Gezin en school moeten elkaar dichter naderen Je Maintiendra Ds. W. A. Wiersinga verliet geref. evangelisatie Primaire taak voor ouders Huiswerk Dr. Tilanus waarschuwt tegen het humanisme Een woord voor vandaag Hervormde synode richt zich tot hoofdlegerpredikant Italiaanse bisschoppen vormen eigen blok 55 DONDERDAG 1 NOVEMBER 1962 Gistermiddag heeft ds. W. A. dikant afscheid genomen van z\jn Wiersinga (links) de bekendelevenswerk. Hij wordt in deze gereformeer.le evangelisatiepre-functie opgevolgd door ds. P. B. Suurmond (rechts). O 7 I kéren. Met dankbaarheid en waardering Lts. zuurmond nam. *pr iu*™ v.» de dienst der kerken, wetende dat zijn zijn taak over De Evangelisatie-sector der Gereformeerde Kerken mag ge rust acte de présence geven en ze deed dat gisteren ook, midden in de vaart van het werk, doordat zovelen uit het hele land naar Baarn gekomen zijn om het af scheid te vieren van ds. Wiersin ga als predikant in algemene dienst. De eerste die door Gene rale Deputaten voor het evangeli satiewerk werd benoemd en aan wiens enthousiaste, steeds stimu lerende leiding het te danken is dat wij deze wijd-vertakte organi satie mogen bezitten. Aldus dr. P. G. Kunst in zijn ope ningswoord namens Generale Depu taten voor de evangelisatie-arbeid in de samenkomst, gehouden in de Ge ref. Kerk aan de Oude Utrechtseweg, waar vele prominente figuren en medewerkers uit de dagelijkse arbeid aanwezig waren om getuige te zijn van de wisseling van de wacht. In een historisch exposé schetste dr. Kunst de ontwikkeling van het Geref. evangelisatiewerk sinds 1923, toen de Kerk haar positie bepaalde en uitsprak dat ilj als instituut geroepen was de naam van Jezus Christus uit te dragen. Dat bet van een uitspraak kwam tot een wei-geordend werk ls, naast Gods zegen, te danken aan de man op de valreep: ds. W. A. Wiersinga. Als opvolger van wijlen ds. Hagen van Delft wist h.j het mede door deze in 1928 opgerichte Verbond van Geref. Evangelisatiecommissies saambindend en bezielend, steeds verdiepend en uit breidend de grote plaats en betekenis te geven die het toekwam. Zonder af laten wees hij kerkeraden en commis sies op de plaats der gemeente als ver kondigster van het Evangelie. Gelukk.g is dit alles niet het werk van één man geweest. Er groeide groep medewerkers, mede dank zij het opleidingscentrum, en na de zelfstan digwording van ,.De Nijenburgh", het vormingswerk. Merkwaardig ls dat wel specifiek op het terrein der evangelisa tie de kerk in aanraking komt met al lerlei facetten van het moderne leven, waarom het wel eens als een ..lastpak' werd aangezien. Hoeveel kontakten wa ren er niet met andere kerken, „soms tot verdacht-wordens toe", maar Wier singa genoot, ten-volle-verdiend, aller vertrouwen. dienst aan Jezus Christus voortduurt tot de grote aflossing. Zijn opvolger, ds. P. B. Suurmond treedt hij met hetzelf de vertrouwen tegemoet. Aan de band van meerdere jaartal len toonde laatstgenoemde aan hoe klein hij zich voelt bij zijn zoveel oudere en meer ervaren voorgangers als dr. Kunst en ds. Wiersinga. Maar ten slotte leerde hij van laatstge noemde dat ook deze beleed niets te hebben om anderen voor te zetten". Juist wanneer de discipelen de we reld worden Ingezonden verdwijnt hun verbeelding en vragen zij ootmoedig: Heer. leer ons bidden. De nood van de discipel mag intussen nooit ego centrisch zijn. Het moet altijd de nood zijn om die ander. Op deze wij ze zal de kerk, niets hebbende, toch tegelijk alles hebben. Nadat prof. dr. G. Brillenburg Wurth met dankgebed deze druk-bezochte sa menkomst had besloten, verzamelden velen zich voor de koffiemaaltijd in ,,Het Brandpunt", bezichtigden meerde ren ..De Jelburg" en Nijenburgh om vervolgens de receptie bij te wonen, die van 14.30 tot 16.30 in het Evange lisatiecentrum werd gehouden. Bijbels Eén facet van de vele en velerlei beid door hem verricht is wel, dat