SPIEGELBEELD
Oorlogvoering is in deze
tijd een vuil zaakje
west
Pakis
tan
Christ, organisatie ook
uiting lichaam Christus
Een woord voor vandaag
H O PI Q ^oor ^eze functie z'jn e«n groot organisatie-vermogen en een volledige
Vactang.e£s
2
Prof. Diepenhorst tot studenten:
(Van onze parlementsredactie)
„QP DE OORLOGVOERING ir
de nieuwere tijd is de beoor
deling ,,een vuil zaakje" toepasse
lijk." Met deze en andere stellin
gen bracht prof. mr. dr. I. A.
Diepenhorst de discussie op gang
op de studentenconferentie, die de
Arjos, de a.r. jongerenorganisa
tie, gisteren en vandaag op De
Witte Hei in Huis ter Heide hield.
Het vraagstuk van de atoombe
wapening vormde het centrale
thema.
Het vr_
het ogenblik in Nederland niet de be
langstelling. waarop het recht heeft,
meende prof. Diepenhorst. Te velen
zijn onvoldoende op de hoogte van het
geen NAVO en Wcsteuropese Unie mi
litair betekenen.
De historie heeft tot op heden uitge
wezen. dat nimmer een wapen, omdat
het te afgrijselijk was. ongebruikt
bleef. De volkenrechtelijke leer over
de geoorloofheid van de oorlog" krach
tens wettig gezag vanwege een recht
vaardige zaak met een zuivere bedoe
ling en onder aanwending van gepaste
middelen" heeft, aldus prof. Diepen
horst aan bruikbaarheid ingeboet.
De Amsterdamse hoogleraar sorak
als zijn mening uit, dat de kerken
zich niet kunnen onttrekken aan een
beoordeling van de oorlog als zoda
nig. Een dergelijk oordeel is een ge
biedende eis. nu de atoomoorlog zo
ingrijpend verschilt van de conven
tionele oorlog.
Toonde prof. Diepenhorst een uit
weg? HU formuleerde zijn vLsle aldus:
Wie atoombewapening afwijst, maakt
het de onrechtvaardige staat mogelijk,
te doen wat hij wenst. Wie atoombe
wapening aanvaardt, heeft niet de
recht aal dienen. De atoombewapening
te verwerpen, zolang geen gewisheid
over haar ongeoorloofdheid bestaat, Is
In de toekomst zal in verband met
de moderne oorlog het aan God meer
gehoorzaam zijn dan aan mensen
aan de belijdende christenen weer gro
ter moeilijkheid brengen dan lange tijd
het geval is geweest, meende prof.
Diepenhorst.
Prof. Diepenhorst besloot zijn refe
raat met een uitspraak van Luther:
Wij kunnen recht en liefde nooit op
een volmaakte wijze verenigen. ..De
zondigheid van de samenleving is
daarvan de oorzaak. Wij komen met
het oorlogsprobleem daarom niet uit.
Wij kunnen alleen proberen door onze
bijdrage tot de staat, onze bezinning
op het oorlogsvraagstuk, ons streven
naar betere internationale betrekkin
gen. aan de jeugd een betere samen
leving te verschaffen dan wij thans
hebben. Over de afschaffing van de
slavernij is negentien eeuwen gedaan.
Moet dat dan tot wanhoop stemmen,
dat^wij^op dit ogenblik nog tasten en
Leidende figuren
Het komt aan op de persoonlijke
houding van de leidende figuren, zet
prof. dr, C. van Peursen uit Leiden
gisteravond, toen hij nader inging op
het leven in het atoomtijdperk. Het
denken zoekt beelden, aldus de Leidse
hoogleraar. De waarheid moet. zowel
in het bedrijf als in het internationale
leven, wordt gedaan.
Prof. Van Peursen meende, dat het
ontdekken van de atoomkracht ligt in
de lijn van dc wetenschappelijke ont
wikkeling. Het zal te zijner tijd ook
tot atoombewapening bij kleinere lan
den leiden. Dit vergt nieuwe vormge
ving van het Internationaal samenleven
der volkeren.
