstgeest voldoende be reidheid zal tonen deze voorzieningen te treffen. De aanleg van een universitair sport centrum dient door Leiden tc worden verwezenlijkt. Als allerlei voorzieningen van dien aard ten oosten van de spoorlijn zouden moeten worden verwezenlijkt, zou dit gaan ten koste van ruimte voor de bouw van woningen in de toekomstige Merenwijk, wal volstrekt onaanvaardbaar moet heten. Voorts wijzen B. en W. erop, dat ver schillende moeilijkheden definitief kun nen worden vermeden als het gehele voor de universitaire uitbreiding bestemde ge bied binnen Leids territoir wordt ge bracht. De grens is nu zo getrokken dat deze dwars door het ketelhuis var in aanbouw zijnde chemisch laboratorium De bezwaren van Leiden tegen het „Oegstgeest blijven" van de terreinen Endegeest zijn, zo schrijven B. en W., verminderd van kracht. Het gaat hier om Leidse instellingen met bewoners die in overgrote meerderheid geen enkele band met Oegstgeest hebben. Daar komt nog by dat de ontworpen grens een onregelmatig verloop heeft en als het ware een soort enclave in Leids gebied schept. Bij rechttrekking van de grens hier zijn voor Oegstgeest, naar B. e van Leiden menen, geen andere dan financiële belangen betrokken. Het trum van Oegstgeest verschuift steeds meer in noordelijke richting. Zoeterwoude B. en W. betreuren het ook, dat het Zoeterwoudse gebied langs de Hoge Rijndijk volgens het laatste ontwerp buiten de grenswijziging is gebleven. De geringe resultaten die in de afge lopen vier jaar voor het industrieschap De grote Polder zijn bereikt geven B. en W. niet het vertrouwen dat door middel van deze gemeenschappelijke regeling het beoogde doel spoedig kan worden bereikt. Voor het vaststellen van een uit breidingsplan en voor grondverwer ving door middel van onteigening kan alleen die gemeente zorgen waarbin nen de grond ligt, dus Zoeterwoude. De resultaten zijn gering, voornamelijk omdat de Leidse industriële belangen niet parallel lopen met de Zoeterwoud se agrarische belangen. De Leidse belangen worden het best gediend als de gehele bestuursbevoegd heid over het industriegebied bij Leiden wordt gebracht. Naar dit gebied zullen ook bedrijven moeten worden overge plaatst die in verband met de komend® sanering van de binnenstad hun tegen woordige plaats moeten verlaten. Ook is dit gebied gedacht als mogelijke ves tigingsplaats voor een nieuwe krachtcen trale van de stedelijke fabrieken voor gas elektriciteit. Voor vervolg zie pag. 4, Kinderspeelplaats in het noorden van Leiden Zoals gemeld, willen B. en W. het ter- ein op de hoek van de Julianastraat n de Bernhardkade doen inrichten als tijdelije kinderspeelplaats. Het terrein bestemd voor de bouw van een dubbele kleuterschool maar er zal nog wel ge- e tijd overheen gaan voordat vereiste vergunningen voor deze bouw binnen zijn. De kosten van aanleg de speelgelegenheid zijn geraamd op ƒ9300. Het plan is zo eenvoudig moge lijk gehouden. TT/ETHOUDER Piena heeft gisteren op een persconferentie meege deeld, dat het gedeelte van de Haar lemmerstraat tussen de Prinsesseka- n de Pelikaanstraat omstreeks 15 november van een onder- en tussen laag zal zijn voorzien zodat daar het. verkeer dan weer zal worden toege- Tussen de Pelikaanstraat en de Ha ven zal de tweede laag rond 1 decem ber zijn aangebracht. Dit onder voorbehoud dat het weer de werkzaamheden niet zal vertragen. Het drie centimeter dikke bovendek zal niet eerder worden aangebracht dan in de tweede helft van 1963. De eerste en tweede laag moeten eerst worden „ingereden". De wethouder deed deze medede ling om een zekere ongerustheid, met name in de kring van de winkeliers, weg te nemen. Als het verkeer weer wordt toege laten, zal ook de nieuwe verkeersre geling. die de geme.enteraad enige tijd geleden heeft aangenomen, van kracht worden. Het aanbrengen van de bovenlaag in de