DE VROUW die terugkwam DAMRUBRii HET ROZENMANNETJE PUZZEL VAN DE WEEN KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH ZONDAGSBLAD ZATERDAG II NOVEMBER 196 VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE J| DE NOTARIS keek verbaasd naar de dame, die tegenover hem had plaats genomen aan het brede bureau-ministre. Het is me een groot genoegen, me vrouw. u van dienst te kunnen zijn, be ton hij hoffelijk. Van mijn vriend, de kolonel, hoorde ik, dat u xich in ons dorp wil vestigen en dat u uw oog heeft laten vallen op het buiten links van de Straat weg. Inderdaad, het te koop. Ik kan u zeggen, dat het zich in een zeer goede staat bevindt. De ligenaar heeft het goed onderhouden en als de prijs De prijs doet niets terzake, viel ze hem «nel in de rede Ik betaal elke prijs, dis wordt gevraagd. De notar s knikte Juist, zei hij. u be taalt elke prijs. Dat vereenvoudigt het za kendoen. Ik zal het koopcontract laten op maken en als u daj heeft getekend, bent u eigenares geworden. Mag ik voor alle zekerheid dc juiste spelling van uw naam nog een» horen? Tot mijn spijt is uw kaar tje zoekgeraakt. 7E GAF HEM een nieuw kaartje. Hij las: Charlotte de Saivigny. Cnarlotte de Saivigny, mompelde hij halfluid, van Franse atKomst dus. Doet er dat iets toe? vroeg ze hem op acnerpe toon. De notaris schrok Nee. nee. zei hij haas tig. Neemt u mij die opmerxing mei kwa- lijn. Ik dacht hard-op. Dat doen mensen op mijn leeftijd meer, voegde hij er vcror.t- scHuldigend aan toe. U logeert bij uw la- reld. Pardon, begon de notaris, ik dacht, dat de kolonel een neef van u was Een neef?, vroeg ze verbaasd, nee al leen maar een kennis, ik ontmoette hem bU de wuitersport cn in een gesprek ver telde hij. dat het in dit dorp zo prettig wonen is en dat er nog wel mooie huizen te koop waren. Toen verwees hij mij naar u. Dat is alles De notaris knikte. O. zei hij langzaam, is het zo gegaan. Zo zo' Hij keek Charlot te de Saivigny aan en hij zag, dat er een lichte blos over haar gezicht trok. Plotse ling stond hij op. Kom. zei hij resoluut, laten we het buiten gaan bekijken. /E HADDEN het buiten bekeken cn tot zijn genoegen had de notaris gemerkt, dat het zijn chenlc aanstond. Op weg naar zijn kantoor stelde hij haar voor in het ho tel het middagmaal te gebruiken. Een ogenblik aarzelde ze. Maar hij zei: Dit is de gewoonte bij alle dorpsnotarissen, me vrouw. Het heet. dat met een gezamenlijke maaltud de eerlijkheid van de koop wordt bezegeld En u zult toch met aan mijn eerlijkheid willen twijfelen? Lachend stemde zc toe. Ik wil geen in breuk maken op regels, die in dit dorp gelden, vooral met nu ik er mij kom ves tigen en dus m de toekomst wellicht met u te maken zal krijgen Ik veronderstel, dat u ook mijn geldzaken zult willen be heren? Graag, mevrouw, antwoordde d<_ notaris, ik dank u voor het vertrouwen. Mag ik u voorstellen de keuze van het menu aan mij over te laten? Ik heb zo'n idee. dat u daar geen spijt van zult krijgen. T^A DE MAALTIJD, toen de koffie werd It geserveerd, stelde Charlotte de Saivig ny hem een vraag, die hem verraste en in verlegenheid bracht. Ik weet erg weinig van mijn toekomstige woonplaats, begon zc. Kunt u mij er iets van vertellen? Zijn er bijvoorbeeld geen geschiedenissen. waarover iedereen de mond vol heeft? Is er nooit eens een ge heimzinnige moord gebeurd, is er nooit eens een grote diefstal gepleegd of is er nooit eens iets met een familie aan de hand geweest, dat de moeite van het ver tellen waard is? De notaris wreef