Nieuwe vormen van contact tussen
de culturen zijn hierbij nodig. Men
dient zich niet te funderen in de ..an
tithese" van eigen taal, denken en
houding. Een dergelijke mentaliteit is
olitiek onbruikbaar en theologisch on-
jist.
De ontdekking van de atoomkracht
betekent in vreedzaam verband tevens
de definitieve overgang van een agra
risch naar een industrieel levenspa
troon. Tegenover een meer traditioneel
denken dient het scheppend denken te
worden bevorderd.
Daarbij verplaatst het zwaartepunt
zich van materiaal en personeelssterk
te naar hot organisatievermogen. Prof.
Van Peursen verwacht, dat tezamen
met massificatie in politiek, arbeid en
recreatie toch juist de persoonli'ke
houding van de leidende figuren een
groter rol zal spelen.
Onderwijsbenoemingen
Benoemd tot onderwijzeres aan de
V.G.L.O. school te Opheusden: mevr.
J. Mauritz v. d. Graaf te Opheusden
Benoemd tot hoofd aan de Chr. Nat.
School te Medemblik: IJ Mulder te Ter-
naard (Fr.); Oranje Nassau school te
Stadskanaal: H. van der Meer te Boer
akker.
Beroepingsicerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Bergambacht: E. J. Schim
mel te Oud-Beijerland.
GEREFORMEERDE KERKEN
Aangenomen naait Winterswijk vac. J.
E. Hendriks): J. A. van Netten te Groote-
gast.
Bedankt voor Boskoop: G. F. Hajer te
Beilen.
Examen. De classis Hardenberg heeft
Eraep. geex. en beroepbaarverklaard de
eer J. Jurgens te Ane, gemeente Grams-
berge, kand. aan de Theologische Hoge
school te Kampen.
Beroepen te Klundert: H. Pestman te
Appingedam (verb.).
GEREFORMEERDE KERKEN (Vrfjg.)
Beroepen te Pijnackcr: C. Bakker t<
Twfjzel.
Predikanten uit
Amsterdam ivillen
Nieuw-Guinea
overdragen
Drie Amsterdamse predikanten heb
ben zich. mede uit naam van nog 53
predikanten en theologische hoogleraren
uit hun stad. met een schrijven gericht
tot de raad van ministers in Den Haag.
De brief luidt:
..De ondergetekenden, predikanten en
theologische hoogleraren te Amsterdam,
leven met u mee in deze dagen van
scanning en beseffen uw verantwoorde
lijkheid ten aanzien van de verhouding
Indonesië inzake Nieuw-Guinea. Wij
ïen in dit korte schrijven twee pun-
onder uw aandacht te moeten bren-
waarmee wij u naar onze overtui
ging in uw beslissingen dienen kunnen:
1. Niet zonder eigen schuld zijn wij in
deze impasse geraakt. Allerlei kan
sen zijn onbenut gebleven. Vele uit
zicht ed*nde adviezen ziin terzijde
gesteld. Wij noemen slechts het zelfs
nog tot voor kort verworpen maar nu
te laat gewenste open gesprek met
Indonesië Nu is hpt zo dat een mili
tair conflict tot de naastbljliggende
mo"e!iikheden behoort. Hiermede
zouden Papoea's. Hollanders en Indo
nesiërs allerminst gediend zijn.
2. Wij menen in deze uitzonderlijke si-
ti'it e van een regering diê een chris
telijk sociaal beleid wil voeren
daad te mogen vraeen die even
zonderlijk als bevrijdend is. Wij
z >eken u met gro'e ernst de Indone
sische regering uit te nodigen tot een
gesprek op basis van overdracht van
N:euw-Guinea aan Indonesië waarin
over het ..hoe" kan worden gespro
ken en waardoor een gewapend con
flict kan worden voorkomen. Alleen
op deze wijze bestaat de mogelijkheid
dat de Indonesische regering en het
volk van Indonesië iets van Christus
herkennen in deze laatste fase van
onze Nederlandse Nieuw-Guinea poli
tiek."
Mr. Penning secretaris
raad voor zending
Tot secretaris van de raad voor de
zending der Ned. Herv. Kerk is be
noemd mr. H. I. Penning te Utrecht.
