7
De geheimzinnige kamer
m m
sr w w m
X C I fó
Het avontuur van de ballonnen'
ZATERDAG 23 SEPTEMBER 1961
Waar blijven
onze evangelisa-
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
ltyl woonden no( maar enkele dagen In
de Driebergenstraat, toon ik al van
een afstand kennis maakte met de ge
heimzinnige kamer van mevrouw Borge-
aius. Het was een mooie avond. Mijn
vrouw en ik waren bezig geweest de trap
loper op zijn plaats te leggen. En toen dat
karwei achter de rng was ging ik naar
het balkonnetje om een hirhtje to scheppen
en een sigaretje te roken. Tegelijk met inlj
kwam ook mijn nieuwe buurman naar bal
ten. En zoals dat gaat In zo'n geval: we
•teldon ons voor en we raakten aan de
praat. Spoedig bleek, dat hij hetzelfde be
roep had als ik, namelijk boekhouder. Het
lag das voor de hand. dat de eerstvolgen
de tien minuten gevuld werden met het op
aommen van alle voor- en nadelen 'meest
nadelen uiteraardi. die aan ons tak ver
bonden waren. Daarna debatteerden we
ZONDAGSBLAD
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
de
Tenslotte
Borgesius
U begrijpt
„Ik gun ieder
schillen
kwam de kamer
ter sprake. Dat gebeurde
cles.
..Kijk." wees mijn buurman, „nu steekt
ze het licht up in het zijkamertje. Dat doet
ze iedere avond op dezelfde tijd."
Ik keek naar het bedoelde raam aan dc
overkant van de straat en zag achter 'de
gesloten overgordijnen een vage schim be
wegen.
„Ze zal naar bed gaan," veronderstelde
ik.
„Nee." zei hij, ..dat is het nu juist. Ze
slaapt niet in dat kamertje. Maar wel
brengt ze er iedere avond een uur door
Meestal gaat het licht zo tegen een uur of
elf weer uit. Een enkele keer zien we haar
ook overdag wel eens bezig in dat hokje.
Ik kon er niets vreemds aan vinden.
Mag ze alstublieft in haar eigen huis
doen. wat ze wil?" vroeg ik een beetje ge
prikkeld. Het gepraat had me al te lang
geduurd Ik was moe en ik wilde naar
iet." protesteerde hij.
VggBMVViH zijn vrijheid. En als
mevrouw Borgesius iedere avond een uur
tje op dat kamertje wil zitten, moet zij dat
weten. Maarer is meer. De buur-
vrouw-van-drie-huizen-verder is verschillen
de malen bij haar op bezoek geweest. En
die vertelt dat ze het kamertje angstval
lig op slot houdt. De sleutel bewaart ze
op een tot nog toe niet ontdekte plaats. Dat
is toch eigenaardig. Er zijn hier al men
sen. die beweren, dat in het kamertje een
geheime schat verborgen is. Maar dat wil
er bij mij niet in. Zulke dingen gebeuren
alleen maar in boeken. Nee. er moet iets
anders zijn
Had hij tot nog toe gewoon geproken, nu
begon hij te fluisteren, wat mijn ergernis
niet weinig vergrootte. Waarom bleef ik
nog staan? Was dat uit beleefdheid al
leen?
..Om achter het geheim te komen." ver
trouwde hij me toe. ..is de buurvrouw-van-
drie-huizen-verder ook een keer 's avonds
op visite gegaan bij mevrouw Borgesius.
En u begrijpt, dat re vol ongeduld de
klokslag van tien uur afwachtte. Zou ze
het kamertje van binnen te zien krijgen?
Of zou haar gastvrouw voor deze ene gele
genheid haar ehavondbezoek over
slaan" Welnu, noch het een. noch het an
der gebeurde. Om precies tien uur stond
mevrouw Borgesius op. ,.U neemt me niet
kwalijk, dat ik u wegstuur"" zei ze. ..Want
het is tijd voor mijn Johan." Ja. zo zei ze
het woordelijk. En voor de buurvrouw zat
er niets anders op dan weg te gaan. Be
grijpt u nou zoiets?"
Nee." zei ik tamelijk hard. „daar be
grijp ik mets van. En ik zal me met die
vraag ook maar niet al te zeer vermoeien.
Het is bedtijd. Ik wens u welterusten."
Knorrig ging ik de huiskamer binnen,
mijn vrouw op me wachtte met een
koffie.
...-De lijkt hij je?" vroeg ze. Ze bedoelde
de buurman.
..O. gaat wel." antwoordde ik verstrooid.
Het verhaal had me toch meer te pakken
dan ik bekennen wilde. Allerlei griezelige
veronderstellingen spookten door mijn
hoofd. En later, in de slaapkamer, betrap
te ik me er op, dat ik door een kiertje in
het gordijn naar het raam aan dc overkant
gluurde. Het licht brandde daar nog steeds.
Wat zou de wonderlijke mevrouw Borge
sius nu uitvoeren? En wie ter wereld was
haar Johan?
t"R gingen maanden voorbij. Maanden.
