7 De geheimzinnige kamer m m sr w w m X C I fó Het avontuur van de ballonnen' ZATERDAG 23 SEPTEMBER 1961 Waar blijven onze evangelisa- KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH ltyl woonden no( maar enkele dagen In de Driebergenstraat, toon ik al van een afstand kennis maakte met de ge heimzinnige kamer van mevrouw Borge- aius. Het was een mooie avond. Mijn vrouw en ik waren bezig geweest de trap loper op zijn plaats te leggen. En toen dat karwei achter de rng was ging ik naar het balkonnetje om een hirhtje to scheppen en een sigaretje te roken. Tegelijk met inlj kwam ook mijn nieuwe buurman naar bal ten. En zoals dat gaat In zo'n geval: we •teldon ons voor en we raakten aan de praat. Spoedig bleek, dat hij hetzelfde be roep had als ik, namelijk boekhouder. Het lag das voor de hand. dat de eerstvolgen de tien minuten gevuld werden met het op aommen van alle voor- en nadelen 'meest nadelen uiteraardi. die aan ons tak ver bonden waren. Daarna debatteerden we ZONDAGSBLAD KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH de Tenslotte Borgesius U begrijpt „Ik gun ieder schillen kwam de kamer ter sprake. Dat gebeurde cles. ..Kijk." wees mijn buurman, „nu steekt ze het licht up in het zijkamertje. Dat doet ze iedere avond op dezelfde tijd." Ik keek naar het bedoelde raam aan dc overkant van de straat en zag achter 'de gesloten overgordijnen een vage schim be wegen. „Ze zal naar bed gaan," veronderstelde ik. „Nee." zei hij, ..dat is het nu juist. Ze slaapt niet in dat kamertje. Maar wel brengt ze er iedere avond een uur door Meestal gaat het licht zo tegen een uur of elf weer uit. Een enkele keer zien we haar ook overdag wel eens bezig in dat hokje. Ik kon er niets vreemds aan vinden. Mag ze alstublieft in haar eigen huis doen. wat ze wil?" vroeg ik een beetje ge prikkeld. Het gepraat had me al te lang geduurd Ik was moe en ik wilde naar iet." protesteerde hij. VggBMVViH zijn vrijheid. En als mevrouw Borgesius iedere avond een uur tje op dat kamertje wil zitten, moet zij dat weten. Maarer is meer. De buur- vrouw-van-drie-huizen-verder is verschillen de malen bij haar op bezoek geweest. En die vertelt dat ze het kamertje angstval lig op slot houdt. De sleutel bewaart ze op een tot nog toe niet ontdekte plaats. Dat is toch eigenaardig. Er zijn hier al men sen. die beweren, dat in het kamertje een geheime schat verborgen is. Maar dat wil er bij mij niet in. Zulke dingen gebeuren alleen maar in boeken. Nee. er moet iets anders zijn Had hij tot nog toe gewoon geproken, nu begon hij te fluisteren, wat mijn ergernis niet weinig vergrootte. Waarom bleef ik nog staan? Was dat uit beleefdheid al leen? ..Om achter het geheim te komen." ver trouwde hij me toe. ..is de buurvrouw-van- drie-huizen-verder ook een keer 's avonds op visite gegaan bij mevrouw Borgesius. En u begrijpt, dat re vol ongeduld de klokslag van tien uur afwachtte. Zou ze het kamertje van binnen te zien krijgen? Of zou haar gastvrouw voor deze ene gele genheid haar ehavondbezoek over slaan" Welnu, noch het een. noch het an der gebeurde. Om precies tien uur stond mevrouw Borgesius op. ,.U neemt me niet kwalijk, dat ik u wegstuur"" zei ze. ..Want het is tijd voor mijn Johan." Ja. zo zei ze het woordelijk. En voor de buurvrouw zat er niets anders op dan weg te gaan. Be grijpt u nou zoiets?" Nee." zei ik tamelijk hard. „daar be grijp ik mets van. En ik zal me met die vraag ook maar niet al te zeer vermoeien. Het is bedtijd. Ik wens u welterusten." Knorrig ging ik de huiskamer binnen, mijn vrouw op me wachtte met een koffie. ...