nog
van
Nederland
tot voeren
steeds
open
bereid
gesprek
Er moet oplossing voor
Nieuw-Guinea komen
Versterkingen hebben
preventief doel
jL I 11 II
I II II II II II
mvz&M
ant
Albeda: pas cao's aan
bij plaatselijke situatie
Zwarte lonen
Verzet tegen zenden
van versterkingen
wit maken
DE
Loonvor
mmg
5
DONDERDAG 5 APRIL 1962
Stilzwijgen was al door Djakarta verbroken
"l^AN alle beschouwingen in het Nieuw-Guinea-debat heeft de rede van
minister Luns gisteren in de Tweede Kamer wel de meeste aandacht
getrokken. Hij deed, ondanks de overeengekomen geheimhouding, mede
delingen over het verloop van het afgebroken Nederlands-Indonesisch
vooroverleg nabij Washington. De regering, zo zei hij, heeft tot verbreking
van het stilzwijgen besloten, omdat ze het niet juist acht nu nog volledige
zwijgzaamheid te betrachten na alles wat van Indonesische zijde over het
gesprek is beweerd. Bepaalde indiscreties behoeven rechtzetting.
Het voorgesprek had, zoals bekend,
het opstellen van een agenda voor eigen
lijke onderhandelingen ten doel. Vol
gens de instructies, verstrekt aan de Ne
derlandse onderhandelaars dr. Van Royen
en mr. Schürman. zou die agenda zo
danig moeten zün dat later gesproken zou
kunnen worden over alle standpunten,
wensen en inzichten van beide partijen.
In de Nederlandse instructies was een
aantal standpunten opgesomd. Eén daar
van stelde uitdrukkelijk als agendapunt
voor, dat de Papoea-leiders de gelegen
heid moet worden geboden tot interna
tionale oriëntatie, in het bijzonder in
Indonesië. De „derde man" in het voor
overleg, de Amerikaan Bunker, heeft op
de eerste gespreksdag beide partijen
ontvangen. Daarna zijn de gezamenlijke
besprekingen begonnen. Dr. Van Royen
heeft toen voorgesteld, dat bij de ko
mende onderhandelingen eerst zou moe
ten worden gezocht naar oplossingen
waarover beide partijen het eens kun
nen worden, b.v. met betrekking tot
het interim-regime in de overgangs
periode
Reeds spoedig werd duidelijk, dat de
Indonesische onderhandelaars op grond
van hun instructies over niets anders
mochten praten dan over twee punten:
de wijze van overdracht van Nw.-Guinea
aan Indonesië, en de daarna te treffen
regeling voor het herstel van de Neder
lands-Indonesische betrekkingen. Uit het
eerste punt bleek duidelijk, dat Indo
nesië teruggekeerd was naar zijn prae-
conditle, en de Nederlandse onderhande
laars hebben dat ook laten weten, dal
zij met de formulering van dit punt niel
konden Instemmen. Tijdens het tweede
gesprek zijn, gezien de veel te enge
Indonesische instructies, geen vorderin
gen gemaakt. Wel verklaarde de voor
naamste Indonesische onderhandelaar
Malik zich bereid bij zijn regering op
ruimere instructies aan te dringen. Dat
was dan ook de reden van zijn vertrek
naar Djakarta. Tot dusverre Is de Indo
nesische delegatie niet in de V.S. terug
gekeerd.
„De Nederlandse regering," aldus mi
nister Luns. „heeft tot nu toe gegn con
crete aanwijzingen, dat van Indonesische
zijde de onderhandelingen zullen wor
den hervat." Indonesië handhaaft zijn
praeconditie en doet dit gepaard gaan
met een toenemende militaire dreiging
en een aantal feitelijke schendingen van
het Nederlandse grondgebied. Mr. Luns
wees er in dit vrband op. dat de Ver
enigde Staten als voorwaarde voor de
totstandkoming van (en hun deelneming
aan) het vooroverleg hadden gesteld,
dat vanaf 13 maart beide partijen zich
zouden onthouden van agressieve woor
den en daden. Nederland heeft hier po
sitief op gereageerd, maar Indonesië
heeft slechts vage toezeggingen gedaan,
waarop Nederland niettemin meende te
kunnen vertrouwen. Dit vertrouwen is
beschaamd.