Mr. Penning heeft de opdracht binnen
kort mr. C. C W Uffelie als tweede
thesaurier op te volgen. Mr. Penning,
die werkzaam was bij de Ned. Spoor
wegen heeft tijdens zijn arbeid daar
kans gezien in zes jaar zijn juridische
studiën te voltooien. Hij diende de herv.
gemeente van Utrecht als ouderling en
was ook secretaris van het presbyterie.
Hij zal in het zendingshuis te Oegst-
geest worden te werk gesteld.
DEPUTATEN VOOR
ALGEMENE DIAKONALE ARBEID
VAN OE GEREFORMEERDE KERKEN
IN NEDERLAND
kannis kunda overtuiging
Bekwame mensen, die op belangrijke posten
in de wereld hulp willen bieden, kunnen
thans uitgezonden worden naar West Pakistan.
De volgende functionarissen zijn nodig:
Leidster van te starten welfare-werk
(praktische en theoretische vorming is noodzakelijk)
Docent aan een Chr. Technische School
t.b.v. de auto-afdeling
(zeer praktisch ingesteld, en zo mogelijk H.T.S.-opleiding)
Agrarisch econoom
of agrarisch deskundige met economische belangstelling,
voor opbouwwerk in drie dorpen (kunnende werken in
teamverband opleiding Deventer of Wageningen)
Leider van een werkplaats
voor werkloze vluchtelingen (zeer praktisch ingesteld,
kennis van hout- en/of leerbewerking. gevoel voor
marktverhoudingen)
Arbeidsvoorwaarden e.d. met betrokkenen te regelen
Sollicitaties en inlichtingenKoningslaan 7, Utrecht, tel. 12405
Zuidafrikaan in dissertatie kerk en volk"
(Van onze kerkredacteur)
Opnieuw is een Zuidafrikaan
gepromoveerd aan de Vrije
Universiteit te Amsterdam en
zijn proefschrift is een warme
aanbeveling geworden van het
christelijk organisatieleven.
De belangrijkste conclusie van
de nieuwe doctor in de letteren
en wijsbegeerten Schalk Carl
Willem Duvenage is wel: „Die
kerklike instituut is slegs een van
die baie vorme waarin die sig-
bare kerk tot openbaring kom.
Wie van die kerk wil praat alleen
maar in die sin van die kerkelike
instituut en nie ook alle ander
christelijke samenlewingsvorme
reken tot die openbaring van die
liggaam van Christus nie, be
land daarmee weer in die vaar
waters van Rome wat „natuur"
en „genade" onderskei as twee
afsonderlike terreine."
Deze jonge predikant met zijn Zeeuw
se naam komt uit Middelburg, maat
niet het Zeeuwse, maar Zuidafrikaanse
Middelburg. Hij kwam naar Nederland
om de Nederlandse problematiek rond
om ..kerk" en ..volk" te bestuderen,
om zo een bruikbare basis te vinden
voor een studie van kerk, volk en jeugd.
Zover is hij in dit proefschrift niet ge
komen. Het is dan ook een van de wei
nige wetenschappelijke dissertaties ge
worden met het woord „deel I" op de
titelpagina.
Ds, nu dr. Duvenage is van plan
een tweede deel uit te geven, waarin
hij de conclusies van zijn eerste stu
die gebruikt. Dat zal dan geheel ge
wijd zijn aan de jeugd en In Zuid-Afri-
ka worden uitgegeven. In dit eerste deel.
waarmee hij zijn graad verdiende wijdt
hij alleen aandacht aan de verhouding
van kerk tot volk.
Het proefschrift geeft een zeer uit
voerige historische uiteenzetting
dit probleem dat in de kerkgeschiede
nis telkens opnieuw naar voren kwam.
Het grootste deel is echter gewijd aai
een confrontatie met wat deze Zuid
afrikaan noemt de „hervormde" en
de „gereformeerde" visie op deze
probleemstelling. Daarmede heeft hij
in zekere zin gekozen voor de beelden
die hervormden en gereformeerden
van elkaar hebben, want in zekere
zin kunnen de beide inzichten die dr.