-De lijkt hij je?" vroeg ze. Ze bedoelde de buurman. ..O. gaat wel." antwoordde ik verstrooid. Het verhaal had me toch meer te pakken dan ik bekennen wilde. Allerlei griezelige veronderstellingen spookten door mijn hoofd. En later, in de slaapkamer, betrap te ik me er op, dat ik door een kiertje in het gordijn naar het raam aan dc overkant gluurde. Het licht brandde daar nog steeds. Wat zou de wonderlijke mevrouw Borge sius nu uitvoeren? En wie ter wereld was haar Johan? t"R gingen maanden voorbij. Maanden. J waarin we langzamerhand aan onze nieuwe omgeving gewend raakten. De Drie bergenstraat had weldra geen geheimen meer voor ons. behalve dan dat ene Maar wat kon mij die mevrouw Borgesius sche len? Ik had haar nu tweemaal ontmoet, de eerste keer op straat en dc tweede keer in een naburige winkel. En beide malen wa ren we als vreemden langs elkasr heen ge gaan. Natuurlijk! Ze was toch ook een -- i gro- VVPH zondagmorgen 'kwam er verandering in deze toestand. Bij het verlaten van de kerk klopte iemand me op mijn arm en toen ik opkeek, zag ik haar naast me. ..Neemt u me niet kwalijk." zei ze. „U bent toch onze nieuwe overbuurman?" ..Inderdaad," stemde ik toe. En ik stel de me voor. „Ik wist niet, dat u ook van onze kerk was." vervolgde ze, „anders had ik wel eerder toenadering gezocht. Wij hebben an ders weinig contact met dc mensen uit on- Mhahrt Bg „U moet vanavond eens bij ons op be zoek komen." nodigde ze uit. „Ik zal u en uw vrouw graag ontvangen." ..Ik neem uw uitnodiging met plezier aan." huichelde ik. Daarbij vroeg ik me af. waarom ze nu eens van „wij" en dan veer van „ik" sprak. Was ze dan niet al leen? Ik was wel gedwongen met haar op te lopen naar huis. Gelukkig was de afstand maar kort. zodat het gebrek aan gespreks stof geen al te grote moeilijkheden ople verde Na vijf minuten al wandelden we de Driebergen straat in. Mijn vrouw ont ving me met haar allerliefste glimlach. ..Je had charmant gezelschap, zag ik," ..Zet je maar schrap." bereidde ik haar voor. ..Dat charmante gezelschap van mij verwacht ons vanavond. En ik heb haar uitnodiging aangenomen." „Je bent lief." antwoordde ze. „om aan haar te denken. Ze zit ook altijd maar al- door Jos. A. Brusse blijkens de beschikbare gegevens, aar geboorte overleden. Haar man verloor ook ai vroeg zijn ouders, zodat bei- Ze zetten paar woorden op je nummer. Wan. begreep natuurlijk heel goed, dat ik niet uit eigen vrije wil naar de overkant ging. De hele verdere zondag moest ik maar steeds aan het kamertje van mevrouw Bor gesius denken. Het kwam zelfs zo ver. dat zeker plezier begon te krijgen in *k. Zou ik iets meer veten komen? as. gingen we. Me- vas kennelijk blij ons kunnen ontvangen. Ze deed tenminste haar uiterste best het ons naar de zin te In dc huiskamer stonden de gemakkelij ke stoelen al klaar en in het keukentje geur de de koffie. Dank zij mijn vrouw vlotte het gesprek. De tijd ging vlug voorbij en met spanning zag ik uit naar het ogenblik, waarop de klok tien uur zou slaan. Maar nog voor het zover was, gebeurde er iets merkwaardigs. Mevrouw Borgesius keek ons beiden strak aan en vroeg: ..Houdt u van elkaar?" Ik dacht, dat ik zou stikken. Wat een vraag.' Wat een brutaal mens! Ik begon onrustig op mijn stoel heen en weer te het wat kalmer een kleur gekre- draaien. 1 op. Maar ik zag, dat gen had. „Ja, wij houden erg veel SCHAAKRUBRIEK Dr ücliaak»tu(lie irliefde voor oudere lezers van de*« rubriek welbekend manmoedig hebben onderdrukt, bracht de post ons enkele uren voordat wtj de kopij voor onze nieuwe rubriek moesten gaan maken, een boekje \an Dr staudte „Aus der Welt der Schachatudle". een uitgave van Scharhverlag Heinz Loeffler. Frank (urterstrasse 8. Bad Nouketm iPryt Het Ixiekje bevat 140 eindspelstudies en tn de aantekeningen nog enkele tientallen meer In hoofdzaak zlln het de studies zClf op diagram uiteraard met de oplossingen, in detail, en enkele btj het onderwerp of de atuurlUk zijn w« even ga onze nieuwe rubriek gevuld eindspelstudies! We hebben 3. Studie van A. A. Troltzky (1WS) b c 3 c r~ t speelt en maakt rem!» Studie van Pr of L Prokc*] iHMli. &V 1 a V A A O* ova ai m X hun huwelijk helemaal alleen ston den. Dat wist ik dus nu. maar ik schoot er weinig mee op. De volgende stap. die ik deed. was een bezoek brengen aan de be graafplaats. Op de administratie legde krankzinnig geworden. Ik men mij uit, waar ik het graf van de heer m,j