Klaarheid
Minister Luns stelde vervolgens vast,
dat in dit Kamerdebat nu klaarheid is
geschapen over de houding van de oppo
sitie. De P.v.d.A. wil (evenals de com
munisten en pacifisten) Nw.-Guinea in
feite onvoorwaardelijk aan Indonesië
overdragen en het zelfbeschikkingsrecht
geheel aan de Indonesische good-will
overlaten. Dit betekent dus een vooraf
capituleren voor Indonesië's praecondi
tie. Het was de minister van buitenland
se zaken niet duidelijk hoe de P.v.d-A.
resultaat van de plechtige toezegginen
in de voorlopige Grondwet van de Ver
enigde Staten van Indonesië op het punt
van de eigen lotsbestemming der deel
staten. De minister besloot met de me
dedeling. dat hij aan de vooraanstaande
vertegenwoordigers van de Brazzaville-
groep die op het ogenbliek een bezoek
aan Nw -Guinea brengen, zal laten we
ten. dat dit bezoek de regering zeer
Prof. De Quay
Voordat minister Luns aan het woord
kwam had minister-president De Quay
al in een helder betoog uiteengezet, dat
het bij het geheime vooroverleg uit
sluitend ging om het opstellen van een
agenda en niet om een bespreking van
de materiële inhoud van de agenda
punten. Dat laatste zou gereserveerd
moeten blijven voor het eigenlijke over
leg, waarbij de secretaris-generaal van
de V.N. Oe Thant als waarnemer zou
moeben fungeren. De regering heeft geen
enkel bezwaar gemaakt tegen het plaat
sen van het onderwerp „bestuursover-
dracht aan Indonesië" op de agenda, als
de formulering van dit agendapunt
maar niet zou vooruitlopen op de ma
teriële onderhandelingen. Indonesië heeft
zich hieraan niet gehouden, want door
de „regeling van de wijze van bestuurs-
overdacht" als agendapunt naar v
te brengen, heeft het in tegenstelling tot
Nederland wél een praeconditie gesteld.
Prof. De Quay wees er nog eens op.
dat het recht van de Papoea's om over
eigen lot te beschikken steeds het richt
snoer van het regeringsbeleid is
weest zulks in overeenstemming met
het handvest van de VJN. Dit zelfbe
schikkingsrecht is niet enige tijd n.
soevereiniteitsoverdracht van -1949 „uit
gevonden". Het maakte deel uit va:
overeenkomsten, die tot die soevereini
teitsoverdracht hebben geleid.
Uitgaande van dit zelfbeschikkings
recht heeft de regering zich opengesteld
voor elke regeling, die een bonafide uit
oefening van dit recht zou waarborgen
Zoals bekend heeft ze daarbij een even
tuele aansluiting van Nw.-Guinea bU
Niet alleen hebben Ambonezen
gistermiddag op het Binnenhof
gedemonstreerd met (door de
politie goedgekeurde) spandoe
ken een groep pacifistische
jongelui probeerde het ook. Tever
geefs. De politie liet hen wel be
gaan maar nam enkele leuzen in
beslag. Zo voerde een rechercheur
een spandoek weg met de slogan:
„Geen geweld om Nieuw-Guinea".
in dat geval nog kan spreken van
derhandelen" (zoals de moties-De Kadt
doen>. Hij achtte zo'n ongeconditioneer
de overdracht in strijd met de toezeggin
gen aan de Papoea-bevolking en met de
beginselen, waardoor ook de vorige ka
binetten zich hebben laten leiden.
De regering blijft intussen bereid tot
het voeren van een open gesprek, ook
over het onderwerp „bestuursoverdracht"
De bewering dat zij dat niet op de agen
da van de eigenlijke onderhandelingen
zou hebben willen zetten, is onjuist. Ten
slotte gaf minister Luns duidelijk uiting
aan zijn twijfel of. bij een eventuele be
stuursoverdracht van Nw.-Guinea
Indonesië, de Indonesische beloften
zake de (interne) zelfbeschikking
Papoea's zullen worden waargemaakt.
Hij herinnerde in dit verband aan
7i!ü
Indonesië niet uitgesloten, mits deze op
lossing in overeenstemming is met de
wil van de Papoea-bevolking.
Versterkingen
Uitvoerig motiveerde de minister-pre
sident het recente regeringsbesluit om
militaire versterkingen naar Nw.-Guinea
te zenden. Dc plicht van de regering om
de bevolking aldaar te beschermen, is
daarbij de allesoverheersende drijfveer
geweest. Daartegen moest de overwe
ging, dat troepenzendingen het overleg
zouden kunnen schaden, het afleggen.
Een ander motief is geweest: de preven
tieve werking die van de versterkinen
kan uitgaan. Ze kunnen voorkomen, dat
door infiltraties of nog ernstige gebeur
lijkheden verder overleg niet meer mo
gelijk zou zijn. Indonesische autoriteiten,
onder wie de heer Yam in (n.b. genoemd
als toekomstig onderhandelaar met Ne
derland!). hebben gezegd, dat Indonesië
sterker zon staan als het op Nw.-Guinea
een bruggehoofd zou hebben. „Men den-
ke zich de Nederlandse onderhandelings
positie eens in als het werkelijk tot
dergelijke situatie zou komen. Mede mei
het oog daarop zijn versterkingen
stuurd." aldus prof. De Quay.
