In Leidens diepste crisis schakelde een machtige hand de mens uit Koraalmuziek in nieuw gewaad Actuele herdenking in Pieterskerk Vertrouwen op God géén verzwakking van moreel Dr. Velema: 3 oktober kan meer zijn dan traditie „Klucht van de Koe en „Nu noch" door Arena NIEUWE LEIDSCHE COURANT 1 WOENSDAG 4 OKTOBER 1961 ONZE indruk is, dat wij de laatste jaren niet zoveel mensen op 3 oktober in de Pieterskerk hebben gezien als gistermorgen het geval was. Die j weer toegenomen belangstelling voor de dankdienst, die bepaald méér is dan een voorgeschreven traditie, is verblijdend, want zij is er een bewijs van, dat vele Leidenaars 3 oktober niet maar alleen als een roezig pretje zien. Voorganger in de dienst van gisteren was ds. H. J. van Achterberg, die op voor ieder boeiende wijze de geschiedenis van het Leidse beleg en ontzet en haar betekenis voor toen en nu belichtte met als uitgangspunt vers 11 van Jacobus 5: „Zie, wij prijzen hen zalig, die volhard hebben". Op één lijn VR Ds. Van Achterberg merkte op. dat deze tekst ook van toepassing is op velen, die bij het beleg en ontzet van Leiden betrokken zijn geweest. Jacobus poneert deze zaligprijzing niét met het oog op het welslagen van menselijke onderne mingen, maar met het oog op hen die volhardend de Heer hebben verwacht. De Leidse burgerij van die dagdh en met haar de grote Zwijger, de Zeeuwse vloot en de geboorte van de Nederlandse natie staat met de profeten en met Job (in de Jacobusbrief genoemd) daarin op één lijn, dat men niét kon bogen op het slagen van menselijke kracht, maar al leen op God kon blijven vertrouwen, ook waar er menselijkerwijs gesproken geen uitredding meer mogelijk was. Onmacht en falen De predikant gaf een uitvoerige toe lichting op het feit, dat deze geschiede nis een aaneenschakeling van menselijke onmacht en menselijk falen te zien geeft. Wat betreft de belegerde stad zelf be gint dit al met het verzuim na het eerste beleg om levensmiddelen op te slaan. Ook op militair gebied wordt gefaald. Wie het geheel overziet, moet wel tot de conclusie komen, dat er actief uit de be legerde stad niets doorslaggevends is Maar de vijand faalt ook. Geen bestor ming wordt gewaagd. Er wordt gewacht, brieven worden geschreven en ontvangen. En ten slotte het kamp van de ontzet- ters; daar wordt veel te lang getalmd. Men wist aaanvankelijk niet eens, hoe de pogingen om de stad te bevrijden moesten worden gefinancierd. Somber voor Leiden Eindelijk gaat dan een vloot uit Zeeland richting Leiden. Maar hoe verder Boisot en zijn mannen komen, hoe minder water er op de velden staat- Kwam er geen wind, dan kwam geen schip één meter verder. Na veel inspanning Boisot heeft met de organisatie van deze onderneming een opzienbarende prestatie geleverd scheen de hele onderneming nog op niets uit te lopen. Op de avond van 2 oktober schreef Boisot nog aan de Prins: „Ik zie het somber voor Leiden in". En er was voor de vloot geen dere weg In deze bange stonde deed Leiden niets. durfde niets en kon de vloot niets. Het alsof een machtige hand op die dag lens uitschakelde. De crisis van Lei- zou niet door menselijke kracht worden opgelost. Blijven uitzien De Lammenschans, een onneembaar Tt, was op onverklaarbare wijze door de vijand juist in die kritieke nacht prijs gegeven. Na haar uitredding begreep de burgerij, dat hier geen mensen waren te bedanken. Het volk, dat juist geleerd had euwe wijze zijn Heiland te ontmoe- :rvoer, dat Hij het woeden der vol keren stilt als dat der baren en dat Hem gegeven alle macht in hemel en od Prijzen doen wij de mens die een pres tatie heeft geleverd. Zalig prijzen moet te mens. die in de beproevingen van het leven blijft uitzien naar wat de Here doen zaL Ds. Van Achterberg wilde deze uitredding van Leiden bepaald zien als bode van de dingen, die