alleen op. Ik wilde hem H J. Borgesius kon vinden. Ik zocht het op en trof een verwilderde boel aan. Er bereid met hem stond zelfs geen steen. Ontmoedigd keerde kerk. Ik ging zelfs ook ik naar huis terug. Zo stond het dus met mijn onderzoek: veel vragen, geen enkel antwoord. En de tijd ging door. Er verliepen Toen. door een gelukkig toe- ben. weet ik niet „Ik heb een verdrietige jeugd gehad. De bijzonderheden daarover zal ik u bespa ren. Die doen er ook weinig toe. Een feit is. dat ik pas het woord liefde leerde ken nen. toen ik mijn man ontmoette. Ik hield razend veel van hem. Hij ook van mij. Maar hij was gelovig. Hij zei wel eens. dat hij nog meer van God hield dan van mij. Gelukkig bleek daarvan in het gewone le- niets. anders was ik vast en zeker delen ander, zelfs niet met God. Wel was ik in God houden, op mijn manier dan. Want mijn man bleef altijd nummer één. Toen werd hij ernstig ziek. De dokter liet me niet in twijfel: hij sterven. Hoe ik die tijd doorgekomen Onze gastvrouw knikte. Toen vroeg ze. meer speciaal aan mijn vrouw: „U bent van de kerk, nietwaar? Van wie houdt u meer, van uw man of van God"-' Ik kreeg het nog benauwder. Nu moest het al niet gekker worden. Wanneer de mensen persoonlijk worden, ben ik meest al gauw vertrokken. En werkelijk was ik even van plan weg te gaan. Maar mijn vrouw bleef ook nu rustig en antwoordde: „Dat is moeilijk te zeggen. Ik weet. dat ik God boven alles moet liefhebben. Maar ik weet ook. dat daar in de praktijk niet veel van terecht komt. Ik geloof, dat ik meestal meer van mijn man houd." „Juist." Mevrouw Borgesius scheen te vredengesteld. Ze knikte nogmaals. „Bent u niet van mening, dat God Zijn eisen te hoog stelt?" vroeg ze daarop. Ditmaal voelde ik de vraag als tot mij gericht. De dogmaticus in mij werd wak ker. Vol vuur betoogde ik. dat God zijn eisen nooit te hoog stelt. „Als wij aan die eisen niet kunnen vol doen. ligt dat aan ons en niet aan Hem." zei ik. O zo! Daar kon ze het mee doen. Dat vond ze zelf blijkbaar ook. want ze vroeg niet verder meer. We praatten nog even door, tot het tien uur was. Nu zou het dan gebeuren, dacht ik. Inderdaad stond mevrouw Borgesius op. „U neemt me niet kwalijk, dat ik u weg stuur"" zei ze. „Want het is tijd voor mijn „Wie is uw Johan?" vroeg ik. Ik was namelijk vast besloten het raadsel van het kamertje op te lossen. „Mijn man." antwoordde ze kort en op een manier, die verder vragen buitensloot. „O." zei ik nog. een beetje dwaas. Daar na trokken we onze jassen aan en verdwe- 1N de Ujd. die volgde, praatten miin vrouw en ik bijna dagelijks over die wonderlijke mevrouw Borgesius. Mijn vrouw bezocht haar ook overdag verschil lende keren, maar kreeg al gauw de in druk. dat deze bezoeken niet op prijs wer den gesteld. Waarom niet? De vragen werden talrijker. De buurman grijnsde, toen hij merkte, dat het geheim van het kamertje ook mij te pakken had. Ik ver telde hem. dat ik bij mevrouw Borgesius op bezoek was geweest en hoe ik met haar in contact was gekomen. Verbaasd zei hij: „Maar ze is nog nooit in de kerk ge weest: Dit is dan de eerste maal. Daar steekt iets achter. Maar wat? Misschien wist ze geen betere manier te bedenken om met u in aanraking te komen" Verder verzekerde hij mij. dat mevrouw Borgesius al jarenlang weduwe was. Hoe moest ik uit deze tegenstrijdige ge gevens wijs worden? Op het stadhuis, waar ik gmg informeren bevestigde men de me- deaeling van de buurman: mevrouw Bor gesius was weduwe. Of ze nog familie had, vroeg ik. Nee. ze had zelfs nooit familie gehad. Haar vader was vóór en haar moe- val. kwamen we in aanraking verpleegster, die mevrouw Borgesius tij dens een ziekteperiode verpleegd had. Het was op een verjaarspartij van een goede kennis. Mijn vrouw, die gemerkt had, dat de verpleegster alleen op een kamer woon de, nodigde het meisje uit voor een bezoek. Daarbij noemde ze ons adres. ..De Driebergenstraat," zei de verpleeg ster. ..daar ben ik al eens geweest. Ik heb er wekenlang een oudere vrouw