Een straatje em.... DAAR WEEGT GEEN SJOELBAK TEGENOP ^Ruimte voor ons.... cle ^ijcjer^ CY[otre boutique ZATERDAG 14 OKTOBER 1961 Het decor is helemaal compleet. er zijn omgeploegde akkers, er is een prachtige wolkenlucht, een brede rivier, een boer die zich de eeltige handen wrijft én er zijn kerktorens in het landschap. Hol landser kan het al niet, hier is rust, de atmosfeer ademt een ongekend frisse reinheid. 't Is jammer, maar dat lijkt alleen maar zo. We naderen namelijk Wer kendam en daar is het ondanks klotsend rivierwater en het groen van de dijk helemaal zo rustig niet. En daar willen we het vandaag op deze pagina eens over hebben. Mét kranten, radio en televisie stor ten we ons op een maatregel, die zoals dat heet de gemoederen nogal in beweging heeft gebracht, namelijk het slenterverbod, dat onlangs in deze gemeente werd afgekondigd. Dit in verband met het optreden van de jeugd, die de hoofdstraat op een dusdanige wijze onveilig maakte, dat de in deze straat wonende mensen niet rustig meer in hun huis kamers konden praten of lezen. Leo Kleyn en Leo Faase zijn „op onderzoek" uit geweest, geflankeerd door Chris Stapels met fototoestel. Wat de rest van deze pagina betreft: Han Kreuzen tekende voor de duel loog, Rien de Witte voor het cursief Het literair tijdschrift „Tirade" publiceerde in het begin van dit jaar een aantal aforismen van de in 1942 gestorven schrijver Robert Mu- sil. Een aantal bijzonder intelligente opmerkin gen, waaronder deze: „Onderwerp van het ge dicht is datgene, wat slechts door middel van het gedicht is uit te drukken". Passen wij deze stel ling toe op wat tot nu toe in het Nederlands taalgebied onder de naam „gedicht" is ver schenen dan zal er bijzonder weinig overblijven. Eindelijk zouden wij dan verlost zijn van de di dactische poëzie van van Maerlant tot Verweij. Alle mooischrijverij óm het mooischrijven zou van de baan zijn en eindelijk houden wij dan die gedichten over die gedicht zijn omdat het niet anders kon. Een grote schoonmaak is werkelijk wel nodig. Niet alleen in de Nederlandse literatuur. Wij hebben in de eerste plaats te maken met de „ge dichten" die wij onder deze naam opgestuurd krijgen naar „Ruimte voor Ons". Misschien zijn er zo langzamerhand enkele mensen die door beginnen te krijgen wat wij onder poëzie verstaan. Zo niet, dan zal dat wel blijken en dan zullen wij trachten nog duidelij ker te zijn. Wat wij verstaan onder poëzie wordt duidelijk het letterkundig jongeren tijdschrift „Nieuwe Bladen". Voor meer werk van hem verwijzen wij naar de open pagina van vorige week. GEBOORTE de stilte is van tralies door de spijlen staart het donker woord. de stilte stamelt zijn lettergrepen als manna uit de hoogte. klanken krijgen vorm als wolken in de late middag, woorden staan plotseling op uit het gras van de stilte en plooien zich als een parasol over de dingen Wij kunnen hier kort over zijn. Hier wordt vertolkt wat alleen in een gedicht is uit te druk ken. namelijk de geboorte van het gedicht, („klanken krijgen vorm", „woorden staan plot seling op"). Vorm een fraai gebruik van de klinkers bijvoorbeeld is hier naar onze me ning onlosmakelijk met de inhoud verbonden. Een ideale toestand. Het enige zwakke gedeelte vinden wij de twee de strofe. Er is niets tegen om abstracties te personificeren, Bert doet dit voortdurend in zijn gedicht. Om echter de stilte te laten stamelen lijkt ons, ondanks de fraaie alliteratie, minder juist. Het beeld uit de laatste twee strofen („woorden staan plotseling op en plooien zich als een parasol over de dingen") illustreert op ideale wijze wat bedoeld wordt met „de andere werkelijkheid" waarnaar poëzie zou moeten ver wijzen. De dingen bestaan na een gedicht nog wel in dezelfde vorm, maar wij zien ze anders, er is een dimensie aan toegevoegd. Het woord is over de dingen geplooid en is daarmee meer geworden dan het ding zelf. Aldus wordt voldaan aan de eis die de Ame rikaanse dichteres Marian Moore eens stelde: „Wij zullen niet eerder poëzie