J waarin we langzamerhand aan onze
nieuwe omgeving gewend raakten. De Drie
bergenstraat had weldra geen geheimen
meer voor ons. behalve dan dat ene Maar
wat kon mij die mevrouw Borgesius sche
len? Ik had haar nu tweemaal ontmoet, de
eerste keer op straat en dc tweede keer in
een naburige winkel. En beide malen wa
ren we als vreemden langs elkasr heen ge
gaan. Natuurlijk! Ze was toch ook een
-- i gro-
VVPH zondagmorgen 'kwam
er verandering in deze toestand. Bij het
verlaten van de kerk klopte iemand me op
mijn arm en toen ik opkeek, zag ik haar
naast me.
..Neemt u me niet kwalijk." zei ze. „U
bent toch onze nieuwe overbuurman?"
..Inderdaad," stemde ik toe. En ik stel
de me voor.
„Ik wist niet, dat u ook van onze kerk
was." vervolgde ze, „anders had ik wel
eerder toenadering gezocht. Wij hebben an
ders weinig contact met dc mensen uit on-
Mhahrt Bg
„U moet vanavond eens bij ons op be
zoek komen." nodigde ze uit. „Ik zal u en
uw vrouw graag ontvangen."
..Ik neem uw uitnodiging met plezier
aan." huichelde ik. Daarbij vroeg ik me af.
waarom ze nu eens van „wij" en dan
veer van „ik" sprak. Was ze dan niet al
leen?
Ik was wel gedwongen met haar op te
lopen naar huis. Gelukkig was de afstand
maar kort. zodat het gebrek aan gespreks
stof geen al te grote moeilijkheden ople
verde Na vijf minuten al wandelden we
de Driebergen straat in. Mijn vrouw ont
ving me met haar allerliefste glimlach.
..Je had charmant gezelschap, zag ik,"
..Zet je maar schrap." bereidde ik haar
voor. ..Dat charmante gezelschap van mij
verwacht ons vanavond. En ik heb haar
uitnodiging aangenomen."
„Je bent lief." antwoordde ze. „om aan
haar te denken. Ze zit ook altijd maar al-
door Jos. A. Brusse
blijkens de beschikbare gegevens,
aar geboorte overleden. Haar man
verloor ook ai vroeg zijn ouders, zodat bei-
Ze zetten
paar woorden op je nummer. Wan.
begreep natuurlijk heel goed, dat ik niet
uit eigen vrije wil naar de overkant ging.
De hele verdere zondag moest ik maar
steeds aan het kamertje van mevrouw Bor
gesius denken. Het kwam zelfs zo ver. dat
zeker plezier begon te krijgen in
*k. Zou ik iets meer
veten komen?
as. gingen we. Me-
vas kennelijk blij ons
kunnen ontvangen. Ze deed tenminste
haar uiterste best het ons naar de zin te
In dc huiskamer stonden de gemakkelij
ke stoelen al klaar en in het keukentje geur
de de koffie. Dank zij mijn vrouw vlotte
het gesprek. De tijd ging vlug voorbij en
met spanning zag ik uit naar het ogenblik,
waarop de klok tien uur zou slaan.
Maar nog voor het zover was, gebeurde
er iets merkwaardigs. Mevrouw Borgesius
keek ons beiden strak aan en vroeg:
..Houdt u van elkaar?"
Ik dacht, dat ik zou stikken. Wat een
vraag.' Wat een brutaal mens! Ik begon
onrustig op mijn stoel heen en weer te
het wat kalmer
een kleur gekre-
draaien. 1
op. Maar ik zag, dat
gen had.
„Ja, wij houden erg veel
SCHAAKRUBRIEK
Dr ücliaak»tu(lie
irliefde voor
oudere lezers van de*«
rubriek welbekend manmoedig hebben
onderdrukt, bracht de post ons enkele uren
voordat wtj de kopij voor onze nieuwe rubriek
moesten gaan maken, een boekje \an Dr
staudte „Aus der Welt der Schachatudle". een
uitgave van Scharhverlag Heinz Loeffler.
Frank (urterstrasse 8. Bad Nouketm iPryt
Het Ixiekje bevat 140 eindspelstudies en tn
de aantekeningen nog enkele tientallen meer
In hoofdzaak zlln het de studies zClf op
diagram uiteraard met de oplossingen, in
detail, en enkele btj het onderwerp of de
atuurlUk zijn w« even ga
onze nieuwe rubriek gevuld
eindspelstudies! We hebben
3. Studie van A. A. Troltzky (1WS)
b c 3 c r~
t speelt en maakt rem!»
Studie van Pr of L Prokc*] iHMli.
&V 1 a
V
A
A
O*
ova
ai m
X
hun huwelijk helemaal alleen ston
den. Dat wist ik dus nu. maar ik schoot er
weinig mee op. De volgende stap. die ik
deed. was een bezoek brengen aan de be
graafplaats. Op de administratie legde krankzinnig geworden. Ik
men mij uit, waar ik het graf van de heer m,j alleen op. Ik wilde hem
H J. Borgesius kon vinden. Ik zocht het
op en trof een verwilderde boel aan. Er bereid met hem
stond zelfs geen steen. Ontmoedigd keerde kerk. Ik ging zelfs ook
ik naar huis terug. Zo stond het dus met
mijn onderzoek: veel vragen, geen enkel
antwoord.
