ÜANINE
De drie reuzen van Drimdram
m i.*
w
m
m m s
mm
ZATERDAG 13 JANUARI 1962
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
ZONDAGSBLAD
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
DAT is de waarheid, zo is het ge
beurd, en wie het anders ver
telt kletst. Er wordt, heb ik he
laas moeten eonstateren, veel te
veel gekletst, en daarom heb
Ik besloten de hele historie op papier te
zetten, van het vrolijke begin tot het
droeve einde. Niet alleen om de roddels
uit de wereld te helpen, maar ook om
Janine te rechtvaardigen. Want dat is
voor mij het belangrijkste, dat Janin«
wordt gezuiverd van de blaam, die op
haar rust. Ik mag dan, zoals men zegt,
een rare jongen zijn, maar onrechtvaar
digheid kan ik niet hebben. En zeker niet
als Janine er bij betrokken is.
Want Janine is mijn meisje Sinds drie
dagen weliswaar, maar ze u het toch. Bij
na was ze het niet geweest en daar draait
nu het hele verhaal om. Het zit zn Jani
ne dan is de dochter van een kolonel, die
zijn leven lang in Indië of in die buurt
heeft gezeten en daar vooral op tijgers
heeft gejaagd. Zijn huis. van boven tot be
neden. ligt vol tijgervellen met de openge
sperde bekken er nog aan. En daarnaast
hangen aan de muren koppen van allerlei
dieren, die minder gevaarlijk zijn dan tij
gers maar niettemin even indrukwekkend.
Drie jaar geleden werd de kolonel onze
buurman. Ik geloof, dat hij met vervroegd
pensioen de dienst was uit gegaan en dat
zou. naar ik alleen maar heb van horen
zeggen, verband houden met de dood van
Maar goed. Drie jaar geleden, op een
koude februari-morgen. belde er bij ons
een lange en rijzige heer aan. die zich
voorstelde als kolonel Blake. Hij vertelde.
dat hij het i
ken. Ik
i gelegen huis had ge-
zijn buren kennis wilde ma-
toen een jongen van achttien scheiden,
jaar, net met een diploma van school en
belust op nieuwtjes Eerlijk, van het be
gin af aan vond ik de kolonel een interes
sante man. Bij zijn eerste bezoek al deed
hij een machtig verhaal over een woeden
de tijger, die hem had besprongen en die
hij gewoon met zijn blote handen bij de
keel had gegrepen en van zich had afge
schud. Hij deed er niet eens opschepperig
over. nee. helemaal niet. hij vertelde het
so rustig alsof het over een vlieg ging. die
hij met zijn wijsvinger van het tafelblad
had weggeschoten.
TOT op heden is Janine in het verhaal
nog niet op de proppen gekomen. Dat
klopt volkomen met de werkelijkheid. Al
een jaar was ik bij de kolonel kind in huis
en toen wist ik nog niet. dat hij een doch
ter had. Zo heel vreemd is dat ook weer
niet, want we hadden het veel te druk
met onze tijgers om ons met iets anders
bezig te houden.
Janine ontmoette ik een jaar later. Op
een dag stapte ik weer het huis van de
kolonel binnen en. zoals ik gewoonlijk deed,
ik stond op het punt de huiskamer binnen
te gaan. toen me ineens werd toegeroe
pen: Hè. wat moet jij daar?
Verrast draaide ik me om. Ik zag een
eerlijk beeldschoon meisje van zo
ongeveer mijn leeftijd, lang en blond en
een paar ogen van dat diepe blauw,
zoals het water van de Middellandse Zee
kan zijn op een warme dag.
Wat moet jij daar? vroeg ze voor een
tweede maal. En daarbij keek ze me zo
brutaal aan, dat ik er ineens de damp in
kreeg. Want kijk. ik ben een hele rare
jongen, men moet bij mij niet met bru
taliteiten aankomen. Die toon van dat meis
je beviel me niet.
Wie ben jij feitelijk? vroeg ik uit de
hoogte. Wat doe jij hier? Ik geef je twee
minuten de tijd. ben je dan niet weg en
laat ik je even door de butler de stoep
afgooien.
Dat was nou olie op het vuur. Met een
wilde kreet vloog ze op me af, pakte me
bij mijn stropdas en gaf me tegelijkertijd
een draai om mijn oren, die klonk als
de Big Ben. Ik wist niet hoe ik het had.
Tevergeefs probeerde ik me los te ruk
ken en in de verdediging te komen: ik had
geen cent in te brengen. Nog weet ik niet
hoe het zou zijn afgelopen als de kolonel,
gewaarschuwd door het rumoer, niet uit
zijn kamer was gesneld en ons had ge-
porteerd, dat ik ingenieur zou worden, net
als hij. en ik voelde daar ook wel voor,
maar de kolonel niet.
En dat was het knelpunt. Ik heb al ge
zegd. dat Janine een beeldschoon meisje
is. En al hield ze niet van jachtverhalen
daarom kon ik haar best aardig vinden,
en ik vond haar aardig. Erger nog, ik
was op haar verliefd, nog erger, ik hield
van haar. Gelukkig hield ze ook van mij,
wat dat betreft was dus alles picobello.
De moeilijkheid zat in de kolonel. In het
eerste jaar van Janinea thuiskomst opper
de hij geen enkel bezwaar tegen onze om
gang. Dat kwam in het tweede jaar. toen
een zoon van een jeugdvriend, met wie
hij jarenlang in Indië (of in die buurt)
had gediend, zijn opwachting kwam ma
ken. Die zoon was luitenant bij een be
roemd regiment cn alsof dat nog niet ge-
hij had ook drie tijgers neerge-
opende om wat te zeggen, maar n>
dat hij iets in het midden had
brengen, werd zijn aandacht
I voe
kunm
Nauwelijks had ik dat gezegd, of we
hoorden een zware bons. De luitenant-tij
gerjager was bewusteloos tegen de grond
geslagen.