zich met de hand over gevraagd, ik zal hij. nee, u heeft i u antwoorden. Even zweeg hij. toen stak hij van wal. Hij zei: Het buiten, dat u heeft gekocht, werd veertig jaar geleden bewoond door een rijke houthandelaar. Het gezin be stond uit drie personen, de houthandelaar, zijn vrouw en een nichtje, dat in huis was genomen, toen haar vader en moeder bij ren auto-ongeluk het leven hadden verlo ren Over dat nichtje nu gaat het verhaal. Het was het liefste kind. dat ik ooit in mijn leven heb ontmoet. Het beza: alle eigenschappen, die men zich als mens maar w. nsen kan. Dat nichtje was intel ligent. hulpvaardig, trouw. meelevend, gauw bewogen met het lot van anderen, enfin noem maar op. Charlotte de Saivigny lachte. Meneer de notarisWeer kon ze haar zin niet af maken Mag ik het verhaal uitvertellen? vroeg de notaris, een tikkeltje verbolgen over de interruptie. Twee jongens vervolgde hij hielden van haar en die twee jongens waren toe vallig vrienden. De ene was de kolonel, die u bij de v. mtersport hebt ontmoet en die u naar mij heeft verwezen. De ander was ik. De kolonel had op mij voor. dat hij bij de oom en tante van het nichtje hoog in aanzien stond, omdat hij enig zoon was van een graaf. Ik was de zoon van een arme dominee, die allerlei bijbaantjes moest aannemen om mij te laten stude ren Het merkwaardige was. dat dat nichtje, o. ik heb haar naam niet ge noemd. wel. ze heette Iris het merk waardige was. dat dat nichtie naar het scheen, geen keus kon doen. Ze was tegen ons beiden vriendelijk, maar ze weigerde met een van ons alleen uit te gaan. Later heb ik gehoord, dat ze van de kolonel hield en Eerst later0 vroeg Charlotte de Saivig- Door Frits Steenhopen nE NOTARIS knikte. Ja. zei hij. later. Veel later zelfs. Toen vernam ik ook. waarom Iris van huis was weggelopen. Haar oom had moeilijkheden gekregen met de graaf en die moeilijkheden waren uitgelopen op een prestigc-kwcstic Dc houthandelaar verbood zijn nichtje elke omgang met de zoon. Hii wilde mets we ten van een huwelijk. Hij had een ander voor zijn nichtje op het oog, de zoon van een relatie, maar Iris wilde niets van die jongen weten. Er moeten zich hevige ra- verdween. De kolonel had X ds ogen alsof hij diep nadacht. Niet dat ik mil kan herinneren, zei hij tenslotte. Nee, net is hier een rustig dorp. met een rustige bevolking. Moorden komen hier niet voor en diefstallen evenmin. En wat dc families betreft, ach. het zijn allemaal eerbiedwaard.ge mensen. Nee. voor zover ik me kan herinneren Maar meneer de notaris, viel Charlotte de Savigny hem in de rede. u wilt me toch niet vertellen, dat in dit dorp alles koek en ei is. Denk u nu eens goed na. De notaris zuchtte. U bent wel vasthou dend. zei hij. Ik ben hier geboren en ge togen. maar van geschiedenissen weet echt niets. Nou ja. er is ee dame weggelopen, die door werd bemind, maar daar ben ik zelf bij betrokken, dus u begrijpt, dat bet mij moeilijk is daarover te vertellen. UWAS er zelf bij betrokken? Zei Char lotte de Saivigny zijn woorden herha lend. doen. dat - M u meteen waarom ik niet getrouwd ben. want u ruit binnenkort tóch wel vernemen, dat ik een verstokte vrijgezel ben. Een vrouwenhater, zoals er achter mUn rug wordt gemompeld. Als het u te veel begon Charlotte de Saivigny. maar zij kon haar z.in niet af maken. Met een beslist handgebaar legde de notaris haar het zwijgen op. Nee, zei msi f S SHP 3S$8sh&I ■ra Correspondentie betreffende deze rubriek No. Ir J. Viergever. Amersfoort ,V Zw.r, 6 11. II, JO 31. 31. 