\AstiijL nieuwste rman
Vertellingen van
primitieve zielen
M
MORALIST MET RESERVE
1 U
Het laatste werk van
Geestdriftig literatuuronderwijs
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 19 AUGUSTUS 1961
Beethoven zat eens te
luisteren naar een op de
piano improviserende col
lega (ik meen Hummel).
Het had niet veel om het
lijf. Na een poosje werd de grote
componist ongeduldig en zei iets
in de geest van: „Wanneer be
gin je nu toch eigenlijk eens?"
Indien dit voorval zich twin
tig of dertig jaar later zou heb
ben afgespeeld, zou Hummel
of wie het dan was zich heb
ben kunnen rechtvaardigen door
te zeggen: „Er hoeft niets op te
volgen, ik ben klaar, dit was
een prélude." Sinds Chopin im
mers kent men de prélude als
een kunstvorm op zichzelf, die
niet meer bedoeld is als in
leiding op iets anders, dat dan
het eigenlijke zou voorstellen.
Vestdijks nieuwste roman, De
filosoof en de sluipmoordenaar
kan men beschouwen als een lite
raire prélude in de zin van een
zelfstandig werk, dat niet bedoeld
is als inleiding tot iets anders (in
dit geval een le
vensbeschrijving
van Karei XII, r
koning van Zwe
den. die geleefd
heeft van 1682 tot
1718). De roman
heeft namelijk tot
hoofdfiguur de on
geveer 27-jarige
Frangois-Maric
Arouet, zich sedert
kort Voltaire noe
mende. Arouet is
van plan een bio
grafie van de enige
jaren te voren door
sluipmoordenaars
hand gevallen sol-
datenkoning Karei
XII te schrijven.
Het hele boek is
gewijd aan zijn aar
zelingen ter zake en
aan gesprekken, die
de jonge auteur en
(in achttiende eeuw.
se zin) filosoof over
de vermoorde voert
met de Franse ko
lonel Siquier, de
corpulente Zweed
se gravin Eleonora
Oxenstierna en
haar broer Axel
Siquier, wiens naam
het Franse boos
aardige vernuft ge
makkelijk in ver
band kan brengen
met het woord voor
gehuurde sluip
moordenaar, sicaire,
heeft tijdens een koortsaanval, wel
eens uit een open raam geschreeuwd
dat hij Karei XII heeft vermoord.
Dit blijft evenwel onzeker. Siquier
zou graag zien dat Voltaire binnen
niet al te lange tijd zijn boek over
de dode koning publiceert en de
Franse kolonel, jj»-^
rustende verdenking vrijpleit. De
roman heeft dus tot thema Voltai-
res voorbereidende werkzaamhe
den, met name het uithoren van
de Franse kolonel Siquier en diens
adellijke vriendin Eleonora Oxen
stierna, met wie'Siquier namelijk
wil trouwen zodra ziin publieke
rehabilitatie door middel van Vol-
taires te schrijven boek een feit
zal zijn geworden. Het paar wil
dan naar Zweden terugkeren.
Onzekerheden
De gesprekken tussen de vier
genoemde figuren vinden een dra
matische climax tegen het einde
van het boek. Siquier daagt de
weinig militante Arouet uit tot
een duel, omdat hij zich door
diens wantrouwen beledigd acht.
Ten slotte komt hij de jonge au
teur zijn excuses aanbieden en
breekt hij met de gravin. De ko
lonel sterft twee maanden later,
het boek wordt nog weer later
tóch nog voltooid en van de re
habilitatie voorzien, die Voltaire
aan Siquiers nagedachtenis ver
plicht meende te zijn. Beschré-
ven wordt het schrijven van het
boek (Ilistolre de Charles XII,
1731) niet, alleen maar ten slotte
vermeld. Het is Vestdijk dus te
doen geweest om het spel der on
zekerheden, het „warnet van men
selijke betrekkingen, waarin
schuld en schuldeloosheid elkaar
met de hun eigen misleidende
dialectiek zoeken en ontvluchten",
zoals de omslag zegt. Hierop kom
ik straks nog even terug.