Langzaam ging de deur verder open. De
kop van de tijger werd groter. Ik zag de
kolonel wit wegtrekken, en ik kreeg mee
lij met hem.
ïd. IM
begrijpt het zeker
kolonel was in de wolken. Voor het eerst
sinds de dag. waarop hij zich naast ons
vestigde, liet hij mij weten, dat hij mij
met kon ontvangen. De eerste keer schonk
ik er geen aandacht aan, evenmin de
tweede keer. maar toen ik zeven weken
achter elkaar hoorde, dat de kolonel zeer
tot zijn spijt „wegens bezoek" niet in de
gelegenheid was mij toe te laten, kreeg
ik argwaan. En dat ik met die argwaan
niet te voorbarig was bleek al vrij gauw.
Op een avond vertelde Janine met tranen
de ogen, dat die luitenant-tijgerjager
grote zweetdruppels op het voorhoofd
hij wees met een bibberende vinger naar
de deur. Verwonderd keek de kolonel
en ik ook uiteraard naar de deur. en
wat we daar zagen deed ons het bloed in
de aderen stollen.
De deur was half geopend en door die
opening stak de kop van een tijger, zo'n
geweldige kop als ik nooit meer gezien
heb. Wat is dat? bracht de kolonel schor
uit. De Heer van het Woud. zei ik grap
pig, die de moordenaars van zijn familie
komt opzoeken. Schenk nog maar eens in,
kolonel, want onze minuten zijn, geloof ik
geteld.
de luitenant-tijgerja- yK ZEi; Weg, kolonel, dat varkentje zal
1 ik eens voor u wassen. Ik stapte met
vaste stap op de deur toe, mijn ogen op
de tijger gericht. Bijna was ik bij de deur
uit de gang weer een gil hoor-
rtijdig om.
:r, lijkwit,
rhoofd en
de.
Janine, kreunde de kolonel.
Ik stormde met veel lawaai op de deur
toe, schopte uit alle macht naar de tijger,
die grommend terugkroop en was nog net
op tijd om Janine in mijn armen op te
vangen voordat ook zij het vaantje streek.
Ik kuste haar en zei: Kind, het is in or
de, de tijger is gevlucht, kom maar gauw
naar binnen, en ik trok haar de rookkamer
in, waar de kolonel, nog steeds volkomen
de kluts kwijt, in een stoel was neergeze
gen.
Kop op, kolonel, zei ik, het monster is
verjaagd en uw dochter leeft nog.
Ja, ja, stamelde hij. Meneer, u heeft
mijn dochter gered. Ik ben voor altijd uw
schuldenaar, zeg me wat ik u voor een
prijs moet betalen.
Uw dochter, zei ik eenvoudig.
De kolonel knikte, 't Is goed, prevelde
hij.
WE ZIJN nu drie dagen officieel verloofd
Ik kan iedereen weer recht in de ogen
zien. Want iedereen heb ik zijn geld gege
ven. Ja. wat dacht u? Tien pond vroeg de
butler voor zijn rol van tijger, en tien
pond vroeg de huishoudster als zwijggeld
en tien pond moest ik geven aan dat
vriendje van me. dat volontair is bij de
plaatselijke krant en het bericht publiceer
de. dat een tijger uit een voorbijtrekkend
circus was ontsnapt, maar enkele uren la
ter gelukkig kon worden gegrepen. Dat be
richt bewaart de kolonel in zijn portefeuil
le. De butler wou op het laatste moment
vijftien pond hebben, doch dat heb ik ge
weigerd. En toen is hij aan het kletsen
geslagen.
i te i
ZOALS gezegd was ik net van school en
ik zat te piekeren over wat ik zou gaan
doen. Ik dacht er over me aan te melden
bij de Royal Air Force, want dat stoeien
met die vliegtuigjes in de lucht beviel me
wel. Mijn moeder probeerde me intussen zo
ver te krijgen, dat ik een contract zou te
kenen bij de marine Mijn grootvader nl.
was admiraal geweest en mijn moeder
vindt daarom dat er maar één beroep is,
dat een man siert, dat van marine-officier.
Mijn vader is geen marineofficier. Hij is
maar gewoon president-directeur van de
British Railways Cie.. en dat is ook de eni
ge wanklank in het overigens zeer geluk
kige huwelijk mijner ouders.
Ik zou beslist bij de Royal Air Force in
dienst zijn getreden als de kolonel niet
naast ons was komen wonen. Op de eer
ste de beste dag dat hij kennis kwam ma-
kon. wist ik ineens wat ik zou worden. Het
stond als een paal boven water, dat ik
mijn beroep zou zoeken in de richting van
jager op groot wild.
Nu moet ik zeggen, dat de kolonel me
daarin sterkte. Nauwelijks had hij zich in
zijn nieuwe huis gesetteld of hij nodigde
me uit zijn trofeeën te komen bezichtigen.
Man. man. wat een openbaring. Wat heb
ik die middag genoten. Meer dan drie uren
had hij nodig om me alles tc laten zien.
cn daarna zaten we nog een uur of twee
in de rookkamer te praten over jagen en
wilde dieren.