En de tijd ging door. Er verliepen
Toen. door een gelukkig toe- ben. weet ik niet
„Ik heb een verdrietige jeugd gehad. De
bijzonderheden daarover zal ik u bespa
ren. Die doen er ook weinig toe. Een feit
is. dat ik pas het woord liefde leerde ken
nen. toen ik mijn man ontmoette. Ik hield
razend veel van hem. Hij ook van mij.
Maar hij was gelovig. Hij zei wel eens. dat
hij nog meer van God hield dan van mij.
Gelukkig bleek daarvan in het gewone le-
niets. anders was ik vast en zeker
delen
ander, zelfs niet met God. Wel was ik
in God houden,
op mijn manier dan. Want mijn man bleef
altijd nummer één. Toen werd hij ernstig
ziek. De dokter liet me niet in twijfel: hij
sterven. Hoe ik die tijd doorgekomen
Onze gastvrouw knikte. Toen vroeg ze.
meer speciaal aan mijn vrouw:
„U bent van de kerk, nietwaar? Van wie
houdt u meer, van uw man of van God"-'
Ik kreeg het nog benauwder. Nu moest
het al niet gekker worden. Wanneer de
mensen persoonlijk worden, ben ik meest
al gauw vertrokken. En werkelijk was ik
even van plan weg te gaan. Maar mijn
vrouw bleef ook nu rustig en antwoordde:
„Dat is moeilijk te zeggen. Ik weet. dat
ik God boven alles moet liefhebben. Maar
ik weet ook. dat daar in de praktijk niet
veel van terecht komt. Ik geloof, dat ik
meestal meer van mijn man houd."
„Juist." Mevrouw Borgesius scheen te
vredengesteld. Ze knikte nogmaals.
„Bent u niet van mening, dat God Zijn
eisen te hoog stelt?" vroeg ze daarop.
Ditmaal voelde ik de vraag als tot mij
gericht. De dogmaticus in mij werd wak
ker. Vol vuur betoogde ik. dat God zijn
eisen nooit te hoog stelt.
„Als wij aan die eisen niet kunnen vol
doen. ligt dat aan ons en niet aan Hem."
zei ik. O zo! Daar kon ze het mee doen.
Dat vond ze zelf blijkbaar ook. want ze
vroeg niet verder meer. We praatten nog
even door, tot het tien uur was. Nu zou
het dan gebeuren, dacht ik. Inderdaad
stond mevrouw Borgesius op.
„U neemt me niet kwalijk, dat ik u weg
stuur"" zei ze. „Want het is tijd voor mijn
„Wie is uw Johan?" vroeg ik. Ik was
namelijk vast besloten het raadsel van het
kamertje op te lossen.
„Mijn man." antwoordde ze kort en op
een manier, die verder vragen buitensloot.
„O." zei ik nog. een beetje dwaas. Daar
na trokken we onze jassen aan en verdwe-
1N de Ujd. die volgde, praatten miin
vrouw en ik bijna dagelijks over die
wonderlijke mevrouw Borgesius. Mijn
vrouw bezocht haar ook overdag verschil
lende keren, maar kreeg al gauw de in
druk. dat deze bezoeken niet op prijs wer
den gesteld. Waarom niet? De vragen
werden talrijker. De buurman grijnsde,
toen hij merkte, dat het geheim van het
kamertje ook mij te pakken had. Ik ver
telde hem. dat ik bij mevrouw Borgesius
op bezoek was geweest en hoe ik met
haar in contact was gekomen. Verbaasd
zei hij:
„Maar ze is nog nooit in de kerk ge
weest: Dit is dan de eerste maal. Daar
steekt iets achter. Maar wat? Misschien
wist ze geen betere manier te bedenken
om met u in aanraking te komen"
Verder verzekerde hij mij. dat mevrouw
Borgesius al jarenlang weduwe was.
Hoe moest ik uit deze tegenstrijdige ge
gevens wijs worden? Op het stadhuis, waar
ik gmg informeren bevestigde men de me-
deaeling van de buurman: mevrouw Bor
gesius was weduwe. Of ze nog familie had,
vroeg ik. Nee. ze had zelfs nooit familie
gehad. Haar vader was vóór en haar moe-
val. kwamen we in aanraking
verpleegster, die mevrouw Borgesius tij
dens een ziekteperiode verpleegd had. Het
was op een verjaarspartij van een goede
kennis.
Mijn vrouw, die gemerkt had, dat de
verpleegster alleen op een kamer woon
de, nodigde het meisje uit voor een bezoek.
Daarbij noemde ze ons adres.
..De Driebergenstraat," zei de verpleeg
ster. ..daar ben ik al eens geweest. Ik heb
er wekenlang een oudere vrouw verzorgd....
mevrouw Borgesius heette ze."
Als een aasgier 'of beter: nieuws-gier)
schoot ik op haar af.
„Hebt u wel eens in het geheimzinnige
kamertje van haar gekeken?" vroeg ik.
„Ja. één keer." vertelde ze. „Dat was
me trouwens wat. Ik was even het huis
uit geweest om een boodschap te doen. Bij
mijn terugkeer trof ik mevrouw aan in de
opening van de deur. Ze was stiekum haar
bed uitgekomen, had het kamertje open
gemaakt, maar was toen in elkaar gezakt.