Hij motiveerde dit besluit ook met
een verwijzing naar de internationale
rechtsorde, die bij voortgaande bedrei
ging met geweld in het gedrang komi
Alles bijeengenomen zou de regering te
kort hebben gedaan aan haar verant
woordelijkheid indien ze zich zou heb
ben bepaald tot een passief afwachten
De regering is zich overigens bewust
van de offers, die de betrokken militai
ren en hun familities moeten brengen.
Met voldoening stelde de minister
president vast, dat de bevolking van
Nw.-Guinea zich temidden van de toe
genomen spanningen kalm gedraagt.
„Laat," zo zei hij, „de houding van het
binnenlandse thuisfront die bevolking
daarin steunen." Hij geloofde, dat de
toenemende Indonesische oorlogspropa
ganda gericht is op het wekken van
onrust in Nederland. In bepaalde krin
gen hier te lande lijkt dit te slagen.
Daarom wilde prof. De Quay een
ernstig beroep op het hele Neder
landse volk doen op deze propaganda
bedacht te zijn en er zich niet door
te laten alarmeren. Met klem verzocht
hij de Nederlandse publiciteitsorganen
zich niet te laten gebruiken voor de
verspreiding van onware geruchten en
tendentieuze, alarmerende berichten.
Het volk zal stellig zo gauw mogelijk
worden ingelicht als zich in N. Gui
nea belangrijke ontwikkelingen zou
den voordoen. Vanzelfsprekend achtte
prof. De Quay de moties-De Kadt in
strijd met het regeringsbeleid.
De staatssecretaris voor Nw.-Guinea
mr. Bot voegde aan de betogen van mr.
Luns en pref. De Quay nog een korte
beschouwing toe. Hij stelde vast, dat de
Papoea's allerwegen bezig zijn zichzelf
te worden, hoewel velen van hen nog
geen gedetailleerd overzicht hebben van
wat het zelfbeschikkingsrecht nu eigen
lijk inhoudt. In ieder geval keren zij
zich tegen elke doorkruising of onder
breking van het proces van nationale
bewustwording. Als men negeert dat de
zelfbeschikking in de Papoea-bevolking j
een levend begrip is geworden, ja uit
gegroeid is lot een stuk nationalisme
-in duidelijk anti-Indonesische ten
densen zyn te bespeuren, dan zullen on
gelukken niet uitblijven. Overigens wordt
alles in het werk gesteld om de bevol
king begrip bij te brengen voor de nood>-
zaak van overeenstemming met Indone-
"net name op langere termijn gezien.
Uw haar
zit beter -
toont beter!
Fanl bestrijdt e
tuurt Ijk*
It is fantAstisch I
UMultand bij de kapper
verkrijgbaar
Verzorgd haar met
haarcrè
(Van onze parlementsredaetie)
NAMENS de socialistische oppositie heeft de heer J. de Kadt gistermiddag
tijdens het Nieuw-Guinea-debat in de Tweede Kamer twee moties
ingediend. De eerste spreekt uit dat een oplossing vali het Nieuw-Guinea-
vraagstuk slechts kan worden bereikt door onderhandelingen met bereid
heid tot overdracht van Nieuw-Guinea aan Indonesië, dit is in het belang
van de Papoea's. De andere motie veroordeelt het zenden van militaire
versterkingen naar Nieuw-Guinea.
De kern van het debat is voor ons
niet het feit, dat het overleg in
Washington werd opgeschort of dat
de regering versterkingen naar Nieuw-
Guinea zendt, zei de heer De Kadt,
ook al noemde hij het laatste besluit
een noodlottige beslissing. De kern
wordt gevormd door de perspectieven
van het regeringsbeleid.
Pas laat is het besef gegroeid, dat on
derhandelingen met Indonesië nodig wa
ren, vervolgde de heer De Kadt. Een
laat inzicht zou echter nog zijn toe te
juichen, als het zou zijn een inzicht in
de aanwezige mogelijkheden Doodlopend
is echter de blijvende aanwezigheid van
Nederland in Nieuw-Guinea. Doodlopend
is ook de weg naar een zelfstandige
Papoea-staat. De heer De Kadt wenste
gaarne te weten, hoe de regering hier
over denkt. „Toch gaan wij voort met
het bevorderen van zo'n staat", zo luidde
zijn kritiek.
