De kroning van George VI
E
'5
E
voor u Qelezen
'5
0)
K
o
(0
0
L
0
E
Uw probleem
....is het
onze niet
tf)
Rook-
tempel
VOOR ONS
Op vrijersvoeten
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 12 MEI 1962
DE WERELD
25 JAAR
GELEDEN
door
G. PUCHINGER
„Voor de vrije en vreedzame samenliang van een geweldige en gevarieerde maatschappij
zoals Engelond of Groot-Britannië of hel gehele Britse rijk. is liet van het eerste belang
oni als voorwerp van gemeenschappelijke trouw epn persoon te hebben, die geen partij
man is. noc minder dictator. Personen zijn meer geschikt dan ideeën om geestdrift t«-
verwekken in het hart van het eenvoudige volk. Geen „Feest van dr Constitutie" zou zo
warm gevierd zijn als een Koninklijk jubileum of een kroning. Dr Koning vertegenwoor
digt ons alleen: hij is óns in onze verenigde hoedanigheid: maar hij is ook zichself: daar
Prof. dr. G. M. TREVELYAN O.M.
Coronation-nummer van de „Times"
(11 mei 1937)
„De ontroerende gevoelens waardoor het Engelsrhe volk en het volk van het Empire zullen worden be
wogen bit de kroning van het Koningspaar, zullen gemakkelijk weerklank vinden in ons eigen volk.
dat met even onwrikbare trouw en aanhankelijkheid rondom den troon der Oranjes staat als het Empire
rondom den troon der Windsors."
„Algemeen Handelsblad"
(8 mei 1937)
Twee grote gebeurtenissen
«lechts onderbreken het Britse
nationale leven: de dood van de
monarch, en de kroning van de
opvolgende souverein in de
Westminster Abbey.
Allen die zich de kroning her
inneren van koningin Elizabeth
II, op 2 juni 1953, weten dat
deze plechtigheid een maanden
lange voorbereiding vergde,
niet alleen voor de er bij be
trokken functionarissen en gas
ten, maar ook voor het feest
vierende volk, tot in de kleinste
dorpen en gehuchten.
Anglicaanse kerk
Men moet enigermate op de
hoogte zijn van de Engelse ge
schiedenis en van de liturgie bin
nen de Anglicaanse Kerk, om te
verstaan wat hier plaats grijpt:
een uniek gebeuren, dat zowej
staatkundige als kerkelijke bete
kenis heeft.
Niet alleen een koning wordt
gekroond, maar ook wordt mét
de zalving en kroning het hoofd
van de Anglicaanse kerk geïntro-
niseerd.
Want niet de aartsbisschop van
Canterbury, maar de Engelse ko
ningtin) Is het hoofd van de
Anglicaanse kerk, en wie het ri
tueel binnen deze kerk kent, haar
liturgie en gebeden, weet welk
«en sterk religieuze plaats de ko
ningtin) inneemt in deze kerk,
die zich tijdens het bewind van
Hendrik VIII losmaakte van de
Romeinse hiërarchie in Italië.
Men doet er echter goed aan de
insulaire reformatie van Enge
land streng te onderscheiden
van de continentale reformatie
van het Europese vasteland, die
vooral naar voorbeeld van Lu
ther en Calvijn verliep.
Insulaire reformatie
De leiders van de Engelse (in
sulaire) reformatie vreesden dat
de continentale theologen te ver
gingen in hun strenge poging de
kerk van gebreken te zuiveren en
daartoe te verlossen van al wat
herinnerde aan de oude glorie van
de door Rome geleide wereld
kerk der middeleeuwen. Terwijl
het vasteland, onder leiding van
Luther, Calvijn en Zwingli. de re
formatie radicaal ter hand nam,
alles de deur wijzende wat niet
strikt noodzakelijk was (maxima
le reformatie!, wensten de insu
laire reformatoren de band aan de
historie in kerkbeheer en liturgie
zoveel mogelijk té handhaven, cn
helden over tot minimalisme: zo
min mogelijk wensten zij te ver
anderen in de kerk. mits maar
de misslagen van bijgeloof en
vreemde overmacht (pausdom)
werden afgewezen.