hebben, alvorens de dichters ons tuinen van hun verbeelding kun nen bieden met echte padden erin". Wat ons betreft is dit het beste gedicht dat wij tot nu toe bespreken. Een poëtische ver ademing in een woestijn vaD versjes. HANS KREUZEN Het is nog vroeg in de morgen. De brede straat ligt geduldig te wachten op de drukte, die straks weer los zal barsten. Elke mor gen sta ik hier op de tram te wachten. Ik vermoed dat hij net weg zal zijn want er staat nie mand bij de halte. Ik weet niet of het komt, doordat ik zo al leen sta, maar ik voel me onbe haaglijk eenzaam. Nee, toch niet. Het is net, als of iemand me beloerd. Achter me is een snuivend ge luid. Ik draai me omen kijk recht in de ogen van een levens grote tijger! Ik doe een stap naar achteren. Het monster komt zo dichtbij, dat ik zijn hete adem voelen kan. Hij opent zijn bek en likt met zijn ruwe tong langs mijn hand. Ik huiver van angst. Dan herinner ik me. eens ge lezen te hebben, dat je een tijger recht in de ogen moet kijken om Als Shakespeare een paar eeu- in eigen huis nauwelijks nog din- wen later geboren was en Hamlet gen kon doen, die men bij voor in plaats van de rol van prins keur onder een beperkt aantal van Denemarken die van burge- ogen doet. Om kort te gaan: de meesterszoon van Werkendam situatie werd ondraaglijk en uit- had toegedacht, zou hij deze on- eindelijk werd de burgemeester getwijfeld verbitterd hebben doen de dupe van alles, want hij kwam uitroepen: „T^cre is something oren tekort om alle klaagzangen rotten in the village of Werken- aan te horen, die hem door de dam". verontwaardigde Werkendam- Tot die conclusie moet althans mers werden toegezongen. Het leder z;jn gekomen die. naarstig noodlottig gevolg is bekend: er voor zijn televisietoestel gezeten zullen borden gecreëerd worden, of ijverig de kranten uitpluizen- waarmee duidelijk te kennen da. de laatste berichten met be- wordt gegeven dat het verboden trekking tot Werkendam op zich is zich op slenterende wijze door heeft laten inwerken. Tussen al Werkendams hoofdstraat voort te het toch al zo schokkende nieuws bewegen. De brozems hebben hun over topbesprekingen. atoombom- plicht gedaan ze hebben men - De oplossing of lees Je dan opeens, dat er ook kwamen, want daar zaten in Werkendam onlusten gaando juist op te wachten ze zijn en dat de overheid hier naar huis gaan. En daarmee is krachtig heeft moeten ingrijpen- de kous voor Werkendam af. Gek, maar je verwacht daar zo iets niet. Dat er in Amsterdam, WoGf ziin ZB Rotterdam of zelfs Den Haag wel 'TOOr Z'/n Zt? eens iets gebeurt waarover be- Inderdaad, het probleem lijkt paalde kranten zich verheugen, opgelost. Werkendam is weer in- omdat het aanleiding geeft tot het gedommeld om na dit korte in- gebruik van vette koppen op de termezzo de slaap des rechtvaar- voorpagina, goed. daar is in te digen verder te slapen. We zijn komen. Maar dat er ook plaat- zaterdag de nog zo kortgeleden sen. waarvan de naam op z'n door televisiecamera's belichte hoogst vage associaties met pril- straat eens doorgelopen voor le aardrijkskundelessen oproept, alle zekerheid in een niet te lang- dmgen gebeuren, die eigenlijk zaara tempo maar zagen niet niet door de beugel kunnen, daar anders dan nijvere huisvrouwen sta Je dan wel even van te kij- die zich bezighielden met wat op ken. Aan de vele wcreldproble- zaterdagmiddag in een winkel- men is er dus weer een toege- straat van huisvrouwen verwacht voegd. Werkendam, dat daar mag worden, alsmede enkele me maar zo rustig in het land van diterende grijsaards. Het beeld Heusden en Alten* aan een van dat men ook m Steenbergen of onze grote rivieren ligt voort te Dirksland te zien had kunnen krij- bestaan. is ruw uit zijn dromen gen. We vroegen het daarom op Wakker geschud. In de meest let- de man af aan de burgemeester terlijke zin van het woord nog van Werkendam, die nog halfdoof wel. want de leden van een gc- van de herrie achter zijn bureau motoriseerde en iedere snelheids- zat: Waar zijn ze gebleven?" beperking