Het is nodig, dat de Papoea's weten
waar zij aan toe zijn. Erkent de re
gering, dat de Pz.poea-staat onmogelijk
is, dan volgt daaruit ook, dat er gren
zen zijn aan de zelfbeschikking. De
KVP-partijraad sprak zich uit voor
oriëntering naar Indonesië, maar ver
gaderingen in Nieuw-Guinea, waar
over een dergelijke oriëntering wordt
gesproken, worden uiteeng .>agd.
Hoe r' nkt Indonesië over de zelfbe
schikking? De heer De Kaat somde en
kele uitlatingen van li donesische zijde
op. Het Indonesische standpunt moet
worden onderzocht, en dat kan alleen
maar door onderhandelingen. Bij onder
handelingen moet er echter mee worden
gerekend, dat Soekarno en om hem
gaat het in Indonesië alleen oren
heeft voor bestuursoverdracht.
Als men dus ernstige onderhande
lingen wil, moet men uitgaan van dit
feit. Daarna en daarnaast komt de
techniek van de overdracht en daarna
en daarnaast pas de vraag van de
zelfbeschikking. Wat is het standpunt
van de regering in deze zaken? Dit
zijn, aldus de heer De Kadt kwesties,
die bepalen of de regering wil onder
handelen of niet
De socialistische spreker herinnerde
eraan, dat niet eensluidend wordt ge
dacht over het begrip „zelfbeschikking"
De zelfbeschikking. zoals de Neder
landse regering die opvat, zou leiden
tot ontbinding en het het opdelen van
veel Aziatische staten, zoals India, Cey
lon. Pakistan etc., in zeer veel kleine
staten en stammen.
Het zenden van versterkingen naar
Nieuw-Guinea vergroot de kansen
voor onderhandelingen niet. Zo glijden
wij af naar oorlog. Dit moet de re-
geringspoiltiek stuiten. Voor de meer
derheid van de socialisten is het zen
den van versterkingen nog te min
der aanvaardbaar, omdat hierdoor
Veelal instemming met beleidmaar.
(Van onze sociaal-econ. redactie)
DE collectieve arbeidsovereenkoir
sten bieden de bedrijven te wei
nig speelruimte om zich te kunnen
aanpassen aan de eisen van de
(plaatselijke) arbeidsmarkt. Het zal
in de toekomst onvermijdelijk zijn,
dat in collectieve arbeidsovereen
komsten vrijheid wordt gelaten on
naar boven af te wijken van de over
eengekomen lonen. Dit zou kunnen
door in de c.a.o.'s slechts minimum
lonen vast te stellen of door een be
paalde marge in de lonen toe te
staan boven het loonniveau, dat in
de c.a.o. is overeengekomen.
Deze oplossing ziel dr. W. Albeda, se
cretaris van het C.N.V. voor het moei
lijkste vraagstuk van de groeiende af
stand tassen de lonen, vermeld in de
's en de lonen, zoals deze werkelijk
betaald moeten worden. Dr. Albeda is
mening dat tn de huidige situatie
verandering moet komen, omdat op het
ogenblik in Nederland op grote schaal
wetsovertreding plaats vindt. Het beta
len van lonen, die uitgaan boven wal
in de CA.o. is vastgelegd, is immers nog
steeds verboden. Dr. Albeda ziet hierin
een stukje gezagsondermijning, dat
rleus moeten worden genomen.
Tevens wordt op deze wijze de positie
van de maatschappelijke organisaties on
dergraven. De leden krijgen de indruk
dat hun vakbond in een papieren we
reld leeft, waarin c.axj.-lonen betaald
worden. Deze leden zien in de wereld
beschouwingen van de kant
van de Tweede Kamer hebben
gistermiddag in eerste termijn een
kleine vier uur in beslag genomen.
De KVP-fractieleider dr. De Kort
hield een compact betoog, waarin hij
met nadruk als zijn mening naar
voren bracht, dat een onmiddellijke
bestuursoverdracht van Nw.-Guinea
aan Indonesië gelijk de oppositie
blijkbaar voor ogen staat niet
reëel en waarachtig zou zijn. Men
gaat z.i. dan voorbij aan het feit, dat
hierdoor de vrijheid van keuze voor
de Papoea's illusoir gemaakt kan
worden. Door de Indonesische hou
ding dreigt die vrijheid overigens in
derdaad illusoir te worden.