Duvenage naar voren brengt al lang
niet beschouwd worden als alleen maar
„hervormd" of gereformeerdom
dat de scheidslijn van inzichten door
de beide kerken heenlopen.
Nieuwe leerstoel aan
R.K. Universiteit
Aan de R.K. Universiteit te Nijme
gen is een leerstoel ingesteld in de fa
culteit der geneeskunde voor cytologie
(leer der cellen) en histologie (leer der
weefsels). Tot gewoon hoogleraar om
onderwijs te geven in deze wetenschap
pen is benoemd dr. Heinz von May-
ersbach, thans werkzaam als chef de
vaux aar. het instituut voor histolo-
en embryologie aan de universiteit
Lausanne.
Ter voorziening in de vacature ontstaan
door het ontslag van prof. magister dr.
R. A. de Langhe, hebben de curatoren
van de R K Universiteit tot lector be
noemd pater dr. C. H. W. Brekelmans
om onderwijs te geven in de Semitische
taal en letterkunde.
..Pater Brekelmans doceert reeds een
tiental jaren in het Oude Testament en
Hebreeuws aan het groot seminarie van
ziin congregatie te Oudenbosch en aan
dat van de paters van het goddelijk
woord te Teteringen.
Ds. P. G. van Berge
nooit gearresteerd
geweest
Bij het Zendingscentrum te Baarn is
een officieel bericht ontvangen, waarin
wordt meegedeeld, dat ds. P. G. van
Berge, over wiens vermeende arresta
tie allerlei verwarde persberichten de
werk aan de Theologische School
Makassar voortzet. Daarmee is aan ai-
le onzekerheid over het lot van ds. van
Berge definitief een einde gekomen.
ste" betreft „doorbraaak" en ..volks
kerk". die naar zijn inzicht rechtstreeks
teruggaat op traditionele inzichten in
de Hervormde kerk en vooral naar vo
ren gebracht worden door de hooglera
ren prof: dr. A. A. van Ruler en prof.
dr. Th. L. Haitjema. De hervormde
inzichten worden tegenwoordig aange
vuld met beschouwingen over „solida-
reteit" en inzichten over „apostolaat",
die volgens de schrijver vooral naar
voren gebracht zijn door prof. dr. H.
Kramer.
Dr. Duvenage heeft vooral kritiek op
de apostolaatsbeschouwlng waarbij men
zegt „die kerk Is vanweë die „aposto
laat" in die wereld gestel.... Dit ls 'n
onwettige versmalling van die Inhoud
van die „apostolaat" volgens die getut-
enis van die Nowe Testament.Deze
Zuidafrikaan ziet twee aspecten van
apostolaat, namelijk de missionaire ge
richtheid, die zeker niet verwaarloosd
mag worden, maar ook die van -.die
lnnerlike opbou van die kerk self. In
die Nu we Testament word die kerk
self ook tot objekt van die apostolaat
Geref. visie
genove.
stelt hij dan een analyse van de „gere
formeerde" Inzichten, waarbij bijzonde
re aandacht wordt geschonken aan de
christelijke organisaties, waarbij hij met
nadruk stelt: „Nie slegs midde in die
volkslewe nie. om beywer... Met die
spreuk 'In ons isolement 1* ons krag
mag niks anders bedoel word as n'
isolement van toerusting een vaardig
maken vir die diens na buite nie."
In dit verband komt de schrijver
dan al tot zijn conclusie: Per slot
van rekening gaan dit daarom dat die
geinstitueerde kerk nie vereenselvlg
kan word met die „corpus Christi"
nie. Die liggaam van Christus is veel
breër en kom tot openbaring oral waar
gelowiges optree in hul amp (ambt)
as gelowiges."
In de „hervormde" visie ziet ds. Du
venage vooral het bezwaar dat het al
oude rooms-katholieke onderscheid tus
sen „natuur" en „genade" weer om de
hoek komt kijken. Wie de institutione
le kerk al te zeer vereenzelvigt met
het lichaam van Christus „sal of met
Rome die christelike karakter van die
nie institutêre kerklike lewe moet soek
in 'n uitwendige binding aan die kerk
like instituut, of die mening toegedaan
raak dat „natuur" en „genade" 'n te-
estelling vorm. en dan kom tot die ver-
wêreldliking van He hele lewe bulte
die kerklike Instituut en tot beperking
van die koninskap van Christus enkel
ie ins
ke meer
lijke wet
conclusie 4
sluit alle christelike lewe. alle christe-
ike aksie en alle resultate daarvan,
omdat dit alles voortkom uit en gerig
is op Hom. war nie slegs siele maar
die wereld opneem in sy verlossings
plan."