overschrijdende gene- Onmiddellijk begreep hii wie we ratie, die de laatste jaren onrust* bedoelden- Met een weids gebaar barend snel in aantal is toegeno- wees hij in derichting van Pa- men en in de wandeling met de rys. Elders, zucht- naam brozems aangeduid pleegt tc hij. kennelijk te worden, heeft bezit van het opgelucht Want dommelende dorpje genomen de crisis rond Wer- Vooral de hoofd-, tevens winkel- kendam is voor- en eigenlijk enige straat van Wer- bij: Werkendam is kendam is «n trekpleisterweer brozemvrij. betekenis. Zodra het langverbeide Maar burgemees- weekeinde is aangebroken, wor- Drobeeiden den de fantasieloze overalls en voorzichtig ketclp.kktn .(«„troop, cn trokt hr, alles wat bromfietst naar dit do- rado toe om «.CU daar onMif 1. houden met het opvoeren van de PjJ™ snelheid, wat meestal met dat i van het geluid gepaard gaat of vcrd gewoonweg met het hangen in ocwaarnei(l we raamkozijnen en het zich loom - l?00"1*" j door de straat voortbewegen, door des vroeden vaders de plaatselijke overheid zo tref- «"«gen mond: onder fend Ju:'•t samengevat onder de het zingen van typerende verzamelnaam „slente- oud-vaderlandse ren" liederen op de De dupe In het begin is dat leuk. maar |""f- ■nSJVTSSt ^"ton^ Ié Ver? 'raVïa h£fdtfZS «rijd gelegen percelen, die op de avon- verplaatst. Binnen den dat de slenteriusten werden 81 ,afJ8e botgevierd, steeds luider moesten UJd kunnen we dus gaan spreken om boven het la- een herhaling van waai van gierende brommers uit dit sensationele te komen en ten slotte nog slechts onderdeel van het door luid geschreeuw te kennen televisiejournaal konden geven, dat ze nog wel verwachten, alieen eer» kopje koff.e zouden lusten. met gewijzigde nog afgezien van het fe-t dat men plaatsnaam. Heeft Werkendam in het zgn. slenterverbod wel de juiste op lossing gevonden? Wij zouden lie ver van een schijnoplossing wil len spreken. In plaats van het kwaad in de kiem te smoren, heeft men het alleen maar onder drukt. Maar ook brozembloed kruipt waar het niet gaan kan. Om dit bloed toch in de goede richting te laten kruipen, had men een positieve daad mo^cn stellen. Toegegeven, dit is mak kelijker gezegd dan gedaan. Zo wel van de zijde van de gemeen te als van de kerk die in een plaats als Werkendam met zijn overwegend orthodox-protes tantse bevolking uiteraard een belangrijke plaats inneem* worden reeds lang pogingen in het werk gesteld om de jeugd van de straat te houden. In Wer kendam is een dorpshuis, waar mstuifavonden en filmvoorstellin gen gehouden worden en dat een trefpunt zou moeten zijn van die genen die nu als straatschenders en onruststokers gebrandmerkt worden. De Gereformeerde kerk beschikt over een jeugdhuis en ook de Hervormde kerk laat zich niet onbetuigd. Ook het argument dat er geen mogelijkheden tot studie of het uitleven van lees- driften zouden zijn. is niet steek houdend: Werkendam heeft een Nutsbibliotheek en een jeugdhuis- bibliotheek. Zelfs is het verwon- lijk dat niet meer musici van naam uit Werkendam geboortig blijken te zijn. want de burge meester vertelde niet zonder trots dat er vier muziekgezelschappen en drie zangverenigingen zijn. de twee mannenzangverenigingen nog niet eens meegerekend mannenzang kunnen we in dezen even buiten beschouwing laten. Ontspanning genoeg dus in Wer kendam: wie dit zo leest, vraagt zich zelfs verbijsterd af, hoe ie mand het nog in zijn hoofd kan halen om op de bromfiets te krui- fien of de slenterschoenen aan te rekken. De brandende vraag is echter: hoe ziet het er achter de ze ongetwijfeld imposante gevel uit? Bereikt men de jeugd ook werkelijk met deze aktiviteiten? Weegt de sjoelbak op tegen de brommer? Dit is het centrale pro bleem waartoe alle moeilijkheden die er in Werkendam gerezen zijn, herleid kunnen worden. De ogen gesloten De jeugd heeft het antwoord al gegeven: Slenteren is fijner dan je denkt- De brommende nazaten van sjoelende jongens zijn nu een maal niet meer te boeien met een spelletje mens-erger-je-niet op