De muzikale vorm van de pré
lude in de zin van Chopin wil het
opwekken van een bepaalde ver
wachting tot kunst verheffen en
het daarbij laten. Het is een in
telligente kunstvorm, die zich tot
Soede verstaanders richt. Dezen
nmers moeten vatbaar zijn voor
het opwekken van een verwach
ting die niet vervuld wordt; een
ouverture tot niets dan de wereld
van de eigen gevoelens van de
luisteraar. Op een koraalvoorspel
behoeft het koraal niet te volgen,
omdat men het kent en het is bo
vendien genoemd. Een Lied ohne
Worte brengt een zangerige melo
die. die een beroep doet op de li
teraire associaties en fantasie van
de toehoorder. Maar de prélude,
tenzij zij haar naam verloochent
en niets anders is dan een roman
tisch pianostukje van bescheiden
omvang, beoogt het oproepen van
e«n verwachtingsvolle stemming
en is daarin zichzelf ten doel.
Ontvluchten
Zo is het ook met de jongste
roman van Vestdijk. De gewone
lezer zal er niets aan vinden: er
gebeurt uiterst weinig: van Parijs
omstreeks 1722 krijgt men weinig
te zien. Het dramatisch twistge
sprek tegen het slot kan zijn wer
king alleen doen. indien men al
het voorafgaande aandachtig heeft
gelezen. De gehele Voltaire is er
niet in, zelfs niet helemaal de
jeugdige Voltaire. De ontwikkelde
lezer zal het werk als een gero
mantiseerde i^eiding op Voltaires
boek kunnen aanvaarden. of
nieuwsgierig worden naar een
eventuele roman over Karei XII
van Vestdijks eigen hand. Meer
dan de gewone lezer zal de histo
risch geïnteresseerde lezer open
staan voor de prikkeling der
nieuwsgierigheid. Hij wordt be-
DE FILOSOOF EN DE
SLUIPMOORDENAAR
kiest de relativiteit als zijn gees
telijk domicilie. Het moireren van
goed en kwaad, schuld en on-
schuld, is bij hem doel en daarin I
verraadt hij zich als de estheet
die hij ondergronds altijd -
bleven.
Grensgeval
deze stof menselijke betrekkingen, waarin Resumerend:
schuldeloosheid elkaar d" belangrijkste boeken I
in piepn mislonen/*» die Vestdijk heeft geschreven,
maar dat alleen die lezer zal toe
spreken die niet alleen literair-
alleen het thema,
ook de vorm van het boek.
Geheel in dit kader van een tot taire
hoge intellectuele kunst opgevoerd minder briljant stylist
in- en uitpraten past de figuur van zijdiger, en
de schilder Holm, die meesterlijke Voltaire (die
copieën van portretten uit de her- schreef en door 0.JS
innering schildert, doch nooit he- geschraagd werd) heeft niet veel weegt zich op de grens
lemaal voltooit (behalve de stuk- moeite zich met Arouet te identifi-
I IIÉjÉtt |||J i. Zijn roman is Frans van
stijl, hoewel het moeilijk
Fransman
afzien van wat
van het prélude-karakter, want de merking, die best van Vestdijk historisch geïnteresseerd en tot
„misleidende dialectiek", het zelf afkomstig zou kunnen zijn °P zekere hoogte zo gevormd is,
is niet De Forum-groep voelde zich aan maar die ook kan
bepaalt de spirituele en rationele, acht-
tiende-eeuwse Fransen zoals Vol-
Diderot verwant. Vestdijk,
briljant stylist maar veel-
zijdiger, en dieper denker dan
men doorgaans
verlangt, en die zich volledig kan
vinden in een geraffineerd spel
van licht en schaduw, van zinspe-
lingen en toespelingen, welke voor-
wereldtaal namelijk doel zijn in zichzelf. Dit
grote cultuur boek is een grensgeval: het be
ken die hij zelf behoudt). Ook de
ze figuur draagt bij tot het moi
rerend effect van het geheel.
En nu kom ik terug op wat de zulk
omslag zegt
derkust (getuige het clair-obscur)
en muziek (het spel om het spel).