33. 13. 10 Den Haag. W!t: 18 J8. 37 JS. 42 44. 47. 49. Oplossingen 21-17 1Sx9. 3x3 ereeerd zijn. ia prachtig gevonden IVogmaal* Edgar Allan Poe uitspraken van Edgar Allan Pr* over de waarde van het damspel We merkten daarbij o.m. op. dat het ons niet duidelijk was op welk dam spel de Amertku >nae schrijver merkingen doelde De heer M ven Dijk Waalwijk (voorheen te Dordrechti wijst eens op het bezoek, dat Poe aan Frankrijk bracht rn waarbij ht] o.m In IMS Alexandre Dumas ontmoette. Daar het damspel in Frank rijk toentertijd reeds zeer populair was zulks in tegenstelling tot de Ver Statenligt het voor de hand ie veronderstellen, dat de Ameri kaan aldaar krnnta mankte met het damapel En dat zou er zonder twijfel op wljzm dat Poe het oog had op het Poolse damsoel het apel op de luO ruiten, zoals wü dat kenne-i Wil voegen hier nog aan toe, dat blijkens C H. Broekkamp in .Het Damspel' het Poolse damspel ca 1721 door een te Pmrtjs wonende Pool In Frankrijk werd geïntroduceerd b V - 0 ■PMHM Mi op de «4 ruiten vrijwel Itjkt Dijk met Nieuwe opgaven Van deze rubriek deden we wee -rn.- «rgev tertaal bevi >egere >l!edtg had verdron- aal van Poe waar- Pa rijs ontleenden, zich Ie veronderstelling vai ongerechtvaardigd werk san ir Vlerge belde problemen nogal veel 111ken de opgaven on» toe.. —■oei]Ijk .ln beide constructies loopt wikkel ing na dat da opkomt ra briefje ie. dat meerderjarig I icnt zou dat duren. Ik hoorde niets van haar. Ze verdween uit mijn leven en voor goed De wegen van de kolonel en mij gingen ook uit elkaar. Hij ging, na zijn studie aan de militaire academie, naar Brits-Indië en ik vestigde mij na mijn stu die in mijn geboortedorp. Eerst vorig jaar zag ik de kolonel weer. Hij was gepensio neerd en had besloten de rest van zijn Ic- Maar we hebben nadien nooit meer haar gesproken. Het is allemaal voorbij en voor goed. CHARLOTTE de Saivigny verbrak de stilte. Ze zei: Bent u om Iris nooit ge trouwd? Dd notaris knikte. Ja. antwoordde hij. Een man kan slechts van één vrouw echt houden. Na haar is er nooit meer een vrouw in mijn leven gekomen. Ik ben vrijgezel gebleven. En de kolonel? vroeg Charlotte de Saivig ny nieuwsgierig. De notaris haalde de schouders op. Laat hij u dit zelf vertellen, zei hij. Ze knikte Ja. zei ze. ik geloof, dat hij me heeft verteld, dat hij getrouwd is ge weest. maar dat zijn vrouw is overleden. ANGZAAM dronk Charlotte de Saivigny l-z haar kopje koffie leeg. De notaris maakte aanstalten de ober te roepen en de rekening te betalen. Nog eén vraag, zei Charlotte de Saivig ny haastig. Heeft u nooit gehoord hoe het Iris is vergaan? Heeft u nooit nasporingen naar haar gedaan? De notaris haalde de schouders op. In gelukt. De houthandelaar en zijn vrouw vertrokken korte tijd na de vlucht van Iris uit ons dorp. zodat ik van hen ook niets meer kon vernemen. En tenslotte, ze had door haar briefje aan mijn vriend duidelijk laten weten, dat ze niet van mij hield. Ik had er dus niet in het minst recht Charlotte de Saivigny vroeg zacht: Zou u niet willen weten hoe het Iris is ver gaan? Zou er nu niemand zijn. die u dit kan vertellen? hE NOTARIS leunde achterover en sloot de ogen. Wel. zei hij eindelijk, waarom vertelt u me niet hoe het met Iris verder is gegaan? Ik?, vroeg Charlotte de Saivigny ver- Ik geloof, zei de notaris, dat u de enige bent. die haar levensgeschiedenis kent. tot op^de dag van vandaag, tot op dit ogen- Charlotte de Saivigny zat roerloos naast hem. Misschien wel. antwoordde ze lang zaam. Na haar