tweede helft van 1963 zal slechts enige weken vergen. Aan de plannen voor ingrijpende voorzieningen aan de Breestraat wordt met voortvarendheid gewerkt. B. en W. verwachten, dat omstreeks 1 maart 1963 met de verwijdering van de tramrails zal worden begonnen. Daarna wordt het wegdek weer dicht gemaakt. De eigenlijke reconstructie zal pas in 1964 beginnen. Het werk zal in etap pes worden uitgevoerd, dus niet zoals de vernieuwing van de Haarlemmer- De Breestraat zal van een gesloten wegdek worden voorzien. Aan beide zijden zal een riolering worden aange legd, zowel voor de afvoer van het hemelwater als voor de huizen. Ook zal aandacht aan de trottoirs er verlichting worden besteed. Van te voren zal met de winkeliers overleg over het een en ander worden ^riJ KUNNEN niet aannemen, dat als dc minister zou ingaan op deze onver- o^„^-Wa0hte 1,e"'atting van het Leidse initiatief, de procedure niet opnieuw ernstig zou worden vertraagd. m°S!1Uk' 1at.«cn dergcUjke wijding niet op zich- zeil zou staan. Stel dat een deel van Leiderdorp naar Leiden gaat, moet Lei derdorp daarvoor dan nog een compensatie ontvangen? Zo ia. zal de gemeente Zoeterwoude dit offer moeten brengen? Maar hoe kan dat, als de minister het f®, *T..jan de Roge R,-»nd,Jk bij Zoeterwoude wil houden en als Leiden tege- Ihmll/h" beroep op de minister doet om dit gebied voor zijn industrie srEÏJ?™Leiden te voegen? Dat wordt wel een grandioze touwtrekkerij: Zoeterwoude, Leiden en Leiderdorp allemaal op de Hoge Rijndijk. Maar geen nood, want Leiden is van oordeel, dat Leiderdorp een groot stuk \an zijn noordelijke gebied kan missen zónder er iets voor te ontvangen, „ifhrpirmfi 5 i VSag v?or\)ve,ke waarde moet worden toegekend aan de uitbreiding die Leiderdorp in zijn nieuwe polders reeds volop is begonnen, en van hn^rht'T-nSKWaar?e«de ui„tvoerinS va" d"e vérstrekkende plannen p,«i«e"„rd" 'vohrokken? C a'S d°°r Lelde" ^ni«f,?£Zie a van k-'L'u.4 dat een dcri»e,'jkc omzwaai een nieuw e procedure k n Z,C. er zoveel vraRen en problemen voor, dat er, naar nnnl geen enkc!e K4rond B voor de verwachting dat Leiden op dit pirnt genoegdoening zou ontvangen. 1 9?, dl£ ogenblik zien wij in het streven van Leiden niet meer dan een tc hebben P°g g' d'C we,,icht ook n°S te Iaa* om enig succes ™&Dd jaar zijn er verkiezingen voor dc Tweede Kamer; wil de huidige minister van binnenlandse zaken deze al zo lang lopende grenswnzigings- kwestie nog tot haar eind brengen, dan ia er geen tijd meer t^eTE? Leiden stelt ten slotte voor, dit alles dan maar bij een latere wet te regelen als zijn voorstel de zaak ernstig zou ophouden. "geien JU de Pannen van Leiderdorp voor het omstreden gebied kent en rekening ilfrtp l^H goedkeuring die hogere organen aan de functie van Leiderdorp in de Leidse agglomeratie hebben gegeven, ontkomt niet aan de vraag of het breidbar van^I p 2** executie niet nodig" zou z^de uiU in" Leiderdorp, recel zowel als op papier, onverwijld stop te zetten Wij wagen het te betwijfelen, of hierin enige kans van slagen is verborgen. ncan tar (Van een onzer redacteuren) LTET LEIDSE GEMEENTEBESTUUR heeft voor een nogal grote verrassing gezorgd door de aandacht van de hoge autoriteiten weer eens op Leider dorp te vestigen als de gemeente die beslist bij de grenswijziging behoort te worden getrokken, willen de Leidse belangen niet fundamenteel gevaar lopen. Reeds in juni 1961 vroegen B. en W. van Leiden zich af, of er voor Leiden nog wel de nodige armslag bestond om er in dat stadium nog op aan te dringen, Leiderdorp alsnog bij de grenswijziging te betrekken. „Het staat wel vast", zo schreven B. en W. van Leiden toen aan de raad, „dat de behandeling dan opnieuw grote vertraging ondervindt en een beslis sing weer geruime tijd wordt verschoven. Hoezeer wij ervan overtuigd zijn, dat onze verlangens ten aanzien van een deel van het