Het is ouderdomskunst, evenals
b.v. Goethes Novelle en het gunt
een blik in de geest van een mens
Ook toont de meester zich in dle nie* v©r van bet einde staat.
de beperking, doordat de lezer al- De dingen worden transparant, de
lenkbaar
i werk zou hebben geschre-
C. RIJNSDORP.
r aanleiding
lesbehalve wordt overladen met werkelijkheid dreigt te vervluchti-
historische, beschrijvende details. 8en- Maar het naderende grote
Juist door die terughoudendheid zwijgen is onontkoombaar,
bij grondige documentatie mani
festeert zich de geest van het
Frankrijk van de eerste decenniën
van de achttiende eeuw op over
tuigende wijze.
Achtergrond
Dit alles is evenwel slechts
voorgrond. Op de achtergrond van
deze roman (waarmee uw recen-
zeker niet kan worden
gezegd) ziet men de oudere, ge
rijpte Vestdijk, agnosticus, scepti
cus, gematigd cynicus, maar te
vens astroloog en speler met de
gedachte aan het occulte. Bij een
begrafenis heb ik eens een Rotter
dams patriciër met de ogen zien
spelen met de glansjes van zijn
,hoge zije", die hij tijdens de
uitvaartdienst op de knieën hield.
Zo speelt het zeldzame vernuft,
geschoold door een even zeldza-
eruditie en de in een geheel
onafgebroken schrijven
Vestdijk
verworven techniek
met het probleem
verglijdende schuld en onschuld.
Hem ontbreekt de diepe ernst van
T. S. Eliot, die in zijn Familie
reünie ditzelfde probleem heeft
handeld en in welk stuk Harry's
schuld aan de dood van zijn vrouw
óók half in het onzekere wordt ge
laten. Maar het is Eliot te doen
IMarnix Gijsen
ARNIX GIJSEN, Vlaming van geboorte, wonend en wer- dat „zijn verhalen de „Held" ver
kend in de Verenigde Staten, is een van onze vrucht- t°ne" \rij hopeloos verstrikt in de
hij door een prachtige synthese van stijl en thema.
Gijsen schrijft een Nederlands, dat de allengs groeiende
elkaar import van vreemde termen en gewestelijke uitdrukkingen royaal
verdraagt.
schappij."
Er is dus meer sprake van
strijd dan van spel en de held
staat tussen aanhalingstekens.
Maar stijl is nog iets meer dan woordkeuze. Het is ten diepste Men moet die heldenrol vooral I
:en visie on mens en wereld en on nog meer. Het is de ver- niet te letterlijk nemen.
een visie op mens en wereld en op nog meer. Het is de
werking van de ruwe thema's die zich iedere romancier aanbieden
tot de eenheid van het kunstwerk.
Gijsen's laatste boek,
lange rij korte i
i verzoening. Diens toneelstuk del novellen onder de titel Diaspo- vellenbundels,
wil ertoe ra (A. A. M. Stols - J. P. Barth, met Joachim
niet te letterlijk i
Ironische reserve
Dat brengt mij tot de volgende
eigenschap die Gijsen in al zijn
werk tot op heden behouden heeft,
(ijk" daiirën tegen Den"H»ïg." Ï961, het i.etete li vestigt e.jn mee,teriehep Ge- °lêf d^oniicheTese'rve dfê
schreven voor eert groep bewon
deraars en mensen die van de au
teur radicaal verschillen in uit
gangspunt en visie, maar die zijn *v
betekenis erkennen als stilist en p""* e
kenner van de moderne wereld. a£
Gijsen leidt ons een wereld bin- heeIt al8
hij ten opzichte van zijn figuren
in acht neemt. Dat is hem wel
vaak kwalijk genomen, vooral
uijaen ïeiui uus een wereia did-
non, die wij mluchlen niet dade.
lijk herkennen als de onae. zo cha.