Het was voor de kolonel natuurlijk ui
terst prettig, dat hij in mij zo'n toegewijd
luisteraar had ontmoet. Ik ken heus wel
mensen, die na het tweede verhaal van de
kolonel zouden hebben gezegd: Schei nou
eens uit over die tijgers van je. ik weet
het langzamerhand wel. Maar zo ben ik
nou net niet. Als iets me boeit, dan kan
ik er niet genoeg van krijgen. En die
jachtverhalen boeiden me. Als de kolonel
vertelde over zijn sluippartijen door het
alang-alang, dan zag ik hem sluipen, dan
beleefde ik in al mijn vezels de spanning
en zat ik boven op mijn zenuwen, eerlijk.
En daarbij kwam dan nog dat de rook
kamer door de betimmering een uiterst
donkere, sombere kamer is. die je, vooral
als de schemering begint te vallen, koude
rillingen kan bezorgen. Daar kunt u na
tuurlijk om lachen, maar echt, zo is het.
Op den duur zat ik zo dikwijls en zo
lang bij de kolonel, dat mijn ouders er
zich voor gingen generen en mij zo goed
als verboden de kolonel te bezoeken. Toen
ik hem dat vertelde werd hij boos. Hij
ging zelfs mijn vader opzoeken om hem te
zeggen, dat hij het zo aardig vond. dat ik
naar zijn verhalen wilde luisteren. En
toen bleef alles bij het oude. Vrijwel elke
dag stapte ik bij de kolonel binnen, en
zijn butler en huishoudster, zijn enige huis
genoten. gingen me al heel spoedig als
Wat is hier aan de hand? brieste hij
Wie is die knul? hoorde ik het meisje vra
gen.
Wie is die wilde kat? vroeg ik honend.
Als twee kemphanen stonden we nog te
genover elkaar. Het liefst was ik naar de
wapenkamer gegaan om een geweer te ha
len cn haar neer te schieten. Aan haar
gezicht zag ik. dat ze hetzelfde dacht ten
aanzien van mij. Het had dus een duel
kunnen worden.
De kolonel deed het enige verstandige
wat in deze zaak viel te doen. Hij gaf ons
beiden antwoord op onze vraag.
Hij zei tot het meisje: Die knul is onze
buurman.
En tot mij: Die wilde kat is mijn doch-
T\IE dochter Janine was de avond tevo-
AJ ren teruggekeerd uit Montreux, zoge
zegd van kostschool. Te oordelen naar de
manier, waarop ze mij bij onze eerste ont
moeting begroette, moet het wel een vreem
de kostschool zijn geweest, zo'n school
waar jonge vrouwen meer worden onder
richt in zaken die des mans zijn dan in
vrouwelijke bedrevenheid.
Goed. dat doet verder niets ter zake.
Belangrijk voor het verhaal is. dat
Janine cn ik het spoedig vrij aardig met
elkander konden vinden. Niet dat ze
overdreven vriendelijk tegen me was
geen sprake van. Het was heus niet dat
van: Tjonge, tjonge, wat ben ik blij. dat
jij in mijn leven bent gekomen. Maar ze
was tenminste beleefd.
Eén ding miste ze: belangstelling voor
de jachtverhalen van haar vader. En
dat zat de kolonel niet lekker. De manier,
waarop ze over het schieten van tijgers
sprak, gaf hem ergenis. De kolonel zweeg
ook altijd abrupt als Janine binnenkwam.
Een keer had hij haar in het vuur van
het gesprek niet opgemerkt, hij werd
haar eerst gewaar, toen ze aan het slot
van het verhaal in hartelijk lachen uit
barstte. Dat deed de deur dicht. Van
toen af aan was hij niet meer bereid een
verhaal te doen als Janine thuis was.
En omdat ze weinig buitenshuis vertoefde,
kwam er op den duur van verhalen ver
tellen niet veel meer. Ik begon daardoor
minder de kolonel te bezoeken en op het
laatst liep ik alleen 's zaterdags nog bij
hem aap en praatten we enkel over koe
tjes en kalfjes, nooit meer over tijgers.
KR speelde trouwens ook een andere
zaak Het werd tijd tot die conclu
sie was ik langzamerhand gekomen dat
ik iets ging uitvoeren. Maar wat. Al de
beroepen, die ik vroeger zo aardig had
gevonden, had ik van het berocpenlijstje
geschrapt. Ik wist het niet meer. Niet bij
de Royal Air Force, niet bij de Royal Na
vy. geen jager op groot wild. niets van
dat alles, maar welke kant moest ik dan
opgaan? Mijn vader was er sterk voor ge-
HETT was me alsof ik een dreun op het
hoofd kreeg. Dat nooit, zei ik resoluut,
dat nooit. Maar wat dan, liefje? vroeg Ja
nine benepen. Zeg tegen je vader, com
mandeerde ik. dat die luitenant kan op
hoepelen en dat je met mij trouwt als Üc
ben afgestudeerd.
Janine huilde. Dat kan toch niet, snikte
ze. Vader wil niets van je weten. Hij zegt,
dat je niet moedig genoeg bent. Hij zegt.
dat je nog nooit een heldendaad hebt ver
richt. Waarom doe je ook niet eens
een heldendaad?, begon ze plotseling. Voor
uit wees flink, doe iets en ik beloof je, dat
ik die luitenant de bons geef.
Nu zijn er. die beweren, dat Janine mij
met deze woorden heeft opgestookt.En dat
bestrijd ik. Wat er nadien is gebeurd, is
ontsproten uit mijn eigen brein, ik handel
de helemaal op eigen initiatief.
Best schat, zei ik resoluut, best. Je zult
je zin hebben. De man, die je op dit ogen
blik voor je ziet zal zich als een held ge
dragen. Ik zei: Adieu. Janine, als we el
kaar terugzien is dat of voor altijd of voor
het laatst. Nogmaals: adieu.
briefje gestuurd en
een avond te woord
te staan voor het bespreken van een drin
gende zaak. Hij willigde het verzoek in.