vlucht naar Engeland, want daarheen vertrok Iris. maakte ze eerst een moeilijke tijd door. Toen het geld, dat ze had meegenomen op was, moest ze een betrekking zoeken. Ze solli citeerde naar een baan van secretaresse, en ze slaagde. Ze sprak haar talen goed en ze had met het Engels niet de minste moeite. Een paar maanden later schreef ze haar oom. vroeg hem om vergiffenis voor wat ze had gedaan en informeerde terloops naar de man. aan wie ze had ge vraagd op haar te wachten. Het antwoord was een schok voor haar. Die man. schreef haar oom. is kortgeleden officier geworden en gehuwd met een schatrijk meisje, dat hem naar Brits-Indië is gevolgd. Toen Iris dit las zag ze ineens, dat ze een verkeerde keus had gedaan en wist ze ineens, dat ze nooit van de zoon van de graaf had gehou den. maar van diens vriend. Maar ze durfde dat niet eerlijk aan hem" te schrij ven Ze dacht, dat hij alles wist van die brief, waarin stond, dat zij bij haar meer derjarigheid naar die andere zou terug- MAD U nog koffie gewild? vroeg dc ober beleefd. De notaris knikte. Dc schok was zo hevig, vervolgde Char lotte de Saivigny, dat Iris besloot naar een ander werelddeel te eaan. Ze ging naar een ziekenhuis om voor verpleegster te leren en toen ze haar diploma nad, ver trok ze naar Afrika, naar de negers, als assistente van een zendeling-arts. Ze - vroeg plaatsing bij het militaire verpleeg sterscorps. Ze kreeg dit. Vijf jaar lang werkte ze in hospitalen, vlak achter de slagvelden. In de maand, waarin de oorlog zou aflopen, trof haar een ongeluk. Een granaatscherf verwondde haar zwaar aan het gezicht. Maanden achtereen heeft ze in een ziekenhuis gelegen. Langzaam trad herstel in. Maar toen ze beter was. ont dekte ze. dat zc was mismaakt. Grote lit tekens liepen dwars over haar gezicht en over haar neus. De doktoren adviseerden haar. met behulp van plastische chirurgie het gezicht tc laten opknappen. IJdel als ze was. heeft ze oat laten doen. Toen ze na maanden van de dokter in de spiegel mocht kijken, zag ze. dat ze een ander ge zicht had gekregen, een gezicht, waarin ze zichzelf niet meer herkende. Toen nam ze een andere naam aan. DE NOTARIS kreunde zachtjes en greep haar hand. Ben je daarom zo lang weg gebleven?. vroeg hij teder. Charlotte de Saivigny knikte met tranen in de ogen. Ja. zei zc Voor herstel was ik in Zwit ser'and en daar ontmoette ik de man. met wie ;k eens had willen trouwen. Hij herken de me niet. En eerlijk gezegd, ik was er blij om. Ik vroeg hem of er in dit dorp huizen te koop waren. Hij verwees me nlar jou. Uren. nee. dagen, hebben we met elkaar gesproken, en ik bleef een vreem de voor hem en hij voor mij. Veertig lange jaren, zuchtte dr notaris. Charlotte de Saivigny lachte door haar tranen heen. Ja. zei ze, vcerti" lange ia- rcn. en toch heb je mij herkend! Waaraan De notaris koek haar aan. Liefste Iris. zei hij. mijn hart begon te snreken toen ie mi in kamer binnenkwam. Ze zei: Ik ben pas 56. De notaris boog zich naar haar over en kuste haar. Jc gelooft toch niet. zei hij ouasi-verontwaardied, dat ie bent terug gekomen om voor de tweede maal" weg te gaan? (Vervolg) Hé. jongen....Noem je dat werken? riep hij luid en schudde Joost wakker. De knaap sprong verschrikt op en keek om zich heen. Hij zag hoe hoog de zon reeds stond en dat de dauw druppels verdwenen waren. Oriep hij teleurge steld. ik wilde heus niet zo lang slapen, mijnheer. Ik wilde eigenlijk helemaal niet slapen, alleen maar héél even uitrusten. Het Rozenmannetje deed net