Het is daarom een ernstige fout
in de theologische discussie
steeds weer over ,.de" reformatie
van de zestiende eeuw te spreken,
en daarmee dan uitsluitend de
continentale reformatie te bedoe
len, die „maximaal" van aard
Wil
het
der
tiende ecuwse reformatie ver
staan. ook in zijn diepste tegen
stelling tot Rome. dan doet men
er juist aan zich voor ogen te
stellen, dat de zestiende eeuwse
reformatie in twee gestalten is
opgetreden: die van de maxima
le reformatie van het Europese
vasteland (continentale reforma
tie),-én die van de minimale re
formatie van Engeland (insulaire
reformatie).
Binnen deze ontwikkeling laat
zich ook verstaan dat de Engelse
kerk méér dan het vasteland
heeft vastgehouden aan het sym
bolisme, met dien verstande ech
ter dat in haar sacramentsuitoe
fening de symbolische handeling
nimmer kracht uit zich zelve be
zat: de Anglicaanse kerk hand
haafde echter in haar sacraments
uitoefening de symbolische hande
lingen van de middeleeuwse kerk.
Dit laatste veroorzaakt dat een
continentale protestant vaak ten
onrechte meent dat de Anglicaan
se kerk ..rooms-katholiek" is in
haar sacramentsopvatting. Zij is
dit allerminst zij is het slechts
in haar sacramentshandelingen.
In dogmatisch opzicht laten de
Anglicanen de consecratie voor
wat deze is: een mógelijkheid,
maar die niemand in dogmaticis
wordt opgelegd, zoals bij Rome.
De dogmatische visie van sacra
ment en gebedendienst is bi) de
Anglicanen eer puur Calvinistisch
slechts de symbolische hande
lingen blijven overgenomen van
de oude Romeinse ritus, omdat
de Anglicaanse kerk in haar litur
gie en sacramentshandelingen
christelijk-historlsch wenst te zijn
en te blijven.
Cranmer over de zalving
Iets dergelijks v-alt te zeggen
van de Engelse kroning, die een
onmetelijke rijkdom van liturgi
sche handelingen bevat, die eeu
wen oud zijn, en die de insulaire
reformatoren binnen de Engelse
Kerk niet hebben willen prijsge-
Het is leerzaam wat de geniale
samensteller van het Engelse Ge
bedenboek, aartsbisschop Cranmer
bij de kroning van de jonge Ed
ward VI in 1547 sprak over de
symbolische handeling van de
zalving:
„De plechtige riten van de kro
ning hebben hun doel en nut.
maar geen directe kracht of nood
zaak: ze zijn een goede aanspo
ring om Koningen hun plicHt tot
God in gedachte te brengen, maar
ze zijn geen vermeerdering van
hun waardigheid: want Koningen
zijn Gods gezalfden niet ter
wille van de olie die de bisschop
gebruikt, maar uit hoofde van
hun macht, welke is verordineerd;
van hun zwaard, dat is gewettigd;
van hun persoon, die door God is
uitverkoren en begiftigd met de
gaven van Zijn Geest om des te
beter dit volk te regeren en te
leiden. De olie, indien toegevoegd,
is slechts een ceremonie: indien
de olie ontbreekt, dan is die Ko
ning desniettegenstaande toch een
volmaakt monarch en Gods Ge
zalfde evengoed als ware hij met
olie gezalfd."
De strekking'van deze woorden
zijn even typisch angliaans als
anti-rooms: reële betekenis werd
aan de zalving ontzegd, maar de
ze is desondanks als symbolische
handeling gehandhaafd!
Het daaraan mógelijk verbon
den bijgeloof werd afgewezen,
maar de symbolische handelingen
werden als zichtbare prediking
voor koning en volk vertoond.
Deze uitspraak van de gezag
volle Cranmer zou men een sleu
tel kunnen noemen tot de Angli
caanse eredienst, althans tot haar
liturgie en ceremoniën, waarvan
al te vaak continentale protes
tanten vermoed en gezegd heb
ben dat deze „rooms-katholiek"
waren, zoals ook de koning-stad
houder Willem III na zijn kro
ning als ras-echt continents al-pro
testant meende, toen hij bij zijn
terugkeer in het paleis de ver
maarde woorden tot een der Am
sterdamse burgemeesters sprak:
..Wat zegt gij wel van die zotte
paapse ceremoniën?"