Ik bracht haar terug in bed. Maar nadien
kon ik geen goed meer bij haar doen."
„En wat zag u?" vroeg ik zo rustig mo
gelijk.
„Foto's." vertelde ze. „Een hele kamer
vol foto's van haar man. En ook een schil
derij. blijkbaar door haar zelf gemaakt. Ze
schilderde namelijk, zo maar uit liefhebbe
rij. Ik weet nog. dat ze. toen ze eenmaal
wat beter was. op bed bezig was met een
landschapje."
Foto's dus! En een schilderij! Had ik
nu mijn zin? Was het raadsel opgelost?
Ja en nee. Het geheim van het kamertje
kende ik nu. Maar het geheim van' me
vrouw Borgesius kende ik niet. En dat zou
ik wel nooit leren kennen ook.
AT AAR daarin vergiste ik me. Op een kou-
de zaterdagmiddag in mei we woon
den toen een jaar in de Driebergenstraat
zag ik ineens zwarte rookwolken uit het
geheime kamertje komen. Ik schrok ont
zettend en holde naar de overkant. Natuur
lijk zat de voordeur dicht, maar ik wist.
geholpen door andere buren, het slot te
forceren We renden het huis in. Het ge
heime kamertje was open. De hele boel
daar stond in de fik. Oorzaak: de petro
leumkachel. Mevrouw Borgesius lag op de
grond. Vermoedelijk was ze bewusteloos.
We tilden haar op en droegen haar naar
mijn huis. waar we haar neerlegden op de
divan. Natuurlijk belden we de brandweer
op. Daarna keerden we haastig naar de
overkant terug om nog zo' veel mogelijk te
redden. In het kamertje viel niet veel meer
te doen. Alleen het schilderij was nog niet
ernstig aangetast. Ik haalde het weg en
hield het onder een waterstraal.
Na korte tijd kwam dc brandweer aan.
En wat er toen gebeurde, zal ik mijn le
venlang niet meer vergeten. Omdat de
mannen van de brandweer ons, buren, niet
bij hun werk konden gebruiken, gingen we
allemaal naar huis. Ik nam het schilderij
onder mijn arm en bracht het in onze huis
kamer. Mevrouw Borgesius was inmiddels
bijgekomen. Ze zag het portret van haar
man en begon te huilen.
„Wegbrengen!" riep ze.
En toen ik niet dadelijk aan haar wens
voldeed:
„U moet het schilderij wegdoen. Gooi
het terug in het vuur."
„Nee," zei ik. begrijpend, dat ik heel
dicht bij de oplossing van het raadsel was
gekomen. ,.U moet mij eerst vertellen.
ïvel
stilte mijn vuisten ophief
ik, dat
laar Bo
ven. De laatste woorden, die mijn man
sprak, waren: „Ik ga naar mijn Vader.
Zul jé niet verdrietig zijn. An?"
HET werd even stil na deze woorden. Ik
merkte, hoe mevrouw Borgesius tegen
haar tranen vocht. De herinnering a*hn die
verschrikkelijke gebeurtenis was haar te
machtig. Eindelijk vervolgde ze:
,,Ik moest hem laten begraven. Maar ik
was mezelf niet meer. Zegt u maar gerust,
dat ik gek was. Want dat was ik al die ja
ren. die sindsdien verlopen zijn. Ik weiger
de zijn dood te erkennen. Daarom plaatste
ik geen steen op zijn graf. En in het zij
kamertje prikte ik alle foto's, die ik van
hem had. aan de muur. Ik deed het ka
mertje op slot en ik liet er niemand toe.
U mag het best weten: uit jaloersheid, uit
krankzinnige jaloersheid. Eenmaal per dag.
om tien uur 's avonds, sloot ik me met
mijn man op. Overdag kwam ik er alleen
om de zaak schoon te maken.
In die eenzame uren vocht ik met God.
Waarom had Hij mij alles afgenomen. En
steeds maar weer hoorde ik het mijn Jo
han zeggen: „Ik ga naar mijn Vader."
Waarom moest God. Die zelf zo rijk is,
mijn enige bezit weghalen? Waarom? O,
dat ontzettende vragen! Vanmiddag wist
ik geen raad meer. Ik ging een keer extra
naar het kamertje toe. En toen heeft God
geantwoord. Hij nam me ook mijn foto's
af.
De petroleumkachel viel om. Ik deed het
met mijn rokkenmaar eigenlijk deed
Hij het. Hij maakte me duidelijk, dat ik
een afgod gemaakt had. eerst van Johan
zelf en toen van zijn afbeelding. Maar dat
laatste maakte voor Hem weinig verschil.
Ik was niet alleen jaloers. Hij was het ook.
Hij wilde me alleen hebben."
„En heeft Hij u nu alleen?" vroeg ik ont
roerd.
„Ja," fluisterde ze. „eindelijk."
En dat was het verhaal van mevrouw
Borgesius en haar geheime kamertje. Ze
heeft nog enkele jaren van haar leven met
God (op aarde, bedoel ik» mogen genieten.