zaterdagavond. En hiervoor houdt men in Werkendam maar daar niet alleen de ogen hardnekkig gesloten, Dit is niet zo-maar een bewering van ons. m^ar een uit spraak van ds. De Bruyn, de plaatselijke hervormde predikant, een van degenen in Werkendam die inzien, dat, hoe dan ook, iets gedaan moet worden en dat met een slenterverbod-zonder-meer niet volstaan kan worden. Vol gens hem is er beslist wel een mogelijkheid om de balans, in de ene schaal waarvan nu een attractieve bromfiets ligt, in evenwicht te brengen. Natuurlijk geldt dit niet voor alle slente raars: de meest verstokten onder hen zullen wellicht ten eeuwigen dage blijven voortslenteren om, eenmaal legendarisch geworden, de Wandelende Jood op zijn tochten gezelschap te houden, maar de epigonen zijn, volgens ds. De Bruyn. zeker niet „on grijpbaar". Als men maar op de juiste wijze te werk gaat en de wat muf aandoende lucht van ne gentiende eeuwse knapen- en jon- gelingsverenigingen de dorps- en jeugdhuizen laat uitwaaien. Maar juist hier wringt de schoen. Alle poging tot vernieuwing stuit af op de mentaliteit van de bevol king. Men redeneert vanuit een standpunt, dat Daan Zonderland in een van zijn redeloze rijmen onder woorden heeft gebracht: „Waar hal wordt gemaad of gans wordt gebord, waar zwart wordt gepict of op hartengejaagd, waar domi genood wordt of sjoel wordt §ebakt. heeft zelden een ziel naar e zonde gesnakt". En als men daar al tegenin wil brengen dat hem bang te maken. Het dier opent zijn bek op nieuw. Kan ik iets voor u doen?" vraagt hij. Ik schrik opnieuw. Kun je spreken?" stotter ik. ,Ja," zegt hij: „Geleerd van een man, die me altijd in de ge vangenis kwam bezoeken." „In de gevangenis?" „In de dierentuin noemen de mensen dat." ,JIoe ben je daar dan uitgê- komen?" „Gewoon. Ze hadden het deur tje open laten staan." „Maar ze zullen je overal gaan zoeken en je opnieuw vangen en terugbrengen." „Dat zal ze niet meevallen. Ik heb me een keer laten vangen, maar nu ik hun methoden ken, zal met dat geen tweede maal overkomen." „Maar dan kun je hier niet blijven." „Nee, ik wil zo vlug mogelijk terug naar m'n familie in Afri- - IETS OP JE HOOFD - Of je „van-iets-op-je-hoofd" houdt, kunnen we van deze af stand niet bekijken, maar voor het geval dat wel zo is een sug gestie voor dat „iets". Deze „oorwarmer" kun je namelijk met behulp van goed materiaal en bijgaande werktekening zelf in elkaar zetten. De muts op de afbeelding is van bont gemaakt, maar je kunt bijvoorbeeld ook teddy-stof, een rulle bouclé en een langharige mohair kiezen. Je moet dan wél de muts met Nodig heb je van 44 cm lang Knip hier eerst 66 cm lang en IÉ bij zitten dan de drie-centime ter zomen voor elke naad). Om de juiste afmeting te krijgen i strook stof 66 cm breed. hoog (hier- heeft, het is in Werkendam dovemansoren gezegd. „Vroeger ging het toch ook. waarom zou het dan nu niet gaan?", is hier bijna een slogan. Eigenlijk is het hele probleem helemaal niet typisch-Werken- dams. Overal fronst de generatie van 'vóór de wereldoorlog de wenkbrauwen over die van na de wereldoorlog. Alleen: in Werkefi- dam heeft het probleem zich nu toegespitst. Vandaar dat wij het ruimtelijk behandelen. Wij zijn het roerend eens met al diege nen die hier in de eerste plaats het gezin verantwoordelijk willen stellen. Maar de sociologie heeft al uitgemaakt, dat het gezin nu eenmaal niet meer dezelfde plaats inneemt als vroeger. Er zal dus een andere oplossing gevonden moeten worden, niet alleen in Werkendam, maar overal waar men met dit vraagstuk te maken heeft. In Werkendam kregen wij de indruk dat gemeente en kerk elkaar de kastanjes uit het vuur willen laten halen, voor zover men al inziet, dat er kastanjes uit het vuur gehaald moeten wor den. Wat de kerken betreft: In Werkendam heeft men nog niet ingezien dat eendracht wel eens macht zou kunnen maken. Of men wil het niet inzien, eenvou dig omdat men het hele probleem niet wil zien. Degenen die het wel zien. moeten het zelf dan maar zien te rooien. Op die in