Laatste oproep "Ruimte voor ons. Qrillige grenzen PERIKELEN ie}cleMiecljeó Er uit gelicht ZATERDAG 29 JUU 1961 „Jullie kunnen me no* meer Tertellen, Ik drink m'n koffie oit en dan fi ik met vakantie. De poes en de kanarie en daarmee m'n laatste torren tijn uitbesteed. Ondernemend «egt u? Ach wie gaat er nu niet graag weg als hij de kans krijgt.... Ik wel In ieder geval. Maar eerst m'n koffie." Wij gaan naar Spanje, Italië en verder. Ons hou je met geen stok binnen de grenzen, niet binnen de landsgrenzen, niet binnen de snelheidsgrenzen, zelfs niet binnen de meeuio- grens. Z\j is al buiten haar grens als ze één dag met de ver eniging naar een dierenpark trekt. Grillige grenzen toch Qezo pagina i» de eerste in de reeks van vijf die in de maanden juli en augustus ral verschijnen. in deze serre zal hoofdzakelijk werk worden opgenomen van schrijver», dichter», fotografen en tekenaars, die in de vorige maanden werk naar ons hebben gestuurd. Hun geestes producten hebben wij als kostbare kleinoden In ons vermaarde archief verborgen gehouden en worden nu en in de komende weken In het daglicht geplaatst. Op bedoelde pagina'» hebben we verme den een bepaald onderwerp na te streven; ze zullen du» het karakter van een mozaïek gaan dragen. Op deze „Ruimte van Ons" plaatsen we verder (omdat het vacantietljd Is en de krant du» niet regelmatig gelezen kan worden) een herhaalde oproep voor nieuwe redactieleden. Voor het verhaal zorgde deze week Bébé (die inmiddels geheel hersteld is). Die plaat van Kees had mij er toe gebracht, het Jazzfenomeen van nabij te gaan zien Mijn vader keek mij met een wanhopige blik aan en maakte mij onder meer duidelijk, dat het toch maar geldverspilling was en het bederf van de goede smaak tot gevolg zou hebben. Maar daar ik dit al zo vaak gehoord had en omdat vaders bij voorbaat al af keuren wat hun kinderen van plan zijn te doen, zette ik door. Bij een heer, die er helemaal niet jazzy uitzag kocht ik de kaartjes. Met zijn lorgnet en frontje had hij meer weg postzegelhandelaar. Op e duimelde plattegrond wees öij mij de plaats aan: vierde rij, stoel zeventien. Zo kon ik mooi oog houden op de mimiek der ar- tisten, want die is meestal al de helft van de prijs waard, 's Avonds toog ik er heen. Het was wat rommelig, want voordat mijn wonder opgediend zou worden, was er een soort van vóórpro gramma. Mindere grootheden vulden de avond tot aan de pau ze, zodat iedereen zich verveelde en, ondanks het verbod, maar Sing roken. Zo sukkelden we ook e pauze door en keken naar de existentialisten en de Marlon- Brando-mannetjes, die nonchalant de blauw-wit gestreepte meisjes aan hun zijde meevoerden. De bel kondigde het einde van de wandelingen aan en het .spot light" toverde een groenachtig licht tevoorschijn, waardoor de zaal op een reusachtig aquarium geleek, waarin de rookslierten als lange waterplanten heen en weer wiegelden. Langzaam ging het doek op en daar zat mijn eigen Oscar Peterson achter zijn glanzende Steinway-vleugel. Hij werd, zo meldde het programma, bijge staan door Ray Brown bas en Herb Ellis gitaar. Hij, Herb El- lis, ls tevens een man met op merkelijke mimische gaven. Na enige ferme tikken op de flank van de piano barstte de waterval los. Nu was het zaak op mijn mede-genieters te gaan letten. Een rij vóór mij begon een jon gen zachtjes met zijn hoofd te wiegen, terwijl hij zijn vingers mee liet knippen, zoals de juf frouw wel doet als Marietje ver velend is, Doch spoedig kwam er meer variatie in de bewegingen en naarmate de avond vorderde, steeg de spanning. Een andere jongeman ging bij iedere nieuwe solo op zijn stoel staan, zwaaide wild met de ar men en voegde de betreffende speler iets ondefinieerbaars toe. De mannen van de brandweer ke ken alles met ouderdomsargwaan aan, maar lieten het er verder bij. Voor hen was het uitsluitend een zaak van brand of geen brand, en dat in de meest letter lijke zin. Al zouden zij bij machte zijn