Stellingen
Het gevolg van deze visie, die bui
tengewoon Interessant is, maar zeker
geen algemene aanvaarding zal vinden,
Is dan een stelling 'n Kerklike |eu*-
vereniglng Is vanuit calvlnlstlese stand
punt onaanvaardbaar. Deze woorden
houding van kerk tot volk te be
kom, moet radikaal afgesien word
van die natuur-genade motief en
moet beide kerk en volk gesien
word in die perspektief van die
koninkryk van Christus.
..De katholiek in het openbare leven
van deze tijd" (Utrecht 1954), is
enersyds 'n dringende oproep aan
die katholieke volksdeel in Neder
land tot eenheid en tot sluiting van
eie geledere met erkenning van die
kerklike gesag. Andersyda, egter,
moet dit beskou word as 'n doelbe
wuste poging van die Rooms Katho
lieke Kerk om 'n stewiger greep te
verkry op die Nederlandse volk in
die proces van voortskrydende ver-
roomsing.
tDit is tans om prinsipiële en prak-
tiese redes gebiedend noodsaoklik
om die christelike vakbeweging in
die Suid-Afrikaanse arbeidswêreld
daadkragtig aan te pak.
Het is, alsof de apostel Patiltis nog eens al hetgeen hij de
christenen in Colosse heeft geschreven wil samenvatten met
deze woorden: „Gedraagt u als wijzen ten opzichte van hen,
die huiten staan, maakt u de gelegenheid ten nutte. Uw spre
ken zij te allen tijde aangenaam, niet zouteloos; u moet weten
hoe u aan ieder het juiste antwoord moet geven." Zeker twee
dingen vallen hier op: christenen dienen wijs te zijn en ze
moeten van de goede gelegenheid gebruik maken. Die wijs
heid is iets volkomen anders dan betweterigheid: christenen
moeten wèl bedenken, dat zij onuitstaanbaar kunnen worden
door voortdurend gemoraliseer! Wijsheid heeft iets in zich van
naast de ander gaan staan, hem proberen te volgen in zijn
motieven en handelingen. Hetgeen óók weer iets anders is
dan: alles begrijpen is alles vergevenEn het tweede punt: de
gelegenheid ten nutte maken. De wijze kent tijd en wijze: de
christen, die lééft naar Christus* gebod der naastenliefde, zal
altijd weer trachten bij de juiste gelegenheid het juiste woord
te spreken. Aangenaam, niet zouteloos, een juist antwoord
niet volgens een nooit wisselend schema, maar zéér persoon
lijk gericht. In navolging van da Meester, Die een farizeeër
totaal anders benaderde dan een vrouw, die met haar geeste
lijke en lichamelijke nood tot Hem kwam vluchten!
4NDERZIJDS
DOMINEE EN SAMENLEVING
Dr. A. Dondorp bespreekt tn
„Eenigheid des Geloofs" de fi-
guur van de dominee in de sa
menleving en de moeilijkheden
die hij uit hoofde van zijn ambt
ondervindt. Hij schrijft:
Een dominee is een zeer eigen
aardige figuur in de samenleving.
Niet alleen in het algemene pu
blieke leven, maar ook in de z.g.
christelijke kring. Men weet eigen
lijk niet goed raad met hem. Ten
minste niet met zijn eigenlijke po
sitie. En vaak weet hij dat zelf
ook niet.
Predikant-zijn is een ambt Je
bent het dus 24 uur per dag. Bo
vendien heb Je levenslang gekre
gen. HIJ moet midden in het gewo
ne leven staan en toch ook weer
net niet helemaal.
Het is een wonderlijke figuur.
Kijk maar naar de literatuur! In
tientallen romans, ook in christelij
ke romans, lopen wel heel vreem
de predikanten rond. En we moe
ten toegeven: je vindt onder ons
ook in werkelijkheid een heel stel
rare portretten.