komen. Hij, de- Rechter, "staat voor de deur. Die als aller Oppervoogd de één vernedert, de ander verhoogt Ook in Berlijn Hier legde de predikant een verbinding met de situatie waarin wij leven en w naam „Berlijn" langzamerhand dreigend begrip is geworden.Het Raat ook daar in wezen om vrijheid van den ken, spreken, handelen en niet in.de laat ste plaats van godsdienst. Ook hier zal het kunnen komen tot een „zalig prijzen", voorzover de 1 het niet verwacht van het gelukken van alle mogelijke menselijke onder nemingen, maar zijn vertrouwen stelt op Hem, die op Zijn tijd mensen uit schakelt. Zoals Hij de mens heeft uit geschakeld in de bangste stonde var alle eeuwen, toen Jezus aan Golgo- DS. H. J. VAN ACHTERBERG Uitredding een bode tlia's kruis riep: „Mijn God. Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?", al léén Zijn strijd volstreed en alléén (i< grootste crisis van alle tijden door- Deze belijdenis betekent geen verzwak king van het moreel. Hoe banger de ston de, hoe meer wij geneigd zijn op eigen krachtmiddelen te vertrouwen. Het Evan- herinnert dan de mens aan zijr eigen betrekkelijkheid. Commissaris in kerk Het spreekt vanzelf, dat in deze dienst psalm 9 werd gezongen, zes coupletten ditmaal. Het klonk weer even krachtig als altijd. Na de preek zong de Gemeente psalm 105 vers 24: „Die gunst heeft God Zijn volk bewezen, opdat het altoos Hem zou vrezen". Aan het eind van de dienst werden drie coupletten van het volkslied gezongen. Venmeiden wij ten slotte, dat behalve gemeentelijke, militaire en universitaire autoriteiten, de commissaris van de Ko ningin in deze provincie, mr. Klaasesz, de herdenking bijwoonde. Het trof ons ook aangenaam, verschei dene burgemeesters uit de omgeving Leiden te zien, zoals de heer Koomans van Rijnsburg, de heer Van der Have van Valkenburg en de heer Duiker Katwijk. Ook waren er weer oud-Leide- naars, die men nog slechts op 3 oktober in de stad pleegt te zien. De spontane ontmoetingen zijn dan legio. Oud-Leidenaar ging voor in de Ceref. Gemeente De oud-Leldenaar ds. A. Vergunst, van Rotterdam-centrum, ging gisteren In twee diensten van de Geref. Ge meente aan de Nieuwe Rijn om de geschiedenis van Leidens beleg en ontzet en haar nationale en geeste lijke achtergronden te doen herlev voor het nageslacht. Wij hebben alleen de morgendienst bezocht, waarin de pre dikant preekte over psalm 44 ven «O God, wij hebben het met onze i gehoord en onze vaders hebben het verteld". Het thema van de prediking ■was: „Gedenkende de wonderen dei Heren". Het viel uiteen in drie gedach ten, te weten de aard van, de sterkte in en de verlossing uit de nood. De dichter van deze psalm denkt .an Israels verlossing uit de greep van de Egyptenaren. Later hébben ook de pro feten moeten wijzen op de trouweloos heid van hét volk en het buigen voor de vreemde goden. De daad van God moest aan de kinderen worden vertela, waarvan de instelling van het Pascha getuigde. Zo hebben ook onze vaderen het be doeld. dal Gods d3den zouden worden herdacht en dat men in het huis des Heren zou samenkomen op een dag als deze. Deze dag moet er niet een van brooddronkenheid zijn. Wij dienen stil te staBn bij hetgeen de Here heeft ge daan. God is het. Die de geschiedenis schrijtft. Achter de feiten werkt de God, Die de natiën en volken leidt; zij kun nen zich zonder Zijn wil noch roeren, nodh herwegen. Dg. Vergunst gaf een ruwe $ohets van de nood. waarin Leiden was geraakt De bestuurders waren onverstandig ge weest en hadden nagelaten na het eerste beleg voldoende voedsel in de stad te halen. Leiden zou niet door geweld worden genomen, maar het scherpe zwaard van de honger zou hier zijn werk moeten doen. Bij het tweede be leg moest al spoedig tot distributie wor den overgegaan. En het duurde veel langer aan was