Morgenavond om acht uur kunt u mij
spreken, schreef hij terug.
Die avond om acht uur precies belde ik
aan De kolonel deed open onder de ver
ontschuldiging. dat de butler plotseling
voor een familieaangelegenheid op reis
moest. Hij liet me in de rookkamer en
stelde me voor aan een fatterig jongmens,
dat mij met een monocle in het oog ge
klemd zorgvuldig opnam. U kent dat wel.
van de tenen naar het hoofd en dan weer
van het hoofd naar de tenen, zo'n paar
keer achter elkaar. Ik knikte hem eens
vriendelijk toe. gaf hem joviaal een klap
op de schouder en zei:
Zo, zo. ben jij nou die broer die zo dap
per op tijgers kan jagen?
Nog voordat er ruzie kon ontstaan vroeg
de kolonel wat ik wilde drinken. Veel
whisky en weinig soda, bestelde ik brutaal.
De kolonel fronste de wenkbrauwen, maar
zei niets. Ik dronk het glas achter elkaar
leeg, zette het hard op tafel en zei non
chalant: Niet al te sterk, hè kolonel, 't is
maar een slap drankje.
De kolonel liep rood aan. de luitenant-
tijgerjager zat me met een open mond
Wat kan ik voor u doen, meneer? begon
de kolonel eensklaps met ijzige stem. U
wilde me spreken, waarvoor? Maakt u het
kort. want ik ben zeer gehaast. Vertel u
het
Kolonel, zei ik. voorzichtig mijn woorden
kiezend, kolonel u boft. want ik heb ook
weinig tijd. Ik heb alleen dit tot u te zeg
gen: Janine en ik trouwen met elkaar,
het liefst- met uw toestemming, maar als»
het moet zonder uw toestemming. U kunt
dus kiezen. Ik voor mij meen
Ik hoefde mijn zin niet af te maken. Ik
zag de kolonel langzaam uit zijn stoel om
hoog komen, ik zag. dat hij zijn mond
(Vervolg)
Wat is dat mooi,
fluisterde de reus ont
roerd. Zo wil ik ook
leren spelen.
Ik zal eerst een gró
te fluit voor je maken, be
loofde Janus. En dan
zal ik je leren hoe je
mot* «pelen
i voorwaarde.
Wat dan? vroeg de
-eus wantrouwend.
Ik denk er niet over,
Sromde de reus. Dan zou
mij weer gaan verve
len.
Ook goed, dan maak
ik géén grote fluit voor
je. Goede middag. Janus
deed of hij van de hoge
tafel wilde springen en
weggaan, maar dat vond
de reus niet goed.
Je blijft hier. Wat
denk je wel, klein kerel
tje! Jij maakt een fluit
voor me en je geeft ifte
muziekles of anders knijp
ik je plat. Zó!
Nou, Je doet maar.
zei Janus fier. Maak me
maar dood. Dan heb Je
lekker tóch geen fluit!
Dat was waar. Filo
dacht er diep over na.
Zal ik echt net zo
mooi leren spelen als jij?,
vroeg hij eindelijk.
Nog veel mooier.
Nu. goed dan.
Haal me eerst een
flinke, dikke berketak, zei
Janus streng.
De reus ging naar bui
ten en kwam even later
terug met een tak, zo dik
als een arm. Janus ging
onmiddellijk aan het werk.
Met zijn scherpe zakmes
je holde hij de tak uit,
sneed er gaten in, waar
de dikke vingers van dc
reus precies op pasten.
Hij werkte lang en hard,
achtereen.
Het werd
fluit
lang als een wandelstok er
twee keer zo dik.
Alsjeblieft, zei hjj ein
delijk. Hij was er moe var
geworden.
De reus nam de kolossa
le fluit en probeerde er of
te blazen. Fazia en Janus
krompen ineen, want hoe
klonk het? Als een kerkor
gel.
Mooi, bromde de reu
tevreden.
Morgen zal ik je le
ren. hoe je je vingers
over de ronde gaten moet
bewegen om wijsjes te
kunnen fluiten, zei Janus.
Nu ben ik
blij als een
kind met zijn nieuwe speel
goed, vond alles best.
De volgende dag leerde
Janus de reus hoe hij op
zijn orgelpijp moest spe
len. De geluiden die uit de
reuzefluit kwamen, klon
ken in het begin wel wat
vals, maar Janus verze
kerde Filo dat hij het al
aardig begon te leren. Hij
moest maar flink en lang
Maar dan blijf ik'
weer helemaal alleen, jam
merde de reus. En als
i k me verveel ga ik men-
Dan zal ik nog iets
voor je maken, zei Janus
nadat hij even had nage
dacht Hij nam een groot
stuk ruw hout en begon
weer te werken. Urenlang
bleef hij met zijn zakmes
op het hout inhakken, ter
wijl de spaanders in het
rond vlogen. Wat hij maak
te? Een houten harlekijn,
met losse armen en be
nen. Aan de achterzijde
van de pop spande hij
touwtjes. Wanneer Filo
aan de touwtjes trok be
gon de harlekijn met ar
men en benen te zwaaien,
alsof hij danste.
Kjjk, zei Janus tegen
de reus. Dit is nu voor
taan jouw vriendje. Hij
zal altijd voor je dansen
en hij kan niet huilen. Je
kunt de hele dag tegen
hem praten als je dat wilt
(Volgende week verder)
Hoedeze week op school gemaakt? Weer een beetje
gewend om ln het gareel te lopen en natuurlijk niet vergeten „te zitten 7Wat
kreeg ik deze week weer gezellige brieven. Fijn hoor! V er&chlllende nichten
schreven me, dat ze het heerlijk zouden vinden als het
want we hebben tenslotte nog helemaal geen
moeten we wis een "^noole kaart sturen naar Berrie Alblas, die al zoveel jaren ziek
Is. ZUn adres is Rijksstraatweg 212, RUsoord. Niet vergeten hoor! Wat zal hij blij zijn
als er nog zoveel gezonde kinderen aan hem denken!