In de moeilijkheid om de predi
kant te aanvaarden, (niet als een
vlotte vent of gezellige causeur op
visite met een zak vol sterke ver
halen, maar als predikant) zien we
iets van de onmogelijkheid om het
Evangelie te „plaatsen" ln het wer
kelijke leven of. zoals dat heet:
om aan het Koninkrijk van God
„gestalte" te geven. Hier ls niet al
leen sprake van moeilijkheid. Maar
ook van verzet. Veel mensen willen
graag een dominee bij zich aan
huis op bezoek hebben, maar dan
moet hij niet te veel de dominee
uithangen, d.w.z. niet praten over
de beloften en de bevelen van de
Here Jezus.
Een dokter mag zijn eigenlijke
dokterswerk doen. Graag zelfs.
Maar het eigenlijke werk van een
predikant d.i. preken, heeft als
woord al een onaangename
klank.
.Hou op met dat gepreek".
Natuurlijk hebben de dominees
hier ook schuld. Ook zij zijn op de
een of andere manier „status zoe
kers". Ook zij zijn op zoek naar
hun houding, proberen de van hun
,X'r?
gen daarom
sona.
Daarmee Is op zichzelf niets ver
keerds gezegd.
Op ieder mens wordt door zijn
werk of functie een stempel ge2et.
Te gezicht gaat er naar staan. Je
houding, stem. loop enz. ondergaat
de invloed ervan.
Ook al stel je je niet aan en ben
Ie zo natuurlijk als 't maar kan,
ie draagt een masker. Dat heeft
niets met theater te maken. Voor
zover tenminste ons leven niet één
groot toneelstuk is, dat wij opvoe
ren.
Hoe werkt nu het „masker" van
de predikant? Ik meen, dat ln de
tegenwoordige tijd zijn personage
remmend werkt. Zijn uiterlijk' op-
treden is dat van de verstandige,
vriendelijke vader, die met wijs
heid weet te spreken en met be
grip weet te luisteren.
Als wijze maakt hij zich niet
boos en heeft ook zijn meest on
deugende kinderen lief.
Je zou hier ook het „herder-mo
tief' kunnen uitwerken, ware dit
niet te oosters. Zelfs ln Drente zijn
.geen herders meer. Bovendien is
het herdermotief door de romantiek
grondig bedorven en onmogelijk ge
worden.
Die vader-persona ls naar twee
kanten zeer gevaarlijk- Voor de
predikant zelf. Dat altijd vriende
lijk en wijs moeten zijn, houd je
niet vol, omdat je achter een ge
duldige glimlach, Je zelf opvreet
van ergernis en achter vriendelijke
woorden enige lieden de nek om
draait.
Aan deze spanning ls menig pre
dikant kapot gegaan. Hij is of een
zacht eitje geworden of een huiche
laar.
Maar dit vaderlijke „personage"
werkt ook verkeerd naar buiten.
Wanneer de dominee zich helemaal
faat identificeren met het „vader"
eeld, dat de traditie voor hem ge
reed heeft liggen, roept dat tweeër
lei reactie op.
Net eender als de reacties zijn
van de meisjes en jongens in de
puberteit tegenover hun vader.
De reactie van hulpbehoevend
heid. De mensen gaan op je steu
nen en hebben je voor alles en nog
wat nodig. Maar ook de onuitge
sproken. meest onbewuste reactie
van: hij weet er natuurlijk weer
niets van; die oude heer is niet
met zijn tijd meegegaan en snapt
er niets van, waar we eigenlijk
mee zitten.
Wat weet hij op die preekstoel en
in die studeerkamer ook van het
leven af?
Tenslotte wordt de „houding" van
de predikant bemoeilijkt doordat
iedereen in hem toch zo iets ziet
of zien wil, als de vertegenwoordi
ger van God, de representant van
hoe het eigenlijk moet.
Vooral voor buitenkerkelijken
geldt hij als de man, die op de
een of andere manier in verbinding
met God staat, in ieder geval een
heleboel van God afweet.