verwacht. Bovendien werd do stad nog gekweld door besmet telijke ziekten. Toch is de bevolking staande geble ven. al waren er ook die de bestuurders maar aanraadden zich over te gei en een overeenkomst met de vijand sluiten. Onze vaderen hebben het ge zag van de wettige koning erkend i hij had zijn wettige macht tot een wettige gemaakt. De boodschap Gods soevereine genade had weerklank gevonden in ons volk. De wettige vorst heeft de zaak Voor het eerst ging dr. W. H. Velema voor in een dienst in de Chr. Geref. kerk te Leiden ter gelegenheid van dc her- denking van het beleg en ontzet. Zijn thema bevatte slechts één woord: „On gelofelijk". Wij gebruiken dit woord vaak voor geweldige dingen. Daarbij denken we niet direct aan het feit, dat het woord eigenlijk ongeloofwaardig betekent. In de tijd van Leidens bezet heeft jhr. Van der Does, Heer van Noordwijk, het wel in dien zin gebruikt Toen men op een vergadering met de veertig de situa tie besprak en ook aandacht schonk aan de gratietoezegging van de Spaanse com mandant Valdez, zei Van der Goes, dat het ongelofelijk was, dat zij die zwaar hadden gezondigd tegen God en de ko ning. nog genade konden krijgen. De geschiedenis, waarover de schrift lezing ging 2 Koningen 6 en 7 be schrijft ook de belegering van een stad. Toen was de nood zelfs zo hoog, dat men behalve duivenmest, mensenvlees at. Do toenmalige koning werd mismoedig en weet al het onheil aan God. Maar zjjn profeet Elisa voorzegde, dat de volgende dag de korenhandel weer zou worden gedreven. Voor billijke prijzen was dan gerst en tarwe te koop. Een adjudant meende, dat zelfs al zouden er sluizen de hemel gemaakt worden, dit dan nog onmogelijk zou zijn. Hij vond het onge lofelijk. Boodschappers geweldig geluid. Dat verstonden als de aankomst van legers, die tot n ttlng van de belegerde stad gestuurd aren. Daarop vluchtten ze. Was het in Lelden een weesjongen die het eerst het vijandelijke kamp binnenging en alles verlaten aantrof, in die stad waren I melaatsen. zy togen erop uit, omdat toch niets hadden te verliezen. waren de boodschappers van de be vrijding. Waarom deed God dit wonder: Hij had er Zijn bedoelingen mee. Zi.ir, eei stond op het spel. Hij wilde de bevrijding, opdat het volk Hem zou dienen. Leidens positie was die van de sleutel tot het bezit van Holland. God heeft op wondere wijze, juist op tijd, ee dere wind doen waaien. De stad had het. verband met het invallen van de i geen dag langer kunnen houden. Dat deed de Here, opdat Zijn Kerk in deze iage landen tot bloei zou komen. Het herdenken van dit ver verleden heeft alleen dan zin. als wij met de burgers van toen God waarachtig danken en tot Zijn dienst ons bereid verklaren. Dan is het meer dan een oude traditie. Dan is het een appèl. in we ons melden. In die oude geschiedenis lezen we: Wij dpen niet goed; deze dag is een dag van blijde boodschap en wij houden ons stil. Wanneer Leiden vervuld is van feest- drukte, maar dit woord van toewij ding en dank aan God ontbreekt, doen wij niet goed. Het ontzet is niet onge lofelijk het was Gods werk; maar el het afwezig-zijn van deze goede boodschap bij zovelen is ongelofelijk. Dr. Steenblok sprak in gebouw Hoge Rijndijk staan. En er was een duldeiyke begeer te om zich rond dat Woord ln de gods- bulzen te scharen. De val van Leiden zou dc ondergang van de zaak voor de vrijheid en de waaifaeid zijn geworden. Gods adem heeft de vijand verstrooid. Daarom moet 3 oktober deze boodschap bevatten: O land, hoor des Heren Woord. Na zegenbede werden enkele verzen van het volkslied gezongen. Ook de Geref. Gemeente ln Neder land te Lelden had twee godsdienstoefe ningen uitgeschreven om de zin van de herdenking van Leidens beleg en ontzet te accentueren. Men had wederom df. C. Steenblok te Gouda bereid gevonden in deze diensten, die