Laat niemand inmiddels denken
dat énige Engelsman in de Kro
ning een uitsluitend religieuze han
deling ziet: deze is evenzeer
staatsrechtelijk en werelds. Maar
dit neemt niet weg dat niemand
de Engelse kroningsliturgie ver
staat. zonder zich rekenschap tt
grondt mén alleen wanneer
een juiste visie heeft op de wer
kelijke levenssfeer van de Angli
caanse Kerk in haar evenwichti
ge afkeer van romanisme én pu
ritanisme.
Muzikale Vinder® vangen,
door Johan de Molenaar, l'itga-
ve A. W. Bruna en Zn, Utrecht.
In serie Zwarte Beertjes.
Johan de Molenaar heeft zijn
hele leven in de muziek gezeten,
zoals dit heet. Als pianist en oud
directeur van het Utrechts Stede
lijk Orkest maakte hij dagelijks
het muzikale wel en wee mee en
dat dit voor hem meer „wel dan
wee" heeft opgeleverd, bewijst
dit aardige boekje „Muzikale Vin
ders vangen". Daarin heeft hij
vele muzikale anecdotes verza
meld, deels uit wat hij zelf hoor
de, deels uit de rijke overlevering.
Musici staan er immers om be
kend, dat zij van grappen en
«rappenmakerijen houden. Elk or
kest heeft wel iemand, die „bons
mots", dwaze zinspelingen en
woordverdraaiingen verzint, en de
slagvaardige antwoorden of punti-
5e opmerkingen van vermaarde
irigenten en solisten doen in al
le muzikale kringen de ronde. Of
deze het allemaal in werkelijk
heid zo gezegd hebben, is vers
hvee. Dezelfde verhalen b.v. over
de onleesbare kurketrekkerslag
van Koussewitzky die Johan de
Molenaar opdist, zijn ook over
Furtwangler bekend. Maar ach
men vermaakt zich kostelijk met
de typische muziekgrapjes, al
hadden wij persoonelijk wat m in
die solisten plegen te maken, zijn
hoogst amusant. De humor is ge
lukkig nog lang niet dood. En
misschien laat Johan de Molenaar
&0g een tweede deeltje volgen.
T)e liefde is de brug. door
Richard Yaughan. Uitgave Ad.
M. C. Stok Zuid-Iïollandscbe
Uitgevers-Maatschappij, Den
Haag.
In de bekende Cultuurserie van
Stok is een roman verschenen.
..Moulded in earth". vertaald
door P. A. H. van der Harst on
der de titel „De liefde is de
brug". Eigenlijk geeft de oor
spronkelijke titel beter de sfeer
van het werk weer: een familie
vete tussen boerenfamilies in
Wales van zo'n vijftig jaar gele
den.
Deze mensen, geladen met alle
vooroordelen en bijgelovigheden
van een afgesloten gemeenschap,
zijn niet grote liefde getekend.
De schrijver moet welhaast uit
deze streken afkomstig zijn. zo
levend zijn de natuurbeschrijvin
gen en zo sterk is ook de karak
tertekening van de leden van de
families Peele en EUis.
Onwillekeurig dringt zich een
vergelijking op met het genre
streekroman, dat in zovele series
over ons volk is uitgestort. Wij
komen dan tot de conclusie, dat
waar in ons land de auteur blijft
steken in een al of niet goed ver
teld verhaal. Vaughan literatuur
heeft geschapen. De grenzen hier
tussen kunnen niet nauwkeurig
worden aangegeven, maar reeds
na de eerste bladzijden wordt het
de lezer duidelijk, dat hier een
auteur van formaat aan het
Een bijzonder woord van hulde
komt dc vertaler toe. die het
idioom van Wales prachtig in on
ze taal heeft overgezet. Dit is be
paald geen sinecure geweest. Van
tijd tot tijd geeft hij dan ook ge
dichten weer in het Welsh, met de
letterlijke vertaling, zodat men
toch klank en ritme op zich kan
laten inwerken.