Maar een paar dagen geleden is ze gestor
ven. Vanmiddag wordt ze begraven. Haar
lichaam zal met dat van haar man in
één graf verenigd worden. En haar ziel....
we mogen geloven, dat God zich over haar
ontfermd heeft en blij is met haar komst.
MURR, DE KATER EN ZIJN VRIENDEN
63. „We zullen Neushoorn eens flink
bang maken," glundert Egel, Leo zit
hierin en als Neushoorn naar de goud
stukken grijpt moet Leo met een zware
stem Afblijvenroepen. Maar Leo zit
helemaal niet in de helm. Hij komt nu
uit de rest van het harnas tevoorschijn,
maar Egel is al haastig naar het luik bo
ven de kelder met goudstukken gerend.
Hij heeft een touw aan de helm vastge
bonden en laat het ding langzaam door
het luik zakken.
n
Op dat ogenblik kwam
de postbode van het dorp
voorbij fietsen. Hij zag de
dertig ballonnen boven in
de boom zitten en begon
hartelijk te lachen. Zó ge
weldig moest bij lachen,
dat hij van zijn fiets rolde.
Het was ook zo'n dwaas
schouwspel!
Hé. boom. ben je
soms jarig dat je een feest-
muts hebt opgezet? vroeg
de postbode schaterend.
De boom zei niets. De
postbode keek omhoog en
telde.
Het zijn er heel wat
wel twintig neen, dér-
tig' Tjonge, wat zou ik
daar veel kinderen blij
mee kunnen maken, dacht
tehuis, waar kinderen die
geen ouders meer hadden,
verzorgd werden. Hij wist
ook. dat er vandaag juist
één van die kinderen jarig
was. En het is heel droe
vig om jarig te zijn als er
niemand is. die je 's mor
gens wakker kust en ge
schenken brengt.
Weet je wat ik doe?
dacht de vrolijke postbode.
Ik breng die weesjes al
die ballonnen. Dat zullen
ze leuk vinden.
„Ga niet tegen het oordeel van God in,"
drong ze aan. „Vernietig het schilderij.
Daarna zal ik vertellen.'
..Goed." zei ik. ..Maar ik houd u aan uw woord."
Ondanks haar huilbui knikte ze me bemoedigend toe. terwijl ze
al myn bewegingen volgde. Ik haalde een bijl en sloeg het doek
met de lijst kapot De stukken verdwenen in de kachel, die, omdat
het zo koud was. deze dag weer brandde. Vervolgens schoof ik een
stoel aan en ging naast haar zitten. Angstig keek ze naar me.
..Weest u niet bang," zei ik. „Ik merk. dat het geheim, waarmee
u hebt rondgelopen u drukt. Het zal u goed doen alles te vertellen.
„Ja." fluisterde ze. „het zal me goed doen mijn verhaal aan u
te vertellen, vooral omdat u van de kerk bent. net als mijn man."
Ze wachtte een hele tijd. waarin ik gelegenheid kreeg me te
schamen. Ik zat hier niet als Christen, maar als een ergerlijk nieuws
gierig mannetje! En toen begon ze.
Hij zette zijn fiets tegen
een hek. ging bij de boer- l
derij een eindje verderop
een hoge ladder lenen, zet- f
die tegen de boom en
Kf HVI
net de ballonnen los.
Wat zullen de kinde
en blij zijn, dacht hij.
In dc grote eetzaal van
het kindertehuis was het
tóch een beetje feest. Er
woonden achtentwintig kin
deren en die zaten deze
zijn. Toen werd er ge
lid en de zuster stond
Dat zal de postbode
Thea Beckmail f ^Maaf1 o"' wat een ge
juich ging er op, toen de
zuster even later de eet
zaal binnenkwam met wel
dertig ballonnen aan een
stok gebonden. Elk kind
kreeg een ballon en de ja
rige kreeg er drie! Opeens
was het werkelijk groot
feest. De kinderen liepen
zingend om de tafel, in hun
middag om de tafel. Ze
dronken chocolademelk en
knabbelden een koekje.
Dat kregen ze altijd als
één van hen jarig was en
het gaf ze het prettige ge
voel op een kinderpartijtje
hand het touwtje vap hun
ballon. Ze dansten en
sprongen en juichten, ter
wijl de groene, blauwe, ro
de, gele ballonnen door de
eetzaal zwierden. Het leek
wel of de zon als verjaars
geschenk een echte regen
boog had gestuurd.
De ballonnen waren over
gelukkig. Ondanks de wil
de avonturen van deze re
gendag waren ze toch nog
op hun bestemming geko
men. Ze werden nu vast
gehouden door kinderhan
den. er werd met hen ge
speeld en gedanst Ze
hadden vreugde gebracht.
En daar zijn ballonnen im
mers voor! EINDE
ONZE BRIEVENBUS
moeten jullie trouw elke dag we
schooltijd wel gaan zwemm
naar school.
of zjjn de
i het strand
Dag nichten
Wat een schitterend i
Wat een pech!!!
Enfin, jullie kunnen nu toch nog
buitenbaden al dicht?