om tien uur en half drie werden gehouden, voor te gaan. Morgens werd voornamelijk stilge staan by het historische gebeuren 1574. Wy hebben de mlddagdienst bijgewoond. De predikant stelde centraal, dat de mens wikt maar dat God beschikt Dat is in de gehele Schrift te lezen. Maar dit geldt heden te*i dage nog. De Goddelijke besahikfking komt dui delijk uit in het verbond dat Achab met Josafat sloot toen zij samen optrokken naar Ramotlh in Gilead. Adhab echter had een andere raad ingewonnen, name lijk die van de vorst der duisternis. Zo ie er ook gedurende het beleg van Leiden een vendorvon raad geweest. Maar de raad der mensen wordt ver broken; de raad des Heren blyft be- De tekst van dr. Steenblok was psalm j33 vers 11. zijn thema: ,De heilige raad het Woord tegenge- des Heren". Drie gedachten ontwikkelde hij daarbij-, het wezen van die raad, de uitwerking en ten slotte het oogmerk. Ten aanzien van het derde punt merk te de predikant op, dat de raad des Heren zal triomferen. De Here Jezus neemt daarin Zijn bijzondere plaats in. Hij heeft Zichzelf vernietigd van Zyn Vader. Dat alles moet uitlopen op dc glorie des Heren. Ten slotte werd psalm M vers 6 ge- Gedachte bij het poppenspel De grote mannen van de Drie-Oc- tobervereeniging zijn de ukkepukken niet vergeten. Zij krijgen van vader moeder een toeter of een ballon, ïr van het bestuur een heus pop penspel En op zoveel punten in de tad nog wel. dat geen peuter het hoeft e missen; op de hoek van dc Beatrix- straat, op de hoek van de P- C. Hooft- laan, op het 5-Meiplcin en op een icr- retntje aan de Zecmanlaan. Het verhaal ging ditmaal over Beer tje Pipeloentjc en Molly het circus hondje. We hebben zoveel tintelende spanning op kindergezichtjes gezien 'at wii haast geneigd zouden zijn. als r wat van de feestwijzer moest v> allen, het bestuur van de vereniging e adviseren nog eerder de optocht of et vuurwerk te nemen dan het pop penspel. De kinderen voelen bij zo'n open luchtspel zo echt, dat het feest is. Je betrapt je er dan ineens op, dat het voor een volwassen mens toch wel heel moeilijk is, zo onbevangen en lemaal vrijuit sprankelend feest te Misschien moet je dan van binnen eerst weer kind worden. Met die beschamende maar toch verkwikkende gedachte verlieten wij het poppenspel, een luidruchtige kin derschaar achter ons latend. Mobiele tentoonstelling op Leidse Vismarkt De stichting tot bevordering van het ■erbruik van vaste brandstoffen bezit en mobiele tentoonstellingswagen, die zondag en maandag op de Leidse Vis markt was opgesteld. Velen konden dan de gelegenheid gebruik maken kolen als brandstof te weten te komen. De grote caravan heeft aan één zijde ;n wand, die kan worden neergelaten, aardoor een brede opgang wordt ver kregen. Aan de hand van lichtbeelden, folders en een demonstratiehaard kan het publiek inlichten over kolen haarden en andere wetenswaardigheden. Naar het propagandafilmpje „Levend jur", dat met regelmatige tussenpozen werd vertoond, bleven op 2 en 3 okto ber veel voorbijgangers even kijken leiding g, die bezocht The Saints marcheren in Leiden in de gedaante van de harmonie van de Steenkolen Handelsver- eeniging uit Rotterdam, compleet met majorettes. D ,E KORAALMUZIEK in de vroege morgen van dc feestdag, droeg dit jaar een geheel ander karakter dan vorige jaren. Of dit programma onderdeel aan plechtige betekenis heeft gewonnen is een zaak, die van de persoonlijke smaak afhangt De één zal voorkeur hebben voor dc statige koralen en Valeriusliederen, een ander zal voldoening hebben gevoeld met de uitvoering van de voor deze gelegenheid speciaal gecomponeerde Drie- October-Cantate. Na het Wilhelmus, enkele strofen van Psalm 118 en de hymne Lof zij de Hel den klonken de sombere inleidingsmo tieven van genoemde cantate waarin de componist Herman