hij steeds benadrukte dat de kerk-mens bij de opgebouwde organisatie diende be trokken te worden. Op verantwoord bij belse wijze heeft ds. Wiersinga in d« Geref. Kerken het klimaat voor het ge tuigenis bevorderd en verdiept. En ui terst dankbaar is de synode voor het grote werk, door en rond hem gebouwd. Een bijzonder woord van grote dank en waarderl - ging ook uit tot de schel dende penn'ngmeester, de heer W. den Boesterd, in 1946 door de synode van Zwolle als enige „leek" aangewe zen om het college van predikanten te assisteren. Op eminente wijze toonde deze hoe hij met „kerkegeld" om gaan. Hij wist immer een gezond e wicht te bewaren en deputaten hebben steeds met vreugde deze arbeid gade geslagen. Grote dank Ds. P D Kuiper voorz. van de laatst gehouden Gen. Synode trachtte ..met waardigheid en in goede stijl" de bij zonder grote dank van de gehele syno de over te brengen. Hij wees op de ver trouwenspositie die deze functionaris in nam en diens opvolger zal innemen. Want de synode gaat niet over één nacht ijs. Het belangrijke van het werk, door ds. Wiers.nga verricht is dat we kunnen zeggen: Hij heeft niet alleen de kerk gediend maar ook het Koninkrijk Gods. maar tegeliik: Niet alleen het Ko ninkrijk Gods. óók de kerk. Hoe vaak heeft hij niet gezegd tot mensen die licht en leven verwachtten maar nooit konden vinden: U staat met uw rug naar de rijzende zon. U moet zich be- Beroepingswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Veenendaal: dr. C. Graafland, te Woerden; te Oud-Beijer- land: J. J Poot, te de Bilt; te Arnemui- den: J Vroegindewey, kand. te Bleis- w»jk; te Foudgum: J. J- J. Winckel. te Vorchten; te Hillegersberg-Terbregge: J v. d. Heuvel, te Ede. Bedankt voor Woudenberg: W. Vroeg indewey, te Barneveld; voor Leiden: J Jongerden, te Bruchem en Kerkwijk. GEREF. KERKEN UNIE VAN BAPT. GEM. Receptie De dichte drom der dicht-opeengepak- te bezoekers kwam tot stilstand toen P. G. Kunst namens Generale De putaten en uit naam van alle Gerefor meerde Kerken ds. en mevrouw Wier- inga hartelijk gelukwenste met deze dag Waar ds. Wiersinga steeds heeft aangedrongen op een prediking niet al leen van het Woord maar ook met de daad, wil spr. daaraan gaarne gevolg ren en overhandigt hij zijn scheiden collega een foto van een secretaire, Louis XVI-stijl die straks de Hilver- nse woning zal opluisteren. Aan de afgetreden penningmeester W. J. den Boesterd offreerde hij een vol-automa- tische dia-projector met scherm als bliik van de zeer grote waardering voor het volbrachte en steeds accurate Eensluidende conclusie op Nat. Studiedagen (Van onze onderwljsredactie) "PkE Nationale Studiedagen over U gezin en school, die deskundi gen op onderwijsgebied en belang stellenden in de functie van het gezin twee dagen in Rotterdam bijeen hebben gebracht, zijn gis termiddag besloten. Zij hebben de deelnemers in de referaten van prof. dr. Ph. J. Idenburg en dr. J. P. Chr. de Boer blijkbaar zo veel stof tot discussie gegeven, dat twee rapporteurs in een ple naire bijeenkomst slechts bondige samenvattingen vermochten te ge ven van de conclusies die ge spreksgroepen hebben getrokken. Dat met name de onderwijsspe- cialisten duidelijk is geworden, dat het gezin in de huidige samenle ving meer van de school verwacht dan het bijbrengen van parate ken nis was de scherpst omlijnde ge dachte, die op vel°riei wijze werd verwoord. (Van onderwljsredactie) ONDER alle wensen die op de Nationale Studiedagen over gezin en school zijn geuit (en die soms diep in het wezen van het onder wijsbestel Ingrepen) was er een die niet zozeer de filosofische als wel de praktische kant betrof: er zijn over het huiswerk-probleem duidelijke woorden gezegd. Vele gezinnen lijden onder de last van het huiswerk. Is het billijk dat kinderen zich 's avonds als hnn krachten goeddeels zijn verbruikt verdiepen in vijf ver schillende vakken? Werkt