otisch
jong mens kort na de
rlog een loflied op
Assisi geschreven
dat zich kenmerkt door liefdevol-
~M~ ET vorig jaar heeft onze
lliteratuur binnen en-
Jj kele weken tweemaal
een gevoelig verlies ge
leden, eenmaal door
het sterven van Anna Bla-
man op 13 juli, eenmaal door
het sterven van Ida Sijnons, op
Zo beleend Anna Blaman is
en zo omvangrijk haar oeuvre,
zo onbekend is Ida Simons en
onze eigentijdse wereld is, al spe-
,,„.,i,K i-,—aai zien xenmerxi aoor neiaevoi-
dic wel deTeliik 1(? "vergave. Op het eerste ge-
aie wel degelijk ht t
goed als niets i
£n"H»'mMaraavMëhafM i'Z'aV \TmV in bet huidige werk dat aan dat
en".H.jeugdig Idealisms herinnert. De
heeft al spoedig het geloof
in ouderlijk huis verloren
goocheld geraakDaar
enigde Staten. Een wereld waarin
goed en kwaad wonderlijk ver-
verdere verhalen in deze bundel mengd zijn, zonder dat de auteur io „ntl
het evenwicht weten te bewa- duidelijk positie kiest. Ondanks
ren tussen uitersten. deze dubbelzinnige houding zou Ik 2*
g'Vt.lïfïï? »i'i,"r.Vn"ïnbl,!I: hCm mor,ll,t wlllen "Mmen- wJ de intellectueel "GljST aïï
vooroordeel is gaan beschouwen.
Toelichting
Novellenbundels
zijn in de Franse li
teratuur niet zeld
zaam. In de XlXe
eeuw hebben figuren
als Alfred de Vigny, Guy de
Maupassant, Alphonse Dau-
det en, wat later, Anatole
France hun roem ermee ver
groot In de XXe eeuw is de
plaats, die dit genre inneemt
wel versmalt, maar vermaar
de schrijvers hebben het toch
niet versmaad. De prachtige
bundel van Albert Camus,
een van zijn laatste werken,
L'exll et royaume, is nog niet
vergeten en Marcel Arland
heeft de Grand Prix de la
Littérature verkregen voor
een reeks novellenbundeU
naast een enkele roman.
Blik zuidwaarts
Van Christian Murclaux is
enkele maanden geleden een
bundel verschenen, die de
roem, welke zijn roman Notre
Dame des Désemparés hem
bracht, niet aantast. Na het
brede fresco, dat dit boek
geeft van het Spaanse leven
ten tijde van de burgeroorlog,
die rood en zwart in bloedige
botsingen tegen elkander op-
Joeg en zulke diepe littekens
in het volksleven heeft achter-
gelaten, volgt nu een reeks fijn
i gepenseelde portretten. die
treffen door hun menselijkheid
en de warmte, die ze uitstra
len. In drie van de vier geval
len richten ze de blik van de
lezer zuidwaarts, in het bijzon
der naar Spanje, dat de liefde
van des schrijvers hart heeft.
De eerste vertelling, die de
bundel zijn naam geeft, ook
de langste, verhaalt van een
volksvrouw uit Sevilla, die de
gave bezit tijdens de processies
in de Stille Week een „saeta",
een geïmproviseerd lied te zin
gen. dat zó uit de diepte van
haar ziel opstijgt en met zulk
felheid wordt uitgestoten,
werking tussen het Passie-ge
beuren en haar eigen leven.
De grenzen tussen verleden en
heden, tussen dood en leven,
vallen weg; het mysterie legt
beslag op zangeres en hoor
ders. Nadat ze haar zoon in de
burgeroorlog heeft verloren,
komt een tijd van verstomd
zwijgen, maar Joselito ver
verschijnt haar en dringt haar
!tot opnieuw zingen. En dan
wordt in haar de laatste „sae
ta" geboren, een aanklacht tc-
gen Pontius Pilatus en daarin
tegen alle wereldse machten,
I die het onrecht dulden en het
I zwakke laten vertrappen.
De tweede vertelling is min
der bewogen, maar psycholo-
Igisch goed-doorvoeld. Een af
gedankte torero voelt zijn ver
bondenheid aan de door hem
I gedode stieren, die lange Jaren
zijn levenskameraden zijn ge
weest en waarmee hij ridder-
Ilijk heeft gestreden.