Een enkel bezwaar: Williams is
zo'n dichterlijke natuur dat hij
de boerenzoons in zijn roman
evéneens een „dichterlijke" in
houd heeft gegeven. Dit lijkt
tan ontspanning alleen.
Dc familie Bonnard, door
Allee M. Ekert-Rotholz. Uitga
ve Bigot en Van Rossum, Bla-
kalcidoscopisch boek. Het
voert de lezer naar vele wind
streken. En dat niet geforceerd,
want de familie waartoe de races-
te hoofdpersonen behoren, bezit
hotels in Londen, Parijs, Bang
kok en Zürich en de familie Es-
kelund, die aan dc Bonnards ver
want is door het mislukte huwe
lijk van de schone Marie met de
kille socioloog Erik woont in
Stockholm. Ofschoon de uitwei
dingen van de schrijfster we)
eens aan de lange kant zijn. hoeft
zij toch het onmiskenbare ver
mogen haar lezers op plezierige
wijze niet als oppervlakkige toe
risten in vreemde landen en ste
den te laten toeven maar als in
geburgerde gasten. En zo brengt
zij ook de karakters van haar
verhaal tot leven. Uit haar be
schrijvingen van landen, perso
nen en toestanden spreken behal
ve een scherp waarnemings- en
uitdrukkingsvermogen ook levens
wijsheid en liefde voor en bewo
genheid met de mensen.
Voorbereidingen
De nieuwe koning George VI
sprak minder tot de volksverbeel
ding dan zijn enige maanden ge
leden afgetreden broer. Edward
VIII. de thans nog in leven zijn
de hertog van Windsor.
Maar wat onafhankelijk van
de persoon wél tot dc verbeel
ding van het volk sprak, was de
luisterrijke plechtigheid in de
Westminster Abbey.
Men moet misschien deze kerk
bezocht hebben, om te verstaan
hoe de gehele Engelse geschiede
nis in dit kerkgebouw spreekt:
konjngen, staatslieden en kunste-
Ook tot dit kerkgebouw is het
verwijt gericht, dat het eer een
museum dan een kerk is. Wel
licht ten onrechte: alle eeuwen
hebben hun sporen in deze kerk
achtergelaten, en de gelovige An
glicaan ziet dit niet in tegenstel
ling tot het Huis des Gebeds <wat
het anglicaanse kerkgebouw In de
allereerste plaats is) maar ge
voelt zich in deze kerk eerder
sterk verbonden aan alle gelo-
vigen. die door de eeuwen heen
„God en de Koning" gediend heb-
Hoewel de Westminster Abbey
niet de hoofdkerk van Londen is
(dat is de St. Paul's Cathedral
zijn hier sinds 1068 de koningen
van Engeland gekroond door de
aartsbisschop van Canterbury, de
primaat van de Engelse Staats
kerk. Vijfentwintig jaar geleden
viel deze taak toe aan Cosmo Gor
don Lang. die van 1928 tot 1942
aartsbisschop van Canterbury was.
Hoezeer de kroning in de volks
verbeelding leefde, bleek bij de
veroordeling van een boosdoener,
die in april 1937 voor de Engel-
se rechter terecht stond. Hij
vroeg met aandrang aan de rech
ter om niet meer dan 24 dagen
gevangenisstraf. Toen de rechter
hem vroeg waarom hij dit aan
tal dagen noemde, antwoordde
hij: „omdat ik dan de kroning
nog kan meemaken." De boos
doener kreeg desondanks een half
jaar maar zijn verzoek is type
rend voor het feit, dat iedere
sociale klasse in Engeland met
de kroning meeleefde.
Een schitterende stoet van vor
sten en staatslieden uit welhaast
alle landen van Europa en daar
buiten' maakte zich begin mei
1937 op om naar Londen te rei
zen. om deze plechtigheid mee te
maken.