Stenz de benauwde stemming schildert, die de belegerde stad in haar greep had. Daar de gehele can tate ongeveer t'en m1 nu ten duurt, maak te de vertwufel'ng na luttele seconden reeds plaats voor strijdlust, waar het lokkend gefluit van de Voog'laar en Glippers (collaborateurs uit 1574) ver der geen invloed op hadden Han de Wilde heeft enkele gebeur tenissen op rijm gezet en deze stof in spireerde Stenz tot een welluidende, zij het eenvoudige muziek. Stenz, die z\jn sporen heeft verdiend als volks zangleider, heeft dan ook juist aan gevoeld, hoe hij de sfeer van de min of meer plechtige vroege uren moest benaderen. Dit blijkt uit de orkestin- IT'/ien the saints op Kaasmarkt Muzikale exercitie in de regen Tot grote teleurstelling van vele dui zenden Leidenaars regende het gistermor gen even. maar dat mocht de feeststem ming niet drukken. Drie Oktober vieren betekent voor de echte Leldenaar dat h(j voor dag en dauw, eventueel met vrouw en kroost, op stap gaat om maar niets te missen van alle evenementen. Zo waren gistermorgen velen, sommi gen met een emmer met haring en een sloop met wittebrood, ondanks een drui lerige regen op de Kaasmarkt aanwezig om naar dc ..spectaculaire muzikale exer citie" te kyken, zoals het officieel in de feestwüzer stond vermeld. Deze muzikale attractie werd verzorgd door de Harmonie S.H.V. (Steenkolen- Handels-Vereniging) uit Rotterdam. Twaalf charmante majorettes openden de stoet van 82 mensen, die van het Stations plein af een muzikale rondgang begon, om op de Kaasmarkt de showexercitie te Maandagmiddag was het geluk kig droog zodat de openlucht voorstelling van „De klucht van de koe" voor scholieren kon doorgaan op het Pieterskerk plein. Foto N. v. d. Horst) houden. Wat het publiek aanvankelijk nog wat timide op dit vroege (8.15 uur) tijdstip, bij het bekende „When the Saints go marching in" kwam hierin een plotse linge verandering, gezien het enthousiaste onthaal van dit veelomstreden nun Al traden deze harmoniemensen het eerst in Leiden op. voor de Leidenaars waren zij geen onbekenden. De Rotter dammers met hun fraaie blauwe unifor men hebben reeds vele keren hun mede werking verleend by interland-voetbal wedstrijden. Na de 9how op de Kaasmarkt werd nog een rondgang gemaakt door de stad. dat de stoet op het Stationsplein ontbonden. Dit jaar had de Koraalmuzxék een extra feestelijk accent door de uitvoering van een 3-oktob er- cantate, op tekst van H. de Wilde en op muziek van H. Stenz. leidingen en de vormgeving van de melodische structuur. Deze opzet mag geslaagd heten. De koren zijn eenstemmig, zodat hier geen sprake is van koorzang in de ge wone zin. Dit zou stellig een langere voorbereiding gevraagd hclAien. Het was dus volkszang. Het grote koor en het kinderkoor zongen met pryzenswaardig duidelijke uitspraak hun teksten en met ernst, die de toegestroomde schare i belangstellenden heeft doen mecle- .„o. Dit heeft my tenminste getroffen. Zo had dit enigszins romantische gebeuren dus toch zijn verdienste als afwisseling in het jaarlijkse menu. Ook de christelijke muziekvereni ging Concordia heeft haar naam eer aangedaan met de vertolking van het instrumentale gedeelte. Dc partijen zaten er bij de onderscheidene instru mentengroepen goed in en de klank van het orkest mag zeker worden ge roemd. Het gehele uitvoeringsappa raat, de dirigent incluis, bestond uit amateurs. Zij hebben goede volkszang ten gehore gebracht onder de bezie lende leiding van Herman Stenz, die er steeds in slaagt deze aparte groep van feestvierende Leidenaars bijeen te houden. Een waardevol onderdeel van deze herdenkingsdag bleek „de koraalmu ziek" weer te zijn! Uenrl Welbooren Met 'Pukkel en Pukkel' Schuttersveld in de Schouwburg Er was eensDat is niet alleen het begin van vele sprookjes, maar ook het begin, de