Het derde verhaal ls het
minst overtuigend. Een prles-
Iter, die in de oorlogsjaren en
na een langdurige ziekte zijn
werk ziet afbrokkelen;
moeder, die als een geheimzin
nige verschijning hem komt
smeken haar zoon op te zoe
ken. die in geestelijke nood ver
keert; de ontmoeting met de
jonge man, een schrijver, ver
bitterd door liefdesteleur
stellingen. aan wie de priester
toch een biecht in elementai
re vorm weet te ontlokken;
daarna een bombardement
dat de Jonge man het leven
kost; neen. dat is alles onecht,
onder de maat van deze «chrij-
neger, primitieve ziel,
die in Zuid-Frankrijk op een
kasteel als kok werkt en zijn
hart heeft gegeven aan een
koppel duiven, die al zijn le
vensvreugde uitmaken. Deza
figuur in zijn geheimzinnig au
ra vergeet men niet; daarin
■preekt de dichter, die Mur
claux ook is.
Bekoring
Waarin ligt nu de onmis
kenbare aantrekkelijkheid
van deze novellen? Ver
scheidene faktoren werken
daarin samen; zoals reeds
gezegd is, de warm-mense-
ÜJke toon, die toch niet ver
valt in sentimentaliteit;
daarnaast ook de aanra
king met het mysterie, le
vend in de Spaans* volks
ziel, vooral in Andalousië
zowel als In de simpele
Afrikaan, en dat In deze
tijd van kille techniek ons
tegelijkertijd lokt en af
schrikt. Verkwikkend is ook,
dat bij Murciaux de sexua-
liteit niet door alle elemen
ten des levens heendringt
en ze uitschakelt. Voor deze
schrijver werken er ook an
dere krachten in een mensen
ziel dan deze ene.
Een reële faktor is ook do
grote taalbeheersing van de
auteur. Reeds het voorwoord,
dat de vertellingen inleidt en
tracht de eenheid ervan aan to
tonen, biedt daarvan een
prachtig staal.
1915 ïn een gezin behorend tot
de hogere middenstand, heeft
in Parijs gestudeerd en daar-
na veel gereisd in Noord zo
wel als in Zuid. Sinds 1945 is
hij werkzaam in de diplomatie.
Opvoeding, milieö en levens
stijl hebben hem een enigszins
Seisoleerde positie gegeven in
c Franse letteren.
kroond met de Grand Prix du
Roman de 1'Académie Fran-
gaise, nadat reeds in 1953 aan
zijn eerste novellcnbundol Lc
Kaarde
de liefde, al is ze ontdaan
niet sterk bezette, verhalende nooJt
literatuur ontvallen is. en dat" het
is, verder te zien "dan het
Wie alleen van figuren en
beurtenissen houdt die naar het
leven getekend zijn, zal dit boek
ongeïnteresseerd ter ziide schul-
Wie meent dat het leven
het leven getekend is enige toelichting. Men
Het is de liefde" tot
mengd gezelschap, grotendeels
Moralist: de term vereist wel zondaren zonder de Wet.
Beeld
hogere opdracht woord afgaande, kunnen nfenen
-|rnet een verdediger van
GELEZES:
Gestalten
vertrouwde, zal door deze litera- de goede zeden,
Dubois' geschreven portret *uur gegrepen en bewogen zijn,
,n tel pin hnttr snerk 7.ii heeft geeft een uistekend beeld van de Als laatste
zo klem hit ar uier H. i# fteejt unieke pe„00nlljklleld Ida mogell)k misver!land w|j,-lk
zich ook pas in tweede instan- Simons en van haar werk. op dat deze verhalen ook een-
de literatuur gewijd..^iek: Er zijn twee woorden voudige lezers vermogen te boei- drag Een d"
die Dubois ter kenschetsing ge- en iHa Cimnn, „ia* r. 1
zij een bruikt en die ik gaarne over
neem, innerlijke cultuur en on
aanraakbaarheid.