Leiderdorpse grondge bied volkomen gewettigd zijn, nog klemmender achten wij op dit moment in 't belang onzer gemeente dat de grensregeling zo spoedig mogelijk haar beslag krijgt. Dit heeft ons na rijp beraad doen besluiten af te zien van het doen van voorstellen, waardoor een nieuwe gemeente bij de grenswijziging zou worden betrokken". m.» Het doet nu wat vreemd aan, dat B. en W. van Leiden anderhalf jaar later, nu de teleurstelling over de uiterst traag voortgaande procedure ongetwijfeld nog veel groter moet zijn, schrijven: „Ondanks de omstandigheid dat nu meer dan ooit een grenswijziging voor de gemeente Leiden een uiterst dringende zaak geworden is en elke onnodige vertraging dient te worden vermeden, hebben wij gemeend, de kwestie van de grens met Leiderdorp opnieuw aan de orde te moeten stellen". De gemeenteraad besloot dus medio 1961 niet meer aan te dringen op wij ziging van het ontworpen verloop der gemeentegrenzen, en hem wordt thans nogmaals: anderhalf jaar later voorgesteld dit wél te doen, weliswaar met de restrictie dat dit niet opnieuw tot een aanzienlijke vertraging van de procedure mag leiden. ^/IJ KUNNEN ons niet aan de indruk onttrekken, dat het gemeentebestuur van Leiden hier een laatste poging heeft ondernomen om er uit te halen wat er eventueel uit te halen is. Deze poging nu hoe grondig men haar argumentatie ook mag vinden lijkt wat irreëel. Hoe kan bij B. en VV. van Leiden in dit bijna laatste stadium van de pro cedure de hoop zijn ontstaan, dat de suggestie van Leiden om Leiderdorp er alsnog op deze wijze bij te betrekken, niet tot aanzienlijke vertraging zou leiden, als zij dit al in juni 1961 wèl duidelijk hebben gevreesd, zo duidelijk zelfs dat men Leiderdorp toen maar in arren moede in zijn besluitvorming buiten beschouwing heeft gelaten? Nu het rechtstreeks op een beslissing aan gaat, wordt juist datgene erbij gehaald wat anderhalf jaar geleden werd los gelaten omdat bij handhaving ervan de Leidse belangen zouden worden ge schaad. 6 B. en W. van Leiden zeggen nu, dat tegen het betrekken van Leiderdorp bij de grenswijziging te minder bezwaar bestaat omdat de minister dit al heeft gedaan door de punt van het grondgebied van Oegstgeest die over de Zijl heensteekt bij Leiderdorp te voegen. Wij vragen ons af, of deze interpretatie bij de minister veel indruk zal maken. Naar het ons voorkomt, is hier niet zozeer sprake van een grenswijziging als Va" e*n «e,jyo«d,ee grenscorrectie, die zo logisch is dat er eigenlijk geen woord over behoeft te worden gezegd en die „automatisch" wordt aangebracht nu er aan de gemeentegrenzen in de agglomeratie toch moet worden gedokterd. Van een wijziging in de zin van de overige voorstellen is hier niet in het nnnst sprake. Dus kan moeilijk staande worden gehouden, dat de minister met deze sim- i£n StSf" id de V°Ue Z'n deS dil ioPoat. W0)rdn?t wel duidelijk als men het ministeriële stuk van september 1962 leest. Dit bestaat uit een inleiding en drie gedeelten onder de kopjes Voorschoten, Zoeterwoude en Oegstgeest. In zijn inleiding brengt de minister Leiderdorp ter sprake. Hij releveert, dat Ged. Staten tot het inzicht waren gekomen dat, nu Leiderdorp zich vooral de laatste jaren een krachtige ge meente heeft getoond, voor een ernstige aderlating van Leiderdorp niet vol doende aanleiding bestaat. De minister voegt hieraan slechts toe, dat hij zich over dit standpunt van Ged. Staten verheugt. Daaruit kan worden afgeleid, dat de minister dc grenswijzigingskwestie voor wat Leiderdorp betreft als afgedaan beschouw t. En de gemeenteraad van polders ,n n nog 5esteund d* richting van de Leiderdorpse van deze zuivere, lichte tabak, rolt u de lekkerste Amerikaan. beroemde Maryland bovenuit. Altijd vers in plastic pouch. Ook lekker in uw shagpijp.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1962 | | pagina 3