In„*Pr'i ™37 vonden dagelijks
repetities plaats voor de diverse
plechtigheden; begin mei werd in
de Westminster Abbey dagelijks
Kroningsdag
Op woensdag 12 mei vond de
grote plechtigheid plaats. Hoewel
de zalving de centrale handeling
is van deze liturgische plechtig
heid. was het grootste moment
aangebroken, toen de kroon op
het hoofd van George VI werd ge
plaatst, terwijl de aartsbisschop
van Canterbury de woorden sprak:
„God krone U met een kroon
van glorie en rechtschapenheid;
dat door de toediening van deze
onze zegen, Gij, zijnde van het
ware geloof en door menige vracht
van goede werken, de kroon van
een eeuwigdurend Koninkrijk zult
verkrijgen, door de gave van Hem,
wiens Koninkrijk voor Immer
duurt."
De verslaggever van het „Al
gemeen Handelsblad" seinde die
dag naar Nederland: „Het ogen
blik. dat het langst in mijn her
innering zal zijn gegrift, is dat
waarop de aartsbisschop langzaam
en plechtig de kroon plaatste op
het hoofd van den koning, en
eensklaps een machtige kreet
door de Kerk weerklonk: God
save the King."
Om 12.31 uur bulderde het ge
schut van de Tower: Engelands
nieuwe koning was gekroond. In
de Abbey weerklonk het Venl
Creator Spiritus, de gezangen van
Purcell, en tot slot hief men het
Te Deum Laudamus aan.
gemeen Handelsblad" schreef die
dag: „Het is een schouwspel van
bijna onwezenlijke, middeleeuw-
sche praal... Is de Engelschman
koud en flegmatiek? Men zou het
niet zeggen als men hoort hoe
pveral waar de gouden koets
langs rfjdt. de daverende toejui
chingen zich voortplanten, hoe
men zich de keelen hèesch
schreeuwt en hoe uitbundig de
menigte zwaait met de tallooze
heeffvïoS' Waarvan men zich
Diezelfde avond sprak voor het
eerst een gekroonde vorst aan
de avond van zijn kroningsdag
voor de radio zijn volk toe, aan
vangende met de woorden: „Het
is met grote ontroering dat ik
hedenavond het woord tot u richt
Nog nooit is het een pas ge-
kroonde Koning gegeven op den
dag van de kroning te kunnen
spreken tot al zijn onderdanen in
hun huis...."
De gehele wereld leefde met de
Engelse kroning op woensdag 12
mei 1937 mee. Onder de gasten
bevonden zich ook het kroonprin
selijk paar van Nederland.
Slechts Italië, dat hevig verbol
gen was. omdat ook een vertegen
woordiger van de verbannen kei
zer van Abessinië was uitgeno
digd gaf in de Italiaanse per*
slechts met één korte zin kennis
van het gebeuren: „Heden had te
Londen de kroning plaats van ko
ning George van Engeland."
Onder de vele gelukwenstele-
•arr -
één"
dolt
De koning beantwoordde de ge
lukwens met een publiek dankte-
legram: „Ik dank U, mijnheer de
rijkskanselier, voor uw vriende-
lijke adres van gelukwens naar
aanleiding van mijn kroning. Ik
waardeer in het bijzonder uw goe
de wensen voor mij. mijn Ko
ninklijk Huis en mijn volk. en ik
deel ten volle en geheel en al in
uw hoop. dat mijn regering zich
moge kenmerken door het gedij
en van de vrede en de goede ka
meraadschap onder de naties der
wereld, een doel waaraan ik
steeds al mijn krachten zal wij
den. George R.I."
Maar juist jegens Hitier kon de
pas gekroonde monarch het woord
aanhalen dat maandelijks in de
Engelse kathedralen geboden
wordt: „Ik werk voor de vrede,
maar wanneer ik daarvan tot hen
spreek, maken zij zich gereed
voor de krijg."
r-vt wa, „pn vredesvorst,
maar hii zou geroepen worden
één der bitterste oorlogen te voe
ren die Engeland heeft meege
maakt. Maar nog hoopte men in
1937 op vrede, begrip en samen
werking. al erkenden de staats
lieden dat de vredeskansan steeds
slechter werden....