Terwijl heel het Westen een
ter, te doen heeft. Maar dat
Voor de oorlog
bekend concert-pianiste
meermalen met internationale
orkesten is opgetreden. Na de cultuurontplooiing toont
•e ellende van de oorlogsja-
als joodse heeft zü de
kampen meegemaakt heeft zij
de vermoeiende concertpractijk
buiten toe. dreigt te zelfder tijd
3e bron van deze cultuur, haar
innerlijkheid, te verdrogen. Met
nnerlijkheid wordt hier niets
faag mystieks bedoeld, maar
hart,
Ida Simons heeft niet
een elitegroep geschreven
mits dergelijke lezers over
romans en novenen nomen u
ffid begchikkTn
verwachte wendingen en delica-
te verrassingen van de schrijf- d0nr de
ster te volgen.
de auteur zich heeft toegefegd op
de studie van het menselijk ge
drag. Een dergelijke studie heeft
niets theoretisch, zij kiest de weg een aantal branieachtige Amerika-
i vóór een botsing het he
le gezelschap op de professor na
de dood injaagt. Dan weer ala
joods chirurg in New York tijdens
de oorlog, met een scabreuze op-
in de weg van strijd dracht.
n attdatitd cu samenspel met zijn medemens, Meestal als stille burger, vrei
c. UUBUIER veranderingen ondergaat. Een deling in dat grote land, altijd
Verhalen, door Maurice D'
Haese. Uitgave De Sikkel N.V.,
Antwerpen, en Hcynis N.V.
Amsterdam.
Van de Jonge prozaschrijver
Maurice D'Haese is nu een bundel
van acht verhalen verschenen.
Het is mogelijk, dat iemand die
nog niets van hem heeft gelezen,
bij deze eerste kennismaking
wordt verrast, niet zozeer door
het gegeven van het verhaal als
wel door de psychologische uit
werking ervan en de ragfijne cn
toch niet te gedetailleerde teke
ning van situatie en entourage.
Anderen zullen in deze verhalen
een bevestiging kunnen vinden
van het met „De heilige gram
schap" en „De witte muur" geo
penbaarde talent. D'Haescs ma
nier van vertellen is rad en boei
end. ofschoon het verhaal „De
vervreemding" beter niet vijftig
bladzijden had kunnen beslaan.
„De vader" heeft ons ontroerd.
Een duidelijke
tergrond hebben uc icmucu mei,
wie dat verlangt, wordt meestal
alsof de literatuur de plaats bijb'ls ^^^e uitgangen du
heeft ingenomen. Na wat klei- ievens zijn.
ner werk, in het Engels en in
het Nederlands onder pseudo
niem, heeft zij met de publi-
1) Ida Simons Als Water ln
de Woestijn. A. A. M. Stols-
J. P. Barth, Den Haag 1961.
hoogst dramatisch gebeuren.
gens in verwikkelingen, in de knel.
Bij ziin toelichting tot zijn vori- De titel van de bundel Diaspora,
ge verhalenbundel Mijn vriend in verstrooiing, is veelzeggend,
de Moordenaar, schreef de auteur Het woord wordt gewoonlijk toe-
De onaanraakbaarheid die Du
bois noemt, is daarmee direct
verbonden. Zij geeft ook aan
heel dit tere werk, dat mij
ca,ie van haar QU(obio(,™fi,che Mozart onsrijp-
roman Een dwaze Maagd te-
baars, ondefinieerbaars.
Ida Simons was joodse.
geoogst. Maar heeft haar het privilege
ge-
de gelukkige
van een verscherpte
het individuele tot op
het bizarre toe en een gevoelig
orgaan voor de oergegevens van
gemeenschap.
recht grote
er meer nodip voor een
auteur. Insiders zagen met span
ning haar tweede roman tege
moet. Vóór de roman beëindigd familie
was, kwam de schrijfster ons te
ontvallen.