De KVP-frache. aldus dr. De Kort,
ontkent niet. dal in beginsel ook Indo
nesië de Papoea's tot ontwikkeling kan
brengen. Het komt te dezen eohter aan
op de praktijk, en daarover is de KVP-
fractie niet gerust, gezien het Indonesi
sche optreden. Dit neemt niet weg, dat
Indonesië ons en de Papoea's ervan kan
overtuigen, dat een bestuursoverdracht
zó kan worden geregeld, dat geen schade
voor de Papoea's va-lt te duchten. Wii
zullen een open oog en oor hebben voor
de constructieve Indonesische element?n
maar méér nog voor de belangen van
de Papoea's
De KVP-fractle staat open voor alle
modaliteiten, als de belangen van de
Papoea's daarmee worden gediend Zij
gaat er vanuit, dat de regering een ruim
hartige agenda voor besprekingen mei
Indonesië zeker zal accepteren. De KVP-
fractle begrijpt echter ook, dal de rege
ring niet zal meewerken. Indien van In
donesische zijde gestreefd wordt naar
een oplossing door gewelddaden, met
verwaarlozing van het zelfbeschikkings
recht der Papoea's ln de toekomst
Aan het regeringsbeleid geeft de KVP
dam ook haar overtuigende rieum. Dat
geldn ook voor hei versterken vam de
strijd middelen op N -Guinea, hoezeer d<ie
versterking ook moet worden betreurd
De regering houde vast aan haar politiek
van overreding. Mocht Indonesië dan
toch tot geweld overgaan, da-n draagt het
daarvoor alle verantwoordelijkheid. Dr
De Kort wees voorts op de hoge verant
woordelijkheid van de V.S en de V.N
voor een vreedzame afloop van het Ne
derlands-Indonesische conflict
Sprekende over het geheim voorover
leg concludeerde dr. De Kort: ..Indien
het waar is. dat dit gesprek over het
vaststellen vam een agenda voor eigen
lijke onderhandelingen is mislukt, dan
betekent diit dat één der partijen niet
zonder praecondities aan het voorover
leg heeft deelgenomen of tijdens dc
loop van dit gesprek toch praecondities
is gaan stellen, tegen de afspraak ln. Tk
militairen aan de NAVO-strijdkrachten I wlke* pa-rtij^a7heeftrgldaan'' ^De^rego-
woraen onttrokken. I ring mag anderzijds de geheimhouding
over het overleg niet eerder verbreken
dam wanneer definitief zou komen vast
te staan, da-t de V.S. of de V.N. niet meer
willen bemiddelen, het overleg is mis
lukt. of wanneer Nederland op eniger
lei wijze internationaal zozeer zou wor
den belasterd, dat het stilzwijgen móet
worden verbroken. De „derde" man in
het overleg zou dam kunnen worden
gemachtigd opening van zaken te geven.
Ondanks ailles had dr. De Kort toch nog
hoop, dat met Indonesië een open en ver-
trouwvol gesprek zal plaatsvinden. Tij
dens d'it (geheim) overleg moet ook de
wenselijkheid Ier sprake komen, dart In
donesië in N.-Guinea een royale, kans
moet krijgen om zijn goede wil ten
opzichte van de Papoea's 1e demonstre
ren.
Dr. Bruins Slot
De A .R.-fractieleider dr. Bruins Slot
kon namens zyn fractie instemming be
tuigen met het besluit van de regering
de verdedigingsmiddelen op N.-Guinea
te versterken. Zolang Nederland daar
de verantwoordelijkheid draagt, kan
niemand daar bezwaar tegen maken,
gezien de voortdurende dreiging van
Indonesië. Bescherming van die plaat
selijke bevolking ie de plicht van de
regering.
Dat neemt echter niet weg. dat Neder
land en Indonesië samen tot een oplos
sing móeten zien te komen. Dat ook de
regering dit onderkent, had de heer
Bruins Slot genoegen gedaan en hij
hoopte vurig dat het overleg alsnog zal
slagen. Maar anderzijds moet er reke
ning mee worden gehouden, dat wij te
maken zullen krijgen met harde feiten.
Want onze militaire versterkingen, hoe
juist ook op zichzelf, sluiten het gevaar
van grote conflicten met Indonesië niet
uit. welke conflioten dan echter geheel
voor rekening van Indonesië zouden ko
men. Zo zouden we in een regu
liere oorlog terecht kunnen komen,
die niemand van ons wenst Dr.