geweest een geestelijke brand te blussen, dan zouden zij naar hun nachtrust hebben kun nen fluiten, want de gemoederen stonden nu in vuur en vlam. Eindelijk beklom een vette heer het podium en zei, dat we het erg jammer vonden, dat Os car Peterson weg ging. maar dat_ hij hoopte, deze spoedig ons land te zien. Even het een parmantig ventj» ..Dat némen we niet!" Deze kreet vond bijval cn men toog schreeuwend in dichte drommen naar het toneel, waar de heer P;s de vlucht nam tussen de ijnen. Men bleef nog een tijdje schreeuwen, maar daar het toneel niets terugriep, werd het allengs stiller, totdat men be schaamd wegsloop. ..Ik snap niet", zei Pa de vol gende morgen, „hoe je nou zo'n hele avond rustig kan gaan zitten luisteren naar dié muziek." Little love blues verder lopen in een wolk van zon de man niet horen, die met zijn stem van koud marmer zegt dat het morgen regent soms even de stem van de middag laten wegsterven op onze lippen ons voortbewegen alsof we samen één spier zijn de wind beluisteren die gitaar speelt in je haar dit is al wat ik wil ARIE GELDERBLOM Herhaling Liefste opnieuw is de reuk van lente en herfst van ver bij elkaar gestroomd tot een lied van liefde honderd maal dozijnen blaadjes van kleuren vreemd en mooi zijn in onze verbeelding begraven om te ontwaken met liefde de zon gingonder in de winteravond en de sterren-vrieslucht verscheen met de blanke maan van liefde CLAESINA HULZEBOSCH Als morgen komt en zelfs john lewis en remco campert mij niet meer troosten zul jij er nog zijn. Je stem zal contrapuntisch zingen en je handen zullen poëzie bedrijven op mijn huid en glimlachend zal ik denken aan vandaag en huilen HANS KREUZEN i Hem dat m my brandde ik heb mij in dia nacht eraan gewarmd hij stond van verre en in 't vlammend schijnsel herkent men my was jij niet één rat het donker vuur dat in my brandt laait feller op ik ken hem niet tic ken hem niet tfc ken hem niet hy stond ran verre en doofde het vuur en in myn handen hield ik de warme as en schreiend heb ik als teken ran mijn liefde de koude nacht aanvaard TH. BEZEMER V ■y^OOR vakantiegangers, afwezigen en hen die door oorzaken buiten aan onze toekomstige redaktieleden hun schuld onze pagina van de vorige week hebben gemist (laat het overigens niet meer gebeuren) herhalen wq hier de oproep die wq toen plaatsten. Wq zoeken: Zes nieuwe redaktieleden, ter vervanging van door militaire dienst, nieuwe werkkring en/of verlovingen uitgeschakelde lieden; Wq vragen: Enthousiasme, een dikke huid (voor kritiek), een brede rug (voor cri tici), enige handigheid in het repareren van balpennen en schrijfma chines, enige vaardigheid in het stellen van advertenties als deze, enige vrije tijd in ieder geval op maandagavond; Wq bieden: Een overstelpend drukke werkkring die ter compensering echter zwaar onderbetaald wordt, vergoeding voor reis-, rqst- en bijkomende kosten; SOLLICITATIES AAN; Ruimte voor Ons. afd. personeelszaken, vóór 15 augustus. Honderden gingen reeds voor, aarzel echter niet, er zal een strenge selectie worden toegepast. Bedenk wel, dit is uw kans uw kri tiek om te zetten in daden. Taboe is bijna dood, wq leven nog en hoe! II.J.Z. (Rotterdam). Atalan- fe: wacht even tot 5 decem ber! De rest: hier en daar wel goede momenten, maar slechts hier en daar.... Tom van D. (Den Haag) 't Is je vergeven. En dat niet al leen wat het papier betreft. Paul B. (Ede) Sprookje te veel uitgesponnen. We zijn bij na gaan tellen hoeveel keer het woord sprookje erin voorkwam. Jammer! De gedichten vonden we wat geforceerd. Ank van der S. (Zuidland) Zou Jan niet veel liever zijn! R. H. (Delft) Tanka Hiroshi ma: daar komen we nog op te rug. Mening over het andere werk overtrokken. Willie F. van D. (Den Haag) We hebben je verhaal aan Tan te Jos gegeven. Wacht dus maar ven af. Hans S. (Dinteloord) De te keningen: beetje eng. De ver- y zen: nog engerder.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 18