Wat hier nu in boekvorm betreft
voor ons ligt, is de aanzet tot in zijn veelsoortige fragmenten
deze tweede roman die „Als Wa- voor de buitenstaand
ter in de Woestijn" zou heten, lijks bestaat. Er zij
ten 1». Verder, onder dezelfde ti- herinnering wekken i
Eenheid
tel. twee afdelingen verhalen
fragmenten. Tenslotte,
het boek opent.
meesterwerk „Een dwaze
uitgever in zijn reeks De blau-
inlei- Maagd" (herdrukt bij dezelfde
ding van de romancier en essay- uitgegeven in zijn reeks de blau-
ist Pierre Dubois, die persoon- We Distel). In de voorgenomen
lijk bevriend geweest is met de opbouw van de onvoltooid ge-
schrijfster. bleven roman herkent men de
Men zou nit SSSïïï. Geen'^onlerY" bloe"d
t' "ÏÏLV'SlïS''if°eed„a,,l£ k»"i
schrijvend, twee polen kent: de verstande- woord cultus liet vallen, zou ik kunnen zeg-
lijke, wetenschappelijke pool en de dichter- gen: drs. Diemer is dogmaticus en mysticus
lijke, artistieke. Een leraar in de literatuur- tegelijk,
geschiedenis dient deze polariteit in eigen
persoon te kennen. De ervaring leert intus
sen dat hier en'daar dichterlijke figuren zich -JBÜVQPP
hebben aangepast bij het leraarschap, maar (zorgvuldig uitgekozen) gedicht begint. Hoe
wijs overheerst. De
wijzen dit wel stellende lezer vinden in Diemers Dicht er-
posthume publicatie een alle-
SSMStSaST dn"" l" «ehee, «««.zd» _;ou
toch eenheid en gezicht gekre-
voorspellen
rden zou zijn.
het verdient aanbeveling
deze eenheid te
sen heeft Posthume publicaties -j"".
drijven vaak op de liefde van keI1- .doch iedei! fragmentop
intieme kring.
persoonlijk oordeel doet, blijk van een beter
inzicht dan zulk een verstandelijk letter-
kunde-leraar.
IN GRONINGEN toont, al enige jaren lang,
drs. W. Diemer zich een docent, die de bedenker
,-oor de buitenstaander.
Dit nu is met het door
zinken zichzelf te waarderen. De flon
kerende parel is dan de legende
waaraan het boek zijn titel ont
leent, die van de beroofde man
boek
hebben hier
literatuur te doen die nergens,
behalve dan in het romantorso,
de kenmerken van het onvoltooi
de draagt. Het hier gepubliceer
de ls zo dóórgecomponeerd,
rijk genuanceerd, zo rijp en
hoogwaardige wordt door levenwekkend
water dat, achteraf gekeurd,
het romantorso, brak blijkt te zijn. Het scheelt
maar weinig of de Sultan, in
deze keuring gemengd, had de
gelukkige-ongelukkige koopman
het leven genomen. Water ln de
woenstijn kan gevaarlijk
Üw recensent is geen collega en acht zich
daarom niet bevoegd een oordeel uit te spre
ken over de praktische waarde van Diemers
systeem. De vraag is namelijk of ook anderen
de resultaten zullen kunnen bereiken, die de
.A bedenker van deze methode ongetwijfeld per-
hmrbouen aangegeven polante,, met alleen Ioon,uk „„g,t Maar het aitgangnmnt 1,
in zich heeft, maar ervan bezeten ts. Litera- voortreffelijk en kan ertoe leiden dat de leer-
tuur is voor hem een kunst en een weten
schap. en allebei even hevig. Hij toont zich w
zijn publicaties een grondig kenner van nïp*f<»n" knn
het vak, en belezen in wat hij de context
noemt, filosofie b.v. Met name de poëzie
heeft zijn grote liefde. Maar hij doceert zijn
vak niet zoals een dichter dat
d.w.z. vóór alles
voel, verbeelding
Een misschien vreemd aandoende gedach-
tensprong ten besluite. Toen ik het boekje
doen, van Diemer bekeken had, werd mij de hoge
beroep doende op ge- waarde duidelijk van de overgeleverde en
intuïtie, muzikaliteit, thans in gevaar verkerende gewoonte van de
woordgevoeligheid en zo voort, maar hij is er dagelijkse Schriftlezing bij de maaltijden,
van doordrongen dat deze cultus, zou ik bijna
toch al Ida Simons heeft in al haar
in het laatste verhaal, naar mijn
■maak het beste, het hele toneel
beheersen en Gijsen'» moralisme
zijn meest geschikte stof vindt.