Meisjes cn jongens, die i
en de zee genieten. Wat z
Een halfjaartje geleden hebben we eens een mooie kaart gestuurd naar GUsbcrtus
dc Jong. weten jullie nog wel? Zullen we hem nog eens een mooie kaart sturen,
want (iljsbertuv wordt nooit meer beter en hy vindt het natuuriyk geweldig als
jullie ook nog een klein beetje aan hém denken. Zijn adres is MyzUde 85. Kamerik.
Niet vergeten hoor!
We gaan nu naar de oplossing van de puzzel kyken. Het jongetje trekt aan het
hondetouw, de matroos aan het vliegertouw en de juffrouw aan het ankertouw.
Het jongetje geeft dus zijn hondje aan de juffrouw, de juffronw het anker aan
de zeeman en de zeeman de vlieger aan het jongetje.
Horizontaal: 1. bergweide. 3. vreemde munt. 7. duinvallei, 10.
deel van de mast. 11. rivier tn Engeland, 12. zeehond, 14. familie
lid. 15. gemeente in N. Brabant, 18. gemeente in Utrecht, 20. elek
trisch geladen atoom. 21. traag van begrip. 23. aanwijzend
Oplossingen
- de titel „Het
Dxa3!' 3. Le3 LxcSlI en wit gaf het op.
CnldltJ—nomlno: 1 DfT 2 Krlfi"
(K*n of Dun la pat!» Dffl*M 3. Kc7!l Df7!l
4 Df»»l! DxfS 5 dSD' en wint.
EllikaiesStorkl1 PxdS! TxdS Dxe«'!
Dc5 3 Dh3 TfS 4 Dc3 DM 5. Dxc7M Dd4 (In-
dien 5 Dxc7 dan 6. Txftt mat» 6 DxdS'l
en zwart gaf het op.
d7»! TdS J LxdS!' LxhS
loadrelnetstraat 123,
naamwoord. 24. modepop. 25. afkeer. 27. rivier in Rusland, 29. term
bij kaartspelen. 31. hof. 33. munt in Nederland (afk.). 34 land
bouwwerktuig. 35. voornaamwoord, 36. bijwoord. 37. zijtak Moezel,
39. patroon, model. 41 verlegen. 43. te kennen geven. 45. oude
vochtmaat. 47. dof. 49. vreemde munt. 50. gravure. 51. stuk geschut,
53. vervoermiddel. 55. scheikundig element iafk. 56. holle ronde
buis. 58. eikenschors. 59. behoudens vergissingen, (afk. Lat.». 60.
puistje. 61 de naam van de haas in Reinaart de Vos. 62. boomloot.
Verticaal: 1. vlaktemaat. 2 koningin van Lybië, bemind door Zeus.
3 in hoge mate, hevig, sterk. 4. muzieknoot. 5. nummer 'afk 6.
bergpas. 8. leer van het heldendicht. 9 maling. 11. boom. 13. dc
geboden som, 16. muts <Z.N.). 17. kledingstuk. 19. deel van het
schaakspel. 21. kleinigheid. 22. voorzetsel. 24. brandpunt van lenzen,
25 vruchtbaar landschap in 't Z.O. van Baden aan de voet van de
Zwabische Alb bij het Bodenmeer iDe 26. 't noordelijkste en
grootste der Philippijncn. 28. vader van Mozes en Aaron. 30. vrouw
van Jacob. 32. Europeaan. 37. tweetal. 38. reeks. 39. meertje. 40.
zuidamerikaanse thee. 42. insekt, dat de gedaanteverwisseling
doorlopen heeft. 44 voorzetsel. 46 gemeente in N. Brabant. 48.
hoogste punt. 50. boom. 51. hoofddeksel. 52. rivier in Egypte. 53.
tovergodin. 54 sportterm. 57. familielied. 58. cn personne (afk.).
eed, 9. nietig. 11. Po. 14. karn.
15. dm 16. gr. 17. nabij, 19.
aam. 21. aal. 24. Og. 27. Oos,
28. ons. 29 eer. 30. kat. 33. sa
rong, 35. Aden. 36. nat, 37. ka,
38. Inn, 39. Edam, 40. sander,
45. bede, 46 si. 47. kr. 48.
50. per. 52. eb. 54.
OPLOSSING VAN DE
VORIGE PUZZEL
Horizontaal: 1. mistig. 5. Don
gen. 10 Ada. 12. oei. 13. raak, 15.
dog. 17. node, 18. raam. 20.
raar. 22. eg. 23. ra. 25 A.B.. 26.
ei. 27. onmogelijk. 31. do. 32. af.
34. Sanskriet, 41. af. 42. da. 43.
n.d.. 44. na. 45 Bets, 47. knap.
49 open. 51. Ier. 53. mand. 55.
Ned. 58. ree. 59. gretig. 60. raa-
48. pari,
»e. 56. li.
57. ha.
INZENDINGEN
Inzendingen worden vóór don
derdag a s. op ons bureau ver
wacht Oplossingen mogen uit
sluitend op een briefkaart
hoofdprijs krijgt
Nu krijgen de brieven een
Deze week kreeg ik weer
nichtjes, die vergeten is
haar naam en adres op de
brief of envelop te schrijven.