of hij er niets van ge loofde. Je kruik is zeker nog niet half vol, zei hij mis prijzend. Oeiik heb waarachtig méér bij elkaar gekregen dan ik had gedacht. Zou dit genoeg zijn om mijn zusje te genezen? O, beslist knikte het Rozenmannetje. Fyn, dan ga ik met een op pad. Hoe eerder mijn zusje haar medicijn krijgt, hoe beter. Wil je niet eerst wat eten en uitrusten? vroeg het Rozenmannetje. Neen. neen. dank u wel. Ik ga meteen weg. Ik heb toch al een deel van de dag verslapen. En ik ver lang zo naar huis.... Goed dan. Ik zal je een brood geven voor onder weg. Drinken zul je ergens wel kunnen krijgen. Loop voorzichtig, zodat je geen druppel morst. Ik zal je een eindje vergezellen, anders verdwaal je misschien hem uit. Toen hij de *bl« -■d.: de prins in het verhaal heeft honger en dorst moeten lijden en met rovers moe ten vechten eer hij de prin ses bereikte. Als ik eenmaal ga drinken kan ik beslist niet meer ophouden en drink c»e hele kruik leeg. Dan wordt mijn zusje nooit meer beter. Ik moet die dorst maar verdragen tot ik bij een huis kom. Dc dag was warm. Moe slofte Joost voort, steeds maar voort. Zijn keel brandde. zijn gewonde op. Hij liep en liep en liep. Ein delijk. laat in de middag bereikte hij het einde van het grote bos. Daar stond de boswachterswoning. Joost werd er vriendelijk ontvangen door de vrouw van de boswachter. Hij vertelde haar van zijn tocht en van de rozendauw voor zijn zusje, terwijl de bos- wachtersvrouw hem een glas koude melk gaf. en heel wat zuiverder dan ik je kan geven. Dat is geen water, dat is medicijn, verklaarde Joost. Bah. stoute jongen, wil ik die kruik van je leeg- giet in de drinkbak voor de paarden. Nu, Joost maakte dat hij wegkwam. Zijn hart bonsde van schrik. Neen. niet alle mensen die hij op zijn weg ont moette waren aardig of vriendelijk. Sommigen plaagden hem. omdat hij op zondag langs de weg liep in verkreukelde en ge scheurde kleren. Anderen wilden weten wat er in de kruik zat. door Je mag hier wol blijven slapen en dan mor gen verder gaan. Dat wilde Joost echter niet. hoe moe hij ook Het Rozenmannetje haal de een brood uit de kast. wikkelde het in een stuk pa pier en gaf dat aan Joost. Toen gingen ze op weg. Joost aroeg trots zijn kruik met rozendauw. het Rozen mannetje wees hem de weg door het bos. tot ze bij een breed pad kwamen. Hier ga ik terug, zei het mannetje. Blijf dit pad volgen, tot je uit het bos bent en dan steeds maar rechtdoor. Als je flink door stapt ben je tegen midder nacht wel thuis. Goede reis. Joost. Nogmaals bedankt, riep Joost blij. Het Roze- mannetje keek de jongen nog een poosje na en ging toen langzaam terug naar zijn huisje. Joost stapte echter stevig door. nacht die hij achter de rug j^'chen^ had maakte, dat hij spoe dig langzamer begon te lo pen. De volle kru'k was zwaar en hij had dorst O. wat een dorst had hij. Was er dan nergens een beek je? Maar hoe hij ook rond keek. water zag hij niet. Het is heel erg om een kruik vol geurige dauw te dragen en dorst te moeten lijden. Soms stond Joost even stil. rekte zijn pijnlijke rug cn wreef over zijn pijn lijke benen. Hij probeerde ccn stukje van het brood tc eten. maar kreeg het droge voedsel niet door ziin droge keel. Zou hij cén slok je van de rozendauw rve- Neen, dacht hij. Ook zijn kruil weer op en ging verder. Nu hij even had gezeten was hij dubbel zo stijf ge worden. maar na een tijdje ging dat over. Zijn dorst was gelest en hij wilde die zelfde dag thuiskomen, al zou het ook laat worden. Hij had niet yeel