dat geen oppervlakkige kennis in de hand? En in alle discussie-groepen die op het huiswerk-probleem zijn gestuit, bleek men eensgezind van mening te zijn, dat het zinloos ls dat de kinderen tot één uur 's nachts werken. Dan liever, zo als andere deelnemers voorstel len iets kappen, omdat het on derwijs toch niet meer volledig ioloog dr. C. D. Saai heeft in zijn samenvatting voornamelijk aan dacht geschonken aan het functiever- van het gezin. Algemeen was men oordeel dat het gezin zijn kern functies dient te behouden. Het gezin behoort verantwoordelijk te blijven voor de primaire opvoeding, de scholen moe ten de secondaire opvoeding voor hun rekening nemen. De primaire opvoeding zij gericht op de persoonlijke betrek kingen binnen het gezin. Binnen zijn grenzen werkt ook de koesterende func- ontstaan emotionele banden en het gezin biedt zowel de volwassene als het kind veiligheid. Dan kunnen de in dividuen die het gezin vormen zichzelf zijn en laat de sfeer toe, dat spannin gen uitgepraat worden. Deze drie be langrijke kernfuncties dienen bewaard te blijven. Dat daarnaast de school flexibele randfuncties (gezondheidszorg, ontspanning) overneemt, kan het gezin slechts ten goede komen, mits de gren zen niet vervagen. Uit de veelheid van wensen die de congresgangers naar aanleiding van de beide referaten hebben geuit, willen we *7 enkele kort formuleren: Was het gezin vroeger gericht op arbeid, thans, in wat wij een modern gezin noemen, domineert het gesprek, dat is de nooit eindigende dialoog tussen ouders en kinderen. De vraag is nu in hoeverre de school een bij drage kan leveren tot dit nieuwe- sa menbindende element. Culturele ma nifestaties uitgaande van de school kunnen dienstbaar zijn, maar dan moeten de ouders ook actief bij die uitingen betrokken worden. Uit de referaten was de discussie groepen ook gebleken, dat de opvoe ding die de ouders geven een dualis tisch karakter draagt: in het prille begin wordt het kind geleerd zelfop offering te betrachten en de belan gen van de groep (het gezin) te la ten prevaleren, terwijl in de school leeftijd de nadruk gelegd wordt het de goede prestatie, waarmee het com- petitieëlement zijn intrede doet. In de school treedt al evenzeer een accentverschuiving op; de kleuter school stelt het kind als eenheid cen traal. later voeren de intellectuele functies de boventoon. Om nu het kind te blijven zien in zijn totaliteit zou de de ouders moeten deelnemen aan schoolactiviteiten, terwijl aan de an dere kant de docent, bijvoorbeeld door middel van huisbezoek, ook een meer volkomen kijk op de leerling zal krijgen. i Vroeger, zo noteerde dr. Saai, ging het allemaal veel eenvoudiger. Er was een cultuurpakket, dat nagenoeg ongewijzigd kon worden doorgegeven aan de volgende generatie. Dat pak ket was toereikend. Nu, in wat uiten treuren de dynamische maatschappij is genoemd, dient men steeds meer kennis te vergaren. Zou het daarom niet zinvol zijn beperkingen te over wegen? Welke ouders kunnen nu nog een complete opvoeding geven? Con clusie: een zeer nauwe samenwerking tussen school en gezin wordt met de dag belangrijker. Ver. chr. volksonderwijs humanistisch geven, dat ook kan worden gesubsi- de openbare scholen Dr. H. W. Tilanus, voorzitter van de Vereniging voor Christe lijk volksonderwijs, heeft van morgen bij de opening van de algemene vergadering van deze organisatie in Utrecht een waar schuwend geluid laten horen te gen het sterk opdringen van het humanisme, ook op het gebied van het onderwijs. In dit verband noemde dr. Tilanus tikel 47 van het wetsontwerp op het voortgezet onderwijs dat door de Tweede Kamer is aangenomen. In dit artikel wordt de mogelijkheid geschapen, openbare scholen mingsonderwijs overheidswege dieerd. Het humanisme dringt zich thans grote felheid in het volksleven in. aldus dr. Tilanus, die herinnerde aan de op richting van het