verzorgd.... mevrouw Borgesius heette ze." Als een aasgier 'of beter: nieuws-gier) schoot ik op haar af. „Hebt u wel eens in het geheimzinnige kamertje van haar gekeken?" vroeg ik. „Ja. één keer." vertelde ze. „Dat was me trouwens wat. Ik was even het huis uit geweest om een boodschap te doen. Bij mijn terugkeer trof ik mevrouw aan in de opening van de deur. Ze was stiekum haar bed uitgekomen, had het kamertje open gemaakt, maar was toen in elkaar gezakt. Ik bracht haar terug in bed. Maar nadien kon ik geen goed meer bij haar doen." „En wat zag u?" vroeg ik zo rustig mo gelijk. „Foto's." vertelde ze. „Een hele kamer vol foto's van haar man. En ook een schil derij. blijkbaar door haar zelf gemaakt. Ze schilderde namelijk, zo maar uit liefhebbe rij. Ik weet nog. dat ze. toen ze eenmaal wat beter was. op bed bezig was met een landschapje." Foto's dus! En een schilderij! Had ik nu mijn zin? Was het raadsel opgelost? Ja en nee. Het geheim van het kamertje kende ik nu. Maar het geheim van' me vrouw Borgesius kende ik niet. En dat zou ik wel nooit leren kennen ook. AT AAR daarin vergiste ik me. Op een kou- de zaterdagmiddag in mei we woon den toen een jaar in de Driebergenstraat zag ik ineens zwarte rookwolken uit het geheime kamertje komen. Ik schrok ont zettend en holde naar de overkant. Natuur lijk zat de voordeur dicht, maar ik wist. geholpen door andere buren, het slot te forceren We renden het huis in. Het ge heime kamertje was open. De hele boel daar stond in de fik. Oorzaak: de petro leumkachel. Mevrouw Borgesius lag op de grond. Vermoedelijk was ze bewusteloos. We tilden haar op en droegen haar naar mijn huis. waar we haar neerlegden op de divan. Natuurlijk belden we de brandweer op. Daarna keerden we haastig naar de overkant terug om nog zo' veel mogelijk te redden. In het kamertje viel niet veel meer te doen. Alleen het schilderij was nog niet ernstig aangetast. Ik haalde het weg en hield het onder een waterstraal. Na korte tijd kwam dc brandweer aan. En wat er toen gebeurde, zal ik mijn le venlang niet meer vergeten. Omdat de mannen van de brandweer ons, buren, niet bij hun werk konden gebruiken, gingen we allemaal naar huis. Ik nam het schilderij onder mijn arm en bracht het in onze huis kamer. Mevrouw Borgesius was inmiddels bijgekomen. Ze zag het portret van haar man en begon te huilen. „Wegbrengen!" riep ze. En toen ik niet dadelijk aan haar wens voldeed: „U moet het schilderij wegdoen. Gooi het terug in het vuur." „Nee," zei ik. begrijpend, dat ik heel dicht bij de oplossing van het raadsel was gekomen. ,.U moet mij eerst vertellen. ïvel stilte mijn vuisten ophief ik, dat laar Bo ven. De laatste woorden, die mijn man sprak, waren: „Ik ga naar mijn Vader. Zul jé niet verdrietig zijn. An?" HET werd even stil na deze woorden. Ik merkte, hoe mevrouw Borgesius tegen haar tranen vocht. De herinnering a*hn die verschrikkelijke gebeurtenis was haar te machtig. Eindelijk vervolgde ze: ,,Ik moest hem laten begraven. Maar ik was mezelf niet meer. Zegt u maar gerust, dat ik gek was. Want dat was ik al die ja ren. die sindsdien verlopen zijn. Ik weiger de zijn dood te erkennen. Daarom plaatste ik geen steen op zijn graf. En in het zij kamertje prikte ik alle foto's, die ik van hem had. aan de muur. Ik deed het ka mertje op slot en ik liet er niemand toe. U mag het best weten: uit jaloersheid, uit krankzinnige jaloersheid. Eenmaal per dag. om tien uur 's avonds, sloot ik me met mijn man op. Overdag kwam ik er alleen om de zaak schoon te maken. In die eenzame uren vocht ik met God. Waarom had Hij mij alles afgenomen. En steeds maar weer hoorde ik het mijn Jo han zeggen: „Ik ga naar mijn Vader." Waarom moest God. Die zelf zo rijk is, mijn enige bezit weghalen? Waarom? O, dat ontzettende vragen! Vanmiddag wist ik geen raad meer. Ik ging een keer extra naar het kamertje toe. En toen heeft God geantwoord. Hij nam me ook mijn foto's af. De petroleumkachel viel om. Ik deed het met mijn rokkenmaar eigenlijk deed