We gaan nu eens naar de oplossing van de puzzel kijken. Brandweerauto, water
verfdoos, hobbelpaard, poppenhuis en rolschaatsen.
De hoofdprijs krijgt Jan Kamerman? Waren ze brie. Volgende^ keer ik
eens zou gaan sneeuwen,
gehad. Nou tante Jos niet hoor!
jaar allemaal weer gezond beginnen
troostprijzen
tan naar Arjan de Leeuw
in Weenen, Marianne Nell
j Loes Overgaauw.
Hiep - hiep - hoera. Paul
Boutkan, Plet van Eljk, Tru-
d! de Graaf, Nico Poot. Ger-
da Verwijs, Dlnl Westhoeve
en Jannle Wubben van har
te gefeliciteerd met jullie
verjaardag van de nichten
Nu krijgen de brieven een
beurt. Ja. meisje uit Rot
terdam. je hebt helemaal
vergeten je naam en adres
11 Rla
SCHAAKRUBRIEK
(H»»«
winnlkGligorl
Oplossingen
l. Lbl! alDt 2. KM
gSL' I-U 5 Lc8-a2 Lxd2 6
LU 7. n Ld6 8- Kc6t Le7 (18- 9 Kc7! Dxa2
10 Lxa2 Ld6» 11 Kc8 btD 12 Ld5r Dt>7 13.
»xb7 (of Lxb7) mat. GeeaUg en fraai.
t. Studie uit .Jtimlwhe bron": 1. Lf3 f6 l
La3! fxeS 3. Let! ex«M 4. Ld3 dxc3 5. bxc3
h3—hit s. Lxba met.
3. Probleem van Rubin: 1. La6 axb« 2. Lb5
bxcJ 3. Lot cxdt t. Ld3 dxe3 3 Le2 rxl2 mat.
Ziet u de geüjkenia met de vorige opgave?
Proble
<5? i.4
K Pap
aai
A l
mm'
Ai: 1
X
abcdefgh
Zie tekst. Hoe had wit aan zet kunnen winnen?
2. Uit een Dartit Bogoljubov—Relnhardt
I 3.
I Txc3 4.
rolgt.
Pf«t
(TxaS? pet!)
I Lxd3
vint.
Kft 6. Pc2T Ket 7 Pg3t M4 8. TfW
2. Studie van Ré tl: 1 b4 Ke3 2. b6 d2 3
J*4 Kft t.
K«3 dLD 8. 1
Studie -
Le2 Kei 3 Kg3
i 6 Kf2 1
volgt
KhT i
int) 1.
die
Txai Ke7 5. Ta» Txl
Menselijke zwakte
pun'en uit 0 partlje
oo GUgoric toch
jongen i op Indn.
prils gewonnen.
*e* 'af Een tegen Flohr
Vïllgorlc. een lel om-tl*;
I r i!Vingen vergde T
hoe Botwtnnik had 1
Dit eenvoudige vo«
retfj de grootste cn
Omdat wtl dttmi
erkstc M-haakspelers
hebben
laeram&telling prelu
als het
x*
i
i
X
fe&f
sjg
a b c d e
«peelde i Lh« en de
Hoe had wit kunnen
i *en Handel—H
arna <*8>
f g h
partli eindigde
winnen 7
a«
SS
|Al 1
X
.14
a b c d e
Mn set forceert remiw
f g h
Horizontaal: 1. voegwoord. 3. de gezamenlijke hoeveelheid, 7. ge
meente in N. Brabant, 10. lidwoord. 11. ieder. 12. baanronde
isport), 14. bijwoord, 15. lyrisch gedicht, 18. dorp in Gelderland
onder Winterswijk, 20. buitenhaven, 21. plaats voor duiven, 23.
ontkenning (spreekt.), 24. zoon van Jacob, 25. 't lendestuk bij rund
vlees. 27. bijriviertje van de Neckar in Wurtemberg. 20. lusthof,
31. oude sneeuw op 't hooggebergte, die 't gletscher-ljs vormt, 33.
dag der week (afk.), 34. titel (afk.), 35. scheikundig element
(afk. i, 36. voorzetsel. 37. jongensnaam, 39. welgevormd, 41. schraal,
43. grootste Europese uil. 45. rivier in Zwitserland. 47. mandje,
49 houten bakje, 50. waterkering, 51. reuk, 53. adellijke titel, 55.
familielid, 56. deel van een boom. 58. snoer van een hengel. 59.
water in Friesland, 60. vriend (fr.), 61. bekend Nederl. schilder,
62. arbeidseenhcid.
Verticaal: 1. vaarwel, 2. melaatsheid. 3. biersoort. 4. maanstand,
5. oude lengtemaat. 6. jongensnaam, 8. oorzaak. 9. voor. 11. ge
meente in Gelderland. 13. puntig voorwerp, 16. dorp in Gelderland,
17. dikke boterham. 19. Europeaan. 21. metaalsoort. 22. moed. durf,
24. koning van Israël cn Juda. 25. een der Spaanse Canarische
eilanden. 26. tandvormig bovendeel van een kasteelmuur, 28. jaar
getijde. 30. aanwijzend voornaamw.. 32. meisjesnaam. 37. gemeente
in Belgisch Limburg. 38. voorzetsel. 39. kan men uit drinken, 40.
tweetal. 42. gemeente in N.Holland. 44 deel van een schoen. 46
rivier in O. Azië. 48. voordeel. 50. als 50 hor., 51 familielid. 52.
teken in de dierenriem. 53. tweemaal (Lat.). 54. zelfkant. 57. volks
naam voor de kauw. 58. muzieknoot.