Twistgesprek
In dit verhaal „Kaddish voor
Saus Colin" (Kaddish zijn de Jood
se gebeden aan het doodsbed) ls
de hoofdfiguur een humane en
rechtvaardige Jood die sterft aan
een Jïeroerte. zodra een twistge
sprek om zijn persoon te grote af
metingen aanneemt. Hoe meer
men afstand neemt van deze ka
kelbonte wereld waarin deze no
vellen ons binnenleiden, hoe meer
men het scabreuze het aanstootge
vende, het dubieuze ook van Gij
sen's autobiografische positie in
dit gedwarrel vergeet en de su-
blieme momenten overhoudt. Zo
het moment uit het voorlaatste
verhaal waar de ik-figuur rech-
i«rieni o ,f tegenover een
16-jarige Portorlcaan die zijn
hond heeft geslacht, zoals hij
vroeger een aantal Jonge katjes
levend heeft verbrand, wat weer
oorzaak is geworden van de vroeg-
tijdige dood van de vrouw van de
ik-figuur. De rechter wordt niet
tot beul en laat de Jongen gaan,
na hem een vernederende
straf te hebben opgelego. Achter
3e ik staat Gijsen zelf die deze
genade voor recht gis volgt moti
veert: „We kunnen weinig doen in
deze wereld, wat het goede betreft.
In het boze zijn we onbegrensd,
onbeperkt". Er is in Gijsen's we
reld geen plaats voor de beul om
dat er al evenmin plaats ls voor
de rechter. Er is achter cynisme
en reserve, achter veel wat men
morele halfslachtigheid zou kun
nen noemen, de milde verstaan
der, de mens die lief heeft zolang
hij zich maar gedekt kan houden.
Bij Gijsen hoeft de liefde geen
naam en geen vaste verblijf
plaats. Zij Is er wel, maar zij
leeft in de verberging, ln ver
strooiing, in diaspora.
C OUBOTER.
werk van D'Haese zeker niet wor
den betwist, alhoewel sommig*
constructies wel vreemd aandoen
en, naar ons dunkt, ook niet ver
dedigbaar zijn. „Misschien gaat
hij nu weggaan" kunnen wij nog
steeds niet als normaal Neder
lands aanvaarden, evenmin als
een zich neervlciende mist en
bier dat minder goed is als melk.
Hannibal, de Carthnger. door
David de Jong. Uitgave Con
tact, Amsterdam-Antwerpen.
te tocht over de Alpen i
krijgslisten. David dé Jóng geeft
er bliik van ziin stof te beheer
sen. Hii heeft geen oppervlakki
ge vertelling geschreven, maar
een boek dat op ongekunstelde
manier de diepere drijfveren van
Hannibals streven blootlegt en
deze gedrevene schetst als een
eenzame figuur in voortdurend
conflict met de mensen die zijn
idealisme niet willen of kunnen
begrijpen.
Perzisch Mozaïek,
door Wlm Dunsel.
Uitgave C. de Boer Jr., Hllver-
In dit boek dat over Iran han
delt vertelt de reizende journalist
over oude kuituur en moderne
olie-Installaties. Hij reisde van oost
naar west en van zuid naar noord,
overal zijn indrukken opdoend, die
hll met het air van een vlotte ver
teller op papier heeft gezet. HIJ be
schrijft de armoede van dc massa
en de onmetelijke rijkdom van de
enkeling, en vertelt van de poli
tieke moeilijkheden, die Iran heeft,
daar het land grenst aan de Sow-
letunle en de regering toch het
Westelijk kamp heeft gekozen. De
lezer krijgt een scherpe indruk
van de sociale en economische toe
standen ln dit eeuwenoude land
dat, evenals het gehele midden
oosten, een stormachtige ontwik
keling doormaakt.