Hij het. Hij maakte me duidelijk, dat ik een afgod gemaakt had. eerst van Johan zelf en toen van zijn afbeelding. Maar dat laatste maakte voor Hem weinig verschil. Ik was niet alleen jaloers. Hij was het ook. Hij wilde me alleen hebben." „En heeft Hij u nu alleen?" vroeg ik ont roerd. „Ja," fluisterde ze. „eindelijk." En dat was het verhaal van mevrouw Borgesius en haar geheime kamertje. Ze heeft nog enkele jaren van haar leven met God (op aarde, bedoel ik» mogen genieten. Maar een paar dagen geleden is ze gestor ven. Vanmiddag wordt ze begraven. Haar lichaam zal met dat van haar man in één graf verenigd worden. En haar ziel.... we mogen geloven, dat God zich over haar ontfermd heeft en blij is met haar komst. MURR, DE KATER EN ZIJN VRIENDEN 63. „We zullen Neushoorn eens flink bang maken," glundert Egel, Leo zit hierin en als Neushoorn naar de goud stukken grijpt moet Leo met een zware stem Afblijvenroepen. Maar Leo zit helemaal niet in de helm. Hij komt nu uit de rest van het harnas tevoorschijn, maar Egel is al haastig naar het luik bo ven de kelder met goudstukken gerend. Hij heeft een touw aan de helm vastge bonden en laat het ding langzaam door het luik zakken. n Op dat ogenblik kwam de postbode van het dorp voorbij fietsen. Hij zag de dertig ballonnen boven in de boom zitten en begon hartelijk te lachen. Zó ge weldig moest bij lachen, dat hij van zijn fiets rolde. Het was ook zo'n dwaas schouwspel! Hé. boom. ben je soms jarig dat je een feest- muts hebt opgezet? vroeg de postbode schaterend. De boom zei niets. De postbode keek omhoog en telde. Het zijn er heel wat wel twintig neen, dér- tig' Tjonge, wat zou ik daar veel kinderen blij mee kunnen maken, dacht tehuis, waar kinderen die geen ouders meer hadden, verzorgd werden. Hij wist ook. dat er vandaag juist één van die kinderen jarig was. En het is heel droe vig om jarig te zijn als er niemand is. die je 's mor gens wakker kust en ge schenken brengt. Weet je wat ik doe? dacht de vrolijke postbode. Ik breng die weesjes al die ballonnen. Dat zullen ze leuk vinden. „Ga niet tegen het oordeel van God in," drong ze aan. „Vernietig het schilderij. Daarna zal ik vertellen.' ..Goed." zei ik. ..Maar ik houd u aan uw woord." Ondanks haar huilbui knikte ze me bemoedigend toe. terwijl ze al myn bewegingen volgde. Ik haalde een bijl en sloeg het doek met de lijst kapot De stukken verdwenen in de kachel, die, omdat het zo koud was. deze dag weer brandde. Vervolgens schoof ik een stoel aan en ging naast haar zitten. Angstig keek ze naar me. ..Weest u niet bang," zei ik. „Ik merk. dat het geheim, waarmee u hebt rondgelopen u drukt. Het zal u goed doen alles te vertellen. „Ja." fluisterde ze. „het zal me goed doen mijn verhaal aan u te vertellen, vooral omdat u van de kerk bent. net als mijn man." Ze wachtte een hele tijd. waarin ik gelegenheid kreeg me te schamen. Ik zat hier niet als Christen, maar als een ergerlijk nieuws gierig mannetje! En toen begon ze. Hij zette zijn fiets tegen een hek. ging bij de boer- l derij een eindje verderop een hoge ladder lenen, zet- f die tegen de boom en Kf HVI net de ballonnen los. Wat zullen de kinde en blij zijn, dacht hij. In dc grote eetzaal van het kindertehuis was het tóch een beetje feest. Er woonden achtentwintig kin deren en die zaten deze zijn. Toen werd er ge lid en de zuster stond Dat zal de postbode Thea Beckmail f ^Maaf1 o"' wat een ge juich ging er op, toen de zuster even later de eet zaal binnenkwam met wel dertig ballonnen aan een stok gebonden. Elk kind kreeg een ballon en de ja rige kreeg er drie! Opeens was het werkelijk groot feest. De kinderen liepen zingend om de tafel, in hun middag om de tafel. Ze dronken chocolademelk en knabbelden een koekje. Dat kregen ze altijd als één van hen jarig was en het gaf ze het prettige ge voel op een kinderpartijtje hand het touwtje vap hun ballon. Ze dansten en sprongen en juichten, ter wijl de groene, blauwe, ro de, gele ballonnen door de eetzaal zwierden. Het leek