8. eel, 9. rimpel, 11. on, 14.
pond. 15. es. 10. ga. 17. pari.
19. Lea. 21. dat. 24. pt. 27. aam,
28. pas. 29. aal. 30. eer. 33. ma
tras. 35. eend. 36. toe. 37. ei,
38, als. 39. ader, 40. talent. 45.
snek, 40. la, 47. as. 48. roge.
OPLOSSING VAN DE
VORIGE PUZZEL
Horizontaal: 1 zelden, 5. mon
ter, 10. ode, 12. rei. 13. neep.
15. eng. 17. palm. 18. pols. 20.
Adam. 22. af. 23. Ne, 25. ar. 26.
te. 27. adaptatie. 31. ha. 32. eb,
34. metselaar, 41 af. 42. e.o.,
43 Ld. 44. Da, 45. snel. 47. Aser,
49 rand. 51 aks. 53 rode, 55.
are. 56. Gen. 59. sekuur. 00.
52. ka. 54. den. 50. nu,
INZENDINGEN
Inzendingen worden vóór don
derdag a.s. op ons bureau ver
wacht Oplossingen mogen uit
sluitend op een briefkaart wor
den gesehieven. In de linker
bovenhoek vermelden: .Puzzel
oplossing". Er zijn drie prijzen:
een van en twee van 2 J0.
Jos geen mai
Wat kreeg ik i
Srachtig boekje
ong. Je hebt het erg leuk
gemaakt hoor! Het mooiste
vond ik nog, dat je er zo'n
mooie foto hebt ingeplakt
van jullie allemaal. Harte
lijk bedankt hoor! Wat een
boffert ben jij, dat je zo
maar een week mocht gaan
logeren. Is het fijn in de
nieuwe school? Gijsje ook
hartelijk gegroet van tante
jos. Wist jij echt niets
te schrijven Annelle de
Jong? Wat heb jij geno
ten op oudejaarsavond Nel-
la de Jong. Dat is nogal
wat dat ze met geweren heb
ben geschoten. Was het niet
griezelig? Fijn dat je broer
tjes het ook hebben gezien.
Was jij tante Jos niet
aan het vergeten, Janneke
Janse? Hebben jullie het
poesje al een naam gege
ven? Gelukkig dat het weer
is teruggekomen. Woont
oma ver weg? Het kan toch
niet altijd vriezen? Wat zul
len jullie morgen smullen
van dc oliebollen. Mmm!
Moet je eerst weer nieuwe
moed verzamelen om te
schrijven. Marrle Janse? Al
le begin is moeilijk hoor!
Komen je vriendinnetjes
ook? Wist jij echt niets
te schrijven Gerco de Jong?
Wat heb jij heerlijk veel
verdiend in de vakantie, Gert
de Jong. Mooi is het met
al die knallen! Wat heb jij
nog fijn van het ijs kunnen
Senieten. Heb jij ook met
e wedstrijd meegedaan?
Waarom zal het paasrapport
niet zo mooi zijn? Niet zo
somber hoor Gert! Wan
neer ben jij jarig. Conny
Kaashoek? Fijn dat jij
zo'n mooie rok hebt ge
kregen. In welke klas zit
jij? Waarom schreef jij
helemaal niets Tineke Kal-
denberg? Wat ben jij
een boffert dat je een fiets
hebt
Het
postpapier
kregen. Paula
is heel mooi
hoor! Je kunt
ge brieven schrijven, wan
neer moest jij weer naar
school? Tante Jos be
grijpt jouw brief niet he
lemaal WUma Kalkman.
Schrijf jij niet meer aan
tante Jos? Heb jij van het
ijs genoten? In welke
klas zit jij Marian Kalk
man? Hoe heet jouw vrien
dinnetje? Heb je de boe
ken al uitgelezen. Teuntje
Je mag gerust veel
vertellen hoor! Was het
groot feest op pappa's ver
jaardag? Fijn dat jij aan
het logeren bent geweest.
Bertus Kandel, schrijf jij
de volgende keer wat meer?
Wat zal jij het zwaar te
verduren hebben bij die
grote broers. Lenie de Kei
zer. Wat hebben jullie de
juffrouw gefopt. Was ze blij
met haar cadeautjes? Is de
juf van de club weer be
ter? Is pappa al uit het zie
kenhuis? Schrijf je nog
eens gauw een brief? Fijn
dat je nu een klein beetje
hebt leren schaatsen. Mau-
rlts van Kleef. Is er zoveel
water bij jullie? Hoe gaat
het met Anie -en Jan Kees?
Hebben ze ook geschaatst?
Is Gerda nog steeds ziek,
Kees Klelnrenslnk? Wat
jammer dat het deksel ka
pot is. Het was toch wel
goed ingepakt? Is het bij
jullie al zomer? Zijn je
wanten móói geworden. Mar
rle Kleywegt? Hoe heb je
ze gebreid? Heb je ze op
dé schaats nog aangehad?
Natuurlijk mag jij ook
meedoen. Alle Kleppe. Har
telijk welkom hoor! Alle be
gin is moeilijk hoor! Heb jij
nog meer broertjes en zus
jes? Van wie heb jij die
mooie spellen gekregen. Ma
rijke Koen? Jij boft maar
hoor! Heb je veel schaat
sen gereden? Bedankt voor
je mooie tekening! Wist
jij echt niets te schrijven
Lennard de Kok? Natuur
lijk mag jij ook een nicht
je worden, Dickie Konlj-
nendljk. Hartelijk welkom!