Centrum voor Humanis tische vorming, deze maand. De voor zitter van het Humanistisch verbond, dr. J P. van Praag, liet er bij die gelegen heid. volgens hem, geen twijfel aan be staan. dat de humanisten ook in de toe komst positief en constructief verdere bloei va willen bijdragen Dr. Tilanus meent, dat men er teveel van uitgaat, dat alle buitenkerkelijken als humanisten kunnen worden aange merkt. Men wil op deze manier openbare school als het ware manistische zuilenschool maken, hij Maar ik geloof dat de voorstanders van de openbare school er ernstig over moeten nadenken, of zij de openbare school hiermee wel dienen. Dr. Tilanus acht het de plicht van de christelijke onderwijsorganisaties waakzaam te zijn en zich de uitspraak van Luther voor te houden: „Als in een school Gods Woord niet regeert, raad ik niemand dat hij zijn kind daarheen zendt". Met zorg ziet dr. Tilanus de inwer kingtreding van de zogenaamde Mam moetwet tegemoet. Het ontwerp bevat, volgens hem. verschillende elementen die bedenkelijk zijn met het oog op de ontwikkeling van het onderwijs in Ne derland. Het kan, als de Eerste Kamer het wetsontwerp ook aanvaardt, nog wel jaren duren voor de wet van kracht wordt. Naar het oordeel van dr. Tilanus loopt men er hier en daar echter al op vooruit onder meer door de instelling van een inspecteur-generaal voor het onderwijs en door het creëren van een afzonderlijke inspectie voor u.l.o. en vglo. waardoor deze scholen nu al van het lager onderwijs worden losgemaakt Dr Tilanus deed ook nog enkele mede delingen over een eventuele samenwer king tussen de drie grote christelijke organisaties van schoolbesturen, de Ver eniging voor christelijk nationaal school onderwijs, de Vereniging voor christelijk volksonderwijs en het Gereformeerd schoolverband. Het overleg, dat begin 1962 werd geopend, zal worden voort gezet. De gedachten gaan allereerst uit naar een gemeenschappelijk inspecto raat, gemeenschappelijke jaarvergade ringen. publikaties en dergelijke, omdat wel gebleken is, dat de problemen in de persoonlijkheid. Deze opvoeding moet de eerste plaats in het gezin gebeu- ■L Prof. Fleig stelde vast dat de ouders vrijheid moet worden gelaten in de schoolkeuze en dat deze vrijheid van schoolkeuze geen verhoging van kosten mag inhouden. Vragen over brief Calmeyer aan Herv. synode Het lid van de Tweede Kamer, de heer Lankhorst (PSP) heeft de minis ter van defensie schriftelijk gevraagd of de bewindsman wil mededelen of de brief, die de staatssecretaris van defen- (koninklijke land- en luchtmacht) r aanleiding van het rapport van de generale synode der Nederlandse Her vormde Kerk „het vraagstuk van de kernwapenen" tot de hoofdlegerpredi- kant heeft gericht, een persoonlijk dan el een dienstschrijven was. Indien het laatste het geval is, wil de minister dan de tekst van die brief o leggen en mededelen of de inhoud van zijn instemming heeft, zo vraagt de heer Lankhorst. Hij wil verder weten welke betekenis moet worden gehecht aan het feit, dat de brief wel aan de hoofdlegerpredikant, met afschrift aar de legerpredikanten, en niet aan de hoofdvlootpredikant, met afschrift aar de vlootpredikanten, is gezonden. Indien het een persoonlijke brief var de staatssecretaris aan de hoofdleger predikant betreft, zo vraagt de heer Lankhorst, waarop berustte dan de op dracht om deze brief in afschrift aar alle legerpredikanten te zenden? Strookt de handelwijze van de staats secretaris met de inzichten der regering omtrent de juiste verhouding tussen kerk en staat, zo wil de heer Lankhorst tenslotte weten. „Wie gelooft wat wij gehoord hebben?" het lijkt een ver zuchting, maar het is maar een half citaat; Jesaja laat er namelijk onmiddellijk op volgen: en aan wie is de arm des Heren geopenbaard?" Het verhaal van de wortel die ont luikt ondanks de dorre aarde, de sombere typering van de man van smarten het is geen