wel of de zon als verjaars geschenk een echte regen boog had gestuurd. De ballonnen waren over gelukkig. Ondanks de wil de avonturen van deze re gendag waren ze toch nog op hun bestemming geko men. Ze werden nu vast gehouden door kinderhan den. er werd met hen ge speeld en gedanst Ze hadden vreugde gebracht. En daar zijn ballonnen im mers voor! EINDE ONZE BRIEVENBUS moeten jullie trouw elke dag we schooltijd wel gaan zwemm naar school. of zjjn de i het strand Dag nichten Wat een schitterend i Wat een pech!!! Enfin, jullie kunnen nu toch nog buitenbaden al dicht? Meisjes cn jongens, die i en de zee genieten. Wat z Een halfjaartje geleden hebben we eens een mooie kaart gestuurd naar GUsbcrtus dc Jong. weten jullie nog wel? Zullen we hem nog eens een mooie kaart sturen, want (iljsbertuv wordt nooit meer beter en hy vindt het natuuriyk geweldig als jullie ook nog een klein beetje aan hém denken. Zijn adres is MyzUde 85. Kamerik. Niet vergeten hoor! We gaan nu naar de oplossing van de puzzel kyken. Het jongetje trekt aan het hondetouw, de matroos aan het vliegertouw en de juffrouw aan het ankertouw. Het jongetje geeft dus zijn hondje aan de juffrouw, de juffronw het anker aan de zeeman en de zeeman de vlieger aan het jongetje. Horizontaal: 1. bergweide. 3. vreemde munt. 7. duinvallei, 10. deel van de mast. 11. rivier tn Engeland, 12. zeehond, 14. familie lid. 15. gemeente in N. Brabant, 18. gemeente in Utrecht, 20. elek trisch geladen atoom. 21. traag van begrip. 23. aanwijzend Oplossingen - de titel „Het Dxa3!' 3. Le3 LxcSlI en wit gaf het op. CnldltJ—nomlno: 1 DfT 2 Krlfi" (K*n of Dun la pat!» Dffl*M 3. Kc7!l Df7!l 4 Df»»l! DxfS 5 dSD' en wint. EllikaiesStorkl1 PxdS! TxdS Dxe«'! Dc5 3 Dh3 TfS 4 Dc3 DM 5. Dxc7M Dd4 (In- dien 5 Dxc7 dan 6. Txftt mat» 6 DxdS'l en zwart gaf het op. d7»! TdS J LxdS!' LxhS loadrelnetstraat 123, naamwoord. 24. modepop. 25. afkeer. 27. rivier in Rusland, 29. term bij kaartspelen. 31. hof. 33. munt in Nederland (afk.). 34 land bouwwerktuig. 35. voornaamwoord, 36. bijwoord. 37. zijtak Moezel, 39. patroon, model. 41 verlegen. 43. te kennen geven. 45. oude vochtmaat. 47. dof. 49. vreemde munt. 50. gravure. 51. stuk geschut, 53. vervoermiddel. 55. scheikundig element iafk. 56. holle ronde buis. 58. eikenschors. 59. behoudens vergissingen, (afk. Lat.». 60. puistje. 61 de naam van de haas in Reinaart de Vos. 62. boomloot. Verticaal: 1. vlaktemaat. 2 koningin van Lybië, bemind door Zeus. 3 in hoge mate, hevig, sterk. 4. muzieknoot. 5. nummer 'afk 6. bergpas. 8. leer van het heldendicht. 9 maling. 11. boom. 13. dc geboden som, 16. muts <Z.N.). 17. kledingstuk. 19. deel van het schaakspel. 21. kleinigheid. 22. voorzetsel. 24. brandpunt van lenzen, 25 vruchtbaar landschap in 't Z.O. van Baden aan de voet van de Zwabische Alb bij het Bodenmeer iDe 26. 't noordelijkste en grootste der Philippijncn. 28. vader van Mozes en Aaron. 30. vrouw van Jacob. 32. Europeaan. 37. tweetal. 38. reeks. 39. meertje. 40. zuidamerikaanse thee. 42. insekt, dat de gedaanteverwisseling doorlopen heeft. 44 voorzetsel. 46 gemeente in N. Brabant. 48. hoogste punt. 50. boom. 51. hoofddeksel. 52. rivier in Egypte. 53. tovergodin. 54 sportterm. 57. familielied. 58. cn personne (afk.). eed, 9. nietig. 11. Po. 14. karn. 15. dm 16. gr. 17. nabij, 19. aam. 21. aal. 24. Og. 27. Oos, 28. ons. 29 eer. 30. kat. 33. sa rong, 35. Aden. 36. nat, 37. ka, 38. Inn, 39. Edam, 40. sander, 45. bede, 46 si. 47. kr. 48. 50. per. 52. eb. 54. OPLOSSING VAN DE VORIGE PUZZEL Horizontaal: 1. mistig. 5. Don gen. 10 Ada. 12. oei. 13. raak, 15. dog. 17. node, 18. raam. 20. raar. 22. eg. 23. ra. 25 A.B.. 26. ei. 27. onmogelijk. 31. do. 32. af. 34. Sanskriet, 41. af. 42. da. 43. n.d.. 44. na. 45 Bets, 47. knap. 49 open. 51. Ier. 53. mand. 55. Ned. 58. ree. 59. gretig. 