Daarom hebben veel mensen
toch altijd nog wel graag een do
minee bij een oegrafenis of gebrui
ken ze hem voor doopsbediening
en huwelijkssluiting. Dat is het ge
loof op „wieletjes". De wielen van
de kinderwagen, het bruidskoetsje
en de lijkwagen (d.w.z. aan de
randen van het leven!)
Je vindt dat ook in specifiek-
christelijk gezelschap. Als er een
dominee ter vergadering aanwezig
is, wordt hij uitgenodigd de samen
komst op de gebruikelijke manier
te sluiten.
Men heeft mij eens verteld, dat
een relsvereniging dominees (man
nen van naam natuurlijk) gratis
meenam op buitenlandse reizen om
aan de maaltijden „Voor" te gaan.
Dit is toch eigenlijk een vorm
van fetishisme.
Het is ook niet uitgesloten, dat de
sacrale sfeer, die men om de do
minee vermoedt, onbewuste schuld-
fievoelens wekt: wij zijn maar pro-
ane mensen. Hij is de „geestelij
ke". waar we niet aan tippen kun
nen. Wij zijn immers niet zo gees
telijk. Lang niet.
Het verschijnen van een dominee
in een gezelschap raakt de aanwezi
gen op een verschillende maar fei
telijk zeer eigenaardige manier.
Soms werkt het als een beklem
mend element en verstillend. De
gesprekken verstommen en men
vreest naar 'n heel andere versnel
ling te moeten overschakelen.
Waar de één zich tegen verzet en
de ander zich toe opwerkt. Met al
le tussenliggende nuances. Daarom
zegt men wel eens in gezelschap
als het gesprek op een dood punt
is gekomen: „Er gaat zeker een
dominee voorbij".
Toch is de achtergrond van dit
gezegde een andere. In onze ha
venplaatsen en schippersdorpen
heeft de dominee de taak het aan
de betrokken gezinnen te gaan ver
tellen als het schip, waar de vader
of de zoon op varen „gebleven" is.
De schippersvrouwen staan in de
deur met elkaar te praten en ze
zien de dominee aankomen. Ze
houden hun hart vast en hun adem
ln. Ze zwijgen tot hij om de hoek
van de straat weer verdwenen is.
Ze praten weer verder. Hun man
of zoon is het blijkbaar niet. Wie
zou het wel zijn?
Dit is achtergrond van het be
kende gezegde: „Er gaat een do
minee voorbij". Een gezegde, dat
velen bezigen, maar niet allen be
grijpen
«en zijn veer de wereldIn het kader van de wereldhulpactie wordt
contact gezocht met zéér bekwaam organisator die een warme maaltijden-project voor kinderen
in Hong Kong op bezielende wijze kan leiden.
.y beheersing van de engelse taal (in woord en geschrift)
l O li Q beslist nodig. Verder zijn vereistenige kennis van financiën
en boekhouding.
Arbeidsvoorwaarden e.d. worden in overleg met betrokkene geregeld.
Voor inlichtingen en sollicitaties: Koningslaan 7 Utrecht telefoon 030-12405
Ocputatsn voor Algomtna Diakonale Arbeid van dt Gereformeerde Kerken in Nederland
„Ja, vind je het geen schoonheid? Uitverkoop-
je! Kijk er zit een vlekje op, daarom was hij
ook zo afgeprijsd", zei mijn vriendin, terwijl ze
liefkozend over de tas streek, die ik al maan
den de mijne had willen maken.
,Je moet maar boffen", antwoordde ik, en ik
hoopte tevergeefs dat zij de jalouzie niet hoor
de. Het is erg vreemu, maar ik hoor nooit bij
de uitverkoop-boffers. Ik kom met knopen thuis
van een twijfelachtige kleur of met jarretelles,
die dan, jaar in jaar uit, in de naaimand tlin
oeren. Maar als nu duizenden vrouwen met
Menen, hoeden en hele inventarissen thuisko
mer moet er toch wel één keer ergens een
koopje op mij wachten, dacht ik voor de zo
veelste keer. Dddrom besloot ik dat ik hard aan
een jurk toe was.