geluk, die arme Joost. Want het was die dag zondag en heel stil op de weg. Geen enke le maal kwam hem een kar achterop, waarmede hij misschien een eindje had kunnen meerijden. En daarop had hij juist zo vu rig gehoopt. Hij liep en liep uren achtereen. Soms kauwde hij op het brood. Een dronken boer pro beerde hem zelfs de kruik af te pakken, want hij dacht dat er bier in zou zitten. Joost, die bijna niet meer op zijn benen kon staan voelde zich steeds moedelozer worden. O. was ik maar thuis, dacht hij, de lange stoffige weg afkijkend. Het is nog zo ver! En het is zo Eindelijk ging de' zon slapen. Het werd koeler en donker. Hij at zijn laatste stukje brood en dronk aan de pomp van een dorpje. Maar toen er mensen na derden sprong hij haastig op en ging weer voort, steeds maar voort. Hel was reeds lang na - ...iddernacht toen Joost ein- herberg langs dc dciijk de stad binnenkwam. h" wa,"r Aile huizen waren donker. de mensen sliepen reeds. Slof. slof. slof slenterde de vermoeide jonden door de straten. Hij kón niet meer. Opeens herkende hij de hui zen om zich heen.... daar woonde hij! Langzaam bekom hij de stoep en trok aan de bel. Hij leunde tegen de deur- vraag je mij post en lu storde. Niets om water, domme jongen! roerde zich. Nog eens bei- Je hebt zelf een kruik vol de hij en nog eens. Ten slotte begon hij op de deur te bonzen. Eindelijk scheen iemand hem toch te horen. De deur werd op een kiertje geopend en een boze stem riep: Wat moet dat midden in de nacht, kwajongen0 Weet je niet dat hier een zware zieke ligt? Schaam je, om zo'n lawaai te ma- Vader, fluisterde Joost trillend. Ik heb de rozen dauw meegebracht. Joost! riep vader blij. De deur vloog open en va der strekte "zijn armen uit naar de verloren zoon Maar Joost had geen tijd. Hij drukte de kostbare kruik rozendauw in vaders handen, glipte langs hem heen naar binnen en sta- Josientje.... waar is in Josientje...?" I St. Joost.... je zusje is 1 nog zieker geworden. Moe- der zit bij haar bed. Kom maar mee, zachtjes ir de ach terkamer, waar een kleine lamp brandde. Moeder zat naast het bed van haar dochtertje te knikkebollen. Josientje zelf lag met een rood hoofd van de koorts onder de dekens te woelen. Toen ze haar vader zag met een vreemde stenen kruik in de handen, fluis terde ze: O daar is Joost.... en hij heeft het meege bracht! Geef me gauw wat, vader, ik heb zo'n dorst. Ze lieten haar drinken van de rozendauw. Moeder schrok wakker en wilde protesteren, maar Josien tje trok zich van niemand iets aan. Ze dronk de hal ve kruik leeg. Dat ging heel snel. Joost, wankelend van vermoeidheid keek toe. In twee minuten dronk zijn zusje zoveel rozendauw en hij had weg kreeg hij wat water te drinken. Het was lauw. niet heel helder eh het smaakte naar de paarden stal Gelukkig kostte het ook niets.. De waardin, die hem het water gaf. bespot te hem. Uit nieuwsgierig heid keek ze even in de kruik cn toen begon ze te Kruiswoord-puzzel Horizontaal: 1 bijna: 6 jongensnaam: 12 zijtak Wolga; 14 moe rassig stuk land: 16 oude lengtemaat; 18 scheikundig element (afki; 19 bouwland; 21 ter gedachtenis iafk Lat); 22 en omstreken (afkj; 23 overeenkomst: 26 ramp. onheil; 29 vereniging; 30 dichter aan het hof van Jan I van Brabant: uit dc school van Maerlant (Jan van i; 32 akelig: 33 luitenant iafk»; 34 landbouwwerktuig: 36 rivier in Nederland: 37 volksnaam voor dc kauw; 38 muzieknoot: 39 nadruk; 41 gemeente in Gelderland: 43 lidwoord; 44 meisjes- \enschikkcnd voegwoord: 47 de twaalf machtige