mensenwerk maar Gods werk. Het is Gods hand die de heilsgeschiedenis, de enige geschiede nis van deze wereld, leidt op Zijn wijze. EnGod open baart dat op Zijn wijze. Zo komt die vraag, die verzuchting zo ge wilt, in een heel ander licht te staan. Ook het geloof is het werk van God. Hij openbaart Zijn heilsgeschiedenis aan de werelden hij opent voor dat heil het hart van ieder van Zijn kinderen. We hebben het geschreven: miljoenen zijn zalig geworden omdat zij geloofd hebben in die Man van smarten, want elk van die miljoenen, ieder afzonderlijk, is er 'door God toe gebracht. Hoe? Ieder op Gods wijze. Maar die eenling die daar staat bij een open graf, die de zandkuil ziet èn de boodschap hoort over opstanding en een nieuw leven. Wees eerlijk: gelooft die een ling dan wèl dat dat koude graf het eind is van alles? Over „Vraagstuk kernwapenen' Calmeyer heeft bedoeling stuk niet begrepen Het moderamen van de gene rale synode van de Nederlandse Hervormde Kerk wil graag een gesprek hebben met de hoofleger- predikant en met de hervormde predikanten die deelnemen aan de geestelijke verzorging van de krijgsmacht. Deze wens heeft het moderamen te kennen gegeven in een brief die het heeft gestuurd aan de hoofdlegerpredikant. On derwerp van het gewenste gesprek Concilie beperkt debatten niet drie organisaties vrijwel dezelfde zijn. In het jaarverslag van de vereniging C.V.O. wordt vermeld dat het aantal scholen dat bij de vereniging is aange sloten in het afgelopen jaar met zestien steeg tot 1090. Arabisch kinderhuis ontvangt 150.000 uit Joods legaat De in 1930 overleden Joodse heer Chaim Marco Besso beschikte in zijn testament dat driehonderdduizend gul den moest worden geschonken aan de „armen van Palestina". Toen onlangs het testament werd opengemaakt vroe gen de nabestaanden zich af hoe de laatste wilsbeschikking ten uitvoer te brengen. In 1930 bestond Palestina nog en waren de armen in dat land zowel Joden als Arabieren. Thans is Palestina verdeeld en staan Arabieren vijandig tegenover Israël. Hoe dienen de driehonderdduizend gul den nu te worden uitbetaald? Palestina bestaat niet meer en het zou vreemd zijn als een Joodse erfenis ten goede zou komen aan Arabieren, die wellicht schieten. Een Salomo's oordeel was hier no dig. De helft van het legaat gaat naar de jeugd-Alija in Israël, een soort jeugd rode kruis, en de andere helft wordt ter beschikking gesteld aan een mis siepost in Jeruzalem. Deze heeft nu het geld aan een Arabisch kinderhuis, het St. Margaretshuis in Nazareth, ge schonken, onder voorwaarde dat een zaal van hét tehuis naar de heer Besso genoemd zal worden, opdat de kinde ren zullen weten dat een Joods man een deel van hun opvoeding betaalt Proefbundel met 102 gezangen Zeer waarschijnlijk zal nog dit jaar een proefbundel met 102 gezangen het licht zien. samengesteld door de sectie gezangen van de hervormde commissie voor het psalm- en gezangenboek. In deze bundel worden opgenomen schrift gezangen. liederen uit de oude kerk, uit de Duitse reformatie, de Engelse kerk, benevens oud- en nieuw-Nederlandse lie deren. In verband met het verlangen van de Oecumenische Raad van Kerken in Nederland om ten aanzien van het kerk lied tot een zo groot mogelijke samen werking te komen is er naast het con tact, dat reeds gelegd werd met de Ge reformeerde Kerken en de Evangelische Broedergemeente, thans ook contact op- Dr. K. A. M. Bogaert: benoemd aan de koninklijke militaire academie te Breda tot buitengewoon hoogleraar in de economie. Het tweede Vaticaanse concilie zal, naar het zich laat aanzien, zeker twee of drie jaren duren. De debatten zullen vrij zijn en blijven. Het presidium wenst vooralsnog de bisschoppen geen beperkingen op te leggen dan de tien-minuten-spreektijd welke Het contact tussen ouders en 1 j. school heeft blijkens de samenvatting door het reglement worat aan- bevolen. Dit heeft