Zal je het niet meer verge
ten? Tante Jos kan onmoge
lijk alle handschriften ont
houden. Jij bent overgegaan
naar de vierde klas, gewel
dig hoor! Hoe heet jullie
poes? Is hij van Bennie?
Hoe heet dat jongetje, wat
tegenover jullie woont?
Waar was die waterpartij.
Tineke Jeeninga" Jammer
dat het bootje zonk. Heerlijk
hoor. zo'n hele dag uit.
Wist jij werkelijk helemaal
niets te schrijven. Toos de
Jong" Hoe vind jij het op
de mulo. Corrle de Jong?
Krijg je veel huiswerk mee?
Toch wel fijn elke dag zo'n
fietstocht, vind je niet? Ge
weldig dat jullie voor de ra
dio mogen zingen. Wanneer
is het precies? Bedankt voor
je oplossing op rijm hoor!
Prachtig, dat Gertje mee
mocht naar de zuiger. Betsie
de Jong. Jullie hadden de
puzzel al gauw klaar. Wat is
de „vlet". Wat heb jij
veel vrienden Rients de Jon
ge. Fijn hoor, dat ik nu zo'n
lange brief van je kreej».
Wat hebben jullie genoten in
Drente. Ben je er lang ge
weest? Jouw zusje heeft het
zeker wel zwaar te verduren
bij al die grote broers?
Schitterend zo'n denneboom.
Is dat al voor het kerstfeest?
Gelukkig dat jij tante Jos
niet helemaal vergeten bent
Martlen Kamerlingh. Heb jij
veel gezwommen en ben je
veel in de speeltuin geweest?
Heerlijk, dat je daar kon
roeien. Het watervliegtuig
Meisjes en jon
gens. wat heobcn
we weer een ge
zellige zoekplaat
Een leuk tafereel
tje, wair je van
alles ziet. De be
doeling is. dat jul
lie alle voorwer
pen die met een
H beginnen op
schrijven en
mij stuurt. Jullie
moeten er op z"n
minst 20 inzenden
voor dinsdag 26
september.
was natuurlijk het mooiste
van alles. Wat wil jij la
ter worden EUy Kersbergen.
Welke vakken krijg je alle
maal in de opleidingsklas?
Krijg je zoveel huiswerk
mee? Sterkte hoor! Heb
je al de namen van die vlin
ders op school geleerd, Mau-
rits van Kleef? Jammer dat
het vlindertje is doodgegaan.
Was je het helemaal verge
ten? Welk eten kreeg het?
Wat een boffert ben jij,
dat je zomaar een broertje
hebt gekregen, Kees Kleln-
rensink. Is Janjaap nu drie
weken oud? Wacht je weer
zolang om een brief te
schrijven naar tante Jos? Ik
wil graag weten of Janjaap
hard groeit hoor! Waar
mee heb jij de papegaai ge
voerd, Inge Koole? Wat heb
ben jullie in Plaswijk
gedaan? Wat een. stoute
apen waren dat! Ze kregen
natuurlijk een flink standje.
Mocht je nog op die
paardjes rijden? Jouw
oom Arie is maar een
boffert hoor. Jan Kraak.
Was oma erg blij met haar
cadeau" Geweldig dat. jij
een postwagen kreeg. Nou
en of het zaterdag warm
was. Doe je oma de hartelij
ke groeten? Kijk jij dik
wijls naar de televisie. Wlm
Lakerveld'' Leuk. dat die
aap moest leren steppen. In
welke klas zit jij? Jaap
Landman, jij schrijft toch de
volgende keer een lange
brief? Bedankt voor je
mooie tekening, Adrlaan van
Langevelde. Tante Jos heeft
de fee met de hofdames ook
gezien hoor! 'k Geloof best
dat het fruitcorso erg mooi
was. Wat stond er een groot
podium op de markt! Jij
bofte maar dat je ook het
vuurwerk mocht zien. Van
wie heb je het nieuwe par
kietje gekregen? Hij heeft
een mooi huis hoor! Wat
hebben mamma en pappa
jou verschrikkelijk verwend.
Arjan de Leeuw van Wee-
nen. Wat kan je met die
stoomwals doen? Zwarte-
erg leuk hoor! Jij
bent wel aan het logeren ge
weest. Veel plezier volgende
week hoor! Heb jij het in
de vakantie zo druk gehad,
Leeuwen? Jij ook
Leo? Is Tim Moll een vriend
jou? Hebben jullie geno-
ïn Lopik? Waar heb
gelogeerd Gerard Loef?
Ben je lang weggeweest?
Geweldig dat jij met mam
ma en pappa naar de stad
bent geweest. Jij bent maar
verschrikkelijk verwend!
Welke kleur heeft de pull-
jver? Heb je hem al aange
had? Dat ls zeker een
tijdje geleden, dat ik van
jou een brief kreeg, Cobie
Luijendljk. Gelukkig ben je
tante Jos toch nog niet ver
geten. Krijg je veel huiswerk
mee, nu je op de mulo bent?
Fijn dat mamma weer thuis
is uit het ziekenhuis. Ik vind
het helemaal niet flauw,
hoor Cobie. Eerlijk gezegd
geef ik jouw mamma groot
gelijk. Je had het al veel
eerder moeten afleren, dan
was het allicht gemakkelij
ker geweest. Schrijf je 't als
het gelukt is en je de nylon
kousen hebt verdiend?