oorsprong, van onze 3-oktoberfeesten. Doch daar willen we het nu niet over hebben. We zijn gis teravond naar de Schouwburg geto gen en dat is de oorzaak van deze „er was eens.overpeinzing" geworden. „Pukkel en Pukkel", drie uur lachen.... Het Schuttersveld in de Schouwburg. We hebben niets tegen het Schuttersveld als het droog is, maar men moet de me thoden en zaken, die het daar doen. niet in een Schouwburg brengen. Zelfs niet op 3 oktober. Er was eens een tijd. dat het „Rotter - damsch-Hofstad toneel" op de avond van de herdenking van Leidens ontzet ons met ..Kostelijk mal" amuseerde. Later deden dat andere gezelschappen. Met dc gebroeders Kalkoen hebben we ons ook nog vermaakt, dank zU Kaart en Boskamp. Maar deze „Pukkel en Puk kel", neen, men bespare het ons daarover te schrUven. We zijn maar weggegaan, naar het ge- tingel-tangel van het feestterrein cn naar het vuurwerk. Op weg daarheen speelde het plotseling blij door ons hoofd: „Eens breken beet'rc tijden aan. Wordt Lelden weer A. C. Bouwman. 7~)E opzet was zo mooi: middeleeuwse wagenspelen in de historische om- geving van het Pieterskerkplein. Het is maar half gelukt. De middag voorstelling op maandag is wel voor de middelbare scholieren doorgegaan, maar de spelen zijn op de avond naar de Stadsgehoorzaal verplaatst. Of de Leidenaars door de laat in de middag vallende regen zijn afgeschrikt weten we niet, een feit is dat de zaal 's avonds maar half vol was. dat de twintigste-eeuwse Leidenaars De opzet was dus goed. Bij het Land- Juweel van 1596 op de grote dag zelf past heel wel het uit 1612 daterende werk van Bredero „De klucht van dc koe". Dit is de pittige volkshumor uit het begin van de zeventiende eeuw, toen Bredero na enkele probeersels ineens dc goede toets te pakken had. Dat dit spel de tand der eeuwen heeft doorstaan moet worden toegeschreven aan de uiterst geslaagde typering der figuren Laten wij wel wezen: een weinig leed vermaak op zijn tyd past ons allen. Dat hier een weliswaar goedmoedige, maar toch ook met zeer weinig slimheid ge zegende boer zo grandioos wordt beetge nomen door een slimme vos, cn dat bo vendien een bier minnend heer als bij komend slachtoffer zijn mantel moet laten en ook de geldzuchtige waardin een paar tinnen schalen kwyt raakt, is zo handig tot een komisch spel Verwerkt dat het nu nog tallozen in schaterlachen kan doen uitbarsten. Daarbij komt, dat Arena vorig Jaar bij de opvoeringen op het Haagse Binnenhof zoveel ervaring heeft opgedaan, dat dc tekst er muurvast inzat Men zou zweren dat deze tonelisten niet anders dan mid- delnederlands als dagelijks taalgebruik zich hebben aangewend. Er werd met zo'n aanstekelijk enthousiasme gespeeld volkomen werden meegesleept Peter van der Linden was onweerstaanbaar ais de onverbetcriyke gauwdief. Joop van den Donk oubollig in de persoon van de boer cn Kitty van Wijk ondeugend als de welgevormde waardin. Dat de remmen nu helemaal werden verwUderd bij „Nu noch" behoeft dan ook geen verwondering te wekken Kit ty van Wijk zwaaide hier met rood ge punte neus het huisraad rond dat de zaal ervan daverde: er rolde zelfs een emmer tot onder de stoelenrij van dc genodig den. Peter van der Linden vierde op nieuw triomfen als de armetierige man, en Jan Korevaar behoefde geen moeite te doen het publiek te doen schateren om „de papc" met zijn bezweringen en stromen wUwatcr. „Ghebuurc" Kees Waterbeek maakte dit edele kwartet vol. Dc spelen waren ingeleid door klaroen geschal. Daarna deden de leden van ver scheidene Rederijkerskamers hun intre de. gevolgd door de borgemeesteren en de secretaris van de goede stad Leiden, die zich nu opmaakte om met een reuze- stap over te gaan tot de herbeleving van het Jaar 1596, het Leidse Landjuweel. G. T.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 11