een gezagheb bend lid van het concilie-secre tariaat gisteren verklaard. Het voorstel van de aartsbisschop van Mechelen, kardinaal Suenen-s, om het aantal sprekers tot vijftig per onderwerp te beperken of een spreker per nationale of regiona le groep toe te laten, schijnt dus voorlopig van de hand te zijn ge wezen. Verwacht werd dat de beraadslagin gen over de liturgische vernieuwing tussen 15 en 20 november ten einde zullen open. Niet zeker is of daarna nog een nieuw rapport in behandeling kan worden genomen. Wel is van ver schillende zijden aangedrongen op spoe dig begin met het rapport over „de kerk". Dit is echter nog niet in druk verschenen. In brede kring schijnt ove rigens bezorgdheid te bestaan over de visie welke aan dit rapport van de theologische commissie ten grondslag ligt. Blokvorming Inmiddels lijkt het er op of de blok vorming doorgaat. Nu hebben weer de Italiaanse bisschoppen besloten om drie maal per week afzonderlijk bijeen te ko men. Zij hebben uit hun midden tien commissies opgericht, parallel met de tien commissies van het concilie. Zi; volgen hierin het voorbeeld van de Afri de directeur van het Onderwijs kundig Studiecentrum A. J. S. van Dam velen bezig gehouden. Hoewel een nadere informatie nuttig is, en een sfeer van vertrouwen schept, kan de praktijk soms bijzonder belemme rend werken(een leraar met 300 400 leerlingen kan slechts theoretisch in nader contact treden met de ouders). De school zou wel iets kun nen ondernemen. Al liet men maar de massale ouderavonden vervallen en werd er een gesprek georganiseerd met ouders van leerling-n uit één klas. Het resultaat zou een grotere openheid zijn en het gesprek zou niet verzan den in abstracties. Ten besluite van de studiebijeenkomst heeft gistermiddag prof. dr. P. Flcig. verbonden aan het Duitse ministerie van onderwijs, gesproken over „gezin en School in Europees perspectief". Prof. Fleig zei het noodzakelijk te achten, dat men in een toekomstig ver enigd Europa moet bedenken, dat het culturele leven, ook binnen de kleinste eenheid, volledige vrijheid moet worden gegeven. „Als men de cultuur regelt, socialiseert men de geest", aldus prof. Fleig. Hij vervolgde met te stellen, dat ter wille van de eenheid van Euro pa een cultuurprincipe gevonden moet worden, aan de hand waarvan de Europese landen hun schoolwezen kun nen opbouwen. Hij was van mening dat de opvoeding en de vorming van het kind wortelt in religie en wereldbe schouwing en zich derhalve moet be palen tot de kern van de menselijke kaanse bisschoppen die reeds eerder uit hun midden tien soortgelijke commis- es hebben benoemd. De Zuidamerikaanse bisschoppen zul len onder leiding van de aartsbisschop van Mexico een eigen vast secretariaat vestigen in het gebouw van de Caritas Internationalis. De Westeuropese bis schoppen vergaderen reeds van het be gin af aan afzonderlijk van tijd tot tijd om zich door specialisten te laten voorlichten. Herwaardering In deze bisschoppelijke conferenties op regionale basis wordt in het bijzonder aandacht besteed aan twee onderwer- namelijk het rapport over litur gie dat op het moment in behandeling is en een gewijzigd rapport over dit onderwerp, dat onder leiding van deze t isschoppelijke conferenties (en met van de zogenaamde centrale commissie) tot i is gekomen. Het tweede onder werp is dat van de herwaardering van het bisschopsambt een heet hang ijzer omdat op dit punt de strijd wordt uitgestreden tussen hen die nog verder willen -gaan op de weg van het vorige Vaticaanse concilie dat de onfeilbaar heid van de paus erkende, en hen die de bisschoppen groter verantwoordelijk heid willen schenken. Voorbereiding Het concilie staat op het ogenblik nog voor een geheel nieuwe organisatorische moeilijkheid. De 74 rapporten, die de centr. commissie reeds zijn gepasseerd en aan het concilie zullen worden voor gelegd zijn nog niet zo