Om te beginnen willen we u enkele reac
ties op ons artikel „Ons lichaam een tem
pel" voorzetten. De heer J. Overkamp uit
Den Haag schrijft onder meer, dat het li
chaam onder geen voorwaarde een rook-
tempel mag worden en dat we dat met de
hulp van Christus kunnen voorkomen.
wordt door het slechte voorbeeld, dat hem
met name door zijn vader wordt gegeven
Het is moeilijk, aldus Henk. om dan zelf
ook niet in een wandelende schoorsteen
te veranderen.
Dc optimist, die nauwelijks in dit rijtje
thuis hoort, is de heer G. K. uit Delft. In
felle bewoordingen keerde hy zich tegen
„de door zekere instantie gezaaide paniek"
en deed vervolgens een beroep op de veel
aangehaalde eigen verantwoordelijkheid.
Deze week geeoi oudere aan het woord, maar niemand minder dan B. van B. uit W.
die schryft dat hij naar de bioscoop had willen gaan, totdat hy merkite dat het de
Stille zaterdag was. Hy gaat dan verder; „Afyn, ik besluit geen kaartjes te halen.
Zaterdag naar m'n vriendin, we lopen gezellig de deur uit en tóen zei ik dat we om
die en die reden niet naar de bioscoop gingen. Ruzie, dat spreekt. „We kunnen de
nieuwsgierige lezer meedelen, dat het even later in de brief weer goed komt, maar
dan zegt B: „Maar nu lees ik de Nieuwe Haagsche Courant cn zie daar een artikel
over een jazzconcert van Count Basie, dat op de avond van Stille zaterdag is gege
ven. De NHC is een christelyke krant die m.i. het door mü ingenomen standpunt w b.
de Stille week wel zal delen. Of had ik zaterdag wel gezellig naar de film kunnen
gaan?"
"r. I .1
De heer Van B, roert hier een probleem aan, dat nauw verwant is aan de zondags
heiliging. Hu werpt dan ook meteen de vraag op tafel: „Mag ik dat wel of mag ik
niet?" Een vraag die de laatste tyd bijna klassiek aan het wouden is. Men is het er
inmiddels over eens dat op zondag gefietst mag wofden, maar veel verder moet het
dan ook niet gaan. Goede Van B„ je mag alles, als je daarby maar niet een aantal
belangryke zaken vergeet. Daar is de naasteliefde, je geweten, en zeker niet in de
laatste plaats de bijbel.
Het hoeft geen betoog, dat de opvoeding bij dit alles een grote rol speelt. De hou
ding van de ouders is in hoge mate bepalend voor die van de jongeren en kan vooral,
als de laatsten zo'n jaar of achttien zyn, de oorzaak van wrijving worden.
Overigens had je je vriendin wel eens eerder kunnen inlichten dat het feest niet
gaan! Als je haar eerst in de arm had genomen (deze keer figuurlyk) had je
l—misschien zelfs wel het hele probleem bespaard. Het lijkt ons. dat
jezelf een"ruzie
de goede afloop niet helemaal
is geweest.
Wanneer ik mij neerzet om de kwestie
aan te roeren, welke mij zozeer vervult
en dienovereenkomstig wordt ontwrocht uit
het diepste mijner ziel. geloof ik, mijne
lieve lezeressen, dat ik door dit probleem
met beide handen te omvatten, wat meer
is: door te dringen tot de kern dezer
alleen zo hachelijke zaak,
een dringende behoefte.
Ofschoon deze wetenschap mij kracht
geeft, is het nochtans met enige schroom,
dat ik de pen ter hand heb genomen om
u te schrijven. Immers, datgene wat ik
met u ga doornemen is een der meest de
licate problemen dezer eeuw. Het vervult
mij met innige schaamte, dat wij zo niet
de oorzaak, dan toch de aanleiding zijn
geweest van deze onhoudbare toestand.
Maar laat ik u eerst een voorval verha
len, hetwelk mij overkwam op de hoek
van de Valkenboskade.