Het adres was best hoor!
In welke klas zit jij?
Hartelijk welkom bij de
nichten en neven Rita de
Kok. Grappig dat jij nog
zo'n klein broertje hebt.
Wanneer ben jij precies ge
boren? Hoe heet jouw vrien
din? Fijn dat jij mocht
logeren in de "kerstvakantie
Inge Koole. Wat hebben jul
lie een deftige school ge
kregen? Zitten de stoel
tjes lekker? Is jouw boek
mooi? Nou en of ik het
boek „Ratje" ken. Jan de
Korte. Heb je het al uitge
lezen? Vind je het mooi?
Natuurlijk is het weer fijn
om naar school te gaan.
Wat wordt Maarten al
groot! Wat heb jij mooie
boekjes gekregen Jan Kraak.
Heb je ze allemaal al gele
zen? Wat heb je van je „le
go" gebouwd? Jij bent maar
erg verwend, vind je ook
niet? Oma ook hartelijk ge
groet hoor! Jouw vorige
brief was te laat Jaap Kra
mer. Heb je al een groot
huis gebouwd? Was het een
lange mars? Ook jouw
brief was te laat Cora Kra
mer. Welke naam heb je je
pop gegeven? Handwerk jij
veel? Ook jij bent harte
lijk welkom bij de nichten
en neven. Jannle v. d. Kruk.
In welke klas zit jij? Heb
je nog meer broertjes en
zusjes? Jammer dat jul
lie helemaal niets schreven,
Betty Lak cn Anneke La-
■k-tckA A A
Meisjes en jon
gens, we hebben
hier weer een
gezellige kruis
woordpuzzel. Elk
voorwerp bestact
uit drie letters!
Erg gemakkelijk
hoor, want de
pijltjes bij de
voorwerpen ge
ven precies aan
welke richting
moet worden in-
gevuld. Zenden
jullie de oplos
sing in voor dins
dag 16 januari
lange brief? Wat ben
jij erg verwend op 25 de
cember Wlm Lakerveld.
Zijn je vrienden ook ge
weest? Dat is nogal wat
hoor ëen puzzel van 245
stukjes. Hoe heet het boek?
Is het mooi? Wist jij
niets te schrijven Dik La
kerveld? Je schrijft niets
over de vakantie. Je schrijft
ook niet of je nog hebt
geschaatst. Nou en of
tante Jos het best maakt,
Lenie Landman. Natuurlijk
mag jij ook een nichtje
worden hoor. Hartelijk wel
kom! Welke tekst heb jij
gekregen? Ja hoor. Zuidland
is een leuk plaatsje. Heb je
genoten? Heb jij nog meer
broertjes en zusjes Wat
heb jij wel gelachen om die
mooie film van Dik Trom,
Adrlaan van Langevelde.
Hoe heet jouw vriend?
Hebben jullie ook een
poes thuis? Heb je lekker
gesmuld van de oliebollen?
Hebben jullie heerlijk
van het ijs genoten Ad en
Leo van Leeuwen? Fijn,
dat je nu weer helemaal be
ter bent, Ad! Jullie boffen
maar hoor met zoveel
moois. Volgende keer
krijg ik van jou een lange
brief. Jan Leeuwenburgh?
Arjan de Leeuw van Wee
nen? Hoe kwam dat alle
maal? Welke films heb
allemaal al gezien? Ga je
iedere zaterdagmiddag?
Doe jij er de volgende keer
een briefje bij, Frlts Llgt-
helm? Is mamma i
steeds weg Roelo van
Linden? Wanneer komt
weer naar huis? Zijn jullie
met z'n allen nu bij oma?
Hoe heet jouw kleine zus?
Jammer dat jullie hele
maal niets schreven Gerda
Maaljen, Rietje v. d. Made
en Theo van der Marei
Wat heb jij heerlijk
ijs genoten Johanna Mel-
sen. Griezelig hoor, dat het
ijs zo kraakte. Ben je erg
dik geworden van de olie
bollen en appelflappen? Ben
je nu helemaal beter? Ge
weldig dat jij zo'n mooie
nieuwe mantel hebt gekre
gen. Is ze lekker warm?
Heerlijk een capuchon. Je
wordt een echte dame hoor!
Volgende keer schrijf je
een gezellige brief, Llneke
Meijer? Wat heb jij heer
lijk gesmuld van de oliebol
len en appelflappen, Arle
van Meljeren. Vond je het
vuurwerk mooi? Prachtig dat
jullie al die kerstbomen
mochten verbranden. Was
het een lekker vuurtje?
Mocht jij ze aansteken!"
Over 10 dagen is het groot
feest. Ada van Meljeren.
Mogen je vriendinnen ook
komen? Waarom moeten
jullie dan naar school? Je
hebt dan 's avonds
feest. Gaat het schaatsen al
goed? Wat heb jij mooi
getekend Atle Molenaar. Ge
weldig dat jij bij oma en
opa mocht logeren. Je zult
eens zien Arie, als er weer
ijs is, rijd je zo weg. Wat
hebben jullie veel gebakken.
Vond je het leuk? Leuk dat
je nu gaat leren orgelspe
len. Fijn dat er helemaal
geen ribbeltjes in het ijs
zaten, Marrle Molenaar.
Handwerk jij graag? Wat
hebben jullie al gemaakt?
Donderdag is het groot
feest geweest. Joke Mole
naar. Hebben jullie ze erg
verwend? Waarom ga je nu
naar de grotere padvinde
rij? Wanneer moet je diplo
ma zwemmen? Heb je ge
noten van het vuurwerk?
Hoe heet jij J. Molenaar?