ver gereed dat zij ook gedrukt kunnen worden. Er zijn veel te veel amendementen naar vo ren gekomen, die vaak ver uiteen lie pen en het bleek ondoenlijk deze alle maal te verwerken. Daarom zijn de on afgewerkte stukken nu ter hand - ge steld aan de voorzitters van de tien commissies met het verzoek of zij ze verder willen voorbereiden voor de be handeling in de plenaire zitting. zal zgn het synodale geschrift: „Het vraagstuk van de kernwa penen" en bovendien de brief met bijlage van staatssecretaris Cal meyer die hij zond aan de hoofd legerpredikant en waarin hjj be paalde bezwaren tegen het syno dale geschrift naar voren bracht. Omdat het moderamen van mening is dat de heer Calmeyer „de bedoeling van het synodaal geschrift niet geheel juist heeft weergegeven", gaat het in deze aan de hoofdlegerpredikant - vooruitlo pend op het eventuele gesprek - reeds op die brief met bijlage in. Het stelt dat er een misvatting in het spel is, waar de heer Calmeyer als belangrijkste be zwaar naar voren heeft gebracht, dat de generale synode verzuimd zou hebben een even zwaar accent te pleiten handhaving en verdediging van de vrijheid als voor handhaving van de vre de. Niet alleen m het eerste hoofdstuk het geschrift, maar ook onder an dere in dat over „De verantwoorde oor- zo zegt de brief, kan gelezen wor den dat de synode van oordeel is, dat gerechtigheid en vrijheid als het niet anders kan, met geweld van wapenen moet worden gehandhaafd en verdedigd. Welke middelen? De vraag waar het in het geschrift om gaat ls echter, of daarvoor ook die mid delen mogen worden gebruikt, die. tot ge volg hebben dat zowel aanvaller als ver dediger ten gronde gaan en het leven op aarde wordt vernietigd. Het heeft het moderamen teleurge steld, zo kan men verder in de brief le- dat de heer Calmeyer aan het slot zijn brief „blijkbaar suggereert, dat de generale synode zich bij hen heeft aangesloten die uit angst een overgave aan de door het communisme bezielde Sowjet-dictatuur bepleiten". „Wij moeten er daarentegen op wijzen, dat het wekken van angst juist het doel n de 'balance of terror', die volgens velen het behoud van de vrede zou waar borgen. De generale synode heeft na drukkelijk daartegen gewaarschuwd en getracht betere wegen te wijzen", zo wordt opgemerkt. Pastoraal Het moderamen wijst er in de brief met nadruk op, dat het synodaal ge- hrift in de eerste plaats van pasto rale aard is. „Duizenden christenen hebben met grote gewetensconflicten te kampen door de problemen die door het bestaan en vooral door de moge lijke toepassing van kernwapenen wor den opgeroepen. In deze conflicten wil het geschrift trachten een weg te wijzen, enerzijds opdat geen voortijdige en onverantwoorde beslissingen wor den genomen en anderzijds om te ver mijden dat elke beslissing wordt ont weken", zo wordt gezegd. De synode verwacht van haar geschrift vooral dat al degenen die op dit punt bijzondere verantwoordelijkheid dragen, gedron gen door de overtuiging dat kernwa penen niet alleen niet kunnen maar ook niet mogen worden gebruikt, met te grotere inspanning die wegen zullen bewandelen die tot het voorkomen van oorlog zullen leiden. Van deze brief van het moderamen aan de hoofdlegerpredikant is een af schrift gezonden aan staatssecretaris Calmeyer. JN de Troonrede is deze herfst gezegd dat we in 1963 gaan herdenken, hoe Nederland in 1813 na de Franse bezetting herrezen is, en dat een Comité onder leiding van Prinses Beatrix zich zal belasten met de voorbereidselen tot de ze plechtigheden. Het bericht schijnt met „ge mengde gevoelens" ontvangen. Niet dat enig ka merlid alle perken der etiquette te buiten ging en goed- of afkeuring betuigde. Uit televisiede batten weten we weliswaar dat de kamerleden heen en weer stuiven als opgejaagde kippen, zo dra enige knuppel in hun hoenderhokje valt, maar dan zijn ze „onder ons" in vorstelijke presentie