60. raa- 48. pari, »e. 56. li. 57. ha. INZENDINGEN Inzendingen worden vóór don derdag a s. op ons bureau ver wacht Oplossingen mogen uit sluitend op een briefkaart hoofdprijs krijgt Nu krijgen de brieven een Deze week kreeg ik weer nichtjes, die vergeten is haar naam en adres op de brief of envelop te schrijven. Zal je het niet meer verge ten? Tante Jos kan onmoge lijk alle handschriften ont houden. Jij bent overgegaan naar de vierde klas, gewel dig hoor! Hoe heet jullie poes? Is hij van Bennie? Hoe heet dat jongetje, wat tegenover jullie woont? Waar was die waterpartij. Tineke Jeeninga" Jammer dat het bootje zonk. Heerlijk hoor. zo'n hele dag uit. Wist jij werkelijk helemaal niets te schrijven. Toos de Jong" Hoe vind jij het op de mulo. Corrle de Jong? Krijg je veel huiswerk mee? Toch wel fijn elke dag zo'n fietstocht, vind je niet? Ge weldig dat jullie voor de ra dio mogen zingen. Wanneer is het precies? Bedankt voor je oplossing op rijm hoor! Prachtig, dat Gertje mee mocht naar de zuiger. Betsie de Jong. Jullie hadden de puzzel al gauw klaar. Wat is de „vlet". Wat heb jij veel vrienden Rients de Jon ge. Fijn hoor, dat ik nu zo'n lange brief van je kreej». Wat hebben jullie genoten in Drente. Ben je er lang ge weest? Jouw zusje heeft het zeker wel zwaar te verduren bij al die grote broers? Schitterend zo'n denneboom. Is dat al voor het kerstfeest? Gelukkig dat jij tante Jos niet helemaal vergeten bent Martlen Kamerlingh. Heb jij veel gezwommen en ben je veel in de speeltuin geweest? Heerlijk, dat je daar kon roeien. Het watervliegtuig Meisjes en jon gens. wat heobcn we weer een ge zellige zoekplaat Een leuk tafereel tje, wair je van alles ziet. De be doeling is. dat jul lie alle voorwer pen die met een H beginnen op schrijven en mij stuurt. Jullie moeten er op z"n minst 20 inzenden voor dinsdag 26 september. was natuurlijk het mooiste van alles. Wat wil jij la ter worden EUy Kersbergen. Welke vakken krijg je alle maal in de opleidingsklas? Krijg je zoveel huiswerk mee? Sterkte hoor! Heb je al de namen van die vlin ders op school geleerd, Mau- rits van Kleef? Jammer dat het vlindertje is doodgegaan. Was je het helemaal verge ten? Welk eten kreeg het? Wat een boffert ben jij, dat je zomaar een broertje hebt gekregen, Kees Kleln- rensink. Is Janjaap nu drie weken oud? Wacht je weer zolang om een brief te schrijven naar tante Jos? Ik wil graag weten of Janjaap hard groeit hoor! Waar mee heb jij de papegaai ge voerd, Inge Koole? Wat heb ben jullie in Plaswijk gedaan? Wat een. stoute apen waren dat! Ze kregen natuurlijk een flink standje. Mocht je nog op die paardjes rijden? Jouw oom Arie is maar een boffert hoor. Jan Kraak. Was oma erg blij met haar cadeau" Geweldig dat. jij een postwagen kreeg. Nou en of het zaterdag warm was. Doe je oma de hartelij ke groeten? Kijk jij dik wijls naar de televisie. Wlm Lakerveld'' Leuk. dat die aap moest leren steppen. In welke klas zit jij? Jaap Landman, jij schrijft toch de volgende keer een lange brief? Bedankt voor je mooie tekening, Adrlaan van Langevelde. Tante Jos heeft de fee met de hofdames ook gezien hoor! 'k Geloof best dat het fruitcorso erg mooi was. Wat stond er een groot podium op de markt! Jij bofte maar dat je ook het vuurwerk mocht zien. Van wie heb je het nieuwe par kietje gekregen? Hij heeft een mooi huis hoor! Wat hebben mamma en pappa jou verschrikkelijk verwend. Arjan de Leeuw van Wee- nen. Wat kan je met die stoomwals doen? Zwarte- erg leuk hoor! Jij bent wel aan het logeren ge weest. Veel plezier volgende week hoor! Heb jij het in de vakantie zo druk gehad, Leeuwen? Jij ook Leo? Is Tim Moll een vriend jou? Hebben jullie geno- ïn Lopik? Waar heb gelogeerd Gerard Loef? Ben je lang weggeweest? Geweldig dat jij met mam ma en pappa naar de stad bent geweest. Jij bent maar verschrikkelijk verwend! Welke kleur heeft de pull- jver? Heb je hem al aange had? Dat ls zeker een tijdje geleden, dat ik van jou een brief kreeg, Cobie Luijendljk. Gelukkig ben je tante Jos toch nog niet ver geten. Krijg je veel huiswerk mee, nu je op de mulo bent? Fijn dat mamma weer thuis is uit het ziekenhuis. Ik vind het helemaal niet flauw, hoor