Bruins Slot vroeg de regering mee te
delen hoe onze bondgenoten 'en met
name de V.S.) tegenover deze mogelijk
heid staan. Hij informeerde ook (zonder
veel hoop op een duidelijk antwoord) of
de Nederlandse versterkingen met of
zonder instemming van Amerika naar
N.-Guinea zijn gezonden Geschiedde het
zonder instemming, da-n valt van de
V.S. ook geen steun voor onze tot dus
ver gevolgde N.-Guinea-politiek te ver
wachten. Dit zou van groot belang zijn
voor het uitstippelen van onze toekom
stige beleidslijn. Dr. Bruins Slot vroeg
zich ook af of het wel juist is Papoea
soldaten in te schakelen bij de bestrij
ding van de infiltranten. Brengt men
deze mensen met het oog op een even
tuele bestuursoverdracht niet in een
moeilijke positie? Verder vroeg d« a.r-
fnacbieleider of het niet mogelijk is de
commandant zeemacht in N.-Guinea,
schout-bij-nacht Reeser. in kennis t#
stellen van de politieke doelstellingen
van de regering, opdat deze functionaris
daarmee in de militaire praktijk reke
ning zal kunnen houden
Dr. Bruins Slot hoopte, dat het Indo- het advies
nesië duidelijk zal worden, dat Neder
land slechts twee wensen heeft: beharti.
ging van de belangen der Papoea-bevol
king. en overeenstemming met Indone
sië. He»t sprak voor hem van zelf, da*
het punt van de besbuursoverdrrachit op
d'e agenda van de eigenlijke Nederlands-
Indonesische onderhandelingen zal
ten komen. Dat de regering dit ook ziet,
achtte dr. Bruins Slot evident, want
anders zou die regering niet eens
het vooroverleg zijn begonnen, gezien
het Indonesische uitgangspunt t.a.v. d'i<
bestuursoverdracht. Pogingen om he'
punt van de overdracht buiten de agen
da te houden, zijn alleen maar zinloos
en een zinloos gesprek kan nooit het
doel van dc regering zijn. Bij de onder
handelingen zullen vanzelsprskend ook
de modaliteiten van zulk een bestuurs
overdracht aan de orde moeten komen.
Dr. Bruins Slot wilde graag een
spraak van de regering horen ove
geiuchtcn, dat hel geheim vooroverleg
in Washington zou zijn vastgelopen Juist
op heit punt van de bestuursoverdracht
Na nog eens betoogd te hebben, dot het
N.-Guinea-vraagsluk >i—M->?baar ="hijnt
als Nederland en Indonesië u:
vinden. besloot dir Bruins S,ot met
mens zijn fractie instemming te betui
gen met het regeringsbeleid. Tevoren
had hij gezegd, dat zijn fractiegenoot dr.
Meulink ten aanzien van bepaalde pun
ten van zijn betoog een ander standpunt
inneemt.
Dr. Tilanus
Ook de c.h. fractieleider dr. Tilanus
kwam zich namens zijn fractie akkoord
verklaren met het beleid en de genomen
maatregelen van de regering. Spreker
noemde het „iets ongehoords", dat tij
dens een overleg de ene partij ophitsende
taal bezigt tegenover de andere en zich
bovendien schuldig maakt aan wel niet
belangrijke, maar toch zeer irriterende
daden zoals infiltraties e.d. De Neder
landse regering heeft zich bedwongen
alles nagelaten wat Indonesië zou kunnen
prikkelen. De heer Tilanus zou er begrip
voor gehad hebben als de regering hao
gezegd: met zo'n partner willen wij niet
verder praten. De regering doet dat
echter niet.
De c.h. fractieleider wilde zich ln hel
openbaar op geen enkele manier uitla
ten over zijn visie op de oplossing, die
nu voor het N. Guinea-vraagstuk moet
worden nagestreefd. Dit is een zaak van
het overleg. Spreker verwachtte, dat de
Papoea's hij dit overleg zullen worden
betrokken. De moties-De Kadt (soc.)
wees hy uiteraard af.
Met de militaire versterkingen ging
dr. Tilanus geheel akkoord. Hij wilde ze
in het licht van de primaire plicht
der regering om de bevolkingsgroepen
op N. Guinea te beschermen. Uiteraard
de betrokkenen en hun ouders
dc jongste militaire maatregelen onaan-
aar zij moeten toch ook hun
richten op de duizenden in
N. Guinea, voor wier beveiliging Neder
land verantwoordelijk is. Opvolging van
dc P.v.d.A. om onze troe
pen niet te versterken, maar integendeel
geleidelijk uit N. Guinea terug te trek
ken (zoals in Algerije is gebeurd) zou
tot gevolg hebben, dat Indonesië zo gauw
mogelijk binnentrekt, waardoor een
„Kongolese wanorde" zou ontstaan. Dr.
Tilanus wekte ten «lotte de P.v.d.A.-
oppositie op zich nu in deze moeilijke
uren niet tegenover, maar achter de rege
ring te plaatsen, zoals Troelstra bij het
uitbreken van de eerste wereldoorlog in
1914 heeft gedaan.