stanties, waarvan men in Wer kendam hulp zou mogen verwach ten, hoeft men niet te rekenen, zei ds. De Bruyn ons. Als enige mogelijkheid ziet hij een aanpak van het werk geheel los van de kerk, en in de naaste toekomst probeert hij het in deze richting te sturen, want. en nu citeren wij hem letterlijk: „Als het niet lean zoals het moet. moet het maar zoals het kan". Het is bijzonder bemoedigend te weten dat er ook in Werken dam nog mensen zijn die inzien, dal een slenterverbod-zonder-meer een bewijs van onvermogen is. Gelukkig maar. want anders wa ren wij moedeloos naar huis ge slenterd door da hoofdstraat. ka." „Hoe wil je dat doen?" „Met de trein. Maar ik weet de weg naar het station niet. En een tweede moeilijkheid is, dat ik geen géld bij me heb." ,Jk moet ook naar het station. Als die tram niet vlug komt, haal ik de trein niet meer." M'n nieuwe vriend likt zijn „Klim maar op m'n rug, dan zal ik je er brengen." Dat is een goed. idee en zo rijd ik als een oosterse vorst door de inmiddels drukker wordende straten van de ontwakende stad. Politie-agenten blijven ver stijfd van schrik staan en voet gangers rennen gillend weg. Triomfantelijk kijk ik rond. Daar is het station al. Ik ben nog op tijd! Voor mijn vriend koop ik een kaartje voor Genua. Op het perron aangekomen, ziet hij nog net kans, in de ex pres naar Italië te springen. Verbaasd kijk ik de trein na. Vol trots vertel ik aan col lega's op kantoor, wat ik die ochtend heb beleefd. Maar ze geloven me niet. Iemand mom pelt, dat hij me altijd al een beetje vreemd heeft gevonden. Een ander legt vaderlijk zijn hand op mijn schouder en zegt: ,Je bent hard aan vakantie toe." Hij kon wel eens gelijk heb ben. van het ingezette bovenstuk, is het 't eenvoudigst om met een passer op papier een cirkel met een middellijn van 20 cm te trekken om met behulp van dit stukje patroon-papier de ronde bovenkant uit de stof te knip pen Voor de voeringzij moet je dezelfde maten aanhouden. De kanten, die twaalf centime ter zijn. stik je aan elkaar en dan naai je er het rondje in. Mocht je bont voor deze muts gebruiken, knip het dan in ieder geval niet! Met een scheermesje snij je aan de achterkant (op het leer dus) de stroken en het rondje uit, nadat je de maten eerst met potlood hebt aange geven. Voorzichtig snijden, Werkendams burgemeester: een weids gebaar wees hij in richting can Parijs In het Land van Heusden en Altena maakt Woudrichem een gunstige uitzondering op de regel. Woudrichem heeft een energieke burgemeester, die samen met de hervormde ge meente de zaak radicaal heeft aangepakt. Een goed Dc universiteit van Princeton in de Amerikaanse staat Yersey werd en kele weken geleden verblijd met een anonieme gift. Het was lelfs een zeer grote: 35 miljoen dollar. En waar voor dacht u? Voor het experimen teren met sera tegen vreselijke ziek ten, zoals kanker b.v.? Voor de on derontwikkelde gebieden? Voor re search, waar de wereld iets aan kan hebben? Houdt u maar op. U raadt het toch nooit. Het geld is bestemd voor dc stichting van een gebouw voor internationale conferenties. Er schij nen nog niet genoeg gebouwen te zijn tot breking van voorzittersha mers en het slaan met schoenen. Of zouden die anonieme 35 miljoen dollar soms gestolen zyn? De Belgische minister besloten in 1962 de omva Belgische strijdkrachten veer ^3 000 man te Gord hekeken. In Heidenheim 'Duitsl gaat men voor Rommel (juist, die veldmaar schalk uit Afrika) een standbeeld oprichten onder het motto: „door Hitler tot zelfmoord gedreven". Wjj zijn geneigd om Rommel in de geschiedenisboekjes als held op te nemen. Maar vragen ons toch al hoe het standbeeld er uit zal Zou er misschien (dit in teger ling tot O Zadkine's beeld „Rottei dam") een gat in het hoofd kom» ter plaatse, waar bij niet-Duitsc gemeenlijk de hersenen zetelen? Na de hervatting van de atoom- proeven heeft de sociale organisa tie voor burgerlijke verdediging in Ormskirk zijn vergaderplaats geslo-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 18