Met drie grote zakdoeken van mijn man tn de
tas, twee aspirines in mijn maag, mentholdrup-
pels in mijn neus en een paraplu boven het ver
kouden geheel ging ik bibberend op weg.
In de eerste winkel paste ik jurken, die me
prikten en waarin ik leek op iemand die drin
gend naar een vacantiekolonie moest. In de vol
gende zaak viel ik in handen van een opgewek
te juffrouw, die me helemaal begreep dat zei
ze tenminste. Ze wervelde weg om iets heel
exclusiefs te halen. „Echt tets voor uw type",
beweerde ze. Gelegenheid om te zien wat ze
me aansjorde was er niet. uiant ze was me met
snelle hand aan het kleden. Ze kneep een hele
bobbel ruimte weg in de rug, omdat het lijfje
berekend was op een meer vooruitstrevende
vrouw dan ik ben. Toen mocht ik in de spiegel
kijken en zag ik mezelf sfaan a's <**<t'ne ou
de tante van een verarmde '»n
lorgnet ontbrak nog.
De juffrouw liet zich echter niet terneer staan;
zij hees mij achtereenvolgens in een kostschool
uniform, een bruidsmeisjesjurk, een positiepak
en een soort hansop. Toen ik niezend tussen de
rommel mijn trui weer zocht, klapte ze blij in
haar handen en tjilpte: ..Eén momentje". Éven
later verscheen ze met iets verblindends van
zwart met gouden guirlandes. Ik kreeg geen
kans om duidelijk te maken, dat dit het echt
niet was, want ik werd als een willoos kind aan
gekleed. Toen alle ritsen dicht waren en alle
en
pauze
Aca
Ik keek mezelf eens onderzoekend aan. „D
Uerkouden tolpneus, dag, verpierde bleke Bet" r
fluisterde ik.
„Pardon?" vroeg de verkoopster, die het ™eterie(
verstaan had. Ik zei, dat dit mijn genre nie^j.
was. geh.
„Maar mevrouw, dan maakt u het tot «Htudic
genre, het staat u geweldig". joor
Toen tk mezelf nog eens onderzoekend bekeek Aul,
stak ik ineens een lange spitse tong uit tegeira: I
die gedaante in het zwart met goud, die mijl Lei
eigen spiegelbeeld toch was. jhtvo<
„Maar mevrouw, wat doet u?" vroeg de jufD e i
frouw geschrokken.
„Ja, dat zag ik wel, maar... voelt u zich
goed?"
Ze keek me ongerust aan met heel jonge
Ogen, die nog niet veel gezien hadden in de tcerVgdl
reld. Ik voelde, dat zij er nog geen idee var Ier-
had wat het betekende als een niet meer piep D e i
jonge vrouw tegen zichzelf haar tong uitsteekfUr:
Daarom heb ik het haar niet uitgelegd. Macrf?*"-
misschien zal ze zich mij herinneren over
of twintig jaar, als ze eens moe en douin voor.1?®111
de spiegel staat en als zij ook haar tong uim"51®
f.A.n IIAA, Mi.1ndllt.0M n/Mt ie hat t.rflrt *»Ur:
fliebers op hun plaats hingen werd ik via ds
spiegel met mezelf geconfronteerd.
Ik zou absoluut niet weten wanneer ik zo'n
gewaad moest dragen, maar ik kon niet anders
dan toegeven: dit was héél, héél mooi. Ik zag
eruit als een filmdiva. Tenminste, als ik mijn
hoo/d niet meerekende. Maar mijn hoofd liet
zich niet zomaar wegcijferen, en daarom leek
ik ook meer op een assepoester, bij taie de to
verfee vergeten had dat bovenop zo'n jurk toch
ook iets aantrekkelijks aanwezig moest zijn.
Dilif
hard,
iaff
zus!" betekent.
Maar als ze dan een paar avonden vroeg nao
bed te geweest en zich wat fitter voelt, zal r
in diezelfde spiegel knipogen. Die knipoog be Casi
tekent dan ook ,Je wordt oud, zus!" boord
Maar tussen die tong en die knipoog ligt eer°Tndel
wijde wereld; het is de toon, die de rnuzidgj^
- MINK VAN RIJSDIJtMera
maakt.