Prof. Oud
De voorzitter van de V.V.D.-fractie.
prof. Oud. maakte er evenmin als de
vorige sprekers een geheim van. dat hij
en zijn geestverwanten het regerings
beleid steunen. Hij meende, dat nu op
gehouden moet worden met het zoeken
naar zondebokken voor het ontstaan
van het N. Guinea-probleem. Regering
én Kamer zullen nu gezamenlijk een
oplossing moeten zien te vinden en daar
bij mag de oppositie niet achterblijven
Het belang van de Papoea's behoort
daarbij uitgangspunt te zijn, want op het
ogenblik heeft Nederland dat nog te
behartigen. Over die Papoea's mag geen
definitieve beslissing worden genomen
zolang zij nog niet in staat zijn zelf te
kiezen. Zolang moet N. Guinea worden
bestuurd als nodig is om de Papoea's op
hun zelfbeschikking voor te bereiden.
Prof. Oud ging vervolgens in op de
eisen, die aan het bestuur gedurende de
overgangstijd moeten worden gesteld.
Dat bestuur moet ln de eerste plaats zo
goed mogelijk zijn. Daarnaast zullen de
Papoea's zich alzijdig moeten oriënteren
op hun toekomstige mogelijkheden Zij
zullen niet eenzijdig van buitenaf mo
gen worden beïnvloed. Als dit alles ge
waarborgd is. doet het er niet toe wie
N. Guinea zolang bestuurt. Prof Oud
ging hierna in op het onderbroken ge
heim vooroverleg, waarvan naar Neder
lands standpunt 't doel was het opstellen
van een agenda, waarop alles zou kunnen
worden gezet. Hij vroeg zich af of. indien
Indonesië zijn plicht tot geheimhouding
niet nakomt. Nederland er desondanks
toch aan moet blijven vasthouden. Meent
de regering dat zulks niet hoeft, dan zot
ze de Kamer inlichtingen kunnen ver
schaffen die anders geheim hadden moe
ten blijven en zou ze b.v. kunnen ingaan
op het haar door Indonesië gedane ver
wijt van „koppigheid"
De regering, aldus de liberale leider,
staat nu voor een afschuwelijk dilemma:
de militaire versterkingen zijn volkomen
begrijpelijk en ook noodzakelijk, maai
anderzijds kunnen ze de overeenstem
ming met Indonesië bemoeilijken. Als
Indonesië hel overleg blijft frustreren
doorgaat mei zijn militaire agressie kan
en ogenblik komen, dat Nederland
de zaak moet voorleggen aan de Veilig
heidsraad of aan de Algemene Vergade-
rlnr van de V.N. Daarbij zal de verant
woordelijkheid van onze hondgenoten In
het geding komen. Als dan blijkt, dat
noch de V.S. noch de V.N. die verant-
'oordeljjkheid willen dragen, zal ons
land zijn positie opnieuw moeten bepa
len.
Ir. Van Dis
De fractieleider van de S.G.P.. ir. Van
Dis. meende dat de regering haar belof
ten aan de Papoea's niet zal mógen bre-
en haar standpunt te dezen niet zal
dienen prijs te geven. Dat zou een ver
zaken zijn van Gods Woord. De Papoea's
zien met verlangen uit naar de verwezen
lijking van het hun toegezegde zelfbe
schikkingsrecht. Hun vertrouwen in ons
mag niet worden beschaamd. Bij be
stuursoverdracht aan Indonesië kan men
niets verwachten van garanties voor dc
behartiging van hun belangen. Zij moe-
elke dag echter, dat er meer loon wordt
betaald. En de werkgevers kunnen het
zich veroorloven. Het vertrouwen in het
beleid van de organisaties wordt hier
mede niet versterkt, aldus dr. Albeda.
Hij wijst er tevens op dat het verschijn
sel niet nieuw is. Reeds in 1955 en 1956
is over dit vraagstuk veel gesproken.
Het vormt een nevenverschijnsel van een
systeem, waarin de c.a.o.'s te weinig
soepelheid bezitten om de hoogconjunc
tuur te kunnen opvangen.
Als oplossing van het vraagstuk van
de zogenaamde zwarte lonen, wijst dr.
Albeda het voorstel af om voor de werk
nemers het aanvaarden van bovenwette
lijk loon strafbaar te stellen. Hiermee
zou de knoeierij in de boeken slechts
meer wind in de zeilen geblazen wor
den. Het afstand doen van de volledige
werkgelegenheid, waardoor er weer een
neerwaartse druk komt op de lonen,
noemt dr. Albeda eveneens onaanvaard
baar. Deze oplossing zou weinigen aan
spreken; en werkloosheid zou een te ho
ge prys zijn voor het redden van de pa
pieren werkelijkheid.