Cobie. Eerlijk gezegd geef ik jouw mamma groot gelijk. Je had het al veel eerder moeten afleren, dan was het allicht gemakkelij ker geweest. Schrijf je 't als het gelukt is en je de nylon kousen hebt verdiend? Fijn hoor. dat jullie zulke mooie fietstochten hebben kunnen maken. Johanna Melsen? Waar heb je al die mooie fietstochten gemaakt? Wat heb Jij genoten in de Efteling. Grappig, dat jouw kleine broer twee konijntjes heeft gekregen. Zwartkopje en witstaartje zijn leuke na men hoor! Zijn de logé's weg? Jij hebt maar een knappe pop, Ada van Meijc- ren. Precies een echte baby. Heb jij ze dat allemaal ge leerd? Slaapt Petra naast jou? Leuk. die schoentjes. Wat is die pappa van jou een grapjas. Arle van Meije- ren. Heb je donderdag een leuke dag gehad? Mochten je vriendjes ook komen? Je hebt op school natuurlijk ook getrakteerd. Had je een lan ge verlanglijst? Heb jij geen zusjes Marrle Mole naar? Wat heerlijk, dat jij op een boerderij woont. Je kan nu dubbel genieten van iet mooie weer. Grappig die biggetjes en dat veulentje hoor! Jammer dat je zo ver moet fietsen als jij wilt gaan zwemmen. Moet je volgend jaar diploma zwemmen? Geweldig, dat jij zon lief zusje hebt gekregen. Wlm Noordzij. Groeit ze hard? Heeft ze niet gehuild in de kerk? Fijn. dat jullie zo van de vakantie hebben ge noten. Jannie cn Klement Notenboom. Zijn jullie nog een week langer gebleven? Dat zijn er heel wat hoor, 150 schapen. Was het leuk in de doolhof? Wat een grappi ge ossenstalletjes waren dat. Heerlijk zo'n dikke spekpan- nekoek! Jullie hebben nog heel wat op het programma staan. Moet dat allemaal in één jaar klaar zijn? Is de Eyjama mooi geworden? lebben jullie dinsdag veel Diezier gehad. Mamma ook hartelijk gegroet hoor! Wat kreeg ik van jou een tekening. Trnnsje Parlevllet. Hartelijk bedankt hoor! Ja. in Bennebroek is het erg mooi. Jullie boften maar. dat je van die aardige meneer toch naar het mini- corso mocht kijken. Ben je nog vaak naar het strand geweest met dit mooie weer? Op welke school ga jij, Ria van Pas? Volgende week maandag is het groot feest. Heel veel plezier hoor! Gelukkig dat jij tante Jos nog niet helemaal bent vergeten Connie Poort vliet. Heerlijk dat jullie zo fijn buiten kunnen spelen. Hoe kwam het dat jouw zus je door die glazen deur viel? Is de wond weer genezen? Geweldig dat jij al zoveel medaljes hebt verdiend, Teu- ny Post. Ben jij lid van een wandelclub? Waterskiën is schitterend. Was het vuur werk mooi? Krijg jij ook gi taarles? Jammer dat ik van jou helemaal geen brief je kreeg, Joek Postma. Tante Jos weet echt alles. Henriëtta Pruim. Jij bent het vergeten te schrijven, maar toch wist ik het. Fijn, dat jullie zoveel plezier heb ben gehad. Wat ben je ver wend met zo'n prachtige bril. Moeten jullie vaak re peteren voor het volksdan sen? Dat zal een pracht avond worden! Hartelijk welkom bij de nichten en Leo Pijl. Jouw verschrikkelijk hoor! Heb je ie ballpoint al opgespaard? Gelukkig dat je voet beter is, Ina Reljnders. Jij bent wel een ongeluksvogel, dat die fles nu ook nog bij jouw voet sprong. Wat is a.v.o.? Wat gaan jullie ver weg wonen. Natuurlijk moet je zo af en toe nog eens een briefje schrijven hoor! Wat gaan jullie het hoog zoeken. Jan Reljnders. Je kunt daar fijn overvaren naar Terschelling. Dat moet je vast eens doen Jan, zo jullie op school eten, Ria Rietveld? Fijn zo'n tekenlo kaal hoor! Maak je voor tante Jos ook eens een mooie tekening? Heb je de Koningin goed gezien? Fijn. dat jij zo in Zeist hebt Senoten Margriet Rietveld, •rappig, die eekhoorntjes. Hebben jullie jam van de bosbessen gemaakt? Tante Jos heeft mooi weer gehad. Hartelijk welkom Sjaan de Rooy. Veel plezier vol gende week maandag hoor! Blijf je thuis, of heb je ande re plannen? Wat schreven jullie weer gezellige lange brieven. Alle maal hartelijk bedankt! De brievenbus is helemaal leeg. Zorgen jullie weer voor een volle? De letters S t.m. Z zijn nu aan dc beurt. Daag.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 16