Fijn hoor. dat jullie zulke
mooie fietstochten hebben
kunnen maken. Johanna
Melsen? Waar heb je al die
mooie fietstochten gemaakt?
Wat heb Jij genoten in de
Efteling. Grappig, dat jouw
kleine broer twee konijntjes
heeft gekregen. Zwartkopje
en witstaartje zijn leuke na
men hoor! Zijn de logé's
weg? Jij hebt maar een
knappe pop, Ada van Meijc-
ren. Precies een echte baby.
Heb jij ze dat allemaal ge
leerd? Slaapt Petra naast
jou? Leuk. die schoentjes.
Wat is die pappa van jou
een grapjas. Arle van Meije-
ren. Heb je donderdag een
leuke dag gehad? Mochten
je vriendjes ook komen? Je
hebt op school natuurlijk ook
getrakteerd. Had je een lan
ge verlanglijst? Heb jij
geen zusjes Marrle Mole
naar? Wat heerlijk, dat jij
op een boerderij woont. Je
kan nu dubbel genieten van
iet mooie weer. Grappig die
biggetjes en dat veulentje
hoor! Jammer dat je zo ver
moet fietsen als jij wilt gaan
zwemmen. Moet je volgend
jaar diploma zwemmen?
Geweldig, dat jij zon lief
zusje hebt gekregen. Wlm
Noordzij. Groeit ze hard?
Heeft ze niet gehuild in de
kerk? Fijn. dat jullie zo
van de vakantie hebben ge
noten. Jannie cn Klement
Notenboom. Zijn jullie nog
een week langer gebleven?
Dat zijn er heel wat hoor,
150 schapen. Was het leuk in
de doolhof? Wat een grappi
ge ossenstalletjes waren dat.
Heerlijk zo'n dikke spekpan-
nekoek! Jullie hebben nog
heel wat op het programma
staan. Moet dat allemaal in
één jaar klaar zijn? Is de
Eyjama mooi geworden?
lebben jullie dinsdag veel
Diezier gehad. Mamma ook
hartelijk gegroet hoor!
Wat kreeg ik van jou een
tekening. Trnnsje
Parlevllet. Hartelijk bedankt
hoor! Ja. in Bennebroek is
het erg mooi. Jullie boften
maar. dat je van die aardige
meneer toch naar het mini-
corso mocht kijken. Ben je
nog vaak naar het strand
geweest met dit mooie
weer? Op welke school ga
jij, Ria van Pas? Volgende
week maandag is het groot
feest. Heel veel plezier
hoor! Gelukkig dat jij
tante Jos nog niet helemaal
bent vergeten Connie Poort
vliet. Heerlijk dat jullie zo
fijn buiten kunnen spelen.
Hoe kwam het dat jouw zus
je door die glazen deur viel?
Is de wond weer genezen?
Geweldig dat jij al zoveel
medaljes hebt verdiend, Teu-
ny Post. Ben jij lid van een
wandelclub? Waterskiën is
schitterend. Was het vuur
werk mooi? Krijg jij ook gi
taarles? Jammer dat ik
van jou helemaal geen brief
je kreeg, Joek Postma.
Tante Jos weet echt alles.
Henriëtta Pruim. Jij bent
het vergeten te schrijven,
maar toch wist ik het. Fijn,
dat jullie zoveel plezier heb
ben gehad. Wat ben je ver
wend met zo'n prachtige
bril. Moeten jullie vaak re
peteren voor het volksdan
sen? Dat zal een pracht
avond worden! Hartelijk
welkom bij de nichten en
Leo Pijl. Jouw
verschrikkelijk hoor! Heb je
ie ballpoint al opgespaard?
Gelukkig dat je voet
beter is, Ina Reljnders. Jij
bent wel een ongeluksvogel,
dat die fles nu ook nog bij
jouw voet sprong. Wat is
a.v.o.? Wat gaan jullie ver
weg wonen. Natuurlijk moet
je zo af en toe nog eens een
briefje schrijven hoor!
Wat gaan jullie het hoog
zoeken. Jan Reljnders. Je
kunt daar fijn overvaren
naar Terschelling. Dat moet
je vast eens doen Jan, zo
jullie op school eten, Ria
Rietveld? Fijn zo'n tekenlo
kaal hoor! Maak je voor
tante Jos ook eens een
mooie tekening? Heb je de
Koningin goed gezien?
Fijn. dat jij zo in Zeist hebt
Senoten Margriet Rietveld,
•rappig, die eekhoorntjes.
Hebben jullie jam van de
bosbessen gemaakt? Tante
Jos heeft mooi weer gehad.
Hartelijk welkom Sjaan
de Rooy. Veel plezier vol
gende week maandag hoor!
Blijf je thuis, of heb je ande
re plannen?
Wat schreven jullie weer
gezellige lange brieven. Alle
maal hartelijk bedankt! De
brievenbus is helemaal leeg.
Zorgen jullie weer voor een
volle? De letters S t.m. Z
zijn nu aan dc beurt. Daag.