Plaatselijk
Dr. Albeda, die dit betoogt in een ar
tikel in Gids, maandblad voor personeels
beleid. arbeidsvraagstukken en sociale
verzekering, voert een pleidooi voor de
mogelijkheid landelijke c.a.o.'s per ge
bied aan te passen aan plaatselijke om
standigheden. De praktijk van vandaag
is, dat de werkgever zelf zich aanpast
aan de plaatselijke situatie. Hij kan niet
anders. Op straffe van het in sterke ma
te schaden van zijn bedrijf. Aan de werk
gever moet de gelegenheid gegeven wor
den deze aanpassing te doen geschieden
in vrij overleg met zijn werknemers en
met zijn collega-werkgevers in zijn om
geving.
De ervaring leert reeds, dat bij een
tekort aan arbeidskrachten overal de
officiële lonen op de een of andere wyze
worden overschreden. De ervaring leert
ook, dat dit er niet toe leidt, dat onder
nemingen op grote schaal failliet gaan.
De werkgevers zelf weten wel waar de
grens ligt van hun draagkracht. We
moeten ons niet verbeelden dat we in de
c.a.o. het loon kunnen vinden, dat pre
cies past in elke plaatselijke omstandig
heid.
In de p i o zou bepaald moeten wor
den, dat op het nlyeau van de onderne
ming nog gesproken kan worden met de
vakverenigingen over dc vraag of niet
plaatselijk afgeweken kan worden van
het landelijk overeengekomen loonni-
i. Het is nu eenmaal onmogelijk om
ln de c.a.o. bouwnijverheid het loon
op te nemen, dat past ln een plattelands-
streek met weinig Industrie en ln een
grote stad met een havenbedrijf, dat
schreeuwt om arbeiders, aldus dr. Albe-
(Vervolg van pagina 1)
Een andere kwestie, die aan de orde
is geweest, schijnt eveneens te zijn op
gelost. Het ging om de vraag of ook voor
1963 reeds rekening moet worden gehou
den met een gematigde produktiviteits-
trend, zoal6 de spelregels bepalen. Het
NVV was aanvankelijk van mening dat
het in strijd met de afspraken van Wasse.
naar zou zijn reeds nu een matiging voor
1963 vast te leggen en wilde daarom de
volgend jaar tc verwachten ruimte reeds
nu ongematigd in rekening nemen. Ook
gisteren probeerde het verbond dit stand
punt in een clausule verdisconteerd te
krijgen, doch daarmee gingen de werk
gevers niet akkoord
De werkgevers (industrie, landbouw
en middenstand) vonden het niet verant
woord nu van een ongematigde trend uit
te gaan en volgend jaar eventueel door
contratsverlenging opnieuw te matigen,
zoals het NVV verlangde. Uiteindelijk
legde het NVV zich schoorvoetend neer
bij een omgekeerde clausule, die ln de
contracten kan worden opgenomen: nu
uitgaan van matiging in 1963, waarbii
per 1 januari zo nodig door middel van
openbreking alsnog van dc ongematigde
trend kan worden uitgegaan.
AI met al heeft het NW dus wel een
sterke veer gelaten en Is het verbond
,eniggekomen op zjjn besluit de jongste
spelregel van staatssecretaris Roolvtnk
naast zich neer te leggen. In Den Haag
bestaat de verwachting dat het compro
mis in de Stichting In grote Hjnen
gelijk aan dat welke de vakcentrales
eerder onderling overeenkwamenwel
door de regering zal worden geaccep
teerd. In het algemeen zullen Immers de
regels bij de loonvorming In acht worden
genomen. De 29 controversiële cao's z(jn
merendeels contracten voor kleine on
dernemingen. die de nationale economie
niet al te zeer zullen schaden.
ten bij het overleg worden betrokken.
Ir. Van Dis gaf de regering voorts de
raad voortaan niet meer <op aandrang
van de V.N Indonesische gevangenen
terug te zenden Gebleken is. dat die
worden gebruikt voor een anti-Neder
landse hetze In plaats van een verbete
ring van de sfeer is een verslechtering
het gevolg geweest. Ook Ir. Van Dis
wees ten slotte op de noodzaak van
bondgenootschappelijke garanties. Met
de troepenzendingen was hij het uiteraard
volledig eens
De socialist Scheps ten slotte zei
dat wie het zelfbeschikkingsrecht der
Algerijnen erkent, de regering en
zelfs deze regering! niet zal kunnen
afvallen bij haar streven dc Papoea's
in vrijheid tot zelfbeschikking op te
i'oeden. De Papoea's mogen niet het
zelfde tergend onrecht en leed onder
gaan als het volk der Zuid-Molukken
en de spijtoptanten.