goden 74 scheikundig element (afki; 75 voorwerp ter verlichting: 77 grÜ; 79 eertijds; 80 stad in Duitsland aan de Fulda. Verticaal: 2 merkteken op maten en gewichten; 3 warme wijn met melk. suiker, eierdooiers en kaneel; 4 water in N. Brabant; 5 voorzetsel: 7 oude lengtemaat; 8 spoorrichel; 9 knolradijs; 10 pers. voornaamwoord; 11 van binnen volgemaakt met een bepaalde zelfstandigheid; 13 voorzetsel; 15 vrouw uit de boerenstand; 17 dorp je in Gelderland; 19 insektcneter; 20 drinkbeker op hoge voet: 22 gemeente in N. Holland; 24 rechten inbegrepen iafk); 25 uitroep; 27 scheikundig element (afk); 28 voorzetsel; 31 voorheen; 35 oude vlaktemaat: 37 sterke drank; 39 papegaai in N. Zeeland; 40 mens; 41 bouwland; 42 jongensnaam; 46 ziekelijke opzetting; 48 soort schoeisel; 50 Griekse zanger iMyth'; 51 Europeanen; 53 lichaams deel, 55 opera van Verdi; 56 zijtak Donau; 58 jongensnaam; 60 oude lengtemaat; 61 voorzetsel; 62 bekende afkorting; 64 van elk evenveel iafk. op recepten); 66 behoeftig persoon; 68 deel van het aangezicht; 72 bijwoord; 75 lidwoord iFr); 76 per expresse (afki; water; 78 muzieknoot. OPLOSSING VAN DE VORIGE PUZZEL Horizontaal: 1 korting: 7 perka ra: 13 aha; 14 Marie; 16 Elia: 17 Ti; 18 L.O; 20 Sam: 21 sr; 22 kr; 23 jegens: 28 onraad; 28 ander; 30 snuit; 31 N.M.; 33 tendentie. 35 hij: 36 get: 38 r.i 39 at; 40 dak; 41 Gen 42 opera: 43 som: 44 den: 45 sr: 46 Rg; 48 mep; 50 un: 51 Staverden; 55 Ie; 56 staar; 57 le lie; 59 senaat; 62 Numeri: 64 Te; 65 al: 66 por; 68 Km: 69 EK; 70 Eder; 72 Duren; 74 ende; 76 res tant; 77 makreel Verticaal: 1 katjang: 2 olie; 3 Ni; 6 gas; 7 RL; 4 talent; 5 J Pim: 8 Ee; 9 kerrie: 10 al: 11 Ri ka; 12 aardrijk; 15 rat: 19 onder: 21 snuit; 24 ga: 25 senioraat; 26 ontaarden: 27 at; 29 R.D 30 Sn; 32 Megen; 34 edele; 35 hamel: 37 ten: 40 dom: 44 duister; 45 staal; 47 geluk: 49 perikel; 51 staart: 52 vr: 53 R.L.; 54 nimmer; 56 Sn; 58 e.e 60 Eede: 61 dor; 63 rede; 68 put; 67 rem; 71 es: 72 dn; 73 na; 75 Ne. INZENDINGEN Inzendingen worden vóór don derdag a s op ons bureau ver wacht. Oplossingen mogen uit sluitend op een briefkaart wor den geschreven. In de linker bovenhoek vermelden: „Puzzel- oplossing". Er zijn drie prijzen: een van 5.— en twee van 2.50. len. Maar het hielp! Josientje viel met een zucht van wel behagen terug ip haar kus sen. glimlachte en viel met een in slaap. Joost was op het randje van haar bed gaan zitten en begon met een te knikkebollen. Zijn vader zag wel. dat de jon gen doodmoe was. Hij droeg hem naar zijn eigen kamertje, zonder dat Joost wakker werd, en kleedde schrok vader wel even. Ho ver had de arme jonge wel gelopen? Toen Joost veilig in zijn eigen bed lag, keei de vader terug naar zij zieke dochtertje. Moedt zat nog 'bij haar stralend op. Zie je dat. vadi is al niet meer zo En ze slaapt zo heerlij rustig. Zou die rozendaui dan tóch medicijnen zijn? Vader ging op een sto zitten en dacht na. De jongen is op va vermoeidheid.... hij hce grote blaren onder zijn ten. zijn handen en armt zitten vol krabbels, lijkt dus wel. alsof hij heel ver heeft moeten pen om rozen te vindei l daarna een kruik vol daui fc druppeltje voor druppelt; heeft moeten verzamelqp en daarna het hele weer terug heeft moett lopen. Hij is ongeveer r week van huis geweeMn Vrouw, geloof je niet das in medicijnen, die met r veel moeite, liefde en do zettingsvermogen zijn v m zameld. bijzondere krad ten schuilen? P Moeder knikte. Totkun stond ze op om naar Joo£t te gaan kijken, sliep. Lieve jongen, mompe