Ik spoedde mij huiswaarts 'verschoon
_:i --,veej jn detail mocht
treden) toen mijn oog viel op twee
jes en een jongen. slorJ'~
tiektrap leunend.
slordig tegen
por-
dern, zo niet opzichtig gekleed. Mijn he
mel, laat ons over de jongen zwijgen. Hij
was het type van „den bleuen bloodaard"
met nauwsluitende spijkerbroek en streep-
Rulmtc voor jou. Dit keer is het Clae-
sien de Niet (16 jaar) uit Scheveningen,
die deze hoek van ruimte vult met de
noodkreet
jesjas, rode sokken en blauw suéde schoe
nen. Boven zijn lip vertoonde zich iets
rossigs harigs, het geheel leek mij nogal
kleverig. Ik haastte mij er langs, toen ik
het ene meisje (die met de rode jas) met
de grootste arrogantie hoorde zeggen:
..Zeg jij. ik zie je liever mét een brom
mer dan zonder
Ik geloof dat ik met dit voorval te ver
halen de kern van de znak in zijn diep
ste wezen heb aangepakt. Ach lieve lieve
lezeressen, hoe diep zijn wij gezonken.
Ontzet en met diepe afkeer denk ik aan
dit voorval terug. Welk een schande dat
het zover met ons is gekomen. Daar gaan
wij, geëmancipeerde vrouwen, frank en
vrij, gaan en staan waar we willen, heb
ben stem- en kiesrecht: dies wijzen wij
met souvereine minachting allen af die
zich verstouten ons te benaderen.
Ach. is het onze schuld dat wij zo diep
gezonken zijn? Zie hen daar liggen, de
nelden, de ridders, de jongens van stavast.
Hoe weinig lijkt deze jongen op een zoon
van Jan Kordaat; de snippers van zijn
huwelijksaanzoek hangen nog in zijn met
zorjf gefokte baard. Met een slip van zijn
trui droogt hij tranen af, waar een kroko
dil zich niet voor zou schamen. En hij
daar, klaag'lijk wenend, voortkruipend
over de grond, zijn vieze snotneus herhaal
delijk ophalend. Men zou geneigd zijn hem
een papieren zakdoek te geven.
Ziet u hem. het type van dc kunstenaar,
die zijn geliefde tracht over te halen in
een literair produktsel. waarin snoes rijmt
op poes en schat op kat. Meent hij dat ze
een Sinterklaascadeautje Is?
Hoe dorst mijn ziel naar dc vervoerende
gezangen, waarin dc schoonheid ener
maagd bezongen werd. Naar de maan
nachten en oprechte minnekozerij. Hoe
verlangt mijn hart naar de ridder die een-
voudig zijn bruid komt halen en niets en
niemand ontziet om dat doel te bereiken.
Ziet gij uzelve zitten. lieve vriendinnen,
schrijlings ter paard gezeten zijnde, uw
hoofd rustend tegen de brede, warme borst
uwer onoverwinnelijke? Eilaas, het enige
waar u zich op neer kunt zetten ls een
stalen fietsstang. die bijzonder ongeriefe
lijk zit en ook brede borsten behoren tot
het verleden. Met smart en weemoed zie
ik naar het produkt, dat voor ^en Romeo
moet doorgaan. Eerder zou ik aan de evo
lutie gaan geloven.
Nee kloekheid cn dapperheid zijn woor
den uit een verleden met grijze haren en
het ritje naar het stadhuis op de hoek kan
men nauwelijks vergelijken met het als
gade gevankelijk meegevoerd worden uit
Het Ledroeft mij het i te moeten beken
nen: Amor wordt oud en dc pijlenkoker
van Cupido is aangevreten door ae tand de*
tijds. Ons is ccn leven beschoren, waarin
een gehuurde kamer de plaats van het kas
teel inneemt (waarin zelfs hel venster ont
breekt) het zachte paardenlijf is verwis
seld met een bankje in het pnrk en dc held
onzer dromen in veranderd in een puiste
rige snotneus. Het zij zo. Laten wij man
moedig ondergaan
Maar uit het diepste onzer ziel wringt
zich een smartelijke klacht los en wij roe
pen vertwijfeld: „Wij willen geen vriend,
geen vrijer, noch een knul, stoot, stuk,
peer of bonk: Wij willen een MAN I
CLAESIEN DE NIET