bewaren ze hun decorum. Doch de pers is over het algemeen nog al aarzelend in zijn reacties geweest. Mogeliik hebben zoveel cala miteiten na de derde dinsdag van september ook wel het hele plan doen vergeten? De meningen waren in ieder geval duidelijk ver deeld. Sommigen smaalden: „Er valt nog al wat te herdenken! In de laatste anderhalve eeuw zijn we practisch alles kwijtgeraakt. Amsterdam is niet langer het centrum van de wereldbeurs, en Indië ging tot en met verloren: we zijn thans zowat het kleinste stipje op de wereldkaart...!" Het zijn knies oren, die dit zeggen vind ik. Anderen wierpen tegen: „Hoe nu, we zijn juist op weg naar een verenigd Europa, en we maken deel uit van het Westerse blok. Waarom dan zo nadrukkelijk oude koeien uit de sloot gehaald? De Fransen zijn. innig verbonden met onze meer re cente bezetters, onze beste kameraden geworden. De vaderlandse geschiedenis met al die vervelende oorlogen waarmee onze kinderen hun arme hersen tjes afkwellen, is volkomen achterhaald. Nog daar gelaten dat allerlei provincies tegenwoordig juist betuigen dat we die hele geschiedenis altijd ver keerd vertelden. Waarom dan nu deze anachronis tische herdenking?" Nog anderen meenden dat anderhalve eeuw te lang geleden is. Bij een eeuwfeest heeft men nog contact met het gebeurde. Niet dat de strijders van toen dan als veteranen méémarcheren, maar velen hebben deze oudgedienden nog in eigen jeugd ge kend. De herinnering aan het verleden lééft nog. Dat is zeker waar. De laatste oorgetuige, die mij verhalen over de Franse bezetting deed, was een ruim honderdjarige tijdens de Duitse bezetting. Een merkwaardige belevenis. Op straat trokken troepen voorbij en zongen van het bloempje Erica, maar opeens seheen het decor te veranderen en hun „Heil Hitier!" klonk me als „Vive l'Empereur'" Doch terwijl men in 1913 overal dergelijke mensen tegenkwam, die van horen zeggen wisten wat 1813 betekend had, zijn deze deskundigen thans lang ge storven. Toch, dwars tegen alle betweters in. handhaaf ik mijn mening dat het plan uit de Troonrede wijs en juist is. Om meer dan één reden. Allereerst omdat het een bijbelse visie verraadt. God wil dat we on ze vierdagen vieren, ons Zijn reddingen herinneren en onze dagen zo op de juiste manier tellen. En hoe meer we er bij stilstaan hoe we eens uit aller lei ellende werden verlost, hoe meer we ook bepaald vele daardoor geboden OE WUKPREDIKANT1 Iets anders: een verenigd Europa is geen alle gaartje, waar alle landen als vruchtjes in een bowl ingekwakt worden. Het is een bewust samengaan van naties, die hun eigen inbreng hebben uit eigen achtergronden. Laten we speciaal de hoofdstukken „Reformatie" en „Oranje" die bijéén horen uit onze vaderlandse geschiedenis nooit vergeten; ik heb zo de indruk dat die hoofdstukken niet overal in Europa aan den lijve bekend zijn. Maar er is nog een derde facet aan deze zaak. Geef de jeugd van vandaag toch vooral wat fees ten mee op hun levensweg. Dat is een onvergete lijk en onwaardeerbaar geschenk. Hebben onze Vorstin en onze niet meer piepjonge regering aan hun eigen jeugdvreugden gedacht, toen dit plan ge opperd werd? Zij weten dat zulke festiviteiten je leven stempelen en richten. Want o, dat eeuwfeest in 1913! Met duizenden kinderen samen op de Gro te Markt in de schaduw van de Martinitoren. En daar, ten overstaan van Koningin Wilhclmina, zin gen: „Wat was er de leus van ons vorstenhuis im mer? Je maintiendrai..." Misschien was de exegese die het lied aan die leus gaf wel fout. De nadruk viel op wat vorsten doen. en niet op wat God doet. alleen maar mogelijk als men weet stand houdt. Dèt zag de gelegen- het hoofd. Dat ontdek je lied ook al cement ..Handhaven' dat God heidsdichter in 1913 later wel. Maar dan „dat harten bindt, als muren breken tot puin ia t end..."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1962 | | pagina 2