de ze ontroerd. De volgende morg( je dronk Josientje de rest va tak< de rozendauw en een wee ter later was ze weer gezon en vrolijk. Ze kon naar school gaan en andere kinderen spelei)UC). Geen gelukkiger wezen o^, de wereld echter dan Joos die intussen weer helemaa was uitgerust en geen la: >ole meer had van schramme jerk en blaren. Later, toen d e grote vakantie begon keeifcildi de hij terug naar het R< ;ijn zenmannetje en hielp dezfaan dauw verzamelen en kruiken brengen naar me. zieke mensen, die mand hadden om hen helpen. En nog later, toe ----- gewoi Rozenmannet; den hem ,,de rozenprinS oer een bijnaam, die zijn zu: erir je hem had gegeven. H leefde nog lang en gelui kig en vergat nooit de le lie die hij als jongen had gfude lecrd: dat medicijnen pa r dan wonderkracht bezittc wanneer ze vermengd wo: cno den met liefde en toewifi ding. EINDE Dag nichten cn neven, Hebben we allemaal al leuke plannetjes bedacht voor het sinterklaasfeest? We ziin toch niet zn erg stout geweest dit jaar? Wat een mooie etalages zijn er overal, vinden jullie niet? De zwarte pleten en sinterklazen hangen in de lucht te bengelen of het niets Is' (van papier natuurlijk). Ja. meisjes en jongens, kort geleden hebben we zo'n mooie kaart naar Gijsje de Jong gestuurd, weten jullie wel dat zieke jongetje dat nooit meer beter wordt, maar nu ligt één van onze neefjes. Hans Vons, In het kinderziekenhuis. Zullen we hem ook een mooie kaart sturen? Zijn adres is Juliana Kinderziekenhuis Zaal C Den Haag. Niet vergeten boor! Jullie de vorige puzzel erg moeilijk? Nee toch? plei '«gaai De hoofdprijs gaat Hrli ".o»-- Hanncke Smokers. De troostprijzen krijgen thuis- veel plezier gestuurd Johan Schipper en wat hebben ji Annie van Tilburg. op school (oen Hiep-hiep-hoera. We hebben rig was i deze weck maar één jarige weldig hoe in ons midden, gefeliciteerd W met je verjaardag hoor van de nichten en neven. fij a] We gaan nu de brieven spelei eens bekijken. ieder Heb jij een leuke verjaar- kijkei dag gehad. Annie v. d. °ok Schee? Mochten al je. jo dinnen ook komen? Jij bent Sierd gniitT T, ar verwend met je rok je trui. Is het lekker rm? Gerda is ook al zo verschrikkelijk verwend, Willy Schcllevis. Jij boft- maar met zo'n prachtige broek en trui. Heerlijk nu het zo koud wordt. Zijn de sokken al klaar? Is het beertje mooi geworden? Je schreef er niets van. Wat heb jij een mooie tekening gemaakt, Johanna Schilling. Hartelijk bedankt hoor! Heb jij maandag een fijne dag gehad? Mochten je vriendin nen ook komen? Zijn al je wensen in vervulling gegaan? Was het moeilijk om zo'n varkentje te maken? Vol gende week maandag is het groot feest Johan Schipper. Heb je al een lange verlang lijst gemaakt? Heb je al een speldje van „De Rotterdam mer?" Jij wordt een echte handelsman hoor! Heel veel plezier! Heb jij nog meer broertjes en zusjes Pieter Scholten? Speel jij vaak met je vrienden? Krijg ik nogbi) eens gauw een lange brief?,-. 1 Fijn dat xk weer een ge- zellige brief van je kreeg. Xoeruï v.n de gvmnasUek? Dlni Schone veld. Leuk dat Ben jij helemaal "beter, WU- Jouw kleine zus al zo lekker He stolk? Fijn dat je r.u groeit. Mag jij ze ook wel-i?aar school mag. - Wat eCHèbhjcPgeen fotootje van brief? 5?"nletZe?f ir "!^B,en? pS*™ E" Jullie tellen eerst precies de letters ran de na men van de die ren die er onder staan en gaan dan inruilen. We we ten dan ook of we van links naar rechts moeten in ruilen of van boven naar bene den.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 16