Waarom schreef jij niet je
voornaam? Fijn dat het
pakje nog terecht is geko
men Gerl Molenaar. Is al
les goed verlopen met het
kerstspel? Wat erg dat jij
je tanden hebt gebroken.
Hoeveel? Leuk hoor, dat ze
jou verraste met een mooie
fruitschaal. Jij boft maar
met zulke mooie nieuwe
schaatsen. Was jij tante
Jos niet een klein beetje
aan het vergeten, Janny
Monteny? Heb je heerlijk
geschaatst? Er is toch wa
ter genoeg bij jullie? Nou
en of ik weieens op Rozen
burg ben geweest. Volgende
week is het groot feest. Heel
veel plezier hoor! Ja
wat enig is Pipo de clown,
vind je niet Mattle Mostert?
Ze hadden er dus grote huts
potkoeken van gemaakt.
Knap hoor dat jij de brief
hebt getypt. Magda Mou-
en Jan Mljnders, schrij-
jullie de volgende keer
wat meer? Heb jij een
boek gekregen Jc-
annette van Nederpelt? Ge
weldig dat jij voor de micro
foon mocht zingen. Is het
goed gegaan? Ben je nu lid
geworden van het meisjes
koor? Grappig dat jij nog
zo'n kleine broer hebt.
Heb je heerlijk van het
schaatsen genoten Antje Nell?
Ik heb jouw vorige brief
niet ontvangen hoor! Waar
maak je de inktlap van? Is
het schoolgaan nog al mee
gevallen? Ja jullie heb
ben geboft hoor om zo in
de vakantie van het ijs te
genieten, Marianne Nell. F:.in
dat je vriendin bij jullie
mocht logeren. Hebben jul
lie veel pret gehad? Leuk
dat jouw kleine broer ook
mee mocht naar het ijs.
Kunnen jullie nu al goed
schaatsen? Jij hebt ook
het ijs kunnen ge
nieten. Klement Notenboom.
Je bent nu weer fit om héél
goed je best te doen op
school. Het volgende rapport
moet echt mooi zijn. Kle
ment! Was de poppekast zo
mooi? Is je boek mooi?
Fijn dat ik weer een gezel-
brief van je kreeg. Jan-
Notenboom. Nou en of
het hier mistig is geweest.
Wat een boffert is die Kle
ment. Ben je het al weer
gewend op school? Wat heb
ben jullie gebakken deie
week? Waar heb jij de
kijkdoos van gemaakt Irene
Niiys? Is het fijn in de
nieuwe school? Wil jij zo j
graag een. kanarie hebben? j
Heb je al een kooitje? Leuk
dat je vriendinnetjes mogen I
komen. Héél veel plezier Me
hoor! Waarom schreven dp
jullie niets Aagje en Mari
anne Oosterwljk? Bedankt
voor je mooie tekening
Loes Overgaauw. Heerlijk
hebben jullie sleetje gere
den. Van vallen word je
Jroot hoor Jammer dat
ullie er geen briefje
deden Nleta Oudshoorn, Mar
tin Ouwens en Cockle Ou-
werkerk. Heerlijk dat jij
bij oma en opa mocht lo
geren, Thea Oudijk. Heb jij
zo goed schaatsen geleerd?
Hoe heet het boek wat jij
hebt gekregen? Volgende
week heb je groot feest?
Hartelijk welkom Jenneke
Ouwerkerk. Wanneer ben
jij precies geboren? Grap-
lat
>ig dat jij nog twee
kleine ondeugende broer
tjes hebt? Zijn ze erg stout?
Nee toch? Suusje van
Pelt, Joop en Plet Pipping
en Lyda v. d. Plas, schrij
ven jullie de volgende keer
een lange brief? Wat
mocht jij lang opblijven,
Marion Fols. Fijn dat jij
nog uit mocht in de vakan
tie. Hoe is het op school ge
gaan? Jij schreef hele
maal niets Gerard v. d.
Pool. Je moet nu echt
weer heel goed je best gaan
doen Marianne v. d. Poort.
Heb jij helemaal niet ge
schaatst? Krijg ik van jou
de volgende keer ook een
brief, Pieter? Schieten
jullie zo vaak pijltjes, Jac
queline Pruim? Krijg jij veel
huiswerk? Nanda moet ze
ker nu wel hard blokken?
Hoe heb jij het in de va
kantie gehad Fijn dat
ik nu toch weer een brief
van je kreeg. Henriëtta
Pruim. Ik dacht werkelijk
dat je tante Jos aan het
vergeten was. Je slaat toch
niet zo vaak over? Het Kan
toch altijd geen vakantie
zijn Henriet! Natuurlijk kan
je op gewone schaatsen ook
goed rijden hoor! Knap
hoor, dat jij al zelf cake
kan bakken. Heb je lekker
gesmuld? Fijn zo'n mooie
nieuwe jurk. Nou ik
hoop dat het nu gauw zo
mer wordt hoor Gerda Pijl.
Heb jij veel geschaatst?
Maandag is het groot feest.
Mogen je vriendinnen ook
komen. Heel veel plezier
hoor! Wat fijn dat oma
opa weer terug zijn Ma-
i'L
Je
schrijft ér niets
Waarom schreven jullie
niets, Rbius v. d. Reljden,
ijn dat jij mocht logeren
in de vakantie. Ben je nu
weer beter? Nee hoor tan
te Jos heeft geen vakantie
gehad, Rla Rietveld. Wat
heb jij wel genoten in de
ineac. Hoe vond je het
i Honselersdijk?
Deze week zijn de letters
t.m. Z aan de beurt.
Krijg ik weer zoveel brie-
van jullie?
TANTE JOS
ügC